web viewin de tweede fase wordt nog steeds hetzelfde format aangehouden bij de opdrachten, maar...

Daniel Binnekamp en Rianne Snik

Oriëntatie op stage/werkveld jaar 1

Docentenopleiding beeldende kunst en vormgeving - HKU

Studiejaar 2013-2014

Voordat wij aan het verslag beginnen, moet ik (Daniel) mededelen dat ik een groot aantal foto’s ben kwijtgeraakt. Het betreft foto’s van voornamelijk referentiemateriaal als boeken en cd’s. Ik heb meerdere keren geprobeerd om ze om te zetten echter zijn de foto’s verloren gegaan tijdens dit proces. Mijn welgemeende excuses voor dit ongemak.

1. Zakelijke gegevens van de school.

Naam: Amadeus Lyceum

Adres: Burchtpoort 33452 MD Vleuten

Tel.nr.: 030-6774338

Schoolsignatuur: Protestants-christelijk/Rooms-katholiek

Naam van de rector: Jeanine Vlastuin

Naam contactpersoon/docent: Reinier Gruijters

Het Amadeus Lyceum profileert zich met de volgende kernbegrippen:

- Persoonlijke ontwikkeling leerlingen worden aangezet eigen talenten te ontdekken en ontwikkelen.

- Zelfsturing zelfstandig werken staat hoog in het vaandel. De hele schoolstructuur is hier aan aangepast, zo zijn er geen ‘gewone’ lessen en lokalen maar werken drie klassen tegelijkertijd in een ruimte, het domein.

- Creativiteit het Amadeus Lyceum is een cultuurprofielschool. De kunstvakken beeldende vorming, drama, dans en muziek worden in de brugperiode aan elke leerling gegeven. Tevens is er de mogelijkheid om mee te doen aan ExtrAmadeus.

- Dialoog nadruk ligt op een goede samenwerking tussen docent (expert) en mede-leerling. Zo werken leerlingen onderling ook in samenwerkingsgroepen om samen te werken en van elkaar te leren.

- Respect respect naar de medemens is belangrijk. Dit wordt verweven met het kerndoel ‘Dialoog’. Tevens is er een samenwerking met Abrona, een stichting voor geestelijk gehandicapten, zij verzorgen o.a. de catering en er zijn uitwisselingsprojecten met bijv. stages.


2. Roostergegevens, lestijden en pauzes

Bovenstaande afbeelding laat het rooster zien van Reinier Gruijters, de docent met wie wij (onder andere) deze stageweek hebben meegelopen. Maandag zijn we om 9.00 uur begonnen met een praatje tussen Reinier, Daniël en Rianne. Vervolgens duurde de dag tot 15.30 uur. Dinsdag waren we van 10.00 uur tot 14.00 uur op school. Woensdag van 8.30 uur t/m 15.30 uur. Donderdag hadden we HKUMIX en konden we niet op het Amadeus zijn. Vrijdag waren we van 10.00 t/m 15.00 uur op school, inclusief een nagesprek met Reinier.


3. Het lokaal

Ik (Daniel) vind de inrichting van de lokalen goed, alleen is het ineenzetten van 3 klassen in 1 lokaal totaal niet handig. Er is veel te veel rumoer en ik heb het idee dat de spanningsboog van de leerlingen ontzettend snel verkwijntIk zou de klassen afgescheiden willen zien. Het werken in domeinen wordt meer op het Amadeus gebruikt, maar ik vind het totaal geen goede manier van werken.

Zoals te zien bij het eerste atelier, is tussen 2 klaslokalen geen afscheiding. Als er een les bezig is in één klaslokaal, móet de andere klas stil zijn, anders is het simpelweg niet te doen en heb je als leraar na een week geen stem meer over. Er is echter een soort van serre, als je de trap oploopt, dit is een ruim lokaal, alleen is dit meer een theorielokaal dan een praktijklokaal.

Dit is in het 2e atelier niet zo, er is ruimte voor 90 leerlingen, en dit is vaak ook het geval. Ik vind het ongelooflijk onhandig, je hebt als leraar, maar ook als leerling helemaal geen rust of stilte. Je kan wel die ruimte opzoeken, maar er blijft altijd een soort ruis, impulsen dwarrelen om je heen in de domeinen. Echt heel erg vervelend.


3.1 Organisatie Toen we vroegen wat Reinier het belangrijkste vond in de organisatie van de lessen antwoordde hij dat na 12 jaar in het vak er niet veel is wat waar hij nog écht moeite voor moet doen als het om organisatie gaat. “Alle opdrachten die we doen liggen al klaar, ik heb ze al duizenden keren uitgevoerd” “Ik vind het belangrijk dat ik weet waar we mee bezig zijn, waar we staan en waar we heen willen, dat is mijn voorbereiding.” Nu heeft Reinier het luxe. Op het Amadeus zijn er namelijk werkplaatsbegeleiders, deze personen houden het Atelier (de werkplaats) schoon, houden alle voorraden bij én zetten alle materialen klaar voor de docenten die les gaan geven. “Het enige moment waarop ik me moet bezighouden met organisatie is wanneer ik een theorieles heb. Dan worden mijn materialen niet klaargezet en moet ik zelf bedenken wat ik nodig heb en ervoor zorgen dat ik op tijd de techniek check. Dan moet ik mijn laptop meenemen en een beamer regelen en controleren. Dat is dan nog wel even goed nadenken.”

De organisatie is in elke les belangrijk. Mohammed (de werkplaatsbeheerder van Aterlier 1, het onderbouw atelier) zet het materiaal voor de les klaar. Reinier komt het Atelier binnen, werpt een snelle blik op de materialen en begint op het bord te schrijven (wat is de planning voor vandaag). Vervolgens worden de leerlingen van de gang gehaald en begint de les. Als de uitleg is geweest deelt Reinier de materialen uit. De ll. werken in groepen aan tafels. Aan het einde van de les zijn er twee opties: 1. de ll. ruimen te materialen op (lees hier: leggen de materialen op stapels zodat Mohammed ze goed kan opruimen), of 2. Reinier haalt de materialen op en legt ze op stapels zodat Mohammed de materialen goed kan opruimen. Soms worden de materialen wel in een keer opgeruimd, maar dat lijkt bijna meer uitzondering dan regel.

3.2 Exposeren

Er waren een aantal mogelijkheden om werk van de leerlingen te presenteren. In de aula stonden een aantal vitrinekasten waar ruimtelijk werk in was geplaatst, bij de trappenhuizen hingen schilderwerken en in de lerarenkamer (of ‘tuin’) hing en stond ook werk van leerlingen. Ook stonden in de lokalen ook een aantal werken tentoongesteld. Verder werd er nauwelijks werk tentoongesteld. Mogelijkheden waren talrijk, er waren veel lege muren, de aula was groot genoeg en ook in de lokalen was de muur het meeste te zien.Kortom, mogelijkheden genoeg, deze werden echter niet aangegrepen.

3.3 Lijst van beschikbare materialen, gereedschappen en te hanteren technieken Het Amadeus Lyceum heeft ongeveer 10 euro per jaar per leerling tot zijn beschikking. Dat komt uit op ongeveer 10.000 euro per jaar. Daarvan worden alle materialen, docenten en alle uitjes betaalt. Op zich mist Reinier niks. Wat hij wel mist is geld voor bijzondere dingen. “Nou, ik zou graag de leerlingen een keer op een andere locatie willen laten exposeren. Even ergens anders dan hier in school. Dat wil ik ze graag laten ervaren. Of dingen op locatie maken.” ”Maar een locatie is al snel te duur, dat is dan bijvoorbeeld grofweg 800 euro voor een weekje, met een klas van +- 10 leerlingen (bovenbouw) zou je dan al 80 euro per leerling kwijt zijn, dat is ruim boven ons budget”

Beschikbare materialen, gereedschappen en technieken zijn:- papier- karton- stanleymessen- tangen- handfiguurzagen- lineaals


- kwasten- schoolverf (ecola) - kolomboor- cirkelzaag- soldeerapparatuur- hout (multiplex, platen, latten)- potloden/stiften- klei(tafels)- glassnijders (doen ze niks mee)- houtskool- lijmklemmen- textiel- schildersezels- tekenpennen- zagen- hamers- vijlen- camera’s- laptops (deze heeft elke ll. zelf, geleend van school)

Op zich is er vrij veel aanwezig. Wat ik wel mis zijn de machines, er zijn amper elektrische figuurzagen en kolomboren om meer ruimtelijke werken te kunnen maken. Schuurmachines missen helemaal, evenals acrylverf. Toen we dit navroegen kregen we het antwoord dat de ll. acrylverf niet genoeg in waarde kenden en dat er daardoor voor gekozen is niet met acryl te werken. We spraken Lara, een andere docente beeldende vorming (tevens net afgestudeerd aan de HKU). Zij zei dat er genoeg materialen aanwezig zijn maar dat ze lang niet altijd worden gebruikt, zoals ets-inkt en gutsen. Zij vind dit erg jammer, en wij ook. Zo worden niet alle kansen en breedtes volledig benut.

3.4 Lijst van te gebruiken media Er kan gebruik worden gemaakt van whiteboards, camera’s en laptops. Er is hier en daar ook een smartboard. Beamers zijn ook aanwezig maar niet vast per domein, deze moeten worden gereden naar de plek waar er gepresenteerd zal gaan worden.

Ik vind de beschikbare media vrij miniem. Het is er wel maar er moet veel moeite worden gedaan om bijvoorbeeld te beamen. Er kan hier veel efficiënter mee om worden gegaan. Ik ben van mening dat hierin veel is blijven liggen en nog veel te verbeteren valt.

3.5 Boeken, cd-rom, dvd

Er zijn voldoende boeken aanwezig om uit te refereren, echter werden deze niet tot nauwelijks gebruikt. Ik heb één persoon een boek over menselijke anatomie zien gebruiken, maar voor de rest van de week heb ik geen enkel gebruik van het referentiemateriaal gezien.Ik vind het enigszins belangrijk dat er genoeg referentiemateriaal aanwezig is, als je als leraar geen zin hebt om alles voor te zeggen, kan je op de manier verwijzen naar een boek of een dvd. Ik heb op het Amadeus College echter niet veel van deze werkwijze gezien.

4. Gebruik van methodes


Het blijkt dat het Amadeus Lyceum eigenlijk helemaal geen gebruik maakt van methodes. Ze schrijven alle opdrachten en stof zelf.Elke opdracht is opgebouwd volgens een vast schema. De leerlingen krijgen uitleg over de opdracht, zo nodig met wat theorie en referenties. Vervolgens krijgen ze een werkplan uitgereikt met daarin een eisenlijst waar ze aan moeten voldoen (deze kan behoorlijk lang zijn). In de tweede fase zijn er 4 kernwaarden van toepassing, namelijk: oriëntatie, onderzoek, verbeelding en reflectie. De laatste jaren is er veel nadruk gelegd op onderzoek en reflectie omdat bleek dat de beeldend leerlingen slechte resultaten haalden bij de theorie. In de tweede fase wordt nog steeds hetzelfde format aangehouden bij de opdrachten, maar werken ze wel meer thematisch. Er is dan nog steeds sprake van een eisenlijst maar deze is iets losser (weten wij van horen zeggen, dit hebben we niet zelf kunnen bekijken). Bij sommige opdrachten is een dummy nodig, als dit zo is wordt dit aangegeven in de opdracht en diens eisenlijst.

Er is geen vakwerkplan, wel een vaste volgorde van vaste opdrachten die de docenten zelf hebben geschreven. Deze worden zo nodig bijgeschaafd. Als er vraag is naar een bepaalde competentie wordt er een nieuwe opdracht bijgeschreven. De nadruk ligt veelal op het aanleren van technieken. De vrije expressie is meer een bijzaak (vooral in de onderbouw).

5. Observatie in de lessenDe 10 cases van Rianne:

1. Maandag 3 maart, +- 10.00 uurLes Lara, opruimen, 2e klasDe les is afgelopen. Lara bouwt een rustpunt in en legt uit wat er van de ll. wordt verwacht. Ze krijgen de opdracht om te blijven zitten. Een paar ll. worden aangewezen een specifiek materiaal op te halen en op te ruimen. Het gevolg is dat alles goed wordt opgeruimd en rust en overzichtelijkheid wordt gewaarborgd.

2. Maandag 3 maart, 10.40 uurLes Reinier, 6v en 5vWe lopen een rondje door school. De ll. hebben een opdracht om een decor en alles wat daarbij hoort te ontwerpen voor monoloog van een dramaleerling. Dit is gericht op locatietheater, dus we lopen naar de specifieke locaties die de ll. hebben uitgezocht. In tweetallen presenteren de ll. hun idee bij hun locatie en de monoloog. We zijn gestopt bij de danszalen, maar er is les dus we kunnen niet in de zalen zelf. Reinier en gastdocent Rudiger luisteren en maken aantekeningen. Vervolgens wordt hun idee even kort besproken. Rudiger: “Gebruiken jullie meerdere visuele middelen, de 5 zintuigen? Daar kun je heel veel mee doen, zoals ik vorige week heb besproken he”. Reinier: “Pas op dat je niet te veel illustreert maar meer gaat verbeelden”. De ll. lopen vervolgens naar de volgende locatie.

3. Dinsdag 4 maart, 10.00 uurLes Reinier, 2e klasDe les is net begonnen. De leerlingen zijn wat onrustig en Reinier wil de les beginnen. Hij bedenkt dat de snijmatten nog niet klaar liggen. Hij pakt een stapel snijmatten en gooit ze op een tafel. *BAM* Leerlingen reageren wat verschikt: “Wow, wat was dat?” Reinier gebruikt dit moment om de les te starten.

4. Dinsdag 4 maart, 10.10 uurLes Reinier, 2e klas


De uitleg is net klaar, maar aan de andere kant van het Atelier is Lara nog wel bezig met de uitleg. De leerlingen beginnen met werken en het volume stijgt. Reinier: “Jongens, stil, aan de andere kant is nog uitleg”. De klas tempert in.

5. Dinsdag 4 maart, 11.00 uurLes Reinier, 2e klasDe les is bezig. Iedereen is aan het werk. Reinier is iemand aan het helpen. Een jongen staat op en loopt door de klas. Reinier kijkt op en vraagt: “Wat ben je aan het doen?” Leerling antwoord: “Ik loop om mijn etui te pakken”. Reinier antwoord daarop lichtelijk gekscherend met “Oh, mag dat wel. Je moet namelijk vragen of je rond mag lopen. Het is: Beste Reinier, mag ik mijn etui even pakken?” “Reinier, ik pak mijn etui eff” “Nee, Beste Reinier mag ik mijn etui even pakken” “Reinier…” “BESTE Reinier” “*zucht* Oke, beste Reinier, ik pak mijn etui”. De leerling loopt weg en Reinier draait zich weer terug naar de ll. die hij aan het helpen was.

6. Woensdag 5 maart, 11.00 uurLes Reinier, 2e klasDe les is net afgerond. De leerlingen hebben de opdracht gekregen alles op te ruimen. Er ontstaat een lichte chaos, een aantal leerlingen blijven zitten en doen amper tot niets. Reinier loopt door de klas en ruimt alles op wat blijft liggen/niet wordt opgeruimd, dus ook het materiaal van de ll. die niks doen. Zij reageren niet en gaan gewoon door met waar ze mee bezig waren, kletsen, whatsappen e.d.

7. Woensdag 5 maart, 13.00 uurLes Reinier, 2e klasEen groep leerlingen is wat onrustig. Een meisje heeft sinds het begin van de les nog niks gedaan en is een van de grote aanleidingen dat de groep onrustig is. Reinier loopt naar ze toe en spreekt ze aan: “Jullie zijn niet goed bezig, wat hebben jullie tot nu toe nou gedaan?!” Een meisje reageert met een lelijk gezicht en zegt iets terug wat ik niet kan verstaan. “Dan moet je niet zo eigenwijs doen, dat is echt niet oke. De vorige keer was ik ook niet tevreden over je werkhouding. Aan het eind is het af” Vervolgens loopt Reinier weer weg. Het meisje blijft doorgaan met storen. Na een tijdje roept Reinier vanaf de andere kant van de ruimte: “…, ik ben tot half 6 op school, jij ook?! Want dan krijg je misschien af wat je in dit uur had kunnen doen”. Als ze na een tijdje nog steeds niet veel werk heeft verzet en weer aan het storen is reageert Reinier: “Nu ben ik het beu, pak je spullen en ga daar zitten *Reinier pakt haar spullen op en legt ze ergens anders neer*” Het meisje volgt.

8. Woensdag 5 maart, 15.00 uurLes Reinier, 2e klasEen jongen komt naar Reinier toe tijdens het zelfstandig werken. Reinier loopt met hem mee naar zijn plek. Reinier moet hem een GO of een NO GO geven, of de jongen verder mag met de maquette. Reinier: “De wc is te klein” “Nee, de deur kan open, je kunt zitten en je kunt er weer uit” “Hij is *Reinier meet de wc op* 50 cm, dat is echt te klein” Een andere ll. mengt zich in het gesprek, ze gaat met haar benen wijd staan en wijst “Dat is zo groot, da’s echt te klein!” “Nietes” “Welles” “Pfff, oke goed dan *de jongen tekent 50 cm bij de wc bij*, zo goed?” Reinier: “Prima, pak alle spullen maar en begin aan de maquette”

9. Woensdag 5 maart, 15.15 uurLes Reinier, 2e klasEen meisje roept Reinier steeds bij zich voor vragen die ze ook aan haar buurvrouw kan stellen. Na een tijdje begint Reinier het beu te worden en zegt hij: “Eerst aan je buurvrouw vragen!” “Ja , maar…!” “Eerst aan …. vragen!” “*zucht* …, hoe zit dat?”. Nog geen twee


minuten laten roept ze Reinier weer en loopt hij naar haar toe: “Klopt dit? Nee toch? Volgens mij niet” “Jawel, dit klopt wel. Dan heb je nu een bevestiging dat je het toch goed doet”. Het meisje gaat weer verder met werken.

10. Vrijdag 7 maart, 13.30 uurLes Reinier, 2e klasDe les is bezig. De klas is vrijwel rustig en Reinier besluit zelf wat aan zijn voorbeeld maquette te werken. Terwijl hij bezig is merk ik dat hij niet helemaal overzicht behoudt over de klas. De klas wordt langzaam onrustiger. Een tafel schuin achter hem begint te klieren. Twee jongens beginnen elkaar uit te dagen. Reinier merkt nog steeds niks. Tot een jongen, als grap, een stanleymes vlakbij de keel van een andere jongen houdt. Ik grijp in, vanaf ik kleine afstand verhef ik mijn stem: “Mes neer, NU. Dat doen we niet!” De jongens kijken wat verschrikt op. Lichtelijk geschokt wuift een het weg met een grapje: “Pas op hoor, nu wordt je geschorst en opgepakt”. Reinier heeft nog steeds niks gemerkt en is nog steeds bezig met zijn maquette.

de tien observaties van Daniel1. Maandag 3 maart 10.50Les van Reinier en Rudiger, 6vwoTijdens de les lopen wij en de leerlingen een rondje door de school om verschillende locaties waar een performance wordt gegeven te bekijken. Tijdens de besprekingen is Reinier nauwelijks aan het woord. Hij laat de leerlingen uitleggen waarom ze deze specifieke locatie hebben gekozen en wat ze er vervolgens mee kunnen doen.

2. Dinsdag 4 maart, 10.10Les van Reinier, 2e klasEen meisje zit in de klas op haar mobieltje te watsappen. Mohammed ( de werkplaatsbegeleider) zegt: ‘Geen mobieltjes!’ waarop het meisje geschokt haar telefoon in haar zak stopt.

3. Dinsdag 4 maart 10.15Les van Reinier, 2e klasNa de rommelige uitleg (mede veroorzaakt door de klas die naast ons les had) werd materiaal uitgedeeld. Een aantal leerlingen kregen de taak om alle opdrachten en schetsen uit te delen. De rest van de klas zat rustig overleggend te wachten tot ze hun spullen hadden ontvangen. Hierdoor was het begin van de les rustig en overzichtelijk .

4. Dinsdag 4 maart, 11.30 (tijd is bij benadering)Aan het einde van de les van Reinier, 2e klasDe leerlingen krijgen de opdracht om alles op te ruimen. Echter werden hier geen taken gegeven. Het einde van de les was rommelig en chaotisch, daarnaast was niet alles optimaal opgeruimd.

Dinsdag 4 maart 11.40 (tijd is bij benaderingAlle troep die op de tafels ligt, stukjes papier, lijmtubes, linialen etc worden door Reinier opgeruimd. De leerlingen hebben het lokaal niet goed opgeruimd, echter heeft Reinier daar niks van gezegd. Daarnaast worden alle ‘onbruikbare’ overblijfselen zonder twijfel weggegooid(!).

5. Woensdag 5 maart les van Reinier, 2e klasDoordat de domeinen zonder afsluiting op elkaar zijn aangesloten is het lastig om een rustmoment te pakken. Er is constante ruis in de lokalen. Het begin van de les verliep


rommelig, Reinier moest zijn stem enorm verheffen om de aandacht te krijgen en deze vast te houden. Daarnaast was de spanningsboog van de leerlingen na 10 minuten verlopen en zat iedereen met hun vinger in de neus te wachten tot ze aan de gang mochten.

6. Woensdag 5 maartLes van Reinier, 2e klasIk vraag aan een leerling of alle andere opdrachten op dezelfde manier gestructureerd zijn, aan de hand van een lijst met eisen. Het antwoord is ja. Ik merk dat alle werkjes hetzelfde eruit zien, er is door de vaste lijst en de regels nauwelijks ruimte voor eigen interpretatie. Daarnaast word alles voorgekauwd: alles is voorgesneden, voorgeknipt, uitgedacht. De leerlingen hebben bijna niets zelf te doen behalve alles op hun plaats plakken en te decoreren. Ik denk dat ik het kan vergelijken met een kleurplaat. Hier is de kleurplaat al uitgeprint, met dikke zwarte lijnen zijn de vlakken aangegeven. De leerlingen krijgen dan verschillende kleuren potlood en mogen de vlakken invullen.

7. Woensdag 5 maartLes van Reinier, 2e klasReinier grijpt in over onvoldoende inzet van een groepje leerlingen. Hij spreekt eerst het tafelgroepje aan over hun inzet. Later, als er niet veel verandert is, loopt hij naar een meisje toe die vanaf dat ze was aangesproken haar potlood niet eens heeft aangeraakt en confronteert haar. “Je hebt de vorige les ook al niets gedaan”, “aan het eind van de les is dit af!”. Na een tijdje komt Reinier controleren of er iets gedaan is, dit is niet het geval. Na het uiten van zijn ergernis, “Ik ben het echt een beetje zat”, zet hij het meisje apart.Aan het eind van de les spreekt hij haar nogmaals aan: “Daar doe je niks en als ik je apart zet, weet je niet wat je moet doen. Morgen is de herkansing, anders word ik pissig.”

8. Woensdag 5 maartLes van Reinier, 4HavoTijdens de les zijn de leerlingen zelfstandig bezig. Ze zijn aan het schilderen op doek, de opdracht is om mensfiguren in een bepaalde positie en plaats te zetten. Echter hebben de leerlingen (na bevragen) geen duidelijke lessen in anatomie, perspectief, opbouw of verfgebruik gekregen, ze zijn gewoon voor een ezel gezet. Hierdoor werden de werken een kleurplaat in plaats van een persoonlijk werk.

9. Woensdag 5 maartLes van Reinier, 5HavoDe eindexamenleerlingen van havo hebben blijkbaar dezelfde opdracht als de leerlingen van vwo. Tijdens het bespreken merk ik dat de leerlingen een totaal andere invulling aan de opdracht dan de vwo leerlingen. Reinier speelt hier nauwelijks op in, hij laat de leerlingen gewoon lekker praten, plaatst vervolgens een opmerking, en vervolgt de reis door het gebouw. Rudiger (een assistent), Rianne en ik zijn veel meer aanwezig in de gesprekken en tijdens de feedback.

10. Vrijdag 7 maart Les van Reinier, 2e klas

Aan het begin kondigde Reinier aan dat hij nog iets wilde vertellen over een excursie de volgende week. Echter was hij tijdens de les vooral met een eigen maquette bezig. Hij zat in het midden van het lokaal te werken, voorover gebogen over zijn werk. Incidenten of onrust


in de klas werden totaal genegeerd, of eigenlijk, niet opgemerkt. Aan het einde van de les ‘werd hij wakker’ en merkte dat er te weinig tijd over was om de excursie te bespreken.

6. Visuele observatie


7. Samenvatting Geef in een beknopt verslag aan wat, naar aanleiding van je oriëntatie, het beeld is van ons vak op een middelbare school en schets een beeld van hoe jij als docent in een beeldend vak wilt functioneren en hoe jij met het vak zou willen omgaan.

Rianne:Ik merk dat beeldende vorming snel een ‘dood vak’ is, in de zin dat het weinig ruimte overlaat tot de zelfexpressie van de ll. Het vak behoort te inspireren, activeren en te zorgen voor zelfontplooiing van de leerling. De taak is dan ook om een goed evenwicht te zoeken in techniek, competenties en die zelfexpressie. Als docent wil ik graag een begeleider zijn die meehelpt in die zoektocht naar (persoonlijke) expressie, inspiratie en ontplooiing. Technieken zijn een middel en geen doel. Graag zou ik ll. meer los willen maken van vastgeroeste denkbeelden, de oogkleppen af laten zetten. Misschien is het wat ambitieus, maar ik zou graag de kloof tussen de middelbare school en de kunstacademie kleiner maken en wellicht zelf dichten. Dus meer focus op het individu en diens ontwikkeling, inspiraties, motivaties e.d.!

DanielIk heb een interessante tijd beleefd op het Amadeus. Op het eerste gezicht miste ik iets, ik heb hier met Rianne druk over gediscussieerd en we kwamen erop uit dat het de vrijheid was. Op de school was er vrijheid aanwezig, echter was deze zeer beperkt. Ik heb hier lang over nagedacht en merkte dat ik het best logisch vond. Ons leersysteem zit namelijk ook op een dergelijke manier in elkaar, we leren op school eerst de basis, een punt dat ons vastzet, en waar wij uiteindelijk verder op kunnen bouwen. Ik denk niet dat het de bedoeling is dat de leerlingen als losse projectielen gaan rondvliegen als we over beeldende vakken praten. Dit komt pas later aan de orde, als de leerlingen een ‘correcte’ uitvalsbasis hebben gevonden.

Laat me dit verder uitleggen: ik ben een fanatiek karateka, en in karate leert men vanaf het begin de basis, hierop wordt gehamerd, wij krijgen dit tot in den treuren, ons ‘eindexamen’ bestaat uit technieken die de beginners leren. Echter worden wij gedwongen om de technieken te perfectioneren en ze eigen te maken. Hierdoor komen de verschillende bewegingen in ons systeem; we kunnen ze op een gegeven moment instinctief gebruiken. En is het dus ook mogelijk om andere stijlen, lastige bewegingen en series uit te oefenen. Door het goed beheersen van de basis is het voor mij mogelijk om verder te gaan, om mijn reis te vervolgen.

Ik denk dat dit niet op een directe manier moet worden toegepast in het klaslokaal, echter ben ik wel van mening dat er geen ontwikkeling mogelijk is als de leerling geen basis heeft. Nadat hij/zij deze heeft aangeleerd, en op een correcte manier technieken en vormen kan toepassen om tot een beeld te komen, zal de leerling kunnen floreren en zijn/haar eigen stijl te ontwikkelen.

web viewin de tweede fase wordt nog steeds hetzelfde format aangehouden bij de opdrachten, maar...

Documents