diktaat ec definities en symbolen
TRANSCRIPT
Diktaat EC: definities en symbolen
bewerking van NEN-EN 1990;1991;1996
Publicatiedatum: 11 april 2011
© ir. R.A.J.M. Mom
Let op: dit document is NIET een actuele weergave van de inhoud van de norm, voor de laatste actuele NORMteksten raadpleeg NEN-EN 1996 1-1 via www.NEN.nl. Raadpleeg leveranciers voor actuele gegevens.
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
210
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
Bijlage Z Termen, definities en symbolen NEN-EN 1990/1991/1996
211
Bijlage Z Termen, definities en symbolen NEN-EN 1990/1991/1996
i
(P) Beginsel [Principle] algemene uitspraken en definities waarvoor geen alternatief is, alsook eisen en analytische modellen waarvoor geen alternatief is toegelaten, tenzij specifiek aangegeven. De beginselen zijn aangeduid met de letter P, achter het nummer van de alinea.
1990
A belaste oppervlakte 1991-1-1
A hoogte van de locatie boven zeeniveau [m] 1991-1-3
A oppervlakte 1991-1-4
A belaste horizontale brutodoorsnede van een wand 1996-1-1
A totale oppervlakte van het metselwerk 1996-1-2
A θ2 oppervlakte van het metselwerk tussen de temperaturen θ1 en θ2 1996-1-2
A:buitengewone belasting
belasting, gewoonlijk van korte duur maar van aanmerkelijke grootte, waarvan de kans van optreden tijdens de ontwerplevensduur van de constructie gering is. [accidental]
OPMERKING 1 Het is te verwachten dat een buitengewone belasting in veel gevallen ernstige gevolgen teweegbrengt, tenzij passende maatregelen worden getroffen. OPMERKING 2 Schok-, sneeuw-, wind- en aardbevingsbelastingen kunnen veranderlijke of buitengewone belastingen zijn, afhankelijk van de beschikbare gegevens inzake statistische verdelingen
1990
A0 basisoppervlakte 1991-1-1
a1 afstand van het eind van een wand tot de dichtstbijzijnde rand van een oplegging
1996-1-1
aangrijpende snedekracht (Synoniem)
action-effect (Engels) belastingseffect of snedegrootheid(Verplichte term)
1990
aanhechtsterkte van een verankering
de aanhechtingssterkte, per eenheid van oppervlakte, tussen wapening en beton of mortel in geval de wapening aan trek- of drukkrachten onderhevig is
1996-1-1
aanhoudende ontwerptoestand (Synoniem (N))
persistent design situation (engels) blijvende ontwerpsituatie (verplichte term) 1990
aanhoudende ontwerptoestand (Synoniem (N))
persistent design situation (engels) blijvende ontwerptoestand (verplichte term) gelijk aan blijvende ontwerpsituatie (verplichte term)
1990
aard van het gebouw of civieltechnisch werk
term die de beoogde bestemming van het bouwwerk aangeeft, bijv. woning, keermuur, industrieel gebouw, wegverkeersbrug
1990
aardbevingsbelasting (AE)
belasting die ontstaat door grondbewegingen door een aardbeving 1990
accidental situation (Engels)
buitengewone situatie (Verplichte term) bijzondere situatie (Synoniem (N)) 1990
accidental situation (Engels)
buitengewone situatie (Verplichte term) buitengewone toestand (Synoniem (B)) 1990
achtergrondresponsfactor
beschrijft het effect van het gebrek aan volledige correlatie van de druk op de gebouwoppervlakte (1.6.6)
1991-1-4
action-effect (Engels)
belastingseffect of snedegrootheid(Verplichte term) (aangrijpende) snedekracht (Synoniem) 1990
ad rekenwaarde van een geometrisch gegeven 1990
Ad rekenwaarde van een buitengewone belasting 1990
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
212
ad rekenwaarde van een geometrische eigenschap
meestal een nominale waarde. Waar van toepassing mogen waarden van geometrische grootheden overeenstemmen met een zeker voorgeschreven fractiel van de statistische verdeling
OPMERKING De rekenwaarde van een geometrische eigenschap is in het algemeen gelijk aan de karakteristieke waarde. Zij mag echter verschillend worden behandeld in gevallen waarbij de beschouwde grenstoestand zeer gevoelig is voor de waarde van de geometrische eigenschap, bijvoorbeeld, wanneer de invloed van geometrische imperfecties op knik wordt beschouwd. In dergelijke gevallen, zal de rekenwaarde normaliter worden vastgesteld als een waarde rechtstreeks vastgelegd in, bijvoorbeeld, een desbetreffende Europese norm of voornorm. In de plaats hiervan kan zij worden afgeleid uit een statistische verdeling met een waarde overeenstemmend met een meer passend fractiel (bijvoorbeeld een zeldzamere waarde) dan van toepassing is voor de karakteristieke waarde.
1990
AE aardbevingsbelasting [accidental earthquake] belasting die ontstaat door grondbewegingen door een aardbeving
1990
AEd rekenwaarde van aardbevingsbelasting AEd = γ I Aek 1990
Aef effectief oppervlakte van een dragende wand 1996-1-1
AEk karakteristieke waarde van aardbevingsbelasting 1990
Aero-elastische respons
behoort te zijn beschouwd voor flexibele constructies zoals kabels, masten, schoorstenen en bruggen.
1991-1-4
Afr oppervlakte aangestroomd door de wind Figuur 7.22 — Referentieoppervlak voor wrijving 1991-1-4
aG factor voor gallopinginstabiliteit 1991-1-4
aIG gecombineerde stabiliteitsparameter voor gallopinginterferentie 1991-1-4
ak karakteristieke waarde van een geometrisch gegeven 1990
ak karakteristieke waarde van een geometrisch eigenschap waarde gewoonlijk overeenstemmend met de afmetingen vastgelegd in het ontwerp. Waar van toepassing, mogen waarden van geometrische grootheden overeenstemmen met een zeker voorgeschreven fractiel van de statistische verdeling
1990
ALS Accidental Limit State. Buitengewone belastingcombinatie (brand, explosie, aardbeving)
1990
Am oppervlakte van het oppervlak van een element per eenheid van lengte
1996-1-2
Annex Bijlage 1990
anom nominale waarde van een geometrisch gegeven 1990
Ap oppervlakte van het binnenoppervlak van het brandbeschermende materiaal per lengte-eenheid van het element
1996-1-2
Aref referentie oppervlakte 1991-1-4
As oppervlakte van de doorsnede wapeningsstaal 1996-1-1
Asw oppervlakte van de doorsnede afschuifwapening 1996-1-1
ax afstand van het vlak van een steun tot de beschouwde doorsnede 1996-1-1
Aθ1 oppervlakte van het metselwerk tot de temperatuur θ1 1996-1-2
b breedte van een doorsnede 1996-1-1
b breedte van de constructie (lengte van het oppervlak loodrecht op de windrichting, tenzij anders voorgeschreven)
1991-1-4
B2 achtergrondresponsfactor 1991-1-4
basisvariabele element van een gespecificeerde verzameling van variabelen representerende die fysische grootheden representeren, belastingen, omgevingsinvloeden, geometrische grootheden en materiaal-eigenschappen karakteriseren, met inbegrip van grondeigenschappen
1990
basiswindsnelheid fundamentele basiswindsnelheid aangepast om rekening te houden met de afhankelijkheid voor windrichting en zonodig met het seizoen (1.6.2)
1991-1-4
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
213
basiswindsnelheid De fundamentele waarde van de basiswindsnelheid vb,0 is de karakteristieke 10 minuten gemiddelde windsnelheid, onafhankelijk van windrichting en tijd in het jaar, op 10 m hoogte boven maaiveld in een open gebied met lage vegetatie zoals gras en vrijstaande obstakels met tussenliggende afstanden van ten minste 20 obstakelhoogtes.
1991-1-4
bc breedte van een gedrukt vlak in het midden tussen steunen 1996-1-1
bedreiging voor de toepassing van EN 1990 tot en met EN 1999, een ongewoon en ernstig voorval, bijv. een abnormale belasting of omgevingsinvloed, ontoereikende sterkte of weerstand, of buitensporige afwijking van beoogde afmetingen
1990
bedreiging (verplichte term)
gevaarlijk, ongewoon voorval (Synoniem (N)) hazard (Engels) 1990
bef effectieve breedte van een T- of L-vormig element 1996-1-1
bef.l effectieve breedte van een L-vormig element 1996-1-1
bef.t effectieve breedte van een T-vormig element 1996-1-1
Beginsel algemene uitspraken en definities waarvoor geen alternatief is, alsook eisen en analytische modellen waarvoor geen alternatief is toegelaten, tenzij specifiek aangegeven. De beginselen zijn aangeduid met de letter P, achter het nummer van de alinea.
1990
behoort te vertaling van should: "behoort te: is onafhankelijk van het karakter van de normtekst (beginsel of toepassingsregel) verplichtend. In de Nederlandstalige versie van het normblad is ‘should’ vertaald met 'behoort te'. Dit 'behoort te' moet onafhankelijk van het karakter van de normtekst (toepassingsregel of beginsel) worden gelezen als 'moet' en is daarmee verplichtend."
1990
beklede wand een wand met stenen bedoeld als bekleding, verbonden met de stenen in het achtervlak om gezamenlijk belasting te dragen
1996-1-1
Bekleding (Synoniem (B))
Pavement (Oorspronkelijke term (Engels)) Wegdek (Gebruikte term (Nederlands)) 1991-1-1
belasting (F) a) stelsel van krachten (belastingen) werkend op de constructie (rechtstreekse belasting)
b) stelsel van opgelegde vervormingen of versnellingen, veroorzaakt bijvoorbeeld door temperatuursveranderingen, vochtigheidsschommelingen, ongelijke zetting of aardbevingen(niet-rechtstreekse belasting)
1990
belasting (verplichte term)
load (Engels) 1990
belastingeffect E ; Voor een bepaald belastingsgeval kunnen de rekenwaarden van de belastingseffecten (Ed) als volgt zijn geformuleerd in algemene termen: [Ed = γSdE{γf,iFrep,i ; ad } i ≥1 (6.2)]
1990
belastingscombinatie
samenstel van rekenwaarden gebruikt voor de toetsing van de constructieve betrouwbaarheid bij een grenstoestand waarbij verscheidene belastingen gelijktijdig werken
1990
belastingscombinatie ALS
belastingcombinatie die de rekenwaarde van het belastingseffect bepaald in de Buitengewone en aardbevingscombinaties: Grenstoestand (ALS) Volgens tabel A1.3 en (formule 6.11&6.12):
1990
belastingscombinatie EQU
Belastingcombinatie die de rekenwaarde van het belastingseffect bepaald in de Uitgerste Grenstoestand (ULS) voor statisch evenwicht. Volgens tabel A1.2(A) en (6.10):
1990
belastingscombinatie GEO
Belastingcombinatie die de rekenwaarde van het belastingseffect bepaald in de Uitgerste Grenstoestand (ULS) voor STR/GEO. Volgens tabel A1.2(B&C) en (max van formule 6.10a&b): Zie benadering 3 van de opmerking bij A1,3,1 (5)
1990
belastingscombinatie STR
Belastingcombinatie die de rekenwaarde van het belastingseffect bepaald in de Uitgerste Grenstoestand (ULS) voor STR. Volgens tabel A1.2(B) en (max van formule 6.10a&b):
1990
belastingseffect (E)
gevolg van belastingen (of belastingseffect) op constructieve elementen (bijvoorbeeld snedekracht, -moment, spanning, rek) of op de constructie als geheel (bijvoorbeeld doorbuiging, kanteling/hoekverdraaiing)
1990
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
214
belastingseffect of snedegrootheid(Verplichte term)
(aangrijpende) snedekracht (Synoniem) action-effect (Engels) 1990
belastingseffecten (verplichte term)
belastingsuitwerkingen (Synoniem (N)) effects of actions (Engels) 1990
belastingsgeval verenigbare belastingsschikkingen, samenstellen van vervormingen en imperfecties, gelijktijdig beschouwd met vaste veranderlijke belastingen en blijvende belastingen, bij een bepaalde toetsing
1990
belastingsschikking
vaststelling van de plaats, grootte en richting van een vrije belasting zie ook NEN-EN-1991-1:6,2 1990
belastingsuitwerkingen (Synoniem (N))
effects of actions (Engels) belastingseffecten (verplichte term) 1990
bepaald, opgelegd, gegeven (Synoniem (B))
Specified (Engels) Voorgeschreven (N) 1991-1-4
berekening (constructieve-)
methode of algoritme voor het bepalen van de belastingseffecten in
elk punt van de constructie
OPMERKING Het kan nodig zijn een
constructieve berekening op drie niveaus uit te voeren gebruikmakend van verschillende modelleringen: algemene, ofwel berekening van de constructie als geheel, berekening van de constructieve elementen en lokale berekening.
1990
berekening en ontwerp bij brand
ontwerp en berekening van een constructie om te voldoen aan de vereiste prestatie in het geval van brand
1990
berekening van de constructie als geheel
berekening van een samenhangend stelsel van, ofwel snedekrachten en -momenten, ofwel spanningen in een constructie, die in evenwicht zijn met een specifiek welbepaald stelsel van belastingen op de constructie en afhangen van geometrische, constructieve en materiaaleigenschappen
1990
berekenings- en ontwerpcriteria
kwantitatieve formuleringen die, voor elke grenstoestand, de te vervullen voorwaarden beschrijven
1990
beton(vulbeton) beton dat is gebruikt om vooraf vervaardigde holten en spleten in het metselwerk te vullen
1996-1-1
betrouwbaarheid geschiktheid van een constructie of een constructief element om te voldoen aan de voorgeschreven eisen, met inbegrip van de ontwerplevensduur, waarvoor zij is ontworpen. Betrouwbaarheid wordt meestal uitgedrukt in probabilistische termen
OPMERKING Betrouwbaarheid omvat veiligheid, bruikbaarheid en duurzaamheid van een constructie.
1990
betrouwbaarheidsdifferentiatie
maatregelen bedoeld voor de socio-economische optimalisatie van de (geld)middelen, te gebruiken om bouwwerken op te richten, rekening houdend met alle te verwachten gevolgen van bezwijken en de kosten van de bouwwerken
1990
betrouwbaarheidsklasse
Reliability Classes: Differentiatie in de kans op bezwijken tijdens ontwerplevensduur. Er is een lagere kans toegestaan als de gevolgen hoger zijn. M.a.w. RC is afhankelijk van CC.
1990
bijzondere situatie (Synoniem (N))
accidental situation (Engels) buitengewone situatie (Verplichte term) 1990
blijvende belasting (G)
belasting die naar alle waarschijnlijkheid werkzaam is gedurende een gegeven referentieperiode en waarvan de variatie van haar grootte in de tijd verwaarloosbaar is, of waarvoor de variatie altijd één kant op gaat (gelijkmatig) totdat de belasting een zekere grenswaarde bereikt
1990
blijvende belasting (verplichte term)
permanente belasting (Synoniem (N)) permanent action (Engels) 1990
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
215
Blijvende belastingen
Het totale eigen gewicht van constructieve en niet-constructieve elementen behoort bij belastingscombinaties in aanmerking te zijn genomen als een enkelvoudige belasting.
OPMERKING 3 (1990, tabel A.1.2(B))De karakteristieke waarden van alle blijvende belastingen van één en dezelfde oorsprong zijn vermenigvuldigd met γG,sup, wanneer het totale resulterende belastingseffect ongunstig is en met γG,inf , wanneer het totale resulterende belastingseffect gunstig is. Bijvoorbeeld, alle belastingen voortkomende uit het eigengewicht van de constructie mogen zijn beschouwd als van één en dezelfde oorsprong; dit is ook van toepassing wanneer er verschillende materialen bij betrokken zijn.
1991-1-1
blijvende ontwerpsituatie
ontwerpsituatie die van toepassing is tijdens een tijdsperiode van dezelfde grootteorde als de ontwerplevensduur van de constructie
OPMERKING In het algemeen verwijst zij naar de omstandigheden van gewoon gebruik.
1990
blijvende ontwerpsituatie (verplichte term)
blijvende ontwerptoestand (verplichte term) of aanhoudende ontwerptoestand (Synoniem (N))
persistent design situation (engels) 1990
blijvende ontwerpsituatie (verplichte term)
aanhoudende ontwerptoestand (Synoniem (N)) of blijvende ontwerptoestand (verplichte term)
persistent design situation (engels) 1990
blijvende ontwerpsituatie (verplichte term)
persistent design situation (engels) blijvende ontwerptoestand (verplichte term) gelijk aan blijvende ontwerpsituatie (verplichte term)
1990
blijvende ontwerptoestand (verplichte term)
blijvende ontwerpsituatie (verplichte term) of aanhoudende ontwerptoestand (Synoniem (N))
persistent design situation (engels) 1990
blijvende ontwerptoestand (verplichte term)
aanhoudende ontwerptoestand (Synoniem (N)) of blijvende ontwerpsituatie (verplichte term) of
persistent design situation (engels) 1990
blijvende ontwerptoestand (verplichte term)
persistent design situation (engels) blijvende ontwerpsituatie (verplichte term) 1990
blootstellingscoëfficiënt
coëfficiënt die de vermindering of toename van de belasting op het dak van een onverwarmd gebouw bepaalt als een deel van de karakteristieke sneeuwbelasting op de grond (1.6.9)
1991-1-3
bouwmateriaal materiaal gebruikt voor bouwwerken, bijv. beton, staal, hout,
metselwerk
1990
bouwwerk (Verplichte term)
werk (Synoniem (B)) construction work (Engels) 1990
bouwwerken alles wat wordt gebouwd of het resultaat is van bouwbedrijvigheid OPMERKING Deze definitie stemt overeen met ISO 6707-1. De term omvat zowel gebouwen als civieltechnische werken. Zij verwijst naar het volledige bouwwerk en omvat constructieve, niet-constructieve en geotechnische elementen.
1990
bouwwerkfactor cscd (6.3.1) OPMERKING 1 De afmetingfactor cs houdt rekening met het reductie-effect op de windbelasting door het niet simultaan voorkomen van de extreme stuwdruk op het vlak en mag zijn bepaald met uitdrukking (6.2); OPMERKING 2 De dynamische factor cd houdt rekening met het toenemend effect van trillingen door turbulentie in resonantie met de constructie en mag zijn bepaald met uitdrukking (6.3):
1991-1-4
bouwwijze term die het materiaal van de (hoofd)constructie aangeeft, bijv. gewapendbetonconstructie, staalconstructie, houtconstructie, metselwerkconstructie, staalbetonconstructie
1990
bruikbaarheidscriterium
ontwerp- en berekeningscriterium voor een bruikbaarheidsgrenstoestand. Bijlage A NEN1990/NB: A1.4.2
C_d is bovengrens rekenwaarde van het betreffende bruikbaarheidscriterium (6.13)
1990
bruikbaarheidsgrenstoestand (verplichte term)
gebruiksgrenstoestand (Synoniem (B)) serviceability limit state (engels) 1990
bruikbaarheidsgrenstoestand (verplichte term)
gebruiksgrenstoestand (Synoniem (B)) SLS (engels) 1990
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
216
bruikbaarheidsgrenstoestanden:
toestanden die overeenstemmen met voorwaarden waarboven aan de voorgeschreven bruikbaarheidseisen aan een constructie of constructief element niet langer wordt voldaan
([Ed ≤ Cd (6.13)] toetsing bruikbaarheidsgrenstoestand)
1990
brutogewicht van een voertuig
brutogewicht van een voertuig bestaat uit het eigen gewicht van het voertuig tezamen met het maximumgewicht van de goederen, die het mag vervoeren (1.4.3)
1991-1-1
bruto-oppervlakte de oppervlakte van een dwarsdoorsnede door de steen zonder reductie voor de oppervlakte van de gaten, de holten en de inkepingen
1996-1-1
buigsterkte van metselwerk
de sterkte van metselwerk bij buiging 1996-1-1
buitengewone belasting (A)
belasting, gewoonlijk van korte duur maar van aanmerkelijke grootte, waarvan de kans van optreden tijdens de ontwerplevensduur van de constructie gering is
OPMERKING 1 Het is te verwachten dat een buitengewone belasting in veel gevallen ernstige gevolgen teweegbrengt, tenzij passende maatregelen worden getroffen. OPMERKING 2 Schok-, sneeuw-, wind- en aardbevingsbelastingen kunnen veranderlijke of buitengewone belastingen zijn, afhankelijk van de beschikbare gegevens inzake statistische verdelingen
1990
buitengewone ontwerpsituatie
ontwerpsituatie die betrekking heeft op uitzonderlijke omstandigheden van de constructie of haar blootstelling, met inbegrip van brand, ontploffing, schokbelasting of plaatselijk bezwijken
1990
buitengewone situatie (Verplichte term)
bijzondere situatie (Synoniem (N)) accidental situation (Engels) 1990
buitengewone situatie (Verplichte term)
buitengewone toestand (Synoniem (B)) accidental situation (Engels) 1990
buitengewone toestand (Synoniem (B))
accidental situation (Engels) buitengewone situatie (Verplichte term) 1990
burgerlijke bouwkunde (Synoniem (B))
civil engineering (Engels) civiele techniek (Verplichte term) 1990
C windbelastingsfactor voor bruggen 1991-1-4
c constante die is verkregen uit spanning-rekproeven bij verhoogde temperatuur (met subscripts)
1996-1-2
ca soortelijke-warmtecapaciteit van het metselwerk
calt hoogtefactor 1991-1-4
capaciteit (Synoniem)
resistance engels) weerstand (verplichte term) 1990
CC gevolgklassen: Consequence Classes, mogen synoniem worden gelezen met Reliability Classes [betrouwbaarheidsklasse] (zie RC&CC)
1990
CC1=RC1 Geringe gevolgen ten aanzien van verlies van mensenlevens, of kleine of verwaarloosbare economische, sociale of gevolgen voor de omgeving.
oude TGB: veiligheidsklasse 2 1990
CC2=RC2 Grote gevolgen ten aanzien van verlies van mensenlevens, aanzienlijke economische, sociale of gevolgen voor de omgeving.
oude TGB: veiligheidsklasse 3 1990
CC3=RC3 Middelmatige gevolgen ten aanzien van verlies van mensenlevens, of zeer grote economische, sociale of gevolgen voor de omgeving.
oude TGB: deze klasse bestond niet 1990
Cd nominale waarde, of een functie van bepaalde rekenwaarden van materiaaleigenschappen
bijv.: in bruikbaarheidscriterium 1990
cd dynamische factor 1991-1-4
cdir windrichtingsfactor Voor cdir moet een waarde gelijk aan 1 zijn genomen
1991-1-4
Ce blootstellingscoëfficiënt De blootstellingscoëfficiënt is voor iedere locatie in Nederland: Ce = 1,0.
1991-1-3
ce(z) blootstellingsfactor 1991-1-4
Cesl coëfficiënt voor uitzonderlijke sneeuwbelastingen 1991-1-3
cf krachtcoefficient 1991-1-4
cf,l liftcoefficient 1991-1-4
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
217
cf,o krachtcoefficient van constructies of constructie-elementen zonder eindeffecten
1991-1-4
cfr wrijvingscoefficient 1991-1-4
civiele techniek (Verplichte term)
burgerlijke bouwkunde (Synoniem (B)) civil engineering (Engels) 1990
civil engineering (Engels)
civiele techniek (Verplichte term) burgerlijke bouwkunde (Synoniem (B)) 1990
clat aerodynamische excitatiecoefficient 1991-1-4
cM momentcoefficient 1991-1-4
cnom nominale betondekking 1996-1-1
co orografiefactor 1991-1-4
combinatie (verplichte term)
combination (Engels) 1990
combinatiewaarde van een veranderlijke belasting (ψ0 Qk)
waarde gekozen − voor zover deze kan worden bepaald op statistische gronden – zodanig, dat de kans, dat de effecten veroorzaakt door de combinatie worden overschreden, bij benadering dezelfde is als voor de karakteristieke waarde van een afzonderlijke belasting. Zij mag worden geformuleerd als een berekende fractie van de karakteristieke waarde gebruikmakend van een factor ψ0 ≤ 1
1990
combination (Engels)
combinatie (verplichte term) 1990
constructie systematisch samenstel van met elkaar verbonden constructieve elementen ontworpen om belastingen te dragen en voldoende stijfheid te verschaffen
1990
constructie van ondergeschikte betekenis
gebouw met een gebruiksfunctie voor: i) uitsluitend lichte industrie, met uitzondering van kassen of ii) andere gebruiksfuncties waarbij het oppervlak van het bruikbare grondvlak niet groter is dan 50 m2.
1991-1-1
constructief bezwijken van een wand bij brand
wanneer de wand na een bepaalde tijd zijn vermogen verliest om een gespecificeerde belasting te dragen
1996-1-2
constructief element
fysisch goed te onderscheiden deel van een constructie, bijv. een kolom, een balk/ligger, een plaat, een funderingspaal
1990
constructief model model of schematisering van het constructief systeem gebruikt voor analyse, ontwerp en berekening
1990
constructief systeem
belastingdragende elementen van een bouwwerk of civieltechnisch werk en de wijze waarop deze elementen samenwerken
1990
constructietype ordening van constructieve elementen OPMERKING Voorbeelden van constructietypes zijn bijvoorbeeld raamwerken, hangbruggen.
1990
constructieve berekening
methode of algoritme voor het bepalen van de belastingseffecten in elk punt van de constructie
OPMERKING Het kan nodig zijn een constructieve berekening op drie niveaus uit te voeren gebruikmakend van verschillende modelleringen: algemene, ofwel berekening van de constructie als geheel, berekening van de constructieve elementen en lokale berekening.
1990
constructieve elementen
constructieve elementen omvatten het primaire constructieve systeem en de ondersteunende constructies. Bij bruggen omvatten de constructieve elementen de liggers, het constructieve dek en de steunende elementen, zoals kabelschoenen (1.4.4)
1991-1-1
construction work (Engels)
bouwwerk (Verplichte term) werk (Synoniem (B)) 1990
controle (synoniem (N))
verification (engels) toetsing (verplichte term) 1990
cp drukcoefficient 1991-1-4
cprob waarschijnlijkheidsfactor 1991-1-4
cr ruwheidfactor 1991-1-4
crit [index] kritisch 1991-1-4
cs afmetingsfactor 1991-1-4
cscd bouwwerkfactor (6.3.1) 1991-1-4
cseason seizoensfactor Voor cseason moet een waarde gelijk aan 1 zijn genomen
1991-1-4
Ct warmtecoëfficiënt De warmtecoëfficiënt is voor elk gebouw in Nederland: Ct = 1,0
1991-1-3
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
218
ct samengestelde dikte van schillen en lijven (gegeven als een percentage van de dikte van een metselsteen)
d effectieve hoogte van een ligger 1996-1-1
d diepte van de constructie (lengte van het oppervlak parallel met de windrichting, tenzij anders voorgeschreven)
1991-1-4
d als in _d rekenwaarde [design value] 1990
da doorbuiging van een boog bij de rekenwaarde van de zijdelingse belasting
1996-1-1
dakbelasting (3,3,2(1)) Bij daken behoren opgelegde belastingen en sneeuw- of windbelastingen niet samen gelijktijdig te zijn opgelegd.
1991-1-1
dc grootste afmeting van de doorsnede van een kern in de buigrichting 1996-1-1
deel van een constructie
op zichzelf staand deel van een gehele constructie met geschikte opleg- en randvoorwaarden
1996-1-2
Dek (Gebruikte term (N))
Slab (bij bruggen) (Oorspronkelijke term (Engels)) Rijvloer (Synoniem) 1991-1-1
Diameter (N) Middellijn (Synoniem) Diameter (Engels) 1991-1-4
dichtheid zie volumiek gewicht 1991-1-1
dilatatievoeg een voeg die vrije verplaatsingen in het vlak van de wand mogelijk maakt
1996-1-1
dominante belasting (Synoniem (N))
leading action (Engels) overheersende belasting 9verplichte term) 1990
doorstrijken werkwijze waarbij de mortelvoeg, tijdens de voortgang van het werk is afgewerkt
1996-1-1
dragende wand een wand die hoofdzakelijk is ontworpen om, naast zijn eigen gewicht, een opgelegde belasting te dragen
vlak element dat overwegend aan drukspanningen is onderworpen voor het opnemen van verticale belastingen, bijvoorbeeld vloerbelastingen, en ook voor het opnemen van horizontale belastingen, bijvoorbeeld windbelastingen
1996-1-1
drukcoëfficiënt (zie) uitwendige drukcoëfficiënten geven het effect van de wind op de uitwendige oppervlakken van gebouwen; (zie) inwendige drukcoëfficiënten geven het effect van de wind op de inwendige oppervlakken van gebouwen. Netto drukcoëfficiënten geven het resulterende effect van de wind op de constructie, constructie-element of component per oppervlakte eenheid. (1.6.4)
1991-1-4
druksterkte (genormaliseerde) van metselstenen
de druksterkte van metselstenen omgerekend naar de luchtdroge druksterkte van een gelijkwaardige metselsteen met 100 mm breedte × 100 mm hoogte (zie EN 771-1 tot en met EN 771-6)
1996-1-1
druksterkte van metselstenen
de gemiddelde druksterkte van een bepaald aantal metselstenen (zie EN 771-1 tot en met EN 771-6)
1996-1-1
druksterkte van metselwerk
de sterkte van metselwerk onder druk zonder de invloed van de belemmering door drukplaten, de slankheid en excentriciteiten van de belasting
1996-1-1
druksterkte van mortel
de gemiddelde druksterkte van een bepaald aantal mortelproefstukken na 28 dagen verharding
1996-1-1
dubbelbladige wand
een wand bestaande uit twee evenwijdige bladen waarvan de langsvoeg ertussen volledig is gevuld met mortel en de bladen zeker door spouwankers zijn verbonden om gezamenlijk belasting te dragen
1996-1-1
dunbedmortel Een variant op het lijmen van stenen is het metselen met dunbedmortel. Dunbedmortel is een mengsel van cement, zand met een speciale korrelopbouw en fijne hulp- en toeslagstoffen.Door de fijne structuur van de mortel kan deze worden aangebracht met een troffel, of met een aangepaste lijmpomp in 4 tot 8 mm.
BRON:www.knb-baksteen " klei tot baksteen"
dwarsdoorsnede(meewerkende )
dwarsdoorsnede van een element dat is gebruikt in het constructief ontwerp bij brand, verkregen door verwijdering van delen van de doorsnede met een aangenomen sterkte en stijfheid gelijk aan nul
1996-1-2
dwarsdoorsnede(niet-meewerkende)
oppervlakte van een dwarsdoorsnede die niet-meewerkend wordt verondersteld met betrekking tot brandwerendheidsdoeleinden
1996-1-2
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
219
dwarsdoorsnede(resterende)
dat deel van de dwarsdoorsnede van het oorspronkelijke element dat wordt verondersteld over te blijven na aftrek van de dikte die niet-meewerkend is voor brandwerendheidsdoeleinden
1996-1-2
dynamische belasting
belasting die een versnelling van betekenis van de constructie of constructieve elementen teweegbrengt
1990
E belastingseffect gevolg van belastingen (of belastingseffect) op constructieve elementen (bijvoorbeeld snedekracht, -moment, spanning, rek) of op de constructie als geheel (bijvoorbeeld doorbuiging, kanteling/hoekverdraaiing)
1990
E elasticiteitsmodulus 1991-1-4
E korte duur secanselasticiteitsmodulus van metselwerk 1996-1-1
e excentriciteit van een kracht randafstand 1991-1-4
e [index] uitwendig blootstelling 1991-1-4
E 30 of E 60,. . ., een element dat voldoet aan het integriteitscriterium, E, na 30 min of 60.. min blootstelling aan een standaardbrand
1996-1-2
e Δθ excentriciteit ten gevolge van temperatuurvariatie over het metselwerk
ec additionele excentriciteit 1996-1-1
Ed rekenwaarde van de belasting uitgeoefend op een constructieonderdeel van gewapend metselwerk;
1996-1-1
Ed rekenwaarde van belastingseffect. Voor een bepaald belastingsgeval kunnen de rekenwaarden van de belastingseffecten (Ed) als volgt zijn geformuleerd in algemene termen: [Ed = γSdE{γf,iFrep,i ; ad } i ≥1 (6.2)]
NOOT: ook voor toetsing bruikbaarheidsgrenstoestand is _d toegepast. ([Ed ≤ Cd (6.13)] toetsing bruikbaarheidsgrenstoestand)
1990
Ed,dst rekenwaarde van destabiliserend belastingseffect in ULS:GEO geldt [Ed,dst ≤ Ed,stb (6.7)] 1990
Ed,stb rekenwaarde van stabiliserend belastingseffect in ULS:GEO geldt [Ed,dst ≤ Ed,stb (6.7)] 1990
Een (elk) project in het bijzonder (Gebruikte term (N))
The individual project (Oorspronkelijke term (Engels)) Het afzonderlijke project 1991-1-1
eerste orde elastisch-volkomen plastische berekening
constructieve berekening gebaseerd op moment/krommingsrelaties, bestaande uit een lineair-elastisch deel gevolgd door een plastisch deel zonder versteviging, uitgaande van de oorspronkelijke geometrie van de constructie
1990
eerste orde lineair-elastische berekening met herverdeling
lineair-elastische constructieve berekening waarbij de snedekrachten en -momenten zijn aangepast ten behoeve van het constructieve ontwerp, in samenhang met de gegeven uitwendige belastingen en zonder expliciete berekening van de rotatie-capaciteit
1990
eerste orde lineair-elastische berekening zonder herverdeling
elastische constructieve berekening op basis van lineaire spanning/rek- of moment/krommingsrelaties en uitgaande van de oorspronkelijke geometrie
1990
eerste orde niet-lineaire berekening
constructieve berekening uitgaande van de oorspronkelijke geometrie en rekening houdend met de niet-lineaire vervormingseigenschappen van materialen
OPMERKING Eerste orde niet-lineaire berekening is, ofwel elastisch met geschikte nadere aannamen, ofwel elastisch-volkomen plastisch (zie NEN 1990:1.5.6.8 en 1.5.6.9), ofwel elasto-plastisch (zie NEN 1990:1.5.6.10), ofwel starplastisch (zie NEN 1990:1.5.6.11).
1990
effects of actions (Engels)
belastingseffecten (verplichte term) belastingsuitwerkingen (Synoniem (N)) 1990
ehe excentriciteit aan de boven- of onderzijde van een wand veroorzaakt door horizontale belastingen
1996-1-1
ehm excentriciteit in het midden van de hoogte van een wand veroorzaakt door horizontale belastingen;
1996-1-1
ei excentriciteit aan de boven- of onderzijde van een wand 1996-1-1
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
220
eigen gewicht Het eigen gewicht van het bouwwerk omvat de constructie en de niet-constructieve elementen, inclusief vaste installaties, alsook het gewicht van grond en ballast. Exclusief verplaatsbare scheidingswanden
De niet-constructieve elementen omvatten: — dakbedekking; — vloer- en muurafwerkingen;— scheidingswanden en aftimmeringen; — leuningen, veiligheidskeringen, afscheidingen en opstaande randen; — wandbekleding; — opgehangen plafonds; — warmte-isolering; — brugaccessoires; — vaste installaties (zie 5.1 (4)).
1991-1-1
einit initiële excentriciteit 1996-1-1
ek excentriciteit veroorzaakt door kruip 1996-1-1
Elange duur lange duur elasticiteitsmodulus van metselwerk 1996-1-1
elasto-plastische berekening (eerste of tweede orde)
constructieve berekening gebruikmakend van spanning/rek- of moment/krommingsrelaties bestaande uit een lineair-elastisch deel gevolgd door een plastisch deel met of zonder versteviging
OPMERKING In het algemeen wordt de berekening gemaakt uitgaande van de oorspronkelijke geometrie van de constructie, maar zij mag ook worden gemaakt uitgaande van geometrie van de verplaatste (of vervormde) constructie.
1990
element (:constructief element)
fysisch goed te onderscheiden deel van een constructie, bijv. een kolom, een balk/ligger, een plaat, een funderingspaal
1990
em excentriciteit veroorzaakt door belasting 1996-1-1
emk excentriciteit in het midden van de hoogte van een wand 1996-1-1
En elasticiteitsmodulus van onderdeel n; 1996-1-1
enkelbladige wand
een wand zonder spouw of doorgaande langsvoeg in zijn vlak 1996-1-1
enkelvoudige (blijvende) belasting
Het totale eigen gewicht van constructieve en niet-constructieve elementen behoort bij belastingscombinaties in aanmerking te zijn genomen als een enkelvoudige belasting.
OPMERKING 3 (1990, tabel A.1.2(B))De karakteristieke waarden van alle blijvende belastingen van één en dezelfde oorsprong zijn vermenigvuldigd met γG,sup, wanneer het totale resulterende belastingseffect ongunstig is en met γG,inf , wanneer het totale resulterende belastingseffect gunstig is. Bijvoorbeeld, alle belastingen voortkomende uit het eigengewicht van de constructie mogen zijn beschouwd als van één en dezelfde oorsprong; dit is ook van toepassing wanneer er verschillende materialen bij betrokken zijn.
1991-1-1
enkelvoudige belasting
belasting waarvan kan worden aangenomen dat zij in de tijd en ruimte statistisch onafhankelijk is van gelijk welke andere belasting die werkt op de constructie
1990
EQU "loss of equilibrium of the structure or any part of it, considered as a rigid body" Uiterste grenstoestand waarbij Verlies van statisch evenwicht van de constructie, of van welk deel ervan ook, beschouwd als star lichaam getoetst wordt. Waarbij: – kleine variaties van de waarde of de ruimtelijke verdeling van belastingen afkomstig van één enkele oorsprong van groot belang zijn, en – de sterktes van de bouwmaterialen of de grond in het algemeen niet bepalend zijn. [Ed,dst ≤ Ed,stb (6.7)]
OPM.De stabiliteit van de gebouwconstructie in zijn totaliteit (bijvoorbeeld: met inbegrip van de stabiliteit van een talud dat een gebouw draagt) behoort te zijn getoetst overeenkomstig EN 1997.
1990
evenwicht zie EQU ; zie ook belastingcombinaties EQU 1990
F:belasting a) stelsel van krachten (belastingen) werkend op de constructie (rechtstreekse belasting)
b) stelsel van opgelegde vervormingen of versnellingen, veroorzaakt bijvoorbeeld door temperatuursveranderingen, vochtigheidsschommelingen, ongelijke zetting of aardbevingen(niet-rechtstreekse belasting)
1990
fabrieksmatig vervaardigde mortel
mortel samengesteld en gemengd in een fabriek 1996-1-1
FAT FATigue: Bezwijken van de constructie of constructieve elementen door vermoeiing.
OPMERKING Voor het ontwerp en de berekening bij vermoeiing zijn combinaties van belastingen gegeven in EN 1992 tot en met EN 1999.
1990
fb genormaliseerde gemiddelde druksterkte van een metselsteen 1996-1-1
fb karakteristieke sterkte van een metselsteen
fbod rekenwaarde van de verankeringssterkte van wapeningsstaal 1996-1-1
fbok karakteristieke verankeringssterkte 1996-1-1
fck karakteristieke druksterkte van vulbeton 1996-1-1
fcvk karakteristieke schuifsterkte van vulbeton 1996-1-1
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
221
fd rekenwaarde van de druksterkte van metselwerk in de beschouwde richting
1996-1-1
Fd rekenwaarde van de druk- of trek weerstand van een spouwanker 1996-1-1
Fd:rekenwaarde van een belasting
waarde verkregen door vermenigvuldiging van de representatieve waarde met de partiële factor γf [(6.1a) Fd = γ f Frep]
OPMERKING Het product van de representatieve waarde vermenigvuldigd met de partiële factor γ F = γ Sd ×γ f mag ook worden aangemerkt als de rekenwaarde van de belasting (Zie 6.3.2).
1990
fdθ1 rekenwaarde van de druksterkte van het metselwerk bij minder dan bij θ1°C
fdθ2 rekenwaarde van de sterkte van het metselwerk onder druk tussen θ1 °C en θ2°C
Ffr resulterende wrijvingskracht 1991-1-4
Fj wervelexcitatiekracht op punt j van de constructie 1991-1-4
fk karakteristieke druksterkte van metselwerk 1996-1-1
Fk:karakteristieke waarde van een belasting
belangrijkste representatieve waarde van een belasting OPMERKING Voor zover een karakteristieke waarde kan worden vastgelegd op statistische gronden, wordt zij gekozen in overeenstemming met een voorgeschreven kans om niet te worden overschreden naar de ongunstige kant gedurende een “referentieperiode”, rekening houdend met de ontwerplevensduur van de constructie en de tijdsperiode van de ontwerpsituatie.
1990
fL dimensieloze frequentie 1991-1-4
fm druksterkte van mortel 1996-1-1
fr [index] wrijving 1991-1-4
Frep representatieve waarde van een belasting [(6,1b) Frep =ψ × Fk] waarde gebruikt voor de toetsing van een grenstoestand. Een representatieve waarde kan de karakteristieke waarde (Fk) of een gelijktijdige waarde (ψFk) zijn
1990
frequente waarde van een veranderlijke belasting (ψ1 Qk )
waarde bepaald – voor zover deze op statistische gronden kan worden bepaald – zodanig, dat ofwel de totale tijdsperiode gedurende welke zij wordt overschreden binnen de gekozen referentieperiode, slechts een klein bepaald deel is van deze referentieperiode, ofwel de frequentie van haar overschrijding wordt begrensd door een bepaalde waarde. Zij mag worden geformuleerd als een berekende fractie van de karakteristieke waarde gebruikmakend van een factor ψ1 ≤ 1
OPMERKING 1 Voor gebouwen, bijvoorbeeld, wordt de frequente waarde zo gekozen dat de tijd dat zij wordt overschreden 0,01 van de referentieperiode is; voor verkeersbelastingen op bruggen wordt de frequente waarde bepaald op basis van een herhalingstijd van één week.
1990
frog een tijdens de productie gevormde uitholling in één of twee vlijvlakken van de metselsteen
1996-1-1
Fs kracht per m lengte door een glijdende sneeuwmassa [kN/m] 1991-1-3
Ft is de aangepaste extreme waarde van de veranderlijke gelijkmatig verdeelde belasting bij de gekozen ontwerplevensduur; Ft=Ft0*(((1-ψ1)/9)*ln(t/t0))+1)
zie ook ψT [psi_T]: sneeuw: 1991-1-3 NB:referentieperiode 15 jaar: sk15 = 0,70 sk50. referentieperiode 1 jaar: sk1 = 0,50 sk50.
Ft0 is de extreme waarde van de veranderlijke gelijkmatig verdeelde belasting bij de ontwerplevensduur van 50 jaar
zie ook ψT [psi_T]
fundamentele basiswindsnelheid
10 minuten gemiddelde windsnelheid met een jaarlijkse overschrijdingskans van 0,02, ongeacht de windrichting, op een hoogte van 10 m boven vlak terrein, zonodig rekening houdend met hoogte-effecten (1.6.1)
1991-1-4
fvd rekenwaarde van de schuifsterkte van metselwerk 1996-1-1
fvk karakteristieke schuifsterkte van metselwerk 1996-1-1
fvko karakteristieke initiële schuifsterkte van metselwerk, bij een drukspanning gelijk aan nul
1996-1-1
fvlt grenswaarde voor de waarde van fvk 1996-1-1
Fw resulterende windkracht Fw = cscd ⋅ cf ⋅ qp (ze ) ⋅ Aref 1991-1-4
fxd rekenwaarde van de buigtreksterkte behorende bij het beschouwde buigvlak
1996-1-1
fxd1 rekenwaarde van de buigtreksterkte als bezwijken optreedt in een vlak evenwijdig aan de lintvoeg
1996-1-1
fxd1,app schijnbare rekenwaarde van de buigtreksterkte als bezwijken optreedt in een vlak evenwijdig aan de lintvoeg
1996-1-1
fxd2 rekenwaarde van de buigtreksterkte als bezwijken optreedt in een vlak loodrecht op de lintvoeg
1996-1-1
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
222
fxd2,app schijnbare rekenwaarde van de buigtreksterkte als bezwijken optreedt in een vlak loodrecht op de lintvoeg
1996-1-1
fxk1 karakteristieke buigtreksterkte als bezwijken optreedt in een vlak evenwijdig aan de lintvoeg
1996-1-1
fxk2 karakteristieke buigtreksterkte als bezwijken optreedt in een vlak loodrecht op de lintvoeg
1996-1-1
fyd rekenwaarde van de sterkte van het wapeningsstaal 1996-1-1
fyk karakteristieke sterkte van het wapeningsstaal 1996-1-1
G blijvende belasting belasting die naar alle waarschijnlijkheid werkzaam is gedurende een gegeven referentieperiode en waarvan de variatie van haar grootte in de tijd verwaarloosbaar is, of waarvoor de variatie altijd één kant op gaat (gelijkmatig) totdat de belasting een zekere grenswaarde bereikt
1990
g totaal van de breedten van de mortel rupsen 1996-1-1
G glijdingsmodulus van metselwerk 1996-1-1
gat een gevormde holte die al of niet door de hele metselsteen heen loopt
1996-1-1
Gd rekenwaarde van een blijvende belasting 1990
Gd,inf ondergrens rekenwaarde van een blijvende belasting [inferior] 1990
Gd,sup bovengrens rekenwaarde van een blijvende belasting [superior] 1990
gebruiksgrenstoestand (Synoniem (B))
serviceability limit state (SLS:engels) bruikbaarheidsgrenstoestand (verplichte term) 1990
gebruiksklassen Ruimten in woon-, bijeenkomst-, handels- en kantoorgebouwen, moeten in klassen zijn ingedeeld volgens hun specifieke gebruik, weergegeven in tabel 6.1.
1991-1-1
Geconcentreerde belasting (Gebruikte term (N))
Concentrated load (Oorspronkelijke term (Engels)) Puntlast (Synoniem (B)) 1991-1-1
Gegeven, bepaald, opgelegd (Synoniem (B))
Specified (Engels) Voorgeschreven (N) 1991-1-4
gelijktijdige waarde van een veranderlijke belasting (ψ Qk)
waarde van een veranderlijke belasting die gelijktijdig optreedt met de overheersende belasting in een combinatie
OPMERKING De gelijktijdige waarde van een veranderlijke belasting kan de combinatiewaarde, de frequente waarde of de quasi-blijvende waarde zijn.
1990
gemiddelde windsnelheid
basiswindsnelheid aangepast om rekening te houden met terreinruwheid en orografie (1.6.3)
1991-1-4
genormaliseerde druksterkte van metselstenen
de druksterkte van metselstenen omgerekend naar de luchtdroge druksterkte van een gelijkwaardige metselsteen met 100 mm breedte × 100 mm hoogte (zie EN 771-1 tot en met EN 771-6)
1996-1-1
GEO Uiterste grenstoestand waarbij bezwijken of buitensporige vervorming van de grond getoetst wordt. [Ed<=Rd (6.8)]. Geotechnische belastingen en weerstand van de grond vallen onder GEO.
OPM.Hydraulisch bezwijken en bezwijken ten gevolge van opdrijven (bijvoorbeeld van de bodem van een ontgraving voor de constructie van een gebouw) behoren te zijn getoetst overeenkomstig EN 1997.
1990
geotechnische belasting
belastingsoverdracht op de constructie door de grond, grondaanvulling of grondwater
1990
gevaarlijk, ongewoon voorval (Synoniem (N))
hazard (Engels) bedreiging (verplichte term) 1990
Gevolgklasse Consequence Classes : Verdeling van gebouwtypen naar gevolgen bij bezwijken tijdens ontwerplevensduur in 3 klassen (zie CC&RC)
1990
gevulde spouwmuur
een wand bestaande uit twee evenwijdige bladen waarbij de spouw is gevuld met beton of gietmortel, en die onderling stevig zijn verbonden door spouwankers om gezamenlijk belasting te dragen
1996-1-1
gewapend metselwerk
metselwerk waarin staven of netten zijn opgenomen in mortel of beton zodat alle materialen samenwerken bij het weerstand bieden aan het effect van de belasting
1996-1-1
gewicht van een voertuig
zie ook brutogewicht (1.4.3) 1991-1-1
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
223
gietmortel een gietbaar mengsel van cement, zand en water om kleine holten en spleten te vullen
1996-1-1
Gk karakteristieke waarde van een blijvende belasting 1990
gk gewicht per oppervlakte-eenheid of gewicht per lengte-eenheid 1991-1-1
Gk,j karakteristieke waarde van blijvende belasting j 1990
Gkj,sup / Gkj,inf bovengrens/ondergrens karakteristieke waarde van blijvende belasting j [inferior / superior]
1990
Globale drukcoëfficiënten
zie uitwendige drukcoëfficiënt (1.6.4) Globale coëfficiënten geven de drukcoëfficiënten voor belaste oppervlakten van 10 m2. Deze mogen zijn gebruikt voor belaste oppervlakten groter dan 10 m2 .
1991-1-4
grenstoestanden toestanden waarboven de constructie niet langer aan de van toepassing zijnde ontwerpen berekeningscriteria voldoet
1990
Griekse letters 1996-1-1
grijpgat een in een metselsteen gevormde holte om het mogelijk te maken dat deze kan worden opgepakt met één of twee handen dan wel machinaal.
1996-1-1
Groep (NEN-EN 1990/NB tabel A1.2)
Oorspronkelijke term is "set"(engels). Ik denk dat het gelezen moet worden als "set formules" en geen betrekking heeft op de a,b,c,d benoeming in 6.4.1 (a)EQU;(b)STR enz…
1990
groepen 1, 2, 3 en 4 metselwerkstenen
groepsaanduiding voor metselstenen, afhankelijk van het percentage van de grootte en de richting van de gaten in de stenen als ze zijn gemetseld
1996-1-1
gwg geen waarde gegeven
H hoogte van een topografisch element 1991-1-4
h vrije hoogte van een metselwerkwand 1996-1-1
h hoogte van de constructie 1991-1-4
Hart-op-hartafstand (Gebruikte term (N))
Spacing (Oorspronkelijke term (Engels)) Steekmaat, tussenafstand (Synoniem) 1991-1-1
have obstakelhoogte 1991-1-4
hazard (Engels) bedreiging (verplichte term) gevaarlijk, ongewoon voorval (Synoniem (N)) 1990
hc hoogte van een wand tot het peil van een belasting 1996-1-1
hdis verplaatsingshoogte 1991-1-4
hechting de eigenschap van mortel om een trek- en afschuifweerstand te ontwikkelen in het contactvlak met metselstenen
1996-1-1
hef effectieve hoogte van een wand 1996-1-1
hef effectieve hoogte van de wand
hellingshoek van het natuurlijk talud
hellingshoek van het natuurlijk talud is de hoek die de natuurlijke helling van de zijkanten van een gestorte hoop los materiaal maakt met het horizontale vlak (1.4.2)
1991-1-1
herstelling werkzaamheden uitgevoerd om de functie van de constructie te behouden of te herstellen, die buiten het bestek van onderhoud vallen
1990
herverdeelde sneeuwbelasting op het dak
belastingsschikking die de verdeling van de sneeuwbelasting op het dak beschrijft door verplaatsing van sneeuw bijvoorbeeld door de wind (1.6.6)
1991-1-3
Het afzonderlijke project
The individual project (Oorspronkelijke term (Engels)) Een (elk) project in het bijzonder (Gebruikte term (Nederlands))
1991-1-1
hi vrije hoogte van metselwerkwand, i 1996-1-1
hoofdbelasting (Synoniem (B))
leading action (Engels) overheersende belasting (verplichte term) 1990
htot totale hoogte van een constructie, een wand of een kern, vanaf de bovenzijde van de fundering
1996-1-1
i [index] inwendig ; trillingsvormnummer 1991-1-4
I 30 of I 60,. . ., een element dat voldoet aan het thermische-isolatiecriterium, I, na 30 min of 60.. min blootstelling aan een standaardbrand
1996-1-2
Ij kwadratisch oppervlaktemoment van onderdeel j 1996-1-1
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
224
ingesloten metselwerk
metselwerk dat in de verticale en horizontale richting is voorzien van opsluitende gewapend betonnen of gewapende metselwerkelementen
1996-1-1
installaties zie vaste installaties 1991-1-1
inwendige drukcoëfficiënt
inwendige drukcoëfficiënten geven het effect van de wind op de inwendige oppervlakken van gebouwen.(1.6.4)
1991-1-4
Iv turbulentie-intensiteit 1991-1-4
j [index] volgnummer van incrementele oppervlakte of punt van een constructie
1991-1-4
k coëfficiënt om rekening te houden met de onregelmatige vorm van sneeuw (zie ook 6.3)
1991-1-3
K trillingsvormfactor; vormparameter 1991-1-4
k verhouding van de capaciteit voor het opnemen van zijdelingse belasting door een verticaal overspannende wand tot de capaciteit voor het opnemen van zijdelingse belasting van de feitelijke wand waarbij de invloed van zijdelingse steunen in rekening is gebracht
1996-1-1
K constante gebruikt bij de berekening van de druksterkte van metselwerk
1996-1-1
k ruwheidshoogte* 1991-1-4
k als in _k karakteristieke waarde 1990
karakteristieke sterkte van metselwerk
waarde van de sterkte van metselwerk die met een voorgeschreven waarschijnlijkheid van 5 % in een hypothetische ongelimiteerde testserie niet wordt onderschreden. In het algemeen komt deze waarde overeen met een gespecificeerde fractie van een veronderstelde statische verdeling van de in de testserie beschouwde eigenschap van het materiaal of product. In sommige omstandigheden is een nominale waarde gebruikt als karakteristieke waarde
1996-1-1
karakteristieke waarde (Xk of Rk)
waarde van een materiaal- of producteigenschap met een voorgeschreven kans om niet te worden bereikt in een veronderstelde oneindige proefreeks. Deze waarde stemt in het algemeen overeen met een welomschreven fractiel van de aangenomen statistische verdeling van de desbetreffende eigenschap van het materiaal of product. In sommige omstandigheden wordt een nominale waarde als karakteristieke waarde gebruikt
1990
karakteristieke waarde van de sneeuwbelasting op de grond (sk)
moet in Nederland voor iedere locatie zijn uitgegaan van sk = 0,7 kN/m2.
1991-1-3
karakteristieke waarde van een belasting (Fk)
belangrijkste representatieve waarde van een belasting OPMERKING Voor zover een karakteristieke waarde kan worden vastgelegd op statistische gronden, wordt zij gekozen in overeenstemming met een voorgeschreven kans om niet te worden overschreden naar de ongunstige kant gedurende een “referentieperiode”, rekening houdend met de ontwerplevensduur van de constructie en de tijdsperiode van de ontwerpsituatie.
1990
karakteristieke waarde van een geometrisch eigenschap (ak)
waarde gewoonlijk overeenstemmend met de afmetingen vastgelegd in het ontwerp. Waar van toepassing, mogen waarden van geometrische grootheden overeenstemmen met een zeker voorgeschreven fractiel van de statistische verdeling
1990
karakteristieke waarde van sneeuwbelasting op de grond
sneeuwbelasting op de grond gebaseerd op een jaarlijkse kans van overschrijding van 0,02, met uitzondering van uitzonderlijke sneeuwbelastingen (1.6.1)
1991-1-3
karakteristieke waarde van sneeuwbelasting op het dak
product van de karakteristieke sneeuwbelasting op de grond en de coëfficiënten van toepassing (1.6.4)
1991-1-3
kƒ¦ torsiestijfheid 1991-1-4
KFI
[K_F_hoofdletter i]
vermenigvuldigingsfactor op partiële factoren = factor toepasbaar op belastingen ten behoeve van de betrouwbaarheidsdifferentiatie
B3.3(1) 1990
kiel (Synoniem (N),(B))
valley (oorspronkelijk (Engels)) luwte (Verplicht (N)) 1991-1-3
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
225
Kiv interferentiefactor voor wervelloslating 1991-1-4
klasse zie ook gebruiksklasse 1991-1-1
km verhouding van vloerstijfheid tot wandstijfheid 1996-1-1
kp piekfactor 1991-1-4
kr rotatiestijfheid van een steun 1996-1-1
kr terreinfactor 1991-1-4
krachtcoëfficiënt geeft het globaal effect van de wind op een constructie, constructie-element of component als een geheel, inclusief wrijving, voor zover dit niet uitdrukkelijk uitgesloten is (1.6.5)
1991-1-4
Krd reductiefactor voor het effect van borstweringen 1991-1-4
Kw correlatielengtefactor 1991-1-4
Kx dimensieloze coëfficiënt 1991-1-4
L lengte van de overspanning van een brugdek; turbulentielengteschaal 1991-1-4
l lengte van een wand (tussen andere wanden, tussen een wand en een opening of tussen openingen)
1996-1-1
l lengte bij 20°C
l lengte van een horizontale constructie 1991-1-4
la de lengte of the hoogte van de wand tussen de steunpunten die in staat zijn om spatkrachten uit een boog op te nemen
1996-1-1
langsvoeg een verticale mortelvoeg binnen de dikte van de wand, evenwijdig aan het vlak van de wand
1996-1-1
lb rechte verankeringslengte 1996-1-1
lc lengte van het gedrukte deel van een wand 1996-1-1
lcl vrije lengte van een opening 1996-1-1
Ld werkelijke lengte van een helling aan lijzijde 1991-1-4
Le effectieve lengte van een helling aan loefzijde 1991-1-4
leading action (Engels)
overheersende belasting (verplichte term) dominante belasting (Synoniem (N)) 1990
leading action (Engels)
overheersende belasting (verplichte term) hoofdbelasting (Synoniem (B)) 1990
lef effectieve overspanning van een metselwerkligger 1996-1-1
lefm effectieve lengte van een oplegging in het midden van de hoogte van een wand
1996-1-1
lF lengte van een wand gedurende een periode van brandwerendheid
lichtgewicht mortel prestatiemortel met een droge volumieke massa van de verharde mortel die kleiner is dan een vooraf gegeven waarde volgens EN 998-2
1996-1-1
lijf het vaste materiaal tussen de gaten in een metselsteen 1996-1-1
lijmmortel prestatiemortel met een maximale grootte van het toeslagmateriaal die kleiner is dan of gelijk is aan een vooraf gegeven waarde
zie opmerking in 3.6.1.2 (2) 1996-1-1
lijmmortelvoeg een voeg gemaakt met lijmmortel 1996-1-1
lijzijde "schaduwzijde"van de wind 1991-1-4
lintvoeg een mortellaag tussen de vlijvlakken van de stenen 1996-1-1
lintvoegwapening wapeningsstaal dat is geprefabriceerd voor de toepassing in een lintvoeg
1996-1-1
Lj correlatielengte 1991-1-4
load (Engels) belasting (verplichte term) 1990
loefzijde kant die de wind "vangt" 1991-1-4
Lokale drukcoëfficiënten
zie uitwendige drukcoëfficiënt (1.6.4) Lokale coëfficiënten geven de drukcoëfficiënten voor belaste oppervlakten van 1 m2. Ze mogen zijn gebruikt voor berekening en ontwerp van kleine elementen en bevestigingen
1991-1-4
lr vrije afstand tussen zijdelingse steunen 1996-1-1
ls lengte van sneeuwverstuiving of van zone die aan sneeuwbelasting is blootgesteld [m]
1991-1-3
Lu werkelijke lengte van een helling aan loefzijde 1991-1-4
luwte (Verplicht (N))
kiel (Synoniem (N),(B)) valley (oorspronkelijk (Engels)) 1991-1-3
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
226
m massa per eenheidslengte 1991-1-4
m [index] gemiddeld 1991-1-4
M 90 of M 120,. . ., een element dat voldoet aan het criterium, M, voor mechanische weerstand bij optreden van een mechanische stootbelasting na 90 min of 120.. min blootstelling aan een standaardbrand
1996-1-2
m1 equivalente massa per eenheidslengte 1991-1-4
Mad rekenwaarde van het additionele moment 1996-1-1
maximaal spanningsniveau
voor een gegeven temperatuur, het spanningsniveau waarop het spanning-rekdiagram van metselwerk is afgetopt om een plasticiteitsgrens te verkrijgen
1996-1-2
Md rekenwaarde van het buigende moment aan de voet van een kern 1996-1-1
MEd rekenwaarde van het aangrijpende moment 1996-1-1
MEdf rekenwaarde van het moment onder de vloer 1996-1-1
MEdu rekenwaarde van het moment boven de vloer 1996-1-1
meervoudig gebruik
gebruik waarbij indeling naar meerdere gebruiksklassen of belastingen mogelijk is
Wanneer vloeren onderhevig zijn aan meervoudig gebruik, moeten zij zijn ontworpen en berekend voor de meest ongunstige klasse van belasting die de grootste belastingseffecten teweegbrengt (bijv. krachten of doorbuiging) in het beschouwde element.
1991-1-1
metselwerk (voorgespannen)
metselwerk waarin opzettelijk inwendige drukspanningen zijn aangebracht door voorspanwapening
1996-1-1
meewerkende dwarsdoorsnede
dwarsdoorsnede van een element dat is gebruikt in het constructief ontwerp bij brand, verkregen door verwijdering van delen van de doorsnede met een aangenomen sterkte en stijfheid gelijk aan nul
1996-1-2
meewerkende dwarsdoorsnede(niet-)
oppervlakte van een dwarsdoorsnede die niet-meewerkend wordt verondersteld met betrekking tot brandwerendheidsdoeleinden
1996-1-2
metselwerk een samenstelling van metselstenen gelegd in een bepaald patroon en samengevoegd met mortel
1996-1-1
metselwerk (ingesloten)
metselwerk dat in de verticale en horizontale richting is voorzien van opsluitende gewapend betonnen of gewapende metselwerkelementen
1996-1-1
metselwerk (ongewapend)
metselwerk zonder voldoende hoeveelheid wapening om het als gewapend metselwerk te beschouwen
1996-1-1
metselwerk(gewapend)
metselwerk waarin staven of netten zijn opgenomen in mortel of beton zodat alle materialen samenwerken bij het weerstand bieden aan het effect van de belasting
1996-1-1
metselwerkstenen een voorgevormd onderdeel dat is bedoeld om in een constructie van metselwerk te zijn gebruikt
1996-1-1
Mi eindmoment bij knoop i 1996-1-1
Mid rekenwaarde van het buigende moment aan de boven- of onderzijde van de wand
1996-1-1
Middellijn (Synoniem)
Diameter (Engels) Diameter (N) 1991-1-4
Mmd rekenwaarde van het grootste moment in het midden van de hoogte van de wand
1996-1-1
model (constructief)
model of schematisering van het constructief systeem gebruikt voor analyse, ontwerp en berekening
1990
moet vertaling van shall en should: "moet: is onafhankelijk van het karakter van de normtekst (beginsel of toepassingsregel) verplichtend. In de Nederlandstalige versie van het normblad is ‘should’ vertaald met 'behoort te'. Dit 'behoort te' moet onafhankelijk van het karakter van de normtekst (toepassingsregel of beginsel) worden gelezen als 'moet' en is daarmee verplichtend."
1990
mortel mengsel van één of meer anorganische bindmiddelen, toeslagmaterialen en water, tezamen met eventuele toevoegingen en/of hulpstoffen voor metselen, doorstrijken of voegen
1996-1-1
mortel lichtgewicht prestatiemortel met een droge volumieke massa van de verharde mortel die kleiner is dan een vooraf gegeven waarde volgens EN 998-2
1996-1-1
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
227
mortel op samenstelling
mortel vervaardigd in vooraf bepaalde verhoudingen, waarvan de eigenschappen zijn aangenomen op grond van de omschreven verhouding van de samenstellende delen (receptconcept)
1996-1-1
mortel voor algemene toepassing
mortel zonder bijzondere eigenschappen 1996-1-1
mortel(dunbedmortel)
Een variant op het lijmen van stenen is het metselen met dunbedmortel. Dunbedmortel is een mengsel van cement, zand met een speciale korrelopbouw en fijne hulp- en toeslagstoffen.Door de fijne structuur van de mortel kan deze worden aangebracht met een troffel, of met een aangepaste lijmpomp in 4 tot 8 mm.
BRON:www.knb-baksteen " klei tot baksteen"
mortel(fabrieksmatig vervaardigd)
fabrieksmatig vervaardigde 1996-1-1
mortel(giet-) een gietbaar mengsel van cement, zand en water om kleine holten en spleten te vullen
1996-1-1
mortel(lijmmortel) prestatiemortel met een maximale grootte van het toeslagmateriaal die kleiner is dan of gelijk is aan een vooraf gegeven waarde
zie opmerking in 3.6.1.2 (2) 1996-1-1
mortel(op de bouwplaats vervaardigde)
een mortel die op de bouwplaats is samengesteld uit afzonderlijke bestanddelen en gemengd
1996-1-1
mortel(prestatiemortel)
een mortel waarvan de samenstelling en de productiemethode zijn gekozen om aan voorgeschreven eigenschappen te voldoen (prestatieconcept)
1996-1-1
mortel(semi fabrieksmatig vervaardigd)
vooraf samengestelde mortel of vooraf gemengde kalk-zandmortel 1996-1-1
mortel(vooraf gemengde kalk-zand-)
mortel die bestaat uit bestanddelen die in een fabriek zijn samengevoegd en gemengd en die op de bouwplaats is geleverd, en waar andere bestanddelen (bijv. cement), voorgeschreven of geleverd door de fabriek, zijn toegevoegd en gemengd met het kalk en zand
1996-1-1
mortel(vooraf samengestelde)
mortel die bestaat uit bestanddelen die in een fabriek zijn samengesteld en die op de bouwplaats is geleverd en daar onder door de fabrikant vastgestelde verhoudingen en condities is gemengd
1996-1-1
mortel, druksterkte van
de gemiddelde druksterkte van een bepaald aantal mortelproefstukken na 28 dagen verharding
1996-1-1
MRd rekenwaarde van het opneembare moment 1996-1-1
n aantal verdiepingen 1991-1-1
N aantal belastingswisselingen veroorzaakt door wervelloslating 1991-1-4
n aantal verdiepingen 1996-1-1
N som van de rekenwaarde van de verticale belastingen op een gebouw
1996-1-1
n0 ovalisatiefrequentie 1991-1-4
n1,x eerste eigenfrequentie van langswindtrillingen 1991-1-4
n1,y eerste eigenfrequentie van zijwindtrillingen 1991-1-4
Nad de maximale rekenwaarde van de drukkracht in een boog per eenheid van lengte in de wand
1996-1-1
Nationaal Bepaalde parameters
De nationale bijlage mag alleen informatie bevatten over de parameters die in de Eurocode opengelaten zijn voor nationale keuze, aangeduid als Nationaal Bepaalde Parameters, en die van toepassing zijn op het ontwerp en de berekening van te realiseren gebouwen en civieltechnische werken in het desbetreffende land
1990
Nationale Bijlage De nationale bijlage mag alleen informatie bevatten over de parameters die in de Eurocode opengelaten zijn voor nationale keuze, aangeduid als Nationaal Bepaalde Parameters
National Annex (Engels) 1990
natuurlijk talud hellingshoek van het natuurlijk talud is de hoek die de natuurlijke helling van de zijkanten van een gestorte hoop los materiaal maakt met het horizontale vlak (1.4.2)
1991-1-1
NB Nationale Bijlage National Annex (Engels) 1990
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
228
NBP Nationaal Bepaalde Parameters National Determined Parameters (Engels) 1990
NEd rekenwaarde van de verticale belasting 1996-1-1
NEd rekenwaarde van de verticale belasting
NEdc rekenwaarde van een geconcentreerde verticale belasting 1996-1-1
NEdf rekenwaarde van de belastingsafdracht van een vloer 1996-1-1
NEdu rekenwaarde van de belasting boven de vloer 1996-1-1
NEl belasting uitgeoefend door een vloer 1996-1-1
Netto drukcoëfficiënt
Netto drukcoëfficiënten geven het resulterende effect van de wind op de constructie, constructie-element of component per oppervlakte eenheid. (1.6.4)
1991-1-4
Ng aantal belastingen voor windvlaagrespons 1991-1-4
ni stijfheidsfactor van onderdelen 1996-1-1
ni eigenfrequentie behorend bij trillingsvorm i van de constructie 1991-1-4
Nid rekenwaarde van de verticale belasting aan de boven- of onderzijde van een wand of kolom
1996-1-1
niet-constructieve elementen
niet-constructieve elementen zijn onder meer afbouwelementen en afwerking verbonden met de constructie, inclusief wegdek en niet-constructieve afscheidingen. Zij omvatten ook installaties en machines die blijvend aan of in de constructie zijn bevestigd (1.4.5)
1991-1-1
niet-dragende wand
een wand die niet is bedoeld om krachten te weerstaan zodat hij verwijderd kan worden zonder de samenhang van de constructie aan te tasten
vlak element dat overwegend alleen door zijn eigen gewicht is belast en dat dragende wanden niet schoort. Het kan echter nodig zijn om op zijn oppervlak werkende horizontale belastingen over te dragen naar dragende bouwelementen zoals wanden of vloeren
1996-1-1
niet-frequente waarde van een veranderlijke belasting (ψ1,infq Qk )
[inferior_q] OPMERKING 2 De niet-frequente waarde, gerepresenteerd als een product ψ1,infqQk, wordt gebruikt voor de toetsing van sommige bruikbaarheidsgrenstoestanden, in het bijzonder voor betonnen brugdekken of betonnen onderdelen van brugdekken. De niet-frequente waarde, alleen gedefinieerd voor verkeersbelastingen (zie EN1991-2), thermische belastingen (zie EN 1991-1-5) en windbelastingen (zie EN 1991-1-4), wordt gebaseerd op een herhalingstijd van één jaar.
1990
niet-meewerkende dwarsdoorsnede
oppervlakte van een dwarsdoorsnede die niet-meewerkend wordt verondersteld met betrekking tot brandwerendheidsdoeleinden
1996-1-2
niet-scheidende wand
dragende wand die aan twee of meer zijden aan brand is blootgesteld 1996-1-2
Nmd rekenwaarde van de verticale belasting in het midden van de hoogte van een wand of kolom
1996-1-1
nom als in _nom nominale waarde [nominal] 1990
nominale waarde waarde vastgelegd op niet-statistische grondslag, bijvoorbeeld, vanwege opgedane ervaring of fysische omstandigheden
1990
nominale waarde van een materiaal- of producteigenschap (Xnom of Rnom)
waarde gewoonlijk gebruikt als een karakteristieke waarde en verkregen uit een toepasselijk document, zoals een Europese norm of voornorm
1990
Noten (Synoniem (B))
Notes (Engels) Opmerkingen (N) 1991-1-4
NRd rekenwaarde van de uiterst opneembare verticale belasting van een metselwerkwand of kolom
1996-1-1
NRd,fiθ2 rekenwaarde van de weerstand bij brand
NRdc rekenwaarde van de uiterst opneembare geconcentreerde verticale belasting van een wand
1996-1-1
NRk karakteristieke waarde van de verticale weerstand van een wand of kolom van metselwerk
nt aantal (spouw)ankers per m2 wand 1996-1-1
ntmin minimale aantal (spouw)ankers per m2 wand 1996-1-1
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
229
omkeerbare bruikbaarheidsgrenstoestanden
bruikbaarheidsgrenstoestanden waarbij geen belastingseffecten overblijven die de voorgeschreven bruikbaarheidseisen overschrijden, wanneer de belastingen worden weggenomen
1990
omrekeningsfactor η [eta] 1990
onderhoud reeks van werkzaamheden uitgevoerd tijdens de levensduur van de constructie om deze in staat te stellen aan de eisen van betrouwbaarheid te blijven voldoen
OPMERKING Werkzaamheden om de constructie te herstellen na een buitengewoon of aardbevingsvoorval vallen normaliter buiten het onderhoudsbestek
1990
ongewapend metselwerk
metselwerk zonder voldoende hoeveelheid wapening om het als gewapend metselwerk te beschouwen
1996-1-1
onomkeerbare bruikbaarheidsgrenstoestanden
bruikbaarheidsgrenstoestanden waarbij sommige belastingseffecten die de voorgeschreven bruikbaarheidseisen overschrijden blijven bestaan, wanneer de belastingen worden bruikbaarheidseisen overschrijden blijven bestaan, wanneer de belastingen worden weggenomen
1990
ontwerp en berekening bij brand
ontwerp en berekening van een constructie om te voldoen aan de vereiste prestatie in het geval van brand
1990
ontwerp- en berekeningscriteria
kwantitatieve formuleringen die, voor elke grenstoestand, de te vervullen voorwaarden beschrijven
1990
ontwerplevensduur
veronderstelde periode gedurende welke een constructie of een deel ervan te gebruiken is voor het doel als beoogd, met inbegrip van het voorziene onderhoud, maar zonder dat ingrijpende herstel nodig is
1990
ontwerpsituatie in geval van aardbeving
ontwerpsituatie die betrekking heeft op uitzonderlijke omstandigheden van de constructie wanneer deze aan een aardbevingsvoorval wordt blootgesteld
1990
ontwerpsituaties samenstellen van fysische omstandigheden die de reële omstandigheden representeren,die optreden tijdens een zekere tijdsperiode, waarvoor het ontwerp en de berekening aantonen dat de van toepassing zijnde grenstoestanden niet worden overschreden
1990
op de bouwplaats vervaardigde mortel
een mortel die op de bouwplaats is samengesteld uit afzonderlijke bestanddelen en gemengd
1996-1-1
opgelegd, Gegeven, bepaald (Synoniem (B))
Specified (Engels) Voorgeschreven (N) 1991-1-4
opgelegde belastingen bij gebouwen
Opgelegde belastingen bij gebouwen zijn belastingen die voortvloeien uit hun gebruik. (6.1)
1991-1-1
Opmerkingen (N) Noten (Synoniem (B)) Notes (Engels) 1991-1-4
Opstaande rand (Gebruikte term (N))
Kerb (Oorspronkelijke term (Engels)) Schampkant (Synoniem (N)) 1991-1-1
orografie Reliëf van het landschap. De orografiefactor co(z) = vm/vmf brengt de toename van de gemiddelde windsnelheid in rekening bij solitaire heuvels en steile hellingen (niet voor golvende of bergachtige gebieden). De orografiefactor hangt af van de windsnelheid aan de voet van de helling
Figuur A.1 1991-1-4
overheersende belasting (verplichte term)
hoofdbelasting (Synoniem (B)) leading action (Engels) 1990
overheersende belasting 9verplichte term)
dominante belasting (Synoniem (N)) leading action (Engels) 1990
P van toepassing zijnde representatieve waarde van een voorspankracht (zie EN 1992 tot en met EN 1996 en EN 1998 tot en met EN 1999)
1990
p jaarlijkse overschrijdingskans 1991-1-4
p [index] piek ; borstwering 1991-1-4
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
230
P in (P) Beginsel [Principle] algemene uitspraken en definities waarvoor geen alternatief is, alsook eisen en analytische modellen waarvoor geen alternatief is toegelaten, tenzij specifiek aangegeven. De beginselen zijn aangeduid met de letter P, achter het nummer van de alinea.
1990
Pd rekenwaarde van een voorspankracht 1990
permanent action (Engels)
blijvende belasting (verplichte term) permanente belasting (Synoniem (N)) 1990
permanente belasting (Synoniem (N))
permanent action (Engels) blijvende belasting (verplichte term) 1990
persistent design situation (engels)
blijvende ontwerpsituatie (verplichte term) blijvende ontwerptoestand (verplichte term) of aanhoudende ontwerptoestand (Synoniem (N))
1990
persistent design situation (engels)
blijvende ontwerptoestand (verplichte term) gelijk aan blijvende ontwerpsituatie (verplichte term)
blijvende ontwerpsituatie (verplichte term) of aanhoudende ontwerptoestand (Synoniem (N))
1990
Pk karakteristieke waarde van een voorspankracht 1990
Pm gemiddelde waarde van een voorspankracht 1990
prestatiemortel een mortel waarvan de samenstelling en de productiemethode zijn gekozen om aan voorgeschreven eigenschappen te voldoen (prestatieconcept)
1996-1-1
Puntlast (Synoniem (B))
Concentrated load (Oorspronkelijke term (Engels)) Geconcentreerde belasting (Gebruikte term (Nederlands))
1991-1-1
Q veranderlijke belasting belasting waarvan de variatie in grootte in de tijd niet verwaarloosbaar, noch gelijkmatig is
1990
qb referentie gemiddelde (basis)stuwdruk 1991-1-4
Qd rekenwaarde van de totale verticale belasting in een deel van een gebouw waarvan de stabiliteit is gewaarborgd door een kern
1996-1-1
Qd rekenwaarde van een veranderlijke belasting 1990
Qk karakteristieke waarde van een enkelvoudige variabele belasting 1990
Qk karakteristieke waarde van een geconcentreerde veranderlijke belasting (PUNTLAST!)
OPMERKING qk is bedoeld voor het bepalen van algemene effecten en Qk voor plaatselijke effecten
1991-1-1
qk karakteristieke waarde van een gelijkmatig verdeelde oppervlakte- of lijnbelasting
OPMERKING qk is bedoeld voor het bepalen van algemene effecten en Qk voor plaatselijke effecten
1991-1-1
Qk,1 karakteristieke waarde van de overheersende variabele belasting 1 1990
Qk,i karakteristieke waarde van met de gelijktijdig optredende veranderlijke belasting i
1990
qlat,d rekenwaarde van de uiterst opneembare zijdelingse belasting per eenheid van wandoppervlakte
1996-1-1
qp extreme stuwdruk qp 1991-1-4
qp extreme stuwdruk 1991-1-4
qp(ze) is de extreme stuwdruk (vastgesteld in 4.5) op referentiehoogte ze 1991-1-4
quasi-blijvende combinatie (verplichte term)
quasi-permanente combinatie (Synoniem (N)) quasi-permanent combination (engels) 1990
quasi-blijvende waarde (verplichte term)
quasi-permanente waarde (Synoniem) quasi-permanent value (engels) 1990
quasi-blijvende waarde van een veranderlijke belasting ( ψ2Qk)
waarde bepaald zodanig, dat de volledige tijdsperiode gedurende welke zij wordt overschreden een groot deel is van de referentieperiode. Zij mag worden geformuleerd als een berekende fractie van de karakteristieke waarde gebruikmakend van een factor ψ2 ≤ 1
OPMERKING Voor belasting op vloeren van gebouwen, wordt de quasi-blijvende waarde meestal zo gekozen dat het deel van de tijd dat zij wordt overschreden 0,50 is van de referentieperiode. De quasiblijvende waarde kan in plaats hiervan ook worden bepaald als de gemiddelde waarde over een gekozen tijdsperiode. In het geval van wind- of verkeersbelastingen, wordt de waarde van de quasi-blijvende belasting algemeen gelijk aan nul genomen.
1990
quasi-permanent combination (engels)
quasi-blijvende combinatie (verplichte term) quasi-permanente combinatie (Synoniem (N)) 1990
quasi-permanent value (engels)
quasi-blijvende waarde (verplichte term) quasi-permanente waarde (Synoniem) 1990
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
231
quasi-permanente combinatie (Synoniem (N))
quasi-permanent combination (engels) quasi-blijvende combinatie (verplichte term) 1990
quasi-permanente waarde (Synoniem)
quasi-permanent value (engels) quasi-blijvende waarde (verplichte term) 1990
quasi-statische belasting
dynamische belasting die door een gelijkwaardige statische belasting in een statisch model wordt gerepresenteerd
1990
R weerstand 1990
r de pijlhoogte van een boog 1996-1-1
r straal 1991-1-4
R 30 of R 60,. . ., een element dat voldoet aan het draagvermogencriterium R na 30 min of 60.. min blootstelling aan een standaardbrand
1996-1-2
R2
resonantieresponsfactor 1991-1-4
RC betrouwbaarheidsklassen: Reliability Classes [betrouwbaarheidsklasse] , mogen synoniem worden gelezen met Consequence Classes [Consequence Classes] (zie RC&CC)
1990
RC1=CC1 Geringe gevolgen ten aanzien van verlies van mensenlevens, of kleine of verwaarloosbare economische, sociale of gevolgen voor de omgeving.
oude TGB: veiligheidsklasse 2 1990
RC2=CC2 Grote gevolgen ten aanzien van verlies van mensenlevens, aanzienlijke economische, sociale of gevolgen voor de omgeving.
oude TGB: veiligheidsklasse 3 1990
RC3=CC3 Middelmatige gevolgen ten aanzien van verlies van mensenlevens, of zeer grote economische, sociale of gevolgen voor de omgeving.
oude TGB: deze klasse bestond niet 1990
Rd rekenwaarde van een materiaal- of producteigenschap [Resistance] of Xd
waarde verkregen door de karakteristieke waarde te delen door een partiële factor γm of γM, of, in bijzondere gevallen, door rechtstreekse bepaling
1990
Rd rekenwaarde van de weerstand [Rd=Rk/γm (6.6c)] 1990
Re vloeigrens van staal 1996-1-1
Re Reynoldsgetal 1991-1-4
ref [index] referentie 1991-1-4
referentieperiode gekozen tijdsperiode die wordt gebruikt als grondslag voor statistische waardebepaling van veranderlijke belastingen en eventueel voor buitengewone belastingen
1990
referentieperiode (BOUWBESLUIT)
ontwerplevensduur 1990
rekenwaarde van een belasting (Fd)
waarde verkregen door vermenigvuldiging van de representatieve waarde met de partiële factor γf [(6.1a) Fd = γ f Frep]
OPMERKING Het product van de representatieve waarde vermenigvuldigd met de partiële factor γ F = γ Sd ×γ f mag ook worden aangemerkt als de rekenwaarde van de belasting (Zie 6.3.2).
1990
rekenwaarde van een geometrische eigenschap (ad)
meestal een nominale waarde. Waar van toepassing mogen waarden van geometrische grootheden overeenstemmen met een zeker voorgeschreven fractiel van de statistische verdeling
OPMERKING De rekenwaarde van een geometrische eigenschap is in het algemeen gelijk aan de karakteristieke waarde. Zij mag echter verschillend worden behandeld in gevallen waarbij de beschouwde grenstoestand zeer gevoelig is voor de waarde van de geometrische eigenschap, bijvoorbeeld, wanneer de invloed van geometrische imperfecties op knik wordt beschouwd. In dergelijke gevallen, zal de rekenwaarde normaliter worden vastgesteld als een waarde rechtstreeks vastgelegd in, bijvoorbeeld, een desbetreffende Europese norm of voornorm. In de plaats hiervan kan zij worden afgeleid uit een statistische verdeling met een waarde overeenstemmend met een meer passend fractiel (bijvoorbeeld een zeldzamere waarde) dan van toepassing is voor de karakteristieke waarde.
1990
rekenwaarde van een materiaal- of producteigenschap (Xd of Rd)
waarde verkregen door de karakteristieke waarde te delen door een partiële factor γm of γM, of, in bijzondere gevallen, door rechtstreekse bepaling :De rekenwaarde Xd van een materiaal- of producteigenschap kan als volgt worden geformuleerd in algemene termen: [Xd=(η*Xk)/(γm) (6.3)]
1990
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
232
rep als in _rep representatieve waarde 1990
representatieve waarde van een belasting (Frep)
waarde gebruikt voor de toetsing van een grenstoestand. Een representatieve waarde kan de karakteristieke waarde (Fk) of een gelijktijdige waarde (ψFk) zijn [(6,1b) Frep =ψ × Fk]
1990
resistance engels) weerstand (verplichte term) capaciteit (Synoniem) 1990
resistance engels) weerstand (verplichte term) sterkte (Synoniem (N)) 1990
resonantieresponsfactor
beschrijft het effect op de windbelasting van resonantie van de constructie in een trillingsvorm (1.6.7)
1991-1-4
responsfactor zie (achtergrond- en resonantieresponsfactor) 1991-1-4
resterende dwarsdoorsnede
dat deel van de dwarsdoorsnede van het oorspronkelijke element dat wordt verondersteld over te blijven na aftrek van de dikte die niet-meewerkend is voor brandwerendheidsdoeleinden
1996-1-2
Rh, Rb aerodynamische admittantie 1991-1-4
Rijvloer (Synoniem)
Slab (bij bruggen) (Oorspronkelijke term (Engels)) Dek (Gebruikte term (Nederlands)) 1991-1-1
Rk karakteristieke waarde van de weerstand 1990
Rk karakteristieke waarde betreffende materiaal of producteigenschappen of Xk
waarde van een materiaal- of producteigenschap met een voorgeschreven kans om niet te worden bereikt in een veronderstelde oneindige proefreeks. Deze waarde stemt in het algemeen overeen met een welomschreven fractiel van de aangenomen statistische verdeling van de desbetreffende eigenschap van het materiaal of product. In sommige omstandigheden wordt een nominale waarde als karakteristieke waarde gebruikt
1990
Rnom nominale waarde van een materiaal- of producteigenschap of Xnom waarde gewoonlijk gebruikt als een karakteristieke waarde en verkregen uit een toepasselijk document, zoals een Europese norm of voornorm
1990
road bridge (engels)
wegverkeersbrug (verplichte term) verkeersbrug (synoniem (N)) 1990
s sneeuwbelasting op het dak [kN/m²] 1991-1-3
S windbelasting 1991-1-4
s afstand tussen de afschuifwapening 1996-1-1
s factor; coördinaat 1991-1-4
sAd rekenwaarde van uitzonderlijke sneeuwbelasting op de grond [kN/m²] 1991-1-3
Sc Scrutongetal 1991-1-4
Schampkant (Synoniem (N))
Kerb (Oorspronkelijke term (Engels)) Opstaande rand (Gebruikte term (Nederlands)) 1991-1-1
scheidende wand wand die slechts aan één zijde kant aan brand is blootgesteld 1996-1-2
scheidende wand(niet-)
dragende wand die aan twee of meer zijden aan brand is blootgesteld 1996-1-2
scheidingswanden wanden die geen belasting dragen (1.4.6) (zie ook verplaatsbare scheidingswanden)
1991-1-1
schil het vaste materiaal aan de omtrek tussen een gat en de buitenzijde van een metselsteen
1996-1-1
Se sneeuwbelasting per m lengte wegens overhang [kN/m] In Nederland behoeft overhangende sneeuw aan een dakrand niet te zijn beschouwd.
1991-1-3
semi-fabrieksmatig vervaardigde mortel
vooraf samengestelde mortel of vooraf gemengde kalk-zandmortel 1996-1-1
serviceability limit state (engels)
bruikbaarheidsgrenstoestand (verplichte term) gebruiksgrenstoestand (Synoniem (B)) 1990
shall (engels) moet: is onafhankelijk van het karakter van de normtekst (beginsel of toepassingsregel) verplichtend. In de Nederlandstalige versie van het normblad is ‘should’ vertaald met 'behoort te'. Dit 'behoort te' moet onafhankelijk van het karakter van de normtekst (toepassingsregel of beginsel) worden gelezen als 'moet' en is daarmee verplichtend.
1990
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
233
shell bedded' wand
een wand waarbij de metselstenen zijn gevlijd in twee of meer rupsen van mortel, waarvan er twee zijn aangebracht op de buitenranden van het vlijvlak van de stenen
1996-1-1
should (engels) behoort te: is onafhankelijk van het karakter van de normtekst (beginsel of toepassingsregel) verplichtend. In de Nederlandstalige versie van het normblad is ‘should’ vertaald met 'behoort te'. Dit 'behoort te' moet onafhankelijk van het karakter van de normtekst (toepassingsregel of beginsel) worden gelezen als 'moet' en is daarmee verplichtend.
1990
situatie (verplichte term)
toestand (synoniem (B)) situation (engels) 1990
situation (engels) situatie (verplichte term) toestand (synoniem (B)) 1990
sk karakteristieke waarde van de sneeuwbelasting op de grond : moet in Nederland voor iedere locatie zijn uitgegaan van sk = 0,7 kN/m2.
sneeuw: 1991-1-3 NB:referentieperiode 15 jaar: sk15 = 0,70 sk50. referentieperiode 1 jaar: sk1 = 0,50 sk50.
1991-1-3
sk karakteristieke waarde van de sneeuwbelasting op de grond op de relevante locatie [kN/m²]
1991-1-3
SL dimensieloze vermogensdichtheidfunctie (spectrale dichtheidsfunctie) 1991-1-4
sleuf kanaal dat in het metselwerk is gevormd 1996-1-1
SLS (engels) bruikbaarheidsgrenstoestand (verplichte term) [serviceability limit state]
gebruiksgrenstoestand (Synoniem (B)) 1990
snedekracht (Synoniem)
action-effect (Engels) belastingseffect of snedegrootheid(Verplichte term)
1990
sneeuwbelastingsvormcoëfficiënt op het dak
verhouding tussen de sneeuwbelasting op het dak en de verdeelde sneeuwbelasting op de grond, zonder de invloed van blootstelling en thermische effecten (1.6.7)
1991-1-3
sneeuwverstuivingen
In Nederland behoeven geen uitzonderlijke sneeuwverstuivingen te zijn beschouwd
1991-1-3
sparing inspringend deel, aangebracht in het vlak van de wand 1996-1-1
spouwanker een product om één blad van een spouwmuur, door de spouw heen, aan het andere blad of aan een raamwerkconstructie of een achterwand te bevestigen
1996-1-1
spouwmuur een wand, bestaande uit twee evenwijdige enkelvoudige bladen die onderling goed zijn verankerd met spouwankers of lintvoegwapening. De ruimte tussen de bladen is als doorgaande luchtspouw gelaten of gevuld of gedeeltelijk gevuld met niet-dragend thermisch isolatiemateriaal.
Een wand die bestaat uit twee bladen, gescheiden door een spouw, waarbij één van de bladen geen bijdrage levert aan de sterkte of de stijfheid van het andere blad, wordt beschouwd als een voorzetwand.
1996-1-1
spouwmuur(gevulde)
een wand bestaande uit twee evenwijdige bladen waarbij de spouw is gevuld met beton of gietmortel, en die onderling stevig zijn verbonden door spouwankers om gezamenlijk belasting te dragen
1996-1-1
St Strouhalgetal 1991-1-4
stabiliteitswand een wand die in zijn vlak zijdelingse krachten moet opnemen 1996-1-1
star-plastische berekening
constructieve berekening uitgevoerd uitgaande van de oorspronkelijke geometrie van de constructie, die gebruikmaakt van berekeningsaannames voor bezwijkgedrag voor rechtstreekse bepaling van de uiterste belasting
OPMERKING De moment/krommingsrelatie wordt aangenomen zonder elastische vervorming en zonder versteviging.
1990
statisch evenwicht zie EQU ; zie ook belastingcombinaties EQU 1990
statische belasting belasting die geen versnelling van betekenis van de constructie of constructieve elementen teweegbrengt
1990
Steekmaat, tussenafstand (Synoniem)
Spacing (Oorspronkelijke term (Engels)) Hart-op-hartafstand (Gebruikte term (Nederlands))
1991-1-1
steenverband rangschikking van metselstenen in een regelmatig patroon om samenwerking te bereiken
1996-1-1
sterkte mechanische eigenschap die de geschiktheid aangeeft van een materiaal om belastingen te weerstaan, meestal uitgedrukt in spanningseenheden
1990
sterkte (Synoniem (N))
resistance engels) weerstand (verplichte term) 1990
sterkte van metselwerk onder afschuiving
schuifsterkte van metselwerk 1996-1-1
stootvoeg een mortelvoeg loodrecht op de lintvoeg en het vlak van de wand 1996-1-1
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
234
STR Uiterste grenstoestand waarbij bezwijken of buitensporige vervorming van een onderdeel, constructief element of verbinding (STRuctural) getoetst wordt. [Ed<=Rd (6.8)] bij bezwijken van onderdeel, constructief element of verbinding (fundering op staal,palen kelderwanden vallen onder STR)
1990
stripanker een product om onderdelen van metselwerk te bevestigen aan aangrenzende onderdelen, zoals vloeren en daken
1996-1-1
systeem (:constructief systeem)
belastingdragende elementen van een bouwwerk of civieltechnisch werk en de wijze waarop deze elementen samenwerken
1990
t is de gekozen ontwerplevensduur
t dikte van een wand 1996-1-1
t middelingstijd van de referentie windsnelheid; plaatdikte 1991-1-4
t0 is de ontwerplevensduur van 50 jaar
tch,h maximale diepte van een horizontale of schuine sleuf 1996-1-1
tch,v maximale diepte van een verticale sleuf of sparing waarbij geen berekening nodig is
1996-1-1
Technische Specificaties (Synoniem (B))
Technical specification (Engels) Technische Voorschriften (N) 1991-1-4
Technische specificaties (Synoniem)
Technical specifications (Oorspronkelijke term (Engels)) Technische voorschriften (Gebruikte term (Nederlands))
1991-1-1
Technische voorschriften (Gebruikte term (N))
Technical specifications (Oorspronkelijke term (Engels)) Technische specificaties (Synoniem) 1991-1-1
Technische Voorschriften (N)
Technische Specificaties (Synoniem (B)) Technical specification (Engels) 1991-1-4
tef effectieve dikte van een wand 1996-1-1
terreincategorie toekennen terreincategorie aan de omgeving aan de hand van de oppervlakteruwheid; in NL: 0=Zee of kustgebied aan zee ; II=onbebouwd,III=bebouwd
bijlage A 1991-1-4
tf dikte van een flens 1996-1-1
tF wanddikte gedurende een periode van brandwerendheid
tfi,d tijd van brandklasse (bijvoorbeeld 30 min) bij een standaardbrand, volgens EN 1363
tFr dikte van de dwarsdoorsnede waarvan de temperatuur niet boven θ2 komt
ti dikte van wand, i 1996-1-1
tijdelijke ontwerpsituatie
ontwerpsituatie die van toepassing is tijdens een periode die veel korter is dan de ontwerplevensduur van de constructie en die een grote kans van optreden heeft
OPMERKING Een tijdelijke ontwerpsituatie verwijst naar tijdelijke omstandigheden van de constructie, van gebruik of blootstelling, bijvoorbeeld, tijdens uitvoering of herstel.
1990
tmin minimale dikte van een wand 1996-1-1
Toepassingsregel algemeen erkende regels die in overeenstemming zijn met de beginselen en voldoen aan de bijbehorende eisen.
toepassingsregels zijn aangeduid door een nummer tussen ronde haken
1990
toestand (synoniem (B))
situation (engels) situatie (verplichte term) 1990
toetsing (verplichte term)
verificatie (synoniem) verification (engels) 1990
toetsing (verplichte term)
controle (synoniem (N)) verification (engels) 1990
Traagheidsmoment (N)
Second moment of area (Engels) 1991-1-4
tri dikte van rib i 1996-1-1
tussenafstand, Steekmaat (Synoniem)
Spacing (Oorspronkelijke term (Engels)) Hart-op-hartafstand (Gebruikte term (Nederlands))
1991-1-1
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
235
tweede orde elastisch-volkomen plastische berekening
constructieve berekening gebaseerd om moment/krommingsrelaties, bestaande uit een lineair-elastisch deel gevolgd door een plastisch deel zonder versteviging, uitgaande van de geometrie van de verplaatste (of vervormde) constructie
1990
tweede orde lineair-elastische berekening
elastische constructieve berekening gebruikmakend van lineaire spanning/rek-relaties, uitgaande van de geometrie van de vervormde constructie
1990
tweede orde niet-lineaire berekening
constructieve berekening uitgaande van de geometrie van de vervormde constructie en rekening houdend met de niet-lineaire vervormingseigenschappen van materialen
OPMERKING Tweede orde niet-lineaire berekening is, ofwel elastisch-volkomen plastisch, ofwel elastoplastisch.
1990
u horizontale verplaatsing van een constructie of constructief element 1990
ui horizontale verplaatsing over één verdiepingshoogte 1990
Uiterste Grenstoestand
ULS [ultimate limit state] 1990
uiterste grenstoestanden
toestanden samengaand met instortingen of met andere soortgelijke vormen van constructief bezwijken
OPMERKING Zij komen in het algemeen overeen met het uiterste draagvermogen van een constructie of een constructief element.
1990
uitvoering alle werk verricht voor de fysische totstandbrenging van het bouwwerk, met inbegrip van oplevering, inspectie en de bijbehorende documentatie
OPMERKING De term omvat het werk op de bouwplaats; het kan ook de vervaardiging van onderdelen elders betekenen en vervolgens hun montage op de bouwplaats.
1990
uitvoeringsmethode
wijze waarop de (bouw-)uitvoering wordt gedaan, bijv. in het werk gestort, geprefabriceerd, in uit(kragings)bouw
1990
uitwendige drukcoëfficiënt
uitwendige drukcoëfficiënten geven het effect van de wind op de uitwendige oppervlakken van gebouwen; De uitwendige drukcoëfficiënten zijn onderverdeeld in globale en lokale coëfficiënten. (1.6.4)
Lokale coëfficiënten geven de drukcoëfficiënten voor belaste oppervlakten van 1 m2 of minder, bijvoorbeeld voor het ontwerp van kleine elementen en bevestigingen; globale coëfficiënten geven de drukcoëfficiënten voor belaste oppervlakten groter dan 10 m2.
1991-1-4
uitzonderlijke sneeuwbelasting op de grond
belasting van de sneeuwlaag op de grond door sneeuwval met een uitzonderlijk lage waarschijnlijkheid van voorkomen (1.6.3)
1991-1-3
uitzonderlijke sneeuwbelastingen
In Nederland behoeven geen uitzonderlijke sneeuwbelastingen te zijn beschouwd
1991-1-3
uitzonderlijke sneeuwverstuivingen
In Nederland behoeven geen uitzonderlijke sneeuwverstuivingen te zijn beschouwd
1991-1-3
ULS Uiterste Grenstoestand [ultimate limit state] 1990
v [index] windsnelheid 1991-1-4
value (Engels) waarde (verplichte term) 1990
Van toepassing (Gebruikte term (N))
Relevant (Oorspronkelijke term (Engels)) Voorkomend (Synoniem (B)) 1991-1-1
vaste belasting belasting die een vaste verdeling en plaats over de constructie of het constructieve element heeft, zodanig dat de grootte en richting van de belasting voor de constructie als geheel of het constructieve element ondubbelzinnig vastliggen, indien de grootte en richting in één punt van de constructie of het constructieve element vastliggen.
1990
vaste installaties installaties voor liften en roltrappen; — verwarmings-, ventilatie- en luchtbehandelingsinstallaties; — elektrische installaties; — pijpleidingen (leeg ); — kabelgoten en -buizen.
1991-1-1
Vastgesteld (N) Gegeven (Synoniem (B)) Defined (Engels) 1991-1-4
vb basiswindsnelheid vb = cdir ⋅ cseason ⋅ vb,0 (1991-1-4(4.1)) 1991-1-4
vb,0 fundamentele waarde van de basiswindsnelheid De fundamentele waarde van de basiswindsnelheid vb,0 is de karakteristieke 10 minuten gemiddelde windsnelheid, onafhankelijk van windrichting en tijd in het jaar, op 10 m hoogte boven maaiveld in een open gebied met lage vegetatie zoals gras en vrijstaande obstakels met tussenliggende afstanden van ten minste 20 obstakelhoogtes.
1991-1-4
vCG kritische windsnelheid voor galloping 1991-1-4
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
236
vCIG kritische windsnelheid voor interferentiegalloping 1991-1-4
vcrit kritische windsnelheid voor wervelloslating 1991-1-4
vdiv divergentie windsnelheid 1991-1-4
VEd rekenwaarde van een schuifkracht 1996-1-1
Veiligheidskering (N)
Veiligheidsstootband (Synoniem (B)) Safety barrier (Engels) 1991-1-4
veiligheidsklasse (TGB)
zie CC & RC 1990
Veiligheidsstootband (Synoniem (B))
Safety barrier (Engels) Veiligheidskering (N) 1991-1-4
veranderlijke belasting (Q)
belasting waarvan de variatie in grootte in de tijd niet verwaarloosbaar, noch gelijkmatig is
1990
verdeelde sneeuwbelasting op het dak
belastingsschikking die de gelijkmatig verdeelde sneeuwbelasting op het dak beschrijft, enkel beïnvloed door de vorm van het dak en vóór enige herschikking van sneeuw door andere weersinvloeden (1.6.5)
1991-1-3
verificatie (synoniem)
verification (engels) toetsing (verplichte term) 1990
verification (engels)
toetsing (verplichte term) verificatie (synoniem) 1990
verification (engels)
toetsing (verplichte term) controle (synoniem (N)) 1990
verkeersbrug (synoniem (N))
road bridge (engels) wegverkeersbrug (verplichte term) 1990
vermenigvuldigingsfactor op partiële factoren
KFI :factor toepasbaar op belastingen ten behoeve van de betrouwbaarheidsdifferentiatie
B3.3(1) 1990
verminderingsfactor
ξ [xi] in NB van 1990:2002/NB tabel A.2(B):ξ =0.89 1990
vermoeiing zie FAT 1990
verplaatsbare scheidingswanden
verplaatsbare scheidingswanden zijn wanden die over de vloer verschoven, toegevoegd of kunnen worden verwijderd of herbouwd op een andere plaats (1.4.7)
1991-1-1
verstijvingswand een wand die loodrecht tegen een andere wand is geplaatst om deze steun te geven tegen zijdelingse krachten of om weerstand te bieden tegen knik en op die manier bijdraagt aan de stabiliteit van het gebouw
1996-1-1
vlijvlak het boven- of ondervlak van een metselwerksteen als die is gemetseld zoals bedoeld
1996-1-1
vm gemiddelde windsnelheid 1991-1-4
voeg(dilatatie-) een voeg die vrije verplaatsingen in het vlak van de wand mogelijk maakt
1996-1-1
voeg(langs-) een verticale mortelvoeg binnen de dikte van de wand, evenwijdig aan het vlak van de wand
1996-1-1
voeg(lijmmortelvoeg)
een voeg gemaakt met lijmmortel 1996-1-1
voeg(lintvoeg) een mortellaag tussen de vlijvlakken van de stenen 1996-1-1
voeg(stootvoeg) een mortelvoeg loodrecht op de lintvoeg en het vlak van de wand 1996-1-1
voegen werkwijze van afvullen en afwerken van mortelvoegen, waarbij het oppervlak van de voeg ten behoeve van het voegen uitgekrabd of terugliggend gehouden is
1996-1-1
volumiek gewicht van losgestorte materialen en producten [γ]
totale gewicht per volume van een materiaal, inclusief een normale verdeling van micro-holten, holle ruimten en poriën (1.4.1)
OPMERKING In het dagelijkse gebruik wordt deze term vaak vervangen door “dichtheid” (die strikt genomen massa per volume is).
1991-1-1
vooraf gemengde kalk-zandmortel
mortel die bestaat uit bestanddelen die in een fabriek zijn samengevoegd en gemengd en die op de bouwplaats is geleverd, en waar andere bestanddelen (bijv. cement), voorgeschreven of geleverd door de fabriek, zijn toegevoegd en gemengd met het kalk en zand
1996-1-1
vooraf samengestelde mortel
mortel die bestaat uit bestanddelen die in een fabriek zijn samengesteld en die op de bouwplaats is geleverd en daar onder door de fabrikant vastgestelde verhoudingen en condities is gemengd
1996-1-1
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
237
Voorgeschreven (N)
Gegeven, bepaald, opgelegd (Synoniem (B)) Specified (Engels) 1991-1-4
voorgespannen metselwerk
metselwerk waarin opzettelijk inwendige drukspanningen zijn aangebracht door voorspanwapening
1996-1-1
Voorkomend (Synoniem (B))
Relevant (Oorspronkelijke term (Engels)) Van toepassing (Gebruikte term (Nederlands)) 1991-1-1
voorspanstaal stalen draden, staven of strengen voor toepassing in metselwerk 1996-1-1
voorzetwand een wand die als bekleding is gebruikt maar niet is verbonden met of geen bijdrage levert aan de sterkte van de achterliggende constructie
1996-1-1
VRd rekenwaarde van de uiterst opneembare schuifkracht 1996-1-1
vrije belasting belasting die verscheidene ruimtelijke verdelingen over de constructie kan hebben
1990
vulbeton beton dat is gebruikt om vooraf vervaardigde holten en spleten in het metselwerk te vullen
1996-1-1
w vertikale doorbuiging van een constructief element 1990
w winddruk 1991-1-4
w1 aanvangsdeel van de doorbuiging onder de blijvende belastingen uit de van toepassing zijnde belastingscombinatie overeenkomstig de formules (6.14a) tot en met (6.16b)
1990
w2 langetermijn deel van de doorbuiging onder blijvende belastingen 1990
w3 bijkomend deel van de doorbuiging ten gevolge van de veranderlijke belastingen uit de van toepassing zijnde belastingscombinatie overeenkomstig de formules (6.14a) tot en met (6.16b)
1990
waarde (verplichte term)
value (Engels) 1990
wand(beklede) een wand met stenen bedoeld als bekleding, verbonden met de stenen in het achtervlak om gezamenlijk belasting te dragen
1996-1-1
wand(dragende) een wand die hoofdzakelijk is ontworpen om, naast zijn eigen gewicht, een opgelegde belasting te dragen
vlak element dat overwegend aan drukspanningen is onderworpen voor het opnemen van verticale belastingen, bijvoorbeeld vloerbelastingen, en ook voor het opnemen van horizontale belastingen, bijvoorbeeld windbelastingen
1996-1-1
wand(dubbelbladige)
een wand bestaande uit twee evenwijdige bladen waarvan de langsvoeg ertussen volledig is gevuld met mortel en de bladen zeker door spouwankers zijn verbonden om gezamenlijk belasting te dragen
1996-1-1
wand(enkelbladige)
een wand zonder spouw of doorgaande langsvoeg in zijn vlak 1996-1-1
wand(gevulde spouwmuur)
een wand bestaande uit twee evenwijdige bladen waarbij de spouw is gevuld met beton of gietmortel, en die onderling stevig zijn verbonden door spouwankers om gezamenlijk belasting te dragen
1996-1-1
wand(niet-dragende wand)
een wand die niet is bedoeld om krachten te weerstaan zodat hij verwijderd kan worden zonder de samenhang van de constructie aan te tasten
vlak element dat overwegend alleen door zijn eigen gewicht is belast en dat dragende wanden niet schoort. Het kan echter nodig zijn om op zijn oppervlak werkende horizontale belastingen over te dragen naar dragende bouwelementen zoals wanden of vloeren
1996-1-1
wand(niet-scheidende)
dragende wand die aan twee of meer zijden aan brand is blootgesteld 1996-1-2
wand(scheidende) wand die slechts aan één zijde kant aan brand is blootgesteld 1996-1-2
wand('shell bedded' )
een wand waarbij de metselstenen zijn gevlijd in twee of meer rupsen van mortel, waarvan er twee zijn aangebracht op de buitenranden van het vlijvlak van de stenen
1996-1-1
wand(spouwmuur) een wand, bestaande uit twee evenwijdige enkelvoudige bladen die onderling goed zijn verankerd met spouwankers of lintvoegwapening. De ruimte tussen de bladen is als doorgaande luchtspouw gelaten of gevuld of gedeeltelijk gevuld met niet-dragend thermisch isolatiemateriaal.
Een wand die bestaat uit twee bladen, gescheiden door een spouw, waarbij één van de bladen geen bijdrage levert aan de sterkte of de stijfheid van het andere blad, wordt beschouwd als een voorzetwand.
1996-1-1
wand(stabiliteits-) een wand die in zijn vlak zijdelingse krachten moet opnemen 1996-1-1
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
238
wand(verstijvings-)
een wand die loodrecht tegen een andere wand is geplaatst om deze steun te geven tegen zijdelingse krachten of om weerstand te bieden tegen knik en op die manier bijdraagt aan de stabiliteit van het gebouw
1996-1-1
wand(voorzet) een wand die als bekleding is gebruikt maar niet is verbonden met of geen bijdrage levert aan de sterkte van de achterliggende constructie
1996-1-1
wapeningsstaal stalen wapening voor toepassing in metselwerk 1996-1-1
warmtecoëfficiënt coëfficiënt die de vermindering van de sneeuwbelasting op daken bepaalt als functie van de warmtedoorgang door het dak die de sneeuw doet smelten (1.6.8)
1991-1-3
waterdichte laag een laag, bestaande uit folie, metselstenen of ander materiaal, die is toegepast in metselwerk om de doorgang van water tegen te gaan
1996-1-1
wc zeeg van het onbelaste constructief element 1990
WEd rekenwaarde van de zijdelingse belasting op de wand per eenheid van oppervlakte
1996-1-1
weerstand vermogen van een constructief element of onderdeel, of van een doorsnede van een constructief element of onderdeel van een constructie, om belastingen te weerstaan zonder mechanisch bezwijken, bijv. buigweerstand, knikweerstand, trekweerstand. [Rd=Rk/γm (6.6c)]
1990
weerstand (verplichte term)
capaciteit (Synoniem) resistance engels) 1990
weerstand (verplichte term)
sterkte (Synoniem (N)) resistance engels) 1990
Wegdek (Gebruikte term (N))
Pavement (Oorspronkelijke term (Engels)) Bekleding (Synoniem (B)) 1991-1-1
wegverkeersbrug (verplichte term)
verkeersbrug (synoniem (N)) road bridge (engels) 1990
werk (Synoniem (B))
construction work (Engels) bouwwerk (Verplichte term) 1990
wi gelijkmatig verdeelde rekenbelasting i 1996-1-1
windgebied I Markermeer, IJsselmeer, Waddenzee, Waddeneilanden en de provincie Noord-Holland ten noorden van de gemeenten Heemskerk, Uitgeest, Wormerland, Purmerend en Edam-Volendam;
1991-1-4
windgebied II het resterende deel van de provincie Noord-Holland, het vasteland van de provincies Groningen en Friesland en de provincies Flevoland, Zuid-Holland en Zeeland
1991-1-4
windgebied III het resterende deel van Nederland 1991-1-4
wmax blijvende totale doorbuiging rekening houdend met de zeeg wtot-wc 1990
Ws gewicht van de constructieve delen die bijdragen aan de stijfheid van een schoorsteen
1991-1-4
Wt totaal gewicht van een schoorsteen 1991-1-4
wtot totale doorbuiging als de som van w1, w2 en w3 uit mechanicasom 1990
X materiaaleigenschap 1990
x hoogte tot de neutrale lijn 1996-1-1
x horizontale afstand van de locatie tot de top van een helling 1991-1-4
x [index] parallel aan de windrichting 1991-1-4
Xd rekenwaarde van een materiaaleigenschap: De rekenwaarde Xd van een materiaal- of producteigenschap kan als volgt worden geformuleerd in algemene termen: [Xd=(η*Xk)/(γm) (6.3)]
1990
Xd of Rd rekenwaarde van een materiaal- of producteigenschap waarde verkregen door de karakteristieke waarde te delen door een partiële factor γm of γM, of, in bijzondere gevallen, door rechtstreekse bepaling
1990
Xk karakteristieke waarde van een materiaaleigenschap 1990
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
239
Xk of Rk karakteristieke waarde van een materiaal of producteigenschap waarde van een materiaal- of producteigenschap met een voorgeschreven kans om niet te worden bereikt in een veronderstelde oneindige proefreeks. Deze waarde stemt in het algemeen overeen met een welomschreven fractiel van de aangenomen statistische verdeling van de desbetreffende eigenschap van het materiaal of product. In sommige omstandigheden wordt een nominale waarde als karakteristieke waarde gebruikt
1990
Xnom of Rnom nominale waarde van een materiaal- of producteigenschap waarde gewoonlijk gebruikt als een karakteristieke waarde en verkregen uit een toepasselijk document, zoals een Europese norm of voornorm
1990
x-richting horizontale richting loodrecht op de overspanning 1991-1-4
y [index] dwars op de windrichting 1991-1-4
ymax maximale dwarswindamplitude bij kritische windsnelheid 1991-1-4
y-richting horizontale richting langs de overspanning 1991-1-4
z hefboomsarm 1996-1-1
Z elastisch weerstandsmoment per eenheid van hoogte of lengte van de wand
1996-1-1
z hoogte boven maaiveld 1991-1-4
z [index] verticale richting 1991-1-4
z0 ruwheidslengte 1991-1-4
zave gemiddelde hoogte 1991-1-4
ze, zi referentiehoogte voor uitwendige windbelasting, inwendige druk 1991-1-4
zg afstand van maaiveld tot het beschouwde onderdeel 1991-1-4
zmax maximale hoogte 1991-1-4
zmin minimale hoogte 1991-1-4
z-richting verticale richting 1991-1-4
zs referentiehoogte voor de bouwwerkfactor 1991-1-4
α hoek tussen de afschuifwapening en de as van de ligger 1996-1-1
α deel van de belasting op een wand
α [alfa] dakhelling, gemeten van horizontaal [°] 1991-1-3
α1,2 coëfficiënten voor buigende momenten 1996-1-1
αA [alfa_A] reductiefactor N.B.: niet toepassen 1991-1-1
αG [alfa_G] gallopingonstabiliteitsparameter 1991-1-4
αIG [alfa_i_G] gecombineerde stabiliteitsparameter voor interferentiegalloping 1991-1-4
αn [alfa_n] reductiefactor 3,3,2(2)P Wanneer de opgelegde belasting als een gelijktijdige belasting is is beschouwd in overeenstemming met EN 1990, moet alleen één van de twee factoren ψ (EN 1990, tabel A1.1) en αn (6.3.1.2 (11)) zijn toegepast.
1991-1-1
αt thermische uitzettingscoëfficiënt van metselwerk 1996-1-1
αt thermische-uitzettingscoëfficiënt van het metselwerk
β vergrotingsfactor voor geconcentreerde belastingen 1996-1-1
β [beta] betrouwbaarheidsindex Faalkans < Φ(-β) ≈ 10^( - β) 1990
β [beta] hoek tussen horizontaal en de raaklijn met de curve voor een cilindrisch dak [°]
1991-1-3
γ [gamma] partiële factor (veiligheid of bruikbaarheid) 1990
γ [gamma] volumiek gewicht (losgestorte materialen of producten) 1991-1-1
γf [gamma_f] partiële belastingsfactor, die de mogelijkheid van ongunstige afwijkingen van de waarden van de belasting ten opzichte van de representatieve waarde in aanmerking neemt
1990
γF [gamma_F] partiële belastingsfactor, die ook modelonzekerheden en maatafwijkingen in aanmerking neemt
1990
γg [gamma_g] partiële factor voor blijvende belastingen, die de mogelijkheid van ongunstige afwijkingen van de waarden van de belasting ten opzichte van de representatieve waarde in aanmerking neemt
1990
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
240
γG [gamma_G] partiële factor voor blijvende belastingen, die ook modelonzekerheden en maatafwijkingen in aanmerking neemt
1990
γG,j [gamma_G_j] partiële factor voor blijvende belasting j 1990
γGj,sup / γGj,inf [gamma_G]
partiële factor voor blijvende belasting j bij berekening van bovengrens/ondergrens rekenwaarden [inferior / superior]
1990
γGlo een veiligheidsfactor voor gebruik bij brandproeven
γI [gamma_hoofdletter i]
belangrijkheidsfactor (zie EN 1998) [importance factor] 1990
γM partiële factor voor materiaaleigenschappen, inclusief onzekerheden met betrekking tot de geometrie en de modellering
1996-1-1
γm [gamma_m] partiële materiaalfactor 1990
γM [gamma_M] partiële materiaalfactor, die ook modelleringsonzekerheden en maatafwijkingen in aanmerking neemt
1990
γP [gamma_P] partiële factor voor voorspankrachten (zie EN 1992 tot en met EN 1996 en EN 1998 tot en met EN 1999)
1990
γq [gamma_q] partiële factor voor veranderlijke belastingen, die de mogelijkheid van ongunstige afwijkingen van de waarden van de belasting ten opzichte van de representatieve waarde in aanmerking neemt
1990
γQ [gamma_Q] partiële factor voor veranderlijke belastingen, die ook modelonzekerheden en maatafwijkingen in aanmerking neemt
1990
γQ,i [gamma_Q_i] partiële factor voor veranderlijke belasting i 1990
γRd [gamma_Rd] partiële factor verbonden met de onzekerheid van de weerstandsmodel
1990
γSd [gamma_Sd] partiële factor verbonden met de onzekerheid van de belastings en/of belastingseffectmodel
1990
δ factor gebruikt voor het bepalen van de genormaliseerde gemiddelde druksterkte van metselstenen
1996-1-1
δ [delta] logaritmisch decrement van demping 1991-1-4
δa [delta_a] logaritmisch decrement van aerodynamische demping 1991-1-4
Δa [hoofdletter Delta_a]
wijziging van nominale geometrische gegevens voor bijzondere berekeningsdoeleinden, bijvoorbeeld, bepaling van invloeden van imperfecties
1990
δd [delta_d] logaritmisch decrement van demping door speciale maatregelen 1991-1-4
δs [delta_s] logaritmisch decrement van de constructiedemping 1991-1-4
Δt tijdsinterval
ε [epsilon] coëfficiënt 1991-1-4
ε0 [epsilon_0] bandbreedtefactor 1991-1-4
ε1 [epsilon_1] frequentiefactor 1991-1-4
εc ∞ uiteindelijke kruipverkorting van metselwerk 1996-1-1
εel elastische rek van metselwerk 1996-1-1
εmu uiterste stuik van metselwerk 1996-1-1
εsy vloeigrens van de wapening 1996-1-1
εT thermische rek
ζ [zeta] exponent van de trillingsvorm 1991-1-4
η factor voor de berekening van de excentriciteiten uit het vlak van belastingen op een wand
1996-1-1
η [eta] variabele 1991-1-4
η [eta] omrekeningsfactor 1990
ηfi reductiefactor voor de rekenwaarde van het belastingsniveau bij brand
θ [theta] torsiehoek; windrichting 1991-1-4
θ1 temperatuur tot welke de koude sterkte van het metselwerk mag worden gebruikt
θ2 temperatuur waarboven elke reststerkte van het metselwerk is verwaarloosd
λ [labda] slankheidsverhouding 1991-1-4
λa warmtegeleidingscoëfficiënt
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
241
λc waarde van de slankheidsverhouding tot waarbij de excentriciteiten ten gevolge van kruip verwaarloosd mogen zijn
1996-1-1
λx hoogte van de drukzone van een ligger, uitgaande van een rechthoekig drukspanningsfiguur
1996-1-1
μ orthogonale verhouding tussen de buigtreksterkten van metselwerk 1996-1-1
μ [mu] openingsverhouding; doorlatendheid van een laag 1991-1-4
μ [mu] sneeuwbelastingsvormcoëfficiënt 1991-1-3
μ0 graad van gebruik bij tijdstip t = 0
ν [nu] voorspelde frequentie; Poissonverhouding; kinematische viscositeit 1991-1-4
ξ vergrotingsfactor voor de rotatiestijfheid van de verhindering van het beschouwde constructieve element
1996-1-1
ξ [xi] verminderingsfactor in NB van 1990:2002/NB tabel A.2(B):ξ =0.89 1990
ρ bruto droge volumieke massa van de metselstenen, bepaald volgens EN 772-13
ρ [rho] dichtheid van lucht 1991-1-4
ρd droge volumieke massa 1996-1-1
ρn reductiefactor 1996-1-1
ρt stijfheidscoëfficiënt 1996-1-1
σa,x [sigma_a,x] standaarddeviatie van de versnelling in windrichting 1991-1-4
σd rekenwaarde van de drukspanning 1996-1-1
σv [sigma_v] standaarddeviatie van de windsnelheid 1991-1-4
υ hoek van de scheefstand van de constructie 1996-1-1
φ effectieve doorsnede van het wapeningsstaal 1996-1-1
Φ reductiefactor 1996-1-1
ϕ [fi] volheidsgraad; blokkering door een overkapping OPMERKING ϕ = 0 betekent een lege overkapping, ϕ = 1 betekent een overkapping volledig gevuld aan lijzijde van het dak (dit is geen gesloten gebouw).
1991-1-4
Φ [hoofdletter fi] helling aan loefzijde 1991-1-4
φ [fi] hellingshoek van het natuurlijk talud (graden) 1991-1-1
ϕ [fi] dynamische vergrotingsfactor 1991-1-1
φ ∞ eindkruipcoëfficiënt van metselwerk 1996-1-1
Φ1,x [hoofdletter fi_1_x]
fundamentele trillingsvorm in de windrichting 1991-1-4
Φfl reductiefactor, waarbij de invloed van de buigtreksterkte in rekening is gebracht
1996-1-1
Φi reductiefactor aan de top of de voet van de wand 1996-1-1
Φm reductiefactor in het midden van de hoogte van de wand 1996-1-1
χ vergrotingsfactor voor de schuifweerstand van een gewapende wand 1996-1-1
ψ Qk:gelijktijdige waarde van een veranderlijke belasting
waarde van een veranderlijke belasting die gelijktijdig optreedt met de overheersende belasting in een combinatie
OPMERKING De gelijktijdige waarde van een veranderlijke belasting kan de combinatiewaarde, de frequente waarde of de quasi-blijvende waarde zijn.
1990
ψ[psi] reductiefactor voor veranderlijke belasting tabel A1.1 NEN-EN1990/NB 1990
ψ0 [psi_0] factor in verband met de combinatiewaarde van een veranderlijke belasting
1991-1:3,3,2(2)P Wanneer de opgelegde belasting als een gelijktijdige belasting is is beschouwd in overeenstemming met EN 1990, moet alleen één van de twee factoren ψ (EN 1990, tabel A1.1) en αn (6.3.1.2 (11)) zijn toegepast.
1990
ψ0 [psi_0] factor voor de combinatiewaarde van een veranderlijke belasting, zie tabel A.1.1 van EN 1990
1991-1-1
ψ0 Qk:combinatiewaarde van een veranderlijke belasting
waarde gekozen − voor zover deze kan worden bepaald op statistische gronden – zodanig, dat de kans, dat de effecten veroorzaakt door de combinatie worden overschreden, bij benadering dezelfde is als voor de karakteristieke waarde van een afzonderlijke belasting. Zij mag worden geformuleerd als een berekende fractie van de karakteristieke waarde gebruikmakend van een factor ψ0 ≤ 1
1991-1:3,3,2(2)P Wanneer de opgelegde belasting als een gelijktijdige belasting is is beschouwd in overeenstemming met EN 1990, moet alleen één van de twee factoren ψ (EN 1990, tabel A1.1) en αn (6.3.1.2 (11)) zijn toegepast.
1990
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
242
ψ1 [psi_1] factor in verband met de frequente waarde van een veranderlijke belasting. Wordt normaliter gebruikt voor omkeerbare grenstoestanden
OPMERKING 1 Voor gebouwen, bijvoorbeeld, wordt de frequente waarde zo gekozen dat de tijd dat zij wordt overschreden 0,01 van de referentieperiode is; voor verkeersbelastingen op bruggen wordt de frequente waarde bepaald op basis van een herhalingstijd van één week.
1990
ψ1 Qk :frequente waarde van een veranderlijke belasting
waarde bepaald – voor zover deze op statistische gronden kan worden bepaald – zodanig, dat ofwel de totale tijdsperiode gedurende welke zij wordt overschreden binnen de gekozen referentieperiode, slechts een klein bepaald deel is van deze referentieperiode, ofwel de frequentie van haar overschrijding wordt begrensd door een bepaalde waarde. Zij mag worden geformuleerd als een berekende fractie van de karakteristieke waarde gebruikmakend van een factor ψ1 ≤ 1
1990
ψ1,infq zie: niet frequente waarde van een veranderlijke belasting [inferior_q] 1990
ψ1,infqQk niet-frequente waarde van een veranderlijke belasting [inferior_q] OPMERKING 2 De niet-frequente waarde, gerepresenteerd als een product ψ1,infqQk, wordt gebruikt voor de toetsing van sommige bruikbaarheidsgrenstoestanden, in het bijzonder voor betonnen brugdekken of betonnen onderdelen van brugdekken. De niet-frequente waarde, alleen gedefinieerd voor verkeersbelastingen (zie EN1991-2), thermische belastingen (zie EN 1991-1-5) en windbelastingen (zie EN 1991-1-4), wordt gebaseerd op een herhalingstijd van één jaar.
1990
ψ2 [psi_2] factor in verband met de quasi-blijvende waarde van een veranderlijke belasting. Wordt normaliter gebruikt voor langetermijneffecten en voor het uiterlijk van de constructie
OPMERKING Voor belasting op vloeren van gebouwen, wordt de quasi-blijvende waarde meestal zo gekozen dat het deel van de tijd dat zij wordt overschreden 0,50 is van de referentieperiode. De quasiblijvende waarde kan in plaats hiervan ook worden bepaald als de gemiddelde waarde over een gekozen tijdsperiode. In het geval van wind- of verkeersbelastingen, wordt de waarde van de quasi-blijvende belasting algemeen gelijk aan nul genomen.
1990
ψ2Qk:quasi-blijvende waarde van een veranderlijke belasting
waarde bepaald zodanig, dat de volledige tijdsperiode gedurende welke zij wordt overschreden een groot deel is van de referentieperiode. Zij mag worden geformuleerd als een berekende fractie van de karakteristieke waarde gebruikmakend van een factor ψ2 ≤ 1
1990
ψmc [psi_m_c] reductiefactor voor geschakelde overkappingen 1991-1-4
ψr [psi_r] reductiefactor van de krachtcoëfficiënt voor vierkante doorsneden met afgeronde hoeken
1991-1-4
ψs beschuttingsfactor voor wanden en schermen 1991-1-4
ψT [psi_T] komt niet voor in EC, wel TGB. Aanname ψT = Ft / Fto ;ψT = (((1-ψ1)/9)*ln(t/t0))+1)
sneeuw: 1991-1-3 NB:referentieperiode 15 jaar: sk15 = 0,70 sk50. referentieperiode 1 jaar: sk1 = 0,50 sk50.
1990
ψλ [psi_labda] reductiefactor van de krachtcoëfficiënt voor constructieonderdelen met eindeffecten
1991-1-4
ψλα [psi_labda_alpha]
eindeffectfactor voor cirkelvormige cilinders 1991-1-4
Diktaat Eurocode: Definities en symbolen, bijlage Z van “Diktaat EC6 Metselwerk I: tabellen en formules”
Bibliografie
NEN-EN 1996-1-1
NEN-EN 1996-1-1+C1 NB(nl) [in ontwikkeling]
NPR9096-1-1 Praktijkrichtlijn Steenconstructies – Eenvoudige ontwerpregels, gebaseerd op NEN-EN 1996-1-1 (inclusief nationale bijlage)
[in ontwikkeling]
Bronverwijzing eindnoot
i Termen, definities en symbolen zijn overgenomen uit NEN-EN1990,NEN-EN1991,NEN-EN1996-1-1;NEN-EN1996-1-2; en Nationale Bijlage