draaistroommotor: ster- en driehoekschakeling
Post on 11-Jan-2016
101 Views
Preview:
DESCRIPTION
TRANSCRIPT
Draaistroommotor: ster- en driehoekschakeling
Deze animatie is ontworpen door Inno van Dijk uit Zevenaar
Als deze groene toetsen in beeld komen gebruik je……
…….deze toetsen op je toetsenbord.
Verder gebruik je alléén de linkermuistoets om ergens op te klikken.
Bijvoorbeeld: VERDER of MAAK EEN KEUZE
Ga je gang VERDER
Uitleg gebruik animatie.
Draaistroommotor: ster- en driehoekschakeling
L1
L2
L3
N
V V
230/400 V
400 volt230 volt
De spanning tussen één van de fasen en de nul noem je:
FASESPANNING
De spanning tussen twee fasen onderling noem je:
LIJNSPANNING
Draaistroommotor: ster- en driehoekschakeling
L1
L2
L3
N
230/400 V
Toestellen, zoals lampen en de spoelen van motoren, kun je dus aansluiten op 230 volt. Je gebruikt dan telkens één fase en de nul.
Deze toestellen, in dit voorbeeld 3 lampen, zijn dus aangesloten op de lagere fasespanning. Toestelspanning is dus de fasespanning.
Draaistroommotor: ster- en driehoekschakeling
L1
L2
L3
N
230/400 V
Dit is dus de gemeenschappelijke aansluiting op de nuldraad
Bij deze schakeling zijn dan maar 4 draden nodig.
Draaistroommotor: ster- en driehoekschakeling
L1
L2
L3
N
230/400 V
Gemeenschappelijke aansluiting op de nuldraadDe gemeenschappelijke aansluiting op de nuldraad noemen
we het sterpunt van de schakeling.
Deze schakeling wordt dan ook sterschakeling ( Y ) genoemd.
sterpunt
Draaistroommotor: ster- en driehoekschakeling
L1
L2
L3
N
230/400 V
LijnstroomFa
sest
room
Lijnspanning
Lijnspanning tussen 2 fasen
Fase
span
nin
gFasespanning
Tussen één fase en de nul
Eigenschappen sterschakeling:
De lijnstroom IL is net zo groot als de fasestroom IF
De lijnspanning UL is groter dan de fasespanning UF, in dit voorbeeld is de fasespanning 230 V en de lijnspanning 400 V
In formules:
IL = IF
UL = √3 x UF
Draaistroommotor: ster- en driehoekschakeling
L1
L2
L3
N
230/400 V
Toestellen, zoals lampen en de spoelen van motoren, kun je nu dus ook aansluiten op 400 volt. Je gebruikt dan telkens twee fasen.
Bij lampen kan dat niet omdat lampen meestal voor hooguit 230 volt geschikt zijn.
Draaistroommotor: ster- en driehoekschakeling
L1
L2
L3
N
230/400 V
Bij deze schakeling zijn dus maar drie draden nodig en hebben we alléén te maken met de lijnspanning.
Deze (hogere) spanning staat dus over de toestellen, in dit geval over de lampen.
De toestelspanning is dus de lijnspanning.
Draaistroommotor: ster- en driehoekschakeling
L1
L2
L3
N
230/400 V
Deze schakeling noem je driehoekschakeling ∆.
Draaistroommotor: ster- en driehoekschakeling
L1
L2
L3
N
230/400 V
Lijnstroom ILLijnstroom ILLijnstroom IL
Fasestroom IF
Fasestroom IF
Fasestroom IF
De stroom door de toestellen noem je de FASESTROOM
De stroom door de toevoerdraden noem je de LIJNSTROOM
Draaistroommotor: ster- en driehoekschakeling
L1
L2
L3
N
230/400 V
Lijnstroom IL
Fasestroom IF
De lijnspanning UL is net zo groot als de fasespanning UF
De lijnstroom IL is groter dan de fasestroom IF
In formules:
UL = UF
IL = √3 x IF
Lijnspanning
Fasespanning
Eigenschappen driehoekschakeling:
Draaistroommotor: ster- en driehoekschakeling
Of een motor in ster of driehoek moet worden geschakeld hangt dus af van de spoelspanning van de motor.
Deze spoelspanning staat op de motor aangegeven.
Dit kan op verschillende manieren zoals:
230 V 230/400 V 400/230 V
Bij alle drie deze voorbeelden is de spoelspanning 230 volt en moet de motor op de fasespanning worden aangesloten en dus in ster.
De drie spoelen van een draaistroommotor zijn uitwendig op het motoraansluitblokje aangesloten.
Spoel U1 - U2 Spoel V1 - V2 en Spoel W1 - W2
Schematische voorstelling van het motoraansluitblokje.
Draaistroommotor: ster- en driehoekschakeling
De motor moet dan in ster worden geschakeld.
U2
U
1
V2 V1
W1
W2
Je wilt nu een motor met een spoelspanning van 230 volt aansluiten op ons viergeleiderstelsel van 230/400 volt.
Door de samenstelling van het motoraansluitblokje kan dat nu heel eenvoudig.
De uiteinden U2, V2 en W2 moeten worden doorverbonden
Bij de motor zijn drie doorverbindingstripjes geleverd die precies op de aansluitingen passen.
Deze worden onder de drie klemmen U2, V2 en W2 geplaatst.
L3 L2 L1
L1 L2 L3
De 3e strip gooi je niet weg maar plaats je er bij.
Draaistroommotor: ster- en driehoekschakeling
De motor moet dan in driehoek worden geschakeld.
U2
U
1
V2
V
1
W2
W
1
L1 L2 L3
L1 L2 L3
Je ziet in het schema hiernaast dat de aansluiting
U1 is doorverbonden met W2
V1 is doorverbonden met U2 en dat
W1 is doorverbonden met V2
Ook nu komen de drie doorverbindingstrips weer goed van pas.
Je wilt nu een motor met een spoelspanning van 400 volt aansluiten op ons viergeleiderstelsel van 230/400 volt.
Maak een keuze en klik met de linkermuisknop op één van de mogelijkheden:
Alles opnieuw
Stoppen
Je weet nu dat:
Bij sterschakeling U2, V2 en W2 van een motor worden doorverbonden
Bij sterschakeling de doorverbindingstrips horizontaal worden geplaatst
Bij sterschakeling de motorspoelen op de fasespanning zijn aangesloten
Bij driehoekschakeling elke spoel op 2 fasen moet worden aangesloten
Bij driehoekschakeling de doorverbindingstrips verticaal worden geplaatst
Bij driehoekschakeling de motorspoelen op de lijnspanning zijn aangesloten
Draaistroommotor: ster- en driehoekschakeling
Deze animatie is gemaakt door
I J TH M van Dijk
Einde van deze animatie.
Ga nu weer verder met je boek.
top related