bedrijfsplan rijn energie en coÖperatie...4.3 drie pijlers, één doel 4.4 producten & diensten...
TRANSCRIPT
1
RIJN
ENERGIE
COÖPERATIE
EN IJSSEL
BEDRIJFSPLAN
RIJEC_Bedrijfsplan_Cover.indd 1 03-10-12 21:12
BED
RIJFSPLAN
RIJN
ENIJSSEL
ENER
GIE
COÖPER
ATIE
2
3
Dit bedrijfsplan is opgesteld door Green Spread
in opdracht van de gemeente Arnhem.
Oktober 2012
Utrechtseweg 310
Gebouw H02
6812 AR Arnhem
T: 026 - 352 75 72
W: www.greenspread.nl
4
VOORWOORD
5
De transitie naar een duurzame energiehuishouding vergt zowel
ondernemerschap als durf om op het lokale niveau de samenwerking op te
zoeken. Individuele zon-, wind- of warmteprojecten komen nu al regelmatig
van de grond, maar er blijkt nog veel meer mogelijk wanneer inwoners, het
bedrijfsleven en de overheid gezamenlijk de schouders zetten onder een eigen
duurzame energievoorziening. Een coöperatieve vorm biedt bij uitstek de
gelegenheid deze kansen ook echt te benutten en zodoende de lokale economie
van een stimulans te voorzien.
Het lenteakkoord uit 2010 heeft reeds voorgesorteerd op de komst van een
gemeenschappelijk duurzaam energiebedrijf in Arnhem. De gemeente vindt het
van groot belang dat er ook in de toekomst voldoende en betaalbare energie
beschikbaar is voor iedereen. Het realiseren van energiebesparing en het
opwekken van duurzame energie zijn in dat kader de voornaamste uitdagingen.
In het bedrijfsplan van de Rijn en IJssel Energie Coöperatie zijn deze opgaves
vertaald in een lokale maatwerkoplossing voor Arnhem en omstreken.
De regionale focus is bewust gekozen, zodat er voldoende financiële en
organisatorische daadkracht ontstaat om meters te maken op weg naar een
schone en betaalbare energievoorziening.
De vraag naar en het aanbod van duurzame oplossingen verbinden en burgers
of bedrijven met de wens om te verduurzamen volledig ontzorgen: daar staat de
Rijn en IJssel Energie Coöperatie voor. De gemeente Arnhem zal waar mogelijk
haar steentje bijdragen en de coöperatie stimuleren om de ontwikkeling door te
maken die in dit bedrijfsplan wordt geschetst.
Duurzame energie als streekproduct: een mooier doel aan de horizon kan
energiestad Arnhem zich niet wensen. Daarom hoop ik van harte dat eenieder
bereid is de Rijn en IJssel Energie Coöperatie als lid, klant, partner of participant
te ondersteunen.
Margreet van Gastel
Wethouder Ruimte, Milieu en Grondzaken
Gemeente Arnhem
6
INHOUD
7
Voorwoord
Managementsamenvatting
1 Inleiding
1.1 Waarom een energiecoöperatie voor Arnhem en omstreken?
1.2 Doelstelling bedrijfsplan
2 Context Rijn en IJssel Energie Coöperatie
2.1 Regio Rijn en IJssel
2.2 Stakeholders
2.3 Regionale marktontwikkelingen
2.4 Reeds aanwezige initiatieven Regio Arnhem
3 Rijn en IJssel Energie Coöperatie
3.1 Doelstelling
3.2 Missie, visie en waarden
3.3 Coöperatie: toetreding en structuur
3.4 Coöperatie: organisatie en verhoudingen
3.5 Energiediensten
3.6 Energielevering
3.7 Projectontwikkeling
3.8 Duurzaamheidsfonds
3.9 Kosten en opbrengsten coöperatieve ledenorganisatie
4 Energieservicepunt “De KAS”
4.1 Inleiding
4.2 Marktonderzoek
4.3 Drie pijlers, één doel
4.4 Producten & diensten
4.5 Informatie & voorlichting
4.6 Projectbureau
4.7 Kosten en inkomsten
4.8 Conclusies
5 Energielevering
5.1 Herintrede energielevering door lokale partijen
5.2 Samenwerking met partner
5.3 Marktanalyse
5.4 Financiële analyse
6 Projectontwikkeling
6.1 Waardepropositie projectontwikkelingsbedrijf
6.2 Activiteiten
6.3 Afnemers van de diensten
6.4 Middelen en partners
6.5 Inkomsten en kostenstructuur
7 Duurzaamheidsfonds
8 Financiële resultaten
9 Planning
10 Bronnenlijst
Bijlagen
2
6
8
9
11
12
13
14
16
16
18
19
19
21
22
24
24
24
24
25
26
27
28
31
32
38
42
47
48
50
51
52
52
53
54
56
57
57
58
59
60
64
68
72
vanaf 74
8
MANAGEMENTSAMENVATTING
9
Waarom verschijnt dit bedrijfsplan?
Het opstarten van de Rijn en IJssel Energie Coöperatie is de primaire bedoeling
van dit bedrijfsplan. In mei 2012 is zij reeds formeel opgericht. Nu de koers
van de coöperatie is uitgestippeld, kan de zoektocht naar financiering voor de
beoogde activiteiten van start gaan. Tegelijkertijd kan de werving van leden,
klanten, partners en participanten beginnen. Hoe meer mensen, bedrijven
en organisaties zich bij de Rijn en IJssel Energie Coöperatie aansluiten,
hoe daadkrachtiger zij wordt op weg naar een schone en betaalbare
energievoorziening in Arnhem en omstreken.
Wat is de Rijn en IJssel Energie Coöperatie?
De Rijn en IJssel Energie Coöperatie is een initiatief dat burgers, bedrijven en
instellingen uit de Rijn-en-IJssel-regio duurzame energie van lokale afkomst
in het vooruitzicht stelt. De coöperatie profileert zich als een klantgerichte,
samenwerkende en transparante organisatie. Zij biedt diensten en producten
aan, levert duurzame energie en ontwikkelt opwekkingsprojecten. Dit houdt
in dat de doelgroepen minder afhankelijk worden van grote energiebedrijven,
die steeds hogere tarieven rekenen. Sterker nog: een eigen, lokale
energievoorziening geeft de plaatselijke economie en werkgelegenheid een
forse impuls.
Wat wil de Rijn en IJssel Energie Coöperatie bereiken?
De coöperatie wil energiebesparing en de productie van duurzame energie in
de kop van de Rijn-en-IJssel-regio stimuleren en organiseren. De coöperatie ziet
dat de transitie naar een schone, betaalbare en lokale energiehuishouding niet
eenvoudig van de grond komt en wil een verschil maken op dit vlak. Het streven
is al met al om van duurzame energie een streekproduct uit de Rijn-en-IJssel-
regio te maken.
Wat gaat de Rijn en IJssel Energie Coöperatie doen?
De coöperatie zelf verzamelt gegevens over klanten, hun wensen, behoeftes en
houdingen ten aanzien van thema’s als duurzaamheid en benut deze kennis als
doeltreffende marketing- en salesorganisatie. In de praktijk wordt vanuit vier
“takken” toegevoegde waarde geleverd:
• energieservicepunt De KAS ontzorgt burgers, bedrijven en instellingen in
het realiseren van besparing en verduurzaming. De KAS is geen marktpartij,
maar verbindt de vraag naar duurzame producten en diensten met het
lokale aanbod;
• de energieleveringstak is het nutsbedrijf dat duurzame stroom en warmte
levert aan klanten van de coöperatie;
• de projectontwikkelingsorganisatie richt zich op de grootschalige realisatie
van energiebesparing en duurzame energie (windmolens, zonneparken,
warmteprojecten et cetera);
• het duurzaamheidsfonds is de financiële onderlegger onder alle activiteiten
die vanuit de drie andere takken wordt geleverd.
Wat is hiervoor benodigd?
Draagvlak en geld. Dit bedrijfsplan wijst uit dat coöperatie in het derde jaar
zwarte cijfers schrijft. In jaar 1 wordt nog € 75.000 meer uitgegeven dan dat er
binnenkomt; in jaar 2 € 110.000. De coöperatie hoopt dat er opstartmiddelen
beschikbaar komen om een vliegende start te kunnen maken. Budget om direct
een vaste coördinator van De KAS aan te kunnen stellen, is in het bijzonder
wenselijk omdat zo de kosten van extern personeel gedrukt kunnen worden. De
coöperatie is daarnaast zeer gebaat bij projecten die zij kan ontwikkelen
10
INLEIDINGHOOFDSTUK 01
11
De Rijn en IJssel Energie Coöperatie is in mei 2012 formeel opgericht. De
energiecoöperaties die de laatste jaren zijn ontstaan in ons land zijn nu eens
burgerinitiatieven en dan weer organisaties die voortkomen uit de markt of
politieke kringen.
Voor de Rijn en IJssel Energie Coöperatie geldt dat zij zowel publieke als
private wortels heeft. De gemeente Arnhem had begin 2012 Green Spread
gevraagd een plan te maken dat de route tot en verrichtingen van een rendabel
energieservicepunt duidt. Tegelijkertijd was vanuit de markt, door OutSmart en
TK10, het idee voor een lokaal coöperatief nuts- en ontwikkelbedrijf uitgewerkt.
Besloten is de synergie tussen beide initiatieven te zoeken en de plannen te
vangen onder één paraplu.
De Rijn en IJssel Energie Coöperatie omsluit daarom zowel een
energieservicepunt als een leveringstak en een ontwikkelbedrijf. Deze drie
takken kunnen los van elkaar worden beschouwd en vertegenwoordigen
verschillende disciplines (zie hoofdstuk 3 t/m 6), maar vormen feitelijk wel een
drie-eenheid. In dit bedrijfsplan wordt toegelicht hoe deze takken elkaar kunnen
aanvullen en versnellen.
Waarom een energiecoöperatie voor Arnhem en omstreken?
Stijgende energieprijzen, uitgeputte bronnen, klimaatverandering: in een
samenleving die draait op fossiele brandstoffen nemen de maatschappelijke
problemen steeds serieuzere vormen aan. Is er straks nog wel energie
beschikbaar voor iedereen? Welke prijs wordt daarvoor betaald en aan wie?
Wat is de invloed van de energiehuishouding op onze leefomgeving? Dat
zijn vragen die aan de orde zijn en een zoektocht naar alternatieve bronnen
rechtvaardigen; temeer omdat inwoners en bedrijven uit Arnhem en omstreken
nu miljoenen betalen aan energiereuzen die niet zelden in buitenlandse handen
zijn. Dit geld kan ook voor de regio behouden blijven wanneer er, dankzij
duurzame energiebronnen, een lokale energievoorziening wordt vormgegeven.
Deze duurzame energiebronnen kunnen onze behoefte aan elektriciteit
en warmte op een schone, onuitputtelijke en betaalbare wijze invullen.
De mogelijkheden van zonne-energie, windenergie, biomassa, warmte-
koudeopslag, geothermie worden daarom steeds vaker omarmd. De noodzaak
van de transitie naar een duurzame energiehuishouding wordt sterk onderkend
in de regio Arnhem. Op beleidsniveau hebben diverse gemeenten zichzelf aan
een doelstelling gecommitteerd:
• De gemeente Arnhem wil in de periode 2010-2014 jaarlijks 3 procent
energiebesparing realiseren en het aandeel duurzame energie in de totale
energiemix met 7 procent laten groeien.
• De gemeente Rheden wil op lange termijn (2040) CO₂-neutraal zijn.
• De gemeente Renkum heeft het streven om op termijn een
klimaatneutrale gemeente te zijn.
Ondanks het beleid worden er te weinig projecten gerealiseerd die bijdragen
aan het realiseren van de klimaatdoelstellingen. Versnelling is noodzakelijk.
Gemeenten zijn dan ook op zoek naar alternatieve manieren om het beleid
naar de praktijk te vertalen. In dat kader wordt hechtere samenwerking met
marktpartijen gezocht. De komst van de Rijn en IJssel Energie Coöperatie sluit
hier naadloos op aan, maar voor het succes ervan dienen diverse knelpunten in
acht te worden genomen.
1.1
12
Aandachtspunten
Grootschaligheid en vermindering van regionale betrokkenheid
Traditionele marktpartijen zijn nauwelijks geïnteresseerd in het lokaal
opwekken van duurzame energie en richten hun aandacht voornamelijk op
de Europese markt. Door de vele fusies en overnames van in eerste instantie
regionaal opererende energiebedrijven en de terugtrekkende overheid is de
lokale betrokkenheid sterk verminderd. De zeggenschap van lokale overheden
is overgedragen aan Europese partijen zoals Vattenfall en RWE. De nieuwe
aandeelhouders verlangen een hogere winstuitkering en richten zich op
bewezen grootschalige elektriciteitsopwekking. Projecten met hogere risico’s
dienen een hoger financieel rendement te behalen dan andere. Hierdoor
worden duurzame projecten veelal financieel onhaalbaar geacht.
Gebrek aan kennis en regie
Duurzame projecten vereisen voldoende kennis op zowel technisch als
financieel en juridisch gebied. Veel lokale initiatieven stranden vanwege het
gebrek aan inhoudelijke kennis en ervaring. Kennis over financiering is een
vereiste, aangezien duurzame projecten over het algemeen een lange looptijd
hebben. De aandacht en de kennis zijn versnipperd en er wordt onvoldoende
schaalgrootte bereikt om grotere (groene) financieringsfondsen aan te boren.
De energievoorziening bestaat uit een lange keten waarin verschillende publieke
en private partijen een rol spelen. De keten van energieproductie, -transport
en -distributie omvat naast technische veel financiële en juridische aspecten,
die verschillen per activiteit. Om die reden wordt de Rijn en IJssel Energie
Coöperatie in dit business plan geïntroduceerd als een organisatie met een
projectontwikkelings-, leverings- en dienstentak.
Faciliterende overheid
De Nederlandse overheid heeft een uiterst ambivalent gezicht ten aanzien
van de verduurzaming van de energievoorziening. De overheid voorziet niet
in een krachtig beleid om de klimaatdoelstellingen te realiseren. De overheid
kiest voor een stimuleringsbeleid waarmee de energiemarkt zelf stappen kan
zetten. Lokale overheden, zoals de gemeente Arnhem, zijn doorgaans bereid
marktpartijen organisatorisch te ondersteunen bij het verwezenlijken van
deze ambities. Financiële middelen worden beperkt beschikbaar gesteld. Het
uitgangspunt dat hierbij centraal staat, is dat duurzame projecten en initiatieven
op de middellange termijn economisch zelfstandig moeten zijn.
Gebrek aan lokaal draagvlak en lokale betrokkenheid
De duurzame transitie begint met kleinschalige ontwikkelingen, de zogenaamde
“grassroots initiatives”. Hierbij kan gedacht worden aan het realiseren van
zonnepanelen op een schoolgebouw of energiebesparing bij woningen. Door de
betrokkenheid van lokale bedrijven en inwoners te verhogen, is het mogelijk de
noodzakelijk geachte versnelling aan te wakkeren; wanneer initiatieven op het
vlak van duurzame energie de mogelijkheid tot burgerparticipatie bieden, wordt
ook de “massa” verleid tot het maken van duurzame keuzes.
In het algemeen willen steeds meer consumenten betrokken worden bij
het ontwikkelingsproces van producten en diensten. Deze prosumenten
willen actief deel uitmaken van de ontwikkeling en genereren van ideeën
en hopen op een moment van “fame”. Daar zijn al diverse voorbeelden van
waarneembaar; of het nu het product of de dienst zelf betreft, de verpakking of
het meedenken ten aanzien van de campagne eromheen. Op dit vlak heeft het
bedrijf, de leverancier of de retailer evenwel nog steeds de regie. Deze partijen
hebben doorgaans de grootste invloed op de uitkomst van het product of de
dienstverlening.
13
1.2
Tegelijkertijd ontwikkelen zich initiatieven waarbij de consument zelf de regie
heeft en producten of diensten zowel voor als door de consumenten worden
ontwikkeld. In plaats van de doelgroep te instrueren en te inspireren, is het zaak
de consument te faciliteren en te adviseren op weg naar het gewenste resultaat.
Een coöperatie die in samenwerking met leden, klanten en participanten een
lokale energievoorziening wil optuigen, moet zich hier goed van bewust zijn.
Energieprijsstijgingen
Consumenten en bedrijven hebben de laatste jaren met flinke
energieprijsstijgingen te maken gehad. De onderstaande CBS-grafiek laat zien
dat de consumentenprijs voor elektriciteit in een periode van tien jaar meer dan
verdubbeld is.
Kiezen voor een lokale en duurzame energievoorziening impliceert dat er werk
wordt gemaakt van een oplossing voor de stijging van de tarieven. De kostprijs
van iedere kilowattuur staat immers voor een veel langere periode vast als er
energie uit windmolens, zonnepanelen en duurzame varianten aan het systeem
wordt toegevoerd. Deze kostprijs daalt bovendien hard.
Doelstelling bedrijfsplan
De voorgenoemde knelpunten schetsen een speelveld dat enerzijds verklaart
waarom de samenleving vandaag de dag nog op fossiele bronnen draait.
Anderzijds refereren ze aan het verlangen om de energiehuishouding anders in
te richten, zodat een schone, betaalbare en betrouwbare energievoorziening
kan worden gerealiseerd. De Rijn en IJssel Energie Coöperatie wil het vehikel zijn
dat dit verschil kan maken in de geografische context van Arnhem en omstreken.
Het oprichten en opstarten van de Rijn en IJssel Energie Coöperatie is de
primaire bedoeling achter het onderliggende document.
In het bedrijfsplan wordt beschreven hoe de coöperatie de versnelling
wil realiseren die benodigd is voor de totstandkoming van een duurzame
energievoorziening. Daarbij wordt aangegeven hoe de afzonderlijke domeinen -
de projectontwikkeling, energielevering en diensten - met elkaar samenhangen.
Het opzetten van de gehele organisatie zal bij aanvang niet direct worden
gerealiseerd. In eerste instantie worden de basale organisatieonderdelen
opgezet. In een latere fase wordt de organisatie opgeschaald. In dit bedrijfsplan
staat beschreven hoe de energiecoöperatie zich in de komende periode
wil ontwikkelen.De ontwikkelingssnelheid van de coöperatie hangt af van
de middelen waarover de coöperatie beschikt. Een belangrijk doel van het
onderliggende bedrijfsplan is het verkrijgen van draagvlak bij publieke en private
partijen die willen samenwerken met de coöperatie.
€ / 1
.000
kW
h
300
250
200
150
100
0
Tarief kleinverbruik (exclusief BTW)
1998
2000
2002
2004
2006
2008
2010
2012
2014
14
CONTEXTRIJN
IJSSELENERGIECOÖPERATIE
EN
HOOFDSTUK 02
15
2.1
In hoofdstuk 1 zijn de contouren geduid van het speelveld waarin de Rijn
en IJssel Energie Coöperatie gaat werken aan haar verankering in de lokale
energiemarkt. Op de achtergrond zijn er diverse trends en contextuele
parameters herkenbaar die relevant zijn voor de strategie die de coöperatie
kiest. Deze context wordt in dit hoofdstuk beschreven.
Regio Rijn en IJssel
Het ontwikkelen en vermarkten van een streekproduct vraagt om een heldere
definitie van het afzetgebied, oftewel de doelgroep. Feitelijk kan ieder
huishouden, bedrijf of organisatie gebruikmaken van de energiediensten die
de Rijn en IJssel Energie Coöperatie levert. De naam van de energiecoöperatie
verraadt reeds dat het hier gaat om het stroomgebied van de rivieren Rijn en
IJssel, en dan vooral om het gebied rond Arnhem, het punt waar de Rijn zich
splitst in de Neder-Rijn en de IJssel.
De kracht van een lokaal georiënteerde coöperatie zit in het feit dat zij
zich nauw verbonden voelt met haar doelgroep en niet buiten haar eigen
geografische kaders treedt. In de provincie Gelderland zijn de afgelopen periode
diverse initiatieven ontloken die zich inzetten voor de productie en afzet
van duurzame energie in de eigen regio. Lochem Energie, de Achterhoekse
Groene Energiemaatschappij (AGEM), Vallei Energie, DeA en de Zutphense
EnergieTransitie (ZET) zijn hier voorbeelden van.
In de directe omgeving van Arnhem bestaat nog geen soortgelijke organisatie.
De geografische scope van de Rijn en IJssel Energie Coöperatie wordt dan ook
mede bepaald door het focusgebied van de reeds bestaande initiatieven. In de
onderstaande figuur staat deze scope in het oranje weergegeven. De grenzen
van alle gebieden zijn indicatief afgebeeld en in de praktijk uiteraard veel
flexibeler.
Het is evenwel een feit dat de kern van het Rijn-en-IJssel-gebied bestaat uit
de gemeenten Arnhem, Duiven, Lingewaard, Overbetuwe, Renkum, Rheden,
Westervoort en Zevenaar. Ook energievragers uit de gemeenten Doesburg en
Rijnwaarden behoren tot de doelgroep, maar zij zijn in het omliggende gebied
gesitueerd. Samengevat gaat het om een gebied van ongeveer tien kilometer
rondom Arnhem.
16
2.2 Stakeholders
Inwoners
In het focusgebied van de Rijn en IJssel Energie Coöperatie bevinden zich
412.431 inwoners, verdeeld over 186.870 huishoudens, zoals blijkt uit de
onderstaande CBS-tabel met daarin data uit 2011.
Gemeente Plaatsen Inwoners(aantal)
Huishoudens(aantal)
Bedrijven(aantal)
Energiekostenhuishoudens
(milj. euro)
Arnhem Arnhem 148.070 74.453 20.735 119,1
Duiven Duiven 25.550 10.246 3.635 16,4
Lingewaard Huissen, Bemmel, Gendt 45.589 18.606 5.925 29,8
Renkum Renkum, Oosterbeek, Wolfheze 31.559 13.997 5.540 22,4
Rheden Rheden, Dieren, Velp 43.982 20.320 1.490 32,5
Rozendaal Rozendaal, Imbosch, Terlet 1.512 632 285 1,0
Westervoort Westervoort 15.336 6.410 1.615 10,3
Zevenaar Zevenaar, Giesbeek 32.234 14.233 4.240 22,8
Totaal kerngebied 343.832 158.897 43.465 254,2
Doesburg Doesburg 11.636 5.146 1.360 8,2
Overbetuwe Heteren, Zetten, Driel, Elst 45.953 18.240 7.120 29,2
Rijnwaarden Lobith, Pannerden 11.010 4.587 285 7,3
Totaal omliggend gebied 68.599 27.973 8.765 44,8
Totaal 412.431 186.870 66.850 376,8
Het geld dat inwoners nu nog betalen aan grote energiebedrijven die soms
zelfs in eigendom van buitenlandse partijen zijn, kan dankzij de coöperatie
terugvloeien in de eigen regio. De energiecoöperatie kan de lokale
economie zodoende van een stimulans voorzien, ook omdat er op dit niveau
werkgelegenheid ontstaat. Vanuit het perspectief van de Rijn en IJssel Energie
Coöperatie is juist het aantal huishoudens interessant, omdat één huishouden
doorgaans één energieaansluiting heeft en dus één potentiële klant van de Rijn
en IJssel Energie Coöperatie is. Het potentieel aan leden en participanten
(zie hoofdstuk 3) is - bedrijven buiten beschouwing gelaten - wel gelijk aan het
aantal inwoners.
Uit de tabel blijkt daarnaast dat de huishoudens uit het focusgebied samen
jaarlijks € 376,8 miljoen betalen aan energiebedrijven, uitgaande van de
aanname dat een gemiddeld gezin ieder jaar voor € 1.600,- aan energie
verbruikt. Nu worden deze gelden nog vaak geïncasseerd door de grote
energiereuzen die niet zelden in buitenlandse handen zijn. De Rijn en IJssel
Energie Coöperatie ziet dat dit anders kan en maakt zich er sterk voor dat deze
enorme bedragen voor de eigen regio behouden blijven, onder meer door het
geld terug te laten vloeien in lokale opwekkingsprojecten wat duurzame energie
betreft.
Bedrijfsleven
Ook het bedrijfsleven in Arnhem en omstreken maakt deel uit van de doelgroep
van de Rijn en IJssel Energie Coöperatie. Uit de tabel aan de linkerzijde van deze
pagina valt op te maken dat er nog eens 66.565 potentiële klanten voor de
coöperatie zijn wanneer het vizier ook op het bedrijfsleven wordt gericht.
De energiebehoefte van een bedrijf is, gemiddeld gesproken, vele malen groter
dan de energiebehoefte van een huishouden. Dat maakt deze subdoelgroep
extra interessant voor de Rijn en IJssel Energie Coöperatie, temeer omdat
via een bedrijf ook de mensen achter de organisatie kunnen worden bereikt.
Tevens is er de mogelijkheid voor bedrijven om zich als samenwerkingspartner
aan de coöperatie te verbinden. Vanuit die hoedanigheid kunnen bijvoorbeeld
gezamenlijk acties, producten of marketingactiviteiten worden vormgegeven,
terwijl de coöperatie ook voor de gunning van opdrachten bij deze partner kan
aankloppen.
17
Bedrijven kunnen tot slot ook aanbieder worden van een product of dienst die
(mede) via de coöperatie wordt vermarkt; zie paragraaf 4.2. Al met al kunnen
bedrijven op de volgende manieren verbonden zijn aan de coöperatie:
• als klant;
• als samenwerkingspartner;
• als aanbiedende partij.
Onderwijsinstellingen
De Rijn en IJssel Energie Coöperatie streeft naar een hechte samenwerking
met de onderwijsinstellingen in haar focusgebied. Zowel op middelbaar
als hoger onderwijsniveau wordt een samenwerking als zeer wenselijk en
versterkend beschouwd. De Hogeschool Arnhem en Nijmegen (HAN) heeft zich
duidelijk uitgesproken voor een duurzame economie. In samenwerking met de
hogeschool zullen studenten direct in aanraking kunnen komen met projecten
die zich richten op duurzaamheid.
Het ROC Rijn IJssel kan evengoed optreden als klant of samenwerkingspartner
van de coöperatie en staat hier net als de HAN voor open; zie bijlage 1. Naast
de HAN en het ROC zijn er nog diverse andere onderwijsinstellingen met wie de
Rijn en IJssel Energie Coöperatie hoopt te kunnen samenwerken. Dit zijn: ArtEZ,
HBO Nederland, ROC A12 en de Arnhem International School.
Gemeenten
Gemeenten zijn zeer belangrijke stakeholders voor de coöperatie. Vanuit haar
publieke rol kan een gemeente de coöperatie goed ondersteunen door het
verschaffen van de waardevolle ingangen. Daarnaast kan de coöperatie een
operationele rol op zich nemen bij het verwezenlijken van het beleid van een
gemeente: activiteiten die de overheid wenst te ondernemen, kunnen door de
coöperatie ten uitvoer worden gebracht.
Ook kunnen de communicatiekanalen van gemeenten worden benut bij
het uitdragen van actualiteiten en informatie omtrent energiebesparing en
duurzame energie. De Rijn en IJssel Energie Coöperatie mikt op succesvolle
samenwerking met de volgende gemeenten: Arnhem, Doesburg, Duiven,
Lingewaard, Overbetuwe, Renkum, Rheden, Rijnwaarden, Westervoort en
Zevenaar.
18
2.3 2.4Regionale marktontwikkelingen
Opschaling traditionele energiebedrijven
Arnhem heeft van oudsher veel economische activiteit gekend in de
energiesector. Bedrijven als Nuon, Essent, KEMA en TenneT bepalen het beleid
vanuit Arnhem. Door de opschaling van deze bedrijven (Nuon is eigendom van
het Zweedse Vattenfall; Essent van het Duitse RWE) zijn de hoofdkantoren de
afgelopen jaren verhuisd naar andere steden. De werkgelegenheid in Arnhem is
daardoor aanzienlijk afgenomen, zoals ook blijkt uit de grafiek hieronder.
Reeds aanwezige initiatieven Regio Arnhem
Binnen de regio Arnhem zijn er reeds meerdere bedrijven en organisaties
die zich bezighouden met de verduurzaming van de energievoorziening. Het
daadwerkelijk leveren van duurzame energie wordt anno 2012 alleen opgepakt
door landelijke spelers als Greenchoice en Eneco. Het lokaal aanbieden van
duurzame producten en diensten wordt wel reeds opgepakt door een aantal
partijen.
De Groene Vos
Stichting Kom op voor een duurzame wijk / De Groene Vos is een duidelijk
voorbeeld hiervan. Deze Arnhemse organisatie heeft als missie om op lokaal
niveau en op een professionele wijze bij te dragen aan duurzame ontwikkeling.
Zij wil mensen en organisaties motiveren en inspireren tot een duurzame
levensstijl.
Tot op heden is dat onder meer tot uiting gekomen in wijkgerichte
energiebesparingscampagnes en een fysiek punt voor de verkoop van
allerhande duurzame producten. De Groene Vos heeft de ambitie om
een bedrijfsmatige groei te realiseren en haar takenpakket te verbreden:
in de toekomst wil zij onder meer adviezen geven, educatie verzorgen,
flexwerkplekken aanbieden, vervoersmiddelen verhuren et cetera.
Duurzaamheid staat bij al deze activiteiten centraal en de plannen met
betrekking tot het energieservicepunt van de Rijn en IJssel Energie Coöperatie
(zie hoofdstuk 4) wordt logischerwijs met veel interesse gevolgd.
Aant
al b
anen
4500
4000
3500
3000
2500
2000
1500
1000
500
0
Ontwikkeling banen energievoorziening regio Arnhem
2008
2009
2010
2011
2012
19
Het Groene Hert
Het Groene Hert is een soortgelijk voorbeeld. Het Groene Hert is fysiek
gesitueerd in Nijmegen, maar richt zich op toenemende mate op gebieden
buiten haar thuisstad, waaronder Arnhem en omgeving, hoewel een
oriënterend gesprek met de Rijn en IJssel Energie Coöperatie tot op heden niet
heeft geleid tot follow-up vanuit Nijmeegse zijde. Het Groene Hert profileert
zich evenwel als zenuwcentrum op het gebied van duurzaamheid waarbinnen
activiteiten plaatsvinden voor consumenten en bedrijven. Advies, informatie,
hulp, producten, werkplekken: dat kunnen consumenten vinden op de locatie
in Nijmegen. Bedrijven kunnen hier hun duurzame producten en/of diensten
promoten.
Gemeente Arnhem
Duurzaamheid dient het publieke belang en daarom wil de gemeente Arnhem
haar inwoners en het bedrijfsleven stimuleren als het gaat om het leveren van
een bijdrage aan de duurzame transitie.
De gemeente Arnhem kenmerkt zich in het algemeen als een creatieve
en groene gemeente. Creatief op het gebied van educatie, cultuur en
ondernemerschap. Groen in de vorm van natuur en parken in en om de stad,
maar ook in de vorm van duurzaamheid. Met al meer dan zestig jaar elektrische
stadsbussen, de thuishaven van vele energiebedrijven, het convenant “Energie
made in [Arnhem]” et cetera.
De gemeente faciliteert, adviseert en coacht. Het bedrijfsleven en de burgers
bundelen krachten. Ondernemers en inwoners worden aangesproken op hun
verantwoordelijkheden en voelen zich ook verantwoordelijk. Ze zijn betrokken
bij het ontwikkelen en tot stand komen van diverse duurzaamheidstrajecten en
kunnen het kloppende hart van de Rijn en IJssel Energie Coöperatie vormen.
20
RIJN
IJSSELENERGIECOÖPERATIE
EN
HOOFDSTUK 03
21
3.1
3.2De Rijn en IJssel Energie Coöperatie, de organisatie die centraal staat in dit
bedrijfsplan, heeft het streven om de energietransitie in Arnhem en omstreken
te versnellen en een positief verschil te maken als het gaat om de lokale
economie en werkgelegenheid in het bijzonder. De aanleiding tot en context
van de coöperatie zijn geschetst, maar wat is en doet de coöperatie exact? Die
vragen staat centraal in dit hoofdstuk.
Doelstelling
De Rijn en IJssel Energie Coöperatie wil een actieve bijdrage leveren aan
de verduurzaming van de energievoorziening in en rond Arnhem. Zij wil
de barrières die momenteel belemmerend werken opheffen en zodoende
versnelling realiseren in de energietransitie. De belangrijkste doelstelling van
de Rijn en IJssel Energie Coöperatie luidt dan ook: het zowel stimuleren als
organiseren van energiebesparing en de productie van duurzame energie in de
Rijn-en-IJssel-regio. Dit doel wordt op diverse manieren nagestreefd. Zo zal de
coöperatie zich gaan toeleggen op:
• het ontwikkelen, realiseren en exploiteren van (lokale) duurzame
energieprojecten;
• het geven van voorlichting over de lokale opwekking en het gebruik van
duurzame energie;
• het in- en verkopen van duurzame energie;
• het realiseren van samenwerking met derden die soortgelijke doelstellingen
hebben;
• het stimuleren van energiebesparing;
• het verbinden van de vraag naar en het lokale aanbod van duurzame
producten en diensten;
• het bevorderen van het bewustzijn wat duurzaamheid betreft en van de
sociale samenhang inzake de voorgenoemde onderwerpen.
Missie, visie en waarden
Missie
Het leveren van groene energie uit de productie van duurzame bronnen in de
Rijn-en-IJssel-regio en het stimuleren en organiseren van energiebesparing bij
huishoudens en bedrijven.
Visie
De Rijn en IJssel Energie Coöperatie ziet dat de transitie naar een schone en
betaalbare energiehuishouding maar moeilijk van de grond komt. Ondertussen
blijven inwoners en bedrijven uit de regio jaarlijks miljoenen voor hun stroom
en gas betalen aan grote energiebedrijven die deels andere belangen hebben
dan inwoners of ondernemers uit Arnhem en omstreken. Door op lokaal
niveau samen een duurzame energievoorziening te ontwikkelen, kunnen deze
energiegelden voor de eigen regio behouden blijven.
De Rijn en IJssel Energiecoöperatie wil aan de wieg staan van deze lokale,
schone en betaalbare energiehuishouding. Dat begint met energiebesparing en
gaat verder met het opwekken van duurzame energie. De coöperatie wil van
duurzame energie een streekproduct uit de Rijn-en-IJssel-regio maken.
Het streven is om duurzame stroom en gas te leveren aan zoveel mogelijk
huishoudens in de thuisregio. Tegelijkertijd wil de coöperatie het lokale
bedrijfsleven verleiden tot de keuze voor duurzame energie van eigen bodem.
Coöperatieve samenwerking is daarbij het uitgangspunt: de coöperatie verbindt
de lokale vraag naar energiebesparing en duurzame energie met het lokale
aanbod van duurzame oplossingen.
22
LEDENRAAD
RIJN EN IJSSEL ENERGIE COÖPERATIE
ENERGIELEVERING
FINANCIERINGDUURZAAMHEIDSFONDS
PROJECTONTWIKKELINGSERVICEPUNT “DE KAS”
RAAD VAN ADVIES
ZON WIND WARMTEPRODUCTEN & DIENSTEN
INFORMATIE&
VOORLICHTING
PROJECT-BUREAU
PARTICU-LIEREN
BEDRIJVEN
GEMEENTE ARNHEM
BANKEN/DERDEN
PROVINCIEGELDERLAND
VERENI-GINGEN ETC.
23
3.3
Waarden
De Rijn en IJssel Energie Coöperatie is een klantgericht, samenwerkend en
transparant energiebedrijf waar zowel huishoudens als bedrijven terechtkunnen
voor lokaal geproduceerde energie en voor diensten en producten op het
gebied van schoner en efficiënter energiegebruik. “Less” is “more” voor
de coöperatie. Zij helpt klanten desgewenst bij het verbruiken van zo min
mogelijk energie door te besparen of zelf energie op te wekken. Ook binnen
de eigen bedrijfsvoering staan efficiëntie, de inzet van lokale leveranciers en
duurzaamheid hoog in het vaandel.
Coöperatie: toetreding en structuur
De Rijn en IJssel Energie Coöperatie is een als coöperatie opgerichte vereniging.
Zowel natuurlijke personen (vanaf 18 jaar) als rechtspersonen kunnen lid
worden van de coöperatie. Anders gezegd: zowel inwoners als bedrijven kunnen
een lidmaatschap bemachtigen. De coöperatieve inslag is gekozen gezien de
mogelijkheid om als lid ervan zeggenschap uit te oefenen over de samenstelling
van het bestuur en de wijze waarop winsten benut worden, via de ledenraad.
Bedrijven en inwoners krijgen dus de kans het heft in eigen hand te nemen.
Het lidmaatschap van de Rijn en IJssel Energie Coöperatie levert via de
algemene ledenvergadering (ALV) zeggenschap en eigenaarschap op.
Daarnaast worden ledenbijeenkomsten voor en door leden van de Rijn en
IJssel Energie Coöperatie georganiseerd. Bovendien krijgen leden via een
nieuwsbrief en website informatie over lopende projecten en initiatieven. Een
lid betaalt jaarlijks contributie, waarvan de hoogte wordt vastgesteld door de
ledenvergadering. Op dit moment is de prijs van het lidmaatschap € 45,- voor
particulieren en € 150,- voor bedrijven.
In samenwerking met servicepunt “De KAS” (zie hoofdstuk 4) wordt bepaald
welke voordelen leden krijgen ten aanzien van een aantal producten en
diensten. Eenieder kan naast lid ook klant, partner of participant van de Rijn
en IJssel Energie Coöperatie worden. Klanten zijn degenen die de elektriciteit,
warmte en/of gas afnemen en hiervoor een marktconforme prijs betalen, of
degenen die een product of dienst vanuit het servicepunt De KAS aanschaffen.
Participanten brengen middelen in voor projecten in de ontwikkelingstak. De
participatie kan bestaan uit risicodragend kapitaal, maar bijvoorbeeld ook uit
een percentage van de omzet van het project in kwestie. Partners zijn ten slotte
rechtspersonen die een al dan niet materiële bijdrage aan de coöperatie leveren
en daartoe een partnershipovereenkomst tekenen, losstaand van afzonderlijke
projecten.
De verdeling tussen leden, klanten, partners en participanten verraadt dat de
doelstellingen van de coöperatie in de praktijk op diverse manieren worden
nagestreefd: via een servicepunt, een leveringstak en een organisatie die
zich toelegt op projectontwikkeling. Deze onderverdeling staat in de figuur
hiernaast weergegeven. Het Duurzaamheidsfonds (zie H7) is overal de financiële
onderlegger.
24
3.4 Coöperatie: organisatie en verhoudingen
Het meest bijzondere element van de organisatie is dat zij een coöperatie
met leden is die allen actief betrokken zijn bij duurzame-energie-initiatieven.
Dit levert zelforganisatie van gelijkdenkenden op, evenals gezamenlijke
inkoopkracht en de status van een aantrekkelijke doelgroep voor leveranciers.
De drie takken binnen de coöperatie fungeren via geavanceerde CMS- en
CRM-systemen als communicerende vaten binnen het geheel van de
energiecoöperatie. De toegevoegde waarde van de energiecoöperatie ligt
niet alleen in het lokaal produceren en leveren van duurzame energie, maar
evenzeer in het verzamelen van data over de doelgroepen (consumenten
en bedrijven). De verworven kennis van klanten, hun wensen, behoeftes en
houdingen ten aanzien van thema’s als duurzaamheid kan worden ingezet via
een doeltreffende marketing- en salesorganisatie. De vraag- én aanbodzijde
kunnen hier hun voordeel mee doen.
Ook op een andere wijze staan de diensten-, leverings- en ontwikkeltak van
de coöperatie met elkaar in verbinding, aangezien ze elkaars succes mogelijk
maken:
• een servicepunt dat burgers ontzorgt en de deskundige hulp is op weg naar
duurzaamheid, kweekt goodwill bij mensen om zich bij de coöperatie aan te
sluiten;
• een leveringstak die veel klanten van duurzame energie voorziet, genereert
inkomsten die ten behoeve van de projectontwikkeling kunnen worden
ingezet;
• een project dat door de coöperatie wordt ontwikkeld, komt eenvoudiger
van de grond op het moment dat de afzet van energie reeds gewaarborgd is
via de leveringstak.
• de winsten die vanuit de leverings- en projectontwikkelingstak worden
gerealiseerd, kunnen worden ingezet om de onrendabele top van
activiteiten uit het servicepunt te dekken.
In dit bedrijfsplan worden voor de individuele diensten-, leverings- en
ontwikkelingstak de cijfers met betrekking tot inkomsten en uitgaven op een rij
gezet. De in deze paragraaf toegelichte samenhang tussen de onderdelen van
de Rijn en IJssel Energie Coöperatie blijkt daardoor ook uit getallen; zie hiervoor
hoofdstuk 4, 5 en 6.
Bij aanvang wordt de toegelichte organisatie niet in zijn geheel gerealiseerd:
in eerste instantie worden de basale organisatieonderdelen opgezet. In een
latere fase wordt de organisatie opgeschaald. In het vervolg van dit bedrijfsplan
staat beschreven hoe de energiecoöperatie zich in de komende periode exact
wil ontwikkelen. Daarbij geldt: de ontwikkelingssnelheid van de coöperatie
hangt nauw samen met de beschikbare middelen. Een belangrijk doel van het
onderhavige bedrijfsplan is het verkrijgen van draagvlak van publieke en private
partijen die willen samenwerken met de coöperatie.
De organisatie van de Rijn en IJssel Energie Coöperatie wordt ten slotte
gekenmerkt door een raad van advies, in het kader van de wens om voor
leden, klanten en participanten een transparante organisatie te zijn; deze raad
zorgt voor de toetsing en algemene advisering ten aanzien van het beleid. Een
financieel een juridisch correcte bedrijfsvoering is het voorziene resultaat. De
raad bestaat uit maximaal drie personen die zich duidelijk verbonden voelen
met de doelstellingen van de Rijn en IJssel Energie Coöperatie.
25
Ontwikkeling ledenaantal
De inwoners, bedrijven en instellingen die lid zijn van Rijn en IJssel, vormen
samen de coöperatie. In eerste instantie verwacht de coöperatie vooral de
“donkergroene” doelgroep voor zich te kunnen winnen, waarmee de mensen
en organisaties worden bedoeld die zich uit overtuiging nauw verbonden voelen
met het thema duurzaamheid. De crux ligt juist in het vinden en binden van de
“lichtgroene” doelgroep, waarmee de grote groep wordt bedoeld die weliswaar
openstaat voor duurzame handelingen, maar zich niet intrinsiek betrokken voelt
bij de transitie naar een duurzame energiehuishouding.
Het ledenbestand zal bestaan uit diverse categorieën: er wordt onderscheid
gemaakt tussen particulieren, bedrijven en maatschappelijke instellingen.
In de grafiek hierboven is aangegeven wat de verwachting is van de
ledenontwikkeling. Na een periode van vijf jaar verwacht de coöperatie 750
particuliere leden in haar portfolio te hebben en 60 bedrijven aan zich te
hebben verbonden. Implicaties hiervan voor de inkomsten van de coöperatie
blijken uit bijlage 2.
LEDEN
LID LID LID LID
LEDENRAAD
RIJN EN IJSSEL ENERGIE COÖPERATIERAAD VAN ADVIES
Aant
al le
den
900
800
700
600
500
400
300
200
100
0
Ontwikkeling ledenaantal
2012
2013
2014
2015
2016
2017
26
3.8
3.7
3.6
3.5 Energiediensten
Het energieservicepunt “De KAS” wordt een ontmoetingsplek van vraag
en aanbod qua diensten en producten op het gebied van energiebesparing
en kleinschalige lokale opwek. Vanuit een aantrekkelijke fysieke locatie op
een zichtbare plek in Arnhem wordt informatie, advies en ondersteuning
geboden, worden acties en campagnes georganiseerd en integrale product-
dienst-financieringscombinaties aangeboden. In hoofdstuk 4 staan de precieze
plannen omschreven. Daaraan is een indicatie van de kosten en opbrengsten
toegevoegd. Tevens is omschreven hoe het servicepunt zich verwacht te
ontwikkelen. De KAS zal beginnen als een kleinschalige organisatie. De
ontwikkelingssnelheid hangt met name af van de financiële middelen die ter
beschikking komen.
Energielevering
De coöperatie gaat energie leveren aan huishoudens en bedrijven. Op die
wijze verbindt zij de lokale vraag naar (duurzame) energie met het aanbod.
In hoofdstuk 5 staat beschreven welke activiteiten precies worden uitgevoerd
en op welke manier dit gebeurt. Hier staat eveneens een overzicht van de
voorziene kosten en opbrengsten van de leveringstak.
Projectontwikkeling
Het grootste verschil met betrekking tot de verduurzaming van de Rijn-en-IJssel-
regio wordt gemaakt vanuit de projectontwikkelingstak. Vanuit deze organisatie
wordt gewerkt aan de totstandkoming van bijvoorbeeld windmolens,
zonneparken, biomassacentrales en dergelijke. De realisatie van deze projecten
wordt in principe aan de markt overgelaten, maar vanuit de coöperatie kan
de benodigde ondersteuning worden geboden, bijvoorbeeld als het gaat om
het structureren van business cases en het verkrijgen van financiering middels
methodieken als crowdfunding. Indien gewenst kan de coöperatie besluiten het
project in opdracht van initiatiefnemers te ontwikkelen. In hoofdstuk 6 worden
de plannen nader toegelicht.
Duurzaamheidsfonds
Voor projecten die te maken hebben met duurzaamheid of energiebesparing
vormt de financiering doorgaans de grootste drempel. Welke risico’s zijn er en
hoe kunnen deze het beste worden beheerst? Dat zijn voorbeelden van vragen
die te allen tijde aan de orde zijn. Het Duurzaamheidsfonds is het fundament
onder de gehele coöperatie, zoals ook blijkt uit de figuur op pagina 15. Bij het
realiseren van duurzame projecten vormt de financiering de grondslag van de
drie takken; acties en campagnes die vanuit het energieservicepunt worden
geïnitieerd, kunnen alleen worden gerealiseerd als hier voldoende financiering
voor beschikbaar is. Datzelfde geldt voor de zon-, wind- en warmteprojecten die
uit de projecttak voortvloeien. In voorbereiding van het bedrijfsplan is dan ook
gekeken hoe de coöperatie financiële middelen naar zich kan toe trekken.
Op basis van revolverende middelen (bedragen die worden geleend en dus
worden terugbetaald) kan de coöperatie kleinschalige projecten ondersteuning
bieden. De coöperatie is momenteel in overleg met de provincie en de
gemeente welke mogelijkheden er zijn.
27
3.9 Kosten en opbrengsten coöperatieve ledenorganisatie
Aan het runnen van een coöperatieve ledenorganisatie zijn zowel kosten
als opbrengsten verbonden. Bij het vaststellen van de inkomsten is gekeken
naar de ledenontwikkeling zoals geprojecteerd in paragraaf 3.4. Tevens is
uitgegaan van een zekere sponsorbijdrage. De kosten zijn terug te leiden op de
vrijwilligersvergoeding voor bestuursleden en de leden van de Raad van Advies,
de organisatie van ledenbijeenkomsten en aanvullende uitgaven die per lid
gemaakt dienen te worden. De grafiek hiernaast laat zien hoe de genoemde
inkomsten en uitgaven zich tot elkaar verhouden.
In bijlage 2 is een nadere specificatie te vinden van alle kosten en opbrengsten
die horen bij de coöperatieve ledenorganisatie.
€ 50.000
€ 45.000
€ 40.000
€ 35.000
€ 30.000
€ 25.000
€ 20.000
€ 15.000
€ 10.000
€ 5.000
€ 0
Inkomsten Uitgaven Winst & Verlies
Ontwikkeling inkomsten en uitgaven coöperatieve ledenorganisatie
2012
2013
2014
2015
2016
2017
28
PUNTDEKAS
HOOFDSTUK 04ENERGIESERVICE
29
4.1Het energieservicepunt of “De KAS” is één van de drie pijlers onder de totale
Rijn en IJssel Energie Coöperatie. De KAS kenmerkt zich door een onafhankelijke,
laagdrempelige, herkenbare, eigentijdse en professionele organisatie die zich
richt op het lokaal ondersteunen van het proces van de energietransitie. In dit
hoofdstuk volgt de nadere conceptuele uitwerking van De KAS. Het doel daarbij
is de realisatie van een op de middellange en lange termijn levensvatbaar
energieservicepunt met een eigen fysieke locatie waarin de volgende
uitgangspunten centraal staan:
• lokaal en duurzaam;
• energie van en voor Arnhem;
• impuls voor lokale economie en werkgelegenheid;
• geen marktpartij worden, maar een ontmoetingspunt van vraag en aanbod.
Inleiding
De KAS heeft als primaire doelstelling het ontzorgen van burgers, bedrijven en
instellingen in het realiseren van concrete besparing en verduurzaming. Dit
servicepunt wil herkenbaar en toegankelijk zijn, zodat het snel in de “mental
map” van de doelgroep verankerd raakt. De gemeente heeft aangegeven het
servicepunt bij aanvang te willen ondersteunen, maar uiteindelijk moet De
KAS zelfstandig blijven bestaan. Om dit te bewerkstelligen, is het zaak een
verdienmodel te creëren dat de continuïteit van het servicepunt garandeert.
Voor enkele specifieke activiteiten die onder de vlag van De KAS worden
uitgevoerd, kan gelden dat er externe financiering nodig is.
Zon-PV
Verduurzaming Woningen
Verduurzaming Bedrijventerrein
Warmte
Smart Grid
Biomassa
LEDENRAAD
RIJN EN IJSSEL ENERGIE COÖPERATIE
ENERGIELEVERING
FINANCIERINGDUURZAAMHEIDSFONDS
PROJECTONTWIKKELINGSERVICEPUNT “DE KAS”
RAAD VAN ADVIES
ZON WIND WARMTEPRODUCTEN & DIENSTEN
INFORMATIE&
VOORLICHTING
PROJECT-BUREAU
PARTICU-LIEREN
BEDRIJVEN
GEMEENTE ARNHEM
BANKEN/DERDEN
PROVINCIEGELDERLAND
VERENI-GINGEN ETC.
30
4.2
De KAS wil, zoals de afbeelding op de vorige pagina duidelijk maakt, een
katalysator zijn die de regionale vraag naar en het aanbod van duurzame-
energie-oplossingen met elkaar verbindt. De KAS biedt een platform aan
bedrijven én initiatieven die ontstaan vanuit de gemeente, de stadsregio, de
provincie et cetera. De KAS zal zich niet positioneren als een marktpartij, maar
in samenwerking met andere (aanbiedende) bedrijven trachten de markt te
mobiliseren. De KAS zal zich derhalve hoofdzakelijk richten op de marketing en
sales van producten en diensten. Bedrijven kunnen bij De KAS niet terecht voor
kale vierkante meters, maar voor ruimte in het jasje van De KAS, met een gevoel
erbij, met een stempel erop. De KAS neemt zodoende de acquisitie voor lokale
aanbieders van duurzame producten en diensten deels op zich.
De KAS ontplooit haar activiteiten via drie suborganisaties: “Producten &
diensten”, “Informatie & voorlichting” en het “Projectbureau”. In dit hoofdstuk
wordt per suborganisatie aangegeven welke rol zij vervult, welke concepten
eraan verbonden zijn en, daarna, welke geldstromen ermee gemoeid zijn.
Hieraan gaat een marktonderzoek vooraf.
Marktonderzoek
Particulieren, bedrijven en maatschappelijke instellingen vormen samen de
Rijn en IJssel Energie Coöperatie en nemen daarbij de rol van lid en/of klant
en/of participant aan. Het energieservicepunt “De KAS” richt zich in eerste
instantie op het realiseren van besparing en verduurzaming bij particuliere
consumenten (B2C) en in tweede instantie op dezelfde resultaten binnen het
lokale bedrijfsleven. Daartoe brengt zij het mogelijke aanbod van lokale partijen
voor het voetlicht.
Uit deze paragraaf blijkt welke kennis met betrekking tot de lokale “vraag”
(particuliere consumenten) en het lokale “aanbod” (bedrijven) reeds
voorhanden is, zodat doeltreffende productdienstcombinaties, informatie- en
voorlichtingsactiviteiten en projecten kunnen worden ontwikkeld. Vooraf
is duidelijk dat De KAS zich richt op de “lichtgroene” inwoners uit de regio.
De lichtgroenen betreffen de inwoners die latent geïnteresseerd zijn in het
onderwerp. Hiermee wordt een grote doelgroep aangesproken en dat biedt
de meeste kansen als het gaat om het realiseren van een levensvatbaar
energieservicepunt.
Particuliere consumenten
Een onderzoek dat in 2011 is uitgevoerd door de Stuurgroep Experimenten
Volkshuisvesting (SEV) heeft verschillende conclusies opgeleverd die relevant
zijn voor het bepalen van een geschikte koers voor De KAS.
• Meer dan 50% van de huishoudens overweegt te investeren in duurzame
maatregelen in huis.
SERVICEPUNT “DE KAS”
PRODUCTEN & DIENSTEN
SERVICE-IN-EEN-DOOS
FYSIEK (ENDIGITAAL)
LOKET
KENNIS-CENTRUM
WEBSHOPSHOP-
IN-SHOP
INFORMATIE&
VOORLICHTING
PROJECT-BUREAU
EVENE-MENTEN PROJECTEN
31
• Voor 76% van deze groep vormt de hoge voorinvestering de voornaamste
drempel om daadwerkelijk tot verduurzaming over te gaan.
• Het gebrek aan onafhankelijke, juiste en eenvoudig toegankelijke informatie
is een andere belangrijke reden waarom veel huishoudens duurzame
maatregelen nog achterwege laten. Zij laten zich bij voorkeur informeren
door een onafhankelijke en betrouwbare partij.
• Een substantiële groep respondenten geeft de voorkeur aan volledige
ontzorgtrajecten als het gaat om de implementatie van duurzame
maatregelen.
• Een groep van gelijke omvang houdt liever zelf de regie. Er is ook een
middengroep van gelijke grootte die deels op weg wil worden geholpen en
deels zelf keuzes wil maken als het gaat om verduurzaming.
• Mensen met hogere inkomens zijn meer bereid werk te maken van
duurzaamheid en zien een investering vaak als een bijdrage aan het klimaat.
• Mensen met lagere inkomens investeren in duurzaamheid om de vaste
energiekosten te reduceren. Zij wensen een korte terugverdientijd (<5 jaar).
• Jongeren letten meer op het kostenaspect, terwijl ouderen meer begaan
zijn bij verduurzaming vanuit groene motieven.
Deze conclusies verantwoorden de splitsing binnen De KAS tussen de drie
genoemde aandachtsgebieden: “Producten & diensten” (voor de daadwerkelijke
realisatie van besparing en verduurzaming), “Informatie & voorlichting”
(voor het verspreiden van ongekleurde en juiste informatie ten aanzien van
besparing en verduurzaming) en het “Projectbureau” (voor het organiseren van
evenementen en acties in het kader van bovengenoemde doelstellingen).
De inhoud van de concepten die vanuit de drie pijlers worden vormgegeven
dient vanzelfsprekend te worden afgestemd op de kennis die het SEV-onderzoek
heeft opgeleverd. Rekening houden met verschillen is hierbij een belangrijk
uitgangspunt. Het gaat dan om verschillen in leeftijd, opleidingsniveau en
inkomen waarvan de contouren reeds duidelijk worden uit onderstaande
figuren.
Leeftijd bevolking
Arnhem (2012)
Jaarlijks inkomen
Arnhemmers (2010)
Opleidingsniveau
Arnhemmers (2011)
Jonger dan 10 jaar
10 tot 20 jaar
20 tot 30 jaar
30 tot 40 jaar
40 tot 50 jaar
50 tot 60 jaar
60 tot 70 jaar
70 tot 80 jaar
80 tot 90 jaar
Ouder dan 90 jaar
Tot 10.000 euro
10.000 tot 20.000 euro
20.000 tot 30.000 euro
30.000 tot 40.000 euro
40.000 tot 50.000 euro
50.000 euro of meer
VMBO, MBO1, MAVO, Onderbouw
HAVE, VWO, MBO
HBO, WO Bachelor
WO Master, Doctor
Tot 10.000 euro
10.000 tot 20.000 euro
20.000 tot 30.000 euro
30.000 tot 40.000 euro
40.000 tot 50.000 euro
50.000 euro of meer
VMBO, MBO1, MAVO, Onderbouw
HAVE, VWO, MBO
HBO, WO Bachelor
WO Master, Doctor
32
Bedrijven
Bedrijven fungeren binnen De KAS hoofdzakelijk als aanbiedende partijen van
duurzame producten, diensten of combinaties van producten en diensten en
bijbehorende financieringsoplossingen; het is niet de bedoeling dat De KAS met
eigen middelen zelf de rol van aanbiedende partij op zich neemt. Een ronde
langs lokale organisaties heeft diverse aanknopingspunten opgeleverd voor het
samenstellen van een pool bedrijven en organisaties die binnen De KAS aan de
aanbodzijde een rol van betekenis kunnen spelen; zie daarvoor de opsomming
hieronder. In paragraaf 4.3 tot en met paragraaf 4.6 staat beschreven hoe en
vanuit welke pijler onder De KAS de input van deze bedrijven en organisaties zijn
weg naar de doelgroep kan vinden.
• Woningcorporatie Portaal legt zich onder meer toe op de uitrol van het
3D-concept (Design, Duurzaamheid en Delicatessen) in het gebied rond de
Ir. J.P. Van Muijlwijkstraat en de Hommelseweg.
• De Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) kan studenten en kennis
inbrengen waarmee werk kan worden verzet op het gebied van smart-
grids, productontwikkeling/design, commerciële economie, facilitaire
dienstverlening et cetera.
• De maatschappelijke onderneming 2Switch is desgewenst bereid
laagdrempelige energiescans en de uitvoering van energiebesparende
maatregelen op zich te nemen. Ook staat zij open voor het bemannen van
het informatieloket (zie paragraaf 4.4).
• Stichting Kom op voor een duurzame wijk / De Groene Vos runt al enige
jaren een publiek gesteunde duurzaamheidswinkel en projectbureau van
waaruit wijkgerichte acties en campagnes worden geïnitieerd.
• Het Groene Hert is een partij die duurzaamheid vanuit Nijmegen vermarkt
via een winkel, een adviesbalie en een projectenorganisatie. Het Groene
Hert heeft de ambitie om haar dienstverlening geografisch op te schalen.
• Het Rijn IJssel College kan studenten (stagiaires) inbrengen die kunnen
helpen met het uitvoeren van technische werkzaamheden en ICT-klussen,
mits zij geen eindverantwoordelijkheid hoeven te dragen.
• Voor de invulling van retailactiviteiten liggen mogelijkheden bij de VOSZ
Onderhoudswinkel, de ecologische woonwinkel Atrium, Relighting, Eco-
logisch (groothandel duurzame bouwmaterialen), RK-Scooters en Stichting
e-laad.
• Voor het ontwikkelen van acties, campagnes en overige projecten
bestaan er interessante partijen als EVS Ecovrede, de Gelderse Natuur- en
Milieufederatie (die reeds projecten als We Generate en Stook Je Rijk heeft
lopen) en het Klimaatverbond.
Met alle bovenstaande partijen zijn reeds oriënterende gesprekken gevoerd
waarin een positieve houding ten aanzien van samenwerking met De KAS naar
voren kwam. Voor deze organisaties geldt dat zij vanuit De KAS als aanbiedende
partij kunnen optreden. Bekeken vanuit het perspectief van de gehele
coöperatie ligt voor hen uiteraard ook een rol als klant of samenwerkingspartner
in het verschiet, zoals in paragraaf 2.2 reeds is toegelicht (zie ook bijlage 1). In
het dat kader zijn nog twee andere groepen partijen interessant: de organisaties
die verenigd zijn in het Ondernemers Kontakt Arnhem (OKA) en de trekkers van
projecten die horen bij het convenant Energie made in Arnhem.
33
Drie pijlers, één doel
De drie suborganisaties van De KAS - “Producten & diensten”, “Informatie en
voorlichting” en “Projectbureau” - worden in de volgende drie paragrafen van
dit hoofdstuk stuk voor stuk inhoudelijk en conceptmatig toegelicht. De indruk
kan ontstaan dat er een harde scheiding bestaat tussen deze pijlers, maar feit
is dat ze elkaar inhoudelijk deels overlappen. Enkele van de relaties tussen
“Producten & diensten”, “Informatie en voorlichting” en “Projectbureau” zijn
weergegeven in de onderstaande figuur.
Uit de figuur blijkt dat:
• het projectbureau menskracht levert voor de suborganisatie informatie &
voorlichting;
• De KAS adviezen en informatie verstrekt over de producten en diensten die
zij zelf afzet;
• de producten en diensten de kern vormen van de uitvoering van
evenementen en projecten die vanuit het projectbureau worden
vormgegeven.
Daarnaast is het zo dat:
• het projectbureau input vanuit informatie & voorlichting ontvangt voor het
ontwikkelen van evenementen, acties en campagnes;
• de wijze waarop producten en diensten mogelijk aan de man worden
gebracht (als pop-up) een project of evenement op zich kunnen zijn (vanuit
het projectbureau);
• het aanbod aan producten en diensten constant wordt afgestemd op de
behoeftes die geconstateerd worden vanuit informatie & voorlichting.
De coördinatie van De KAS met haar drie suborganisaties komt in eerste
instantie te liggen bij één persoon, die een steeds omvangrijker takenpakket
krijgt naarmate De KAS haar activiteiten verder uitbreidt. Deze persoon handelt
in opdracht van het coöperatiebestuur en legt verantwoording af in de richting
van dit bestuur. Bekeken wordt of in dat kader de beschikbare expertise vanuit
De Groene Vos kan worden benut. In de praktijk wordt ook gebruikgemaakt van
de inzet van externen voor het tot uitvoering brengen van de concepten die in
de volgende paragrafen worden besproken.
PRODUCTEN & DIENSTEN
INFORMATIE&
VOORLICHTING
PROJECT-BUREAU
DETACHEERT AANWORDT GEBRUIKT VOOR
ADVI
SEER
T O
VER
4.3
34
4.4 Producten & diensten
Het vermarkten van producten en/of diensten, gekoppeld aan passende
financieringsopties, gebeurt vanuit de eerste pijler onder De KAS: “Producten
& diensten”. Uit deze paragraaf blijkt welke activiteiten in dat kader worden
ontplooid. De bijbehorende financieringsconstructies worden in hoofdstuk
7 van dit bedrijfsplan verduidelijkt. Bedrijven uit de regio met een duurzaam
aanbod kunnen via De KAS hun producten en diensten aan de man brengen. Via
de eigen fysieke locatie en verschillende andere kanalen verzorgt De KAS - als
verbindende schakel tussen vraag en aanbod - de communicatie hieromtrent
naar de doelgroep(en) in kwestie.
Eén van de doelen van energieservicepunt De KAS, het vormen van een
toegankelijke partij vanuit een eigen fysieke locatie, laat de optie open om
hiervandaan producten en diensten te vermarkten.
Concepten
Ervaringen vanuit De Groene Vos, de Arnhemse partij die al enkele jaren een
winkel met duurzame producten runt, en Het Groene Hert, het Nijmeegse
equivalent van De KAS, leren evenwel dat het exposeren en verkopen van
duurzame producten en diensten géén winstgevende activiteit is. Om die
reden omarmt De KAS enerzijds de mogelijkheden die het web biedt en kiest
zij anderzijds voor nauwe samenwerking met externe aanbieders via het shop-
in-shop-concept. Via beide kanalen kan het door de coöperatie ontwikkelde
concept “service-in-een-doos” in het blikveld van klanten verschijnen. In het
vervolg van deze paragraaf komen de ruwe methodieken achter deze drie
plannen aan bod. In bijlage 3 en 4 worden nadere details met betrekking tot de
shop-in-shop-gedachte en het service-in-een-doos-concept beschreven.
SERVICEPUNT “DE KAS”
PRODUCTEN & DIENSTEN
SERVICE-IN-EEN-DOOSWEBSHOP
KLANTEN
VRAAG
CONSUMENTEN (=FOCUS)
BEDRIJVEN
DE GROENE VOS
CODUM
CONSORTIUM
SHOP-IN-SHOP
SERVICE-IN-EEN-DOOS
WEBWINKEL
EFRUSCIO
LOKALE BEDRIJVEN
PARTNERS
AANBOD
CONCEPTEN
UITVOERING
SHOP-IN-
SHOP
INFORMATIE&
VOORLICHTING
PROJECT-BUREAU
35
Concept “Webwinkel De KAS”
Via de webwinkel biedt De KAS allerlei producten aan die op
laagdrempelige wijze energiebesparing en de opwekking van duurzame
energie mogelijk maken. Consumenten kunnen via de webwinkel
producten kopen en betalen. Deze worden vervolgens per post geleverd.
De inkomsten van de webwinkel bestaan enerzijds uit een bijdrage van de
aanbiedende partijen en anderzijds uit een percentage van de verkoop van
de producten en diensten in kwestie.
Opbrengsten:
• bijdrage leveranciers
• lead fee “click-sale”/ verkoopmarge
Kosten:
• Inzet intern en extern personeel (website opbouwen, exploitatie
website, ontwikkeling CRM-systeem)
• Marketing & communicatie
Concept “Shop-in-shop” (zie bijlage 3)
Het bijeenbrengen van diverse retailers binnen de muren van een locatie
die toebehoort aan de Rijn en IJssel Energie Coöperatie: dat is de kern
van de shop-in-shop-gedachte waar De KAS haar voordeel mee verwacht
te doen. Het streven is om onder de vlag van De KAS zoveel mogelijk van
de volgende (business) activiteiten samen te brengen, waarbij een marge
wordt gemaakt op de vierkante meters en aan toeleveranciers een fee per
afgezet product wordt gevraagd:
• een bescheiden tentoonstelling van een aantal producten dat via de
webshop wordt afgezet (à la Groene Vos);
• een duurzame woon- en verbouwwinkel;
• een “Seats-to-meet-achtige” activiteit;
• horeca met ruimte voor sociale werkvoorziening;
• het kantoor van de coöperatie;
• verhuur/expositie van elektrische vervoersmiddelen;
• vergaderruimten.
Er zijn voor dit business plan vier mogelijkheden voor het geven
van invulling aan het shop-in-shop-concept kwalitatief en financieel
doorgelicht, waarbij de verschillen met name zitten in de locatiekeuze en
de mate van regie door De KAS:
1. door aansluiting te zoeken bij het 3D-concept van Portaal; in het oude
Albert Heijn-pand aan de Ir. J.P. Van Muijlwijkstraat heeft Codum de
opdracht de thema’s Design, Duurzaamheid en Delicatessen met elkaar
te verbinden;
36
2. door werk te maken van een “Duurzaamheidsboulevard” in het gebied
rond dezelfde Ir. J.P. van Muijlwijkstraat en de Hommelseweg; het is
dan de bedoeling dat veel bedrijven voor wie duurzaamheid “core
business” is zich hier vestigen;
3. door zelf de regie over het shop-in-shop-concept te houden en
een grote ruimte te zoeken die daarna wordt onderverhuurd; dit is
vanzelfsprekend een zeer risicovolle variant;
4. door het idee van één fysieke locatie los te laten en als “pop-up” te
verschijnen op verschillende plekken, zoals het Wijkfeest Westival en
de Velper donderdagen.
De conclusie luidt dat de varianten 1, 2 en 4 het meest kansrijk zijn, in
elkaar over kunnen lopen en in dat scenario synergie opleveren. Scenario
4 is evenwel het “ideaalplaatje” dat financieel is uitgewerkt voor het
onderhavige bedrijfsplan, maar wel met de hoogste huisvestingskosten
te maken heeft. In de beginfase kan de coöperatie wellicht nog onder
hoge m²-prijzen uitkomen doordat er een ruimte beschikbaar kan worden
gesteld; ook die aanname is verwerkt in het economische model dat ten
grondslag ligt aan dit bedrijfsplan. De prijzen lopen op van €40/m² in 2013
tot €100/m² in 2017.
Concept “Service-in-een-doos” (zie bijlage 4)
De webshop en het shop-in-shop-concept bieden veel mogelijkheden
voor de uitrol van “service-in-een-doos”, een door de Rijn en IJssel
Energie Coöperatie ontwikkelde methodiek waarmee lokale duurzame
energiebedrijven consumenten kunnen verleiden tot gedragsverandering
en, daaruit voortvloeiend, het nemen van (series) besparende en
verduurzamende maatregelen.
De services-in-een-doos bieden uitkomst voor mensen die “iets met
duurzaamheid willen”, maar niet goed weten waar te beginnen. De
belangrijkste kenmerken van iedere service-in-een-doos zijn:
• Het gaat om diensten die gemiddeld ongeveer €150,- kosten.
• Er is een laagdrempelige instapservice en er zijn altijd vervolgdiensten
te krijgen. Na aanschaf van een instapservice wordt korting gegeven op
één of meerdere vervolgdienst(en).
• De energiecoöperatie maakt een voorselectie van betrouwbare
lokale leveranciers, waarmee de coöperatie een overeenkomst heeft
afgesloten. Dit zijn leveranciers die ten minste een fysieke locatie in
deze regio hebben.
• Via een bijgaand informatiepakket geven zij duidelijk aan wat zij
bieden. De klant selecteert hieruit een leverancier.
• De doos geeft achtergrondinformatie over de keuzes die beschikbaar
zijn. Dit kan via een boekje of een brochure.
• De doos bevat kortingsbonnen voor logische vervolgservices.
• Klanten beoordelen de services. De beoordelingen verschijnen op
internet en worden door de coöperatie gebruikt voor het verbeteren
van de services.
37
Service-in-een-doos is dus een fysiek pakket dat via internet en vanuit de
locatie behorend bij de shop-in-shop kan worden besteld. De dozen staan
eveneens in een display bij retailers en organisaties die duurzaamheid
promoten. Retailers krijgt dan per verkochte service een deel van de
verkoopmarge.
Het concept van service-in-een-doos wordt vooralsnog niet door de markt
opgepakt. De ontwikkelkosten zijn relatief hoog en het lokale bedrijfsleven
heeft hier geen oren naar. Een coöperatie biedt bij uitstek de kans om het
concept wel van de grond te krijgen. De vraag die nog openstaat: welke
services-in-een-box gaat De KAS in de markt zetten? Een begin kan worden
gemaakt met onderstaande product-dienstcombinaties, die samen ook al
een serie kunnen vormen (zie afbeelding rechts met links de instapservices
en rechts de projecten die daadwerkelijk verduurzaming opleveren):
1. Ontmasker ongewenste gebruikers;
2. Energielabel woning;
3. Maatwerkadvies energiebesparing;
4. Opwekking zonne-energie;
5. Huur een thermocamera;
6. Op weg met de infraroodscan;
7. Probeer een energiemeter.
Uit bijlage 4 blijkt dat het kostenplaatje behorend bij de uitrol van “service-
in-een-doos” is opgebouwd uit ontwikkelkosten en kosten voor centrale
management- en administratieprocessen. Coöperaties maken daarnaast
kosten voor de verkoop en individuele administraties. Wie de inkomsten
uit verkoop hiertegen afzet, ziet dat de rode cijfers in het vierde jaar na
start worden verlaten.
ZONNE-ENERGIE
ONTMASKER ONGEWENSTE VERBRUIKERS
ENERGIELABELWONING
MAATWERKADVIESENERGIEBESPARING
HUUR EEN THERMOCAMERA
OP WEG MET DE INFRAROODSCAN
PROBEER EEN ENERGIEMETER
PLAATS EEN ZONNEPANEEL
PLAATS EEN ZONNEBOILER
VERVANGAPPARATUUR
SCHAF EEN HRE-KETEL AAN
ISOLEER HET DAK
ISOLEER DE MUUR
ISOLEER DE VLOER
38
Inkomsten en uitgaven
Bij de drie toegelichte concepten horen inkomsten en uitgaven die zich door
de jaren heen ontwikkelen volgens de tabel en figuur op de volgende pagina.
Hieruit blijkt dat “Producten & diensten” de potentie bezit om zich tot een
rendabele tak onder De KAS te ontwikkelen. In 2013 zijn de uitgaven nog ruim
€ 73.500 hoger dan de inkomsten, maar reeds vanaf 2014 schrijft “Producten
& diensten” zwarte cijfers. Aanvankelijk wordt het meeste geld besteed aan
intern personeel, maar in de loop der tijd ontwikkelt de huisvesting zich tot de
voornaamste kostenpost. In bijlage 6 is een nadere specificatie te vinden van
alle kosten en opbrengsten.
€ 350.000
€ 300.000
€ 250.000
€ 200.000
€ 150.000
€ 100.000
€ 50.000
€ 0
€-50.000
€-100.000
€-150.000
Inkomsten Uitgaven Winst & Verlies
Ontwikkeling inkomsten en uitgaven Producten & Diensten
2012
2013
2014
2015
2016
2017
€ 200.000
€ 175.000
€ 150.000
€ 125.000
€ 100.000
€ 75.000
€ 50.000
€ 25.000
€ 0
HuisvestingskostenVast personeel
DiversenMarketing & CommunicatieExtern personeel
Kostenopbouw Producten & Diensten
2012
2013
2014
2015
2016
2017
39
40
4.5 Informatie & voorlichting
Uit gesprekken met lokale bedrijven en maatschappelijk instellingen en een
studie naar de behoeftes van scholen en zorginstellingen in het bijzonder
blijkt dat er behoefte is aan een loket waar men betrouwbare informatie
en ondersteuning kan krijgen wat energiebesparing en het opwekken van
duurzame energie betreft. Uit het eerder genoemde SEV-rapport uit 2011
kwam evenzeer naar voren dat een gebrek aan deskundige en onafhankelijke
informatie voor consumenten een gebruikelijke reden is om duurzame
maatregelen (voorlopig) achterwege te laten. Vanuit het informatie- en
adviescentrum van De KAS wordt deze drempel weggenomen. Uit deze
paragraaf blijkt hoe dit gebeurt.
De toegevoegde waarde van een informatie- en adviescentrum staat
als een paal boven water. Sterker nog: een organisatie die als doel heeft
burgers en bedrijven te ontzorgen met betrekking tot het realiseren van
energiebesparing en verduurzaming kan niet zonder een pijler op het gebied
van informatievoorziening. Een belangrijk verschil met de suborganisaties
“Producten & diensten” en “Projectbureau” is evenwel dat het op voorhand
lastiger lijkt de bijbehorende processen rendabel op te zetten; in het overdragen
van informatie schuilt immers geen verdienmodel. Niettemin zijn twee
concepten uitgewerkt die mét een inkomstenstroom invulling geven aan het
informatie- en adviescentrum van De KAS: een fysiek en digitaal loket (1) en een
kenniscentrum (2). Aangegeven is wat de verwachte kosten en opbrengsten
zijn.
SERVICEPUNT “DE KAS”
PRODUCTEN & DIENSTEN
KLANTEN
VRAAG
CONSUMENTEN
BEDRIJVEN
INSTELLINGEN
GEMEENTEN
ANDERE OVERHEDEN
LOKALE BEDRIJVEN
FYSIEK (EN DIGITAAL) LOKET
KENNISCENTRUM
PARTNERS
AANBOD
CONCEPTEN
UITVOERING
INFORMATIE&
VOORLICHTING
PROJECT-BUREAU
FYSIEK (ENDIGITAAL)
LOKET
KENNIS-CENTRUM
41
Concept Fysiek (en digitaal) loket / informatie- en adviescentrum
In de vorige paragraaf kwam naar voren dat er diverse opties zijn voor de
uitrol van het shop-in-shop-concept onder de suborganisatie “Producten en
diensten”. Voor elke variant geldt dat er een andere fysieke locatie in het
geding is en in één geval gaat het zelfs om een constant wijzigende locatie.
Voor een informatie- en adviesbalie is juist de geografische locatie van
cruciaal belang. Op een plek waar veel traffic wordt gegenereerd, kan
eenvoudiger worden voorzien in de behoefte aan betrouwbare informatie
over mogelijkheden om energie te besparen of verduurzaming te
realiseren. Het fysieke loket biedt bij uitstek de kans een geconstateerde
behoefte in te vullen vanuit de suborganisatie “Producten & diensten”,
bijvoorbeeld via een service-in-een-doos. Thema’s kunnen zijn: duurzame
energie opwekken (1), energiebesparing (2) en groene mobiliteit (3).
Ook vanaf de website van De KAS kunnen consumenten, bedrijven en
instellingen op het spoor van duurzame handelingen worden gebracht,
door hen informatie en adviezen aan te reiken. Het persoonlijke contact
wordt weliswaar niet direct gelegd, maar een bezoek brengen aan een
website is voor velen een laagdrempelige wijze om in aanraking te komen
met het thema duurzaamheid. Natuurlijk kunnen bezoekers met een druk
op de knop zien welke producten en diensten te aansluiten op de thema’s
die zij relevant vinden. Selecties met betrekking tot prijs, aanbieders,
terugverdientijden, vermeden CO₂-emissies et cetera behoren daarbij tot
de mogelijkheden. Veelgestelde worden beantwoord en er is een hulplijn
raadpleegbaar op de momenten dat het fysieke loket bemand is.
De kosten voor het inrichten van een digitaal loket zijn relatief beperkt
doordat de content van het informatiemateriaal reeds beschikbaar is
dankzij het fysieke loket.
Opbrengsten:
• Bijdrage lokale overheden of instanties (€10.000,- per jaar per loket)
• Indirect: bijdrage toeleveranciers (vanuit suborganisatie “Producten &
diensten”)
• Indirect: inkomsten via inhuur Projectbureau (vanuit suborganisatie
“Projectbureau”)
Kosten:
• Inrichting en bemensing loket (interne en externe inzet)
• Marketing en communicatie (ontwikkeling informatie-materiaal, up-
to-date houden informatiemateriaal, bouwen en up-to-date houden
website-content)
42
Inkomsten en uitgaven
Uit de figuren op de volgende pagina blijkt dat de suborganisatie “Informatie en
advies” direct vanaf 2013 kostendekkend kan opereren. Na vijf jaar boekt deze
tak naar verwachting een winst van om en nabij de € 35.000, die hoofdzakelijk
toe te schrijven is aan de resultaten van het fysieke en digitale loket. De grootste
kostenpost is de inzet van extern personeel, terwijl de interne bestede uren en
de marketing- en communicatieactiviteiten grotendeels de rest van alle kosten
veroorzaken. De kostenpost diversen is onder meer tot stand gekomen door
te kijken naar de kosten voor ICT- en ontwikkelactiviteiten. In bijlage 6 is een
nadere specificatie te vinden van kosten en opbrengsten.
Concept Kenniscentrum
De overdracht van kennis op het gebied van energiebesparing en duurzame
energie kan evenzeer in een groepscontext plaatsvinden. Daarvoor is
het concept “Kenniscentrum” ontwikkeld. De bedoeling hiervan is dat er
congressen, lezingen en workshops worden georganiseerd, waarbij de
categorieën duurzame energie opwekken (1), energiebesparing (2) en
groene mobiliteit (3) aan de orde zijn.
Opbrengsten:
• Deelname aan congressen, lezingen en workshops (respectievelijk €
75,-, € 40,- en € 150 per deelnemer)
Kosten:
• Externe en interne inzet personeel
• Marketing en communicatie
43
€ 100.000
€ 75.000
€ 50.000
€ 25.000
€ 0
DiversenVast personeelExtern personeelMarketing & Communicatie
Kostenopbouw Informatie & Voorlichting
2012
2013
2014
2015
2016
2017
€ 120.000
€ 100.000
€ 80.000
€ 60.000
€ 40.000
€ 20.000
€ 0
Inkomsten Uitgaven Winst & Verlies
Ontwikkeling inkomsten en uitgaven Informatie & Voorlichting
2012
2013
2014
2015
2016
2017
44
4.6 Projectbureau
Het Projectbureau wordt de organiserende motor van De KAS en de Rijn en
IJssel Energie Coöperatie als geheel. In samenwerking met het Arnhemse
duurzaamheidscentrum “De Groene Vos” en ondernemers die in de regio
reeds actief zijn op het gebied van duurzaamheid wordt handen en voeten
gegeven aan projecten die worden uitgevoerd. De KAS fungeert daarbij als
uitzendorganisatie en leer- en stagebedrijf. Het projectbureau krijgt hiervoor
een sterke link met lokale onderwijsinstellingen als de HAN en het ROC Rijn
IJssel.
Toegevoegde waarde en kernactiviteiten
Het Projectbureau van De KAS kenmerkt zich door:
• een proactieve en regionaal georiënteerde organisatie;
• een sterk relatienetwerk bestaande uit het regionale bedrijfsleven,
gemeenten en maatschappelijke instellingen;
• een pragmatische instelling en het vermogen om snel verbindingen te
leggen, zodat projecten optimaal worden ondersteund / uitgevoerd.
• een geavanceerd CRM-/CMS-informatiedatabase, waarin het gedrag en
de visies van (potentiële) leden, klanten en participanten ten aanzien
van duurzaamheid zorgvuldig worden geregistreerd, zodat effectieve
communicatie- en marketingstrategieën kunnen worden uitgestippeld.
De kernactiviteiten van het projectbureau bestaan uit:
• het verzorgen van het projectmanagement en de bijbehorende
administratie, waarvoor gebruik wordt gemaakt van een relatiebestand
bestaande uit ZZP’ers, studenten en bedrijven die specifieke diensten
kunnen uitvoeren (vanuit de rol als uitzendorganisatie en leer- en
stagebedrijf);
• het organiseren van netwerkbijeenkomsten, lezingen en congressen;
• het opbouwen van een relatienetwerk in samenwerking met partners.
Deze kernactiviteiten vertalen zich naar de praktijk door de uitrol van de
concepten “De KAS Evenementen” en “De KAS Acties & Campagnes”.
SERVICEPUNT “DE KAS”
PRODUCTEN & DIENSTEN
KLANTEN
VRAAG
GEMEENTEN
COÖPERATIES
BEDRIJVEN
INWONERS
INSTELLINGEN
ZZP-PLATFORM
ADVISERING
BEDRIJVEN
2SWITCH
HAN
ROC
DE KAS EVENEMENTEN
DE KAS PROJECTEN
PARTNERS
AANBOD
CONCEPTEN
UITVOERING
INFORMATIE&
VOORLICHTING
PROJECT-BUREAU
PROJECTENEVENE-
MENTEN
45
Concept “De KAS Evenementen”
De KAS Evenementen richt zich op activiteiten om mensen op andere
plekken duurzaamheid te laten ervaren. In feite gaat het hier om
eventmanagement “op bestelling”: werkzaamheden als concepten
bedenken, organiseren, plannen, verkopen, mensen motiveren
en aansturen staan centraal. In totaal worden vijf categorieën aan
evenementen aangeboden (zie bijlage 5):
1. Bedrijfsuitjes
• iGo Segway Experience - “het hele bedrijf kan duurzame mobiliteit
ervaren door met een Segway door het Rijn-en-IJssel-gebied te rijden.”
• Step Forward - “maak met collega’s een beweeglijk uitje door Arnhem
of over de Veluwe met behulp van elektrische steps.”
2. Duurzaam elektrisch vervoer experience
• “Verken het stroomgebied van de Rijn en de IJssel met een duurzaam
vervoersarrangement: boek een overnachting met ontbijt in een
Arnhems hotel en maak een tour met een elektrische auto.”
• “Huur een bestelbusje op groen gas, bijvoorbeeld wanneer het aan
laadruimte ontbreekt.”
• “Maak tijdelijk gebruik van een elektrische scooter; handig voor wie
even slecht ter been is.”
• “Ervaar het elektrische skateboard; loop De KAS binnen en huur het
voor een uur of langer.”
3. Hulp bij duurzame evenementen
• “Het geven van een duurzame uitstraling aan een bijeenkomst kan
dankzij de duurzaamheidschecklist van De KAS, waar de organisatoren
van evenementen hun voordeel mee kunnen doen.”
• “Maak gebruik van een aggregaat op waterstof.”
• “Huur een Eco-toilet (www.ecotoilet.nl).”
• “Maak gebruik van een duurzaamheidschecklist voor de organisatie
van evenementen.”
4. Eerst zien, dan geloven
• “Enkele keren per jaar organiseert De KAS een fietstocht langs
eigenaren van zonnepanelen en zonnecollectoren (of: WKO’s,
geïsoleerde vloeren, muren, daken et cetera). Sommigen van hen
geven uitleg over hun systeem en delen hun ervaringen.”
• Het “Duurzaamheidshuis” waaraan De Groene Vos nu reeds een
bijdrage levert, kan fungeren als bezoek- en inspiratielocatie wat
duurzame renovatie betreft.
5. Open dagen
• “De KAS Evenementen kan open dagen organiseren bij de lokale
waterzuiveringsinstallatie, de afvalverbrandingsinstallatie of een
windmolen.”
46
Concept “De KAS Projecten”
Hier is niet direct sprake van een vraag vanuit de samenleving of
“standaard-evenementen”, maar van een project dat De KAS zelf op de
agenda zet en in principe eenmalig plaatsvindt op een gekozen locatie. De
aanloopkosten voor de projecten worden gefinancierd na te zijn begroot en
goedgekeurd door het bestuur.
Het gaat hierbij om marketing-, communicatie- en organisatiekosten.
Hieronder volgen voorbeelden van acties en campagnes waarvoor het
projectbureau de handen uit de mouwen kan steken. Daarbij wordt
aangegeven op welke wijze De KAS er geld mee kan verdienen:
1. Wijkgerichte zonne-energie-acties: in kansrijke buurten of wijken worden
de voordelen van zonnepanelen of zonnecollectoren onder de aandacht
van huishoudens gebracht. De zonatlas van de gemeente Arnhem kan hier
een voorname rol in spelen. Het gaat hierbij om systemen van partners uit
het lokale bedrijfsleven. Het verdienmodel voor De KAS schuilt hier in een
fee per verkochte installatie.
2. Wijkgerichte isolatieacties: met behulp van de gemeentelijke
warmteatlas en de informatie uit Energie in Beeld kunnen kansrijke
gebieden voor energiebesparing/isolatie worden gedefinieerd, waar het
projectbureau van De KAS campagnes voor isolatie kan voeren. In dat kader
wordt samengewerkt met lokale leveranciers, die een bedrag per afgezette
dienst aan De KAS overmaken, de “handjes” van 2Switch en van HAN- en
ROC-studenten met een leer-werkplek bij De KAS.
3. Campagne Duurzame Scholen: campagnes gericht op de verduurzaming
van scholen dragen niet alleen direct bij aan de energietransitie, maar
ook indirect, doordat er educatieve doelstellingen aan kunnen worden
gekoppeld. De KAS Projecten kan voor scholen acties opzetten, waarbij
rekening wordt gehouden met de strikte wetten die schoolbesturen
verbieden te investeren in de energiehuishouding. Diverse acties zijn
denkbaar: op het gebied van LED-verlichting, isolatie, zonne-energie,
duurzame mobiliteit, recycling en meer, uiteraard in samenwerking met de
gemeente, als eigenaar van de schoolgebouwen in kwestie.
4. Campagne Duurzame Mobiliteit: rijden op (groen) gas of op elektriciteit
biedt voordelen voor eenieder die hier gebruik van maakt en voor het
milieu. Rond die gedachte kunnen, in samenwerking met lokale aanbieders
van duurzame vervoersmiddelen en stichting E-laad, campagnes worden
geïnitieerd vanuit budget dat de gemeente beschikbaar stelt. Natuurlijk is
het de bedoeling dat convenantpartners van Energie Made in [Arnhem] het
goede voorbeeld geven.
5. Groen in de Stad: deze actie draait om het realiseren van een toename
in het aantal groene daken en gevels in de stad en om het verminderen
van het aantal ‘verharde’ tuinen en openbare ruimtes. Deze actie kan
in opdracht van de gemeente plaatsvinden en voor de marketing,
communicatie en uitvoering schakelt het projectbureau haar partners van
2Switch en HAN- en ROC-studenten in, evenals lokale ZZP’ers, hoveniers,
leveranciers en installateurs.
47
Kosten en opbrengsten
Het projectbureau gaat De KAS geld opleveren. Uit de figuren op de volgende
pagina blijkt dat dit reeds vanaf 2013 het geval is, wanneer de totale
opbrengsten ongeveer € 5000 hoger liggen dan de operationele kosten. Binnen
vijf jaar bedraagt het positieve resultaat van het projectbureau meer dan €
20.000. Kijkend naar de kosten valt op dat de grootste kostenpost vanaf uur
één de inhuur van het externe personeel is, dat de concepten grotendeels
tot uitvoering zal brengen. Andere voorname kostenposten zijn de interne
personeelsuren en de marketing- en communicatieactiviteiten. In bijlage 6 is
een nadere specificatie te vinden van de kosten en opbrengsten die horen bij de
gepresenteerde concepten.
6. Afvalvermindering en -scheiding: een campagne gericht
afvalvermindering en -scheiding sluit naadloos aan op het nieuwe
afvalplan van de gemeente Arnhem. De actie is gericht op het realiseren
van bewustwording én uitvoering van afvalvermindering en scheiding.
Huishoudens vormen de doelgroep. Voor het benodigde budget wil De KAS
een beroep doen op de gemeente Arnhem en partners uit de afvalketen
die belang hebben bij het resultaat van de campagne.
7. Renovatie in huursector: De KAS wil renovatieprojecten in de bestaande
bouw aangrijpen om grootschalige energiebesparing te realiseren.
Daarvoor is de medewerking van corporaties én huurders (VvE’s)
noodzakelijk. Aan een dergelijk project kunnen ZZP’ers van De KAS vorm en
inhoud geven, terwijl de input van de Woonbond en de Gelderse Natuur-
en Milieufederatie ook gewenst is als het gaat om het verzorgen van de
communicatie en organisatie. De KAS kan niet alleen besparing realiseren,
maar ook geld verdienen, doordat corporaties en VvE’s een beroep doen
op de inzet van De KAS vanuit haar rol als uitzendorganisatie en/of leer-
werkbedrijf.
8. PV-Privé: deze actie is gericht op lokale bedrijven, die hun werknemers
de mogelijkheid kunnen bieden onder gunstige voorwaarden te sparen
voor zonnepanelen via de werkkostenregeling, vakantiedagen, loon of
anderszins. De KAS kan lokale partijen inschakelen die de organisatie van
deze constructie op zich nemen.
48
€ 100.000
€ 75.000
€ 50.000
€ 25.000
€ 0
Vast personeelExtern personeelDiversenMarketing & Communicatie
Kostenopbouw Informatie & Voorlichting
2012
2013
2014
2015
2016
2017
€ 120.000
€ 100.000
€ 80.000
€ 60.000
€ 40.000
€ 20.000
€ 0
Inkomsten Uitgaven Winst & Verlies
Ontwikkeling inkomsten en uitgaven Projectbureau
2012
2013
2014
2015
2016
2017
49
4.7 Inkomsten en uitgaven
Uit de vorige drie paragrafen is gebleken met welke kosten- en
inkomstenstructuren de drie suborganisaties van De KAS te maken hebben.
Hieronder staat een grafiek die de totale inkomsten en uitgaven van De KAS
duidt, vanaf 2013 tot en met 2017. In het eerste jaar wordt nog een verlies
geleden van bijna € 95.000, maar in 2017 ligt de winst reeds op ruim € 90.000.
€ 600.000
€ 500.000
€ 400.000
€ 300.000
€ 200.000
€ 100.000
€ 0
Projectbureau Informatie & VoorlichtingProducten & Diensten
Inkomsten De KAS
2012
2013
2014
2015
2016
2017
€ 350.000
€ 300.000
€ 250.000
€ 200.000
€ 150.000
€ 100.000
€ 50.000
€ 0
Projectbureau Informatie & VoorlichtingProducten & Diensten
Uitgaven De KAS
2012
2013
2014
2015
2016
2017
€ 500.000
€ 400.000
€ 300.000
€ 200.000
€ 100.000
€ 0
€-100.000
€-200.000
Inkomsten Uitgaven Winst & Verlies
Ontwikkeling inkomsten en uitgaven De KAS
2012
2013
2014
2015
2016
2017
50
4.8 Conclusies
De KAS kan wil burgers en bedrijven ontzorgen wat betreft het realiseren van
concrete besparing en verduurzaming. Dat gebeurt vanuit drie suborganisaties:
“Producten & diensten”, “Informatie & voorlichting” en het “Projectbureau”.
Hierbinnen zijn zeven concepten toegelicht die de daadwerkelijke activiteiten
van De KAS duiden. Het is mogelijk om met deze zeven concepten een
rendabel energieservicepunt te realiseren. Uit de vorige paragrafen is gebleken
dat de zeven concepten in wisselende mate een bijdrage te leveren aan de
levensvatbaarheid van het servicepunt.
In jaar één is er nog sprake van een negatief resultaat: De KAS zal € 94.849 meer
uitgeven dan dat er binnenkomt. De totale uitgaven in dat jaar zijn € 239.766.
Om haar ontwikkeling in gang te kunnen zetten, zal geld beschikbaar moeten
komen. In de financiële analyse uit de vorige paragraaf is rekening gehouden
met de uitrol van het shop-in-shop-concept waarbij de regie volledig in eigen
handen is. Het kan, zoals toegelicht, zo zijn dat er voor een andere invulling van
het shop-in-shop-concept wordt gekozen, waar minder middelen voor benodigd
zijn.
Het contrast tussen de opties is groot: De KAS kan zowel een “reizend circus”
worden als een organisatie met een vaste locatie in of nabij het centrum van
Arnhem.
51
SERVICEPUNT “DE KAS”
PRODUCTEN & DIENSTEN
3D-CONCEPT
ENERGIELABELWONING
MAATWERKADVIESENERGIEBESPARING
OPWEKKINGZONNE-ENERGIE
HUUR EEN THERMOCAMERA
OP WEG MET DETHERMOSCAN
PROBEER EENENERGIEMETER
IN DE WEERD
EIGEN REGIE
POP-UP
DUURZAAMHEIDS-BOULEVARD
ONTMASKER ONGE-WENSTE GEBRUIKERS BEDRIJFSUITJES
WIJKGERICHTEISOLATIE-ACTIES
DUURZAMESCHOLEN
DUURZAMEMOBILITEIT
GROEN IN DE STAD
AFVALVERMINDERINGEN AFVALSCHEIDING
RENOVATIE IN DEHUURSECTOR
PV-PRIVÉ
HULP BIJ DUURZAMEEVENEMENTEN
EERST ZIEN,DAN GELOVEN
OPEN DAGEN
DUURZAAM ELEKTRISCHVERVOER EXPERIENCE
WIJKGERICHTEZONACTIES
SERVICE-IN-EEN-DOOS
FYSIEK (ENDIGITAAL)
LOKET
KENNIS-CENTRUMWEBSHOP
SHOP-IN-
SHOP
INFORMATIE&
VOORLICHTING
PROJECT-BUREAU
EVENE-MENTEN PROJECTEN
52
HOOFDSTUK 05ENERGIELEVERING
53
5.1Zelf energie opwekken is onder meer mogelijk met zonnepanelen, maar
niet ieder bedrijf of huishouden kan of wil zelfstandig in zijn volledige
energiebehoefte voorzien. Daarom is er het publieke net, waarvan eenieder met
een aansluiting energie kan afnemen. De Rijn en IJssel Energie Coöperatie gaat
als nutsbedrijf fungeren om de lokale vraag naar duurzame energie te verbinden
met het aanbod, dat op termijn evenzeer lokaal wordt opgewekt. Uit dit
hoofdstuk blijkt het hoe en waarom van de leveringspijler onder de Rijn en IJssel
Energie Coöperatie. Datzelfde geldt voor de manier waarop dit georganiseerd
wordt en de bijbehorende kosten en opbrengsten.
Herintrede energielevering door lokale partijen
Een eeuw geleden zijn in Nederland veel lokale energiebedrijven ontstaan die
zich bezighielden met de distributie van elektriciteit en gas. Deze gemeentelijke
energiebedrijven (GEB’en) kwamen niet voort uit duurzaamheidsdoelstellingen,
en de zeggenschap erover was volledig in handen van de lagere overheden.
Onder invloed van de Europese regelgeving zijn de Nederlandse GEB’en
in de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw verzelfstandigd. Ook
is een splitsing aangebracht tussen de netwerk- en verkoopfunctie van de
energiebedrijven, als onderdeel van de liberalisatie van de markt die tussen
1998 en 2004 plaatsvond. Dit had enerzijds tot gevolg dat de bestuurlijke
controle over de energiemarkt afnam en anderzijds dat de verkoop en het
transport van energie niet langer door één en dezelfde partij werden geregeld.
In de jaren die volgden op de liberalisatie, ontstond een sterk consolidatieproces
op de energiemarkt. Diverse fusies en overnames hebben ertoe geleid
dat vandaag de dag drie bedrijven (Essent, Nuon en Eneco) voor ruim 85
procent de dienst uitmaken aan de leveringszijde, terwijl overheden vanaf
de zijlijn toekijken. Dankzij de liberalisatie kunnen eindgebruikers echter
wel kiezen van welk bedrijf zij stroom afnemen; voorheen waren burgers en
bedrijven nog gebonden aan één energiebedrijf dat in de regio opereerde. De
discriminatievrije toegang tot de energietransportnetten maakt het dus voor
een lokale duurzame energiecoöperatie mogelijk als nutsbedrijf te fungeren.
De herintrede van lokale nutsbedrijven zoals de Rijn en IJssel Energie Coöperatie
is daarnaast terug te leiden op de twee onderstaande omstandigheden:
1. De huidige toegankelijkheid van de groothandelsmarkten in de
energiesector garandeert vanaf uur één levering van - al dan niet duurzame
- energie aan klanten van de coöperatie. Deze groothandelspartner is nodig
LEDENRAAD
RIJN EN IJSSEL ENERGIE COÖPERATIE
ENERGIELEVERING
FINANCIERINGDUURZAAMHEIDSFONDS
PROJECTONTWIKKELINGSERVICEPUNT “DE KAS”
RAAD VAN ADVIES
ZON WIND WARMTEPRODUCTEN & DIENSTEN
INFORMATIE&
VOORLICHTING
PROJECT-BUREAU
PARTICU-LIEREN
BEDRIJVEN
GEMEENTE ARNHEM
BANKEN/DERDEN
PROVINCIEGELDERLAND
VERENI-GINGEN ETC.
54
5.3
5.2
omdat de lokale opwekking van energie niet direct de volledige vraag kan
dekken.
2. De ICT-ontwikkelingen van de laatste decennia hebben geleid tot lage front-
en backofficekosten voor een startende organisaties als de Rijn en IJssel
Energie Coöperatie.
Samenwerking met partner
Het leveren van energie aan klanten is een activiteit waarvoor de Rijn en IJssel
Energie Coöperatie mogelijk de expertise inroept van een ander energiebedrijf.
De coöperatie heeft immers niet de middelen en organisatorische capaciteit
om zelf direct alle in- en verkoopprocessen van duurzame energie op zich te
nemen. Opnieuw geldt: zij wil de lokale vraag verbinden met het lokale aanbod.
Particulieren en bedrijven worden evenwel klant van de Rijn en IJssel Energie
Coöperatie, en niet van een eventuele andere dienstverlener. InEnergie is één
van de mogelijke partners die de organisatie van de energielevering voor haar
rekening kan nemen. In bijlage 7 worden de contouren van deze mogelijke
samenwerking geschetst. De uitwerking in deze bijlage betreft al met al een
voorstel dat nog verder uitgewerkt wordt.
Marktanalyse
De energieproducten die de leveringstak aanbiedt, zijn feitelijk niet nieuw:
stroom, gas en warmte worden door tal van andere organisaties geleverd en
datzelfde geldt voor duurzame energie. De combinatie van duurzaam en lokaal
geproduceerde energie wordt echter nog niet geboden aan de huishoudens
en bedrijven uit het Rijn-en-IJssel-gebied. Ook met de dienstbaarheid,
transparantie en de coöperatieve samenwerking die de Rijn en IJssel Energie
Coöperatie haar klanten, leden en participanten belooft, onderscheidt zij zich
van de concurrentie. Een echte vergelijkbare concurrent heeft de Rijn en IJssel
Energie Coöperatie derhalve niet, zolang er geen tweede energiecoöperatie met
dezelfde diensten en doelstellingen van start gaat.
Puur ten aanzien van de energielevering bestaat er vanzelfsprekend wel
concurrentie. Ondanks het feit dat er online diverse vergelijkingswebsites
bestaan waar mensen kunnen zoeken naar de goedkoopste of groenste
aanbieder, blijft het switchgedrag van klanten beperkt: sinds 2004 zijn slechts
drie op de tien klanten minimaal één keer van leverancier geswitcht en nog
steeds bedienen de drie grootste energiebedrijven van Nederland (Essent,
Nuon en Eneco) samen maar liefst 85 procent van de markt. De perceptie van
veel eindgebruikers is dat switchen problematisch is en dat de prijsverschillen
weinig voorstellen. De marketingafdeling van iedere energieleverancier ziet
zich dan ook voor een uitdagende opgave gesteld; energie is een low-interest-
product waar weinig mensen zich druk over maken, zolang de gloeilamp brandt
en de binnentemperatuur comfortabel is. Veel mensen en bedrijven weten
niet eens bij wie zij energie afnemen en realiseren zich bovendien niet dat er
alternatieven zijn.
De moeizame strijd om de klant lijkt medio 2012 evenwel een verandering te
ondergaan. Te midden van de crisistijden, waarin iedere euro telt voor menig
huishouden en bedrijf, lijkt het switchgedrag van klanten langzaam maar zeker
op gang te komen. In het tweede kwartaal van 2012 is zelfs een toename van 46
procent in het aantal switches vastgesteld.
Een onderzoek naar de B2C-markt voor een lokale duurzame energiecoöperatie
in de Rijn-en-IJssel-regio heeft in dat kader aanvullende conclusies opgeleverd
die vertrouwen geven: 65 procent van de consumenten uit een steekproef
geeft aan de komst van een lokale duurzame energiecoöperatie een goede
zaak te vinden. Het merendeel van de ondervraagden geeft daarbij aan dat de
55
5.4
prijsstelling cruciaal is: inwoners willen niet meer gaan betalen voor groene
stroom en gas. De boodschap uitdragen dat overstappen niet moeilijk is, lijkt
een belangrijke uitdaging aangezien een derde van de respondenten vermoedt
dat switchen van leverancier problematisch is. Als de coöperatie een goede
beurt wil maken bij haar potentiële klanten van haar leveringsbedrijf, dan is
het zaak hen via indirecte communicatiemiddelen te bereiken en te binden.
Persoonlijke benadering wordt door bijna twee op de drie ondervraagden als
hinderlijk ervaren.
Inkomsten en uitgaven
Deze paragraaf wijst uit wat de inkomsten en uitgaven zijn die vanuit de
leveringstak ontstaan. In de beginfase van de coöperatie wordt de energie
nog afgenomen van een groothandelspartner, omdat er nog niet voldoende
operationele projecten zijn om duurzame energie van eigen bodem aan te
kunnen bieden. Over de in- en verkoop van deze energie maakt de coöperatie
een marge; dit is feitelijk het totale verdienmodel vanuit de leveringstak. Bij het
bepalen van de marges over de energiein- en energieverkoop is onderscheid
gemaakt tussen huishoudens, MKB-bedrijven en grootzakelijke klanten, die
doorgaans andere verbruiksprofielen hebben en dus ook verschillende marges
opleveren.
De totale kosten zijn beperkt, aangezien de marge tussen in- en verkoop als
inkomsten worden beschouwd; de energieinkoop en energieverkoop worden
niet als aparte inkomsten en uitgaven beschouwd. De kosten die wel worden
gemaakt, betreffen uitgaven voor de opstartfase (2013) en de kosten voor het
hosten van de leveringssite (vanaf 2013).
Bij het bepalen van de trend in het financiële resultaat van de
energieleveringstak, is uitgegaan van een ontwikkeling tot 500 huishoudens,
65 MKB’ers en 12 grootzakelijke bedrijven als klanten in 2017. Uit de figuur op
de volgende bladzijde blijkt dat de leveringstak vanaf haar aanvang een positief
economisch resultaat behaalt.
In bijlage 8 is een nadere specificatie te vinden van de kosten en opbrengsten
die in deze paragraaf gepresenteerd zijn. Implicaties voor de totale winst- en
verliesrekening van de coöperatie blijken uit hoofdstuk 8.
€ 70.000
€ 60.000
€ 50.000
€ 40.000
€ 30.000
€ 20.000
€ 10.000
€ 0
Inkomsten Uitgaven Winst & Verlies
Ontwikkeling inkomsten en uitgaven Energielevering
2012
2013
2014
2015
2016
2017
56
HOOFDSTUK 06PROJECTONTWIKKELING
57
6.1
De derde en laatste pijler onder de Rijn en IJssel Energie Coöperatie is de
projectontwikkelingstak. Vanuit dit domein worden uiteindelijk de meest
significante stappen genomen als het gaat om het optuigen van een lokale en
duurzame energievoorziening.
Waardepropositie projectontwikkelingsbedrijf
De doelstelling van het projectontwikkelingsbedrijf is de grootschalige realisatie
van energiebesparing en duurzame energie. Dit houdt in opschaling van pilots
en kleine initiatieven naar de hele stad en de ontwikkeling van grootschalige
initiatieven.
De ontwikkeltak ondersteunt de ontwikkeling van energiebesparing en
duurzame energie. Dit gebeurt op basis van projecten die bewoners en/of
bedrijven gezamenlijk aangaan. Binnen het initiatief ‘Energie Made in Arnhem’
lopen al diverse projecten om energiebesparing en duurzame energie te
ontwikkelen en uit te rollen. Het ligt voor de hand aansluiting te zoeken bij de
lopende initiatieven en deze te versterken, in plaats van geheel nieuwe zaken op
te starten.
De energiecoöperatie zal in eerste instantie niet zelfstandig risicodragend
projecten ontwikkelen. Doordat de coöperatie een groot netwerk heeft
in de regio kan zij eenvoudig de verbinding maken met andere mogelijk
geïnteresseerde partijen. De coöperatie kan tevens ondersteuning bieden door
de energie die wordt opgewekt af te nemen gedurende een bepaalde looptijd.
Hierdoor is de exploitant verzekerd van een langdurige inkomstenbron en is het
verkrijgen van financiering eenvoudiger.
De projectontwikkelingsorganisatie onder de coöperatie heeft de beschikking
om financiering aan te bieden voor lokale duurzame projecten. Indien projecten
voldoen aan bepaalde criteria o.a. financieel en milieutechnisch kan de
coöperatie de initiatiefnemers van het project financiering aanbieden.
Toegevoegde waarde
Bij de projectontwikkeling wordt nagegaan wat de belemmeringen zijn die
de voortgang in de projecten in de weg staan. Veelal zijn dit organisatorische,
financiële of politiek-juridische zaken. Het projectontwikkelingsbedrijf levert
de diensten die nodig zijn om de projectontwikkeling vlot te trekken en te
realiseren. Het kan bijvoorbeeld gaan om projectmanagement, om inhoudelijke
advisering of om financieringsconstructies.
LEDENRAAD
RIJN EN IJSSEL ENERGIE COÖPERATIE
ENERGIELEVERING
FINANCIERINGDUURZAAMHEIDSFONDS
PROJECTONTWIKKELINGSERVICEPUNT “DE KAS”
RAAD VAN ADVIES
ZON WIND WARMTEPRODUCTEN & DIENSTEN
INFORMATIE&
VOORLICHTING
PROJECT-BUREAU
PARTICU-LIEREN
BEDRIJVEN
GEMEENTE ARNHEM
BANKEN/DERDEN
PROVINCIEGELDERLAND
VERENI-GINGEN ETC.
58
6.2Een belangrijke belemmering bij veel ontwikkelingen van duurzame
energie vormt de afzet van de energie. Veel projecten stranden door een
gebrek aan afnemers. De Energiecoöperatie Rijn en IJssel omvat echter
ook het leveringsbedrijf, waardoor het zekerheden kan bieden bij de
projectontwikkeling.
Projectontwikkeling van duurzame energie vergt veelal een lange doorlooptijd.
Soms vallen projecten stil door personele wisselingen en het verschuiven
van prioriteiten. De coöperatie heeft een scope die specifiek is gericht op
energiebesparing en duurzame energie en heeft een langetermijnscope. De
coöperatie neemt desgewenst dan ook de verantwoordelijkheid voor het
langdurige projectmanagement, tot het moment dat het project daadwerkelijk
gerealiseerd gaat worden. Hierdoor blijven contacten en documenten
beschikbaar op een centrale plek. De coöperatie neemt ook de lobby-
werkzaamheden voor de politiek-juridische belemmeringen op zich.
De projectontwikkeling kan als dienst aan derden worden aangeboden. De
coöperatie kan ook zelf als (één van de) opdrachtgever(s) optreden en na
realisatie participeren in de exploitatie van de opwekking. Bij elk project
wordt in samenspraak met de overige betrokkenen beoordeeld welke
samenwerkingsvorm voor projectontwikkeling en exploitatie het meest
wenselijk is. Ook is het mogelijk dat de exploitatie voor een bestaande
duurzame energieopwekking (bijvoorbeeld een WKO) in uitvoering wordt
genomen of dat er een participatie in wordt genomen.
Activiteiten
Thema’s
Uit hoofdstuk 4 bleek reeds dat (kleinschalige) projectontwikkeling op de
gebieden duurzame mobiliteit, zon-PV en energiebesparing voor de hand ligt,
gezien de aansluiting van deze thema’s bij de overige takken van de Rijn en IJssel
Energie Coöperatie.
Bij duurzame mobiliteit gaat het met name om rijden op groen gas en
elektriciteit, bij zon-PV om grootschalige uitrol hiervan bij burgers en bedrijven,
en bij energiebesparing om besparing bij burgers, bij dienstverlenend MKB
(detailhandel/ horeca) en bij bedrijven op bedrijventerreinen.
Deels kunnen deze onderwerpen (met name richting burgers en MKB)
ontwikkeld worden tot “service-in-een-doos-concepten”, waarna De KAS kan
zorgdragen voor de verdere uitrol.
Daarnaast betreft het grootschalige, unieke projectontwikkelingen, zoals een
groen-gas-hub, waar in de context van de stadsregio Arnhem-Nijmegen reeds
aan wordt gewerkt. Ook de ontwikkeling van de windmolenlocatie komt op
korte termijn in aanmerking voor projectontwikkeling.
59
6.3
6.2
Selectie van projecten
Hoewel het nut en de noodzaak van een projectontwikkelingsbedrijf evident
zijn, is de vraag wie de kosten draagt van een dergelijke organisatie. Idealiter
worden de kosten van de werkzaamheden terugverdiend uit een fee op de
dienstverlening. In de praktijk zijn veel projectinitiatieven niet voldoende
draagkrachtig om een kostendekkende fee te betalen. De vraag doet zich voor
welke initiatieven dan in aanmerking komen voor ondersteuning. Mogelijke
randvoorwaarden hierbij zijn:
Het initiatief…
• heeft een grote bijdrage aan de klimaatneutraliteit;
• heeft een grote zichtbaarheid naar mensen;
• kan, eenmaal ontwikkeld, goed uitgerold worden naar andere doelgroepen;
• heeft een acceptabel risicoprofiel;
• ervaart belemmeringen die goed door het projectontwikkelingsbedrijf
kunnen worden aangepakt.
De besluitvorming over de selectie van projecten wordt gedaan door
het bestuur van de coöperatie op voorspraak van de manager van het
projectontwikkelingsbedrijf.
Afnemers van de diensten
De afnemers van de diensten van het projectontwikkelingsbedrijf zijn divers.
Dit kunnen burgers, bedrijven en overheden zijn. Het zijn initiatiefnemers van
een energiebesparings- en/of duurzame-energie-project, die ondersteuning
bij de ontwikkeling behoeven. Ook de coöperatie zelf of het servicepunt kan
initiatiefnemer zijn.
Middelen en partners
Middelen
Het projectontwikkelingsbedrijf richt zich op het wegnemen van belemmeringen
voor projecten. Veelal zijn dit organisatorische, financiële of politiek-juridische
zaken.
Het projectontwikkelingsbedrijf levert de diensten die nodig zijn om de
projectontwikkeling vlot te trekken en te realiseren. Het kan bijvoorbeeld
gaan om projectmanagement, om inhoudelijke advisering of om
financieringsconstructies. Het heeft hiervoor ten minste voldoende menskracht,
projectmanagementvaardigheden en kennis nodig (via eigen mensen of inhuur).
Daarnaast is projectfinanciering een wezenlijk aandachtspunt.
Projectfinanciering
Projectontwikkeling bestaat uit unieke projecten. Dat geldt ook voor de
financiering. Per project wordt bekeken hoe de projectfinanciering kan worden
ingericht. Wat kunnen de deelnemende initiatiefnemers financieel inbrengen,
en in hoeverre kan het projectontwikkelingsbedrijf risicodragend participeren:
dat zijn cruciale vragen.
Naast inbreng van eigen vermogen en bankleningen, zien we bij duurzame-
energie-projecten een rol voor financiering door burgers en subsidies, leningen,
participaties en garanties door overheden. Ook wordt veel gesproken over
revolverende fondsen. Dit zijn fondsen van waaruit leningen, participaties of
garanties worden gegeven en waarbij het geld (met rente) terugvloeit naar het
fonds: zie hoofdstuk 7.
60
6.5Afhankelijk van de financiële positie van het projectontwikkelingsbedrijf
kan de projectontwikkeling minder of meer risicodragend worden ingevuld,
bijvoorbeeld in de startperiode van het bedrijf minder risicodragend (meer
adviserend) en naarmate de financiële positie van het energiebedrijf groeit,
kan meer risicodragend worden ontwikkeld. Wanneer er bij de start van
het projectontwikkelingsbedrijf een groter eigen vermogen beschikbaar is
(bijvoorbeeld door sponsoring), kan sneller risicodragend ontwikkeld worden.
Partners
De projectontwikkeling gebeurt in een BV binnen de energiecoöperatie. Er
wordt gebruikgemaakt van de BV-vorm, omdat er risicodragende activiteiten
worden uitgevoerd. De BV wordt geleid door een (deeltijd-) manager, die
verantwoording aflegt aan het bestuur van de energiecoöperatie. Er wordt nauw
samengewerkt met de overige onderdelen van de energiecoöperatie.
Daarnaast wordt de samenwerking gezocht met de partners binnen “Energie
Made in [Arnhem]”, omdat binnen dit initiatief veel projecten worden
ontwikkeld. Daarnaast wordt een samenwerking opgebouwd met mogelijke
financiers voor de projectfinanciering.
Inkomsten en uitgaven
Deze paragraaf wijst uit wat de inkomsten en uitgaven zijn die vanuit de
projectontwikkelingstak ontstaan.
De inkomsten voor de coöperatie uit de projectontwikkelingstak bestaan geheel
uit “fees” die door de projectontwikkelaar worden betaald aan de coöperatie,
ter waarde van 8% van de investeringskosten. Aangezien de ontwikkeling van
een project vaak een periode van een jaar beslaat, komt deze fee pas een jaar
na de feitelijke investering ter beschikking van de coöperatie.
De kosten bestaan in de beginfase hoofdzakelijk uit werkkapitaal dat benodigd
is voor zaken als: het overleggen over en ontwerpen van de projectorganisatie
in samenwerking met de provincie, het ontwikkelen van statuten, het
daadwerkelijk oprichten van de tak en het opzetten van het management.
Andere kostenposten, die ieder jaar terugkeren, zijn de inzet van tijd en
middelen vanuit de coöperatie voor de ontwikkeling van projecten (technische
inventarisaties, het sluiten van contracten en dergelijke). In de onderstaande
grafiek worden de totale inkomsten uitgezet tegenover de totale uitgaven.
In jaar 1 en 2 is het operationele resultaat negatief, maar daarna gaat ook de
projectontwikkelingstak de coöperatie geld opleveren.
Het uitgangspunt hierbij is de realisatie van één project in 2012 en tien
projecten in 2017. In bijlage 9 is een nadere specificatie te vinden van alle
kosten en opbrengsten die horen bij de projectontwikkelingstak. Implicaties
voor de totale winst- en verliesrekening van de coöperatie blijken uit hoofdstuk
8.
61
€ 250.000
€ 200.000
€ 150.000
€ 100.000
€ 50.000
€ 0
€ -50.000
Inkomsten Uitgaven Winst & Verlies
Ontwikkeling inkomsten en uitgaven Projectontwikkeling
2012
2013
2014
2015
2016
2017
62
HOOFDSTUK 07DUURZAAMHEIDSFONDS
63
Zoals meerdere malen uit dit bedrijfsplan is gebleken, staat duurzaamheid
gelijk aan investeren in de toekomst. Het is daarom niet verwonderlijk dat
juist de financiering vaak een hindernis vormt bij het maken van meters in
de energietransitie; dit geldt enerzijds voor particulieren en bedrijven die
via De KAS in aanraking komen met duurzame producten en diensten - aldus
luidde een belangrijke conclusie uit een onderzoek naar de B2B-markt voor
De KAS - en anderzijds voor de projectontwikkelingstak van de coöperatie, die
de totstandkoming van windturbines, zonneparken en andere grootschalige
projecten beoogt. In dit hoofdstuk wordt de oplossing aangedragen voor deze
patstelling: het Duurzaamheidsfonds.
Principe
Het principe van het revolverende fonds is eenvoudig. Particulieren en
bedrijven kunnen onder aantrekkelijke voorwaarden geld lenen, waarmee zij de
financieringsdrempel behorend bij een geplande investering in duurzaamheid
kunnen overkomen. Zij kunnen derhalve direct overgaan tot een investering in,
bijvoorbeeld, zonnepanelen of woningisolatie.
Ook op het niveau van de grootschalige projecten is het bestaan van een
dergelijk fonds een passend antwoord op het financieringsvraagstuk. Het geld
uit het fonds wordt dus benut om windmolens, zonneparken, warmteprojecten
et cetera te ontwikkelen in de Rijn-en-IJssel-regio. Het Duurzaamheidsfonds is
al met al de olie tussen alle radars die samen zorgen voor de transitie naar een
lokale en schone energievoorziening.
Organisatie
De figuur op de volgende pagina laat zien welke partijen mogelijk een rol krijgen
bij het organiseren van de geldstromen naar en uit het fonds. De volgende
kenmerken zijn te onderscheiden:
• het fonds wordt gevuld met geld dat, bijvoorbeeld, de provincie en
gemeenten als revolverende middelen ter beschikking stellen of vanuit
Europese subsidies (bijvoorbeeld: Elena) vrijkomen. Natuurlijk kunnen dit
ook andere partijen zijn;
• het fonds wordt niet door de Rijn en IJssel Energie Coöperatie beheerd,
maar door een aparte stichting met een bestuur en een raad van toezicht
die de in- en uitstroom van middelen volgens strikte criteria kunnen
toestaan, nadat alle risico’s in kaart zijn gebracht;
• de Rijn en IJssel Energie Coöperatie kan bij deze stichting terecht voor
directe leningen én voor het verkrijgen van garantstellingen;
• een garantstelling houdt in dat de investering door de Rijn en IJssel Energie
Coöperatie wordt gedekt. In dat geval kan de coöperatie bij externe
financiers (bijvoorbeeld: banken en crowdfundingplatforms) terecht voor
het verkrijgen van leningen tegen lage rentetarieven, aangezien de stichting
garantstaat en het risico voor de externe financier dus nihil is;
• om die reden schuilt er voor de coöperatie ook nog een verdienmodel
in deze financieringsconstructie. Zij kan immers het rentevoordeel
gedeeltelijk voor haar eigen bedrijfsvoering benutten en de partij met de
financieringsbehoefte ook een aantrekkelijk rentetarief in het vooruitzicht
stellen.
64
RIJN EN IJSSEL ENERGIE COÖPERATIE
PARTIJ X
STICHTINGFONDS VOOR LOKALE INITIATIEVEN
BESTUUR
PROVINCIE GELDERLAND ELENA
FINANCIERING
CROWDFUNDINGBURGERPARTICIPATIES
TRIODOS / ASN / RABOBANK / ETC.
RAAD VAN TOEZICHT
KLANTEN
PPM OOSTPROVINCIE
BANK(BESTUUR - RISICOMANAGEMENT)
SVN / GEMEENTE ARNHEM
DUURZAAMFONDS ENERGIELEVERING
PROJECT Y
PROJECT-ONTWIKKELING
RENTEBIJDRAGE / INVESTERING
% VERGOEDING GARANTSTELLINGGARANTSTELLING STICHTING
RENTE + AFLOSSINGLENING ENERGIEVERKOOP ENERGIEONTWIKKELVERGOEDING
SERVICEPUNT DE KASPROJECT Z
GAR
ANTS
TELL
ING
LEN
ING
SFAC
ILIT
EIT
REN
TEAF
SLAG
GAR
ANTS
TELL
ING
ENER
GIER
EKEN
ING
ENER
GIE
65
Inkomsten en uitgaven
Het Duurzaamheidsfonds brengt, evenals de drie voorgenoemde pijlers onder
de Rijn en IJssel Energie Coöperatie, zowel inkomsten als uitgaven met zich mee,
zoals blijkt uit de onderstaande tabel. Hieruit wordt duidelijk dat het fonds te
maken heeft met forse kosten in de opstartfase, die daarna minder omvangrijk
worden. De opbrengsten vertonen een ander patroon: die zijn bescheiden in de
beginfase en nemen in de loop der jaren serieuzere vormen aan.
De uitgaven bestaan aanvankelijk uit de opstart- en ontwikkelingskosten.
Het organiseren van de financiering per project, en het beheer hiervan, zijn
kostenposten die zich later openbaren. De inkomstenstroom wordt, zoals
toegelicht, mogelijk gemaakt door de een afdracht van het rentevoordeel dat
ontstaat door de garantstelling vanuit de stichting.
De bovenstaande tabel maakt, evenals de grafiek rechts, duidelijk dat de kosten
in jaar 1 nog € 42.822 hoger zijn dan de inkomsten. Vanaf jaar twee genereert
het Duurzaamheidsfonds echter al een bescheiden winst, die oploopt tot €
28.376 in 2017. In bijlage 10 is een nadere specificatie te vinden van de kosten
en opbrengsten die in deze paragraaf zijn gepresenteerd.
€ 50.000
€ 40.000
€ 30.000
€ 20.000
€ 10.000
€ 0
€ -10.000
€ -20.000
€ -30.000
€ -40.000
€ -50.000
Inkomsten Uitgaven Winst & Verlies
Ontwikkeling inkomsten en uitgaven Duurzaamheidsfonds
2012
2013
2014
2015
2016
2017
66
HOOFDSTUK 08FINANCIËLERESULTATEN
67
In de voorgaande hoofdstukken zijn de elementen van de Rijn en IJssel Energie
Coöperatie inhoudelijk besproken. Tevens is aangetoond wat de financiële
implicaties zijn van de beoogde activiteiten.
Nu kan een uitspraak worden gedaan over de levensvatbaarheid van de totale
Rijn en IJssel Energie Coöperatie. Inkomsten worden verwacht vanuit vijf
richtingen: de coöperatieve ledenorganisatie zelf, energieservicepunt De KAS, de
energieleveringstak, de projectontwikkelingstak en het duurzaamheidsfonds. Dit
zijn tegelijkertijd de vijf bronnen van uitgaven. In hoofdstuk 3 tot en met 7 zijn
deze kosten en opbrengsten geduid en nu kunnen de totale inkomsten worden
afgezet tegen de totale uitgaven. Zie daarvoor de grafiek hieronder.
De grafiek laat zien dat de coöperatie zowel in 2012 als in 2013 met een
negatieve cashflow te maken heeft. Vanaf 2014 worden zwarte cijfers
geschreven. Het tekort in 2012 is circa € 75.000,- en in het jaar dat hierop volgt
gaat er bijna € 110.000,- meer de deur uit dan dat er binnenkomt. In 2014 is
daarentegen reeds een winst voorzien die oploopt tot € 295.578,- in 2017.
Zoals uit de bovenstaande figuur blijkt, zijn de uitgaven in jaar 1 volledig
toe te schrijven aan de kosten behorend bij het duurzaamheidsfonds en de
projectontwikkelingstak. In de jaren daarna blijkt De KAS veruit de meeste
kosten met zich mee te brengen. De kosten voor energielevering zijn in alle
jaren zeer laag, terwijl de beperkte kosten van de coöperatieve ledenorganisatie
gestaag toenemen.
€ 1.000.000
€ 800.000
€ 600.000
€ 400.000
€ 200.000
€ 0
€ -200.000
Inkomsten Uitgaven Winst & Verlies
Ontwikkeling inkomsten en uitgaven Rijn en IJssel Energie Coöperatie
2012
2013
2014
2015
2016
2017
€ 500.000
€ 450.000
€ 400.000
€ 350.000
€ 300.000
€ 250.000
€ 200.000
€ 150.000
€ 100.000
€ 50.000
€ 0
Coöperatieve ledenorganisatieProjectontwikkeling
EnergieleveringDe KASDuurzaamheidsfonds
Uitgavenpatroon Rijn en IJssel Energie Coöperatie
2012
2013
2014
2015
2016
2017
68
Met de projectontwikkelingstak zijn toenemende uitgaven gemoeid die goed
zijn voor een substantieel deel van het totale kostenplaatje.
Kijkend naar de totale inkomsten (zie de figuur hiernaast), valt op dat De
KAS evenzeer voor de grootste opbrengstenstroom verantwoordelijk is.
De projectontwikkelingstak draagt ook voor een aanzienlijk deel bij aan de
verdiensten van de coöperatie. Ditzelfde geldt voor het duurzaamheidsfonds,
de energieleveringstak en de coöperatieve ledenorganisatie, zij het in mindere
mate.
Bijlage 11 geeft een overzicht weer van alle inkomsten en uitgaven die horen bij
de Rijn en IJssel Energie Coöperatie.
€ 800.000
€ 700.000
€ 600.000
€ 500.000
€ 400.000
€ 300.000
€ 200.000
€ 100.000
€ 0
Coöperatieve ledenorganisatieProjectontwikkeling
EnergieleveringDe KASDuurzaamheidsfonds
Inkomstenpatroon Rijn en IJssel Energie Coöperatie
2012
2013
2014
2015
2016
2017
69
70
HOOFDSTUK 09PLANNING
71
De Rijn en IJssel Energie Coöperatie is een organisatie met stevige ambities. De
plannen die zij heeft, kunnen vanzelfsprekend niet allemaal tegelijkertijd tot
uitvoering worden gebracht. Om die reden worden vier fasen onderscheiden,
die achtereenvolgens worden doorlopen:
• opstarten Rijn en IJssel Energie Coöperatie;
• oprichten en opstarten De KAS en Energielevering;
• oprichten en opstarten Projectontwikkeling.
Hierbij worden concreet de volgende resultaten opgeleverd:
• de statuten;
• een website;
• een CRM-systeem en backoffice;
• een huishoudelijk reglement;
• marketing- en communicatiemateriaal;
• de inkoop en levering van energie;
• afzetkanalen van ontwikkelde producten en diensten.
Fase 1: opstarten Rijn en IJssel Energie Coöperatie
Het realiseren van alle plannen die in dit bedrijfsplan aan de orde zijn gekomen,
begint met het daadwerkelijk opstarten van de Rijn en IJssel Energie Coöperatie
zelf. Het gaat dan om het oprichten van een organisatie met een bestuur, een
raad van advies en, niet in de laatste plaats, leden. De overige activiteiten die in
deze fase worden ontplooid, staan hier opgesomd.
• Het verkrijgen van financiering voor de opstartfase - al dan niet in
revolverende vorm - bij:
o de gemeente Arnhem, Renkum, Rheden et cetera;
o de provincie Gelderland;
o particulieren.
• Het bepalen van de bedrijfsuitstraling (huisstijl, look-and-feel et cetera);
• Het mogelijk maken van ledenparticipatie;
• Het inrichten van wervingsprocessen door aandacht te besteden aan:
o marketingmateriaal en de website;
o het bepalen van lidmaatschapsvoordelen
o communicatie via sociale media (Facebook, Twitter, LinkedIn);
72
Fase 2: oprichten en opstarten De KAS en Energielevering
Wanneer de Rijn en IJssel Energie Coöperatie is opgericht en bovengenoemde
activiteiten in gang zijn gezet, kan werk gemaakt worden van de eerste
twee pijlers onder de coöperatie en het duurzaamheidsfonds. Daarbij horen
onderstaande aandachtsgebieden.
• Oprichten en opstarten Energielevering:
o Bedrijfsprocessen
organiseren personeel
uitvoeren klantendesk (zelf of uitbesteding)
vinden bancaire partner
o Klantprocessen
acceptatie contract- en overstapprocedure
levering energie
meteropname
verrekening
eindafrekening
wanbetalingen
o Energieprocessen
Organiseren administratieve processen behorend bij de in- en
verkoop energie
• Oprichten en opstarten De KAS
o Uitwerken keuzevariant shop-in-shop-concept
gereedmaken locatie
vinden en binden partners
organiseren inzet personeel
o Opzetten suborganisatie “Producten & diensten”
(laten) uitvoeren van de concepten met voldoende financiële steun
o Opzetten suborganisatie “Informatie & advies”
(laten) uitvoeren van de concepten met voldoende financiële steun
o Opzetten suborganisatie “Projectbureau”
(laten) uitvoeren van de concepten met financiële voldoende steun
Fase 3: oprichten en opstarten Projectontwikkeling
Wanneer De KAS en de leveringstak de opstartfase achter zich hebben gelaten
(1), het leden- en klantenaantal van de coöperatie zich volgens verwachting
ontwikkelt (2) en de coöperatie als gevolg hiervan met een stabiele cashflow
te maken heeft, kan de stap naar de oprichting van de projectontwikkelingstak
worden gezet. Hierbij kan gedacht worden aan de volgende taken en
activiteiten:
• Samenwerking met regionale duurzame energieproducenten
o leggen verbinding met leveringstak
o faciliteren lokale producenten met eigen verkoop
• Toetsen en selecteren van nieuwe projecten
o zon
o wind
o warmte
• Regelen van de projectfinanciering
• Verzorgen van het projectmanagement
o afnamecontracten
o organisatorische capaciteit
73
Tijdspad
De drie toegelichte fasen worden gevolgtijdelijk doorlopen. Het plan is om fase
1 eind 2012 de meeste activiteiten behorend bij fase 1 af te ronden en tegen
die tijd zijn de nodige voorbereidingen voor fase 2 ook reeds getroffen. Fase 2
kan dan nog in 2013 worden afgerond. Aan het einde van dat jaar kan een begin
worden gemaakt met de taken die in dit hoofdstuk onder fase 3 zijn geschaard.
OPSTARTEN RIJN EN IJSSEL ENERGIE COÖPERATIE
2012 2013 2014OPRICHTEN ENOPSTARTEN DE KAS EN ENERGIELEVERING
OPRICHTEN ENOPSTARTEN PROJECT-ONTWIKKELING
74
HOOFDSTUK 10BRONNEN
LIJST
75
Bij de totstandkoming van dit bedrijfsplan is gebruikgemaakt van verschillende
(schriftelijke) bronnen, die hieronder zijn opgesomd. De input voor dit
bedrijfsplan is daarnaast afkomstig van een serie gesprekken en interviews met
lokale stakeholders, zoals bedrijven, partnerorganisaties en de consortiumleden
van De KAS in het bijzonder.
Schriftelijke bronnen:
• AD (3 juli 2012), Run op goedkope energie, beschikbaar op: http://www.
ad.nl/ad/nl/1012/Nederland/article/detail/3280805/2012/07/03/Run-op-
goedkope-energie.dhtml
• Centraal Bureau voor de Statistiek (2012), Inwoners naar regio, beschikbaar
op http://statline.cbs/nl
• Coalitie D66, GroenLinks, SP en VVD, gemeente Arnhem (2010), Het
Arnhems Lenteakkoord, Afspraken stadsbestuur Arnhem 2010-2014
• Energiesprong / SEV (2011), Wensen en behoeftes van eigenaarbewoners
op het gebied van energiebesparende maatregelen, beschikbaar op:
http://energiesprong.nl/wp-content/uploads/2011/09/Energieonderzoek-
aug2011.pdf
• Gemeente Renkum (2010), Een slim beleid is op de toekomst voorbereid,
coalitieakkoord voor de raadsperiode 2010-2014
• Gemeente Rheden, afdeling Bouwen en Milieu (2011),
Uitvoeringsprogramma Rheden op Weg naar CO₂-neutraliteit 2012 - 2015
• Jager, R. (2012), Marketingplan Rijn en IJssel Energie Coöperatie
• MarketResponse (2010), Marktonderzoek naar de stand van zaken
op de energiemarkt, beschikbaar op: http://www.nma.nl/ images/
Rapport_marktonderzoek_naar_de_stand_van_zaken_op_de_
energiemarkt22-188150.pdf
• Nederlandse Mededingingsautoriteit (2012), Energieregulering in
Nederland, beschikbaar op: http://www.nma.nl/regulering/ energie/
default.aspx
• Nederlandse Mededingingsautoriteit (2011), Energie Rapport, Stand van
zaken op de consumentenmarkt, Eerste halfjaar 2011
• UN, International year of cooperatives (2012), beschikbaar op: http://social.
un.org/coopsyear/about-iyc.html
• Yildiz, I. (2012), Marktonderzoek t.b.v. het Energiedienstenbedrijf Arnhem
Interviews (zie bijlage 1):
Interviews zijn afgenomen met vertegenwoordigers van onderstaande bedrijven
en organisaties:
• ROC Rijn IJssel
• Klimaatverbond
• Ondernemers Kontakt Arnhem
• Eco-logisch
• Alliander
• Gelderse NMF
• EVS EcoVrede
• Stichting kiEMT
• Volkshuisvesting Arnhem
• eFruscio
• Gemeente Arnhem
• Portaal
• Gemeente Renkum
• HAN
• De Groene Vos
• 2Switch
• Het Groene Hert
76
BIJLAGEN
77
78
Bijlage 1: Overzicht mogelijke samenwerkingspartners De KAS
79
80
81
82
Bijlage 2: Specificaties kosten en opbrengsten coöperatieve ledenorganisatie
83
84
Bijlage 3: Shop-in-shop
1. Inleiding
Er is veel onderzoek gedaan naar het shop-in-shop-concept. Het belang van de
coöperatie om deel te nemen in een shop-in-shop-concept is om een plek te
realiseren waar mensen komen die in duurzaamheid geïnteresseerd zijn. Van
belang is dat deze plek een eigen ‘buzz’ met zich meebrengt. Gedacht wordt aan
het bij elkaar brengen van de volgende groepen:
• Een duurzaamheidswinkel à la De Groene Vos
• Duurzame woon- en verbouwwinkel
• “Seats-to-meet-achtige” activiteit
• Horeca
• Het kantoor van de coöperatie
• Verhuur van elektrische vervoersmiddelen
• Expositie van duurzame vervoersmiddelen
• Vergaderruimten
Alvorens gekeken wordt naar de mogelijke opties, is eerst onderzocht in welke
vorm de Groene Vos levensvatbaar kan zijn.
2. De Groene Vos en De KAS
Voor verder uitwerking van opties moet eerst bekeken worden welke elementen
van De Groene Vos succesvol zijn en of deze organisatie zelfstandig kan draaien.
Uit gesprekken met Jan Schreur, Petra Lettink en een analyse van de begroting,
winst-/verliesrekening en de balans, zijn de volgende conclusies naar voren
gekomen:
• De verkoop van duurzame artikelen is een marginale bedrijfsactiviteit. Met
een bruto-netto-marge van 20% en een omzet van nog geen €1000,- per
maand, worden de vaste kosten (huur, handling, voorraad risico, et cetera)
absoluut niet terugverdiend.
• Er is geen kostenplaatsadministratie gevoerd. Daardoor is onduidelijk
waaraan de €43.000,- salariskosten precies aan opgegaan zijn. Hoeveel
mensen zijn er aan de balie geweest, welke vragen konden direct
beantwoord worden, hoeveel tijd is besteed per vraag et cetera? Een
substantieel gedeelte is besteed aan de coördinatie van vrijwilligers,
de tweedelijns beantwoording van vragen, de projectleiding van de
“energiebesparingsweddenschap” en het “Duurzaamheidshuis” (www.
duurzaamheidshuis.nl) en aan de energiescans aan de Bakkerstraat.
• Hoewel er geen tevredenheidsonderzoek is gedaan, is er niet de indruk dat
de winkel en loketfunctie succesvol zijn. Niettemin blijkt uit de evaluatie van
de genoemde energiebesparingsweddenschap dat juist de informatie- en
loketfunctie een belangrijke succesfactor is geweest. Daarnaast reageren
klanten die wel langskomen voor informatie en advies zeer positief. Tevens
zijn er bijna 500 mensen geabonneerd op de nieuwsbrief die recentelijk is
opgezet.
• De belangrijkste inkomstenbronnen zijn de opbrengst van oud papier (de
wijk heeft besloten dat de opbrengst geschonken wordt aan de Groene Vos
(ruim €10.000,- per jaar), subsidie van de gemeente uit de GSO-pot en de
loonsubsidie voor de winkelmedewerker.
• De zonnestroomactie heeft wel veel geïnteresseerden gegenereerd. De
locatie van de startbijeenkomst was in het bezoekerscentrum.
De overall conclusie is dat een winkeluitstraling niet de uitstraling is van wat er
daadwerkelijk bij de Groene Vos gebeurt. Feitelijk richt men zich voornamelijk
op projectbegeleiding en tweedelijns beantwoording van vragen. De meeste
activiteiten van ‘De Groene Vos’ kunnen ook vanuit een kantoor gebeuren die
85
niet aan de straat gelegen is. Wanneer gekeken wordt naar Het Groene Hert in
Nijmegen kan ook geconcludeerd worden dat de €60.000,- huur niet door de
winkel opgebracht wordt. Op basis van deze conclusies wordt in eerste instantie
afgezien van grootschalige eigen retailactiviteiten. Wel kunnen de projectmatige
activiteiten in een backoffice verder worden vormgegeven.
3. Vier opties associërend met ‘shop-in-shop’
Het idee is om een plek te creëren waar leven in de brouwerij wordt gecreëerd
door mensen die mogelijk interesse hebben in duurzaamheid. Er zijn vier opties
onderzocht:
• 3D-concept
• Duurzaamheidsboulevard Hommelstraat / Ir. J.P. van Muijlwijkstraat
• Shop-in-Shop
• Pop-up-variant
3.1 3D-concept
Portaal heeft het oude Albert Heijn-pand aan de Ir. J.P. van Muijlwijkstraat
beschikbaar. Deze woningstichting heeft Codum de opdracht gegeven hier
een concept uit te werken op basis van een 3D-concept, waarin “Design,
Duurzaamheid en Delicatessen” met elkaar worden verenigd. Het concept moet
een schakel worden in de creatieve keten. Codum denkt hierbij aan een stevige
horeca- en delicatessenzaak en het verhuren van werkplekken aan mensen in de
creatieve keten.
Hoewel het EDBA en het 3D-concept beide duurzaamheid omvatten en
beide ook dezelfde “cultural creatives-doelgroep” zal aantrekken, lijkt een
echte overlap niet aanwezig, tenzij Codum en Portaal het “design-aspect”
en de “ketenontwikkeling” minder stringent laten worden. Uit gesprekken is
duidelijk geworden dat dit nog niet de intentie is. Portaal zal hier als eigenaar
van het pand, opdrachtgever aan Codum en consortiumlid van het Arnhemse
energieservicepunt eerst zelf een keuze in moeten maken. Wat vrijwel zeker
tot de mogelijkheid behoort, is dat er een werkplek komt voor de coöperatie
alsmede een kleine ‘entree’ op de begane grond.
3.2 Duurzaamheidsboulevard Hommelstraat / Van Muijlwijkstraat
Binnen dit concept wordt samen met Volkshuisvesting, Portaal en de
winkelstraatmanager geprobeerd zoveel mogelijk bedrijven op het gebied van
duurzaamheid aan de Van Muijlwijkstraat en het begin van de Hommelstraat te
krijgen. Dat deze hoek aantrekkelijker wordt, blijkt uit de keuze van Loewe om
zich hier met een winkel te vestigen. Er is echter geen geld meer voor dit soort
ontwikkelingen en dit zal verder evolutionair moeten gebeuren. Het begin van
deze evolutie kan als volgt lopen:
De panden links van het ‘Codum-pand’ zijn van Portaal. Deze zijn op korte
termijn voor een vriendelijke prijs te huren.
Hier is de mogelijkheid van een loketfunctie. Om deze financieel haalbaar te
maken zullen ook andere partijen met behoefte aan een loketfunctie moeten
aansluiten. Denk hierbij aan eFruscio, aanbieder van elektrische tweewielers, en
organisaties zoals het Huurdershuis.
Het kantoor van de coöperatie kan hierin ook plaatsnemen.
Andere partijen kunnen op termijn aansluiten.
3.3 Shop-in-shop
Een vierde optie is om als coöperatie De KAS groter aan te pakken en geheel
zelfstandig een shop-in-shop-concept te ontwikkelen. Hier is serieus naar
gekeken. De kunst is dan om je eigen “buzz” te organiseren door zelf een grote
ruimte te huren en te zoeken naar onderhuur. Dit brengt aanzienlijk meer
86
risico’s met zich mee. Het gevaar is dat dan te veel aandacht verschuift naar
deze operatie, terwijl het slechts een middel is om duurzaamheid vanuit andere
organisaties aan de man te brengen. Het grote voordeel is wel dat deze optie
alle vrijheid biedt om zelfstandig een concept te ontwikkelen.
3. 4 Pop-up-variant
Bij deze optie is er alleen ergens een backoffice. Vervolgens worden er op locatie
op gezette tijden gedurende enkele dagen tot weken events georganiseerd. Dit
heet dan een ‘pop up’ van De KAS op plekken waar veel mensen komen. De
“buzz” wordt dus niet bij een centraal loket georganiseerd, maar het loket zoekt
de “buzz” op. Hier zal dan een ruimte ingericht worden waar onder meer:
elektrische transportmiddelen kunnen worden uitgeprobeerd;
met een elektrische skateboard wordt gereden;
films draaien over duurzaamheid;
discussies worden georganiseerd;
zonnepanelen staan;
de HAN nieuwe duurzame noviteiten tentoonstelt;
Bij dit “rijdende circus” is permanent iemand aanwezig. Naast voorlichting
worden de “service-in-een-doos-diensten” verkocht.
Mogelijke locaties voor De KAS on tour zijn het Wijkfeest Westival, Het
Bruishuis, de Velper donderdagen, Duurzaamheidsdagen, de modebiënnale met
sexy rijkleding, bevrijdingsfeesten in Oosterbeek et cetera.
4. SWOT
Hieronder volgt een SWOT-analyse van de vier voorgenoemde concepten. Met
een code (./.) is aangegeven of de kans van optreden laag (-), middel (o) of hoog
(+) is en of de gevolgen vervolgens klein (o), gemiddeld (o) of groot zijn (+).
Opties 1, 2 en 4 (het 3D-concept, de Duurzaamheidsboulevard en de Pop-up-
variant) lijken in elkaar over te kunnen lopen en veel synergie te vertonen.
Deze combinatie is snel te realiseren en betreft een autonome ontwikkeling
van de verschillende partijen. Dit verlaagt de complexiteit van het totale
project aanzienlijk. Optie 3 lijkt het meest complex, doordat hier zwaktes en
bedreigingen zijn waarvan de kansen van optreden middel of hoog zijn en de
gevolgen een grote impact hebben. Niettemin blijft optie 3 het ideaalplaatje
aan de hand waarvan berekeningen gemaakt zijn, ook omdat het zo kan zijn
dat de grootste “bottleneck”, de hoge m²-prijs, in de startfase omzeild kan
worden doordat een pand (tijdelijk) beschikbaar komt ten gunste van De KAS.
In dat geval zou de huisvesting in eerste instantie enkel neerkomen op de
servicekosten (begroot op €40/m²; zie bijlage 6), terwijl de totale huurprijs per
m² zich dan in de loop der tijd ontwikkelt (tot een bedrag van €100,- in 2016 en
daarna; zie bijlage 6).
87
88
Bijlage 4: Service-in-een-doos
1. Service-in-een-doos
“Service-in-een-doos” is het ontzorgconcept van de Rijn en IJssel Energie
Coöperatie. Bij bewezen succes moet dit eenvoudig uitgerold kunnen worden
naar soortgelijke organisaties. De essentie van het concept is: er worden fysieke
dozen ontwikkeld, waarmee de concrete realisatie van energiebesparing en -
indien mogelijk - duurzame-energie-opwekking op huishoudenniveau wordt
beoogd. In dit bedrijfsplan worden de contouren van dit concept geschetst; de
feitelijke uitwerking op detailniveau moet nog plaatsvinden.
De kracht van service-in-doos zit in het feit dat er schakels van dozen denkbaar
zijn voor klanten. Per categorie is er een laagdrempelige “instapservice” die
aansluiten op “vervolgdozen”. Kortom: er zit een groei in de opvolgende dozen.
Klanten worden verleid en krijgen bij elke doos weer meer kennis.
De service zet in op het realiseren van gedragsverandering en maakt het gebruik
van diverse diensten op het gebied van duurzaamheid transparant. Er wordt
een voorselectie gemaakt van de kwaliteit van aanbieders. De coöperatie
fungeert hierbij als een soort consumentenbond. Daarnaast worden afspraken
gemaakt over de omgang met ontevreden klanten. De meeste diensten worden
uitgevoerd door lokale ondernemers en er worden koppelingen gemaakt met
vervolgdiensten bij lokale ondernemers. De lokale economie wordt zodoende
gestimuleerd.
Een extra voordeel is dat de dienst ook eenvoudig door overheden te sponsoren
is. In plaats van een generieke subsidie kunnen gemeenten besluiten een
bijdrage te geven per verkochte service. Diensten die gemeenten erg belangrijk
vinden, kunnen zo extra aantrekkelijk worden gemaakt.
Hieronder wordt eerst het concept besproken. Vervolgens komt de procedure
voor de ontwikkeling aan bod.
2. Het concept
U wilt met duurzaamheid aan de slag gaan, maar weet nog niet goed waar
te beginnen? Isolatie van dak, muur of vloer? Dubbele beglazing? Dat is een
goede start. Mogelijk heeft u dat al redelijk voor elkaar. Hoe zit het dan met
het verbruik? Is een nieuwe ketel het meest efficiënt? Of is een investering in
zonnepanelen zinvoller? En dan zijn er ook nog zonnecollectoren? Bij wie kunt
u hiervoor zoal terecht? Er zijn immers vele verschillende aanbieders. Hoe
betrouwbaar zijn zij? Dankzij Service-in-een-doos komt u stapsgewijs verder.
2.1 Service-in-een-doos ontzorgt
Service-in-een-doos is een fysiek pakket dat via internet besteld kan worden.
Maar de dozen staan ook in de schappen bij retailers en organisaties die
duurzaamheid promoten. De retailers krijgen per verkochte service een deel van
de verkoopmarge.
Service-in-een-doos is een pakket met de volgende uitgangspunten:
• Een helder omschreven dienst, voor een vaste prijs.
• Er is een laagdrempelige instapservice en er zijn altijd vervolgdiensten te
krijgen. Na aanschaf van een instapservice wordt korting gegeven op de
vervolgdienst.
• De lokale duurzame energiecoöperatie in kwestie maakt een voorselectie
van enkele betrouwbare lokale leveranciers, waarmee de coöperatie een
samenwerkingsovereenkomst heeft afgesloten. Dit zijn leveranciers die ten
89
minste een fysieke locatie in deze regio hebben.
• Via een informatiepakket geven zij duidelijk aan wat zij voor het geld
bieden. Consumenten selecteren vervolgens de gewenste leverancier.
• De doos geeft altijd achtergrondinformatie over de keuzes die beschikbaar
zijn. Dit kan een boekje of een brochure zijn.
• De doos bevat kortingsbonnen voor andere diensten van de leveranciers
(vervolgopdrachten)
• U beoordeelt de service. Deze beoordeling komt openbaar op het internet
en wordt door de coöperatie gebruikt voor het verbeteren van de service.
• Mocht u achteraf niet tevreden zijn, dan bemiddelt de coöperatie.
2.2 Voorbeelden van service-in-een-doos
Onderstaande tabel geeft verschillende voorbeelden van services-in-een-doos
weer. Links zijn instapservices te zien en rechts staan daadwerkelijke projecten.
In de volgende paragrafen worden enkele hiervan nader toegelicht. De bedragen
die zijn genoemd, staan nog niet vast. Ook dient nog met leveranciers afgestemd
te worden wat de precieze voorwaarden zijn. Er hebben zich al wel leveranciers
aangemeld die interesse hebben in het concept van ‘service-in-een-doos’.
De bedrijven die zich reeds verenigd hebben in het Arnhems Duurzaam Bouwen
collectief - naar aanleiding van de warmtebeelden van de gemeente - kunnen
prima aansluiting vinden bij het service-in-een-doos-concept. Zij hebben
al voorwerk met elkaar verricht en commitment getoond. Ook hebben ze
aangegeven graag een rol te spelen binnen De KAS.
2.2.1. Ontmasker ongewenste verbruikers
Ongewenste sluipverbruikers van stroom kunnen opladers van mobiele ICT-,
audio-, en videoapparatuur, elektrische tandenborstels, draadloos gereedschap,
scheerapparaten, babyfoons en kruimeldieven zijn. Deze blijven vaak in het
stopcontact zitten, zelfs als het apparaat al is opgeladen. Andere energieslurpers
zijn decoders, routers en keukenboilers.
U kunt zelf een verbruiksmeter kopen, maar dan duurt het maanden voordat u
een beeld hebt, als u überhaupt wijs wordt uit de vele meetgegevens. Wie de
ontmaskerservice “uit een doos” aanschaft, krijgt een adviseur op bezoek met
tientallen energiemeters. Deze worden op strategische plekken in de woning
geplaatst.
ZONNE-ENERGIE
ONTMASKER ONGEWENSTE VERBRUIKERS
ENERGIELABELWONING
MAATWERKADVIESENERGIEBESPARING
HUUR EEN THERMOCAMERA
OP WEG MET DE INFRAROODSCAN
PROBEER EEN ENERGIEMETER
PLAATS EEN ZONNEPANEEL
PLAATS EEN ZONNEBOILER
VERVANGAPPARATUUR
SCHAF EEN HRE-KETEL AAN
ISOLEER HET DAK
ISOLEER DE MUUR
ISOLEER DE VLOER
90
De overige kenmerken van deze service-in-een-doos:
• De adviseur verricht tevens een verbruikscan.
• Na enkele dagen worden de meters weer opgehaald.
• U krijgt een overzicht van de meetresultaten.
• U mag één meter houden voor eigen gebruik.
• U ontvangt een kortingsbon voor de aanschaf van nieuwe apparatuur.
De service kan ook opgesplitst worden naar particulier en MKB:
• Particulier: 10 meetpunten
• MKB: 20 meetpunten
2.2.2 Energielabel woning
Door het energielabel ziet u in een oogopslag of een woning energiezuinig is
(groen energielabel) of onzuinig is (rood energielabel) ten opzichte van andere
woningen van hetzelfde type. Het probleem begint echter al bij het maken van
een keuze voor de juiste adviseur.
Bij deze labelservice kunt u zelf selecteren uit een lijst van lokale en erkende
adviseurs, met een waarmerk van de energiecoöperatie. Deze adviseur komt bij
u langs voor het vaststellen van het energielabel. Daarnaast krijgt u korting bij
een vervolgopdracht voor isolatie. Hoe meer energiewinst er te behalen is, hoe
meer korting u tegemoet kunt zien. Wanneer u label G heeft, is uw korting zelfs
gelijk aan de kosten van deze certificering! Er zijn vier soorten pakketten:
• Appartement
• Hoekwoning
• Tussenwoning
• Vrijstaande woning
2.2.3 Maatwerkadvies energiebesparing
Het energielabel geeft alleen een overzicht van de maatregelen die mogelijk
zijn voor uw woning. Het zegt niets over kosten, opbrengsten en comfort. In het
maatwerkadvies staat precies welke mogelijkheden, kosten en opbrengsten zijn
verbonden aan specifieke energiebesparende maatregelen voor uw huis. En
wanneer er isolatie subsidie mogelijk is, mist u die in ieder geval ook niet! Ook
geeft het maatwerkadvies suggesties voor het verbeteren van het wooncomfort.
Het probleem begint echter al bij welke adviseur u moet kiezen. Er zijn er
duizenden die u wel willen helpen. En u verdrinkt in de berg van offertes en
opties.
Bij dit maatwerkadvies kunt u zelf selecteren uit een lijstje van lokaal en erkende
adviseurs, met een waarmerk van de energie coöperatie. De prijs is hetzelfde,
wat zij bieden wordt helder uitgelegd. Deze adviseur komt bij u langs voor
het vaststellen van de energiebesparingsmogelijkheden. Er zijn vier soorten
pakketten:
• Appartement
• Hoekwoning
• Tussenwoning
• Vrijstaande woning
Heeft u al een labelpakket gekocht? Dan krijgt u korting op het maatwerkadvies.
Maar andersom geldt ook: heeft u maatwerkadvies laten uitvoeren? Dan krijgt u
korting op het labeladvies. Het unieke is dat u deze adviezen niet door hetzelfde
bedrijf hoeft te laten uitbrengen! Adviseurs aangesloten bij de coöperatie
hebben namelijk afgesproken dat zij desgewenst klantgegevens overdragen!
91
2.2.4 Zonne-energie
U wilt gebruikmaken van zonne-energie, maar kunt u beter een zonneboiler
of een zonnecollector kopen? De zonnecollectoradviseur raadt natuurlijk een
collector aan en andersom. En mocht u al een keuze kunnen maken: de prijs-
kwaliteitverhouding kan sterk variëren tussen de aanbieders.
Dankzij dit maatwerkadvies kunt u zelf een selectie maken uit een lijstje van
lokale en erkende adviseurs, met een waarmerk van de energiecoöperatie.
De prijs verschilt niet en wat zij bieden, wordt helder uitgelegd. De adviseur
komt bij u langs en helpt u met het maken van keuzes. Ook geeft de adviseur
inzicht in waar u in uw specifieke geval op moet letten. Het pakket bevat
daarnaast een kortingsbon die u kunt inleveren bij een van de zonnecollector- of
zonnepaneleninstallateurs die aangesloten zijn bij de coöperatie. Wanneer u
hiervan gebruikmaakt, kost het advies u vrijwel niks.
2.2.5 Huur een thermocamera
Bent u ook nieuwsgierig waar de warmtelekken in uw woning zitten? Die kennis
kan handig zijn als u een woning gaat kopen of de woning op warmteverlies
wil inspecteren. Maar er zijn veel meer toepassingen, zoals het zoeken van
leidingen, het inspecteren van de verwarming of misschien zo maar eens voor
de grap?
Met deze service-in-een-doos huurt u een thermocamera voor een dag en kunt
u zelf aan de slag. Om de kosten laag te houden, stellen wij geen geavanceerde
camera beschikbaar, maar een camera die toch voldoende kwaliteit heeft om
een goede indruk te krijgen en temperatuurverschillen van 0,1 graden Celsius
weergeeft!
Voor een echt professionele warmtescan kunt u het beste ook een professioneel
bedrijf inschakelen. De coöperatie heeft vijf bedrijven uitgezocht waar u een
professionele camera kunt huren met een specialist voor het echte werk. Tegen
inlevering van de bon die hoort bij de service-in-een-doos krijgt u 25 euro
korting.
Hoe werkt het? U koopt deze service-in-een-doos op locatie. In de doos zit
meteen de camera, de handleiding, een boekje over thermografie en de
kortingsbon. Het op locatie aanschaffen - of eigenlijk huren - van deze service
kost €39,- en per extra dag wordt €10,- in rekening gebracht. Deze service is niet
via internet verkrijgbaar. U dient bij het overhandigen van de camera een borg
te betalen.
2.2.6 Op weg met de infraroodscan
De gemeente Arnhem heeft van alle woningen een infraroodscan van de
voorgevel gemaakt. Erg leuk, maar wat heb je eraan?
Deze service-in-een-doos levert voor een appartement voor €149,- de keuze uit
vijf lokale specialisten. De specialisten werken onder de standaardvoorwaarden
van de Rijn en IJssel Energie Coöperatie, zodat u zich geen zorgen hoeft te
maken over garanties en kwaliteit. De prijs is gelijk, maar elke specialist heeft
verschillende voordelen. De specialist levert een uitgebreide scan af, inclusief
de juiste interpretaties. Het grote voordeel voor u is dat u alleen op die plekken
isolatie gaat aanbrengen waar ook echt voordeel te behalen is, mits dit geen
negatieve gevolgen voor het leefklimaat in de woning tot gevolg heeft. Dat
alleen al kan u honderden euro’s per jaar schelen.
92
De doos bevat ook een aantal kortingsbonnen ter waarde van 25 procent van
het pakket voor de aanschaf van isolatiemateriaal! Dit maakt deze box extra
voordelig. Er zijn vier soorten pakketten:
• Appartement (€149,-)
• Tussenwoning (€195,-)
• Hoekwoning (€225,-)
• Vrijstaande woning (€349,-)
2.2.7 Probeer een energiemeter
Er zijn vele energiemeters om aan te sluiten op uw meterkast. Deze hebben
voor- en nadelen. De coöperatie heeft er twee uitgezocht met de optimale prijs-
kwaliteitverhouding. U kunt deze per maand huren. Na 12 maanden mag u de
meter houden. Anders krijgt u uw geld, met aftrek van de huurkosten, terug.
U koopt deze service-in-een-doos op locatie of via internet. In de doos vindt u
de meter, een handleiding, een boekje over thermografie en een kortingsbon.
• Kopen op locatie: €169,-. Zodra u de meter terugbrengt, ontvangt u €14,-
per resterende maand terug.
• Kopen via internet: €189,-. Zodra u de meter terugbrengt, ontvangt u €14,-
per resterende maand terug.
In de toekomst kan het scala aan services-in-een-doos verder
worden gediversifieerd. Mogelijkheden zijn dozen op het gebied van:
hemelwatermaatregelen, groene daken en gevels, verlichting, mobiliteit en
regionaal voedsel.
3. Procedure voor ontwikkeling
Het concept van service-in-een-doos wordt vooralsnog niet door de markt
opgepakt. De ontwikkelkosten zijn relatief hoog en het lokale bedrijfsleven heeft
hier geen oren naar. Een coöperatie biedt bij uitstek de kans om het concept
wel van de grond te krijgen. (NB: de URL www.serviceineendoos.nl is nog
beschikbaar en alvast geclaimd)
3.1 Ontwikkelkosten
Een globaal overzicht van de te ontwikkelen elementen:
Netwerken voor samenwerkingsverbanden met lokale leveranciers;
Het creëren van een product met handleiding, verpakt in een “doos”, zodat
het kan worden geplaatst op een plank en verkocht in de detailhandel;
Opstellen procedures voor productie, verpakking, verzending, plaatsing;
Een bonus voor verkopers om aan te dringen op het product;
Een mechanisme voor het maken van rendement. Het product vergt immers
een zorgvuldige opbouw van kosten voor de dienst, kortingsbonnen,
subsidies, verkoopkosten, winstmarges et cetera;
Het opzetten van een beheermodule op internet voor coöperaties om
nieuwe producten toe te kunnen voegen;
Een verkoopmodule voor op internet met een ‘white label’;
Front- en backoffice;
Printen van de dozen en marketingmateriaal kan centraal geschieden.
93
Verder dienen er bij de start een redelijk aantal boxen klaar te zijn, die
bij voorkeur op verschillende verkoopplaatsen tentoongesteld worden.
Daarbovenop komen nog kapitaalskosten. Tevens zal er hardware moeten
worden aangeschaft, afhankelijk van de producten; denk voor twee coöperaties
in de startup-fase aan twee infraroodcamera’s, een paar honderd energiemeters
voor in het stopcontact en een aantal energiemeters voor in de meterkast.
Het totale benodigde kapitaal voor de uitrol van ‘service-in-een-doos’ blijkt uit
bijlage 6.
4. Ontwikkeltijd
Verreweg de meeste tijd gaat op aan het verkrijgen van de financiering. De
financiering betreft hoofdzakelijk revolverende middelen, die op termijn
moeten worden terugbetaald. Het verkrijgen van de benodigde financiering
kost naar verwachting al snel een halfjaar tot een jaar. Met de ontwikkeling
kan worden begonnen op het moment dat er een fiat is wat de revolverende
middelen betreft én zich twee gemeenten hebben aangemeld om de tijdelijke
additionele operationele kosten voor hun rekening te nemen. Vervolgens kan
een ontwikkelperiode van vier tot zes maanden aanvangen. Voorgesteld wordt
de ontwikkeling vanuit een aparte stichting op te starten, waar de deelnemende
coöperaties lid van zijn. Geld voor ontwikkeling kan lastig via banken worden
verkregen, hoewel de “duurzame” banken Triodos en ASN wellicht een rol
van betekenis kunnen spelen. Daarnaast zijn er nog twee mogelijkheden: de
provincie of Gelderland Valoriseert.
Bijlage 5: Evenementen
1. Inleiding
Duurzaamheid is voor veel mensen nog een ‘ver-van-mijn-bed-show’. Zelfs
wanneer er op vrij korte termijn voordeel te behalen is, lijken veel mensen nog
niet tot initiatieven over te gaan.
Er leven gedachten om op locatie ‘energiebuzz’ te organiseren, bijvoorbeeld
in de vorm van een Energy Expo, zoals dat ook in Groningen gebeurt (www.
energyexpo.nl). Na meerdere gesprekken met de initiatiefnemers blijkt dit niet
een eenvoudig begaanbare weg te zijn. Het franchiseconcept van Energy Expo
blijkt flinterdun: de bijdrage per autodealer dekt nauwelijks de huurprijs. Het
business model is daarom nog niet erg sterk. Het geld lijkt verdiend te worden
met evenementachtige activiteiten. De coöperatie heeft de ontwikkeling van
een groot fysiek “ervarium” voorlopig verlaten.
De behoefte iets met duurzaamheid te doen, groeit wel. Bedrijven willen
zich profileren, gemeenten willen stimuleringsmaatregelingen aan de man
brengen en mensen die duizenden euro’s neerleggen voor een investering in
duurzaamheid willen liever ook ‘eerst zien, dan geloven’.
Rijn en IJssel Evenementen richt zich op activiteiten om mensen op andere
plekken duurzaamheid te laten ervaren. In feite spreek gaat het om
eventmanagement: concepten bedenken, organiseren, plannen, verkopen,
mensen motiveren en aansturen. Daarnaast is er een dienst die wordt
aangeboden door “De KAS on tour”. Dit betreft een “pop-up-locatie” van het
dienstenloket op plekken waar veel mensen komen. Denk bijvoorbeeld aan het
bruishuis of de Velper donderdagen.
94
2. Rijn en IJssel Evenementen
De komende jaren zal de Rijn en IJssel Energie Coöperatie zich richten op het
ondersteunen en eventueel zelf organiseren van duurzame beleving middels
evenementen. Voorbeelden van evenementen volgen hieronder.
2.1 Evenementen
2.1.1 Bedrijfsuitjes
• iGo Segway Experience: ervaar met je bedrijf de Segway Experience door
met een grote groep door het gebied van Rijn en IJssel te rijden.
• Crossen met een elektrische step over de Veluwe.
• Tours met elektrische steps door Arnhem.
2.1.2 Duurzaam elektrisch vervoer experience
Wie eenmaal elektrisch heeft gereden, wil nooit meer anders. Vanuit De KAS
willen we een aantal mogelijkheden gaan organiseren:
• Verken de kop van Rijn en IJssel met een duurzaam vervoersarrangement.
Boek een overnachting met ontbijt in het Arnhemse designhotel, inclusief
welkomstdrankje, en maak een tour met een elektrische auto.
• Heeft u iets te vervoeren wat niet in uw auto past? Huur een bestelbusje op
gas om eens te ervaren hoe het is om op groen gas te rijden.
• Tijdelijk slecht ter been door een skiongeluk of om wat voor reden dan
ook? Maak dan voor even gebruik van een elektrische scooter! Comfortabel
en een ervaring op zich!
• Ervaar het elektrische skateboard. Je kunt bij De KAS deze een uur huren
voor €10,-.
2.1.3 Wilt u uw evenement een duurzame uitstraling geven? Wij helpen u een
handje!
• Huur een aggregaat op waterstof. Hiervan zijn er maar weinig in Nederland,
dus wees er vroeg bij.
• Voor het ultieme windgevoel kunt u bij ons een verplaatsbare windmolen
huren van maar liefst acht meter hoog. Deze staat op een trailer, dus van
vergunningen heeft u geen last. Een betere eyecatcher kunt u toch niet
wensen?
2.1.4 Eerst zien dan geloven
• Zonnepanelen? Eerst zien, dan geloven! Dat is een gezonde Hollandse
mentaliteit. De KAS organiseert enkele keren per jaar een fietstocht langs
eigenaren van een zonnepaneel en een zonnecollector. Bij een enkele gaat
u naar binnen. De eigenaren delen hun ervaring met u. Na afloop is er een
borrel waar u nog met elkaar kunt napraten en kunt zien wat De KAS u
kan bieden op het gebied van zonne-energie. Kosten: €12,50 voor de gids,
een drankje en een bloemetje voor de gastheer/dame. Groepsgrootte: 10
mensen.
• Warmte- en koudeopslag? Eerst zien, dan geloven!
• Vloerisolatie? Eerst zien, dan geloven!
2.1.5 Open dagen
• De KAS organiseert open dagen bij de waterzuiveringsinstallatie, de
vuilverbranding of een windmolen.
95
2.2 Rijn en IJssel Energie dienstverlening
Rijn en IJssel energie kent verschillende vormen van dienstverlening. Hierbij gaat
het altijd om maatwerktrajecten. Enkele voorbeelden zijn:
2.2.1 Service-in-een-doos voor woningcoöperaties
De coöperatie heeft het concept ‘service-in-een-doos’ op de markt gezet. Deze
services kunnen betrekkelijk eenvoudig als maatwerkconcept worden neergezet
voor woningcoöperaties. U selecteert welke diensten u wilt aanbieden; wij
verpakken het vervolgens in een eigen ‘service-in-een-doos’. Dit heet een
“white-label-concept”. U krijgt uw eigen bestelunit op uw eigen internetpagina.
De dozen hebben uw eigen ‘look & feel’. Wij verzorgen de verdere afhandeling.
2.2.2 Coöperatieve inkoop
De KAS zet gezamenlijke inkooptrajecten op touw. Voor zonnepanelen zijn deze
al ruim voorhanden. Maar wat dacht u van gezamenlijke opdrachtverlening
voor een nieuw dak? Of de aanschaf voor een nieuwe HRE-ketel? Gezamenlijke
inkooptrajecten voor dergelijke doeleinden gelden natuurlijk alleen binnen
de regio van Rijn en IJssel. Er is een lijst van inkooptrajecten en het aantal
inschrijvingen dat binnen is. Zodra een ‘lot’ vol is, organiseren we een
gezamenlijke bijeenkomst. U kunt u inschrijven, maar ook weer uitschrijven
wanneer u vindt dat het te lang duurt.
2.2.3 De KAS on Tour
Dit is een “pop-up-locatie” van het dienstenloket op plekken waar veel mensen
komen. Er wordt op locatie op gezette tijden gedurende enkele dagen tot
weken een event georganiseerd. De buzz wordt dus niet bij een centraal
loket georganiseerd, maar het loket zoekt de buzz op. Hier zal dan een ruimte
ingericht worden waar:
• elektrische vervoersmiddelen kunnen worden uitgeprobeerd;
• met een elektrische skateboard kan worden gereden;
• films draaien over duurzaamheid;
• discussies worden georganiseerd;
• zonnepanelen staan;
• de HAN duurzame noviteiten tentoonstelt.
Bij dit rijdende circus is permanent iemand aanwezig. Bezoekers kunnen
voorlichting over duurzaamheid krijgen en er worden services-in-een-doos
verkocht. Mogelijke locaties voor De KAS on tour zijn Wijkfeest Westival, Het
Bruishuis, de Velper donderdagen, Duurzaamheidsdagen, de modebiënnale,
bevrijdingsfeesten in Oosterbeek et cetera.
2.3 Inkomsten en uitgaven
Evenementen kunnen door de coöperatie zelf worden georganiseerd (via het
projectbureau) of in overleg met externen. De evenementen zijn van groot
belang om mensen duurzaamheid te laten beleven, maar zullen op zichzelf niet
voor indrukwekkende kasstromen zorgen. Uit bijlage 6 blijkt welke kosten en
opbrengsten gemoeid zijn met de bovengenoemde evenementen, vanuit het
projectbureau van De KAS.
96
Bijlage 6: De KAS: specificaties kosten en opbrengsten per concept
i. De KAS Projecten
97
ii. De KAS Evenementen
98
iii. Service-in-een-doos
99
iv. Shop-in-shop
100
v. Webshop
101
vi. Fysiek (en digitaal) loket
102
vii. Kenniscentrum
103
Bijlage 7: Mogelijke samenwerking met InEnergie
InEnergie is een duurzaam en lokaal energiebedrijf in ontwikkeling en
is er voor bedrijven en particulieren die op lokaal niveau een duurzame
energievoorziening willen realiseren. Klanten van InEnergie kiezen voor
schone en betaalbare stroom, voor gas en warmte van dichtbij. InEnergie
garandeert de kwaliteit en leveringszekerheid die men gewend is van de grote
energieleveranciers.
InEnergie heeft ruime ervaring met het helpen opzetten van nieuwe lokale
energiebedrijven. Inmiddels maken DEVO, DEVA en ADEM Houten gebruik van
de diensten van InEnergie.
De dienstverlening van InEnergie bestaat uit drie onderdelen:
• ondersteuning bij het leveren van energie;
• de verkoop van duurzame producten;
• financieren van duurzame projecten door middel van crowdfunding.
De energierekening staat hierbij centraal: klanten kunnen producten
aanschaffen en investeren in projecten via de energierekening. In de afbeelding
op de volgende pagina wordt de dienstverlening van InEnergie schematisch
weergegeven. In het vervolg van deze paragraaf worden de drie onderdelen
toegelicht. InEnergie zal regelmatig met de coöperatie overleggen of de
dienstverlening aanvulling dan wel inperking behoeft.
€
Klant
€ inleg
Rijn en IJssel Energie CoöperatieEnergierekening (één factuur)
AEnergielevering
(betalen)
CCrowdfunding
(sparen)
€ voorschot
€ inkoop € inkoop
energie
energie energie
€ inleg € rente
€ inleg € rente€ rente
€ inleg € rente
€ aflossing product
BProductverkoop
(lenen)
EnergiemarktProjecten
Bank
104
Ondersteuning bij de levering van energie
InEnergie verzorgt voor Rijn en IJssel Energie Coöperatie de administratie voor
de levering van energie. Hiervoor wordt een database ingericht en wordt, in
samenwerking met de websitebouwer van Rijn en IJssel Energie Coöperatie,
de website voorzien van een aanmeld- en inlogmogelijkheid. Dit gebeurt
in de volledige eigen look & feel van Rijn en IJssel Energie Coöperatie. Alle
documenten en de website worden volledig in de huisstijl van Rijn en IJssel
Energie Coöperatie opgemaakt. InEnergie hoeft slechts op enkele plaatsen te
worden vermeld. Via de website kunnen onder meer voorbeeldberekeningen
worden gemaakt en kunnen automatisch contracten worden gegenereerd.
InEnergie zorgt voor een correcte weergave van tarieven van netbeheerders en
belastingen.
Rijn en IJssel Energie Coöperatie krijgt een eigen bankrekening zodat de
omzet volledig in de boeken van Rijn en IJssel Energie Coöperatie kan worden
opgenomen. Hiermee wordt tevens een zuiver bedrijfsproces gegarandeerd en
blijft de scheiding tussen InEnergie en Rijn en IJssel Energie Coöperatie helder.
Wanneer Rijn en IJssel Energie Coöperatie zelf opwekinstallaties in exploitatie
heeft, biedt InEnergie klanten van Rijn en IJssel Energie Coöperatie de
mogelijkheid te kiezen van welke installatie zij elektriciteit willen afnemen. Zo
kan de klant precies zien waar zijn energie vandaan komt, bijvoorbeeld van
een zonnestroominstallatie op de school van de kinderen. Hier kan zelfs een
ander tarief voor bepaald worden dan voor energie die niet specifiek van een
bepaalde bron komt. Via Garanties van Oorsprong wordt gegarandeerd dat de
energie daadwerkelijk op de gekozen locatie is opgewekt.
Als een klant zich aanmeldt bij Rijn en IJssel Energie Coöperatie, ligt de
administratieve verantwoordelijkheid bij InEnergie. Zij verwerkt de aanmelding
in de administratie en verzorgt het switchproces. Rijn en IJssel Energie
Coöperatie krijgt hiervoor vanaf 1 januari 2013 een eigen EAN-code en alle
klanten worden onder deze code geregistreerd.
Het verzorgen van de backoffice voor de levering van energie bestaat uit de
volgende diensten:
• de verwerking van het berichtenverkeer (switchen, meterstanden, et
cetera);
• contractmanagement (aan- en afmeldingen, verhuizingen, beheer
contracten, up-to-date houden van netbeheerderstarieven, et cetera);
• facturatie van voorschotten, jaarnota’s en eindnota’s;
• debiteurenbeheer;
• financiële rapportages en managementrapportages.
De prijsvorming voor de levering van energie is transparant. Op basis van de
marktprijzen worden de inkoopprijzen voor Rijn en IJssel Energie Coöperatie
vastgesteld. Zij kan vervolgens zelf haar marges en de uiteindelijke verkoopprijs
bepalen.
InEnergie biedt verschillende contracten voor elektriciteit en gas die Rijn en
IJssel Energie Coöperatie kan aanbieden aan haar klanten: een variabel tarief
voor onbepaalde tijd, een vast tarief voor één of drie jaar en maatwerktarieven
voor grootverbruikers.
• Variabel tarief voor onbepaalde tijd: het variabele inkooptarief wordt
berekend aan de hand van de variabele marktprijs plus een opslag voor
risico-overname door InEnergie en in het geval van gas een regiotoeslag.
Vervolgens kan Rijn en IJssel Energie Coöperatie haar eigen marge en
verkooptarief bepalen. De variabele marktprijs komt tot stand op basis
105
van de 6-2-6-formule. De prijs van 1 januari t/m 30 juni wordt met een
vertraging van 2 maanden bepaald door de prijs van 1 mei t/m 31 oktober.
• Vast tarief voor één of drie jaar: InEnergie geeft maandelijks inkooptarieven
af voor één en drie jaar vast. Deze tarieven worden bepaald aan de hand
van de marktprijs plus een opslag. Rijn en IJssel Energie Coöperatie bepaalt
vervolgens zelf haar marge en verkooptarief.
• Maatwerktarieven voor grootverbruikers: voor grootverbruikers die meer
dan 100.000 kWh en/of 50.000 m3 gas per jaar verbruiken, kan een op
maat gemaakte prijs worden afgegeven. Ook hier geldt dat deze wordt
bepaald aan de hand van de marktprijs plus een opslag en dat Rijn en IJssel
Energie Coöperatie vervolgens zelf haar marge en verkoopprijs kan bepalen.
Verkoop duurzame producten
Aan de leden en klanten van Rijn en IJssel Energie Coöperatie kan InEnergie een
selectie van duurzame producten aanbieden, zoals LED-lampen, zonnepanelen
of zonneboilers. Deze kunnen via de website van de Rijn en IJssel Energie
Coöperatie worden aangeschaft. Klanten kunnen ervoor kiezen deze producten
niet in één keer te betalen, maar via de energierekening te voldoen. In dat
geval betaalt de klant niet het gehele bedrag ineens, maar betaalt de klant via
de energierekening door middel van een verhoging van het voorschotbedrag.
Omdat met de producten ook energie wordt bespaard of zelf opgewekt, zal
voor de klant de totale maandelijkse energierekening nauwelijks hoger worden.
Kortom: mensen betalen voor deze producten vanuit het budget dat vrijkomt
dankzij de gerealiseerde besparing.
Voorbeeld: een klant is geïnteresseerd in zonnepanelen, maar heeft niet het
benodigde bedrag beschikbaar. Via de Rijn en IJssel Energie Coöperatie kan de
klant dan toch zonnepanelen laten plaatsen, zonder een directe investering.
Dankzij de zonnepanelen zal de klant minder elektriciteit gaan gebruiken. In
plaats daarvan wordt op zijn energierekening een van tevoren vastgesteld
bedrag bijgeteld waarmee de zonnepanelen worden betaald. Na een aantal
jaren wordt de klant eigenaar van de zonnepanelen op zijn dak en leveren deze
nog jarenlang gratis elektriciteit.
InEnergie verzorgt voor de Rijn en IJssel Energie Coöperatie het proces van
offerte tot en met de levering van de producten en de verrekening op de
energierekening. Naast de integratie met de backoffice-diensten die al voor
de levering van energie worden verricht, zal InEnergie ook de volgende
werkzaamheden uitvoeren:
• uitbrengen en eventueel nabellen van offertes;
• bestellingen verwerken in de administratie;
• voortgangsbewaking van de bestellingen: zorgdragen voor de levering van
de producten aan de klanten en voor de betaling van de klanten aan Rijn en
IJssel Energie Coöperatie.
Er zijn meerdere mogelijkheden voor prijsvorming: er kan gewerkt worden
met een lead-fee per product of InEnergie kan een inkoopprijs aangeven voor
de Rijn en IJssel Energie Coöperatie, waarna de coöperatie zelf haar marge
en verkoopprijs kan bepalen. Hierin zit tevens een verschillende mate van
risico. In overleg met Rijn en IJssel Energie Coöperatie wordt besloten hoe de
prijsvorming tot stand komt.
Crowdfunding
In samenwerking met Stichting Green Crowd biedt InEnergie de klanten van
Rijn en IJssel Energie Coöperatie de mogelijkheid te investeren in de lokale
duurzame-energieprojecten van de coöperatie. Zo ontstaat meer draagvlak
106
en kunnen projecten van de Rijn en IJssel Energie Coöperatie door middel
van crowdfunding worden gerealiseerd. De klanten van de Rijn en IJssel
Energie Coöperatie krijgen naast energie van dichtbij ook een aantrekkelijk en
gagarandeerd financieel rendement over hun investering.
Stichting Green Crowd is opgericht om te komen tot een versnelling in de
realisatie van duurzame-energie-projecten. Dit wil zij doen door burgers
financieel te betrekken bij duurzame energie projecten binnen hun eigen
leefomgeving. Green Crowd is een stichting omdat zij zelf geen winstoogmerk
heeft. Het platform wil de gemeenschap de mogelijkheid bieden een financieel
voordeel te behalen dankzij de exploitatie van duurzame energie en wil als
platform alleen maar kostendekkend zijn.
Wanneer Rijn en IJssel Energie Coöperatie een project ontwikkelt, verzorgt
InEnergie de administratie voor crowdfunding. Ook hier geldt dat InEnergie
zorgdraagt voor de integratie met de backoffice-diensten voor de levering
van energie. Op de persoonlijke pagina van de klant staat informatie over de
projecten waarin wordt geïnvesteerd en een overzicht van de te verwachten
rentebetalingen. Klanten ontvangen rente zodra het project start. Deze rente
wordt verrekend via de energierekening van de klant. Daarnaast verricht
InEnergie de volgende diensten:
• het analyseren van het project en het opstellen van een
informatiememorandum. In overleg met de Rijn en IJssel Energie
Coöperatie wordt bepaald hoeveel financiering via crowdfunding wordt
aangevraagd en wat de maximale inleg voor een financier is voor het
project;
• het plaatsen van een project op de website van de Rijn en IJssel Energie
Coöperatie. Nu kunnen klanten en leden geld inleggen. Zij kunnen het
project op de website selecteren en wanneer zij besluiten te investeren,
kunnen ze het bedrag direct via iDEAL overmaken. InEnergie stuurt dan
een financieringsovereenkomst die de klant moet ondertekenen en
retourneren;
• Het plaatsen van een overzicht van het project waarin de klant investeert
op de persoonlijke pagina van de klant en het regelmatig versturen van
updates over de status van het project.
Voor het organiseren van crowdfunding voor een project wordt een percentage
van de financieringsvraag in rekening gebracht, plus een vast bedrag per
financier per jaar.
Looptijd en ingangsdatum
Wanneer InEnergie en Rijn en IJssel Energie Coöperatie een samenwerking
aangaan, start deze op 1 januari 2013. Zij heeft een looptijd van drie jaar na
tekendatum en wordt vervolgens elk jaar stilzwijgend verlengd.
Ontwikkeling diensten doorVanaf 1-9-2012 Levering van energie via InEnergie
Vanaf 1-9-2012 Verkoop van producten via betaling ineens
Vanaf 1-1-2013
Volledige dienstverlening
(levering via eigen EAN-code, verkoop produc-ten via energierekening en mogelijkheid voor crowdfunding)
107
Bijlage 8: Specificaties kosten en opbrengsten Energieleveringstak
108
Bijlage 9: Specificaties kosten en opbrengsten Projectontwikkeling
109
Bijlage 10: Specificaties kosten en opbrengsten Duurzaamheidsfonds
110
Bijlage 11: Specificaties kosten en opbrengsten Rijn en IJssel Energie Coöperatie
111Remke CoRnelisse
ConCept & Design
ENRIJN
ENERGIEIJSSEL
KAS
COÖPERATIE
IJSSEL
ENERGIE
COÖPERATIE
EN
RIJN
KAS
DE
RIJN EN IJSSEL ENERGIE COOPERATIE
de kas
DE
ENRIJN
ENERGIEIJSSEL
KAS
COÖPERATIE
IJSSEL
ENERGIE
COÖPERATIE
EN
RIJN
KAS
DE
RIJN EN IJSSEL ENERGIE COOPERATIE
de kas
DE
logo Rijn en ijssel eneRgie CoöpeRatie logo De kas p3
Remke CoRnelisseConCept & Design
ENRIJN
ENERGIEIJSSEL
KAS
COÖPERATIE
IJSSEL
ENERGIE
COÖPERATIE
EN
RIJN
KAS
DE
RIJN EN IJSSEL ENERGIE COOPERATIE
de kas
DE
ENRIJN
ENERGIEIJSSEL
KAS
COÖPERATIE
IJSSEL
ENERGIE
COÖPERATIE
EN
RIJN
KAS
DE
RIJN EN IJSSEL ENERGIE COOPERATIE
de kas
DE
logo Rijn en ijssel eneRgie CoöpeRatie logo De kas p3
Bijlage 12: Huisstijl
112 Remke CoRnelisseConCept & Design
AlBeRt einstein concludeerde in zijn speciale relativiteitstheorie van 1905 o.a. dat energie gelijkwaardig is met massa, hoewel de praktische betekenis daarvan op dat moment nog volstrekt onduidelijk was.
energie is eennatuurkundigegrootheid
energie is eennatuurkundigegrootheid
eneRgie is een natuur-kundige grootheid. De SI-eenheid van energie is joule. Energie wordt vaak aangeduid als de mogelijkheid om arbeid te verrichten.
eneRgie
AlBeRt einstein concludeerde in zijn speciale relativiteitstheorie van 1905 o.a. dat energie gelijkwaardig is met massa, hoewel de praktische betekenis daarvan op dat moment nog volstrekt onduidelijk was.
energie is eennatuurkundigegrootheid
energie is eennatuurkundigegrootheid
eneRgie is een natuur-kundige grootheid. De SI-eenheid van energie is joule. Energie wordt vaak aangeduid als de mogelijkheid om arbeid te verrichten.
eneRgie
huisstijlelementen p4
Remke CoRnelisseConCept & Design
ENRIJN
ENERGIEIJSSEL
KAS
COÖPERATIE
IJSSEL
ENERGIE
COÖPERATIE
EN
RIJN
KAS
DE
RIJN EN IJSSEL ENERGIE COOPERATIE
de kas
DE
ENRIJN
ENERGIEIJSSEL
KAS
COÖPERATIE
IJSSEL
ENERGIE
COÖPERATIE
EN
RIJN
KAS
DE
RIJN EN IJSSEL ENERGIE COOPERATIE
de kas
DE
logo Rijn en ijssel eneRgie CoöpeRatie logo De kas p3
113Remke CoRnelisse
ConCept & Design
eDbagroenpunt.
www.energie-madeinarnhem.nl
website
www.rijnenijsselenergiecooperatie.nl energie
09.05.2012
log inIJSSEL ENERGIE COÖPERATIEENRIJN
de energie coöperatie.Leden. log in.
Kunst en groenvisie komen samen in het Sonsbeekpark
de koepel krijgt zonnepanelen, eigen stroomvoor de Koepelgevangenis arnhem
HennieDiek: @RemkeC Zonnepanelen zelf gemonteerd dankzij pakket van EMIA.about 1 minute ago TweetDeck Reply | View Tweet
RemkeC: @HennieDiek Eitje toch met zo’n Duurzaam voor Dummies-pakket!? about 30 seconds ago TweetDeck Reply | View Tweet
RemkeC: @HennieDiek Eitje toch met zo’n Duurzaam voor Dummies-pakket!? about 30 seconds ago TweetDeck Reply | View Tweet
Scholen komen met duurzame oplossiingop de veluwe
de Kas.Webshop.contact.
Social. duurzaam bouwen uit de polder slaat aanin de achterhoek
Fysiek groenpunt opent zijn deurenWillemsplein 100
energiebedrijven.acties.Leden.
p5
Remke CoRnelisseConCept & Design
ENRIJN
ENERGIEIJSSEL
KAS
COÖPERATIE
IJSSEL
ENERGIE
COÖPERATIE
EN
RIJN
KAS
DE
RIJN EN IJSSEL ENERGIE COOPERATIE
de kas
DE
ENRIJN
ENERGIEIJSSEL
KAS
COÖPERATIE
IJSSEL
ENERGIE
COÖPERATIE
EN
RIJN
KAS
DE
RIJN EN IJSSEL ENERGIE COOPERATIE
de kas
DE
logo Rijn en ijssel eneRgie CoöpeRatie logo De kas p3
114
LOKAAL
EN DUURZAAM
SAMEN
RIJEC_Bedrijfsplan_Cover.indd 2 03-10-12 21:12
RIJN
ENERGIE
COÖPERATIE
EN IJSSEL
BEDRIJFSPLAN
RIJEC_Bedrijfsplan_Cover.indd 1 03-10-12 21:12
115
116
LOKAAL
EN DUURZAAM
SAMEN
RIJEC_Bedrijfsplan_Cover.indd 2 03-10-12 21:12