bestuursverslag osg piter jelles 2015
TRANSCRIPT
OSG Piter Jelles Bestuursverslag 2015
Bestuursverslag OSG Piter Jelles 2015 te Leeuwarden, Dokkum, Kollum en St. Annaparochie
OSG Piter Jelles Bestuursverslag 2015
Inhoudsopgave
A1 Jaarverslag 2015 Raad van Toezicht ...................................................................................... 3
A2 Jaarverslag 2015 College van Bestuur ................................................................................... 8
Organisatiestructuur ........................................................................................................... 14
Treasury management ........................................................................................................ 17
Continuïteitsparagraaf (meerjarenbegroting) ......................................................................... 19
Interne risicobeheersings- en controlesysteem ....................................................................... 21
Organogram OSG Piter Jelles ............................................................................................... 23
A3 Jaarverslag OSG Piter Jelles 2015 ........................................................................................ 24
1 Onderwijs en onderwijsprestaties ......................................................................................... 25
Opbrengstenoordelen 2016 (voorinzage) ............................................................................... 25
2 (Onderwijs)Kwaliteit en (horizontale) verantwoording ............................................................. 28
3 Diverse (onderwijs)aspecten ................................................................................................ 29
4 Bedrijfsvoering ................................................................................................................... 32
5. Resultaat 2015 .................................................................................................................. 38
5.1 Analyse van het netto resultaat 2015 .............................................................................. 38
6. Financiële kengetallen 2015 (met vergelijking 2014) .............................................................. 40
6.1 Resultaten en ratio’s ..................................................................................................... 40
6.2 Liquiditeit .................................................................................................................... 40
7. Verdere bezuinigingen ........................................................................................................ 41
8. Financiële instrumenten ...................................................................................................... 41
9. Toelichting op het eigen vermogen ....................................................................................... 42
Financiën op balansdatum ................................................................................................... 43
A4 Jaarrekening 2015 OSG Piter Jelles ..................................................................................... 46
Balans per 31 december 2015 ............................................................................................. 46
Staat van baten en lasten 2015 ............................................................................................ 47
Kasstroomoverzicht 2015 .................................................................................................... 48
Toelichting behorende tot de jaarrekening 2015 ..................................................................... 49
Toelichting behorende tot de balans ...................................................................................... 57
Overzicht geoormerkte doelsubsidies OCW ............................................................................ 64
Financiële instrumenten ...................................................................................................... 66
Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen ............................................................. 67
Toelichting op de onderscheiden posten van baten en lasten .................................................... 68
Overzicht verbonden partijen en honoraria van de accountant .................................................. 75
Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke sector ................................................. 76
OVERIGE GEGEVENS ........................................................................................................................ 78
Resultaatbestemming .......................................................................................................... 79
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant ............................................................... 80
BIJLAGE ........................................................................................................................................... 82
Gegevens over de rechtspersoon ........................................................................................... 83
OSG Piter Jelles 3 Bestuursverslag 2015
A1 Jaarverslag 2015 Raad van Toezicht
Zoals het Sectorakkoord 2014-2017 zegt, presteert het voortgezet onderwijs goed, maar
wil het tegelijk vanuit zelfreflectie wel kritisch en eerlijk zijn en werk maken van zaken die
nog niet zo goed gaan. Het onderwijs kan altijd beter en er is nog veel verbeter-potentieel.
Dat geldt ook voor OSG Piter Jelles. De organisatie is druk bezig dit potentieel aan te boren
en te benutten. Het is de taak van de Raad van Toezicht om het College van Bestuur te
ondersteunen in onder andere het organiseren van nieuw eigentijds onderwijs.
Maatschappelijke ontwikkelingen, zoals de individualisering en digitalisering, vragen aan-
dacht om het hedendaagse onderwijs vorm te geven. De door de VO-Raad georganiseerde
VO2020-tour heeft als doel gehad om samen met het onderwijsveld tot een gedeelde visie
op het onderwijs van de toekomst te komen. De uitkomsten hebben hun weerslag
gevonden in uitgesproken ambities en afspraken die in het Sectorakkoord zijn beschreven
en laten zien in welke richting het voortgezet onderwijs zich de komende jaren wil
ontwikkelen. De ambities raken de drie hoofdlijnen van het Sectorakkoord: de vormgeving
van toekomstbestendig onderwijs (I), door professionele scholen (II) die op verantwoorde
wijze rekenschap afleggen (III).
Zoals vele scholen krijgt ook Piter Jelles vooral in de plattelandsgebieden te maken met
krimp. Hierop zal moeten worden geanticipeerd. Mede daarom moet meer werk gemaakt
worden van samenwerking met partners die hiervoor belangrijk zijn. Het volgen van
voortgezet onderwijs is immers een strategische schakel in de leerloopbaan van jongeren
en daarom hebben de scholen en dus ook Piter Jelles, een belangrijke netwerkfunctie in
lokale en regionale gemeenschappen. OSG Piter Jelles is een grote en belangrijke schakel
in het onderwijsnetwerk in de Friese regio van het voortgezet onderwijs. Piter Jelles laat
dat ook zien in de wijze waarop zij zich profileert. Het Ministerie van OCenW heeft vanuit
haar verantwoordelijkheid maatregelen genomen die meer ruimte bieden voor
samenwerking in en tussen onderwijssectoren. De aard en de omvang van de krimp is
continu aan verandering onderhevig en vraagt om alertheid. In sommige gebiedsdelen van
Friesland, waarin ook Piter Jelles is gehuisvest, wordt de komende jaren een krimp
verwacht van 20% of meer. Dat vraagt om nieuwe ontwikkelingen en initiatieven van alle
betrokken partijen.
Parallel aan deze ontwikkelingen dient ook aandacht besteed te worden aan de verdere
invoering van Goed Bestuur. De per 1 augustus 2015 ingevoerde “Code Goed Onderwijs-
bestuur VO” wordt volledig ondersteund door zowel de Raad van Toezicht als het College
van Bestuur en deze code vormt dan ook de basis voor een momenteel in ontwikkeling
zijnde handboek “Good Governance OSG Piter Jelles”.
De toegenomen wensen, eisen en verwachtingen en de toegenomen ruimte voor besturen
en scholen om eigen keuzes te maken, stellen meer en hogere eisen aan de
professionaliteit van schoolleiders en schoolbestuurders. Daarom wordt nu extra ingezet
op het hebben van effectieve en creatieve schoolleiders en bestuurders die in staat zijn om
binnen de school een gezamenlijke visie en richting te creëren.
De afgelopen jaren is er landelijk meer (politieke) aandacht geweest voor het onderwijs.
Dit heeft geresulteerd in het beschikbaar stellen van extra financiële middelen, waaronder
de ophoging in termijnen (zeker tot en met 2018) van gelden vanuit de Prestatie-box VO.
OSG Piter Jelles is financieel een gezonde organisatie. Het weerstandsvermogen is
voldoende om mogelijke financiële tegenvallers in de toekomst op te kunnen vangen. De
financiële kengetallen zijn op orde.
Binnen de Coöperatie Pompeblêd, waarin Piter Jelles samenwerkt met de scholen voor
openbaar voortgezet onderwijs in Friesland, zijn, hoewel nog terughoudend, de eerste
stappen gezet in de richting van samenwerking tussen vooral de ondersteunende diensten.
Ook de contacten met het primair onderwijs worden verder versterkt. De Raad van Toezicht
volgt de ontwikkelingen hierin met belangstelling en adviseert het College van Bestuur
vanuit haar eigen specialismes hierover.
OSG Piter Jelles 4 Bestuursverslag 2015
In 2015 kwam de Raad van Toezicht in vier reguliere vergaderingen bijeen. De
bijeenkomsten werden gehouden in de verschillende scholen van OSG Piter Jelles of in het
eigen servicebureau. Bij aanvang van de vergaderingen, indien georganiseerd op een
school, werd de Raad van Toezicht door de schoolleider van de gastschool geïnformeerd
over de kenmerken en ambities van de school.
Vergaderdata 2015 Onderwerpen o.a. 25 maart 2015 - Jaarverslag OSG Piter Jelles 2014
- Voorlopige meerjarenopbrengsten en opbrengstenkaarten 2015 OSG Piter Jelles - Shared Service Center Pompeblêd
27 mei 2015 - Benoeming nieuw lid College van Bestuur
- Financiën: * Accountantsverslag 2014 * Verslag auditcommissie * Jaarrekening 2014 OSG Piter Jelles - Rapportage Benchmark Overhead - Plan van aanpak Gepersonaliseerd Leren
- Intentieverklaring Samenwerking Kollum - Verkenning toekomstige locaties en aansturing
23 september 2015 - Problematiek rondom De Foorakker door behandeling ingekomen brief van enkele docenten van De Foorakker - Resultaten onderzoek Inspectie van het Onderwijs op De Foorakker, St. Annaparochie
- Definitief rapport kwaliteitsonderzoek VO door de Inspectie van het Onderwijs op Dalton Dokkum, het Leeuwarder Lyceum en !mpulse Leeuwarden - Gerpersonaliseerd Leren binnen OSG Piter Jelles - Verkenning samenwerking ondersteunende diensten Pompeblêd - Prognose Meerjarenopbrengsten 2016
- Code Goed Onderwijsbestuur VO - Aanzet mogelijke organisatie inrichting voor de toekomst van OSG Piter Jelles - Ondertekening Besluit Statutenwijziging OSG Piter Jelles
25 november 2015 - Financiën:
* Verslag auditcommissie * Begroting 2016 Piter Jelles - Evaluatie Zomerschool 2015 - Voortgangsrapportage Code Goed Onderwijsbestuur VO - Volmacht regeling College van Bestuur - Statutenwijziging OSG Piter Jelles
Op 12 maart 2015 is er een extra vergadering georganiseerd. Vraagstuk was het idee
van uitbreiding van het College van Bestuur van een eenhoofdig naar een tweehoofdig
college. In deze vergadering is de functie- en profielbeschrijving besproken en vervolgens
vastgesteld. Nadat de Raad het besluit tot uitbreiding had genomen is middels een open
sollicitatie- en benoemingsprocedure de heer Folkert Bangma, toen schooldirecteur van
YnSicht, met ingang van 1 augustus 2015 benoemd tot lid van het College van Bestuur.
In aanvulling op de in het overzicht genoemde thema’s waren er nog de volgende vaste
gespreksonderwerpen:
Mededelingen Raad van Toezicht / College van Bestuur;
Rapportages Inspectie van het Onderwijs;
Verzuimcijfers;
Leerlingenaantallen;
Examenresultaten;
Rooster van aftreden Raad van Toezicht/opvolging voorzitter Raad van Toezicht;
Statutenwijziging (in verband met wijziging samenstelling College van Bestuur);
Informatie uit de Vereniging van Toezichthouders in Onderwijsinstellingen (VTOI
OSG Piter Jelles 5 Bestuursverslag 2015
In 2015 heeft de Raad van Toezicht de in 2014 destijds onder begeleiding van een extern
adviseur uitgevoerde jaarlijkse zelfevaluatie, verder omgezet in concrete acties. De
conclusies van de zelfevaluatie waren:
De Raad van Toezicht functioneert als team op een goede wijze;
De verschillende vereiste disciplines zijn binnen de Raad van Toezicht goed
vertegenwoordigd. Daarbij is sprake van een evenwichtige samenstelling;
De samenwerking tussen de Raad van Toezicht en het College van Bestuur
functioneert goed.
De volgende aanbevelingen zijn toen gedaan:
Installeer een extra commissie die zich nadrukkelijk bezig houdt met de kwaliteit
van het onderwijs (een Kwaliteitscommissie);
Formaliseer een aantal reglementen in het kader van de “Code Goed Onderwijs-
bestuur”.
Deze aanbevelingen zijn in 2015 verder geconcretiseerd.
Specifieke bijeenkomsten en activiteiten die in 2015 door (enkele) leden van de Raad zijn
bijgewoond zijn:
- 5 januari Nieuwjaarsbijeenkomst OSG Piter Jelles.
- 18 februari Overleg met de Medezeggenschapsraad van OSG Piter Jelles.
- 19 maart Cultuuravond Arts Expression van OSG Piter Jelles.
- 14 april Algemene Ledenvergadering Pompeblêd.
- 17 april Bijeenkomst “Dag van het Toezicht”, georganiseerd door de
Vereniging van Toezichthouders in Onderwijsinstellingen.
- 15 oktober Opening Campus Middelsee in St. Annaparochie.
- 28 oktober Scholenbezoek aan De Foorakker in St. Annaparochie, het
Leeuwarder Lyceum en de ISK in Leeuwarden.
De leden van de Raad van Toezicht bezochten tevens symposia betrekking hebbend op
hun toezichthoudende rol ondermeer georganiseerd door de Vereniging van Toezicht-
houders in Onderwijsinstellingen (VTOI). Daarnaast volgden de leden van de Raad van
Toezicht opleidingen bij deze Vereniging.
De samenstelling van de Raad van Toezicht in 2015 was als volgt:
- de heer drs. H. Sikkema, voorzitter
infunctietreding : 25 september 2009
aftredend : 01 augustus 2016 (niet herkiesbaar)
- de heer ir. C.B. Mulder, vice voorzitter
infunctietreding : 25 september 2009
aftredend : 01 augustus 2016 (niet herkiesbaar)
- de heer drs. M.A. Becherer, RC
infunctietreding : 25 september 2009
aftredend : 01 augustus 2017 (niet herkiesbaar)
- mevrouw drs. M.C. Kat
infunctietreding : 25 juni 2010
aftredend : 01 augustus 2018 (niet herkiesbaar)
- mevrouw drs. J. Holtrup
infunctietreding : 01 augustus 2014
aftredend : 01 augustus 2018 (herkiesbaar)
Samenstelling auditcommissie Raad van Toezicht:
- de heer drs. M.A. Becherer, RC vanaf 25 september 2009
De auditcommissie adviseert de Raad van Toezicht over de financiële aangelegenheden,
zoals opgenomen in de financiële rapportages. Dat betreft de jaarrekening, begroting,
tussentijdse financiële rapportages en het accountantsverslag van de externe accountant.
OSG Piter Jelles 6 Bestuursverslag 2015
Het College van Bestuur is verantwoordelijk voor de informatieverstrekking aan de
auditcommissie. De commissie is in 2015 op 16 maart, 22 april en op 16 november bijeen
geweest om het advies aan de Raad van Toezicht over de vaststelling van de jaarrekening
2014 respectievelijk de begroting 2016 voor te bereiden. De jaarrekening 2014 is na
vaststelling, conform de statuten, ter goedkeuring voorgelegd aan de Gemeenteraad van
Leeuwarden. De Raad van de Gemeente Leeuwarden heeft de jaarrekening op 28
september 2015 behandeld en goedgekeurd.
Samenstelling remuneratiecommissie Raad van Toezicht:
- de heer drs. H. Sikkema, voorzitter vanaf 1 augustus 2011
- de heer ir. C.B. Mulder, vice voorzitter vanaf 1 augustus 2013
De remuneratiecommissie adviseert de Raad van Toezicht in zijn rol als werkgever en
toezichthoudend orgaan op het functioneren van het College van Bestuur.
De Raad van Toezicht heeft per 1 januari 2015 een kwaliteitscommissie ingesteld. De
samenstelling van deze commissie is als volgt:
- mevrouw drs. M.C. Kat vanaf 1 januari 2015
- mevrouw J. Holtrup vanaf 1 januari 2015
De kwaliteitscommissie is in 2015 enkele keren bijeen geweest en adviseert de Raad van
Toezicht in zijn rol als toezichthoudend orgaan op het (onderwijs)beleid van het College
van Bestuur.
De leden van de Raad van Toezicht ontvangen een vaste vergoeding, exclusief reis- en
verblijfkosten. Deze vergoeding is in 2015 geactualiseerd een en ander conform het door
de Vereniging Toezichthouders Onderwijsinstelling (VTOI) afgegeven advies. De
vergoedingen zijn op grond van de Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen in de
publieke en semipublieke sector (WNT) gemaximaliseerd. De betaalde vergoedingen aan
de leden van de Raad van Toezicht zijn als een verplicht onderdeel opgenomen in de
jaarrekening van OSG Piter Jelles op pagina 76 onder “WNT: Wet normering bezoldiging
topfunctionarissen publieke en semipublieke sector”.
Het College van Bestuur bestond in 2015 uit:
de heer drs. W. Wieling, voorzitter benoemd per 1 augustus 2009
de heer drs. F. Bangma, lid benoemd per 1 augustus 2015
Het College van Bestuur heeft zich bij de uitvoering van haar taken laten ondersteunen
door de bestuurssecretaris (tot 1 augustus 2015) en door de directeur bedrijfsvoering. De
bestuurssecretaris heeft per 1 augustus 2015 op grond van het bereiken van de
pensioengerechtigde leeftijd, afscheid genomen van OSG Piter Jelles. Deze functie is niet
meer opgevuld als een van de voorwaarden voor het uitbreiden van het College van
Bestuur.
De leden van de Raad van Toezicht worden conform de statuten op voordracht benoemd
door de Gemeenteraad van Leeuwarden. Mevrouw Kat en de heer Mulder hebben op
voordracht van de oudergeleding van de medezeggenschapsraad zitting in de Raad.
Persoonlijke gegevens van de op 31 december 2015 aanwezige toezichthouders:
- de heer drs. H. Sikkema, voorzitter
geboortedatum 22 oktober 1945
datum benoeming : 25 september 2009
huidige hoofdfunctie : ---
nevenfuncties : - lid RVC nv Fryslân Miljeu
- lid/vice voorzitter RvT Zorgorganisatie ZINN
- lid ledenraad Rabobank Leeuwarden-Noordwest
OSG Piter Jelles 7 Bestuursverslag 2015
Friesland
- adviseur SESAM Academie
- lid van de landelijke ledenraad van het Rode Kruis,
op de zetel financieel expert
- voorzitter Raad van Advies Vrijwilligers Academie
Fryslân
- de heer ir. C.B. Mulder, vice voorzitter
geboortedatum 7 juni 1949
datum benoeming : 25 september 2009
huidige hoofdfunctie : - directeur CMMC, management Consulting
Crisis-interventies en Directieadvisering
nevenfuncties : - gastdocent en intervisor bij executive- en
commissarissenopleiding
- CMI gecertificeerd loopbaancoach C niveau
- voorzitter RvC ELEQ Group B.V. Steenwijk
- voorzitter RvC Zevenwouden Verzekeringen
- voorzitter RvC WoonFriesland
- de heer drs. M.A. Becherer, RC, lid
geboortedatum 15 oktober 1958
datum benoeming : 25 september 2009
huidige hoofdfunctie : - directeur/bestuurder Woningcorporatie SHBB
(Borger)
- directeur Becherer Beheer B.V.
- directeur Max Becherer Interimmanagement
nevenfuncties : - lid Raad van Advies HEC/ROI Noord Nederland
- voorzitter Stg. Noordelijk Internationaal Concours
Hippique te Assen
- voorzitter Stg. Dorpshuis Drouwen, Bronneger en
Bronnegerveen
- mevrouw drs. M.C. Kat, lid
geboortedatum 15 april 1960
datum benoeming : 25 juni 2010
huidige hoofdfunctie : - Consultant Onderwijs, Noordelijke Hogeschool
Leeuwarden
nevenfuncties : - National Representative van het Learning Teacher
Network (Karlstad Zweden)
- mevrouw J. Holtrup, lid
geboortedatum 30 oktober 1970
datum benoeming : 1 augustus 2014
huidige hoofdfunctie : Coördinator zorgcentrale en ledenservice
Thuiszorg Het Friese Land
nevenfuncties : - voorzitter LSMO (landelijk platform voor leden-
organisaties in de zorg)
De Raad van Toezicht is het College van Bestuur, het management en de medewerkers
van OSG Piter Jelles veel dank verschuldigd voor hun inzet tijdens het verslagjaar 2015.
Leeuwarden, 21 juni 2016
drs. Henk Sikkema,
voorzitter Raad van Toezicht
OSG Piter Jelles 8 Bestuursverslag 2015
A2 Jaarverslag 2015 College van Bestuur
In 2015 is conform het Koersdocument OSG Piter Jelles 2013-2017 een vervolg gegeven
aan de genoemde kernthema’s: de hoofdthema’s kwaliteit, samenwerking en innovatie. De
onderwijskwaliteit bij de verschillende scholen van Piter Jelles is de afgelopen jaren
gestegen. De door de Inspectie van het Onderwijs bij verschillende scholen uitgevoerde
kwaliteitsonderzoeken geven in de breedte een betere onderwijskwaliteit weer. De scholen
werken hard aan de onderwijskwaliteit, het behoud ervan en verdere verbetering ervan.
De jaarlijkse door de onderwijsinspectie uitgegeven opbrengstenkaarten geven betere
opbrengsten weer dan in de voorgaande jaren het geval is geweest. De scholen van Piter
Jelles worden bij de ingezette verbeteringstrajecten op een deskundig wijze ondersteund
door de beleidsmedewerker Kwaliteit van Piter Jelles. Slechts de afdeling vmbo-t van
!mpulse Leeuwarden heeft, berekend over gemiddeld drie jaren, nog het eindoordeel
onvoldoende. Dat betekent dat van 13 van de 14 (93%) afdelingen, die een meerjaren-
beoordeling krijgen van de onderwijsinspectie, de onderwijskwaliteit op orde is. De Brêge
(praktijkonderwijs) en de ISK (eerste opvang asielzoekers) krijgen, gezien de soort van
het onderwijs, geen meerjarenbeoordeling, terwijl ze wel als goed door de Inspectie zijn
beoordeeld. Als deze afdelingen ook zouden worden meegeteld dan zou het percentage
94% zijn. Het onderwijs bij OSG Piter Jelles is op de goede weg. Het kan uiteraard altijd
beter, maar we moeten tevreden zijn met de kwaliteit die we nu hebben bereikt
Conform de in 2013 gemaakte afspraken met betrekking tot het toen afgesloten Sector-
akkoord VO maakt ook OSG Piter Jelles werk van het organiseren van eigentijds onderwijs.
De maatschappelijke ontwikkelingen als individualisering en digitalisering vragen
langzamerhand om een antwoord. Piter Jelles wil dat organiseren in de vorm van geperso-
naliseerd leren. Het hoopt daarmee tegemoet te komen aan de visie op het onderwijs van
de toekomst. Vanaf het schooljaar 2016/2017 wil Piter Jelles daadwerkelijk een eerste start
maken met gepersonaliseerd leren. Vanuit innovatief denken zijn we toe aan een
voorzichtige invoering hiervan. We gaan dat invullen door o.a. de inzet van technologie en
gaan dat oppakken in een omgeving die past bij de leerling. ICT is een middel om
gepersonaliseerd onderwijs vorm te geven, maar slechte lessen worden met ICT geen
goede lessen. De technologie schrijdt voort, het onderwijs achter zich latend. Dat kan ook
niet anders in de huidige onderwijsstructuur, die het in zich heeft continu achter de feiten
aan te lopen. We zullen gebruik moeten maken van de vernieuwingsprocessen die er al
zijn bij Piter Jelles, door bijvoorbeeld gebruik te maken van de opgedane ervaringen met
onderwijsvernieuwing en individueel te leren bij onze vernieuwingsschool !mpulse. Ouders
en leerlingen hebben de laatste jaren veel belangstelling getoond voor het concept
!mpulse, dat dan ook groeiend is. We hebben genoeg fantastische voorbeelden in huis die
aansluiten op de afspraken uit het Sectorakkoord. Niets doen is geen optie, dat zou naïef
en dom zijn. Onze leerlingen zorgen immers zelf al voor de verandering. Als we de
leerlingen daarvoor maar de kans en gelegenheid geven. Piter Jelles heeft zich enkele
belangrijke doelen opgelegd voor de komende jaren. Daarbij is dan sprake van o.a.
persoonlijke profilering van het onderwijs, toekomstgericht leren op verschillende niveaus
en samenwerking tussen locaties en leerroutes. Samengevat dus het gepersonaliseerd
leren.
Piter Jelles zet zich in om de leerlingen goed onderwijs te bieden en voor te bereiden op
het vervolgonderwijs, de arbeidsmarkt en de samenleving. Dat doet het o.a. door daar
waar mogelijk te anticiperen op de uitdagingen van de toekomst, samen te werken waar
mogelijk is en meerwaarde ontstaat. Kortom: door partners te zoeken, netwerken te
realiseren en gemeenschappen te vormen die meerwaarde opleveren. Samenwerking is
daarnaast noodzakelijk wegens de terugloop van leerlingen vooral op termijn in de
plattelandsgebieden.
Leeuwarden is in Friesland een positieve uitzondering op de verwachte krimp van
leerlingen, er is zelfs sprake van enige groei. Echter in de gemeenten rondom Leeuwarden
is op termijn sprake van een terugloop van de leerlingenpopulatie, oplopend tot in 2030
OSG Piter Jelles 9 Bestuursverslag 2015
tussen 15 tot 25% of zelfs hoger. Dat raakt ook een aantal van onze scholen die in een
krimpgebied gevestigd zijn. Het Ministerie van OCenW anticipeert op de krimp en komt
met maatregelen voor meer ruimte voor samenwerking in en tussen onderwijssectoren.
De aard en omvang van krimp is continu aan verandering onderhevig. Piter Jelles is met
de collega-scholen in het eigen voedingsgebied in gesprek over de wijze waarop
samenwerking vorm kan worden gegeven. Dat betreft in de regio Noordoost Friesland, het
Lauwers College te Buitenpost en Kollum en het Dockingacollege in Dokkum. Ook in St.
Annaparochie wordt getracht de samenwerking te vinden tussen onze school De Foorakker
en de csg Ulbe van Houten samen met de csg Comenius in Leeuwarden. Deze laatste
samenwerking verloopt helaas nog moeizaam, ondanks het feit dat beide scholen vanaf de
zomer 2015 zijn ondergebracht in één gezamenlijke onderwijscampus, Campus Middelsee.
De scholen in de Campus participeren daarin met de Stichting Leerwerkplein Campus
Middelsee. Dat geeft allerlei mogelijkheden en kansen voor onderlinge binding en binding
met het bedrijfsleven in de regio. Met het Lauwerscollege te Kollum wordt aan een intentie-
overeenkomst gewerkt, waarin beide scholen uitspreken zich te willen inspannen om te
komen tot een robuuste samenwerking bij de totstandkoming van de geplande nieuwbouw
in Kollum. Het is de taak samen met collega-scholen in de regio het onderwijsaanbod in
stand te houden en te zorgen voor een breed en gevarieerd onderwijsaanbod.
Bij brede onderwijsthema’s trekt Piter Jelles op met partners in het (voortgezet) onderwijs
in de provincie. Piter Jelles is deelnemer aan de Coöperatie Pompeblêd. Pompeblêd heeft
via een eigen inkooporganisatie o.a. de inkoop voor de aangesloten schoolorganisaties
georganiseerd. Ook de werving en selectie vindt zoveel als mogelijk in gezamenlijkheid
plaats. Daar waar mogelijk wordt gekeken naar de versteviging van de onderlinge
samenwerking. Pompeblêd kijkt waar het elkaar kan versterken en kijkt waar
kwetsbaarheid kan worden voorkomen. Er wordt o.a. gekeken naar de mogelijkheden van
samenwerking tussen specifieke aandachtsgebieden, zoals de onderwijsondersteuning op
gebied van automatisering, financiën en salarisadministratie.
Piter Jelles is participant in het Samenwerkingsverband Fryslân Noard en levert daarvoor
ook de voorzitter. Het Samenwerkingsverband is vanuit het Rijk verantwoordelijk voor de
organisatie en uitvoering van het Passend Onderwijs. Het Passend Onderwijs heeft een
belangrijke positie gekregen wat betreft de organisatie en uitvoering van de zorg voor de
kwetsbare leerlingen bij de bij de Samenwerkingsverbanden aangesloten scholen. Vanaf
2016 wordt ook de bekostiging van het leerwegondersteunend onderwijs (lwoo) en het
praktijkonderwijs (pro) door het Ministerie OCenW met de Samenwerkingsverbanden
verrekend. De vroegere leerlinggebonden budgetten zijn gewijzigd in budgetten voor
ondersteuning van de verschillende vormen van ondersteuning van deze kwetsbare groep
van leerlingen.
De samenwerkingsovereenkomst met het gemeentebestuur van Ameland wordt jaarlijks
geëvalueerd en zo nodig aangepast. Piter Jelles biedt vooral facilitaire ondersteuning aan
de Burgemeester Walda Scholengemeenschap en het primair onderwijs op Ameland.
Er is een aanzet gegeven om de contacten met het openbaar primair onderwijs in
Leeuwarden, Proloog, te versterken, zowel bestuurlijk als onderwijskundig.
Financieel exploitatieresultaat 2015
We zijn verheugd te constateren dat het boekjaar 2015 is afgesloten met een positief
exploitatieresultaat. Het positieve resultaat over 2015 bedraagt € 243.242.
De begroting 2015 gaf een positief resultaat aan van € 89.100. Op pagina 47 van dit
bestuursverslag wordt de gespecificeerde staat van baten en lasten weergegeven, gevolgd
door een toelichting vanaf pagina 68.
In 2015 zijn er ontwikkelingen geweest die van invloed zijn geweest op het resultaat, zoals
bijvoorbeeld de niet volledig financieel gedekte tussentijdse salarisverhoging in november
2015. De financiën van Piter Jelles zijn op orde, waardoor deze niet geplande salaris-
verhoging zonder financiële noemenswaardige gevolgen kon worden uitbetaald. In 2015
OSG Piter Jelles 10 Bestuursverslag 2015
heeft OSG Piter Jelles de in december 2013 verkregen additionele rijksvergoedingen verder
besteed. Dat krijgt nog een vervolg in 2016, waarna deze extra gelden zijn besteed aan
de doelstellingen waarvoor ze in 2013 zijn gegeven, namelijk behoud van werkgelegenheid
en het financieren van het onderwijs, de kerntaak van iedere onderwijsinstelling. Op de
pagina’s 43 en 44 worden onder “Financiën op balansdatum” de verschillende belangrijke
financiële kengetallen getoond. Deze zijn op orde en vertonen ten opzichte van 2014 enige
relatieve kleine, veelal positieve, wijzigingen. Het weerstandsvermogen van OSG Piter
Jelles is ten opzichte van 2014 ongewijzigd en blijft op het streefpercentage van tussen de
15% en 20%.
Uitbreiding van het College van Bestuur
Toegenomen wensen, eisen en verwachtingen en meer ruimte voor besturen en scholen
om eigen keuzes te maken, stellen meer en hogere eisen aan de professionaliteit van
schoolbestuurders en schoolleiders. Voor een goede en duurzame onderwijskwaliteit zijn
goede opgeleide, professionele bestuurders onontbeerlijk. Effectieve bestuurders zijn in
staat om binnen de school een gezamenlijke visie en richting te creëren.
Per 1 augustus 2015 heeft de bestuurssecretaris van Piter Jelles op grond van pensionering
de scholengemeenschap verlaten. Dat is mede aanleiding geweest om de topstructuur bij
OSG Piter Jelles te herijken. De Raad van Toezicht heeft op advies van het College van
Bestuur besloten het éénhoofdig College van Bestuur van Piter Jelles uit te breiden met
een lid van het College van Bestuur. Via een sollicitatie- en een benoemingsprocedure heeft
dat geleid tot de aanstelling per 1 augustus 2015 van Folkert Bangma tot lid van het College
van Bestuur. Het bestuur is samen verantwoordelijk voor het resultaat en het besturen
van de schoolorganisatie Piter Jelles. Het College van Bestuur heeft de taken en
portefeuilles onderling verdeeld. Deze worden jaarlijks opnieuw vastgesteld en ter
goedkeuring voorgelegd aan de Raad van Toezicht.
Verplatting organisatiestructuur
In de visie op de organisatiestructuur en de aansturing van de locaties is op voorstel van
het College van Bestuur in het centraal managementteam (cmt) naar voren gekomen dat
een verplatting van de organisatie gewenst is. De locaties komen daarbij uiteindelijk te
staan onder directe aansturing van het College van Bestuur. Het schooljaar 2015/2016
wordt gebruikt als onderzoeks- en ontwikkeljaar. Ook de rol van de aansturing van het
servicebureau van Piter Jelles wordt daarbij betrokken. Afhankelijk van de grootte van de
scholen c.q. locaties en de taakverdeling en/of portefeuilles worden nieuwe functieprofielen
opgesteld en kunnen leidinggevenden vanuit verschillende eindschalen functioneren. Het
schooljaar 2015/2016 wordt gebruikt voor de uitwerking van deze gewenste verplatting
van de organisatiestructuur, zodat de invoering ervan kan plaatsvinden vanaf het
schooljaar 2016/2017. Deze wijziging betekent ook een andere, vernieuwde en meer
efficiënte overlegstructuur.
Nieuw toezichtskader onderwijsinspectie
Voor het onderwijs, waaronder het voortgezet onderwijs, is er een nieuwe structuur met
een nieuw concept-waarderingskader vastgesteld. Het nieuwe waarderingskader gaat uit
van vijf kwaliteitsgebieden: onderwijsresultaten, onderwijsproces, schoolklimaat en veilig-
heid, kwaliteitszorg en ambitie en financieel beheer. Elk kwaliteitsgebied is daarbij
uitgewerkt in een aantal standaarden. Daarnaast is er een aparte standaard voor het
voldoen aan de wettelijke vereisten. De formulering van een standaard is neutraal; dus
niet in termen meer van onvoldoende, voldoende of goed. De focus is gelegd van toezicht
per school naar integraal toezicht per bestuur. In 2016 worden de onderwijsresultaten
gemeten met het nieuwe onderwijsresultatenmodel.
Overlegstructuur van het College van Bestuur
Het College van Bestuur overlegt dagelijks met elkaar over de dagelijkse gang van zaken
in de scholengemeenschap. Wekelijks is er een vast moment voor overleg. Het College laat
zich in dat overleg, in een adviserende rol, ondersteunen door de directeur bedrijfsvoering.
Van dit overleg wordt een besluitenlijst gemaakt. Aan de hand van de door het College van
OSG Piter Jelles 11 Bestuursverslag 2015
Bestuur opgestelde agenda vergadert het College van Bestuur wekelijks met het Centraal
Management Team (CMT), bestaande uit het CvB, de schooldirecteuren en de directeur
bedrijfsvoering. Het College van Bestuur legt periodiek verantwoording af aan de Raad van
Toezicht en doet dat in een aantal vastgestelde vergaderingen in de loop van elk jaar. Ook
met de Medezeggenschapsraad zijn er vaste moment van overleg. Het medezeggenschaps-
statuut is hiervoor de basis.
Gepersonaliseerd Leren
Het gehele jaar 2015 is er met verschillende gremia binnen OSG Piter Jelles gesproken
over het onderwerp Gepersonaliseerd Leren bij Piter Jelles. Wat betekent dat voor de rol
van het personeel, wat betekent dat voor de inzet van financiële middelen, de financiering,
en op welke wijze kan dit worden georganiseerd en kunnen we gebruik maken van
bestaande voorbeelden, good practices. Dit met als achtergrond de uitdaging die Piter
Jelles voor zichzelf voor de komende jaren heeft gesteld: het realiseren van eigen
leerroutes voor alle leerlingen van Piter Jelles, waarbij iedere leerling in 2020 een eigen
plan heeft, een mentor en een groep waar de leerling zich in een veilige omgeving kan
ontwikkelen. In 2015 is er nagedacht en zijn er verschillende gesprekken gevoerd hoe dat
op een slimme manier georganiseerd kan worden. We zijn op diverse scholen begonnen
met implementatie, bijvoorbeeld door leerlingen de mogelijkheid te geven om onderwijs
(voor bepaalde vakken) op een hoger niveau te volgen en/of af te sluiten. De ambities,
zoals beschreven in het Sectorakkoord 2013-2017, staan hierin centraal. Een werkgroep
Gepersonaliseerd Leren met vertegenwoordigers uit alle scholen van Piter Jelles heeft het
College van Bestuur een aantal aanbevelingen gegeven voor het stimuleren van de
ontwikkeling van het gepersonaliseerd leren binnen de verschillende scholen van Piter
Jelles. Deze aanbevelingen hebben ook betrekking op het bieden van mogelijkheden tot
samenwerking en verbinding tussen de scholen van Piter Jelles. Deze aanbevelingen
worden door het College van Bestuur meegenomen in de verdere totstandkoming van het
gepersonaliseerd leren bij Piter Jelles. De werkgroep Gepersonaliseerd Leren is
ondertussen omgevormd tot een “Denktank Piter Jelles”, zodat na de positieve ervaringen
die zijn opgedaan een volgende stap kan worden gezet in een krachtig en permanent
vervolg. De bedoeling is dat alle vaksecties worden uitgenodigd voor werkvergaderingen,
waarin men gezamenlijk aan de slag gaat rond een aantal vraagstukken op het gebied van
gepersonaliseerd leren.
Verzuim
Het verzuim van medewerkers heeft voortdurend de aandacht van het College van Bestuur.
Minimaal maandelijks wordt het verzuim besproken en hebben de door de afdeling PO&O
gemaakt analyses van het verzuim de aandacht. Het verzuim schommelt rond de 5,5%.
Het streven is het verzuim terug te brengen naar een lager, acceptabeler, percentage.
FPO
Jaarlijks wordt het formatieplanningsoverleg (FPO) georganiseerd. Samen met de school-
directeuren worden dan aan de hand van het verwachte leerlingenaantal en rekening
houdende met factoren als mobiliteitswensen, natuurlijk verloop, verlof, tijdelijke en vaste
aanstellingen de personeelsformaties van de scholen voor het komende schooljaar
vastgesteld. De inzet is zo weinig mogelijk personeel te verplaatsen, maar de verschuiving
van leerlingenaantallen tussen de verschillende vestigingen maken het soms noodzakelijk
personeel te verplaatsen en daar te plaatsen waar zij het beste tot hun recht komen.
Daarnaast houdt Piter Jelles een ruime flexibele schil aan om mogelijke toekomstige
tegenvallers op te kunnen vangen.
Goed Onderwijsbestuur (Good Governance)
Goed onderwijsbestuur is een belangrijk thema voor de samenleving en staat binnen het
onderwijsveld volop in de aandacht. Het is een stelsel van spelregels en omgangsvormen
voor goed bestuur van, en goed toezicht op (onderwijs)organisaties. Het betreft een
adequate verantwoording aan en beïnvloeding door belanghebbenden, de stakeholders.
Het geeft de wijze aan waarop de (onderwijs)organisatie haar doelen realiseert en
OSG Piter Jelles 12 Bestuursverslag 2015
kwalitatief verantwoord en doelmatig onderwijs levert. Piter Jelles onderschrijft de code
‘goed onderwijsbestuur’ in het voortgezet onderwijs, welke in de loop van 2015 is
geactualiseerd en is gepubliceerd door de VO-Raad. Het wil daarbij de toegenomen
beleidsruimte op een verantwoorde wijze benutten en openheid geven over de eigen
schoolorganisatie en bestuurlijke zaken. Piter Jelles maakt daarbij een helder onderscheid
tussen toezicht en bestuur. De code “good governance” wordt bij Piter Jelles vertaald in
een leesbaar handboek “good governance”. Dat handboek komt begin 2016 beschikbaar
en zal breed onder de aandacht worden gebracht van de verschillende stakeholders.
Daartoe wordt het handboek, vanuit de verantwoordelijkheid van horizontale
verantwoording, gepubliceerd op de website van OSG Piter Jelles. Piter Jelles is aange-
sloten bij Vensters VO en legt door middel van vensters VO op een breed terrein
verantwoording af aan de verschillende stakeholders. Ook het Bestuursverslag 2015 wordt
integraal door Piter Jelles gepubliceerd op de eigen website.
Servicebureau
Het servicebureau levert ondersteunende diensten aan de scholen van Piter Jelles op het
gebied van Personeel, Ontwikkeling en Opleiding, Personeels- en Salarisverwerking,
Financiën, PR en Communicatie, Kwaliteit, Zorg, Automatisering en Facilitaire zaken. De
(beleids)adviseurs leveren een bijdrage aan ontwikkelingen op verschillende specialistische
gebieden. De kwaliteit van deze dienstverlening is voor enkele andere scholen in het
voortgezet onderwijs aanleiding, tegen vergoeding, ondersteuning van het servicebureau
van Piter Jelles te vragen. Met o.a. rsg Simon Vestdijk te Harlingen zijn ondersteunende
afspraken gemaakt op het gebied van salarisverwerking en financiën. Piter Jelles treedt
daarnaast op als penvoeder en geeft ondersteuning aan het Samenwerkingsverband
Fryslân Noard. Ook is Piter Jelles de penvoerder van de opleidingsschool School of
Education, het Project School als Vindplaats en de Zomerschool. Het levert hiervoor de
projectleiders. Daarnaast worden verschillende specialisten betrokken bij de voorbereiding
en ontwikkeling van nieuwprojecten, zoals de in 2015 afgeronde nieuwbouw van de
Campus Middelsee en de in 2015 gestarte voorbereiding van de nieuwbouw van de Campus
Kollum.
Voortijdig schoolverlaten (VSV), Ombudsman en Vertrouwenspersoon
Het Ministerie van OCenW heeft de doelstelling het voortijdig schoolverlaten terug te
dringen tot een aanvaardbaar niveau. OSG Piter Jelles heeft zich de afgelopen jaren
ingespannen om het voortijdig schoolverlaten (vsv) in de eigen scholen terug te dringen.
De beleidsadviseur Zorg bewaakt op centraal niveau het voortijdig schoolverlaten van
leerlingen bij de scholen van Piter Jelles en rapporteert hierover regelmatig aan het College
van Bestuur. Wij stellen vast dat deze inspanningen hebben geleid tot het terugdringen
van het voortijdig schoolverlaten bij Piter Jelles tot een acceptabel niveau.
De ombudsman en vertrouwenspersoon dragen bij aan het voorkomen van mogelijke
conflicten en het naar tevredenheid oplossen van conflicten tussen school en
ouders/leerlingen. Ingeval van klachten wordt gehandeld conform de door OSG Piter Jelles
vastgestelde Klachtenregeling. De klachtenregeling maakt onderdeel uit van de
afgesproken kaders vanuit de Code Goed Onderwijsbestuur VO (VO-Raad, 2015).
Medezeggenschap
De Medezeggenschapsraad (MR) van Piter Jelles heeft een eigen jaarverslag. In dit
jaarverslag staat een volledig overzicht van alle besproken onderwerpen en een overzicht
van de genomen besluiten en adviezen.
Het overleg met de Medezeggenschapsraad is constructief en oplossingsgericht. Zoals de
MR zelf aangeeft ziet zij dit overleg als een overleg tussen gelijkwaardige partners.
Periodiek is er een vergadering waarin het College van Bestuur zaken ter instemming, ter
advisering of ter informatie voorlegt. De Medezeggenschapsraad volgt de ontwikkelingen
binnen de school nauwgezet en op een kritische manier. De Centrale Medezeggen-
schapsraad (CMR) beoordeelt zaken en beleidsvoornemens op hoofdlijnen en in
voorkomende gevallen worden de uitwerkingen met de Raad van een school afgestemd.
OSG Piter Jelles 13 Bestuursverslag 2015
De scholen en het servicebureau van Piter Jelles hebben elk een eigen Raad waarmee het
(school)eigen beleid wordt besproken en vastgesteld.
Onderstaand wordt in willekeurige volgorde een opsomming gegeven van de aangelegen-
heden die zoal, naast uiteraard de besprekingen over financiële aangelegenheden, zoals
begroting, jaarrekening en tussentijdse financiële managementrapportages, zijn bespro-
ken binnen het College van Bestuur en in het centraal management team.
Deze opsomming is niet limitatief en betreft o.a.:
Algemene gedrags- en integriteitscode OSG Piter Jelles;
Organisatie Arts eXpression;
Inrichting Shared Service Centre ondersteunende diensten Pompeblêd;
Organisatie en evaluatie van de Zomerschool 2015;
Aanmelding, toelating en plaatsing OSG Piter Jelles;
Onderwijsvernieuwing;
Voortzetting Maatschappelijke Stages in schooljaar 2015/2016;
Intentieverklaring samenwerking Lauwerscollege;
Beëindigingaanbod vmbo b/k bij Dalton Dokkum;
Rapportage overheadbenchmark voortgezet onderwijs 2014;
Verkenning start van een Vrije School bij Piter Jelles;
Ontwikkelingen en huisvesting ISK;
Prognose meerjarenopbrengsten VO, schoolanalyses etc.;
Kwaliteitsonderzoeken;
Culturele Hoofdstad 2018;
Aanvraag versneld vwo en/of verrijkt vwo voor talentvolle leerlingen;
Project School als Vindplaats;
Nieuwe (school)website(s);
Inrichting Medezeggenschap PJ;
Evaluatie Gesprekkencyclus;
Nieuwjaarsbijeenkomst 2016;
Beleidsregel Frysk;
Protocol medisch handelen op scholen;
Ontwikkeling Rekentoets VO;
Voorbereiding Zomerschool 2016;
Managementstatuut OSG Piter Jelles
Tenslotte
Het College van Bestuur is veel dank verschuldigd aan alle medewerkers, die zich in 2015
opnieuw hebben ingezet voor de schoolorganisatie en de kwaliteit van het onderwijs.
Leeuwarden, 21 juni 2016
drs. Wiebe Wieling, drs. Folkert Bangma
voorzitter College van Bestuur lid College van Bestuur
OSG Piter Jelles 14 Bestuursverslag 2015
Organisatiestructuur
Rechtspersoon:
Rechtsvorm : Stichting
Statutaire naam : Stichting openbare scholengemeenschap Piter Jelles
Verkorte naam : stichting OSG Piter Jelles
Statutaire zetel : gemeente Leeuwarden
Adres : Elzenstraat 5, 8924 JN Leeuwarden
Telefoonnummer : 058 8801104
e-mailadres : [email protected]
website : www.piterjelles.nl
Doel
De Stichting heeft ten doel het geven van openbaar onderwijs overeenkomstig artikel 42
van de Wet op het Voortgezet Onderwijs, alsmede het oprichten, instandhouden en
participeren in rechtspersonen die dit doel mede gestalte kunnen (doen) geven.
De scholengemeenschap verzorgt voortgezet onderwijs in de onderwijssoorten:
praktijkonderwijs
vmbo-b, vmbo-k, vmbo-gl (per 1 augustus 2016)
vmbo-t (mavo)
havo
atheneum (vwo)
gymnasium (vwo)
Daarnaast heeft OSG Piter Jelles een Internationale Schakelklas (ISK). In de ISK
ontvangen anderstalige leerlingen, asielkinderen, hun eerste opvang (EOA). Hier leren
anderstalige kinderen in de leeftijd van 12 tot 18 jaar de Nederlandse taal en worden ze
voorbereid op het Nederlandse onderwijssysteem. Een deel van de leerlingen is in het
kader van gezinshereniging of internationale huwelijken naar Nederland gekomen. Een
groot deel van de leerlingen betreft echter vluchtelingen afkomstig uit vooral Syrië, Eritrea
en overige landen waar oorlog is en politieke problemen zijn.
De scholengemeenschap is in de basisregistratie bekend onder administratienummer
13603. Het brinnummer van de scholengemeenschap is 20DL. Iedere erkende vestiging
heeft vervolgens een volgnummer op het brinnummer.
Raad van Toezicht:
Voorzitter : dhr. drs. H. Sikkema
College van Bestuur:
Voorzitter : dhr. drs. W. Wieling
Lid : dhr. drs. F.J. Bangma
Directeur bedrijfsvoering : dhr. R. de Wit
Scholen (vestigingen) en directeuren/locatieleiders:
De Brêge Egelantierstraat 88, 8924 EP Leeuwarden
dagelijkse schoolleiding
locatiedirecteur: mevr. H. Moll
Dalton Dokkum Parklaan 1, 9103 ST Dokkum
directeur: dhr. drs. H.W. van der Panne
dagelijkse schoolleiding
conrector: dhr. S. Saakstra
OSG Piter Jelles 15 Bestuursverslag 2015
De Dyk Egelantierstraat 86, 8924 EP Leeuwarden
directeur: dhr. H.W. v.d. Panne
De Foorakker Hartman Sannesstraat 5, 9074 EB St. Annaparochie
directeur: dhr. drs. H.W. van der Panne
dagelijkse schoolleiding
locatiedirecteur: dhr. S. de Jong
!mpulse Kollum Gerrit Bleekerstraat 3, 9291 BS Kollum
dagelijkse schoolleiding
locatiedirecteur: mevr. B. Kroeze
!mpulse Leeuwarden Douwe Kalmaleane 4, 8915 HA Leeuwarden
dagelijkse schoolleiding
locatiedirecteur: dhr. W. Reinsma
ISK Hempenserweg 33, 8935 BC Leeuwarden
directeur: mevr. drs. L. Wagenaar
dagelijkse schoolleiding
locatiedirecteur: dhr. H. Hulshof
Leeuwarder Lyceum Dr. J. Botkeweg 3, 8935 AB Leeuwarden
directeur : mw. drs. L. Wagenaar
Montessori High School Douwe Kalmaleane 2, 8915 HA Leeuwarden
directeur : mw. drs. L. Wagenaar
dagelijkse schoolleiding
conrector: dhr. A. Bloem
Servicebureau Elzenstraat 5, 8924 JN Leeuwarden
directeur : dhr. R. de Wit
Stedelijk Gymnasium Noorderweg 1, 8911 ES Leeuwarden
dagelijkse schoolleiding:
conrector: mevr. drs. N. Mooiman
YnSicht Prinsessenweg 4, 8931 EG Leeuwarden
directeur: mevr. J. Riemslag
Missie
Alle leerlingen tussen 12-18 jaar in Leeuwarden en omgeving passend en uitdagend
onderwijs bieden, zodat zij geprikkeld worden maximaal rendement te halen uit hun
talenten en opgeleid worden tot zelfstandige burgers die in de toekomst hun weg in de
maatschappij goed weten te vinden.
Pijlers
OSG Piter Jelles:
- heeft voor kinderen en ouders herkenbare scholen
- heeft aandacht voor ieder kind
- heeft een optimaal onderwijsaanbod en het voortgezet onderwijs
- staat open voor vernieuwing
- biedt ruimte voor persoonlijke ontwikkeling
- biedt algemeen toegankelijk onderwijs met aandacht voor verschillen
- heeft de kwaliteit op alle afdelingen ruim voldoende volgens de inspectienormen
Kenmerken
OSG Piter Jelles 16 Bestuursverslag 2015
OSG Piter Jelles:
- is een organisatie met relatief autonome scholen
- heeft een duidelijk beeld over de grenzen aan de samenwerking
- besteedt de middelen verantwoord
- maakt optimaal gebruik van de personele kwaliteiten
- heeft de gebouwen op orde
Strategie
De strategie van Piter Jelles richt zich op drie kernthema’s:
Kwaliteit
Samenwerking
Innovatie
Leerlingenaantal teldatum 1 oktober 2015:
Het aantal bekostigde leerlingen op 1 oktober 2015 is 4159 (1 oktober 2014: 4114).
Onderverdeling:
regulier 3574 (3516)
lwoo 392 ( 435)
praktijkonderwijs 152 ( 135)
Vavo, teruggekeerde gezakten (TG) 41 ( 28)
------ -------
4159 (4114)
De scholengemeenschap heeft één school voor praktijkonderwijs en het aantal permanente
nevenvestigingen is drie (Dokkum, Kollum en St. Annaparochie).
De leerlingen zijn als volgt over de scholen/locaties verdeeld:
School/locatie Adres Plaats Leerlingen
1-10-2015 Leerlingen 1-10-2014
De Brêge Egelantierstraat 88 Leeuwarden 163 *) 149 *)
Dalton Dokkum Parklaan 1 Dokkum 221 243
De Dyk Egelantierstraat 86 Leeuwarden 521 569
De Foorakker H. Sannesstraat 5 St. Annapar. 195 **) 131
!mpulse L’warden D. Kalmaleane 4 Leeuwarden 307 255
!mpulse Kollum G. Bleekerstraat 3 Kollum 134 130
ISK Hempenserweg 33 Leeuwarden 165 167
Leeuwarder Lyceum Dr. J. Botkeweg 3 Leeuwarden 982 947
Montessori College D. Kalmaleane 2 Leeuwarden 309 318
Sted. Gymnasium Noorderweg 1 Leeuwarden 584 599
YnSicht Prinsessenweg 4 Leeuwarden 516 567
Vavo 62 39
Totaal 4159 4114
*) = inclusief groep 8+ doeners, 11 (2014:14) leerlingen
**) = inclusief 94 leerlingen ISK
schoolsoort Leerjaar Leerlingen
excl. Lwoo
Leerlingen
Lwoo
waarvan
VAVO TG
Vwo,havo,mavo of vmbo
1 en 2
1469
227
0
Vwo, havo, en mavo
3 t/m 6
2000
13
41
Praktijkonderwijs n.v.t. 152
Vmbo techniek, zorg/welzijn, economie
3 t/m 4
146
152
0
totaal 3767 392 41
OSG Piter Jelles 17 Bestuursverslag 2015
Treasury management
Algemeen
Treasury is het sturen en het beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht
houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële stromen, de financiële posities
en de hieraan verbonden risico’s. In een door OSG Piter Jelles opgesteld treasurystatuut
wordt het treasurybeleid uiteengezet en wordt een beschrijving gegeven van de
bevoegdheden en verantwoordelijkheden in het kader van de treasuryfunctie. Het
treasurystatuut heeft tot doel sturing te geven aan de treasuryfunctie en risico’s te
beperken.
Uitgangspunten
Het treasurybeleid maakt onderdeel uit van het financiële beleid van OSG Piter Jelles. Het
treasurybeleid vindt plaats binnen de kaders van de Regeling van de Minister van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen van 16 december 2009, nr. FEZ/CC-2009/150185,
houdende verplichtingen bij het beleggen en belenen van publieke en overige middelen,
de “Regeling beleggen en belenen door instellingen voor onderwijs en onderzoek 2010”.
Bij het aantrekken respectievelijk uitzetten van alle benodigde respectievelijk overtollige
middelen wordt gehandeld overeenkomstig de in deze regeling gestelde verplichtingen.
Doelstellingen
De algemene doelstellingen van het treasurybeleid luiden:
het zorgdragen voor de tijdige beschikbaarheid van de benodigde geldmiddelen tegen
acceptabele condities (beschikbaarheid);
het minimaliseren van de kosten van leningen (kostenminimalisatie);
het optimaliseren van het rendement van de overtollige liquide middelen binnen de
kaders van het treasurystatuut (rentemaximalisatie);
het beheersen en bewaken van financiële risico’s die aan de financiële posities en
geldstromen van de instelling zijn verbonden (risicominimalisatie);
OSG Piter Jelles treedt niet als bankier op.
Ratingeisen
De ratingeisen voor beleggings- en beleningsvormen, waarbij de hoofdsom bij opname
intact is, zijn als volgt afhankelijk van de looptijd van die vormen:
a. beleggings- en beleningsvormen voor een periode tot en met drie maanden mogen
worden betrokken van financiële ondernemingen die aantonen dat ze voor henzelf
of voor de door hen uitgegeven waardepapieren beschikken over minstens een A-
rating, afgegeven door minstens twee ratingbureaus.
b. beleggings- en beleningsvormen voor een periode van meer dan drie maanden
mogen worden betrokken van financiële ondernemingen die aantonen dat ze voor
henzelf of voor de door hen uitgegeven waardepapieren beschikken over minstens
een AA-minusrating afgegeven door minstens twee ratingbureaus.
Liquiditeit per 31 december 2015
Ultimo december 2015 bedroeg het saldo aan liquide middelen, inclusief deposito’s en
spaarrekeningen, € 5.290.296 (2014: € 4.919.176).
31-12-2015: 31-12-2014:
Kasmiddelen € 10.818 € 7.042
Bankrekeningen € 2.179.559 € 1.874.460
Spaarrekeningen € 3.039.280 € 3.031.528
Kruisposten € 60.638 € 6.147
De overtollige liquiditeiten zijn in 2015 deels op een spaarrekening bij de ING Bank
geplaatst. Daarnaast is een bedrag van € 1.000.000 geplaatst op een spaarrekening bij de
OSG Piter Jelles 18 Bestuursverslag 2015
Rabobank, waarbij de spaarrekening van de Rabobank een opnamebeperking kent van
25% van het saldo. De kruisposten betreffen geldstortingen onderweg vanuit de kas naar
de bank en nog te verrekenen posten. Deze laatste hebben vooral betrekking op gespaarde
bijdragen voor schoolreizen, waarvoor ouders/leerlingen de mogelijkheid krijgen om
hiervoor gedurende meerdere jaren te sparen.
Kredietfaciliteit
Piter Jelles heeft de kredietfaciliteit bij de ING Bank in 2014 beëindigd op grond van de
kosten (provisie) die een kredietfaciliteit met zich meebrengt en op grond van de
aanwezigheid van voldoende eigen liquiditeiten.
Financiële baten en lasten
Het saldo aan financiële baten en lasten over 2015 betreft een bedrag van € 21.851 (2014:
€ 34.740). Dit betreft het saldo aan ontvangen renten en betaalde bankkosten gedurende
het kalenderjaar.
Betreft gemiddeld ca. 0,4% rentepercentage over geheel 2015 berekend over de
gemiddelde aanwezige liquiditeiten in 2015.
Ultimo 2015 is er sprake van een overtollige liquiditeit in het financiële systeem, welke
overtolligheid nog steeds toeneemt. De geldmarktrente daalt hierdoor nog steeds en de
driemaands Euribor-rente vertoont nu een negatieve renteopbrengst van -0,2% tot -0,5%.
De rentevergoeding wordt hierdoor beïnvloed. De mate waarop is niet bekend. Daarom is
bij de meerjarenbegroting, de continuïteitsparagraaf, met een verdere daling van
rentevergoeding nog geen rekening gehouden.
OSG Piter Jelles 19 Bestuursverslag 2015
Continuïteitsparagraaf (meerjarenbegroting)
Kengetallen
2016*
Personele bezetting in fte (ultimo):
- management / directie 7,0 7,0 7,0 7,0
- onderwijzend personeel 273,3 273,3 273,3 273,3
- overige medewerkers 109,2 109,2 109,2 109,2
389,5 389,5 389,5 389,5
leerlingenaantallen (1 oktober, excl. vavo) 4.100 4.100 4.100 4.100
* prognose (meerjarenbegroting)
Uitgangspunten:
- Het leerlingenaantal stabiliseert. Het genoemde aantal leerlingen is exclusief de vavo-leerlingen.
- De personele bezetting is onveranderd bij een stabilisatie van het leerlingenaantal.
- De categorie management/directie betreft de bestuurder, de (school)directeuren en de bestuurssecretaris, samen het centraal managementteam (CMT).
Het middenmanagement valt in de categorie overige medewerkers.
Balans
(ultimo)
2016*
(bedragen in euro)
€ € € € € € € €
ACTIVA
Vaste activa
1.2 materiele vaste activa 5.953.016 5.329.991 4.742.772 4.184.215
Vlottende activa
1.5 vorderingen 756.443 756.443 756.443 756.443
1.7 liquide middelen 6.207.784 7.167.903 8.098.547 9.055.408
6.964.227 7.924.346 8.854.990 9.811.851
Totaal activa 12.917.242 13.254.337 13.597.762 13.996.067
PASSIVA
2.1 Eigen vermogen
algemene reserve 4.968.110 5.268.780 5.574.348 5.933.356
bestemmingsreserve publiek 1.552.904 1.552.904 1.552.904 1.552.904
bestemmingsreserve privaat 152.667 152.667 152.667 152.667
6.673.682 6.974.352 7.279.920 7.638.928
2.3 Voorzieningen 1.474.814 1.511.239 1.549.096 1.588.393
2.5 Kortlopende schulden 4.768.746 4.768.746 4.768.746 4.768.746
Totaal passiva 12.917.242 13.254.337 13.597.762 13.996.067
Uitgangspunten:
- De financieringsstructuur blijft de komende jaren gelijk.
Jaarlijks wordt een bedrag tussen de EUR 180.000 en EUR 250.000 geïnvesteerd in materiële vaste activa.
De liquide middelen stijgen wegens ophoging van de gelden Prestatiebox VO tot 2018.
- De publieke bestemmingsreserve stabiliseert jaarlijks.
- De jaarlijkse onttrekkingen uit de voorzieningen betreft een bedrag van EUR 300.000 (gemiddeld op jaarbasis)
De voorzieningen stijgen vanaf 2016 enigszins wegens een verwachte hogere dotatie dan onttrekking.
- Er wordt geen rekening gehouden met activering van huisvestingskosten wegens aanpassing van gebouwen en nieuwbouwprojecten.
2018* 2019*
2017* 2018* 2019*
2017*
OSG Piter Jelles 20 Bestuursverslag 2015
Staat / Raming van baten en lasten
(ultimo)
2016*
(bedragen in euro)
€ € € € € € € €
3 Baten
3.1 rijksbijdragen OCenW 33.096.000 34.525.000 34.947.000 35.245.000
3.2 overige overheidsbijdragen en
- subsidies 69.000 69.000 69.000 69.000
3.5 overige baten 877.000 877.000 877.000 877.000
Totaal van de baten 34.042.000 35.471.000 35.893.000 36.191.000
4 Lasten
4.1 personele lasten 27.507.000 29.008.000 29.410.000 29.632.000
4.2 afschrijvingen 984.000 978.000 967.000 964.000
4.3 huisvestingslasten 2.284.000 2.241.000 2.252.000 2.264.000
4.4 overige lasten 2.963.000 2.973.000 2.988.000 3.002.000
Totaal van de lasten 33.738.000 35.200.000 35.617.000 35.862.000
Saldo van baten en lasten 304.000 271.000 276.000 329.000
5 financiële baten en lasten 30.000 30.000 30.000 30.000
Netto resultaat 334.000 301.000 306.000 359.000
Incidentele baten en lasten in resultaat - - - -
* prognose (meerjarenbegroting)
Uitgangspunten:
- De rijksbijdrage OCW stijgt de komende jaren naar verwachting met 2% i.v.m. compensatie stijgende werkgeverslasten en inflatiecorrecties.
De rijksbijdrage OCW stijgt eveneens wegens hogere verwachte gelden Prestatiebox VO tot in 2018.
- De overige overheidsbijdragen blijven onveranderd.
- De overige baten betreft voornamelijk detacheringsvergoedingen wegens uitleen van personeel.
- De personele kosten stijgen als gevolg van ophoging van tredes. De personeelssamenstelling en opbouw blijft de komende jaren gelijk.
Vanaf 2016 stijgen de personele kosten wegens de inzet van de verhoogde gelden Prestatiebox VO t.b.v. personele inzet.
In de personele kosten zijn geen toekomstige cao-verplichtingen opgenomen.
- Er is geen rekening gehouden met investeringen met afschrijvingslast wegens gebouwaanpassingen.
- De huisvestingslasten zijn bijgesteld aan de verwachte prijswijzigingen.
- De overige lasten zijn aangepast aan de verwachte prijsstijgingen verband houdend met o.a. de verwachte infaltie.
- De rentebaten blijven onveranderd ondanks de druk op de rentevergoeding door een steeds lagere rentevergoeding.
- Het resultaat wordt gevoegd aan de algemene reserve. De toevoegingen aan de algemene reserve wordt beïnvloed door mutaties in de bestemmingsreserves.
- Eén en ander leidt tot een gecorrigeerd resultaat bestemd voor vergelijkingsdoeleinden.
2017* 2018* 2019*
OSG Piter Jelles 21 Bestuursverslag 2015
Overig
B1 Interne risicobeheersings- en controlesysteem
OSG Piter Jelles beheert met een eigen ontwikkeld monitoringsysteem de personele kosten
gedurende de looptijd van een schooljaar. De personele kosten zijn meer dan 80% van de
totale kosten. Op basis van een leerlingenprognose ontvangen de scholen van OSG Piter
Jelles een eigen personele schoolbudget op basis van toekenning van fte´s management,
onderwijsondersteunend personeel en onderwijzend personeel. OSG Piter Jelles werkt
daarbij met een eigen berekende school-gpl. Deze school-gpl wordt jaarlijks berekend en
vastgesteld voorafgaande aan de toekenning van het beschikbare aantal fte´s per
categorie medewerkers, het personele schoolbudget. In het schooljaar worden de
personele mutaties continu gemonitord. De budgethouders ontvangen maandelijks een
overzicht van de stand van zaken, de toegekende fte´s ten opzichte van de opgenomen
fte´s, de realisatie.
De budgethouders hebben vanuit de financiële administratie inzicht in de stand van zaken
van de toegekende materiële budgetten. De materiële schoolbudgetten worden verstrekt
gedurende een kalenderjaar, in tegenstelling tot de personele budgetten die worden
gegeven voor de duur van een schooljaar.
OSG Piter Jelles werkt met een planning- en controlsysteem. (Beleids)afspraken worden
via de pdca-cyclus bewaakt.
Jaarlijks wordt er een liquiditeitsbegroting opgesteld. De liquiditeitsbegroting wordt
maandelijks geactualiseerd aan de werkelijke cijfers. De liquiditeitsbegroting laat het beeld
zien van het verloop van de liquiditeiten gedurende het kalenderjaar en is de monitor van
het verloop van de geldmiddelen (liquiditeit) gedurende het kalenderjaar.
Personele bezetting
De personele bezetting wordt per schooljaar, aanvangende op 1 augustus, afgestemd op
het aantal daadwerkelijke aanwezige en op teldatum 1 oktober ingeschreven leerlingen. In
april voorafgaande aan het begin van het schooljaar worden de personele schoolbudgetten
vastgesteld aan de hand van de prognose van het aantal verwachte leerlingen in het
nieuwe schooljaar. Eén keer per jaar, op teldatum 1 oktober, worden de beschikbare
personele schoolbudgetten gecorrigeerd aan de hand van het aantal werkelijk
ingeschreven leerlingen op schoolniveau. De personele schoolbudgetten worden tijdens het
schooljaar continu gemonitord en gecommuniceerd met de budgethouders, de
verantwoordelijke schooldirecteuren.
Leerlingenontwikkeling
Naar verwachting zal het leerlingenaantal zich stabiliseren rondom de 4000 leerlingen. De
instroom van het leerlingenaantal in het eerste leerjaar, exclusief de anderstalige
leerlingen (ISK) stabiliseert zich naar verwachting tussen de 700 en 750 leerlingen. De
rijksvergoeding is zowel op personeel als op materieel gebied afgestemd op het aantal
aanwezige leerlingen op teldatum 1 oktober. OSG Piter Jelles geeft aandacht aan de
huisvesting en de afstemming daarvan op het aantal aanwezige leerlingen. Door de
toestand in de wereld groeit de laatste paar jaar het aantal leerlingen Eerste Opvang
Asielzoekers (EOA). Deze leerlingen zijn bij OSG Piter Jelles ondergebracht in een Inter-
nationale Schakelklas (ISK). De huisvesting van deze leerlingen vindt zoveel mogelijk
intern, binnen de gebouwen van OSG Piter Jelles, plaats. Begin 2016 wordt voor de opvang
van deze leerlingen, in samenwerking met de gemeente Leeuwarden en de eigenaar van
het gebouw (RENN4), gezien de groei van deze kwetsbare groep van leerlingen, extra
huisvesting beschikbaar gesteld aan de Melkemastate te Leeuwarden. Een deel van de ISK-
leerlingen wordt vanaf het schooljaar 2015/2016 opgevangen in het voormalige
hoofdgebouw van De Foorakker te St. Annaparochie. Dit gebouwdeel maakt onlosmakelijk
deel uit van de nieuwe Campus Middelsee te St. Annaparochie. Dit betreft de leerlingen die
zijn gehuisvest in het asielzoekerscentrum in St. Annaparochie
B2 Risico´s en onzekerheden
OSG Piter Jelles 22 Bestuursverslag 2015
Investeringen
Piter Jelles stelt zich terughoudend op in het doen van investeringen. Dat betreft dan o.a.
de vervanging en eerste aanschaf van inventaris en apparatuur. Bouwkundige
aanpassingen met een afschrijvingslast worden kritisch beoordeeld op noodzaak van
uitvoering. Afgeschreven inventaris en apparatuur wordt geschouwd op de technische
staat. Ingeval de technische schouwing aangeeft dat vervanging noodzakelijk is en het
onderwijs dit noodzakelijk maakt, zal vervanging plaatsvinden. Het gepland lang cyclisch
onderhoud aan de gebouwen wordt uitgevoerd aan de hand van een meerjarig
onderhoudsplan (mop). Daarbij gaan we uit van de in het onderhoudsplan opgenomen
prioriteiten. De gemiddelde jaarlijkse investeringen op grond van het lang cyclisch
onderhoud bedragen jaarlijks tussen € 250.000 en € 300.000 inclusief btw. De jaarlijkse
dotatie in de voorziening onderhoud is ongeveer € 300.000.
Bezuinigingen
De overheid voert in het onderwijs, naast extra aanvullende rijksvergoedingen, jaarlijks
ook nog aangekondigde bezuinigingen uit. In 2015 is in het kader daarvan de rijksver-
goeding maatschappelijke stages beëindigd. Andere afgesproken taakstellingen vanuit
eerdere kabinetsperioden worden door het Rijk uitgevoerd. Naar het zich laat aanzien zal
vanaf 2018 de bekostiging in het voortgezet onderwijs worden vereenvoudigd. Hoe dat
eruit zal zien is nog niet exact bekend. Het doel is een transparantere bekostiging
beschikbaar te stellen die aansluit op de onderwijspraktijk. Er wordt een algemene
overgangsregeling uitgewerkt van drie jaar, 2018, 2019 en 2020. Wegens het ontbreken
van exacte gegevens over de toepassing van deze maatregel hebben wij in de Conti-
nuïteitsparagraaf, pagina 19 en 20, nog niet kunnen reageren op deze aangekondigde
vereenvoudiging van de bekostiging. De uitkomsten van cao-onderhandelingen wachten
we af. We gaan ervan uit dat mogelijke financiële consequenties op grond van cao-
afspraken volledig worden gecompenseerd door het Rijk. Daarnaast is er vanuit het
perspectief van planning en control aandacht voor het hanteren van een voldoende
flexibele schil en wordt, vanuit dat perspectief, kritisch omgegaan met aanstellingen voor
onbepaalde tijd.
Krimp en verstevigde concurrentie
De krimp van de leerlingenpopulatie de komende jaren, tot en met ca. 2030, kan op
termijn leiden tot risico’s inzake bekostiging en huisvesting. OSG Piter Jelles anticipeert
daarop door de samenwerking met collega-scholen in de regio’s te versterken en daar waar
nodig een robuuste samenwerking aan te gaan om het voortgezet onderwijs in de regio’s
waar OSG Piter Jelles is vertegenwoordigd te behouden. De krimp verstevigd ook de
onderlinge concurrentie, hetgeen ook een risico en onzekerheid kan gaan betekenen.
B3 Rapportage toezichthoudend orgaan
Onder verwijzing naar het onder A1 opgenomen jaarverslag 2015 van de Raad van Toezicht
(RvT) wordt in dit jaarverslag o.a. aandacht gegeven aan de wijze waarop de RvT het
College van Bestuur ondersteunt en adviseert inzake beleidsvraagstukken en financiële
aangelegenheden.
B4 Medezeggenschap
De Minister van OCenW wil de positie van de medezeggenschap versterken door de
medezeggenschapsraad in het voortgezet onderwijs instemmingsrecht te geven op de
hoofdlijnen van het meerjarig financieel beleid die uiteindelijk hun weerslag vinden in de
begroting. Het gaat daarbij om de juiste verhouding tussen de bestemming van de
middelen aan personele en materiële doeleinden en de allocatie van de bekostiging binnen
het bestuur. Ook de grotere projecten zoals plannen op het vlak van huisvesting en (groot)
onderhoud horen hierin thuis. In de komende periode zal de wijze van afbakening hiervan
wettelijk worden verankerd.
OSG Piter Jelles 23 Bestuursverslag 2015
Organogram OSG Piter Jelles
OSG Piter Jelles 24 Bestuursverslag 2015
A3 Jaarverslag OSG Piter Jelles 2015
Inleiding
Dit verslag geeft een zo volledig mogelijk beeld van de gang van zaken gedurende het
verslagjaar 2015, van de behaalde resultaten en de inzet van middelen. Daar waar nodig
kijken we terug naar het voorgaand jaar dan wel kijken we vooruit naar het volgende jaar.
De “Algemene Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs” is de basis voor dit jaarverslag en
de samenstelling van de jaarrekening 2015. Aan de jaarrekening is onder “overige
gegevens” een goedkeurende controleverklaring, afgegeven door KPMG Accountants N.V.,
toegevoegd. In deze verklaring geeft de accountant over de jaarrekening een oordeel over
de getrouwheid van de grootte en de samenstelling van het vermogen op 31 december
2015 en over het resultaat over het kalenderjaar 2015.
Continuïteitsparagaaf (meerjarenbegroting)
Aan de jaarverslaggeving is conform de in 2015 vernieuwde “richtlijnen regeling
jaarverslaggeving onderwijs” een continuïteitsparagraaf (meerjarenbegroting) toege-
voegd. Hierin legt de school, rekening houdende met een aantal uitgangspunten, de
financiële verwachtingen over de komende drie (verslag)jaren vast. Daarbij gaat het om
zaken als financieringsstructuur, huisvestingsbeleid, mutaties in reserves, fondsen en
voorzieningen. Maar ook de ontwikkelingen in de staat van baten en lasten worden
opgenomen. Daarnaast beschrijft het bestuur voor de komende drie verslagjaren de
verwachte ontwikkelingen in leerlingen, personele bezetting en huisvestingslasten. Er is
daarnaast aandacht voor de werking van de gebruikte systematieken rondom risicobe-
heersing en controle.
Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen (WNT)
Bij de definiëring van topfunctionarissen gaat het in de WNT om de groep van hoogst
leidinggevenden binnen een organisatie, die leidinggeven aan de gehele organisatie. Dat
betekent bij OSG Piter Jelles dat de directeuren die samen het centrale managementteam
vormen (of het dagelijks bestuur) en daarin beslissingen nemen voor de gehele organi-
satie aangemerkt dienen te worden als topfunctionaris. Bij Piter Jelles betreft dat dus de
leden van het centraal managementteam (cmt). Daarnaast zijn als toezichthouders alle
leden van de Raad van Toezicht opgenomen. Deze informatie is opgenomen in paragraaf
A.1.9 van de jaarrekening.
Per 1 januari 2016 worden er nieuwe bezoldigingsmaxima van kracht door de wijziging van
de Regeling bezoldiging topfunctionarissen OCW-sectoren. Per 1 januari 2016 worden de
verlaagde sectorale WNT-maxima voor de onderwijssectoren vervangen door
bezoldigingsklassen op basis van instellingskenmerken. Gezamenlijk geven deze
kenmerken een indicatie van de complexiteit van de betreffende bestuursfunctie. De
bestuurlijke complexiteit van de instellingen wordt daarmee leidend voor de maximum
bezoldiging van de bestuurder. Voor ieder kenmerk wordt daarbij een schaal gehanteerd.
Uit de score op die schaal volgt een aantal complexiteitspunten. Het totaal van deze
complexiteitspunten bepaalt in welke bezoldigingsklasse de instelling valt en welk
bezoldigingsmaximum daarmee van toepassing is op de topfunctionarissen.
De instellingskenmerken zijn:
Gemiddelde totale baten per kalenderjaar
Gemiddeld aantal leerlingen
Gewogen onderwijssoorten
De bestuurders van OSG Piter Jelles vallen per 1 januari 2016 binnen de voor hun, op
grond van het aantal complexiteitspunten, van toepassing zijnde bezoldigingsmaximum.
Ook de vergoeding van de toezichthouders is gekoppeld aan gemaximaliseerde bedragen.
OSG Piter Jelles 25 Bestuursverslag 2015
1 Onderwijs en onderwijsprestaties
Opbrengsten:
Jaarlijks stelt de Inspectie van het Onderwijs een opbrengstenkaart op van het
voorafgaande schooljaar. Deze opbrengstenkaart geeft o.a. een samenvatting van de
opbrengstgegevens van de scholen in het voortgezet onderwijs. Het hoofdbestanddeel
wordt gevormd door gegevens over de in-, door- en uitstroom- gegevens en de
examengegevens.
De beslissing of een school/afdeling het arrangement ‘basis’ (voldoende) ‘zwak’ of ‘zeer
zwak’ moet krijgen, baseert de inspectie op de beoordeling van de opbrengsten van de
betreffende afdeling van de school, aangevuld met de beoordeling van de kern-indicatoren
voor het onderwijsproces (www.onderwijsinspectie.nl). De opbrengstenkaart geeft
daarmee een beeld van enkele kwaliteitsaspecten van de school. Niet voor alle scholen zijn
er opbrengstenkaarten beschikbaar. Dat betreft startende scholen en scholen waarvan de
opbrengsten over drie aansluitende jaren niet beschikbaar zijn wegens onvoldoende
cijfermatige gegevens in verband met aantallen en het ontbreken van de twee meest
recente aansluitende jaren.
De opbrengstenkaart geeft voor de direct belanghebbenden (stakeholders), zoals de
ouders, de leerlingen en de school zelf, veel belangrijke informatie over de kwaliteit van
de school.
Opbrengstenoordelen 2016 (voorinzage)
De Inspectie van het Onderwijs geeft het oordeel over de opbrengsten van een schoolsoort
binnen een school en is gebaseerd op de opbrengsten van de afgelopen drie jaren. De
resultaten van de voorgaande 3 jaren, 2015, 2014 en 2013, zijn hiervoor de basis. Het
oordeel is inhoudelijk gebaseerd op vier opbrengstindicatoren: rendement onderbouw,
rendement bovenbouw, gemiddeld cijfer Centraal Examen (CE) en het verschil tussen het
gemiddelde schoolexamencijfer(SE) met het gemiddeld CE.
De opbrengstenkaarten worden door de Inspectie van het Onderwijs eind mei / begin juni
2016 gepubliceerd via de website www.onderwijsinspectie.nl. De scholen krijgen voor-
inzage en hebben de mogelijkheid te reageren vanaf halverwege de maand maart.
Voor wat betreft de scholen van OSG Piter Jelles zien de oordelen op basis van Voorlopige
Opbrengsten van de verschillende Meerjarenopbrengsten 2016 (over 2015-2014-2013) er
als volgt uit:
Dalton Dokkum, vmbo theoretisch: heeft drie van de vier opbrengstenindicatoren
voldoende. De indicator rendement bovenbouw is onvoldoende. Dit levert het
eindoordeel voldoende op (was in 2015 voldoende);
De Brêge, praktijkonderwijs: wordt positief beoordeeld. Op deze school spelen
examens en werkplek geen rol, maar is de doorstroom richting niveau 1 mbo
belangrijk;
De Dyk, vmbo theoretisch: scoort voor alle vier de opbrengstenindicatoren
voldoende. Dit levert het eindoordeel voldoende op (was in 2015 voldoende, echter
toen met drie van de vier indicatoren als voldoende);
De Foorakker, vmbo theoretisch: scoort voor alle vier de opbrengstenindicatoren
voldoende en dus ook eindoordeel voldoende (was in 2015 voldoende);
!mpulse Kollum, vmbo theoretisch: scoort voor alle vier de opbrengsten-indicatoren
voldoende (was in 2015 voldoende, toen nog met drie van de vier indicatoren);
!mpulse Kollum afdeling havo: heeft twee van de drie opbrengstenindicatoren
voldoende. De indicator rendement bovenbouw is onvoldoende. Het rendement
onderbouw kan niet worden beoordeeld. Het totaal levert het eindoordeel voldoende
op (was in 2015 nog onvoldoende);
OSG Piter Jelles 26 Bestuursverslag 2015
!mpulse Kollum afdeling vwo: kan wegens het geringe aantal deelnemers niet
worden beoordeeld (idem in 2015).
!mpulse Leeuwarden, vmbo theoretisch: heeft twee van de vier opbrengsten-
indicatoren voldoende. De indicator rendement bovenbouw en het gemiddelde CE-
cijfer relatief is onvoldoende Dit levert het eindoordeel onvoldoende op (was in 2015
onvoldoende).
!mpulse Leeuwarden, afdeling havo: heeft twee van de drie opbrengsten-
indicatoren voldoende. De indicator rendement bovenbouw is onvoldoende. Over
het rendement onderbouw kan geen oordeel worden gegeven. Dit levert het
eindoordeel voldoende op (was in 2015 nog onvoldoende).
!mpulse Leeuwarden, afdeling vwo: er zijn drie van de vier indicatoren beoordeeld
(de indicator rendement onderbouw is niet beoordeeld), alle drie de indicatoren zijn
voldoende. Dit levert het eindoordeel voldoende op (was in 2015 voldoende).
ISK (EOA), de internationale schakelklas: wordt door de inspectie als voldoende
aangemerkt. ISK is geen eindonderwijs en dus is het niet mogelijk een oordeel te
geven over de realisatie van een aantal indicatoren met betrekking tot de
resultaten. De kwaliteit is op orde, er is geen formeel toezichtarrangement. Er wordt
voornamelijk gekeken naar de instroom in het reguliere onderwijs en het vervolg
van de schoolloopbaan;
Het Leeuwarder Lyceum, afdeling havo: heeft alle vier opbrengstenindicatoren
voldoende en dus ook het eindoordeel voldoende (was in 2015 voldoende).
Het Leeuwarder Lyceum, afdeling vwo: heeft alle vier de opbrengstenindicatoren
voldoende. Dit levert het eindoordeel voldoende op (was in 2015 voldoende);
De Montessori High School, afdeling havo: heeft drie van de vier opbrengsten-
indicatoren voldoende. De indicator rendement bovenbouw is nog onvoldoende. Dit
levert het eindoordeel voldoende op (was in 2015 voldoende);
Het Stedelijk Gymnasium, vwo: heeft drie van de vier opbrengstenindicatoren
voldoende. De indicator rendement onderbouw is onvoldoende. Dit levert het
eindoordeel voldoende op (was in 2015 voldoende);
YnSicht, afdelingen vmbo-basis (b) en vmbo-kader (k): beide afdelingen hebben op
alle vier de opbrengstenindicatoren een voldoende. Het eindoordeel op beide
afdelingen is voldoende (was in 2015 voldoende).
Er zijn 9 scholen van Piter Jelles die Meerjarenbeoordelingen per afdeling krijgen. Het
gaat hierbij om 14 afdelingen. Eén afdeling (!mpulse Leeuwarden vmbo-t) heeft nog het
eindoordeel (gemiddelde over drie jaren) onvoldoende gekregen, dat betekent dat van
93% van de afdelingen de onderwijskwaliteit op orde is. Als we daarbij De Brêge (prak-
tijkonderwijs) en de ISK (eerste opvang asielzoekers) betrekken dan betekent dit dat
94% van de onderwijsafdelingen van de scholen van Piter Jelles de kwaliteit op orde
heeft. Dat is een verbetering van de onderwijskwaliteit ten opzichte van voorgaande
jaren.
De oorzaken van de onvoldoende beoordeling bij !mpulse Leeuwarden vmbo-t is in kaart
gebracht en er zijn adequate (passend bij het !mpulseconcept) verbetertrajecten ontwik-
keld die een positief effect hebben: een stijging op bijna alle indicatoren is gerealiseerd.
Deze stijging is echter niet hoog genoeg gebleken om ook een voldoende oordeel te
krijgen op het driejaarsgemiddelde van vmbo-t. Er is goede hoop dat dit wel in 2017 zal
worden gerealiseerd. Voor de duidelijkheid dient hier nog met nadruk te worden gesteld
dat het hier gaat om de opbrengsten en niet over het onderwijsproces. Daarover is de
Inspectie van het Onderwijs positief.
Als we kijken naar de afzonderlijk onvoldoende indicatoren dat kan worden gesteld dat
met name op het rendement bovenbouw verbeteringen nodig zijn. Op alle scholen zijn de
opbrengsten per afdeling geanalyseerd en er zijn diverse verbetertrajecten ingesteld om
het bovenbouwrendement te verbeteren. Oorzaken van het onvoldoende rendement zijn
vooral het toelatingsbeleid en doorstroommogelijkheden die in het verleden zijn
toegepast, leerlingen het voordeel van de twijfel geven.
OSG Piter Jelles 27 Bestuursverslag 2015
Daarnaast zijn de exameneisen verscherpt en dus ook de bevorderingsnormen. Dat
betekent dat de leerlingen die op een hoger niveau geplaatst zijn en uiteindelijk risico
lopen. Het duurt een aantal jaren voordat een betere determinatie zijn vruchten afwerpt.
Op dit moment zijn de effecten waarneembaar in de onderbouw. Deze positieve invloed
wordt ook merkbaar in de bovenbouw. We zien dat de rendementen stijgen.
Examenresultaten schooljaar 2014/2015 (percentage geslaagden, aantal
deelnemers)
School Vmbo
basis
Vmbo
kader
Vmbo
theoretisch
Havo VWO
Dalton
Dokkum
92%, 39 ll.
(87%, 13)
De Dyk 89%, 159 ll.
(93%, 105)
De Foorakker 92%, 12 ll
(88%, 15)
!mpulse L’den 93%, 29 ll.
(87%, 13)
77%, 13 ll.
(88%, 14)
100%, 6 ll.
(100%, 7)
!mpulse Kollum 100%, 14 ll.
(100%, 9)
100%, 5 ll.
(90%, 9)
100%, 1 ll.
Leeuwarder
Lyceum
87%, 101 ll.
(90%, 94)
95%, 79 ll.
(87%, 67)
Montessori
High School
76%, 57 ll,
(92%, 73)
Stedelijk
Gymnasium
93%, 73 ll.
(98%, 50)
YnSicht 100%,72 ll.
(98%, 63)
98%, 100 ll
(97%, 73)
(…..)=2013/2014
Leerlingenaantal, gerangschikt naar leerjaar
De leerlingen in het schooljaar 2015/2016 zijn als volgt, per leerjaar (inclusief vavo),
over de scholen verdeeld:
School 1 2 3 4 5 6 Vavo Totaal
Dalton Dokkum 52 71 56 42 2 223
De Brêge/8+ 163
De Dyk 89 102 147 183 13 534
De Foorakker
ISK
25
34 25 17 1 102
94
!mpulse Kollum 25 30 21 45 11 2 1 135
!mpulse L’den 94 54 57 68 30 4 6 313
ISK 165
Leeuwarder
Lyceum
165 166 177 205 177 92 24 1006
Montessori
High School
49 42 45 91 82 11 320
Stedelijk
Gymnasium
101 110 104 100 93 76 4 588
YnSicht 95 123 141 157 516
Totaal 695 732 773 908 393 174 62** 4159
** = betreft 41 teruggekeerde gezakte leerlingen en 21 overige naar het Vavo geplaatste leerlingen
OSG Piter Jelles 28 Bestuursverslag 2015
Noot: De leerlingen van De Brêge (praktijkonderwijs), en van de ISK (eerste opvang asielzoekers) zijn, gelet op de bijzondere organisatiestructuur van deze onderwijssoorten, niet geplaatst in leerjaren. Zij worden als totaal weergegeven.
2 (Onderwijs)Kwaliteit en (horizontale) verantwoording
OSG Piter Jelles is aangesloten bij SchoolVensters. Via Vensters VO worden alle cijfer-
matige informatie in één systeem verzameld en brengt het in beeld hoe scholen presteren
op 21 belangrijke indicatoren (examencijfers, onderwijstijd, tevredenheid, per-soneel,
veiligheid etc.). Waar mogelijk worden resultaten vergeleken met het landelijke
gemiddelde. Vensters helpt scholen zo inzicht te krijgen in hun eigen resultaten en hierover
op goede wijze verantwoording af te leggen aan bijvoorbeeld leerlingen en ouders. Ook
kunnen scholen gericht aan de slag met de verbetering van het onderwijs. De Vensters zijn
ontwikkeld om de verantwoording aan en dialoog met leerlingen, ouders en andere
belanghebbenden te stimuleren, de zgn. horizontale verantwoording.
Vensters VO is bereikbaar via de website venstersvo.nl
De scholen van OSG Piter Jelles zijn ook deelnemer aan scholenopdekaart.nl. Via de
website scholenopdekaart.nl is er informatie opvraagbaar over tal van aspecten die bij
de schoolkeuze een rol spelen en met name voor groep 8 leerlingen en ouders van belang
zijn. Het gaat om de indicatoren zoals het profiel van de school, examencijfers, de ervaren
veiligheid op school en de doorstroom van leerlingen naar het vervolgonderwijs. In totaal
kunnen de scholen op 13 verschillende onderdelen met elkaar worden vergeleken. Er is
ook een Schoolkompas-app beschikbaar. Daarmee kunnen leerlingen snel en eenvoudig
bepalen welke scholen het beste aansluiten bij hun wensen.
Piter Jelles is aangesloten bij Kwaliteitscholen. In Kwaliteitscholen bevindt zich een
veelvoud aan onderzoeken die voor een groot deel de kwaliteitszorg in beeld brengen. Met
de onderzoeken worden veel aspecten, die de Inspectie van het Onderwijs onder andere
ook hanteert, ingevuld. Kwaliteitscholen geeft ook de mogelijkheid van benchmarking: het
vergelijken van de uitslagen met andere deelnemende scholen. De onderzoeken maken
een onderdeel uit van de horizontale verantwoording aan vooral de ouders/verzorgers van
de leerlingen.
Binnen de scholen van Piter Jelles zijn contactpersonen aangewezen die zorgen voor het
actueel houden van Vensters VO. Zij zorgen ook voor het afnemen van de afgesproken
(tevredenheids)onderzoeken onder leerlingen en ouders. De beleidsadviseur Kwaliteit
zorgt voor de centrale ondersteuning, de coördinatie en voor de jaarlijkse planning. In het
schooljaar 2015/2016 zijn in het vervolg op de voorgaande schooljaren wederom afspraken
gemaakt over het afnemen van tevredenheidsonderzoeken onder ouders en leerlingen.
Daarnaast worden er ook medewerkers tevredenheidsonderzoeken afgeno-men. De
verschillende scholen analyseren de resultaten hiervan. Deze analyse draagt bij aan de
verbetering van de (onderwijs)kwaliteit. Tussen de scholen van OSG Piter Jelles zijn er veel
verschillen. Daardoor kan er op scholengemeenschapsniveau geen algemeen beeld worden
gegeven van de uitkomsten van de verschillende onderzoeken. Belangste-lenden worden
hiervoor verwezen naar de eigen websites van de scholen van Piter Jelles.
OSG Piter Jelles maakt gebruik van het leerlinginformatiesysteem SomToDay. Binnen dit
programma wordt gebruik gemaakt van een geïntegreerde leerlingvolgsysteem. Leerlingen
en ouders krijgen daarbij toegang tot de informatie die voor hun relevant is. Via SOMtoday
ELO (elektronische leeromgeving) hebben leerlingen onder andere toegang tot digitale
leermiddelen van diverse educatieve uitgevers. Daarnaast koppelt SOMtoday met o.a.
CumLaude, een toegangspoort tot managementinformatie. Enkele scholen van Piter Jelles
werken aanvullend met een eigen leerplatform, zoals de leeromgeving van Its Learning,
welke aansluit op de gepersonaliseerde leeromgeving in het onderwijs van nu. Een ELO
ondersteunt het leren en lesgeven altijd, overal, gebruiksvriendelijk en op elk device.
OSG Piter Jelles 29 Bestuursverslag 2015
Het Bestuursverslag en de Jaarrekening worden jaarlijks uiterlijk per 1 juli geplaatst op de
website van OSG Piter Jelles en zijn daarmee openbare documenten die toegankelijk zijn
voor iedere belangstellende. Vanuit de wetgeving op de medezeggenschap wordt het
bestuursverslag en wordt de jaarrekening conform de afgesproken bevoegdheden
voorgelegd aan de Medezeggenschapsraad.
3 Diverse (onderwijs)aspecten
Jaarlijks stellen de locatie- en schooldirecteuren hun eigen schooljaarplan op. Hierin staat
onder andere beschreven: de kernopdracht van de school, het schoolprofiel, de onder-
wijsontwikkelingen, de gestelde doelen, de evaluatie van het voorgaande (school) jaar en
de inrichting van de kwaliteitszorg. Daarnaast is er aandacht voor nieuw beleid, deelschool-
plannen en de formatie. De directeur bespreekt het schooljaarplan met de eigen Raad. De
schoolplannen hebben een looptijd van vier jaar en hebben verbinding met het strategisch
beleidsplan van OSG Piter Jelles.
Ondersteuningsmiddelen passend onderwijs:
De financiering van de zorgleerlingen is vanaf augustus 2014 ondergebracht bij het
passend onderwijs. Het passend onderwijs wordt uitgevoerd door een zogenaamd
samenwerkingsverband, voor Piter Jelles het Samenwerkingsverband Fryslân Noard. Piter
Jelles is aangesloten bij dit samenwerkingsverband en treedt hiervoor op als penvoerder.
Op grond daarvan is Piter Jelles een gelieerde partij van het samenwerkingsverband
Fryslân Noard. Vanaf het schooljaar 2014/2015 zorgt het samenwerkingsverband voor de
financiering van de extra ondersteuningsmiddelen bestemd voor ondersteuning van de
zorgleerlingen op de scholen. Dit was voorheen het leerlinggebonden budget. Voor de
schooljaren 2014/2015 en 2015/2016 ontvangt Piter Jelles per schooljaar een bedrag van
circa € 230.000. Voor de jaren daarna ontwikkelt het samenwerkingsverband een
verdelingssystematiek voor beschikbaarstelling van de extra ondersteuningsmiddelen aan
de zorgleerlingen binnen de aangesloten scholen. Vanaf 2016 worden de gelden leerweg-
ondersteunend onderwijs (lwoo) en praktijkonderwijs (pro) verrekend met de budgetten
passend onderwijs van de samenwerkingsverbanden. Dit doet de Dienst Uitvoering
Onderwijs (DUO), die ook zorgt voor de afdracht aan de scholen. De scholen geven DUO
de hiervoor geïndiceerde leerlingen door. DUO zorgt dus vanaf 2016 voor de afdracht van
deze gelden aan de scholen en zorgt voor de verrekening van deze afgedragen gelden met
de budgetten passend onderwijs van de samenwerkingsverbanden.
Leerplusarrangement:
Het Leerplusarrangement VO biedt scholen met veel leerlingen uit de door het Rijk
aangewezen achterstandswijken de mogelijkheid extra geld te genereren voor begeleiding
van deze leerlingen. De toewijzing vindt plaats aan de hand van de postcodelijst van
zogenaamde armoedeprobleemcumulatiegebieden (apc). Toewijzing vindt plaats aan de
hand van een aantal gehanteerde drempels. De drempels worden op vestigingsniveau
toegepast. Dat wil zeggen per vestiging wordt bezien of voor de verschillende categorieën
de drempel wordt gehaald. De scholen van Piter Jelles komen, gelet op de opgeworpen
drempels, voor deze regeling niet in aanmerking.
Vanuit het Leerplusarrangement VO ontvangt Piter Jelles extra financiering wegens
Nieuwkomers VO en Eerste Opvang van Vreemdelingen. De nieuwkomers worden geteld
aan het begin van het schooljaar, op teldatum 1 oktober. Dit zijn leerlingen met een
buitenlandse nationaliteit die korter dan één jaar dan wel 1 tot 2 jaren in Nederland
woonachtig zijn. Op 1 oktober 2015 waren dat 149 (2014: 86) respectievelijk 68 (2014:
56) leerlingen. De vergoeding voor deze leerlingen in 2015 bedroeg afgerond € 615.000,
in 2016 € 995.000.
De aanvullende rijksvergoeding voor de eerste opvang van vreemdelingen in het VO moet
afzonderlijk bij het Ministerie van OCenW worden aangevraagd. Daarvoor zijn er twee
teldata, 1 oktober en 1 april.
OSG Piter Jelles 30 Bestuursverslag 2015
Dit betrof op 1 oktober 2015 151 leerlingen (2014: 86). De aanvullende vergoeding voor
deze leerlingen in 2015 was € 470.250 en betrof in totaal 209 leerlingen.
De aanvullende vergoedingen voor nieuwkomers en eerste opvang van vreemdelingen zijn
explosief gestegen vanwege de grote toeloop van schoolgaande asielzoekers in 2015. De
verwachting is dat dit door politieke maatregelen in 2016 zal stabiliseren.
Op grond van de grote toename van het aantal schoolgaande asielzoekers, ook uit de
tijdelijke ingerichte noodopvangen, heeft de staatssecretaris OCenW besloten om over te
gaan tot vier teldata in het jaar in plaats van twee (1 januari, 1 april, 1 juli en 1 oktober)
op grond waarvan de scholen, die deze asielkinderen opvangen extra bekostiging kunnen
aanvragen. Piter Jelles heeft zich bij het ministerie gemeld voor deze zogenaamde
maatwerkbekostiging, die gekoppeld is aan de tussentijdse instroom van schoolgaande
asielzoekers op de vier genoemde teldata. Ook bij Piter Jelles is in het schooljaar
2015/2016 sprake van een explosieve groei van het aantal asielkinderen uit nood-
opvangen en Azc’s. Rondom de jaarwisseling waren er ca. 250 leerlingen asielkinderen bij
Piter Jelles ingeschreven. Door deze stijging is Piter Jelles gedwongen extra huisvesting te
zoeken voor de opvang het groeiende aantal schoolgaande asielzoekers. In samenwerking
met de gemeente Leeuwarden en in overleg met de eigenaar van het deels leegstaande
schoolgebouw aan de Melkemastate te Leeuwarden realiseert Piter Jelles ingaande de
maand maart 2016 extra ruimte voor de opvang van 60 tot 75 leerlingen, die onderdeel
uitmaken van de ISK van Piter Jelles.
Opleidingsschool School of Education:
Vanaf 2001 werkt Piter Jelles samen met rsg De Borgen te Leek, het Dr. Nassaucollege te
Assen en rsg Stad en Esch te Meppel en met de lerarenopleidingen van de Noordelijke
Hogeschool Leeuwarden en de Rijksuniversiteit Groningen in de School of Education. Hierin
wordt, onder gezamenlijke verantwoordelijkheid, onderwijspersoneel (leraren in opleiding,
beginnende docenten, ervaren- en zittende docenten, zij-instromers en
onderwijsassistenten), in een doorgaande ontwikkelingslijn opgeleid volgens het concept
van competentieontwikkeling. Deze lijn past binnen het integraal personeelsbeleid van de
deelnemers. Op accreditatie van de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie heeft Piter
Jelles in de rol van penvoerder, ingaande het schooljaar 2009/2010 van het Ministerie van
OCenW goedkeuring ontvangen om als officiële opleidingsschool studenten van de
lerarenopleidingen te begeleiden. Een opleidingsschool is een partnerschap van één of
meer opleidingen van leraren primair-, respectievelijk voortgezet onderwijs, met één of
meer scholen voor po, vo en/of beroepsonderwijs. Na een zorgvuldige en uitgebreide
voorbereiding en na het ondergaan van een visitatie door de accreditatie-commissie, heeft
de accreditatieorganisatie in 2015 besloten de Opleidingsschool School of Education
opnieuw te accrediteren voor een periode van zes jaar. Hiermee is het project van het
opleiden in de scholen voor een relatief lange periode veiliggesteld en kunnen de
participanten nu hun volledige aandacht geven aan de verdere ontwikkeling en borging
van de opleidingsschool.
De tegemoetkoming in de kosten van organisatie van de opleidingsscholen omvat voor het
schooljaar 2015/2016 een bedrag van € 420.000 (2014/2015: € 340.000). Op grond van
een met de deelnemers afgesproken verdeling van gelden ontvangt Piter Jelles, inclusief
de overhead voor coördinatie en penvoerderschap, in 2015/2016 een bedrag van €
189.085 (2014/2015: € 176.300).
Maatschappelijke Stage:
Vanaf het schooljaar 2015/2016 zijn de verplichte maatschappelijke stages in het voort-
gezet onderwijs afgeschaft. Vanaf dat moment ontvangt Piter Jelles vanuit het Rijk hiervoor
geen vergoeding meer. De scholen van Piter Jelles organiseren de maatschap-pelijke
stages nu op eigen initiatief en uit eigen budgetten.
OSG Piter Jelles 31 Bestuursverslag 2015
Voortijdig schoolverlaten (vsv):
De Minister van OCenW heeft het tegengaan van voortijdig schoolverlaten (vsv) nog steeds
als één van de speerpunten van haar beleid. De inzet is om het aantal voortijdig
schoolverlaters in 2016 te beperken tot maximaal 25.000. Dat waren in 2002 nog 71.000
leerlingen. Ondertussen is dit aantal in het schooljaar 2013/2014 teruggebracht naar
25.790 leerlingen. Volgens de Minister is het onderwijs daarmee goed op weg. De Minister
gaat daarbij uit van zoveel mogelijk jongeren met een startkwalificatie voor het
vervolgonderwijs. Bij Piter Jelles betreft het aantal voortijdig schoolverlaters nog ca. 25 tot
30 leerlingen op jaarbasis. Dat was in 2012 nog 60. Vanuit het convenant voortijdig
schoolverlaten komt Piter Jelles in aanmerking voor prestatiesubsidie vsv, jaarlijks een
vast bedrag van € 35.000 en een variabel bedrag van € 16.000. De beleidsadviseur Zorg
bewaakt bij OSG Piter Jelles de uitvoering van het convenant schoolverlaters.
Zorgplannen:
Elke school van Piter Jelles beschikt over een zorgplan. De zorgplannen worden in de
scholen besproken en worden jaarlijks rondom de zomervakantie geplaatst op het Internet
Schooldossier (ISd) bij de Inspectie van het Onderwijs.
Prestatiebox VO:
In 2012 is de Prestatiebox ingevoerd voor het primair (po), voortgezet onderwijs (vo) en
het middelbaar beroepsonderwijs (mbo). Scholen in het voortgezet onderwijs ontvangen
jaarlijks een bedrag via de Prestatiebox. Dat betreft in 2015 een bedrag van € 185 per
leerling. De gelden zijn bedoeld voor professionalisering en deskundigheidsbevordering van
leraren, professionalisering van schoolleiders en bestuurders, stimuleren van de lerende
organisatie en uitdagend onderwijs: meer aandacht en uitdaging van toptalenten en brede
vorming voor alle leerlingen. De gelden Prestatiebox VO zijn niet geoormerkt en worden
beschouwd als een aanvulling op de lumpsumfinanciering, in 2015 een bedrag van €
758.500 (2014: € 649.216. Na vaststelling van het exploitatieresultaat zondert Piter Jelles
de overschotten/overschrijdingen af via een publieke bestemmingsreserve. De
bestemmingsreserves zijn een onderdeel van het eigen vermogen. In het in april 2014
afgesloten Sectorakkoord voor het voortgezet onderwijs zijn nadere afspraken gemaakt
over prioriteiten, doelstellingen, maatregelen en investeringen in het onderwijs in de
periode tot aan 2020. Daarin zijn de ambities verwoord in toekomstbestendig onderwijs en
professionele scholen. De middelen uit de Prestatiebox worden hiervoor ingezet. Deze zijn
gegarandeerd tot in 2018. In 2015 zijn de gelden Prestatiebox verhoogd met 17% ten
opzichte van 2014, in 2016 nog eens gevolgd door 18% oplopend tot in 2018 tot +97%
ten opzichte van 2014.
School als Vindplaats:
Voor het verbeteren van de voorwaarden voor kwetsbare leerlingen in het voortgezet
onderwijs, waardoor de kans wordt vergroot dat deze doelgroep de schoolloopbaan
succesvol afsluit, is in samenwerking met de gemeente Leeuwarden in het schooljaar
2013/2014 het project “School als Vindplaats” gestart. Het project vindt zijn oorsprong in
de invoering van de Jeugdwet per 1 januari 2015. De gemeenten zijn vanaf dan
verantwoordelijk voor de uitvoering van de Jeugdzorg. Tegelijkertijd is met de invoering
van passend onderwijs ook de onderwijszorg fundamenteel veranderd. Het project wordt
financieel ondersteund door de gemeente Leeuwarden en is zo succesvol, dat het project
ook in 2016 wordt voortgezet. Voor het schooljaar 2014/2015 heeft de gemeente
Leeuwarden € 89.000 beschikbaar gesteld. OSG Piter Jelles fungeert hierin als penvoerder
en zorgt voor de herverdeling van de gelden onder de verschillende parti-cipanten. Voor
de periode 1 september 2015 tot 1 januari 2016 heeft de gemeente een bedrag van €
40.000 in de vorm van subsidie beschikbaar gesteld, aangevuld voor het gehele
kalenderjaar 2016 met een bedrag van € 110.000. De beleidsadviseur Zorg van Piter Jelles
begeleidt dit project vanuit OSG Piter Jelles.
OSG Piter Jelles 32 Bestuursverslag 2015
Zomerschool:
In 2015 heeft OSG Piter Jelles samen de collegascholen CSG Comenius SG Beyers Naudé
voor het eerst een zomerschool georganiseerd. Het doel van de zomerschool is het
zittenblijven terug te dringen. Als onderdeel van het Sectorakkoord VO 2014-2017 heeft
het kabinet in samenspraak met de VO-Raad afgesproken ook in 2015 hiervoor
geldmiddelen beschikbaar te stellen. Dat is voor de deelnemende scholen aanleiding
geweest om in 2015 voor het eerst aan het project “Zomerschool 2015” deel te nemen.
OSG Piter Jelles fungeerde daarin als penvoerder. Het bureau BMC is, op grond van in
voorgaande jaren opgedane ervaringen, gevraagd op te treden als externe uitvoerder. Het
project is voorbereid in een werkgroep bestaande uit de interne projectleiders van de
deelnemende scholen. Uiteindelijk hebben 57 leerlingen afkomstig uit vmbo-tl, havo en
vwo deelgenomen aan de zomerschool. Daarvan waren er 37 afkomstig van Piter Jelles,
19 van CSG Comenius en 1 van SG Beyers Naudé. Van het aantal deelnemers is alsnog
84% bevorderd naar het volgende leerjaar. Landelijk lag dit percentage in 2015 op 82%.
De met de organisatie van de Zomerschool 2015 gemoeide kosten bedroegen € 36.125.
Op grond van de gegeven prognose heeft het Rijk een bedrag van € 79.300 beschikbaar
gesteld. Het overschot van € 43.175 wordt door het Rijk teruggevorderd. Voor 2016 wordt
opnieuw een aanvraag voor goedkeuring van de organisatie van een Zomerschool.
Beleidsregel versneld vwo en/of verrijkt vwo:
In oktober 2015 heeft OSG Piter Jelles bij het Ministerie OCenW een aanvraag ingediend
om in aanmerking te komen voor uitvoering van een versneld en/of verrijkt vwo. Het
positieve advies van de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) is door het Ministerie
overgenomen. Daarmee is aan Piter Jelles goedkeuring verleend om groepen van
talentvolle leerlingen in te schrijven, die in het schooljaar 2016/2017 tot en met het
schooljaar 2021/2022 in het vwo starten met een versneld programma. Dit met als doel
het vwo eerder af te sluiten dan nu wettelijk toegestaan is.
4 Bedrijfsvoering
4.1C CAO VO
De op 1 augustus 2014 afgesloten cao voor het voortgezet onderwijs had een looptijd
van één jaar en is op 1 augustus 2015 beëindigd. De cao is door de VO-Raad, de werkge-
versorganisatie, opgezegd. Dit heeft voor het openbaar onderwijs geen consequenties.
De onderhandelingen voor een nieuwe cao VO worden ondertussen voortgezet. In de
nieuw af te spreken cao wordt ook de loonruimte 2016 uit de loonruimte-overeenkomst
publieke sector betrokken. Daarnaast zal in ieder geval gesproken worden over een
hervorming van het sociale zekerheidsstelsel, alsook de spaartermijn van het persoonlijk
budget.
De VO-Raad heeft in oktober 2015 een beroep gedaan op zijn leden om dat deel van het
in de zomer gesloten loonakkoord dat betrekking heeft op 2015 in november 2015 uit te
betalen. Volgens de VO-Raad hebben de mensen, ondanks het feit dat het nog niet
gelukt is een cao voor het vo af te sluiten, recht op deze salarisverhoging. De oude cao
heeft nawerking, dat biedt zekerheid en duidelijkheid aan de werknemers. De eenzijdige
loonsverhoging is een blijk van waardering aan alle werknemers in de vo-sector.
OSG Piter Jelles heeft het advies van de VO-Raad overgenomen en is overgegaan tot
uitbetaling van de salarisverhoging in de salarismaand november 2015. Er zijn scholen
die deze loonsverhoging, ondanks het gegeven advies, niet hebben uitbetaald.
De salarisverhoging betrof naast de reeds op 1 augustus 2014 uitbetaalde loonsverho-
ging van 1,2%:
met terugwerkende kracht per 1-1-2015 een salarisverhoging van 0,8%;
met terugwerkende kracht per 1-9-2015 een salarisverhoging van 1,25%;
een éénmalige uitkering van € 500 (op basis van een normbetrekking) voor alle
werknemers die op 1 september 2015 in dienst waren van de werkgever
OSG Piter Jelles 33 Bestuursverslag 2015
De salarisverhogingen zijn deels gecompenseerd door verlaging van de pensioenpremies
en een ophoging van de gpl-bedragen (gemiddelde personeelslast) met 1,44%.
Pensioenen en pensioenrechten:
Een verdere verlaging van de pensioenen en pensioenrechten is in 2015 en ook bij aanvang
van 2016 achterwege gebleven. Het ABP heeft echter wel aangekondigd de
pensioenpremies in april 2016 te verhogen met 1%. Dit is noodzakelijk omdat de financiële
positie van het ABP niet toereikend is. De dekkingsgraad was ultimo december nog 97,2%.
In januari 2016 is deze gedaald tot 91,2%, terwijl de beleidsdekkingsgraad op dat moment
98,2% hoorde te zijn. De pensioenen worden, ook de komende jaren, niet gecompenseerd
door een prijscompensatie. Er is zelfs sprake van een op handen zijnde korting op de
pensioenuitkeringen. De ingangsdatum van het ouderdomspensioen is aangepast aan de
ingangsdatum van de AOW en is per 1 januari 2016 65 jaar en 6 maanden. In de loop van
het jaar 2016 loopt dat op tot 65 jaar en 9 maanden. De pensioenpremie is voor 2016
vastgesteld op 17,8% (2015: 19,6%). Van de pensioenpremie komt 2/3 deel voor rekening
van de werkgever. De daling van de pensioenpremie is mede bedoeld om de kosten uit het
in 2015 gesloten loonakkoord, de 5,05% geplande loonsverhoging in 2 jaren (2015 en
2016) te kunnen betalen.
4.2 Bezuinigingen op de rijksvergoeding
Het kabinet handhaaft de eerder aangezegde bezuinigingsplannen. Dat betreft dan
taakstellende budgetten en efficiencykortingen, die door eerdere kabinetten al zijn
afgesproken. Deze kortingen hebben hun weerslag op de hoogte van de landelijke
gemiddelde personeelslast (gpl) en heeft zijn weerslag op de beschikbare personele
formatie. De beschikbare personele formatie blijft daardoor mede afhankelijk van de door
het Rijk gegeven aanvullende rijksvergoedingen, zoals de gelden Prestatiebox VO en
gelden Gratis Lesmateriaal. De gelden Prestatiebox VO zijn, door de gemaakte afspraken
in het Sectorakkoord VO, verlengd tot in 2018. Deze gelden zijn niet geoormerkt en zijn
daardoor een onderdeel van de jaarlijkse lumpsumfinanciering. Dat geldt eveneens voor
de aanvullende rijksvergoeding Gratis Lesmateriaal.
4.3 Ziekteverzuim en vervangingskosten
OSG Piter Jelles is eigen risicodrager voor de kosten wegens vervanging van ziek personeel.
Piter Jelles beheert dit vervangingsbudget centraal. Leidinggevenden voeren met
ondersteuning van de afdeling P&O een stringent verzuimbeleid uit bij ziekte en begeleiding
van medewerkers. Het cumulatief ziekteverzuimpercentage eind 2015 was 5,5% (eind
2014 5,4%). In de begroting 2015 is rekening gehouden met een bedrag aan
vervangingskosten van € 575.000. De vervangingskosten over 2015 bedroegen uitein-
delijk € 703.245. Het ziekteverzuim en de vervangingskosten worden continu gemo-nitord.
4.4 Werkloosheidskosten
De verantwoordelijkheid voor de werkloosheidskosten ligt deels bij de scholen en deels bij
het collectief aan scholen in Nederland. Daarbij wordt rekening gehouden met de balans
tussen enerzijds een aanvaardbaar financieel risico voor de scholen en anderzijds een
voldoende financiële prikkel voor het voeren van een eigen beleid. 75% van de
werkloosheidsuitkeringen wordt collectief gedragen en verevend. De overige 25%, het
individuele deel, brengt het Ministerie OCenW ten laste aan de scholen. In de begroting
2015 is ter dekking van de werkloosheidskosten, waaronder het collectieve aandeel, een
bedrag opgenomen van € 475.000. De totale werkloosheidskosten over 2015 zijn
uiteindelijk uitgekomen op een bedrag van € 489.916.
4.5 Gratis lesmateriaal
Vanaf het schooljaar 2009-2010 is al het verplichte lesmateriaal voor de leerlingen gratis.
De materiële lumpsumfinanciering van de scholen is per ingeschreven leerling verhoogd
van € 298,56 in 2014 naar € 308,41 in 2015.
OSG Piter Jelles 34 Bestuursverslag 2015
Het lesmateriaal blijft gratis en wordt op jaarbasis door het Rijk aan de scholen vergoed
via een vast bedrag per leerling. In 2015 betrof dit een aanvullende rijksvergoeding van €
1.268.490 (4113 * € 308,41). De besteding hiervan is een eigen beleid van de scholen.
OSG Piter Jelles werkt met een extern boekenfonds, dat via een Europese aanbesteding in
2013, met voor Piter Jelles een ingangsdatum van 1 augustus 2014, is gegund aan de
aanbieder met de meest gunstige prijs/kwaliteit verhouding. Het saldo tussen de uitgaven
en ontvangsten wordt na resultaatbepaling gevoegd aan de hiervoor gevormde publieke
bestemmingsreserve. De bestemmingsreserves zijn een onderdeel van het eigen
vermogen.
4.6 Huisvesting
Onderhoudsvoorziening:
Vanuit de voorziening onderhoud zijn conform de meerjaren onderhoudsplannen (mop’s)
verschillende werkzaamheden uitgevoerd.
In 2015 een totaalbedrag van € 261.014 (2014: € 369.953).
De onderhoudsstatus van de gebouwen is conform de richtlijnen en de wettelijke kaders.
Er is een NEN 3140 inspectie verricht waarvan de kosten € 20.960 bedroegen. Daarnaast
is het meerjaren onderhoudsplan geactualiseerd voor een bedrag van € 42.048.
De ventilatoren in het gebouw van het Leeuwarder Lyceum zijn vervangen voor een bedrag
van € 23.664. Daarnaast is een deel van de vloerbedekking vervangen, € 13.770 en is de
verlichting aangepast voor € 14.001.
In het gebouw van Montessori High School en !mpulse Leeuwarden zijn diverse
werkzaamheden uitgevoerd aan de liftinstallatie, noodverlichting en zijn
dakbedekkingswerkzaamheden uitgevoerd, totaal € 16.125.
In het gebouw van het Stedelijk Gymnasium zijn maatregelen genomen naar aanleiding
van klimaatklachten, een bedrag van € 5.808.
In het gebouw van YnSicht is de noodverlichting aangepast, € 12.705 en zijn werkzaam-
heden verricht aan de verwarmingsinstallatie en ketelhuis voor een bedrag van € 17.373.
Bij De Dyk en De Brêge zijn diverse werkzaamheden, waaronder aan de noodverlichting,
uitgevoerd voor een totaalbedrag van € 4.016. Ook zijn in het gebouw aan de
Egelantierstraat bouwkundige aanpassingen uitgevoerd ter besparing van het energie-
verbruik. Veel warmte verdween door een slechte isolatie van de gevels.
In het oude hoofdgebouw van De Foorakker, onderdeel van de Campus Middelsee, zijn,
wegens huisvesting van de ISK aldaar, diverse aanpassingen verricht ter verbetering van
de akoestiek en het terrein, een bedrag van €12.001.
Bij !mpulse Kollum is voor € 8.990 het fietsenhok verwijderd en zijn brandmeldvoor-
zieningen aangelegd. Dit gebouw staat op nominatie in 2017 te worden gesloopt en te
worden vervangen door nieuwbouw.
De dotatie in de onderhoudsvoorziening in 2015 betrof een bedrag van € 346.415
(2014: € 325.653). De stand van de voorziening onderhoud op 31 december 2015 is
€ 1.109.672 (2014: € 1.024.270). Het lang cyclisch onderhoud wordt uitgevoerd aan
de hand van de meerjaren onderhoudsplannen (mop’s) die met ondersteuning van een
extern gespecialiseerd bureau zijn opgesteld.
Overig:
De Dyk maakte vanaf het schooljaar 2013/2014 gebruik van twee theorieruimten in het
sportcomplex Kalverdijkje.
OSG Piter Jelles 35 Bestuursverslag 2015
Met de eigenaar, BV Sport, zijn voor de duur van 5 jaar, ingaande 1 augustus 2013,
afspraken gemaakt over de huur en het gebruik van de ruimten. De overeenkomst is in
2015 tussentijds ontbonden. De Dyk maakte op grond van het leerlingenaantal geen
gebruik meer van deze lokalen.
Dalton Dokkum maakte voor de onderbouwleerlingen basis- en kaderberoepsgerichte
leerweg vanaf het schooljaar 2013/2014 gebruik van een vleugel van het vmbo-gebouw
van het Dockinga College aan de Rondweg te Dokkum. Vanaf het schooljaar 2015/2016
wordt hiervan geen gebruik meer gemaakt.
De gemeente Leeuwarden heeft vanuit de eigen begroting een bedrag van € 700.000
beschikbaar gesteld aan OSG Piter Jelles voor bekostiging van de uitvoering van een
uitgebreide bouwkundige renovatie aan de buitenzijde van het schoolgebouw van het
Leeuwarder Lyceum. Dit vanuit de gedachte dat het gebouw nog tussen de 10 en 15 jaar
beschikbaar blijft voor het onderwijs. In 2014 en 2015 is deze renovatie uitgevoerd. De
verbouwing is in 2015 afgerond en het investeringsbedrag van € 700.000 is ondertussen
met de gemeente verrekend. Een kleine overschrijding is ten laste gebracht van de
voorziening onderhoud.
4.6.1 Nieuwbouw
De onderwijscampus Middelsee in St. Annaparochie biedt voor jongeren uit de regio van
de gemeente Het Bildt vanaf het schooljaar 2015/2016 een moderne en inspirerende
leeromgeving voor leerlingen in het voortgezet onderwijs (vmbo, onderbouw havo en
atheneum). In de Campus zijn De Foorakker van OSG Piter Jelles (vmbo en onderbouw
havo en atheneum), de CSG Ulbe van Houten en CSG Comenius (onderbouw havo en
atheneum) gehuisvest. Met het ook in De Campus gevestigde innovatieve Leerwerkplein is
een samenwerkingsverband aangegaan wat een bijzonder onderwijsprogramma aanbiedt.
De nieuwbouw is voor de zomer van 2015 opgeleverd. De eigen bijdrage in de nieuwbouw
door Piter Jelles is in eerste instantie vastgesteld op € 200.000. Na oplevering en
afrekening blijkt dat er door meerkosten een tekort is ontstaan in het bouwdepot. In 2016
moet hierdoor rekening worden gehouden met nog een extra eigen bijdrage van naar
verwachting € 100.000. Dat betreft een investering die wordt geactiveerd en waarop wordt
afgeschreven gedurende een periode van circa 15 jaar. De activering en afschrijving vindt
plaats vanaf het boekjaar 2016.
In Kollum worden door de gemeente Kollumerland c.a. voorbereidingen getroffen voor o.a.
de nieuwbouw van onderwijshuisvesting voor het voortgezet onderwijs in de gemeente.
Het betreft de ontwikkeling van een onderwijscampus Kollum, waarin o.a. !mpulse Kollum
samen met het Lauwers College wordt gehuisvest. Tussen Piter Jelles en het Lauwers
College worden afspraken gemaakt over een robuuste onderwijskundige samenwerking.
Beide organisaties zijn hierover met elkaar in gesprek. Uiteraard wordt de
medezeggenschap hierbij nauw betrokken. Naar verwachting start de nieuwbouw in het
najaar van 2016 en kunnen de scholen omstreeks 1 januari 2018 gebruik gaan maken van
een nieuwe, moderne en inspirerende leeromgeving. In de nieuwbouw Campus Kollum
wordt naast de bibliotheek ook plaats ingeruimd voor het gemeenschapscentrum van
Kollum. Het betreft dus een zogenaamde multifunctionele accommodatie (mfa). Tussen de
gebruikers worden goede afspraken gemaakt over het functionele gebruik van het gebouw
voor leerlingen en de gemeenschap van Kollum.
Het aantal vreemdelingen in Nederland is door de vluchtelingenproblematiek het afgelopen
jaar enorm gestegen. Vluchtelingen uit vooral Syrië en Iritrea weten via allerlei gevaarlijke
routes en met behulp van mensensmokkelaars West Europa, waaronder Nederland, te
vinden. Deze toename van vluchtelingen heeft ook invloed op het aantal leerlingen in onze
Internationale Schakelklas (ISK). Het aantal leerlingen van de ISK is explosief
toegenomen. Opvang van deze leerlingen in de eigen schoolgebouwen is niet meer
haalbaar gebleken. OSG Piter Jelles heeft nu de ISK-leerlingen ondergebracht in het
gebouw aan de Hempenserweg te Leeuwarden en in het voormalige hoofdgebouw van De
OSG Piter Jelles 36 Bestuursverslag 2015
Foorakker te St. Annaparochie. Dat gebouw is nu een onderdeel van de Campus Middelsee.
Het aantal leerlingen ultimo 2015 betreft circa 250 leerlingen. In samen-werking met de
gemeente Leeuwarden en de eigenaar van het schoolgebouw aan de Melkemastate te
Leeuwarden, RENN4, is gekeken naar de mogelijkheid van medegebruik door onze ISK van
een deel van dat gebouw. De gemeente en de eigenaar hebben hieraan hun medewerking
verleend. Dat leidt ertoe dat vanaf 1 maart 2016 een vleugel van het gebouw beschikbaar
komt voor de opvang van schoolgaande asielkinderen, die worden geplaatst bij de ISK van
Piter Jelles. In het gebouw kunnen 60 tot 75 leerlingen worden opgevangen. Dat geeft Piter
Jelles enige lucht in de huisvesting van deze leerlingen bij de ISK van Piter Jelles.
4.6.2. Veiligheidsonderzoek machinepark Praktijkonderwijs
OSG Piter Jelles vindt het van groot belang dat de veiligheid van zowel de leerlingen en
medewerkers (docenten) gewaarborgd is. Wettelijk is Piter Jelles hiertoe verplicht vanuit
de Zorgplicht overeenkomstig het Arbeidsomstandighedenbesluit. Er is daarom vanuit Piter
Jelles de wens uitgesproken om duidelijkheid te krijgen over het verantwoord gebruik van
voornamelijk de technieklokalen. Als eerste is de keuze gevallen op het praktijkonderwijs
bij De Brêge. Er zijn in samenwerking met een extern gespecialiseerd bureau een aantal
beoordeelkenmerken opgesteld. Deze kenmerken moeten uiteindelijk leiden tot een 360-
graden risico-inventarisatie. Het onderzoek is gestart in het voorjaar van 2015 en moet
uiteindelijk in het voorjaar 2016 leiden tot een rapportage van conclusies en
aanbevelingen, volgend tot een plan van aanpak. Afhankelijk van het succes van deze pilot
zal de komende jaren ook bij de andere scholen van Piter Jelles met praktijklokalen een
veiligheidsonderzoek worden opgezet. Eén en ander zal leiden tot afvoer van overtollige
machines en aanschaf/vervanging van andere volgens het curriculum van de school
benodigde machines, die uiteraard minimaal moeten voldoen aan de gestelde
veiligheidseisen.
4.7 Specifieke investeringen
4.7.1 iPads voor leerlingen en medewerkers
Op een aantal scholen van Piter Jelles maken leerlingen gebruik van een tablet, de iPad.
Piter Jelles heeft een eigen iPadplan ontwikkeld, waar leerlingen en hun ouders gebruik
van kunnen maken. Piter Jelles garandeert daarbij het continue gebruik van de iPad. Om
dat mogelijk te maken is een eigen iServicepakket ontwikkeld. Piter Jelles heeft hiervoor,
samen met een leverancier van de tablets, een webshop opengesteld. De ouders hebben
via deze webshop de mogelijkheid van betaling ineens, dan wel in termijnen, van maximaal
24 maanden. De afbetaling van de tablets door de ouders organiseert Piter Jelles voor
eigen risico in eigen beheer. YnSicht experimenteert in het schooljaar 2015/2016 met het
gebruik door leerlingen van een zogenaamde Chromebook. Ingeval het experiment slaagt
zal worden overgegaan tot invoering van deze chromebooks voor een deel van de
leerlingen van YnSicht. Ook hiervoor zal Piter Jelles dan een eigen servicepakket
ontwikkelen.
Voor de medewerkers is eveneens een eigen iPadplan ontwikkeld. Dit plan is identiek aan
het bekende fietsplan en heeft dezelfde fiscale voordelen. Voor het zakelijk gebruik van
een iPad door medewerkers, 90% of meer zakelijk gebruik, is een gebruikersovereen-
komst met reglement opgesteld.
4.8 Bestuurlijke kosten / WNT
Het College van Bestuur bestaat sinds het schooljaar 2015/2016 uit een voorzitter en een
lid. De in 2015 betaalde loonkosten (op werkgeversniveau) van de voorzitter van het
College van Bestuur zijn € 148.150 (2014: € 149.864) en voor het lid € 105.010. De
werkgeverslasten van de voorzitter van het College van Bestuur zijn gedaald vanwege een
maximering van de pensioenopbouw, tot een bedrag van € 100.000 en een verlaging van
de pensioenpremies.
OSG Piter Jelles 37 Bestuursverslag 2015
In de jaarrekening 2015 wordt op pagina 76, over 2014 en 2015, een overzicht gegeven
van de Topfunctionarissen die onder de Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen
publieke en semipublieke sector vallen (WNT). In 2015 is geen overzicht opgenomen voor
functionarissen die boven de bezoldigingsnorm betaald worden. Het inkomen van de
bestuurders, toezichthouders en topfunctionarissen komt niet uit boven het vastgestelde
normbedrag in 2015 voor de sector, een maximum van Є 178.000 (2014: € 184.448).
Per 1 januari 2016 wordt de Regeling bezoldiging Topfunctionarissen OCW-sectoren
gewijzigd. Per die datum worden de verlaagde sectorale WNT-maxima voor de onderwijs-
sectoren vervangen door bezoldigingsklassen op basis van instellingskenmerken.
Gezamenlijk geven deze kenmerken een indicatie van de complexiteit van de betreffende
bestuursfunctie. De bestuurlijke complexiteit van de instellingen wordt daarmee leidend
voor de maximum bezoldiging van de bestuurder.
4.9 Functiebouwwerk
Op 31 december 2015 waren 525 (2014: 526) medewerkers in een werktijdfactor van
circa 396 fte (2014: 397 fte) in loondienst van OSG Piter Jelles. Dit betreft de regulier in
dienst zijnde medewerkers samen met de medewerkers in loondienst op detacherings-
basis en vervanging wegens ziekte. Van de medewerkers die op 31 december 2015 in
loondienst waren, zijn er 233 (2014: 237) man en 292 (2014: 289) vrouw.
De verdeling over de salarisschalen is als volgt:
medewerkers: fte:
31/12/15 31/12/14 31/12/15 31/12/14
management en oop:
schaal 01 t/m 14 157 155 115,2 112,8
leraren:
LB 230 227 163,0 161,3
LC 48 52 41,8 44,1
LD 88 92 75,0 77,6
CvB, nominaal ingeschaald 2 1 2,0 1,0
In 2015 zijn via OSG Piter Jelles, in de rol van penvoerder van het samenwerkings-verband,
meer medewerkers gedetacheerd aan het Passend Onderwijs, het Samen-
werkingsverband Fryslân Noard, dan in 2014. Het samenwerkingsverband heeft geen eigen
loonadministratie en is daardoor afhankelijk van de penvoerder voor uitvoering van de
loonadministratie..
4.10 Inzet bijzondere en aanvullende bekostigingen 2013 in 2015
Het voortgezet onderwijs heeft in december 2013 een bijzondere aanvullende rijks-
vergoeding ontvangen. Voor Piter Jelles was dat € 911.851. Deze aanvullende vergoeding
wordt vanaf het schooljaar 2014/2015 door OSG Piter Jelles ingezet. Eén en ander wordt
zichtbaar gemaakt in de analyse van het netto resultaat 2015, paragraaf 5.1, en in de
mutaties in het eigen vermogen na resultaatbestemming, paragraaf 2.1 van de toelichting
behorende tot de balans.
In december 2013 heeft de staatssecretaris additionele middelen beschikbaar gesteld om
vooral jonge leraren aan het werk te houden. Met deze regeling werd in 2013 (te besteden
in 2014) incidenteel een bedrag beschikbaar gesteld van € 69,35 per leerling naar teldatum
1 oktober 2012. Voor Piter Jelles toen € 282.775. Deze aanvullende vergoeding is voor het
eerst in het schooljaar 2014/2015 door Piter Jelles ingezet. Eén en ander wordt zichtbaar
gemaakt in de analyse van het netto resultaat 2015.
OSG Piter Jelles 38 Bestuursverslag 2015
5. Resultaat 2015
Het positieve netto exploitatieresultaat over 2015 bedraagt € 243.242 (2014: € 116.852
positief). De begroting 2015 is gebaseerd op een positief exploitatieresultaat van
€ 89.000. De balansgegevens per 31 december 2015 en de staat van baten en lasten over
2015 worden in de jaarrekening 2015 nader toegelicht.
Managementverklaring resultaat 2015
5.1 Analyse van het
netto resultaat 2015
EUR x 1.000 2015 Begroting 2014
€ € €
Netto resultaat 243 89 117
Prestatiebox VO
43
-
11-
Gratis Lesmateriaal
39-
-
131
Voorziening LBP
-
-
74
Reservering LBP
-
-
61
Reservering bindingstoelage - - 30-
Bekostiging jonge leerkrachten,
dec. 2013 166 - 117
Bijzondere bekostiging
lumpsum, dec. 2013 376 - 220
Samenwerkingsverband Nw.
Friesland - - 88-
Voortijdige schoolverlaters 38- -
239-
gecorrigeerd resultaat voor 751 89 352
vergelijkingsdoeleinden
De tabel, zoals hierboven weergegeven, betreft een uitwerking van de analyse op het
resultaat 2015 met vergelijkende cijfers over 2014. Incidentele baten en lasten (die in het
resultaat zijn opgenomen) zijn specifiek toegelicht om de vergelijkbaarheid tussen de jaren
te vergroten en meer inzicht te geven in de kwaliteit van het resultaat, dat over 2015
voldoende is.
Prestatiebox VO:
Scholen ontvangen jaarlijks een bedrag via de Prestatiebox VO. In 2015 is dit in het
voortgezet onderwijs voor elke leerling € 185. In 2015 betreft dat voor Piter Jelles een
bedrag van € 758.500. Dit bedrag wordt beschouwd als een additionele aanvulling op de
lumpsumfinanciering en dient daardoor te worden opgenomen in de exploitatierekening.
OSG Piter Jelles 39 Bestuursverslag 2015
Door de scholen van OSG Piter Jelles is vanuit de Prestatiebox VO in 2015 een bedrag van
€ 801.949 besteed.
Het meer bestede bedrag van € 43.449 is als een incidentele last opgenomen in het
resultaat van 2015. In het overzicht eigen vermogen is dit saldo afgezonderd als een
mutatie op de publieke bestemmingsreserve, de bestemmingsreserve Prestatiebox VO.
Gratis lesmateriaal:
Het lesmateriaal is voor de leerlingen gratis. Scholen ontvangen hiervoor een aanvullende
rijksvergoeding. Dit wordt gezien als een additionele aanvulling op de
lumpsumfinanciering. Het betreft voor 2015 een bedrag van € 308,41 per leerling, totaal
in 2015 € 1.268.490.
Per saldo is in 2015 vanuit deze aanvullende rijksvergoeding € 1.229.896 besteed. Het
minder bestede bedrag van € 38.594 is via de exploitatierekening toegevoegd aan de
hiervoor in 2011 gecreëerde publieke bestemmingsreserve lesmateriaal.
Voorziening LBP:
Volgens de cao VO 2014/2015 kunnen medewerkers vanaf 1 augustus 2014 op grond van
de regeling Levensfase Bewust Personeelsbeleid (LBP) vier jaar lang uren sparen en daarna
opnemen. Voor de ultimo 2015 gespaarde uren is op balansdatum 31 december 2015 een
voorziening opgenomen, € 227.858. Het betreft niet meer een incidentele last of baat en
is daarom niet meer opgenomen in de analyse van het netto resultaat.
Reserveringen:
Er is een reservering LBP gevormd. Deze reservering is gevormd voor verschillende doel-
bestemmingen in het kader van het Levensfase Bewust Personeelsbeleid (LBP) conform de
inhoud van de cao VO 2014/2015 en bedraagt ultimo 2015 € 114.403. Dit is het saldo van
de door het onderwijzend personeel op te nemen verlofuren in schooljaar 2015/2016 en
de nog uit te betalen kinderopvang en pensioeninleg conform deze cao. Het betreft niet
meer een incidentele last of baat en is daarom niet meer opgenomen in de analyse van het
netto resultaat.
Bijzondere en aanvullende bekostiging 2013 jonge leerkrachten:
In december 2013 is op grond van voornoemde regeling incidenteel een bedrag
beschikbaar gesteld van € 69,35 per leerling naar teldatum 1 oktober 2012. Voor Piter
Jelles € 282.775. In het schooljaar 2014/2015 is deze aanvullende bekostiging ingezet. De
hiervoor gevormde bestemmingsreserve, reserve jonge leerkrachten, is ultimo 2015 nihil.
Bijzondere en aanvullende bekostiging 2013:
In december 2013 is een bijzondere en aanvullende bekostiging toegekend van € 223,63
per leerling naar het leerlingenaantal op 1 oktober 2012. Voor Piter Jelles € 911.851.
Ultimo 2015 is uit deze middelen een bedrag besteed van € 595.834. Dit bedrag wordt in
mindering gebracht op de hiervoor gevormde bestemmingsreserve, reserve aanvullende
bekostiging.
Noot:
De inzet vanaf 2014 van de bijzondere aanvullende bekostigingen december 2013 heeft
een negatieve invloed op het exploitatieresultaat van de scholen, omdat deze gelden in
2013, op grond van de richtlijnen van het Rijk, zijn beschouwd als een aanvullende
bekostiging op de personele lumpsumvergoeding. Besteding van deze gelden vindt vanaf
2014 verplicht plaats via de exploitatierekening.
Voortijdige schoolverlaters:
Vanaf 2010 tot en met 2014 zijn voorschotten en bijdragen verstrekt door het Rijk en
bedoeld voor het terugdringen van het aantal voortijdige schoolverlaters geplaatst op de
balans als een vooruit ontvangen vordering. Het merendeel van deze gelden is in 2014
vrijgevallen ten gunste van het resultaat, € 239.000. In 2015 is een saldo van € 38.000
vrijgevallen.
OSG Piter Jelles 40 Bestuursverslag 2015
6. Financiële kengetallen 2015 (met vergelijking 2014)
Kengetallen 2015 2014
solvabiliteit (excl. voorzieningen) 50,31% 50,54%
Kapitalisatie-
Factor 29,86% 29,61%
weerstandsvermogen 18,72% 18,79%
Rentabiliteit 0,70% 0,35%
netto resultaat in euro 243.242
116.852
Voor de nadere toelichting op de financiële kengetallen 2015 zie de toelichting bij
“Financiën op balansdatum”.
6.1 Resultaten en ratio’s
Solvabiliteit
De solvabiliteit is stabiel en voldoende.
De door de Inspectie van het Onderwijs gehanteerde signaleringsgrens voor solvabiliteit is
30%. De Inspectie onderzoekt besturen die meer dan 70% van hun totale vermogen
gefinancierd hebben met vreemd vermogen.
Vermogenspositie
De vermogenspositie van OSG Piter Jelles is ten opzichte van 2014 licht verbeterd en is op
een acceptabel niveau. OSG Piter Jelles streeft naar een weerstandsvermogen van tussen
de 15% en 20%. Dat niveau is bereikt en stabiliseert zich. OSG Piter Jelles heeft dit
weerstandsvermogen nodig om toekomstige financiële tegenvallers op te kunnen vangen.
6.2 Liquiditeit
2015 2014
Liquiditeit 1,27 1,19
Door het Ministerie OCenW wordt een instelling met een liquiditeit van 1,0 (current ratio)
of hoger beoordeeld als “financieel gezond”. De current ratio van Piter Jelles bedraagt
ultimo december 2015 1,27 (2014: 1,19). Dit betekent dat de liquiditeit bij Piter Jelles is
verbeterd ten opzichte van voorgaand jaar en dat Piter Jelles “financieel gezond” is.
Het met eigen geldmiddelen aangekochte pand aan de Elzenstraat te Leeuwarden in 2004
voor een bedrag van 2,25 miljoen euro heeft destijds geleid tot een aanzienlijke aanslag
op de liquiditeitspositie van OSG Piter Jelles. Het kengetal current ratio was enkele jaren
terug daarvan een afspiegeling. Het strakke financiële beleid van OSG Piter Jelles heeft
ervoor gezorgd dat de current ratio weer op een aanvaardbaar niveau is.
OSG Piter Jelles 41 Bestuursverslag 2015
7. Verdere bezuinigingen
Op grond van eerder ingezette bezuinigingen door het Ministerie OCenW wordt er ook de
komende jaren bespaard op het onderwijs. Het onderwijs moet efficiënter volgens het
kabinet. De vergoeding voor maatschappelijke stages is per 1 januari 2015 afgeschaft.
In november 2015 zijn de lonen op advies van de werkgeversorganisatie VO-Raad en op
grond van het in de zomer van 2015 afgesloten loonakkoord verhoogd. De extra
werkgeverslasten zijn grotendeels gecompenseerd door een verhoging van de gpl-
bedragen (gemiddelde personeelslast) en een verlaging van de pensioenpremies.
OSG Piter Jelles heeft aandacht voor het hanteren van een voldoende flexibele schil en
gaat kritisch om met aanstellingen voor onbepaalde tijd. OSG Piter Jelles heeft constant
aandacht voor een juiste samenstelling van de personele formatie en monitort deze
voortdurend.
8. Financiële instrumenten
Algemeen
Stichting OSG Piter Jelles maakt in de normale bedrijfsvoering gebruik van uiteenlopende
financiële instrumenten die de stichting blootstellen aan markt- en/of kredietrisico’s. In
de jaarrekening van OSG Piter Jelles zijn de volgende categorieën financiële
instrumenten opgenomen: debiteuren en crediteuren (financiële activa en financiële
overige vorde-ringen en overige financiële verplichtingen).
De stichting handelt niet in en beschikt niet over financiële derivaten.
Kredietrisico
De stichting loopt kredietrisico over vorderingen opgenomen onder debiteuren en overige
vorderingen. Het maximale kredietrisico dat de onderneming loopt bedraagt de
boekwaarde van deze financiële instrumenten. De blootstelling aan kredietrisico van de
stichting wordt hoofdzakelijk bepaald door de individuele kenmerken van de afzonderlijke
debiteuren.
De vorderingen uit hoofde van debiteuren betreft voornamelijk ouderbijdragen in het
kader van bijdragen in activiteiten en overige leveringen van (leer)middelen en betreft
voor een deel vorderingen op grond van verrekening van lonen en salarissen van aan
derden uitgeleend personeel. Daarnaast is sprake van vorderingen op grond van
medegebruik van (sport)lokalen.
De overige vorderingen bestaan uit renten op de spaarrekeningen en vooruitbetaalde
licentiekosten en abonnementen. Het kredietrisico van deze partijen is zeer gering.
Renterisico’s en kasstroomrisico
Er is geen sprake van langlopende financieringen met variabel rentende leningen.
De overige kortlopende vorderingen en schulden zijn niet rentedragend of het rente-
effect is van verwaarloosbare betekenis. De schoolorganisatie loopt hierdoor een beperkt
renterisico over de vorderingen en schulden.
Liquiditeitsrisico
De stichting bewaakt de liquiditeitspositie door middel van opvolgende liquiditeits-
begrotingen. OSG Piter Jelles ziet erop toe dat voor de stichting steeds voldoende
liquiditeiten beschikbaar zijn om aan de verplichtingen te kunnen voldoen.
OSG Piter Jelles 42 Bestuursverslag 2015
9. Toelichting op het eigen vermogen
eigen vermogen per 1 januari 2015 € 6.250.706
resultaat 2015 € 243.242
--------------------
eigen vermogen per 31 december 2015 € 6.493.948
Bestemmingsreserve – publiek
1. reserve lesmateriaal € 106.919
2. reserve Prestatiebox VO € 583.442
3. reserve aanvullende bekostiging € 316.018
-----------
Totaal bestemmingsreserve – publiek 31 december 2015 € 1.006.379
Bestemmingsreserve – privaat
1. Schoolfondsen € 76.171
2. Excursiefondsen € 39.422
3. Internationaliseringsfondsen € 16.217
4. Noodfonds € 21.646
------------
Totaal bestemmingsreserve – privaat 31 december 2015 € 153.456
Bestemmingsfonds – publiek € 0
Bestemmingsfonds – privaat € 0
Algemene reserve € 5.334.113
OSG Piter Jelles 43 Bestuursverslag 2015
1. Financiën op balansdatum
Kengetallen zijn verhoudingscijfers die bedrijfseconomische grootheden in hun onderlinge
relatie en ontwikkelingen hiervan op eenvoudige wijze zichtbaar maken. Deze kengetallen
worden onderscheiden in enerzijds kengetallen voor het meten van de financiële positie en
anderzijds de beleidsmatige kengetallen.
Kengetallen:
Onderstaand geven we een overzicht van de belangrijkste kengetallen voor het meten van
de financiële positie van OSG Piter Jelles. Deze kengetallen dienen als graadmeter voor de
bepaling van de financiële positie op balansdatum. Zij geven een indicatie over het
financiële weerstandsvermogen en de continuïteit op korte (liquiditeit) en langere termijn
(solvabiliteit).
2. Financiële positie OSG Piter Jelles op balansdatum 31 december 2015
De financiële positie van OSG Piter Jelles is ten opzichte van 2014 verbeterd. Dit wordt
veroorzaakt door de toevoeging aan het vermogen van het behaalde exploitatieresultaat
over 2015 rekening houdende met de mutaties in de publieke en private bestemmings-
reserves.
OSG Piter Jelles kan voldoen aan haar langlopende verplichtingen (solvabiliteit) en is
in staat te voldoen aan haar verplichtingen op korte termijn (liquiditeit).
De financiële positie van OSG Piter Jelles is als goed aan te merken.
3. Kengetallen voor het meten van de financiële positie
Solvabiliteit I (eigen vermogen / totaal vermogen)
Dit betreft de verhouding tussen het eigen vermogen en het totaal vermogen. De
solvabiliteit geeft aan in hoeverre de scholengemeenschap kan voldoen aan haar
langlopende verplichtingen.
2015 2014 signaleringsgrens
50,3% 50,5% =< 30% (ondergrens)
De solvabiliteit I bij OSG Piter Jelles is voldoende.
Solvabiliteit II (eigen vermogen + voorzieningen / totaal vermogen)
Dit betreft de verhouding tussen het eigen vermogen plus voorzieningen en het totaal
vermogen. De solvabiliteit geeft aan in hoeverre de scholengemeenschap kan voldoen aan
haar langlopende verplichtingen.
2015 2014
62,7% 61,4%
De solvabiliteit II bij OSG Piter Jelles is voldoende.
Liquiditeit (current ratio)
Betreft de verhouding tussen de vlottende activa (inclusief deposito’s) en de kortlopende
schulden. De liquiditeitsratio geeft aan in hoeverre de scholengemeenschap aan haar
verplichtingen op korte termijn (circa 1 jaar) kan voldoen.
2015 2014 signaleringswaarde
1,27% 1,19% =< 0,75 (ondergrens)
OSG Piter Jelles 44 Bestuursverslag 2015
In de kortlopende schulden zijn ook de bedragen opgenomen met een langere looptijd dan
één jaar. Dat betreft dan bijv. de investeringssubsidies, € 392.112, het saldo van vooruit
ontvangen aanvullende rijksvergoedingen, op 31 december 2015 een bedrag van €
299.911, en het saldo wegens verbonden partijen, op 31 december 2015 € 33.257.
De investeringssubsidies betreffen aanschaffingen die in het verleden zijn gedaan vanuit
aanvullende rijksvergoedingen met doelbestemming waarop een afschrijvingslast rust.
De liquiditeit geeft aan dat de schoolorganisatie voldoet aan de norm, de signalerings-
grens. OSG Piter Jelles voldoet aan deze norm en is in staat te voldoen aan de
(betalings)verplichtingen op korte termijn.
Kapitalisatiefactor
De kapitalisatiefactor wordt berekend door het balanstotaal te verminderen met het bedrag
aan gebouwen en terreinen en dit bedrag vervolgens te delen door de totale baten.
2015 2014 signaleringsgrens
29,9% 29,6% 35% (bovengrens)
Besturen waarvan de kapitalisatiefactor boven de signaleringsgrens uitkomt, beschikken
mogelijk over middelen die nog kunnen worden ingezet voor het onderwijs. Dat is bij OSG
Piter Jelles niet aan de orde. De kapitalisatiefactor is géén kengetal waarmee de relatieve
rijkdom van een bestuur wordt gemeten. De kapitalisatiefactor geeft de doelmatigheid aan
van de besteding van het aanwezige kapitaal. Aan de kapitalisatiefactor is geen ondergrens
gekoppeld.
OSG Piter Jelles gaat doelmatig om met haar middelen.
Weerstandsvermogen
Onder weerstandsvermogen verstaan we het eigen vermogen uitgedrukt in een percentage
van alle baten inclusief de financiële en exclusief de buitengewone baten.
2015 2014 signaleringsgrens
18,7% 18,8% 10% (ondergrens)
Als vuistregel geldt, dat wanneer het weerstandsvermogen kleiner is dan 10%, er mogelijk
te weinig reserves zijn, wat kan duiden op een risicovolle situatie.
Wanneer het weerstandsvermogen zich bevindt tussen de 10% en de 40% is er sprake
van voldoende reserves. Er is dan geen risico. Wanneer het weerstandsvermogen boven
de 40% is, is de kans groot dat de financiële reserves te hoog zijn.
OSG Piter Jelles streeft naar een weerstandsvermogen van tussen de 15% en 20%. Dat
percentage is nu 2 jaar achtereen gerealiseerd. OSG Piter Jelles is daarmee in staat
mogelijke toekomstige onverwachte tegenvallers op te vangen.
Beleidsmatige kengetallen
2015 2014 signaleringsgrens/
sector
rentabiliteit 0,70% 0,35% 0%
laatste 3 jaar negatief
personele lasten / totale baten 80,84% 80,13% 90%
personele lasten / rijksbijdrage 84,20% 84,25% 95%
OSG Piter Jelles 45 Bestuursverslag 2015
Rentabiliteit betreft het resultaat uit gewone bedrijfsvoering gedeeld door de totale baten
uit gewone bedrijfsvoering vermenigvuldigd met 100%. Idealiter zijn de kosten en
opbrengsten op langere termijn met elkaar in evenwicht en is de rentabiliteit gemiddeld
hoger dan 0%.
De verhouding tussen de personele lasten en de totale baten is 80,84%. In het onderwijs
gaan veel middelen naar het personeel. Dit kengetal laat zien welk deel van de totale
inkomsten hiervan zijn besteed aan personeel.
De verhouding tussen de personele lasten en de rijksbijdragen is 84,20%. Dit kengetal laat
zien in welke mate OSG Piter Jelles afhankelijk is van de rijksbijdragen wat betreft de inzet
van personeel.
OSG Piter Jelles 46 Bestuursverslag 2015
Jaarrekening 2015 OSG Piter Jelles
Balans per 31 december 2015
A.1.1 Balans per 31 december 2015 (na resultaatbestemming)
(bedragen in euro)
ACTIVA
Vaste activa
1.2 materiele vaste activa 6.786.911 6.692.648
Vlottende activa
1.5 vorderingen 830.286 756.443
1.7 liquide middelen 5.290.296 4.919.176
6.120.582 5.675.619
Totaal activa 12.907.493 12.368.267
PASSIVA
2.1 Eigen vermogen 6.493.948 6.250.707
2.3 Voorzieningen 1.599.035 1.348.814
2.5 Kortlopende schulden 4.814.510 4.768.746
Totaal passiva 12.907.493 12.368.267
2015 2014
OSG Piter Jelles 47 Bestuursverslag 2015
Staat van baten en lasten 2015
A.1.2 Staat van baten en lasten over 2015
(bedragen in euro)
3 Baten
3.1 rijksbijdragen OCW 33.284.635 32.482.000 31.602.405
3.2 overige overheidsbijdragen en
- subsidies 73.386 69.000 103.632
3.5 overige baten 1.310.530 605.000 1.521.653
Totaal van de baten 34.668.551 33.156.000 33.227.690
4 Lasten
4.1 personele lasten 28.025.778 26.885.900 26.623.905
4.2 afschrijvingen 967.328 908.000 886.940
4.3 huisvestingslasten 2.258.259 2.487.000 2.296.765
4.4 overige lasten 3.195.795 2.806.000 3.337.968
Totaal van de lasten 34.447.160 33.086.900 33.145.578
Saldo van baten en lasten 221.391 69.100 82.112
5 financiële baten en lasten 21.851 20.000 34.740
Netto resultaat 243.242 89.100 116.852
rekening
2015
begroting
2015
rekening
2014
OSG Piter Jelles 48 Bestuursverslag 2015
Kasstroomoverzicht 2015
A.1.3 Kasstroomoverzicht over 2015
(bedragen in euro)
Kasstroom uit operationele activiteiten
saldo baten en lasten 221.391 82.112
aanpassingen voor:
- afschrijvingen 969.569 889.176
- mutaties voorzieningen 250.220 6.150
1.219.790 895.326
veranderingen in vlottende middelen:
- vorderingen 83.650- 295.536
- kortlopende schulden (exclusief banksaldi) 45.764 130.576
37.886- 426.113
Kasstroom uit bedrijfsoperaties 1.403.294 1.403.550
Financiële baten lasten
- ontvangen rente 40.319 21.373
- bankkosten en betaalde rente 8.661- 5.842-
31.658 15.531
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
investeringen materiële vaste activa 1.063.833- 682.713-
desinvesteringen materiële vaste activa - -
totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten 1.063.833- 682.713-
Kasstroom uit financieringsactiviteiten - -
Mutatie liquide middelen 371.120 736.367
beginstand liquide middelen 4.919.176 4.182.809
mutatie liquide middelen 371.120 736.367
Eindstand liquide middelen 5.290.296 4.919.176
2015 2014
OSG Piter Jelles 49 Bestuursverslag 2015
Toelichting behorende tot de jaarrekening 2015
De stichting OSG Piter Jelles, statutair kantoor houdende te Leeuwarden, 8924 JN,
Elzenstraat 5 (Handelsregisternummer 01082181) heeft als voornaamste activiteit het
verzorgen van openbaar voortgezet onderwijs overeenkomstig artikel 42 van de Wet op
het Voortgezet Onderwijs, alsmede het oprichten en in stand houden en participeren in
rechtspersonen die dit doel mede gestalte kunnen (doen) geven.
De scholengemeenschap verzorgt voortgezet onderwijs in de onderwijssoorten:
praktijkonderwijs
vmbo-b, vmbo-k, vmbo-gl (per 1 augustus 2016)
vmbo-t (mavo)
havo
atheneum (vwo)
gymnasium (vwo)
Daarnaast wordt onderwijs verzorgd aan leerlingen Eerste Opvang Asielzoekers, EOA, via
een Internationale Schakel Klas, ISK.
Verslaggevingsperiode
Deze jaarrekening is opgesteld uitgaande van een verslaggevingsperiode gelijk aan het
betreffende kalenderjaar.
Toegepaste standaarden
De jaarrekening is opgesteld volgens de Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs. In deze
regeling is bepaald dat de bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de Richtlijnen voor de
Jaarverslaggeving (in het bijzonder RJ 660 Onderwijsinstellingen) van toepassing zijn en
met inachtneming van de daarin aangeduide uitzonderingen. De Richtlijnen voor de
Jaarverslaggeving Onderwijs bepalen dat ook de bepalingen van en krachtens de Wet
normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) van
toepassing zijn.
De grondslagen die worden toegepast voor de waardering van activa en passiva en de
resultaatbepaling zijn gebaseerd op historische kosten.
Continuïteit
De jaarrekening is opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling.
Grondslagen voor de waardering van activa en passiva en de resultaatsbepaling
De jaarrekening wordt gepresenteerd in euro’s (€). Alle financiële informatie wordt
gegeven in euro’s en zijn afgerond op hele euro’s.
Algemeen
De cijfers over 2014 zijn geherrubriceerd teneinde vergelijkbaarheid met 2015 te
verbeteren. Met ingang van 2015 wordt de contributiebijdrage in het samenwerkings-
verband met de coöperatie Pompeblêd (EUR 57.000) verantwoord onder de overige lasten
in plaats van de overige personele lasten. Daarnaast zijn er binnen de categorie overige
materiële lasten enkele geringe herrubriceringen doorgevoerd.
Voor zover niet anders is vermeld, worden activa en passiva opgenomen tegen nominale
waarde.
OSG Piter Jelles 50 Bestuursverslag 2015
Een actief wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de toekomstige
economische voordelen naar de organisatie zullen toevloeien en de waarde daarvan
betrouwbaar kan worden vastgesteld.
Een verplichting wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de
afwikkeling daarvan gepaard zal gaan met een uitstroom van middelen en de omvang van
het bedrag daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld.
Baten worden in de staat van baten en lasten opgenomen wanneer een vermeerdering van
het economisch potentieel, samenhangend met een vermeerdering van een actief of een
vermindering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang
betrouwbaar kan worden vastgesteld.
Lasten worden verwerkt wanneer een vermindering van het economisch potentieel,
samenhangend met een vermindering van een actief of een vermeerdering van een
verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden
vastgesteld.
Indien een transactie ertoe leidt dat nagenoeg alle of alle toekomstige economische
voordelen en alle of nagenoeg alle risico’s met betrekking tot een actief of verplichting aan
een derde zijn overgedragen, wordt het actief of de verplichting niet langer in de balans
opgenomen. Verder worden activa en verplichtingen niet meer in de balans opgenomen
vanaf het tijdstip waarop niet meer wordt voldaan aan de voorwaarden van
waarschijnlijkheid van de toekomstige economische voordelen en/of betrouwbaarheid van
de bepaling van de waarde.
De baten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben.
Gebruik van schattingen
De opstelling van de jaarrekening vereist dat het bestuur oordelen vormt en schattingen
en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de
gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen, en van baten en lasten. De
daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen.
De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld.
Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt
herzien en in toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft.
De waarderingsgrondslagen inzake de voorzieningen zijn naar de mening van het bestuur
het meest kritisch voor het getrouw weergeven van de financiële positie van de stichting
als gevolg van belangrijke schattingen en veronderstellingen.
Financiële instrumenten
Financiële instrumenten omvatten op grond van RJ290 onder andere investeringen in
aandelen en obligaties, handels- en overige vorderingen, geldmiddelen, leningen en
overige financieringsverplichtingen, afgeleide financiële instrumenten (derivaten),
handelsschulden en overige te betalen posten. In de jaarrekening van OSG Piter Jelles zijn
de volgende categorieën financiële instrumenten opgenomen: debiteuren en crediteuren
(financiële activa en financiële verplichtingen), geldmiddelen, overige vorderingen en
overige financiële verplichtingen.
Stichting OSG Piter Jelles maakt geen gebruik van afgeleide financiële instrumenten
(derivaten). Tevens is geen sprake van in contracten besloten afgeleide financiële
instrumenten, welke separaat van het basiscontract verwerkt dienen te worden.
Financiële instrumenten worden bij de eerste opname verwerkt tegen reële waarde,
waarbij (dis)agio en de direct toerekenbare transactiekosten, voor zover van toepassing,
in de eerste opname worden meegenomen. Indien de financiële instrumenten bij de
vervolgwaardering worden gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van
waardeveranderingen in de staat van baten en lasten, worden direct toerekenbare
transactiekosten direct verwerkt in de staat van baten en lasten.
OSG Piter Jelles 51 Bestuursverslag 2015
Na de eerste opname worden financiële instrumenten op de hierna beschreven manier
gewaardeerd.
Debiteuren
Debiteuren worden na eerste opname gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking
van waarde wijzigingen in de staat van baten en lasten.
Overige vorderingen
Overige vorderingen worden na eerste opname gewaardeerd tegen geamortiseerde
kostprijs op basis van de effectieve-rentemethode, verminderd met bijzondere
waardeverminderingslasten.
Crediteuren, kortlopende schulden en overige financiële verplichtingen
Crediteuren, kortlopende schulden en overige financiële verplichtingen worden na eerste
opname gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve-
rentemethode.
Bijzondere waardeverminderingen financiële activa
Een financieel actief dat niet wordt gewaardeerd tegen (1) reële waarde met waarde
wijzigingen in de staat van baten en lasten of (2) geamortiseerde kostprijs of lagere
marktwaarde, wordt op iedere verslagdatum beoordeeld om te bepalen of er objectieve
aanwijzingen bestaan dat het actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan.
Een financieel actief wordt geacht onderhevig te zijn aan een bijzondere
waardevermindering indien er objectieve aanwijzingen zijn dat na de eerste opname van
het actief zich een gebeurtenis heeft voorgedaan die een negatief effect heeft gehad op de
verwachte toekomstige kasstromen van dat actief en waarvan een betrouwbare schatting
kan worden gemaakt.
Objectieve aanwijzingen dat financiële activa onderhevig zijn aan een bijzondere
waardevermindering omvatten het niet nakomen van betalingsverplichtingen en
achterstallige betaling door een debiteur, herstructurering van een aan de debiteur
toekomend bedrag onder voorwaarden die de stichting anders niet zou hebben overwogen
of aanwijzingen dat een debiteur failliet zal gaan.
Aanwijzingen voor bijzondere waardeverminderingen van vorderingen die door de
onderneming worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs worden zowel op het
niveau van specifieke activa als op collectief niveau in aanmerking genomen. Van alle
individueel significante vorderingen wordt beoordeeld of deze specifiek onderhevig zijn aan
bijzondere waardevermindering. Alle individueel significante vorderingen, waarvan is
vastgesteld dat deze niet specifiek onderhevig zijn aan bijzondere waardevermindering
worden vervolgens collectief beoordeeld op een eventuele waardevermindering die zich al
heeft voorgedaan maar nog niet is vastgesteld. Van individueel niet significante
vorderingen wordt collectief beoordeeld of deze onderhevig zijn aan bijzondere
waardevermindering door samenvoeging van vorderingen met vergelijkbare
risicokenmerken.
Bij de beoordeling van de collectieve waardevermindering gebruikt de stichting historische
trends met betrekking tot de waarschijnlijkheid van het niet nakomen van
betalingsverplichtingen, het tijdsbestek waarbinnen incassering plaatsvindt en de hoogte
van gemaakte lasten. De uitkomsten worden bijgesteld als het bestuur van oordeel is dat
de huidige economische en kredietomstandigheden zodanig zijn dat het waarschijnlijk is
dat de daadwerkelijke lasten hoger dan wel lager zullen zijn dan historische trends
suggereren.
Een bijzondere waardeverminderingslast met betrekking tot een tegen geamortiseerde
kostprijs gewaardeerd financieel actief wordt berekend als het verschil tussen de
OSG Piter Jelles 52 Bestuursverslag 2015
boekwaarde en de contante waarde van de verwachte toekomstige kasstromen,
gedisconteerd tegen de oorspronkelijke effectieve rente van het actief.
Lasten worden opgenomen in de staat van baten en lasten.
Als in een latere periode het actief, onderhevig aan een bijzondere waardevermindering,
stijgt en het herstel objectief in verband kan worden gebracht met een gebeurtenis die
plaatsvond na de opname van de bijzondere waardeverminderingslast wordt het bedrag
uit hoofde van het herstel (tot maximaal de oorspronkelijke kostprijs) opgenomen in de
staat van baten en lasten.
Materiële vaste activa
De schoolgebouwen en -terreinen zijn het economisch eigendom van de betrokken
gemeenten en worden daardoor niet gewaardeerd in de balans.
Het in 2004 met eigen middelen aangekochte kantoorpand aan de Elzenstraat 5 te
Leeuwarden is gewaardeerd tegen de kostprijs, verminderd met de cumulatieve
afschrijvingen en bijzondere waardevermeerderingen en opgenomen onder de vaste
activa. Het pand wordt afgeschreven in een periode van 40 jaar. Ook zijn de kosten wegens
gebouwaanpassingen van enkele schoolgebouwen geactiveerd. Deze aanpassingen worden
in een tijdsbestek van 15 tot 20 jaar afgeschreven.
Waardering van de overige materiële activa vindt plaats tegen de verkrijgingsprijs,
verminderd met de bijzondere waardeverminderingen en de lineair berekende cumulatieve
afschrijvingen, gebaseerd op de verwachte economische levensduur. Artikelen met een
aanschaffingswaarde van =<€ 450 per eenheid, met uitzondering van leerlingensets,
worden niet afgeschreven. Deze aanschafkosten komen direct ten laste van de exploitatie.
De volgende afschrijvingspercentages worden hierbij gehanteerd:
gebouwen en terreinen:
kantoorgebouw Elzenstraat 2,50% 40 jaar
verbouwingen en aanpassingen gebouw 5,00%- 6,67% 20 tot 15 jaar
inventaris en apparatuur:
machines en installaties 5,00% 20 jaar
computers 33,30%- 16,67% 3 tot 6 jaar
randapparatuur 16,67% 6 jaar
schoolmeubilair 6,67% 15 jaar
kantoormeubilair 10,00% - 6,67% 10 tot 15 jaar
audio visuele apparatuur 12,50% 8 jaar
De afschrijvingen op de materiële vaste activa worden berekend als een percentage over
de aanschaf volgens de lineaire methode op basis van de economische levensduur. In het
jaar van aanschaf wordt niet afgeschreven. De eerste afschrijving vindt plaats vanaf de
eerste dag in het jaar volgend op het jaar van aanschaf.
Piter Jelles bewaakt in eigen beheer de juistheid van opname van de aanwezige inventaris.
Mutaties worden verwerkt in de eigen registratiesystemen.
Onderhoudsuitgaven worden slechts geactiveerd indien zij de gebruiksduur van het object
verlengen. Ter zake van verwachte kosten van periodiek groot onderhoud aan gebouwen
wordt een voorziening gevormd. Zie hiervoor de grondslag onder het hoofd Voorzieningen.
Bijzondere waardeverminderingen
Voor materiële vaste activa wordt op iedere balansdatum beoordeeld of er aanwijzingen
zijn dat deze activa onderhevig zijn aan bijzondere waardeverminderingen. Als dergelijke
indicaties aanwezig zijn, wordt de realiseerbare waarde van het actief geschat. De
realiseerbare waarde is de hoogste van de bedrijfswaarde en de opbrengstwaarde. Als het
niet mogelijk is de realiseerbare waarde te schatten voor een individueel actief, wordt de
OSG Piter Jelles 53 Bestuursverslag 2015
realiseerbare waarde bepaald van de kasstroom genererende eenheid waartoe het actief
behoort.
Wanneer de boekwaarde van een actief of een kasstroom genererende eenheid hoger is
dan de realiseerbare waarde, wordt een bijzondere waardeverminderingslast verantwoord
voor het verschil tussen de boekwaarde en de realiseerbare waarde.
Verder wordt op iedere balansdatum beoordeeld of er enige indicatie is dat een in eerdere
jaren verantwoorde bijzondere waardeverminderingslast is verminderd. Als een dergelijke
indicatie aanwezig is, wordt de realiseerbare waarde van het betreffende actief of
kasstroom genererende eenheid geschat.
Terugneming van een eerder verantwoorde bijzondere waardeverminderingslast vindt
alleen plaats als sprake is van een wijziging van de gehanteerde schattingen bij het bepalen
van de realiseerbare waarde sinds de verantwoording van de laatste bijzondere
waardeverminderings-last. In dat geval wordt de boekwaarde van het actief (of kasstroom
genererende eenheid) opgehoogd tot de geschatte realiseerbare waarde, maar niet hoger
dan de boekwaarde die bepaald zou zijn (na afschrijvingen) als in voorgaande jaren geen
bijzondere waardeverminderingslast voor het actief (of kasstroom genererende eenheid)
zou zijn verantwoord.
Vorderingen
De grondslagen voor de waardering van vorderingen en effecten zijn beschreven onder het
hoofd Financiële instrumenten. Op basis van artikel 5 van de (gewijzigde) regeling
“onvoorziene gevallen bij invoering vereenvoudiging bekostiging voortgezet onderwijs”
(kenmerk: WJZ-2005/54063802 en kenmerk VO/F-2006/1769) is het toegestaan een
vordering op te nemen op het Ministerie OCW. Hiervan is geen gebruik gemaakt. De
vordering is als een niet in de balans opgenomen actief opgenomen in de jaarrekening.
De opgenomen voorraden zijn gering van omvang en zijn derhalve opgenomen onder de
vorderingen. Zij worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs en betreft de aanwezige
representatieve artikelen en computerapparatuur.
Eigen vermogen
Financiële instrumenten die op grond van de economische realiteit worden aangemerkt als
eigenvermogensinstrumenten, worden gepresenteerd onder het eigen vermogen. Onder
het eigen vermogen worden de algemene reserves, de bestemmingsreserves en de
bestemmingsfondsen gepresenteerd. De algemene reserve bestaat uit de reserves die ter
vrije beschikking staan van het bevoegd gezag.
Indien een beperktere bestedingsmogelijkheid door de organisatie is aangebracht, dan is
het aldus afgezonderde deel van het eigen vermogen aangeduid als bestemmingsreserve.
Indien de beperktere bestedingsmogelijkheid door derden is aangebracht, dan wordt dit
deel aangemerkt als bestemmingsfonds. Er is binnen het eigen vermogen een onderscheid
gemaakt naar publieke en private middelen.
Voorzieningen
Voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde van de uitgaven die naar
verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te wikkelen.
Een voorziening wordt in de balans opgenomen, wanneer er sprake is van:
een in rechte afdwingbare of feitelijke verplichting die het gevolg is van een
gebeurtenis in het verleden; en
waarvan een betrouwbare schatting kan worden gemaakt; en
het waarschijnlijk is dat voor afwikkeling van die verplichting een uitstroom
van middelen nodig is.
OSG Piter Jelles 54 Bestuursverslag 2015
Voorziening groot onderhoud
Voor verwachte kosten inzake periodiek onderhoud van gebouwen wordt een voorziening
gevormd. De onderhoudsvoorziening is afgeleid van het meerjaren onderhoudsplan en is
grotendeels langlopend. De onderhoudsvoorziening is bedoeld om de jaarlijks variërende
kosten van het groot onderhoud te egaliseren. Het standpunt van Piter Jelles is dat de
lasten voor het meerjaren onderhoud gemiddeld per jaar niet meer mogen bedragen dan
het budget voor de materiële instandhouding. De voorziening ultimo 2015 wordt door het
bestuur toereikend geacht om de meerjarige onderhoudslasten voor de komende vijf jaren
te bekostigen. De kosten van groot onderhoud worden verwerkt ten laste van de
voorziening voor zover deze is gevormd voor de beoogde kosten.
De belangrijkste veronderstellingen hebben betrekking op prioritering van risico’s. De
veiligheid en gezondheid van gebruikers van de gebouwen heeft de hoogste prioriteit
gevolgd door voorkomen van lekkages en een goed binnenklimaat. Daarnaast is een
prioritering opgesteld voor alle gebouwen van OSG Piter Jelles.
Jubileum- en spaarverlofvoorziening
De jubileum- en de spaarverlofvoorzieningen betreffen voorzieningen voor toekomstige
jubileumuitkeringen en de verwachte toekomstige opname van spaarverlof door
medewerkers van de stichting. De voorziening is bepaald op basis van de nominale waarde
van de in de toekomst uit te keren jubileumbedragen en de in de toekomst toe te kennen
verlofsaldi. De berekening is gebaseerd op gedane toezeggingen, blijfkans en leeftijd. Het
verschil tussen waardering op nominale waarde en contante waarde is niet significant voor
het beeld van de jaarrekening.
Voorziening Levensfasebewust Personeelsbeleid (LBP)
De voorziening LBP betreft een voorziening voor toekomstige kosten voor opname van
gespaarde uren van de medewerkers van de stichting. Medewerkers kunnen vanuit de cao
VO 2014-2015 gedurende vier jaren maximaal vijftig uur per jaar sparen om in een later
stadium op te nemen. De voorziening is berekend aan de hand van de loonschalen van de
medewerkers vermenigvuldigd met de geldende school-gpl (gemiddelde personeelslast op
schoolniveau) voor die schaal.
Crediteuren, kortlopende schulden en overige financiële verplichtingen
De waardering van kortlopende schulden is toegelicht onder het hoofd Financiële
instrumenten.
Kortlopende schulden en overige financiële verplichtingen worden na de eerste opname
gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve rentemethode.
Schulden met een op balansdatum resterende looptijd van ten hoogste één jaar worden
aangeduid als kortlopend. Schulden worden niet gesaldeerd met activa.
Overlopende passiva betreffen vooruit ontvangen bedragen (waaronder geoormerkte
bijdragen) en nog te betalen bedragen ter zake van lasten die aan de verstreken periode
zijn toegekend. Van de bedragen die voor meerdere jaren beschikbaar zijn gesteld, wordt
het nog niet bestede gedeelte op deze post aangehouden. Vrijval ten gunste van de staat
van baten en lasten geschiedt naar rato van de besteding.
Grondslagen voor de bepaling van het resultaat
Bij de bepaling van het resultaat wordt, met inachtneming van de waarderings-grondslagen
zoals opgenomen in RJ 660 (Onderwijsinstellingen), het baten- en lastenstelsel
gehanteerd. De baten en lasten worden toegerekend aan het boekjaar waarop ze
betrekking hebben.
Lasten en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in
acht genomen, indien zij voor het vaststellen van de jaarrekening bekend zijn geworden.
OSG Piter Jelles 55 Bestuursverslag 2015
Rijksbijdragen, overige overheidsbijdragen en -subsidies
Rijksbijdragen, overige overheidsbijdragen en -subsidies uit hoofde van de lumpsum
bekostiging worden in het jaar waarop de toekenning betrekking heeft, volledig verwerkt
als baten in de staat van baten en lasten.
Rijksbijdragen, overige overheidsbijdragen en -subsidies uit hoofde van specifieke
doelbekostigingen, waaronder tweede en derde geldstromen, worden aanvankelijk in de
balans opgenomen als vooruit ontvangen baten zodra zij zijn ontvangen of zodra er
redelijke zekerheid bestaat dat zij zullen worden ontvangen en dat de stichting zal voldoen
aan de daaraan verbonden voorwaarden. Bijdragen ter compensatie van door de stichting
gemaakte lasten worden systematisch als baten in de staat van baten en lasten opgenomen
in dezelfde periode als die waarin de lasten worden verantwoord, indien deze bijdragen
betrekking hebben op het specifieke doel.
Overige baten
De post ‘Overige baten’ omvat onder andere de baten uit hoofde van de verhuur van
accommodaties, ontvangsten uit hoofde van ouderbijdragen en de baten ingevolge de
detachering van medewerkers.
Baten worden genomen voor zover zij op balansdatum zijn verwezenlijkt. Vooruit
ontvangen baten worden als overlopende passiva in de balans opgenomen.
Personeelsbeloningen / pensioenen
Lonen, salarissen en sociale lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt
in de staat van baten en lasten over de verslagperiode voor zover ze verschuldigd zijn aan
de medewerkers van de stichting. Voor zover de verschuldigde betalingen op balansdatum
nog niet zijn voldaan, wordt hiervoor een verplichting opgenomen.
Pensioenregelingen
De stichting OSG Piter Jelles is aangesloten bij het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds
(ABP). Het ABP is het bedrijfstakpensioenfonds voor overheidswerkgevers, waaronder
onderwijsinstellingen.
Uitgangspunt is dat de in de verslagperiode te verwerken pensioenlast gelijk is aan de over
die periode aan het pensioenfonds verschuldigde pensioenpremies. Voor zover de
verschuldigde premies op balansdatum nog niet zijn voldaan, wordt hiervoor een
verplichting opgenomen. Als de op balansdatum reeds betaalde premies de verschuldigde
premies overtreffen, wordt een overlopende actiefpost opgenomen voor zover sprake zal
zijn van terugbetaling door het fonds of van verrekening met in de toekomst verschuldigde
premies. Verder wordt op balansdatum een voorziening opgenomen voor bestaande
additionele verplichtingen ten opzichte van het fonds en de werknemers, indien het
waarschijnlijk is dat voor de afwikkeling van die verplichtingen een uitstroom van middelen
zal plaatsvinden en de omvang van de verplichtingen betrouwbaar kan worden ingeschat.
Het al dan niet bestaan van additionele verplichtingen wordt beoordeeld aan de hand van
de uitvoeringsovereenkomst met het fonds, de pensioenovereenkomst met de werknemers
en andere (expliciete of impliciete) toezeggingen aan de werknemers.
De voorziening wordt gewaardeerd tegen de beste schatting van de contante waarde van
de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen op balansdatum af te wikkelen.
Voor een op balansdatum bestaand overschot bij het pensioenfonds wordt een vordering
opgenomen als de stichting de beschikkingsmacht heeft over dit overschot, het
waarschijnlijk is dat het overschot naar de stichting zal toevloeien en de vordering
betrouwbaar kan worden vastgesteld.
OSG Piter Jelles 56 Bestuursverslag 2015
Leasing
De stichting heeft operationele leasecontracten afgesloten. Een leaseovereenkomst waarbij
de voor- en nadelen verbonden aan het eigendom van het leaseobject geheel of nagenoeg
geheel door de lessee worden gedragen, wordt aangemerkt als een financiële lease. Alle
andere leaseovereenkomsten classificeren we als operationele leases. Bij de
leaseclassificatie is de economische realiteit van de transactie bepalend en niet zozeer de
juridische vorm. Waar de stichting optreedt als lessee in een operationele lease, wordt het
leaseobject niet geactiveerd. Leasebetalingen inzake de operationele lease worden lineair
over de leaseperiode ten laste van de winst-en-verliesrekening gebracht.
Kasstroomoverzicht
Het kasstroomoverzicht is opgesteld op basis van de indirecte methode.
Bepaling reële waarde
De reële waarde van een financieel instrument is het bedrag waarvoor een actief kan
worden verhandeld of een passief kan worden afgewikkeld tussen ter zake goed
geïnformeerde partijen, die tot een transactie bereid en van elkaar onafhankelijk zijn.
De reële waarde van niet-beursgenoteerde financiële instrumenten wordt bepaald door de
verwachte kasstromen contant te maken tegen een disconteringsvoet die gelijk is aan de
geldende risicovrije marktrente voor de resterende looptijd van het financiële instrument,
vermeerderd met krediet- en liquiditeitsopslagen.
OSG Piter Jelles 57 Bestuursverslag 2015
Toelichting behorende tot de balans
A.1.4 Toelichting behorende tot de balans
(bedragen in euro)
1.2 Materiele vaste activa
aanschafprijs 3.350.051 10.187.028 38.850 1.167.065 150.000 14.892.994
cumulatieve afschrijvingen 819.112 6.567.848 21.730 791.657 - 8.200.346
boekwaarde 01-01-2015 2.530.940 3.619.180 17.120 375.408 150.000 6.692.648
investeringen 2015 179.444 800.885 - 33.504 50.000 1.063.833
desinvesteringen 2015 - 687.648 - - - 687.648
afschrijvingen desinvesteringen 2015 - 687.648 - - - 687.648
afschrijvingen 2015 154.071 737.287 5.370 72.841 - 969.569
aanschafprijs 3.529.495 10.300.265 38.850 1.200.569 200.000 15.269.179
cumulatieve afschrijvingen 973.183 6.617.487 27.100 864.498 - 8.482.268
boekwaarde 31-12-2015 2.556.313 3.682.777 11.750 336.071 200.000 6.786.911
De WOZ-waarde van het gebouw Elzenstraat 5 te Leeuwarden was op peildatum 1 januari 2015 EUR 1.274.000.
Het economisch en juridisch eigendom van het gebouw ligt bij de Stichting OSG Piter Jelles
De afschrijvingen zijn gebaseerd op de in het onderwijs gebruikelijke afschrijvingstermijnen en uitgaande van continuïteit van de organisatie.
Stichting OSG Piter Jelles is een investeringsverplichting aangegaan ter grootte van EUR 200.000 inzake de nieuwbouw van de Campus Middelsee te Sint Annaparochie.
De investeringsverplichting staat vermeldt onder 1.2.5 Activa in ontwikkeling.
Deze activa staat nog onder activa in ontwikkeling, omdat er in 2016 nog een verwacht tekort uit het bouwdepot nieuwbouw Campus Middelsee moet worden verrekend,
een bedrag van circa EUR 100.000. De afschrijving start dan in 2017.
In 2015 heeft er een desinvestering plaats gevonden voor een bedrag van EUR 687.648. Dat betreft niet meer aanwezige inventaris en computerapparatuur.
Er heeft een inhaalafschrijving plaats gevonden op het "buitenlokaal" van De Brêge. In voorgaande jaren is hierop te weinig afgeschreven.
1.2.1
Gebouwen en
terreinen
1.2.5 Activa in
ontwikkeling
1.2.4
Infrastructuur
en
automatisering
1.2.2 Inventaris
en apparatuur
1.2.3 Overige
materiële vaste
activa
Totaal
OSG Piter Jelles 58 Bestuursverslag 2015
A.1.4 Toelichting behorende tot de balans
1.5 Vorderingen
(bedragen in euro)
1.5.1 Debiteuren 331.030 285.786
1.5.2 Ministerie van OCW
te ontvangen niet geoormerkte subsidie overheid 13.328 605
te ontvangen niet geoormerkte subsidie ministerie OCW - -
13.328 605
1.5.7 Overige vorderingen
te ontvangen renten 27.353 37.160
belasting en sociale premies - -
nog te ontvangen LGF-bijdrage Samenwerkingsverband Fryslân-Noard 95.333 95.333
overig 52.788 12.329
175.474 144.822
1.5.8 Overlopende activa
vooruitbetaalde kosten 161.325 147.141
vooruitbetaalde leerlingcomputers 46.745 44.287
personeelsregelingen 44.649 36.804
basisacademie 21.667 5.947
schades vandalisme en inbraak 894 18.188
vooruitbetaalde kosten gevelrenovatie Leeuwarder Lyceum - 35.784
overig 35.173 37.080
310.454 325.231
totaal 830.286 756.444
De vorderingen hebben een looptijd korter dan 1 jaar met uitzondering van de debiteuren. Leerlingen kunnen sparen voor schoolreizen met een maximale termijn van 6 jaar.
Gezien de geringe omvang van de voorraden (EUR 1.862 ) zijn deze opgenomen bij de overige vorderingen.
Door OSG Piter Jelles is geen voorziening debiteuren aangelegd. De vorderingen worden naar verwachting nagenoeg geheel geïnd.
De overige vorderingen zijn hoger dan in 2014 vanwege de hogere energieafrekeningen die in 2016 zijn ontvangen.
Daarnaast is er een vordering opgenomen op leerlingen wegens Tweetalig Onderwijs.
De facturen hiervoor zijn in 2016 verstuurd.
Tenslotte is er bij overige vorderingen een bedrag opgenomen, dat nog van de Coöperatie Pompeblêd moet worden ontvangen wegens verrekening re-integratiegelden.
In de overlopende activa is de post vooruitbetaalde kosten wegens de gevelrenovatie van het gebouw van het Leeuwarder Lyceum eind 2015 nihil vanwege afronding van het project in 2015.
2015 2014
OSG Piter Jelles 59 Bestuursverslag 2015
A.1.4 Toelichting behorende tot de balans
1.7 Liquide middelen
(bedragen in euro)
1.7.1 kasmiddelen 10.818 7.042
1.7.2 bankrekeningen 2.179.559 1.874.460
1.7.3 spaarrekeningen 3.039.280 3.031.528
1.7.4 kruisposten 60.638 6.147
5.290.296 4.919.176
De liquide middelen staan, uitgezonderd de spaarrekening bij de Rabobank, vrij ter beschikking van de Stichting OSG Piter Jelles.
De spaarrekening van de Rabobank heeft een opnamebeperking van 25% van het hoogste tegoed op 31 december van de vier voorafgaande kalenderjaren.
De spaarrekening staat ter vrije beschikking.
Bij een opname van meer dan 25% worden opnamekosten van 1,5% over het meer dan contractueel toegestane bedrag in rekening gebracht.
De post kruisposten is hoger dan in 2014 doordat enkele projecten nog niet zijn afgerond. Dit betreft projecten die na afronding in 2016 worden geactiveerd.
2015 2014
OSG Piter Jelles 60 Bestuursverslag 2015
A.1.4 Toelichting behorende tot de balans
2 Passiva
2.1 Eigen Vermogen
Stand per Resultaat Stand per
1 januari 2015 2015 31 december 2015
(bedragen in euro)
Algemene reserve
2.1.1 algemene reserve 4.545.134 788.978 5.334.113
2.1.5 Bestemmingsreserve (publiek)
reserve lesmateriaal 68.325 38.594 106.919
reserve prestatiebox 626.891 43.449- 583.442
reserve aanvullende bekostiging 691.942 375.925- 316.018
reserve jonge leerkrachten 165.746 165.746- -
2.1.5 Bestemmingsreserve (privaat)
reserve schoolfondsen 83.778 7.606- 76.171
reserve excursies 31.026 8.396 39.422
reserve internationalisering 16.217 - 16.217
reserve noodfonds Piter Jelles 21.646 - 21.646
totaal 6.250.706 243.242 6.493.948
De algemene reserve is mede bedoeld voor dekking van mogelijke onverwachte toekomstige financiële risico's (weerstandsvermogen).
De private en publieke bestemmingsreserves zijn gevormd om overschotten en tekorten op de exploitatieresultaten van de benoemde reserves te spreiden over meerdere jaren.
Scholen ontvangen op basis van een schooljaar bijdragen en er worden uitgaven op basis van schooljaar geboekt.
Aangezien de jaarrekening per kalenderjaar afgesloten wordt, loopt de afrekening van deze posten niet synchroom met het jaareinde. Vandaar de vorming van de bestemmingsreserves.
De publieke bestemmingsreserve voor gratis lesmateriaal is toegenomen omdat de uitgaven in 2015 lager waren dan de ontvangsten. De reserve voor de prestatiebox is gedaald omdat de
uitgaven in 2015 hoger zijn dan de ontvangsten. De gelden Prestatiebox VO worden gecontinueerd tot in ieder geval 2018.
De uitgaven uit het Noodfonds in 2015 waren ruim EUR 15.000 maar leiden niet tot een wijziging in de reserve omdat een bedrag van EUR 15.000 was opgenomen in de begroting 2015.
De kosten in 2015 zijn rechtstreeks ten laste gebracht van de begroting 2015, dus exploitatie.
Het Noodfonds is bedoeld voor het bijdragen in de kosten van minder financieel draagkrachtige leerlingen bij gevraagde activiteiten, zoals schoolreizen.
In 2013 zijn twee publieke bestemmingsreserves gevormd wegens een aanvullende bijzondere rijksbekostigingen en een bekostiging voor jonge leerkrachten.
Deze aanvullende rijksbekostigingen zijn ontvangen in de maand december 2013 en worden uitgegeven vanaf het schooljaar 2014/2015.
Deze gelden worden ingezet binnen de doelstellingen van de bekostigingen.
De aanvullende bekostiging Jonge Leerkrachten is in 2015 volledig besteed.
OSG Piter Jelles 61 Bestuursverslag 2015
A.1.4 Toelichting behorende tot de balans
2.3 Voorzieningen
Stand per Dotaties Onttrekkingen Vrijval Overige Stand per
1-jan-2015 mutaties 31-dec-2015
2.3.1 Onderhoudsvoorziening
onderhoudsvoorziening 1.024.270 346.415 261.014 - - 1.109.672
totaal 1.024.270 346.415 261.014 - - 1.109.672
onderverdeling saldo 31-12-15: < 1 jaar 1 - 5 jaar > 5 jaar totaal
onderhoudsvoorziening 250.000 859.672 - - 1.109.672
2.3.3.1 Overige voorzieningen
spaarverlof 40.825 3.429 - - - 44.255
jubilea voorziening 209.550 51.414 43.714 - - 217.250
voorziening LBP 74.168 153.689 - - - 227.858
324.544 208.533 43.714 - - 489.362
onderverdeling saldo 31-12-15: < 1 jaar 1 - 5 jaar > 5 jaar totaal
spaarverlof 8.851 35.404 - - 44.255
jubilea voorziening 43.450 173.800 - - 217.250
voorziening LBP - 227.858 - - 227.858
52.301 437.062 - - 489.362
Onderhoudsvoorziening
De onderhoudsvoorziening is grotendeels langlopend.
De onderhoudsvoorziening wordt bepaald door middel van priroitering op basis van het meerjaren onderhoudpslan (mop).
Van de onderhoudsvoorziening is langlopend EUR 859.672.
De onderhoudsvoorziening is toereikend om de kosten van gepland groot onderhoud voor de periode tot en met vijf jaar na balansdatum te dekken.
Voor de kosten van groot onderhoud die gepland zijn voor de periode langer dan vijf jaar na balansdatum is ultimo 2015 geen voorziening gevormd.
Jaarlijks wordt het meerjarenonderhoudsplan geactualiseerd, waarbij wordt vastgesteld welke onderhoudswerkzaamheden werkelijk uitgevoerd zullen worden.
Op basis van deze planning wordt gedoteerd aan de voorziening voor gepland groot onderhoud, zodat deze voorzening toereikend blijft.
Voorziening spaarverlof
Deze voorziening is gevormd om te zijner tijd aan de verplichtingen inzake vervanging van personeel dat spaarverlof opneemt te kunnen voldoen.
Jublieumvoorziening
De jubileumvoorziening is langlopend en aard en wijze van bepaling staan al toegelicht onder de grondslagen.
Deze voorziening is gevormd voor de toekomstige verplichtingen aan het personeel aangaande jubileumuitkeringen.
Voorziening LBP
Gezien de onzekerheid over het moment van uitbetalen van de gespaarde uren Levensfase Bewust Personeelsbeleid (LBP) is er een voorziening gevormd onder de naam
"Voorziening LBP". Medewerkers mogen conform de cao VO 50 uur (bij een volledige betrekkingsomvang) sparen gedurende 4 jaar.
OSG Piter Jelles 62 Bestuursverslag 2015
A.1.4 Toelichting behorende tot de balans
2.5 Kortlopende schulden
(bedragen in euro)
2.5.3 crediteuren 882.596 644.231
2.5.4 te verrekenen subsidie Ministerie OCW 43.175 -
2.5.5 gelieerde partijen:
stichting Samenwerkingsverband NW Fryslân 2.093 -
stichting Samenwerkingsverband Fryslân-Noard 31.164 48.090
stichting Passend onderwijs - 67.306
2.5.7 belastingen en premies sociale verzekeringen:
loonheffing 1.183.984 1.090.218
omzetbelasting 11.252 13.137
pensioenpremies 281.712 343.447
1.476.948 1.446.802
2.5.9 overige kortlopende schulden:
overig 47.934 39.796
47.934 39.796
2.5.10 overlopende passiva:
vooruitontvangen geoormerkte subsidie Ministerie OCW 833 2.500
vooruitontvangen niet geoormerkte subsidie Ministerie OCW 218.224 296.401
vooruitontvangen overige overheidsbijdrages 80.854 75.854
meerjarige investeringssubsidies 392.112 477.913
vakantietoeslag 874.222 862.783
bindingstoelage 66.882 66.496
reservering LBP 114.403 61.693
internationaliseringsprojecten 82.111 104.935
ouderbijdragen 171.363 134.131
excursie- en schoolreisbijdragen 233.691 254.696
projecten Frysk 60.722 65.835
netto salarissen - 3.624
regionaal plan onderwijsvoorziening (RPO) 2.881 4.593
project school als vindplaats - 80.000
overig 32.302 31.066
2.330.600 2.522.521
4.814.510 4.768.746
De opgenomen crediteuren zijn hoger dan ultimo 2015 wegens een niet meer in december 2015 uitgevoerde betalingsopdracht en een hoger saldo van nog te betalen kosten.
De kortlopende schulden hebben een looptijd korter dan 1 jaar, met uitzondering van de meerjarige investeringssubsidies zoals opgenomen onder overlopende passiva (EUR 392.112).
In 2014 is een rekening-courantverhouding ontstaan met de nieuwe stichting voor passend onderwijs SWV Fryslân Noard.
Piter Jelles was penvoerder van de oude stichting en is penvoerder van de nieuwe stichting.
De post vooruitontvangen geoormerkte subsidie Ministerie OCW is lager vanwege het grotendeels vrijvallen van de eerder opgenomen VSV gelden.
De reservering LBP is gevormd vanwege de opname voor toekomstige kosten van gespaarde verlofuren conform de Cao VO, die docenten mogen opnemen in het schooljaar 2015/2016.
De gereserveerde vakantietoeslag is opgehoogd met een opslag van 15% voor de sociale lasten.
De bindingstoelage is aangepast aan de werkelijke opgebouwde reservering op 31 december 2015.
Het balanstotaal van de excursie- en schoolreisbijdragen is aangepast. Veel schoolreizen worden in termijnen betaald.
Er zijn in 2014 twee nieuwe projecten Frysk opgevoerd . Deze subsidie is o.a. bedoeld voor het stimuleren van de Friese taal.
Het project "school als vindplaats" is in 2015 afgerond en het bedrag is ultimo 2015 nihil.
De stichting SWV Fryslân Noard en de stichting Passend Onderwijs betreffen gelieerde partijen.
20142015
OSG Piter Jelles 63 Bestuursverslag 2015
A.1.4 Toelichting behorende tot de balans
2.5.10 Meerjarige investeringssubsidies Stand per Ontvangen Vrijval Stand per
1 januari 2015 2015 2015 31 december 2015
(bedragen in euro)
ict hardware 112.346 - 31.536 80.810
praktijkgerichte leeromgeving 361.212 - 49.910 311.302
impulsgelden vmbo 4.355 - 4.355 -
totaal 477.913 - 85.801 392.112
De vrijval van de investeringssubsidie is verantwoord onder de rijksbijdrage.
Het saldo van de impulsgelden vmbo is ultimo 2015 nihil.
OSG Piter Jelles 64 Bestuursverslag 2015
Overzicht geoormerkte doelsubsidies OCW
A.1.4 Toelichting behorende tot de balans
Model G: Overzicht geoormerkte doelsubsidies OCW en EL&I
G1. Verantwoording van subsidies zonder verrekeningsclausule
Omschrijving subsidieproject
Jaar Kenmerk Bedrag van Ontvangen Lasten Te verrekenen Prestatie
toewijzing t/m 31-12 van 2015 ultimo 2015 afgerond
zomerschool
2015 702221-1 79.300 79.300 36.125 43.175 JA
zij-instroom
2013 430314-1 19.000 19.000 18.167 833 NEE
98.300 98.300 54.292 44.008
G2. Verantwoording van subsidies met verrekeningsclausule
G2.A. Aflopend per ultimo verslagjaar
Omschrijving subsidieproject
Jaar Kenmerk Bedrag van Ontvangen Lasten Te verrekenen
toewijzing t/m 31-12 van 2015 ultimo 2015
n.v.t. - - - -
- - - -
G2.B. Doorlopend tot in een volgend verslag jaar
Omschrijving subsidieproject t/m 31-12 van 2014 t/m 31-12 van 2015
Jaar Kenmerk Bedrag van Ontvangen Besteed Saldo Ontvangen Lasten Saldo
toewijzing
- - - - - -
Specificatie balansposten Model G:
vordering doelsubsidies geoormerkt cf model G: -
schulden doelsubsidies geoormerkt cf model G: 833
te verrekenen doelsubsidies geoormerkt cf model G: 43.175
totaal geoormerkte doelsubsidies Model G 44.008
OSG Piter Jelles 65 Bestuursverslag 2015
Overzicht niet geoormerkte doelsubsidies OCW en EL&I niet behorende tot model G
Omschrijving subsidieproject + t/m 31-12 van 2015
Jaar Kenmerk Bedrag van Ontvangen Besteed Saldo Ontvangen Lasten Investering Saldo
toewijzing
opleidingsscholen
2010 77015u 340.000 340.000 335.365 4.635 - 4.375 - 260
2011 54186u 340.000 340.000 320.000 20.000 - - - 20.000
2013 573619-1 330.000 330.000 320.000 10.000 - - - 10.000
2014 652240-1 340.000 170.000 78.376 91.624 170.000 250.642 - 10.981
2015 719751-1 420.000 - - - 210.000 83.931 - 126.069
prestatiesubssidie vsv vo
2012 /64563 M 38.000 38.000 - 38.000 - 38.000 - -
2015 711856-1 34.913 - - - 34.913 - - 34.913
2015 650912-3 16.000 - - - 16.000 - - 16.000
maatschappelijke stage in het vo
2014 652532-1 207.900 207.900 75.757 132.143 - 132.143 - -
totaal niet geoormerkte doelsubsidies 1.425.900 1.129.499 296.401 430.913 509.091 - 218.224
Specificatie balansposten:
vordering doelsubsidies niet geoormerkt: -
schulden doelsubsidies niet geoormerkt: 218.224
Totaal niet geoormerkte doelsubsidies 218.224
n.b.
Niet geoormerkte subsidies maken geen onderdeel meer uit van model G. Ter onderbouwing van de balanspost neemt OSG Piter Jelles wel een specificatie op van de niet geoormerkte subsidies.
OSG Piter Jelles 66 Bestuursverslag 2015
Financiële instrumenten
Financiële instrumenten
Algemeen
Stichting OSG Piter Jelles maakt in de normale bedrijfsvoering gebruik van uiteenlopende financiële instrumenten die de stichting blootstellen aan markt- en/of krediterisico's.
In de jaarrekening van OSG Piter Jelles zijn de volgende categorieën financiële instrumenten opgenomen: debiteuren en crediteuren (financiële activa en financiële verplichtingen), geldmiddelen,
overige vorderingen en overige financiële verplichtingen.
De stichting handelt niet in en beschikt niet over financiële derivaten.
Kredietrisico
De stichting loopt kredietrisico over vorderingen opgenomen onder debiteuren en overige vorderingen. Het maximale kredietrisico dat de organisatie loopt bedraagt de
boekwaarde van deze financiële instrumenten. De blootstelling aan kredietrisico van de stichting wordt hoofdzakelijk bepaald door de individuele kenmerken van de afzonderlijke debiteuren.
De vorderingen uit hoofde van debiteuren betreft voornamelijk ouderbijdragen in het kader van bijdragen in activiteiten en overige leveringen van (leer)middelen en betreft voor een deel
vorderingen op grond van verrekening van lonen en salarissen van aan derden uitgeleend personeel. Daarnaast is sprake van vorderingen op grond van medegebruik van (sport)lokalen.
De overige vorderingen bestaan uit renten op de spaarrekeningen en vooruitbetaalde licentiekosten en abonnementen. Het kredietrisico van deze partijen is zeer gering.
Renterisico's en kasstroomrisico
Er is geen sprake van langlopende financieringen met variabel rentende leningen. De overige kortlopende vorderingen en schulden zijn niet rentedragend of het rente-effect is van verwaar-
loosbare betekenis. De schoolorganisatie loopt hierdoor een beperkt renterisico over de vorderingen en schulden
Liquiditeitsrisico
De stichting bewaakt de liquiditeitspositie door middel van opvolgende liquiditeitbegrotingen. Er wordt op toegezien dat voor de stichting steeds voldoende liquiditeiten
beschikbaar zijn om aan de verplichtingen te kunnen voldoen.
Jaarlijks wordt er een liquiditeitsbegroting opgesteld. De liquiditeitsbegroting wordt maandelijks geactualiseerd aan de werkelijke cijfers. De liquiditeitsbegroting laat het beeld zien van het
verloop van de liquiditeiten gedurende het kalenderjaar en is de monitor van het verloop van de geldmiddelen (liquiditeit) gedurende het kalenderjaar.
Voor het kalenderjaar 2016 verwacht OSG Piter Jelles voor alle maanden een positieve liquiditeitspositie.
OSG Piter Jelles 67 Bestuursverslag 2015
Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen
Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen
Vordering Ministerie van OCW
Bij de invoering van de vereenvoudiging van de bekostiging van het voortgezet onderwijs op 1 januari 2006 is een voorziening opgenomen voor de overlopende posten, een vordering op het
Ministerie van OCW van EUR 1.924.200.
Deze vordering is ontstaan door een wijziging in de betalingssystematiek op 1 januari 2006. Dit betreft de schuld aan het personeel op moment van opheffing van de school. De vordering
kan echter pas worden geïnd op het moment dat de school wordt opgeheven zonder dat er sprake is van een samenvoeging. Dit betreft een in de praktijk niet invorderbare vordering,
tenzij op een moment daadwerkelijk de school wordt opgeheven. Dit is niet een realistische gedachte.
De reële waarde van deze vordering is derhalve nihil (RJ 290.937).
Nieuwbouw Campus Middelsee
De Stichting OSG Piter Jelles is een investeringsverplichting aangegaan ter grootte van EUR 200.000 inzake de nieuwbouw van de campus Middelsee in Sint Annaparochie.
De Stichting OSG Piter Jelles heeft in 2013, 2014 en 2015 bijdrages geleverd van in totaal EUR 200.000.
Het gebouw is in 2015 opgeleverd. Er is een tekort ontstaan in het bouwdepotvoor realisatie van de Campus Middelsee t.b.v. EUR 300.000.
OSG Piter Jelles neemt daarvan ongeveer EUR 100.000 voor haar rekening.
Na afrekening van de meerkosten wordt de investering geactiveerd en beginnen de afschrijvingstermijnen in 2017.
Huurverplichtingen
De Stichting OSG Piter Jelles heeft een huurverplichting aan Ricoh Nederland B.V tot 31 januari 2018 in verband met de huur van diverse kopieermachines, zogenaamde multifunctionals.
Conform de verplichting betaalt OSG Piter Jelles een vast maandbedrag voor de huur van de apparatuur en een variabel bedrag op basis van de werkelijke gemaakte aantal kopieën en prints.
Op jaarbasis bedragen de vaste kosten ongeveer EUR 23.500.
De Stichting OSG Piter Jelles is in augustus 2014 een huurverplichting met BV Sport aangegaan voor de huur van 2 theorielokalen op de locatie Kalverdijkje in Leeuwarden voor de duur van
vijf jaar en een afbetalingsverplichting van gedane investeringen voor tien jaarlijkse termijnen. Deze verplichtingen zijn in 2015 afgekocht wegens het ontbreken van noodzaak voor medegebruik.
Daarnaast had de Stichting OSG Piter Jelles een huurverplichting aan het Dockinga College in Dokkum voor het gebruik van lokalen op de locatie aan de Rondweg. De verplichting is voor het
schooljaar 2014/2015 EUR 50.000. Deze huurverplichting is per einde schooljaar 2014/2015 beëindigd.
Tenslotte is de Stichting OSG Piter Jelles in 2016 een exploitatieverplichting aangegaan jegens RENN4 voor het gebruik van lokalen op de locatie aan de Melkemastate te Leeuwarden.
De verplichting is aangegaan voor een periode van 5 jaar en bedraagt jaarlijks ongeveer EUR 25.000.
Lesmateriaal
OSG Piter Jelles heeft een overeenkomst afgesloten met Van Dijk Educatie, waarbij de leverancier het externe boekenfonds voor de diverse schoollocaties beheert. Piter Jelles verplicht zich
tot het plaatsen van opdrachten in het kader van het externe boekenfonds. De overeenkomst heeft een omvang van ruim EUR 1.000.000 op jaarbasis. De overeenkomst is aangegaan
via een Europees aanbestedingstraject in 2013 en is voor OSG Piter Jelles ingegaan per 1 augustus 2014.
Schoonmaak
De schoonmaak van de gebouwen is via een Europese aanbestedingsprocedure gegund aan ICS.
Het contract heeft een omvang van EUR 580.000 op jaarbasis.
Ipads
Voor de aanschaf van Ipads voor leerlingen en medewerkers zijn prijsafspraken gemaakt met leveranciers.
Overige contracten
OSG Piter Jelles heeft diverse contracten afgesloten inzake levering van energie, onderhoud van gebouwen en terreinen, kopiëren van documenten en diverse software pakketten.
Deze contracten vertegenwoordigen een waarde van ongeveer EUR 750.000 per jaar.
Werkloosheid
Ten aanzien van de werkloosheid geldt dat OSG Piter Jelles geen volledig inzicht heeft in de toekomstige verplichting waar het gaat om de eigen bijdrage van 25% waarvoor Piter Jelles
verantwoordelijk is. Doordat geen betrouwbare schatting gemaakt kan worden of de ex-medewerkers weer een baan krijgen en/of wanneer, wordt geen verplichting gevormd in de balans, maar
wordt de verplichting toegelicht onder de niet in de balans opgenomen verplichtingen, waarbij de uit de verplichting voortvloeiende lasten worden verantwoord in het boekjaar op het
moment dat deze zich voordoen.
OSG Piter Jelles 68 Bestuursverslag 2015
Toelichting op de onderscheiden posten van baten en lasten
Toelichting op de onderscheiden posten van de staat van baten en lasten
3 Baten
3.1 Rijksbijdragen
(in euro)
3.1.1 normatieve rijksbijdrage OCW - personeel 25.692.051 25.450.000 24.699.700
normatieve rijksbijdrage OCW - materieel 3.629.168 3.550.000 3.489.907
29.321.219 29.000.000 28.189.607
3.1.2 aanvullende rijksbijdrage OCW - personeel 2.609.125 2.130.000 2.107.476
aanvullende rijksbijdrage OCW - lesmateriaal 1.268.490 1.266.000 1.218.125
3.877.615 3.396.000 3.325.600
3.1.3 infrastructuur automatisering 31.536 32.000 31.787
inventaris en apparatuur 49.910 50.000 49.910
impulsgelden vmbo 4.355 4.000 5.500
85.801 86.000 87.197
Totaal rijksbijdragen 33.284.635 32.482.000 31.602.405
De normatieve rijksbijdrages zijn hoger dan begroot en houden verband met een ophoging van de gpl-bedragen (gemiddelde personeelslast) en een prijsaanpassing van de materiële bekostiging,
De aanvullende personele rijksbijdragen zijn hoger dan in de begroting opgenomen vanwege een deel van de besteding van de aanvullende bijzondere bekostigingen ontvangen in december 2013.
Daarnaast zijn ontvangen VSV gelden en Maatschappelijke stages uit voorgaande jaren in 2015 in de exploitatie vrijgevallen.
Hiervoor is een bestemmingsreserve gevormd en de uitputting wordt zowel in de baten als in de lasten opgenomen.
De aanvullende materiële rijksbijdrage voor gratis lesmateriaal is vanaf 2014 opgenomen in de begroting.
2015 Begroting 2015 2014
OSG Piter Jelles 69 Bestuursverslag 2015
Toelichting op de onderscheiden posten van de staat van baten en lasten
3 Baten
(in euro)
3.2 Overige overheidsbijdragen
3.2.1 Gemeentelijke bijdragen - exploitatie:
gemeente Leeuwarden:
vergoeding huur sportvelden 27.303 23.000 26.049
bijdrage BV Sport in de exploitatiekosten sporthal Leeuwarder Lyceum 46.083 46.000 46.083
73.386 69.000 72.132
3.2.2. Overige overheidsbijdrage:
Overige overheidsbijdrage - - 31.500
- - 31.500
Totaal overige overheidsbijdragen 73.386 69.000 103.632
3.5 Overige baten
3.5.1 medegebruik en huur lokalen 38.208 35.000 46.816
3.5.2 overige personele baten incl. detachering personeel 848.111 529.000 923.714
3.5.4 sponsoring - - -
3.5.5 leerlingbijdragen 34.713 21.000 17.737
3.5.8 overige personele baten:
UWV, WAO-uitkeringen - - 12.981
overige exploitatie baten:
kantines en borg 25.373 5.000 19.958
schoolreizen/excursies 358.232 - 397.115
overige baten 5.892 15.000 103.332
389.497 20.000 520.405
Totaal overige baten 1.310.530 605.000 1.521.653
De overige exploitatiebaten zijn hoger dan begroot omdat de kantine-inkomsten en de ontvangsten uit schoolreizen/excursies niet in de begroting 2015 zijn opgenomen.
De overige baten zijn lager dan in 2014 omdat in 2014 een eenmalige baat ontvangen is bij de beëindiging van het Samenwerkingsverband NW Fryslân.
De overige personele baten incl. detachering personeel zijn hoger dan begroot door de detachering door OSG Piter Jelles van een
groter aantal personeelsleden aan het nieuwe samenwerkingsverband Fryslân-Noard.
2015 2014
2015 Begroting 2015 2014
Begroting 2015
OSG Piter Jelles 70 Bestuursverslag 2015
Toelichting op de onderscheiden posten van de staat van baten en lasten
4 Lasten
(in euro)
4.1 Personeelslasten
4.1.1 lonen en salarissen:
brutolonen en salarissen 20.739.372 19.970.000 19.521.365
sociale lasten 2.501.234 2.381.013
pensioenen 2.624.482 2.944.825
sociale lasten en pensioenen 5.125.715 5.400.000 5.325.838
totaal 25.865.088 25.370.000 24.847.203
4.1.2.0 overige personele lasten:
kosten werkloosheid 489.916 475.000 668.121
dotatie voorziening LBP 153.689 - 74.168
vrijval voorziening spaarverlof 3.429 - 25.370-
dotatie jubileavoorziening 7.700 - 1.650
scholingskosten 71.462 80.000 72.309
totaal 726.196 555.000 790.879
4.1.2.1 interimkosten 34.832 -
34.832 47.000 -
4.1.2.2 overige aan personeel gerelateerde kosten:
personeelsactiviteiten 130.372 120.000 98.098
kosten re-integratie, bedrijfsgezondheidszorg en BHV 100.813 122.500 52.556
salarisverwerking 36.306 36.600 35.956
werving personeel 8.296 27.500 4.560
vertrekregelingen 38.517 - -
verplichting vavo leerlingen 124.400 139.200 107.747
lo-lessen dislocatie Dockinga College 3.433 19.000 9.104
schoolmaatschappelijk werk 21.441 50.000 52.354
rechtsbijstand 41.729 30.000 16.216
maatschappelijke stage 2.469 - 19.547
prestatiebox vo 434.391 350.000 227.657
zomerschool 36.125 - -
reservering LBP 52.710 - 61.693
aanvullende bekostiging lumpsum december 2013 62.861 - 101.778
overige personele kosten 305.801 19.100 198.556
1.399.663 913.900 985.823
Totaal personele lasten 28.025.778 26.885.900 26.623.905
In 2015 waren gemiddeld 523 medewerkers (396 fte) in loondienst van stichting OSG Piter Jelles, bestaande uit op 367 docenten (282 fte) 156 oop en management 156 (114 fte).
In 2014 waren dit gemiddeld 514 medewerkers (388 fte) bestaande uit op 363 docenten (276 fte) en 151 oop en management (112 fte).
Alle medewerkers van stichting OSG Piter Jelles zijn in Nederland werkzaam.
De bruto lonen en salarissen en de sociale lasten zijn hoger dan begroot, omdat de werkgeverslasten gestegen zijn als gevolg van de afspraken uit het loonakkoord van 2015.
De pensioenpremies zijn in 2015 gedaald wegens een veranderde opbouw van de pensioenpremies door het opschuiven van de pensioenleeftijd naar, op termijn, 67 jaar.
De werkloosheidskosten zijn enigszins hoger dan begroot, omdat meer ex-medewerkers van OSG Piter Jelles een werkloosheidsuitkering ontvangen.
De kosten voor re-integratie, bedrijfsgezondheidszorg en BHV zijn lager dan begroot maar hoger dan de kosten in 2014. Dit komt doordat er meer re-integratie-trajecten gestart zijn.
De kosten prestatiebox VO zijn hoger dan begroot omdat er meer geldmiddelen zijn ingezet vanuit de gelden Prestatiebox VO.
De posten voorziening en reservering LBP, aanvullende bijzondere bekostiging lumpsum en jonge leerkrachten zijn ultimo 2014 voor het eerst opgenomen en waren in 2015 niet begroot.
Begroting 20152015 2014
OSG Piter Jelles 71 Bestuursverslag 2015
Toelichting op de onderscheiden posten van de staat van baten en lasten
4 Lasten
(in euro)
4.2 Afschrijvingen op vaste activa
4.2.1 gebouwen en terreinen 154.071 148.000 134.716
4.2.2 overige materiële vaste activa 3.537 5.000 3.537
4.2.3 inventaris en apparatuur 737.287 687.000 676.814
4.2.4 infrastructuur en automatisering 72.841 68.000 72.277
subtotaal afschrijvingen 967.736 908.000 887.343
afschrijvingen doorberekend aan cateraar 409 - 404
409 - 404
Totaal afschrijvingen 967.328 908.000 886.940
De afschrijvingskosten van gebouwen en terreinen zijn hoger dan begroot en hoger dan in 2014 vanwege een inhaalafschrijving van het buitenlokaal van De Brêge voor een bedrag van EUR 29.000.
Op het buitenlokaal is vanaf 2009 tot en met 2015 te weinig afgeschreven.
De afschrijvingskosten voor inventaris en apparatuur is hoger dan begroot en hoger dan in 2014, omdat eind 2014 er nog is geïnvesteerd nadat de begroting 2015 al was vastgesteld.
4.3 Huisvestingslasten
4.3.1 huur sportvelden/lokalen en sporthallen 199.590 205.000 238.917
4.3.2 dotatie onderhoudsvoorziening 346.415 341.000 325.653
voorbereidingskosten nieuwbouw Campus Kollum 518 - 968
4.3.3 onderhoud en exploitatie 486.914 421.000 426.930
onderhoudsbijdrage Campus Middelsee 49.817 80.000 -
4.3.4 energie en water 422.550 683.000 557.389
4.3.5 schoonmaak 646.398 641.000 636.070
4.3.6 heffingen 88.722 98.000 93.082
4.3.7 beveiligingskosten 17.336 18.000 17.755
Totaal huisvestingslasten 2.258.259 2.487.000 2.296.765
De kosten voor sportvelden/lokalen zijn lager dan in 2014. Scholen die extra, buiten de standaard lessentabel, gebruik maken van sportvoorzieningen betalen dat uit eigen budgetten.
De kosten voor onderhoud en exploitatie zijn hoger dan begroot. Een deel van de overschrijding wordt veroorzaakt door het afkopen van het contract met BV Sport voor de huur
van 2 theorielokalen bij het sportcomplex Kalverdijkje, EUR 67.200. Het huurconract had een looptijd van 5 jaar en een aflossingsverplichting voor 10 jaar en deze is in 2015 tussentijds beëindigd.
Daarnaast wordt de overschrijding veroorzaakt door hogere kosten voor dagelijks onderhoud, cv onderhoudscontracten, tuinonderhoud en aanpassingen aan gebouwen.
De kosten voor energie zijn lager dan begroot wegens wijziging van leveringsgcontracten, het doelmatiger omgaan met het energieverbruik en de zachte winter van 2015. Daarnaast
is de begroting voor 2015 behoudend opgesteld.
2014
2014Begroting 20152015
2015 Begroting 2015
OSG Piter Jelles 72 Bestuursverslag 2015
Toelichting op de onderscheiden posten van de staat van baten en lasten
4 Lasten
(in euro)
4.4 Overige materiële lasten
4.4.1.0 Administratie- en beheerkosten
kosten ERP software 41.537 43.000 45.182
telefoon en internetkosten 229.890 219.000 251.530
kopieerkosten 84.796 85.000 60.882
proefwerkpapier/examenpapier 7.482 9.000 8.445
accountants- en advieskosten 28.574 33.000 33.227
kosten postbezorging 24.492 21.000 23.722
kosten raad van toezicht 55.064 29.000 33.128
aansluitkosten besturen- en werkgeversorganisaties 65.304 70.000 71.778
aansluitkosten LGC/DGO/FUWA 1.397 1.000 1.348
aansluiting Coöperatie Pompeblêd 59.752 65.000 57.196
kosten beheer en administratie 36.474 42.000 41.880
overig 17.854 15.000 13.775
652.615 632.000 642.091
4.4.1.1 Reis- en verblijfskosten 22.492 20.000 18.244
4.4.2.0 Inventaris en apparatuur
onderhoud machines en inventaris 61.751 66.000 56.062
kosten computerapparatuur en accessoires leerlingen 68.959 71.000 99.398
licentiekosten beheer/educatief/administratief 305.028 323.000 305.706
overig 3.072 3.000 2.981
438.810 463.000 464.147
4.4.2.1 Leermiddelen
leer- en hulpmiddelen scholen 185.337 193.000 210.887
subtotaal 1.299.254 1.308.000 1.335.369
De kosten van de Raad van Toezicht zijn hoger dan begroot en hoger dan in 2014. Dat wordt veroorzaakt door wervingskosten voor een nieuw lid, kosten voor een statutenwijziging en
een verhoging van de vergoeding van de leden van de Raad van Toezicht.
20142015 Begroting 2015
OSG Piter Jelles 73 Bestuursverslag 2015
Toelichting op de onderscheiden posten van de staat van baten en lasten
4 Lasten
(in euro)
4.4 Overige materiële lasten
4.4.4.0 Wervingskosten
kosten public relations 102.532 100.000 107.437
teletekst, websites en intranet 4.826 4.000 4.987
107.358 104.000 112.424
4.4.4.2 Overige
arbozaken ,ehbo en bedrijfshulpverlening 686 4.000 1.484
bedrijfsauto 1.764 2.000 1.323
contributies en abonnementen 6.952 10.000 11.020
leerlingverzekeringen 9.223 8.000 7.708
medezeggenschapsraad 24.085 30.000 18.367
verwerkingskosten ouderbijdrage 8.711 9.000 2.951
kantines 12.634 - 13.710
mediatheken en bibliotheken 8.093 17.000 8.109
schoolreizen/excursies 349.836 - 400.021
aansluitkosten VRZG, BPS Contributie 7.868 - 6.500
gratis lesmateriaal 1.229.896 1.254.000 1.349.833
verhuiskosten 17.830 10.000 13.351
overig/onvoorzien 111.604 50.000 55.797
1.789.182 1.394.000 1.890.174
Totaal overige materiële lasten 3.195.795 2.806.000 3.337.968
De kosten voor inkopen kantine en schoolreizen zijn niet opgenomen in de begroting 2015. Dit geldt ook voor de baten.
Overig/onvoorzien betreft uitgaven uit het Noodfonds voor leerlingen/ouders die niet aan hun financiële verplichtingen kunnen voldoen en niet geplande uitgaven zoals voor
een veiligheidsonderzoek machines en apparatuur bij De Brêge en de afhandeling van een gerechtelijk geschil met de ouder van een ex-leerling.
2014Begroting 20152015
OSG Piter Jelles 74 Bestuursverslag 2015
Toelichting op de onderscheiden posten van de staat van baten en lasten
5 Financiële baten en lasten
(in euro)
5 Financiële baten en lasten
5.1 rentebaten 30.512 30.000 40.582
5.5 bankkosten en rentelasten 8.661- 10.000- 5.842-
Saldo financiële baten en lasten 21.851 20.000 34.740
2015 2014Begroting 2015
OSG Piter Jelles 75 Bestuursverslag 2015
Overzicht verbonden partijen en honoraria van de accountant
Overzicht verbonden partijen
Van transacties met verbonden partijen is sprake wanneer een relatie bestaat tussen de stichting en haar bestuurders, leidinggevende functionarissen en toezichthouders.
Er hebben zich geen transacties met verbonden partijen voorgedaan op niet-zakelijke grondslag .
Overige gelieerde partijen (minderheidsdeelneming en geen beslissende zeggenschap)
Naam Juridische Statutaire Code
vorm zetel activiteiten
1. stichting Samenwerkingsverband Noordwest Friesland 3.03 stichting Leeuwarden 4
2. stichting Samenwerkingsverband Fryslân Noard stichting Leeuwarden 4
3. stichting Campus Middelsee stichting Het Bildt 4
3. Coöperatie Pompeblêd coöperatie Smallingerland 4
Honoraria van de accountant
De volgende honoraria van KPMG Accountants zijn ten laste gebracht van de organisatie,
haar dochtermaatschappijen en andere maatschappijen die zij consolideert, een en ander zoals bedoeld in artikel 2:382a BW.
KPMG Accountants N.V. Overige KPMG onderdelen
2015 2014 2015 2014
onderzoek van de jaarrekening 29.549€ 32.561€ -€ -€
andere controleopdrachten -€ -€ -€ -€
adviesdiensten op fiscaal terrein -€ -€ 1.729€ 524€
andere niet controlediensten 11.352€ 2.844€ -€ -€
40.901€ 35.405€ 1.729€ 524€
OSG Piter Jelles 76 Bestuursverslag 2015
Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke sector
WNT: Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector
Vermelding bezoldiging topfunctionarissen en gewezen topfunctionarissen 2014 en 2015 (met dienstverband)
VZC J N N N N N N N N
vz. CVB lid CVB * bestuurssecr. directeur directeur directeur directeur directeur adj.-directeur
Naam Wieling Bangma Kramer de Wit van de Panne van der Putten Spanjer Wagenaar van Linschoten
1-8-2009 1-8-2010 3-1-1988 1-6-1982 1-2-2005 1-8-2007 1-8-2015 1-8-2014 1-12-1977
- - 1-8-2015 - - - - - -
1 fte 1 fte 1 fte/0,1 fte ** 1 fte 1 fte 1 fte/ 0,5 fte *** 1 fte 1 fte 1 fte ****
N N J N N J N N N
Echt Echt Echt Echt Echt Echt Echt Echt Echt
178.000 178.000 111.250 178.000 178.000 148.333 74.167 178.000 178.000
132.522 92.939 50.968 84.898 89.927 66.182 33.599 87.312 74.445
- - - - - - - - -
15.627 12.070 6.304 12.070 12.842 10.086 4.960 12.566 10.835
148.150 105.010 57.271 96.968 102.770 76.268 38.559 99.878 85.281
- - - - - - - - -
148.150 105.010 57.271 96.968 102.770 76.268 38.559 99.878 85.281
128.300 82.867 78.545 82.867 85.195 77.281 - 32.519 70.563
- - - - - - - - -
21.564 13.532 13.532 13.532 13.532 13.532 - 4.892 12.163
149.864 96.398 92.076 96.398 98.727 90.813 - 37.412 82.726
184.448 184.448 184.448 184.448 184.448 184.448 184.448 76.853 184.448
- - - - - - - - -
nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt
* Sinds 1 augustus 2015 lid van CVB, daarvoor directeur.
** Vanaf 1 augustus 2015 uit dienst voor 0,9 fte.
*** Vanaf 1 september 2015 uit dienst voor 0,5 fte
**** Vanaf 1 augustus 2015 t/m 31 januari 2016 tijdelijk lid van centraal managementteam ivm vertrek schooldirecteur.
VZC* J N N N N N
vz. RvT vice vz. RvT lid RvT lid RvT lid RvT lid RvT
Sikkema Mulder Becherer Jacobi Kat Holtrup
25-9-2009 25-9-2009 25-9-2009 26-4-2010 26-4-2010 1-9-2014
- - - 31-7-2014 - -
26.700 17.800 17.800 17.800 17.800 17.800
6.818 5.620 5.620 - 5.620 5.620
- - 747 - - -
- - - - - -
6.818 5.620 6.367 - 5.620 5.620
- - - - - -
6.818 5.620 6.367 - 5.620 5.620
4.215 3.719 3.719 2.479 3.719 937
- - 594 325 50 -
- - - - - -
4.215 3.719 4.313 2.805 3.769 937
13.834 9.222 9.222 5.380 9.222 3.074
nvt nvt nvt nvt nvt nvt
NB.
De beloning van de toezichthouder is inclusief belaste gedeclareerde reis- en verblijfkosten
De leden van de raad van toezicht hebben geen arbeidsovereenkomst met OSG Piter Jelles. Zij ontvangen een onkosten-en reiskostenvergoeding.
Ingang dienstverband
Eind dienstverband
Omvang dienstverb.
Gewezen topfunct.
Dienstbetrekking
WNT Maximum 2015
Betaalbaar op term.
Bezoldiging
Beloning
Bel. onkostenverg.
Betaalbaar op term.
Subtotaal
Onversch. betaling
Totaal bezoldiging
WNT Maximum 2014
Motivatie
Functie
Naam
Totaal bezoldiging
Gegevens 2014
Beloning
Bel. onkostenverg.
Belastbare onkostenvergoedingen
Subtotaal
Totaal bezoldiging
Gegevens 2014
Beloning
Ingangsdatum
Einddatum
Bezoldiging
Beloning
Beloning betaalbaar op termijn
Motivatie overschrijding van de norm
Functie
Uitkeringen wegens
beëndiging dienstverb.
Totaal bezoldiging
WNT Maximum 2014
Individueel WNT-maximum 2015
Beloning betaalbaar op termijn
Belastbare onkostenvergoedingen
Onverschuldigde betaling
OSG Piter Jelles 77 Bestuursverslag 2015
Vermelding bezoldiging niet-topfunctionarissen 2015 (andere functionarissen van wie de bezoldiging c.q. de ontslagvergoeding de norm overschrijdt)
Deze categorie is niet aan de orde bij OSG Piter Jelles.
Vermelding bezoldiging niet-topfunctionarissen 2014 (andere functionarissen van wie de bezoldiging c.q. de ontslagvergoeding de norm overschrijdt)
Deze categorie is niet aan de orde bij OSG Piter Jelles.
Per 1 januari 2016 wordt de Regeling bezoldiging topfunctionarissen OCW-sectoren gewijzigd. Per 1 januari 2016 worden de verlaagde sectorale WNT-maxima voor de onderwijssectoren vervangen door
bezoldigingsklassen op basis van instellingskenmerken. Gezamenlijk geven deze kenmerken een indicatie van de complexiteit van de betreffende bestuursfunctie.
De bestuurlijke complexiteit van de instelloingen wordt daarmee leidend voor de maximum bezoldiging van de bestuurder.
Leeuwarden, 21 juni 2016
College van Bestuur:
drs. W. Wieling,
voorzitter
drs. F. J. Bangma
lid
OSG Piter Jelles 78 Bestuursverslag 2015
OSG Piter Jelles
te Leeuwarden, Dokkum, Kollum en St. Annaparochie
OVERIGE GEGEVENS
OSG Piter Jelles 79 Bestuursverslag 2015
B2 Resultaatbestemming 2015
Het resultaat over 2015 wordt ten gunste gebracht van het eigen vermogen.
Na de resultaatbestemming is het eigen vermogen per 31 december 2015 € 6.493.948
(2014: € 6.250.706)
Binnen het eigen vermogen zijn er enkele bestemmingsreserves.
Eigen Vermogen
Stand per
31 december 2015
(bedragen in euro)
Algemene reserve
algemene reserve 5.334.113
Bestemmingsreserve
(publiek)
reserve lesmateriaal 106.919
reserve prestatiebox 583.442
reserve aanvullende
bekostiging 316.018
Bestemmingsreserve
(privaat)
reserve schoolfondsen 76.171
reserve excursies 39.422
reserve
internationalisering 16.217
reserve noodfonds Piter
Jelles 21.646
totaal 6.493.948
OSG Piter Jelles 80 Bestuursverslag 2015
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
Aan: de Raad van Toezicht en het College van Bestuur van Stichting osg Piter Jelles
Verklaring betreffende de jaarrekening
Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening 2015 van Stichting osg Piter Jelles te Leeuwarden
gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2015 en de staat van baten en
lasten over 2015 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde
grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen.
Verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag
Het bevoegd gezag van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het
vermogen en resultaat getrouw dient weer te geven in overeenstemming met de Regeling
jaarverslaggeving onderwijs, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, in overeenstemming met
de Regeling jaarverslaggeving onderwijs. Het bevoegd gezag is tevens verantwoordelijk voor de
financiële rechtmatigheid van de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties. Dit
houdt in dat deze bedragen in overeenstemming dienen te zijn met de in de relevante wet- en regelgeving
opgenomen bepalingen. Het bevoegd gezag is voorts verantwoordelijk voor een zodanige interne
beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de naleving van die
relevante wet- en regelgeving mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg
van fraude of fouten.
Verantwoordelijkheid van de accountant
Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle,
als bedoeld in artikel 2 van de Regeling jaarverslaggeving onderwijs. Wij hebben onze controle verricht
in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden en het
onderwijsaccountantsprotocol OCW/EZ 2015. Dit vereist dat wij voldoen aan voor ons geldende
ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van
zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat.
Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de
bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van
de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat
de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten.
Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking
die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan alsmede in
het kader van de financiële rechtmatigheid voor de naleving van die relevante wet- en regelgeving,
gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-
inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van
de interne beheersing van de stichting. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van
de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en de gebruikte financiële
rechtmatigheidscriteria en van de redelijkheid van de door het bevoegd gezag van de stichting gemaakte
schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening.
Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een
onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
Oordeel betreffende de jaarrekening
Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het
vermogen van Stichting osg Piter Jelles per 31 december 2015 en van het resultaat over 2015 in
overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs.
Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties
over 2015 in alle van materieel belang zijnde aspecten voldoen aan de eisen van financiële
rechtmatigheid. Dit houdt in dat de bedragen in overeenstemming zijn met de in de relevante wet- en
OSG Piter Jelles 81 Bestuursverslag 2015
regelgeving opgenomen bepalingen, zoals vermeld in paragraaf 2.3.1. Referentiekader van het
onderwijsaccountantsprotocol OCW/EZ 2015.
Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen
Ingevolge artikel 393, lid 5 onder e en f van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek
vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het
onderzoek of het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig de
Regeling jaarverslaggeving onderwijs en paragraaf 2.2.3 Jaarverslag van het
onderwijsaccountantsprotocol OCW/EZ 2015 is opgesteld, en of de in artikel 392, lid 1
onder b tot en met h van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek vereiste gegevens zijn
toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen
beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 391, lid 4 van
Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
Zwolle, 21 juni 2016
KPMG Accountants N.V.
A. van Aalsum-Jongen RA
OSG Piter Jelles 82 Bestuursverslag 2015
OSG Piter Jelles
te Leeuwarden, Dokkum, Kollum en St. Annaparochie
BIJLAGE
OSG Piter Jelles 83 Bestuursverslag 2015
Gegevens over de rechtspersoon
Naam instelling: OSG Piter Jelles
Adres:
Elzenstraat 5, 8924 JN
Leeuwarden
Postadres: postbus 9002
Postcode: 8903 LA
Plaats: Leeuwarden
Telefoon: 058 8801104
E-mail: [email protected]
Internetsite: www.piterjelles.nl
Bestuursnummer: 13603
Contactpersoon: de heer R. de Wit
Telefoon: 058 8801103
E-mail: [email protected]
Brinnummers: 20DL
Sector: VO