2.2-2.3 actief met taal.pdf
TRANSCRIPT
Actief met taal
Workshop Taal op Koers 29 oktober 2014
Actief met taal
Taalontwikkelende en activerende werkvormen voor het mbo
Anja Valk
Actief met taal
Inhoud workshop
werkvormen om het leren
van taal te koppelen aan
de inhoud van het vak:
taalontwikkelende
werkvormen
Actief met taal
Actief met taal
Woorden: Woorden flitsen
• 10-15 woorden (of woorden die bij elkaar horen) uit een tekst op het bord/de beamer
• Instructie geven
Actief met taal
Woorden: Woorden flitsen
het fysieke product het uitgebreide product
het assortiment het totale product
de productmix toekennen aan iets
afhankelijk status
ondersteunen voorzien in een behoefte
technische eigenschappen toegevoegde eigenschappen
Actief met taal
Woorden: Woorden flitsen
• Snel klaar? In de tekst de woorden opzoeken en de betekenis noteren. Welke woorden ken je wel/niet? Welke woorden vind je moeilijk?
• Betekenis van de woorden nabespreken met studenten en spelling eventueel checken.
• Wat oefen je met deze werkvorm? Waarvoor is deze werkvorm geschikt?
Actief met taal
Actief met taal
Lezen: Skimmen
• Met de uitgedeelde tekst.
• Luister naar de instructie.
• Doe de oefening in tweetallen.
• Daarna: wat oefen je met deze werkvorm? Waarvoor is deze werkvorm geschikt?
Actief met taal
Actief met taal
Lezen: Ieder een vraag
Mogelijke algemene opdrachten:
1. Dit wist ik van tevoren nog niet.
2. Dit wist ik van te voren al.
3. Dit vind ik interessant aan de tekst.
Mogelijke specifieke opdrachten:
1. Ik moet uitleggen waarom er in de kolom van het totale product bij een Vespa LX ‘gevoel van status en luxe’ zou kunnen staan.
2. Ik moet uitleggen waarom er in de kolom van het fysieke product bij Coca Cola ‘petfles, blikje en kolanoten’ zou kunnen staan.
Actief met taal
Lezen: ieder een vraag
• Invulbare pdf’s op http://www.coutinho.nl/winkel/actief-met-taal-b-521.html?action=downloads
• Wat oefen je met deze werkvorm? Waarvoor is deze werkvorm geschikt?
Actief met taal
Actief met taal
Woorden: Welk woord bedoel ik?
• Kijk nog een keer naar de woordenlijst.
• Luister naar de omschrijving.
• Welk woord bedoel ik?
• Daarna: In welke fase van de woordenschatdidactiek kun je deze werkvorm inzetten?
Actief met taal
Woorden: Welk woord bedoel ik?
Het fysieke product Het uitgebreide product
Het assortiment Het totale product
De productmix Toekennen aan iets
Afhankelijk Status
Ondersteunen Voorzien in een behoefte
Technische eigenschappen Toegevoegde eigenschappen
Actief met taal
Actief met taal
Woorden: Gemixte letters
• Kijk naar de volgende woorden. Welke woorden staan hier?
1. i – p – d – m – r – x – o – t – c – u
2. h – k – a – n – e – l – j – a – i – k – f
3. o – g – t – v – d – e – e – o – e – g – e
•Daarna: En waar past deze werkvorm?
Actief met taal
Actief met taal
Spreken: Spiekbrief spreekbeurt
• Kijk naar de Spiekbrief Spreekbeurt.
• Luister naar de instructie.
• Werk in tweetallen en houd een ‘spreekbeurt’.
• Daarna: Waarvoor is deze werkvorm geschikt?
Actief met taal
Spreken: Spiekbrief spreekbeurt
Over het onderwerp Product en Prijs wist ik al …………….……………………………………………………..
Wat leuk is om over dit onderwerp te weten is dat……………………………………..........................
Ook heb ik geleerd dat …………………………………………………………………………………………………………
Iets anders dat ik te weten ben gekomen is dat …………………………………………………………………..
Tot slot heb ik geleerd dat …………………………………………………………………………………………………… (uit: Hajer & Meestringa 2009, p. 169)
Actief met taal
Actief met taal
Spreken: Dialoog met kaartjes
•Kijk naar ingevulde pdf met de woorden
• Studenten voeren een gesprek met de woorden
Actief met taal
Actief met taal
Schrijven: Dat is niet waar!
• Bedenk zelf in tweetallen een stelling.
• Wat oefen je met deze werkvorm? Waarvoor is deze werkvorm geschikt?
Mogelijke stellingen bij de tekst over Product en prijs
De productindeling van Leeflang bestaat uit drie groepen van eigenschappen.
Als je het fysieke product goed hebt omschreven, dan heb je het beste verkoopplaatje.
Actief met taal
Actief met taal
Woorden: Drie woorden
Aan het begin van de les:
•Schrijf op een groot papier 3 nieuwe woorden op (nu: uit de tekst van het boek, of naar aanleiding van de vorige les)
• Probeer deze 3 woorden in de les te gebruiken
•Streep ze door als je ze gebruikt hebt
Actief met taal
Actief met taal
Lezen: Telegram
Streep alle onbelangrijke informatie uit de tekst weg
Met het product kun je als ondernemer direct in de behoeften van je klanten voorzien. Het product
heeft niet alleen betrekking op het fysieke, tastbare product, maar ook op de verpakking, de garantie
en service, het merk, het assortiment en de kwaliteit. Al deze elementen samen vormen de
productmix.
De onderdelen van de productmix zijn van elkaar afhankelijk en kunnen elkaar ondersteunen. Zo past
bij een product met een hoge kwaliteit een goede merknaam (A-merk), een luxe verpakking, een
goede service en een goede garantieregeling. Bij een product met een lage kwaliteit past een B-merk
en weinig of geen service of garantie.
Actief met taal
Workshop Taal op Koers 29 oktober 2014
Veel inspiratie en plezier gewenst!
In februari verschijnt de herziene druk van Actief met taal, met meer aandacht voor het mbo