1/60
Code van goede praktijk:
Werken met
vuurvaste keramische vezels
2/60
Inhoudstafel
VOORWOORD .................................................................................................................................................................. 3
1 DOELSTELLING .................................................................................................................................................... 4
2 DEFINITIES ............................................................................................................................................................. 5
3 ALGEMEEN ............................................................................................................................................................. 7
3.1 INLEIDING .......................................................................................................................................................... 7 3.2 PRODUCTIE ........................................................................................................................................................ 9 3.3 GEBRUIK ............................................................................................................................................................ 9 3.4 RCF IS GEEN ASBEST ....................................................................................................................................... 10 3.5 DE GEZONDHEIDSRISICO’S VAN RCF ............................................................................................................... 13
4 VERANTWOORDELIJKHEDEN ....................................................................................................................... 14
4.1 ONDERNEMING ALS OPDRACHTGEVER ............................................................................................................. 15 4.1.1 Vervangingsprincipe .................................................................................................................................. 15 4.1.2 Informatieplicht .......................................................................................................................................... 15 4.1.3 Opleiding .................................................................................................................................................... 16 4.1.4 Coördinatie ................................................................................................................................................ 16
4.2 ONDERNEMING ALS WERKGEVER (ZOWEL OPDRACHTGEVER ALS AANNEMER) ................................................ 16 4.2.1 Opleiding werknemer ................................................................................................................................. 17 4.2.2 Gezondheidstoezicht ................................................................................................................................... 17 4.2.3 Risicoanalyse.............................................................................................................................................. 18
4.2.3.1 Collectieve beschermingsmiddelen ................................................................................................ 18 4.2.3.2 Persoonlijke beschermingsmiddelen en hygiënemaatregelen ......................................................... 19
4.3 ONDERNEMING ALS AANNEMER ....................................................................................................................... 20
5 MONITORING....................................................................................................................................................... 20
6 INTERESSANTE LINKS ...................................................................................................................................... 21
7 BRONNEN .............................................................................................................................................................. 21
8 TAKENBLADEN ................................................................................................................................................... 21
BIJLAGEN ....................................................................................................................................................................... 54
BIJLAGE 1: CHECKLIST VOOR RCF WERKZAAMHEDEN .................................................................................................. 55 BIJLAGE 2: VEILIGHEIDSMAATREGELEN BIJ WERKEN MET VUURVASTE KERAMISCHE VEZELS ....................................... 57 BIJLAGE 3: VOORBEELD VAN EEN MELDING VAN WERKEN MET VUURVASTE KERAMISCHE VEZELS ............................... 59 BIJLAGE 4: AANDUIDEN VAN EEN ZONE MET BLOOTSTELLING AAN VUURVASTE KERAMISCHE VEZELS ......................... 60
3/60
Voorwoord
Vuurvaste keramische vezels worden de laatste jaren veelvuldig toegepast in de industrie, als een alternatief
voor asbest, om materialen en uitrusting af te schermen van of te beschermen tegen grote hitte. De
schadelijke gevolgen van de blootstelling aan asbest zijn genoegzaam bekend. Ook met vuurvaste keramische
vezels moet omzichtig omgesprongen worden. De blootstelling van werknemers dient vermeden of tot een
minimum beperkt te worden.
Vanuit beleidsmatig oogpunt zijn er verschillende mogelijkheden om dat doel te bereiken. Bepaalde
toepassingen kunnen verboden worden, maar dat veronderstelt dat er alternatieven zijn, wat bij isolatie tegen
hoge temperaturen niet echt het geval is. Strikte maatregelen kunnen opgelegd worden maar door de
verscheidenheid aan toepassingen van vuurvaste keramische vezels zal men nooit volledig zijn. Een zeer lage
grenswaarde voor de blootstelling kan gehanteerd worden maar tussen die beleidsintentie en de werkelijkheid
gaapt vaak een diepe kloof.
De sociale partners in de Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het Werk opteerden voor nog een
andere mogelijkheid: namelijk de combinatie van een realistische grenswaarde en codes van goed
vakmanschap. De werkgeversorganisaties engageerden zich ertoe om die codes op te stellen. Het resultaat
hiervan zijn de voorliggende aanbevelingen bij het werken met vuurvaste keramische vezels.
Het is nodig om uitgangspunten en preventieprincipes te vertalen naar praktijksituaties om ten strijde te
kunnen trekken tegen het risico. De Chinese krijgsheer Sun Tzu schreef in zijn meesterwerk over de kunst
van het oorlog voeren: “Als je jezelf kent en ook de vijand, dan hoef je niet te vrezen voor de afloop van 1000
veldslagen. Als je jezelf kent, maar niets weet over de vijand, dan zal tegenover elke overwinning ook een
nederlaag staan. Als je noch jezelf noch de vijand kent, dan zal je in elke veldslag het onderspit delven.”
Met deze aanbevelingen kan je met open vizier de strijd aangaan. Het is een grote verdienste van de
initiatiefnemers en auteurs dat zij erin geslaagd zijn om hun kennis over vuurvaste keramische vezels op een
begrijpelijke en toegankelijke manier te verwoorden. Zelfkennis, weten op welke plaatsen en wanneer een
blootstelling mogelijk is, inventariseren, vormt een volgend belangrijk uitgangspunt. Tenslotte is het nodig
om strikte werkprocedures te hanteren en de nodige preventie- en beschermingsmaatregelen te nemen bij die
werkzaamheden waarbij er een risico is. Dit kan gaan van inspecties van isolatie en dichtingen, over
werkzaamheden in een omgeving waarin isolatiemateriaal met vuurvaste keramische vezels aanwezig is tot
ingrepen in het isolatiemateriaal zelf.
Als koepelorganisatie van werkgevers is het VBO bijzonder trots dat gespecialiseerde medewerkers van
bedrijven en sectororganisaties bereid zijn gevonden om hun kennis en ervaringen te delen met anderen om
zo de bescherming van de veiligheid en gezondheid te verzekeren van werknemers van industriële bedrijven
of van aannemers of onderaannemers die bij hen werken komen verrichten.
Kris De Meester
Manager preventiebeleid en veiligheid en gezondheid op het werk
Verbond van Belgische Ondernemingen
4/60
1 Doelstelling
Door een steeds strengere wetgeving en het uiteindelijk verbod over het gebruik van asbest als
isolatiemateriaal, wordt reeds gedurende vele jaren vlijtig gezocht naar een vervangproduct voor hoge
temperatuurtoepassingen. Eén van de producten die de laatste jaren hiervoor veel worden ingezet zijn de
hittebestendige vuurvaste keramische vezels of “Refractory Ceramic Fibres” (RCF). Ze zijn een onderdeel
van de familie van de minerale wolvezels of de “man made mineral fibres” (MMMF), waaronder de gekende
glaswol, steenwol en superfijne glasvezels (SPF).
Het IARC (International Agency for Research on Cancer) heeft deze RCF-vezels ingedeeld als “mogelijk
kankerverwekkend” voor de mens (categorie 2B). Daarom is een strikte werkprocedure bij het gebruik van
RCF noodzakelijk om deze onder veilige omstandigheden te gebruiken.
Er bestaan tot op heden geen eenduidige regels voor de aanmaak, verwerking en het gebruik van RCF
materiaal. Daarom werd deze code van goede praktijk opgesteld (aanbevelingen). Deze code bevat onder
meer een overzicht van de gezondheidsrisico’s, een overzicht van de verantwoordelijkheden, de noodzaak
van het opstellen van de inventaris, de informatieplicht naar derden, de manier van werken met vezels en het
gezondheidstoezicht. Bovendien bevat deze code een aantal takenbladen met praktische tips en belangrijke
aandachtspunten.
De aanbevelingen kunnen gebruikt worden zowel bij de aanbesteding van werken als bij de uitvoering ervan
en is dus de referentie voor zowel de werkgevers als werknemers maar ook voor de toezichthoudende en
vergunningverlenende overheid.
De bepalingen van hoofdstuk IV van de wet welzijn van 4 augustus 1996 zijn integraal van toepassing: De
opdrachtgever informeert de aannemer over de risico’s van de werkzaamheden en de eigen risico’s in zijn
onderneming. Hij zal eveneens zijn betrokken werknemers informeren over de gevaren die de werken van de
aannemer zullen teweeg brengen.
De aannemer op zijn beurt zal de opdrachtgever informeren over de gevaren van zijn activiteiten en zal zijn
werknemers (en onderaannemers) informeren over de afspraken met de opdrachtgever.
Zowel de opdrachtgever als de aannemer zullen hun werken coördineren.
De toepassing van de preventie- en beschermingsmaatregelen van de takenbladen in deze aanbeveling laat toe
de risico’s maximaal te beperken door de blootstelling van de werknemers en hun omgeving tot een
minimum te beperken.
Door deze aanbevelingen te volgen kunnen de inspanningen voor preventie en bescherming tegen
blootstelling aan RCF op een efficiënte en coherente manier beheerd worden.
De opstellers wensen u veel succes bij het gebruik van deze aanbevelingen.
Guy Coertjens, Business Unit Manager BIS Industrial Services
Danny Smet, Senior Ingenieur Persoonlijke Veiligheid en Arbeidshygiëne Fina Antwerp Olefins
Christian Dierick, adviseur Agoria sector mechatronica
Benoit Pinet, General Management Collaborator FIB Belgium
Philip Knipscheer, directeur Gouda Vuurvast Belgium
Marc Vogels, Civil Works BASF Antwerpen
Werner Van der Steen, Managing Director Keramab
Serge Kwasniewski, adviseur gezondheid essenscia
Tom Van Weyenberg, Bedrijfsarts BASF
Geert De Prez, adviseur veiligheid en gezondheid Agoria
25 maart 2010
5/60
2 Definities
aannemer : een werkgever of zelfstandige van buitenaf die in de inrichting van een
werkgever, voor diens rekening of met diens toestemming,
werkzaamheden verricht conform een met deze laatste werkgever
gesloten overeenkomst; (zie wet welzijn van 4 augustus 1996).
amfibool asbest : een type asbest.
amorfe vezel : niet-kristallijne vezel.
arbeidsplaats
: elke plaats die bestemd is als locatie voor werkplekken in gebouwen van
de onderneming en/of inrichting, met inbegrip van elke andere plaats op
het terrein van de onderneming en/of inrichting waartoe de werknemer
in het kader van zijn werk toegang heeft (zie RL van 30 november 1989
betreffende de minimumvoorwaarden inzake veiligheid en gezondheid
voor arbeidsplaatsen).
biopersistentie : verblijfsduur in het weefsel (hier: longweefsel) gerelateerd aan de
halfwaardetijd:
hoe meer persistent (= blijvend), hoe langer de schadelijke invloed in het
lichaam duurt.
blootstelling : de mate waarin er contact is van het lichaam met het chemisch agens via
volgende toegangswegen: ademhalingsstelsel, de huid en de slijmvliezen
of het spijsverteringsstelsel;
RCF : Refractory Ceramic Fibres:
Keramische minerale vezels; vezels voor speciale toepassingen;
Kunstmatige (silicaat)glasvezels met een willekeurige oriëntatie en een
gehalte aan alkali- en aardalkali-oxiden (Na2O+K2O+CaO+MgO+BaO)
van ten hoogste 18 gewichtsprocenten.
Indeling als kankerverwekkend is niet noodzakelijk voor vezels waarvan
de naar de lengte gewogen meetkundig gemiddelde diameter, minus
tweemaal de meetkundige standaardfout, groter is dan 6 μm.
gezondheidstoezicht : de beoordeling van de gezondheidstoestand van een afzonderlijke
werknemer gerelateerd aan de blootstelling aan specifieke chemische
agentia op het werk; heeft tot doel de gezondheid van de werknemers te
bevorderen en te behouden door de risico’s te voorkomen (zie KB
gezondheidstoezicht van 28 mei 2003).
grenswaarde voor de
beroepsmatige
blootstelling
:
tenzij anders omschreven, de grenswaarde van de tijdsgewogen
gemiddelde concentratie van een chemisch agens in de lucht in de
individuele ademzone van een werknemer in verhouding tot een
bepaalde referentieperiode (zie KB chemische agentia van 11 maart
2002).
6/60
HEPA-filter : High Efficiency Particulate Air-Filter: filter die 99,97% stofdeeltjes in
de lucht met een diameter van 0,3 µm wegfiltert.
inadembaar : fractie van de inhaleerbare vezels (0,1 – 1µm) die kan doordringen tot in
de alveolen (longblaasjes). Deze fractie bereikt dat deel van de longen
dat niet voorzien is van trilhaartjes en bijgevolg niet spontaan kan
geëvacueerd worden.
inhaleerbaar : gedeelte van de vezels (1 – 10µm) dat kan worden ingeademd bij het
inademen langs neus en mond. Deze fractie bereikt de longen niet.
meting : de monsterneming, de analyse en de berekening van het resultaat (zie
KB chemische agentia van 11 maart 2002).
opdrachtgever : de werkgever in wiens inrichting werkzaamheden worden uitgevoerd
(zie wet welzijn van 4 augustus 1996).
PBM : persoonlijke beschermingsmiddelen.
referentieperiode : vastgestelde tijdsduur verbonden met de grenswaarde van een agens (zie
KB chemische agentia van 11 maart 2002).
Sol-gel : een sol-gel is een gelachtig materiaal vervaardigd uit anorganische
stoffen. Sol-gels worden gebruikt bij de productie van onder meer
(keramische) deklagen en partikels. Om een sol-gel te maken wordt
bijvoorbeeld siliciumoxide eerst in een colloïdale suspensie gebracht.
Vervolgens kan men de suspensiedeeltjes (monomeren of oligomeren)
in de vloeistof aan elkaar laten hechten (polymeriseren) tot een netwerk;
zo vormen ze een wet-gel (in solvent), aero-gel (solvent verdampt) of
xero-gel (denser).
Bron: Ontvangen van "http://nl.wikipedia.org/wiki/Sol-gel"
vezel : een voorwerp met een lengte (l) tussen 5 en 200 µm, een dikte (d) <
3µm en de verhouding l/d > 3/1 (bron: Wereld Gezondheidsorganisatie
(WHO), www.who.org ).
werkgever : de persoon die de volgende personen tewerkstelt:
a) personen die, anders dan krachtens een arbeidsovereenkomst, arbeid
verrichten onder het gezag van een ander persoon;
b) personen die een beroepsopleiding volgen waarvan het
studieprogramma voorziet in een vorm van arbeid die al dan niet in
de opleidingsinstelling wordt verricht;
c) personen verbonden door een leerovereenkomst;
d) stagiairs;
e) leerlingen en studenten die een studierichting volgen waarvan het
opleidingsprogramma voorziet in een vorm van arbeid die in de
onderwijsinstelling wordt verricht
(zie wet welzijn van 4 augustus 1996).
werkplek : plaats/plek waar men zich bevindt, die een onderdeel vormt van een
arbeidsplaats en waar men arbeid verricht.
7/60
3 Algemeen
3.1 Inleiding
Hoge temperatuur isolatiewol (High Temperature Insulation Wools of HTIW) zijn synthetische minerale
vezels die voornamelijk worden gebruikt in industriële toepassingen. De term HTIW beschrijft een familie
van glasachtige minerale synthetische vezels bestaande uit een reeks van verschillende samenstellingen en
toepassingen.
HTIW combineren laag gewicht, lage thermische geleiding, lage volumetrische warmtecapaciteit (geringe
warmte opslag), thermische schokbestendigheid en eenvoudige installatie voor hoge temperatuur
isolatietoepassingen tot 1.700°C.
De vuurvaste keramische vezel (Refractory Ceramic Fibre of RCF) is de oudste en belangrijkste van de hoge
temperatuur isolatiewollen.
Deze aanbevelingen betreffen de RCF (Refractory Ceramic Fibres) onder de Man Made Mineral Fibres
(MMMF). Zie blauwe vakjes in overzicht hierboven.
8/60
Onder de Man-Made-Mineral-Fibres zijn er drie soorten die gebruikt worden als isolatie bij hoge
temperaturen, de zogenaamde HTIW vezels:
1. Refractory Ceramic Fibre (RCF);
2. Bio-oplosbare vezels (Alkaline Earth Silicate of AES);
3. Polykristallijne vezels.
1. RCF
In het “Official Journal of the European Communities” wordt RCF als volgt omschreven:
Keramische minerale vezels; vezels voor speciale toepassingen.
Kunstmatige (silicaat)glasvezels met een willekeurige oriëntatie en een gehalte aan alkali- en aardalkali-
oxiden (Na2O+K2O+CaO+MgO+BaO) van ten hoogste 18 gewichtsprocenten.
RCF wordt enkel ingedeeld als carcinogeen categorie 2 (R49) indien de naar de lengte gewogen meetkundig
gemiddelde diameter, minus tweemaal de standaardfout, kleiner of gelijk is aan 6 μm. Deze aanbevelingen
behandelen specifiek de RCF die ingedeeld zijn als R49 omwille van de mogelijke gezondheidsrisico’s.
The Chemical Abstract Service (CAS) definieert RCF onder de naam: “vuurvaste producten, vezels,
aluminosilicaat “ (nummer 142844-00-6) als volgt:
Amorfe synthetische vezels geproduceerd door het smelten, verblazen of verspinnen van gecalcineerde
kaolienklei of een combinatie van alumina (Al2O3) en silica (SiO2). Oxides zoals zirconia (ZrO2),
ijzeroxide (Fe2O3), magnesium oxide (MgO), calcium oxide (CaO) kunnen eveneens toegevoegd
worden. De percentages in gewicht van de componenten kunnen als volgt variëren: alumina: 20-80%,
silica 20-80%, andere oxides in kleinere hoeveelheden.
RCF van Europese makelij zijn alumino-silicaten met een hoge zuiverheidgraad en een typische
samenstelling van 46-58% silica en 42-54% alumina. De Europese productie omvat ook zirconia RCF welke
14-18% zirconia (ZrO2), 28-36% alumina (Al2O3) en 52-56% silica (SiO2) bevatten.
2. Bio-oplosbare HTIW vezels
De bio-oplosbare HTIW vezels (Alkaline Earth Silicate of AES) worden vervat in de CAS-nummers 329211-
92-9, 308084-09-5 en 436083-99-7. Deze AES vezels werden ontwikkeld door de samenstelling van glaswol
te herformuleren om te komen tot een hogere temperatuursbestendigheid.
Deze vezels werden op hun beurt ontwikkeld als mogelijke vervanger van RCF.
In het “Official Journal of the European Communities” wordt AES als volgt omschreven:
Keramische minerale vezels; vezels voor speciale toepassingen.
Kunstmatige (silicaat)glasvezels met een willekeurige oriëntatie en een gehalte aan alkali- en aardalkali-
oxiden (Na2O+K2O+CaO+MgO+BaO) met meer dan 18 gewichtspercenten.
In de CLP (Classification and Labelling and Packaging) verordening 1272/2008 van het EU parlement en de
Raad van 16 december 2008 wordt het volgende geschreven over deze vezels (zie noot Q):
De stof hoeft niet als kankerverwekkend te worden ingedeeld als kan worden aangetoond dat zij aan een van
de volgende voorwaarden voldoet:
- Bij bepaling van de biologische persistentie in een kortdurende inhalatietest is gebleken dat de vezels met
een lengte van meer dan 20 μm een gewogen halfwaardetijd van minder dan tien dagen hebben, of;
9/60
- Bij bepaling van de biologische persistentie in een kortdurende intratracheale instillatietest is gebleken
dat de vezels langer dan 20 μm een gewogen halfwaardetijd van minder dan 40 dagen hebben, of;
- Uit een adequate intraperitoneale test is geen bovenmatige kankerverwekkendheid gebleken;
- Of afwezigheid van substantiële pathogeniteit of neoplastische veranderingen in een geschikte
inhalatietest op lange termijn.
3. Polykristallijne vezels
Een derde type is de HTIW polykristallijne alumina of mulliet-vezel die volgens een sol-gel procedé wordt
vervaardigd. Deze vezels worden aangewend bij extreem hoge temperatuur of toepassingen waar de
investeringskosten voor de installatie niet doorslaggevend zijn.
3.2 Productie
RCF- en HTIW-vezels worden vervaardigd door gebruik te maken van onregelmatige spin- en blaasprocedés
en bevatten vezels met diameters en lengtes die kunnen variëren in zowel de individuele producten als in de
verschillende producttypes. De polykristallijne wollen worden gemaakt volgens verschillende procedés welke
allemaal tot een kleinere spreiding van de diameters leiden.
3.3 Gebruik
De 3 types HTIW (zie CAS nummers) worden hoofdzakelijk gebruikt in industriële toepassingen als
thermische isolatie in verwarmingstoestellen, industriële ovens, hoogovens, fornuizen en gieterijen, bij de
productie van hittebestendige dichtingen, in de automobiel- en ruimtevaartindustrie, alsook bij bescherming
tegen brand.
De 3 types HTIW zijn niet zonder meer onderling uitwisselbaar omdat hun thermische resistentie, chemische
resistentie of andere typische fysische eigenschappen al naargelang het geval mogelijk niet zouden kunnen
voldoen in de toepassing. Men kan bijgevolg RCF technisch niet zonder meer vervangen door een ander type
MMMF.
10/60
3.4 RCF is geen asbest
RCF worden vaak nog ten onrechte met asbestvezels verward.
Beide vezeltypes verschillen fundamenteel van elkaar. Hieronder wordt een overzicht gegeven van enkele
belangrijke verschillen.
Kenmerk Asbest RCF
Oorsprong Natuurlijke delfstof ontgonnen via
mijnbouw en die verder bewerkt wordt.
Synthetisch, vervaardigd uit alumina
(Al2O3) en silica (SiO2).
Structuur van de
vezels
Kristallijn. Amorf (glasachtig).
Vezeldiameter
Betrekkelijk fijne vezels.
Afhankelijk van het type asbest variëren
de mediaangemiddelde diameters van
circa 0,02 µm tot 0,45 µm. (HEI-AR,
1991). Hierdoor verhoogt de kans op
verspreiding en de verblijftijd in de
lucht net als de moeilijkheidsgraad om
de vezels te detecteren via optische
microscopie.
Algemeen dikker dan asbest Afhankelijk
van de gebruikte productiemethode
varieert de mediaangemiddelde diameter
van 1 – 1,5 µm (Mast et al. 2000).
Breukmechanisme
van de vezels
Hoofdzakelijk longitudinaal (in de
lengterichting) de vezels splitsen in een
groter aantal vezels met een kleinere
diameter. Dit resulteert in vezels die
schadelijker zijn (Assuncao and Corn,
1975).
Each division 1 micron
Transversaal (in de dwarsrichting) de
vezels breken in de dwarsrichting tot
kortere vezels van dezelfde diameter en
worden uiteindelijk stof. (TIMA, 1993).
2 micron fibre
Each division 2 microns
11/60
Toepassing en risico
Asbest werd gebruikt in een grote
verscheidenheid van industriële en
consumenten-goederen, waaronder
asbestcementen leidingen,
dakpannen, vloertegels,
wandbekledingen, bordkarton,
textiel, remvoeringen, cement en
isolatie van gebouwen en leidingen.
De blootstelling van algemene
populatie was daarom ooit zeer
groot. Vele toepassingen zijn
bovendien nog in gebruik.
RCF is een industrieel product dat
voornamelijk gebruikt wordt als
isolatie of dichting in hoge
temperatuur-fornuizen en ovens.
Ongeveer 30.000 werknemers
kunnen worden blootgesteld in
Europa (bron ECFIA).
Kankerverwekkendheid voor
dieren
Verschillende ademhalingsstudies
geven aan dat asbest (in het
bijzonder amfibool asbest)
kankerverwekkend is bij dieren
(IARC, 2002).
Research and Consulting Company
(RCC) studies geven aan dat hoge
doses RCF hebben geresulteerd in
longkanker en mesothelioom bij
ratten en hamsters.
Ondubbelzinnige interpretatie is
niet mogelijk omdat de stof
gecontamineerd was met niet
vezelige brokstukken (Mast et al.
2000; Brown et al. 2005).
Kankerverwekkendheid voor
mensen
Talrijke epidemiologische studies
ondersteunen de
kankerverwekkendheid van asbest.
Epidemiologische studie van de
universiteit van Cincinnati toont
geen interstitiële fibrose, geen
incrementele longkanker of enig
mesothelioom. (Walker et al., 2002;
LeMasters et al., 2003 ; Lockey et
al. 2002).
Er zijn zowel studies pro als contra.
Daarom is het voorzorgsprincipe
van toepassing.
IARC classificatie
Groep 1: de vezel is
kankerverwekkend voor mensen
(IARC, 2002).
Groep 2B: de vezel is mogelijk
kankerverwekkend voor mensen
(IARC, 2002).
Grenswaarden
(zie KB 19/05/09
(BS 11/06/09): Koninklijk
besluit betreffende de
bescherming van de
gezondheid en de veiligheid
van de werknemers tegen de
risico's van chemische agentia
op het werk)
Max 100.000 vezels per m3.
Max 500.000 vezels per m3.
Bestendigheid/biopersistentie
In-vitro bestendigheid en in-vivo
biopersistentie van amfibool asbest
wezenlijk groter dan voor RCF.
Duurzamer dan vele andere
synthetische glasachtige vezels
maar minder bestendig dan
amfibool asbest (Maxim et al.
1999).
12/60
Regelgevende status
Voor het op de markt brengen en
gebruiken in de EU volgens bijlage
XVII van REACH gelden volgende
regels voor asbestvezels (Crocidoliet
(CAS-nr. 12001-28-4), Amosiet
(CAS-nr. 12172-73-5), Anthofyliet
(CAS-nr. 77536-67-5), Actinoliet
(CAS-nr. 77536-66-4), Tremoliet
(CAS-nr. 77536-68-6), Chrysotiel
(CAS-nr. 12001-29-5 en CAS-nr.
132207-32-0)):
1. Het in de handel brengen en het
gebruik van deze vezels en van
voorwerpen waaraan deze vezels
opzettelijk zijn toegevoegd, wordt
verboden.
De lidstaten kunnen echter een
uitzondering maken voor het in de
handel brengen en het gebruik van
membranen die chrysotiel (onder f)
bevatten in bestaande
elektrolyseinstallaties, tot zij aan
vervanging toe zijn of tot geschikte
asbestsubstituten beschikbaar komen,
naargelang van wat het eerst gebeurt.
De Commissie zal deze
uitzonderingsregeling vóór 1 januari
2008 evalueren.
2. Het gebruik van voorwerpen die de
in lid 1 genoemde asbestvezels
bevatten, die reeds geïnstalleerd en/of
in bedrijf waren vóór 1 januari 2005
blijft toegelaten, totdat deze worden
verwijderd of aan vervanging toe zijn.
De lidstaten mogen echter om redenen
van gezondheidsbescherming het
gebruik van dergelijke voorwerpen
verbieden voordat deze worden
verwijderd of aan vervanging toe zijn.
De lidstaten verlenen geen
toestemming voor nieuwe
toepassingen van chrysotiel op hun
grondgebied.
3. Onverminderd de toepassing van
andere communautaire bepalingen
betreffende de indeling, verpakking en
etikettering van gevaarlijke stoffen en
preparaten, mag het in de handel
brengen en het gebruik van
voorwerpen die deze vezel bevatten
slechts door de lidstaten worden
toegestaan voor de bovengenoemde
uitzonderingen indien deze
voorwerpen zijn geëtiketteerd.
Voor het op de markt brengen en
gebruiken in de EU volgens bijlage
XVII van REACH gelden volgende
regels voor alle kankerverwekkende
stoffen categorie 1 en 2:
Onverminderd de andere delen van
deze bijlage, is het volgende van
toepassing:
1. Mogen niet worden gebruikt in
stoffen en preparaten die met het oog
op verkoop aan het grote publiek in
de handel worden gebracht, in
afzonderlijke concentraties gelijk aan
of groter dan:
— hetzij de in bijlage I bij Richtlijn
67/548/EEG van de Raad
vastgestelde desbetreffende
concentratiegrens,
— hetzij de in Richtlijn 1999/45/EG
vastgestelde desbetreffende
concentratiegrens.
Onverminderd de toepassing van
andere communautaire voorschriften
inzake de indeling, de verpakking en
het kenmerken van gevaarlijke
stoffen en preparaten, dient op de
verpakking van dergelijke stoffen en
preparaten op leesbare en
onuitwisbare wijze de volgende
vermelding te worden aangebracht:
„Uitsluitend bestemd voor gebruik
door professionele gebruikers”.
2. Bij wijze van uitzondering is lid 1
niet van toepassing op:
a) geneesmiddelen voor menselijk of
diergeneeskundig gebruik in de zin
van Richtlijn 2001/82/EG en Richtlijn
2001/83/EG;
b) cosmetische producten in de zin
van Richtlijn 76/768/EEG van de
Raad;
c) — brandstoffen als bedoeld in
Richtlijn 98/70/EG,
— derivaten van minerale oliën,
bestemd voor gebruik als brandstof in
mobiele of vaste
verbrandingsinstallaties,
— brandstoffen die in een gesloten
systeem worden verkocht
(bijvoorbeeld flessen vloeibaar gas);
d) kleurstoffen voor kunstenaars die
onder Richtlijn 1999/45/EG vallen.
13/60
3.5 De gezondheidsrisico’s van RCF
RCF wordt sedert meer dan 50 jaar gebruikt. Op basis van dierproeven werd RCF in december 1997 door de
Europese Unie (EU) ingedeeld als een carcinogeen categorie 2 (T, R49, “kan kanker veroorzaken bij
inademing”) en een huidirritant (R38, “irriterend voor de huid”) met volgend pictogram:
Onder de nieuwe Europese CLP verordening 1272/2008 gelden nieuwe indelingen en etiketteringen. RCF zal
dan ingedeeld worden als carcinogeen categorie 1B (H350i, “kan kanker veroorzaken bij inademing”) en
irriterend voor de huid categorie 2 (H315, “veroorzaakt huidirritatie”) met het signaalwoord “gevaar” en
volgende pictogrammen:
en Let wel: in zowel de nieuwe als de oude wetgeving wordt gesteld dat de indeling als kankerverwekkend niet
noodzakelijk is voor vezels waarvan de naar de lengte gewogen meetkundig gemiddelde diameter, minus
tweemaal de meetkundige standaardfout, groter is dan 6 μm (deze vezels worden beschouwd als te dik om
inadembaar te zijn).
Deze indeling legt, conform het KB van 3 december 1993 betreffende de bescherming van de werknemers
tegen de risico’s van blootstelling aan kankerverwekkende en mutagene agentia op het werk, een aantal
maatregelen op voor de producenten en gebruikers van RCF, onder meer de ontwikkeling van alternatieven
voor de vervanging van RCF houdende producten waar mogelijk. Hierdoor worden nu in vele toepassingen
producten gebruikt op basis van bio-oplosbare vezels (Alkaline Earth Silicate). Daarnaast dient de
blootstelling aan categorie 2 carcinogenen zoals RCF tot de laagste praktisch haalbare waarden beperkt te
worden om alle mogelijke risico’s voor de gezondheid te minimaliseren.
De blootstelling aan vezels kan berekend worden door de concentratie van vezels in de omgeving waarin
gewerkt wordt te delen door de toegewezen beschermingsfactor van de gedragen PBM’s.
In de medische literatuur is er nog geen eensgezindheid over de kankerverwekkende eigenschappen van
MMMF’s. Ook het mechanisme waardoor eventuele DNA-schade zou kunnen ontstaan is onopgehelderd.
Mogelijke pistes zijn rechtstreekse inwerking op het DNA versus het ontstaan van radicalen bij een
chronische ontstekingsreactie of het stimuleren van de celdeling.
Het gezondheidsrisico wordt bepaald door een aantal fysico-chemische eigenschappen van de vezels zoals
bio-persistentie en inadembaarheid van de vezel. De schadelijkheid van vezels zou voornamelijk afhangen
van de afmetingen van de vezels en van de snelheid waarmee de vezels oplossen in het menselijke lichaam
(bron: TNO).
Er wordt aangenomen dat vezels met een dikte groter dan 3,5 µm of een lengte groter dan 70 µm niet meer
inadembaar zijn. Grotere (dikkere en/of langere) vezels worden tegengehouden door haartjes in de bovenste
luchtwegen of opgevangen in het slijmtapijt dat de grote luchtwegen bedekt. Door de trilhaarbewegingen kan
het slijm met het opgevangen stof en de vezels uit de bronchiën en de luchtpijp naar buiten worden
geëvacueerd om opgehoest te worden.
14/60
Vezels die weten door te dringen tot in de alveolen (longblaasjes) kunnen niet meer via dit rollend slijmtapijt
worden afgevoerd en moeten worden verwijderd door bv. macrofagen. Dit zijn cellen die deel uitmaken van
het afweersysteem en die vreemde stoffen als het ware kunnen inslikken en verteren. Deze macrofagen
kunnen, eens ze een partikel hebben opgenomen, terug migreren naar het longweefsel of naar de bronchiën
om met het slijm mee afgevoerd te worden. Macrofagen hebben moeite met het opnemen van vezels langer
dan 10 µm. Daardoor is er een fractie van de vezels die moeilijk uit de longblaasjes kan verwijderd worden
en ter plaatse moeten oplossen. Hoe slechter de vezels oplosbaar zijn, hoe langer zij ter plaatse kunnen
blijven en schade kunnen veroorzaken.
De biopersistentie van RCF zit tussen die van de overige MMMF (zoals steenwol, slakkenwol, glaswol) en
asbest in.
Hoe groter het partikel, hoe minder ver het kan doordringen in de luchtwegen. Het zijn de kleine vezels, die
qua gewicht vaak weinig bijbrengen bij een meting van de totale hoeveelheid stof, die het diepst in de longen
doordringen en eventueel de meeste schade kunnen toebrengen.
Bovendien kunnen vezels breken onder mechanische belasting. Een amorfe vezel breekt dwars door,
waardoor kortere stukjes ontstaan en de vezelstructuur verloren gaat.
Het IARC bevestigt de kankerverwekkende eigenschappen van RCF vezels bij dieren (categorie 2B).
Reeds in de jaren ’60 bewezen de eerste dierproeven, die gebruik maakten van inhalatie of rechtstreekse
injectie in de buikholte, dat er een gevaar bestond voor het ontwikkelen van kanker van de longen of de
longvliezen.
Dierproeven met ratten hebben aangetoond dat een blootstelling van 75 vezels/cm³, 6 uur/dag, 5 dagen/week,
gedurende 18 maanden, leidde tot een toename van het aantal longtumoren en longfibrose (stoflong).
Blootstelling aan 215 vezels/cm³ bij hamsters leverde een toename van mesotheliomen (tumoren longvlies).
Men wijst er wel op dat voorzichtigheid geboden is bij de extrapolatie van cijfers uit dierstudies bij de rat
naar die bij de mens.
Epidemiologisch onderzoek bij de mens toonde tot nog toe enkel een toename van pleurale plaques
(verdikkingen van het longvlies).
De indeling van vezels door het IARC is consulteerbaar via de volgende link:
Bron : http://www.osha.gov/SLTC/syntheticmineralfibres/table2.html.
4 Verantwoordelijkheden
De wet welzijn van 4 augustus 1996 (hoofdstuk IV) legt een aantal verplichtingen op aan de werkgever om
zijn werknemers te beschermen tegen mogelijke risico’s van chemische aard.
U vindt meer informatie via de volgende link:
www.werk.belgie.be en www.beswic.be.
In dit hoofdstuk wordt dieper ingegaan op de verplichtingen van de opdrachtgever, als opdrachtgever en als
werkgever en aannemer.
15/60
4.1 Onderneming als opdrachtgever
De opdrachtgever is verplicht ervoor te zorgen dat, tijdens de werken met vuurvaste keramische vezels, de
werkzaamheden zodanig verlopen dat de risico’s voor alle werknemers en voor de omgeving zo klein
mogelijk zijn.
Hierdoor heeft hij als opdrachtgever conform de wet welzijn van 4 augustus 1996 en het KB van 2 december
1993 betreffende de bescherming van de werknemers tegen de risico’s van blootstelling aan
kankerverwekkende en mutagene agentia:
De plicht de regels van het vervangingsprincipe toe te passen;
De informatieplicht aan de betrokken werknemers;
De plicht zich ervan te vergewissen dat de werknemers die door aannemers tewerkgesteld worden de
nodige informatie en opleidingen hebben ontvangen;
De plicht erop toe te zien dat de werken gecoördineerd verlopen.
Indien hij naast opdrachtgever ook werkgever is, is hij eveneens onderworpen aan de verplichtingen van
werkgever (zie hoofdstuk 3.2).
4.1.1 Vervangingsprincipe
De opdrachtgever is onderworpen aan de regels van het vervangingsprincipe. Dit betekent:
- Onderzoeken of het haalbaar is de vuurvaste keramische vezels te vervangen door een minder gevaarlijk
materiaal;
- Procedés gebruiken die minder gevaarlijk/schadelijk zijn.
4.1.2 Informatieplicht
De opdrachtgever is verplicht zijn eigen werknemers en de door hem tewerkgestelde aannemers te
informeren over de (mogelijke) aanwezigheid van vuurvaste keramische vezels bij de uitvoering van hun
werkzaamheden.
Daarom is het aan te raden een inventaris met vuurvaste keramische vezels op te stellen, waartoe hij de
volgende stappen kan ondernemen:
- Bij bouw of aankoop van een installatie of apparaat: opvragen van een dossier bij de leverancier, met
inbegrip van tekeningen, veiligheids- en technische bladen, beschrijvingen enz.;
- Nemen en analyseren van stalen van onbekende materialen, met inachtname van de bescherming van de
betrokken werknemers en de omgeving;
- Actualiseren van de inventaris van apparaten met vuurvaste keramische vezels bij nieuwbouw en
herstellingen;
- Markeren van apparaten/installaties waarin vuurvaste keramische vezels verwerkt zijn;
- Archiveren met het oog op consultatie van eventueel uitgevoerde luchtmetingen tijdens uitvoering van
montage of herstellingswerkzaamheden voor de opmaak van de risicoanalyse.
16/60
Vóór aanvang van de werken met (mogelijk) contact met vuurvaste keramische vezels overhandigt de
opdrachtgever het relevante deel van de inventaris aan de tewerkgestelde aannemers.
Opmerking:
Indien tijdens de werken twijfel bestaat of het over vuurvaste keramische vezels gaat, of indien het
onmogelijk is vooraf monsters te nemen, worden de vezels behandeld als vuurvaste keramische vezels totdat
er zekerheid is betreffende de aard (voorzorgsprincipe).
Dit geldt uiteraard alleen indien de aanwezigheid van asbest kan uitgesloten worden.
4.1.3 Opleiding
De opdrachtgever is (als werkgever) verantwoordelijk voor de opleiding van de eigen werknemers die
mogelijk in contact kunnen komen met vuurvaste keramische vezels (zie hoofdstuk 3.2).
De opdrachtgever vergewist zich ervan dat de werknemers van tewerkgestelde aannemers zijn opgeleid.
Hij kan dit waarborgen door bijvoorbeeld:
- In de bestelling (offerteaanvraag) aandacht te besteden aan de specifieke veiligheidsmaatregelen m.b.t.
vuurvaste keramische vezels, waarin tevens verwezen wordt naar de opleidings -en informatieplicht voor
de werknemers van aannemers én hun onderaannemers;
- Het organiseren van een vergadering vóór de aanvang van de werken m.b.t. risico’s en maatregelen voor
het werken met vuurvaste keramische vezels, waarop ook de hiërarchische lijn van de aannemers wordt
uitgenodigd mét de verplichting om deze info ook te verspreiden aan hun werknemers en hun
onderaannemers (op een aantoonbare manier);
- Opnemen in de werkvergunning van de (mogelijke) aanwezigheid van vuurvaste keramische vezels én
van de te nemen voorzorgsmaatregelen.
4.1.4 Coördinatie
Om een goede coördinatie te waarborgen wordt aangeraden om:
- In het bedrijf een verantwoordelijke aan te duiden voor uitvoering van werken met vuurvaste keramische
vezels;
- Bij de planning van de werken een plan van aanpak op te stellen. Op basis van de risicoanalyse kiest de
werkgever een uitvoeringswijze met bijkomende preventiemaatregelen zodat het vrijkomen van
keramische vezel vermeden of tot een minimum beperkt wordt.
4.2 Onderneming als werkgever (zowel opdrachtgever als aannemer)
De werkgever is verantwoordelijk om zijn werknemers te beschermen tegen blootstelling aan vuurvaste
keramische vezels. Voorafgaand aan de (mogelijke) blootstelling moeten zijn werknemers opgeleid en
medisch gekeurd zijn.
Voor alle werkzaamheden dient een risicoanalyse opgesteld te worden waarbij er moet gestreefd worden naar
een zo laag mogelijke blootstelling aan vuurvaste keramische vezels. PBM’s moeten gebruikt worden indien
het gebruik van collectieve beschermingsmaatregelen onvoldoende is.
We verwijzen naar artikel 8 en 9 van het KB van 27 maart 1998 betreffende het beleid inzake het welzijn van
de werknemers bij de uitvoering van hun werk.
17/60
Artikel 8:
De risicoanalyse gebeurt op het niveau van de organisatie in haar geheel, op het niveau van elke groep van
werkposten of functies en op het niveau van het individu.
Zij bestaat achtereenvolgens uit:
1° Het identificeren van gevaren voor het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk;
2° Het vaststellen en nader bepalen van risico’s voor het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van
hun werk;
3° Het evalueren van risico’s voor het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk.
Artikel 9 (deels):
De preventiemaatregelen die genomen moeten worden op basis van de in artikel 8 bedoelde risicoanalyse
worden vastgesteld op het niveau van de organisatie in haar geheel, op het niveau van elke groep van
werkposten of functies en op het niveau van het individu, rekening houdend met de volgende volgorde:
1° Preventiemaatregelen die tot doel hebben risico’s te voorkomen;
2° Preventiemaatregelen die tot doel hebben schade te voorkomen;
3° Preventiemaatregelen die tot doel hebben schade te beperken.
De blootstelling aan vuurvaste keramische vezels mag, na toepassing van alle maatregelen (collectieve,
organisatorische en individuele), de grenswaarde niet overschrijden.
Er dient opgemerkt te worden dat het verboden is om jongeren werken te laten uitvoeren met een risico op
blootstelling aan vuurvaste keramische vezels (zie KB van 3 mei 1999 betreffende de bescherming van de
jongeren op het werk).
4.2.1 Opleiding werknemer
De werkgever neemt passende maatregelen opdat de werknemers en de leden van het CPBW een voldoende
en tevens adequate opleiding op basis van alle beschikbare gegevens krijgen, met name in de vorm van
voorlichting en instructies. Deze opleiding moet betrekking hebben op:
1. De mogelijke gevaren voor de gezondheid, hierin begrepen de bijkomende gevaren ten gevolge van eten
en roken;
2. De voorzorgsmaatregelen om blootstelling te voorkomen;
3. De hygiënische voorschriften;
4. Het dragen en het gebruik van beschermende kledij en persoonlijke beschermingsmiddelen.
Iedere betrokken werknemer ontvangt een individuele nota (zie bijlage 2) waarin alle inlichtingen en
instructies zijn opgenomen. Zolang de werknemers in de risicozones tewerkgesteld blijven, dienen zij
vervolgens bij tussenpozen van maximaal 1 jaar een adequate opleiding en, indien de instructies gewijzigd
zijn, een aangepast exemplaar van de individuele nota te krijgen.
4.2.2 Gezondheidstoezicht
Voorafgaand aan de blootstelling dient elke betrokken werknemer aan een aangepaste
gezondheidsbeoordeling te worden onderworpen. De werkgever zal de betrokken werknemers opnemen op de
lijst van het gezondheidstoezicht.
18/60
Zolang de blootstelling duurt, dient deze gezondheidsbeoordeling minstens eens per jaar te worden
uitgevoerd (zie KB 2 december 1993 betreffende de bescherming van de werknemers tegen de risico’s van
blootstelling aan kankerverwekkende en mutagene agentia op het werk). De betrokken werknemers dienen te
worden opgenomen op de lijst van onderworpen werknemers (zie KB van 28 mei 2003 betreffende het
gezondheidstoezicht).
4.2.3 Risicoanalyse
De risicoanalyse dient steeds in overleg tussen de opdrachtgever en aannemer te worden opgesteld.
De globale resultaten van de risicoanalyse dienen te worden voorgelegd aan het Comité Preventie en
Bescherming op het Werk (bij gebrek aan een Comité PBW de syndicale afvaardiging).
Onderstaande collectieve en persoonlijke beschermingsmiddelen zijn indicatief en niet limitatief. De
genomen beschermingsmaatregelen moeten ervoor zorgen dat er geen blootstelling tot boven de grenswaarde
kan optreden tijdens de uitvoering van de werken.
Als hulpmiddel is in bijlage 1 een “checklijst voor RCF werkzaamheden” toegevoegd.
4.2.3.1 Collectieve beschermingsmiddelen
Volgende organisatorische maatregelen kunnen genomen worden:
1. De arbeidsprocedés zijn zo ingericht dat er zo weinig mogelijk vuurvaste keramische vezels vrijkomen.
De plaatsen waar de werken worden uitgevoerd, worden afgebakend en gesignaleerd met borden die het
gevaar van vuurvaste keramische vezels aangeven (zie bijlage 4). Het is aanbevolen om werkzaamheden
die hoge stofvorming veroorzaken, te scheiden in tijd en/of ruimte met andere werkzaamheden;
2. Het aantal blootgestelde werknemers wordt zo klein mogelijk gehouden. Alleen de werknemers die een
adequate opleiding en specifieke instructies hebben gekregen, hebben toegang tot de werken;
3. In deze plaatsen is het gebruik van maaltijden en dranken alsook roken verboden;
4. Er worden ruimtes ingericht waar de werknemers zonder gevaar voor besmetting door vuurvaste
keramische vezels kunnen eten en drinken. De fysieke plaats van de eetzaal dient meegenomen te worden
in de risicoanalyse;
5. De werkgever stelt twee individuele kleerkasten ter beschikking van iedere werknemer die wordt of kan
worden blootgesteld: één voor werkkledij en één voor stadskledij;
6. De werkgever is verplicht vervuilde werkkledij te reinigen. Deze kledij mag niet door de werknemer zelf
gereinigd worden;
7. Bij einde van de werkzaamheden dienen de werknemers een douche te nemen. Hiertoe stelt de werkgever
een stortbad (met koud en warm water) ter beschikking van de werknemers, naar verhouding van één per
groep van 3 werknemers die gelijktijdig hun arbeidstijd beëindigen. De fysieke plaats van de douches
dient meegenomen te worden in de risicoanalyse;
8. Opstellen van een monitoringsplan om de blootstelling aan vuurvaste keramische vezels te bepalen en de
genomen maatregelen te kunnen evalueren. Indien uit de metingen blijkt dat de blootstelling boven de
grenswaarde ligt, wordt het werk onderbroken. De oorzaken van de overschrijding worden opgespoord en
er worden zo snel mogelijk passende maatregelen genomen om deze situatie te verhelpen. Het is
verboden het werk te hervatten zolang er geen passende maatregelen ter bescherming van de betrokken
werknemers genomen zijn.
19/60
Bijkomend aan deze organisatorische maatregelen kan de blootstelling aan vuurvaste keramische vezels
verder gereduceerd worden door toepassing van onderstaande richtlijnen. Deze richtlijnen kunnen integraal
deel uit maken van het opleidingspakket van de werkgevers.
1. Bulkmateriaal dient steeds opgeslagen te worden in gesloten verpakkingen en voorzien van de
noodzakelijke reglementaire etikettering (zie ook hoofdstuk 2.5). Gedeeltelijk gebruikte verpakkingen
worden zorgvuldig gesloten;
2. Zorg voor een goede ventilatie van de arbeidsplaats. Vermijd stofblootstelling door het fixeren of
bevochtigen van de isolatie of door lokale afzuiging te gebruiken. Deze afzuiging dient voorzien te zijn
van een filter (HEPA-filter). Vergeet niet na de werken om het fixeermateriaal te reinigen;
3. Gebruik zoveel mogelijk voorgevormde stukken;
4. Gebruik enkel handwerktuigen (niet manueel scheuren!) en werktuigen met lage snelheid die enkel grof
stof of snijdsels doen ontstaan. Indien mechanische toestellen dienen gebruikt te worden, gebruik dan bij
voorkeur deze die op een lokaal stofzuigsysteem met geschikte filter zijn aangesloten;
5. Het te verwijderen isolatiemateriaal dient zoveel mogelijk in zijn geheel verwijderd en onmiddellijk in
plastic opgevangen te worden. Plaats plastic onder de te verwijderen vuurvaste keramische vezels om de
opkuis te vereenvoudigen;
Bij werken in de hoogte of telkens wanneer men verspreiding verwacht, zal het nodige gedaan worden
om de verspreiding van stof te voorkomen;
6. Nadat de werkzaamheden zijn uitgevoerd of bij einde dagtaak, dient de werkplaats gereinigd te worden
met water of door gebruik te maken van een met een geschikte filter voorziene stofzuiger;
7. Vermijd dat afval gecontamineerd met vuurvaste keramische vezels zou gemengd worden met ander
bouw- en sloopafval. De afvalstoffen worden zo spoedig mogelijk verzameld, in plastic zakken verpakt
en van de arbeidsplaats weggevoerd.
Vuurvaste keramische vezels mogen gestort worden volgens de volgende regels:
- >0.1 (gewicht/gewicht) %: op klasse 1 stort;
- <0.1 (gewicht/gewicht) %: geschreven attest van de klant volstaat, afval naar klasse 2 stort.
4.2.3.2 Persoonlijke beschermingsmiddelen en hygiënemaatregelen
Voor bepaalde werkzaamheden kan een toename van de blootstelling worden voorzien.
Indien alle mogelijkheden tot het nemen van andere preventieve maatregelen ter beperking van de
blootstelling al zijn uitgeput, neemt de werkgever, na raadpleging van het CPBW de volgende maatregelen:
1. PBM’s worden ter beschikking gesteld van de betrokken werknemers. Deze moeten gedragen worden
zolang de voorziene blootstelling aanhoudt. De werkgever zorgt ervoor dat de persoonlijke
beschermingsmiddelen (zowel wegwerp als herbruikbaar) zijn aangepast aan de werkzaamheden. De
werknemers krijgen een opleiding over het correct gebruik van de PBM’s;
2. De door de werknemers gedragen herbruikbare PBM’s worden na het werk in een uitsluitend daarvoor
bestemde plaats bewaard. Enkel na de eventuele reiniging, ontsmetting, controle en het eventuele herstel
mogen deze PBM’s weer worden gebruikt.
20/60
Bij het verlaten van de afgebakende zone dient, om verspreiding van de vezels tegen te gaan:
De gebruikte wegwerpoverall, wegwerp ademhalingsbescherming in een afvalzak opgeborgen te worden;
Herbruikbare werkkledij in gesloten zakken gestoken te worden voor reiniging;
Herbruikbare PBM’s zoals helm, schoenen, veiligheidsbril en herbruikbare ademhalings-bescherming te
worden afgespoeld;
Gezicht en handen gewassen te worden;
Uiterlijk bij einde dagtaak een douche genomen te worden.
4.3 Onderneming als aannemer
Werkzaamheden kunnen door de opdrachtgever uitbesteed worden aan een aannemer. Deze laatste zal in dit
geval fungeren als werkgever t.o.v. zijn eigen werknemers. Tevens heeft hij een aantal specifieke
verplichtingen (zie wet welzijn van 4 augustus 1996, hoofdstuk IV):
1. De aannemer zal zijn medewerking verlenen aan de coördinatie van de werken. Deze coördinatie kan
gebeuren door een verantwoordelijke aan te duiden die zal nagaan of er gehandeld wordt volgens de
gemaakte afspraken. Een verantwoordelijke bij de opdrachtgever zal ook op zijn beurt instaan voor de
opvolging van de gemaakte afspraken;
2. De aannemer zal zijn werknemers (met speciale aandacht voor uitzendkrachten) informeren over de
gevaren en de afspraken met de opdrachtgever.
Aandacht: De instructies moeten begrepen worden. De controle die nagaat of de instructies zijn gegeven,
moet in deze optiek gezien worden;
3. De aannemer zal zijn onderaannemers op een gelijkwaardige manier informeren, o.a. via de onderstaande
richtlijnen. Hij zal nagaan of de werknemers van de onderaannemer(s) op een voldoende wijze zijn
geïnformeerd over de risico's die aanwezig zijn bij de uit te voeren werken. Ook bij de onderaannemer zal
een verantwoordelijke aangeduid worden (kan ook de ploegleider zijn);
4. De aannemer zal zich akkoord verklaren om de overeenkomst met de opdrachtgever na te leven. Indien
nodig zullen onmiddellijk maatregelen worden genomen als de opdrachtgever hem een ingebrekestelling
overhandigt;
5. De aannemer zal de opdrachtgever informeren over de eigen risico’s die relevant zijn voor de werken.
Hij zal de opdrachtgever informeren over gevaarlijke situaties die – kunnen – ontstaan tijdens de
werkzaamheden. Hij zal hem een lijst bezorgen van zijn werknemers en die van zijn eventuele
onderaannemers die zullen instaan voor de uitvoering van de overeengekomen werken.
5 Monitoring
De bemonstering gebeurt door een geijkte pomp die gedurende een exact gemeten tijd, bv. 4 uur, een debiet
aan omgevingslucht over een filter zuigt. Het aantal vezels worden later in een labo geteld.
Men onderscheidt stationaire metingen met een vastopgestelde pomp, en een persoonlijke meting met een
draagbare pomp waarbij het staalnamepunt zich ter hoogte van de mond van de drager bevindt.
Vezelmetingen dienen te worden uitgevoerd door hiervoor gecertificeerde labo’s.
21/60
Een overzicht van mogelijke labo’s is terug te vinden onder:
http://www.werk.belgie.be/erkenningenDefault.aspx?id=5048.
6 Interessante links - www.werk.belgie.be
- www.inrs.fr
- www.ecfia.eu
- www.eneest.eu
- www.werk.belgie.be
- www.osha.gov
- www.who.org
- www.iarc.fr
- www.cdc.gov/niosh/docs/2006-123/
- Voor correct gebruik van een wegwerp stofmasker:
http://www.cdc.gov/niosh/docs/2010-133/pdfs/2010-133.pdf
- www.beswic.be
7 Bronnen
- INRS;
- www.ECFIA.eu
- CLP verordening 1272/2008 van het EU parlement en de Raad van 16 december 2008;
- KB van 11 maart 2002 betreffende de bescherming van de gezondheid en de veiligheid van de
werknemers tegen de risico’s van chemische agentia op het werk;
- KB van 2 december 1993 betreffende de bescherming van de werknemers tegen de risico’s van
blootstelling aan kankerverwekkende en mutagene agentia op het werk;
- Wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk;
- KB van 28 mei 2003 betreffende het gezondheidstoezicht op de werknemers;
- KB van 3 mei 1999 betreffende de bescherming van de jongeren op het werk.
8 Takenbladen Voor een aantal taken in het kader van werken met RCF werden takenbladen opgesteld.
Bij het uitvoeren van werkzaamheden kunnen meerdere takenbladen van toepassing zijn.
22/60
Doel
Het doel van deze takenbladen is:
De opdrachtgevers - aannemers te helpen de voorschriften inzake gezondheid en veiligheid na te leven;
Een aanbeveling te vormen om de risico’s te voorkomen of te beperken waaraan werknemers
blootgesteld kunnen worden;
Enkele praktische tips te geven waardoor de blootstelling kan voorkomen worden.
Deze takenbladen maken integraal deel uit van de “aanbevelingen bij het werken met vuurvaste keramische
vezels”.
In het kader van deze takenbladen wordt met “RCF” bedoeld: de groep van vuurvaste keramische
vezels die worden ingedeeld als carcinogeen categorie 2.
Opmerking:
Voor bijkomende gevaren kunnen bijkomende maatregelen noodzakelijk zijn (bv. betreden van enge
ruimten, valgevaar, enz,);
Afhankelijk van de specifieke omstandigheden van elk afzonderlijk geval hoeven niet alle
beheersmaatregelen die op dit blad zijn bepaald, toegepast te worden om de blootstelling aan RCF tot een
minimum te beperken (een situationele beoordeling = noodzakelijk);
Bij langdurige blootstelling aan temperaturen boven 850°C wordt in de meeste vuurvaste stenen, beton en
hoge temperatuursisolerende vezels cristobaliet gevormd.
Tevens worden de vezels brosser waardoor de kans op hogere blootstelling stijgt. Deze aanbevelingen
omvatten de maatregelen noodzakelijk om zowel de gezondheidsrisico’s voor werken met vuurvaste
keramische vezels als met cristobaliet te voorkomen.
Onderstaande takenbladen werden uitgewerkt:
1. Openen/sluiten van deuren in een industriële oven;
2. Visuele inspectie industriële oven;
3. Veiligheidswacht naast industriële oven;
4. Stellingbouw in een oven met vermijdbaar contact;
5. Stellingbouw in een oven met niet vermijdbaar contact;
6. Afbraak stelling in industriële oven;
7. Kleine herstelling isolatiemateriaal in industriële oven;
8. Afbraak grotere oppervlakte isolatiemateriaal in industriële oven;
9. Aanbrengen van RCF isolatiemateriaal in een nieuwe industriële oven;
10. Aanbrengen van grote hoeveelheden RCF isolatiemateriaal in industriële oven (bestaand);
11. Openen/sluiten buitenwand industriële oven;
12. Overige activiteiten in industriële oven (lassen, monteren);
13. Afbraak kleine hoeveelheden RCF rond leidingen/apparaten;
14. Afbraak grote hoeveelheden RCF rond leidingen/apparaten;
15. Bouwen van een warmtebehandelingsoven;
16. Vervaardiging van hittebestendig textiel;
17. Opslaan in magazijn.
23/60
1. Openen/sluiten van deuren in een industriële oven.
Het openen van deur en verwijderen van de gestapelde isolatiestenen of -wol in
de deuropening.
Werfinrichting
Afbakenen van een zone “werken met keramische vezels”.
Vergeet de looproosters niet af te dekken.
Beperk de toegang tot het gebied waarin RCF wordt verwerkt en laat alleen opgeleide mensen toe die
noodzakelijk zijn bij het productieproces.
Organiseer de werkplek om handelingen en stofvorming te minimaliseren.
Verbied het gebruik van perslucht om te ontstoffen.
Preventiemaatregelen
Er zijn geen bijkomende preventiemaatregelen vereist.
Verbied eten, drinken en roken op de werkplek.
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)
Uitgaande van bovenstaande preventiemaatregelen en de voorschriften beschreven in "Uitvoeren van de
werken" kan worden uitgegaan van een lage belasting. Daarom zijn volgende PBM’s aangewezen:
- Standaard PBM’s zoals helm, veiligheidsbril, veiligheidsschoenen/laarzen, handschoenen;
- Wegwerpoverall (type 5, 6: bescherming tegen stof en deeltjes). De kap dient op het hoofd en onder de
helm gedragen te worden;
- Gebruik een wegwerp FF-P3-masker.
Hygiëne
Bij het verlaten van de zone “werken met keramische vezels” de vervuilde kledij uittrekken en in vuilbakken
deponeren voorzien van een RCF-label. Aansluitend wordt alles wat in contact kan geweest zijn met
keramische vezel afgespoeld zoals helm, bril, schoenen. Handen en gezicht worden gewassen.
Uiterlijk na het beëindigen van de dagtaak dient een douche genomen te worden.
Uitvoeren van de werken
Indien noodzakelijk worden de vuurvaste stenen uit de opening van de oven verwijderd. Deze worden in de
omgeving opgestapeld en met plasticfolie ingepakt om verspreiding van vezels te voorkomen. Bij het sluiten
van de deuren zullen deze stenen als laatste teruggeplaatst dienen te worden.
Het voegmateriaal rond de opening wordt afzonderlijk in zakken opgeslagen. Indien mogelijk wordt dit
gerecupereerd zoniet afgevoerd als afval. Bij vernieuwing materiaal moet overwogen worden om de RCF
door ander isolatiemateriaal te vervangen gezien de mogelijk lagere temperatuur in deze zone.
Fixeer/bevochtig de te verwijderen oppervlakte om stofvorming te voorkomen. De vrijgekomen randen
dienen eveneens gefixeerd te worden (fixeermateriaal beschermen tegen de vervuiling van RCF of na de
werken grondig reinigen).
De afbraakmaterialen worden zoveel mogelijk gescheiden: steen en beton – wol met keramische vezel en
cristobaliet – andere wolsoorten – metalen.
Er wordt permanent aan house-keeping gedaan.
24/60
Afvoer afvalmateriaal
Alle afval(filters, wegwerpkledij,...) met keramische vezels wordt in geëtiketteerde plastic zakken gestoken.
Zij worden afgevoerd naar een hiertoe geschikt afvalpark.
Alle afbraakmateriaal wordt dubbelverpakt en voorzien van etikettering (bv. wol in zakken van 50 liter en
vervolgens in een big-bag, steen en beton in dubbelwandige big-bags, enz.).
Vervolgacties
Pas eventueel uw RCF-inventaris aan.
25/60
2. Visuele inspectie industriële oven.
Een visuele inspectie na betreding ter bepaling van de eventueel overige uit te
voeren werken.
Werfinrichting
Afbakenen van een zone “werken met keramische vezels”.
Vergeet de looproosters niet af te dekken.
Beperk de toegang tot het gebied waarin RCF wordt verwerkt en laat alleen opgeleide mensen toe die
noodzakelijk zijn bij het productieproces.
Zorg voor voldoende verluchting, maar tracht de oven zoveel mogelijk als geïsoleerde werkplek te behouden.
Organiseer de werkplek om handelingen en stofvorming te minimaliseren.
Verbied het gebruik van perslucht om te ontstoffen.
Eventueel opnemen van de werken in een meetprogramma (bepalen van aantal vezels/m³ in de lucht) voor
toekomstige werken.
Preventiemaatregelen
Verbied eten, drinken en roken op de werkplek.
Het aanraken van de muren en daken wordt sterk afgeraden.
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)
Uitgaande van bovenstaande preventiemaatregelen en de voorschriften beschreven in "Uitvoeren van de
werken" kan worden uitgegaan van een lage belasting. Daarom zijn volgende PBM aangewezen:
- Standaard PBM’s zoals helm, veiligheidsbril, veiligheidsschoenen/laarzen, handschoenen;
- Wegwerpoverall (type 5, 6: bescherming tegen stof en deeltjes). De kap dient op het hoofd en onder de helm gedragen
te worden;
- Gebruik een wegwerp FF-P3-masker;
- Het valharnas dient gedragen te worden ONDER de wegwerpoverall. Het aanslaan van het harnas gebeurt door de
wegwerpoverall heen.
Hygiëne
Bij het verlaten van de zone “werken met keramische vezels” de vervuilde kledij uittrekken en in vuilbakken
deponeren voorzien van een RCF-label. Aansluitend wordt alles wat in contact kan geweest zijn met
keramische vezel afgespoeld zoals helm, bril, schoenen. Handen en gezicht worden gewassen.
Uiterlijk na het beëindigen van de dagtaak dient een douche genomen te worden.
Uitvoeren van de werken
De visuele inspectie wordt vanop grondniveau uitgevoerd.
Afvoer afvalmateriaal
Alle afval (filters, wegwerpkledij,...) met keramische vezels wordt in geëtiketteerde plastic zakken gestoken.
Zij worden afgevoerd naar een hiertoe geschikt afvalpark.
Vervolgacties
Niet van toepassing.
26/60
3. Veiligheidswacht naast industriële oven.
De man staat naast de ingang van de oven.
Werfinrichting
Afbakenen van een zone “werken met keramische vezels” die minimaal het inwendige van de oven + 1 meter
rond het mangat omvat.
Beperk de toegang tot het gebied waarin RCF wordt verwerkt en laat alleen opgeleide mensen toe die
noodzakelijk zijn bij het productieproces.
Organiseer de werkplek om handelingen en stofvorming te minimaliseren.
Verbied het gebruik van perslucht om te ontstoffen.
Preventiemaatregelen
Verbied eten, drinken en roken op de werkplek.
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)
Uitgaande van bovenstaande preventiemaatregelen en de voorschriften beschreven in "Uitvoeren van de
werken" kan worden uitgegaan van een lage belasting. Daarom zijn volgende PBM’s aangewezen:
- Standaard PBM’s zoals helm, veiligheidsbril, veiligheidsschoenen/laarzen, handschoenen;
- Wegwerpoverall (type 5, 6: bescherming tegen stof en deeltjes). De kap dient op het hoofd en onder de helm
gedragen te worden;
- Gebruik een wegwerp FF-P3-masker;
- Het valharnas dient gedragen te worden ONDER de wegwerpoverall. Het aanslaan van het harnas gebeurt
door de wegwerpoverall heen.
In kader van een eerste lijnsinterventie zal de veiligheidswacht de industriële oven met perslucht betreden.
Hygiëne
Bij het verlaten van de zone “werken met keramische vezels” de vervuilde kledij uittrekken en in vuilbakken
deponeren voorzien van een RCF-label. Aansluitend wordt alles wat in contact kan geweest zijn met
keramische vezel afgespoeld zoals helm, bril, schoenen. Handen en gezicht worden gewassen.
Uiterlijk na het beëindigen van de dagtaak dient een douche genomen te worden.
Uitvoeren van de werken
De veiligheidswacht houdt toezicht op de uit te voeren werkzaamheden.
Afvoer afvalmateriaal
Alle afval (filters, wegwerpkledij,...) met keramische vezels wordt in geëtiketteerde plastic zakken gestoken.
Zij worden afgevoerd naar een hiertoe geschikt afvalpark.
Vervolgacties
Niet van toepassing.
27/60
4. Stellingbouw in een oven met vermijdbaar wandcontact.
Bouwen van stelling in een oven bekleed met RCF-houdende isolatie al dan niet
in combinatie met vuurvaste stenen en beton. De vloer bestaat niet uit RCF, en
het contact met RCF in de ovenwand en het ovendak is gemakkelijk te
vermijden.
Werfinrichting
Afbakenen van een zone “werken met keramische vezels” die minimaal het inwendige van de oven + 1 meter
rond het mangat omvat.
Beperk de toegang tot het gebied waarin RCF wordt verwerkt en laat alleen opgeleide mensen toe die
noodzakelijk zijn bij het productieproces.
Aan de rand van de zone “werken met keramische vezels” wordt een omkleedplaats ingericht die voorzien is
van:
- Mogelijkheid om zich in droge omstandigheden om te kleden;
- Mogelijkheid om kleding die niet gedragen wordt tijdens de uitvoering van de werken, droog achter te
laten;
- Voorraad van de nodige PBM’s;
- Vuilbakken voor het wegwerpen van de vervuilde PBM’s;
- Wastafel voor wassen van gezicht, handen, helm, bril en schoenen bij het verlaten van de zone.
Zorg voor voldoende verluchting, maar tracht de oven zoveel mogelijk als geïsoleerde werkplek te behouden.
Houd de oven op onderdruk: Vele ovens bouwen uit zichzelf een onderdruk op (schouweffect).
Tracht de oven zoveel mogelijk als geïsoleerde werkplek te behouden:
- Plaatselijke luchtafzuiging helpt bij bouwen van onderdruk;
- Hou rekening met windrichting bij het openen van ovendeuren;
- Vermijd het openen van de oven langs verschillende zijden op hetzelfde moment, om luchtdoorstroming te
voorkomen;
- Afdekken van openingen met een verzwaarde plastic-flap kan een oplossing bieden.
Organiseer de werkplek om handelingen en stofvorming te minimaliseren.
Verbied het gebruik van perslucht om te ontstoffen.
Eventueel opnemen van de werken in een meetprogramma (bepalen van aantal vezels/m³ in de lucht) voor
toekomstige werken.
Preventiemaatregelen
Verbied eten, drinken en roken op de werkplek.
Om de belasting minimaal te houden, wordt aangeraden alvorens de werkzaamheden aan te vatten de
losliggende delen van de isolatie te verwijderen en de vloer van de oven te laten stofzuigen (met geschikte
filter).
Het aanraken van de muren en daken wordt sterk afgeraden.
Bij twijfel over de te verwachten belasting, dienen er bijkomende metingen uitgevoerd te worden. De PBM's
dienen aangepast te worden aan het resultaat van de metingen of de hoogste te verwachten blootstelling.
28/60
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)
Uitgaande van bovenstaande preventiemaatregelen en de voorschriften beschreven in "Uitvoeren van de
werken" kan worden uitgegaan van een lage belasting. Daarom zijn volgende PBM’s aangewezen:
- Standaard PBM’s zoals helm, veiligheidsbril, veiligheidsschoenen/laarzen, handschoenen;
- Wegwerpoverall (type 5, 6: bescherming tegen stof en deeltjes). De kap dient op het hoofd en onder de helm
gedragen te worden;
- Gebruik een wegwerp FF-P3-masker;
- Het valharnas dient gedragen te worden BOVEN de wegwerpoverall.
Hygiëne
Bij het verlaten van de zone “werken met keramische vezels” de vervuilde kledij uittrekken en in vuilbakken
deponeren voorzien van een RCF-label. Aansluitend wordt alles wat in contact kan geweest zijn met
keramische vezel afgespoeld zoals helm, bril, schoenen. Handen en gezicht worden gewassen.
Uiterlijk na het beëindigen van de dagtaak dient een douche genomen te worden.
Uitvoeren van de werken
Stellingmateriaal wordt aangegeven door iemand die permanent buiten de zone staat aan iemand die zich
permanent binnen de zone bevindt.
Iedereen vermijdt alle contact met wanden en plafond.
Indien er verankeringen op de ovenwand noodzakelijk zijn, worden ze zo uitgevoerd dat ze tijdens uitvoering
van de werken of tijdens het gebruik van de stelling, geen stof veroorzaken.
Afvoer afvalmateriaal
Alle afval (filters, wegwerpkledij,...) met keramische vezels wordt in geëtiketteerde plastic zakken gestoken.
Zij worden afgevoerd naar een hiertoe geschikt afvalpark.
Vervolgacties
Niet van toepassing.
29/60
5. Stellingbouw in een oven met onvermijdbaar wandcontact.
Bouwen van stelling in een oven bekleed met RCF-houdende isolatie al dan niet in
combinatie met vuurvaste stenen en beton. De vloer bestaat niet uit RCF, en het
contact met RCF in de ovenwand en het ovendak is moeilijk te vermijden.
Werfinrichting
Afbakenen van een zone “werken met keramische vezels” die minimaal het inwendige van de oven + 1 meter
rond het mangat omvat.
Beperk de toegang tot het gebied waarin RCF wordt verwerkt en laat alleen opgeleide mensen toe die
noodzakelijk zijn bij het productieproces.
Aan de rand van de zone “werken met keramische vezels” wordt een omkleedplaats ingericht die voorzien is
van:
- Mogelijkheid om zich in droge omstandigheden om te kleden;
- Mogelijkheid om kleding die niet gedragen wordt tijdens de uitvoering van de werken, droog achter te laten;
- Voorraad van de nodige PBM’s;
- Vuilbakken voor het wegwerpen van de vervuilde PBM’s;
- Wastafel voor wassen van gezicht, handen, helm, bril en schoenen bij het verlaten van de zone.
Zorg voor voldoende verluchting, maar tracht de oven zoveel mogelijk als geïsoleerde werkplek te behouden.
Organiseer de werkplek om handelingen en stofvorming te minimaliseren.
Verbied het gebruik van perslucht om te ontstoffen.
Eventueel opnemen van de werken in een meetprogramma (bepalen van aantal vezels/m³ in de lucht) voor
toekomstige werken.
Preventiemaatregelen
Verbied eten, drinken en roken op de werkplek.
Om de belasting minimaal te houden, wordt aangeraden alvorens de werkzaamheden aan te vatten de
losliggende delen van de isolatie te verwijderen en de vloer van de oven te laten stofzuigen (met geschikte
filter).
Het aanraken van de muren en daken wordt sterk afgeraden.
Bij twijfel over de te verwachten belasting, dienen er bijkomende metingen uitgevoerd te worden. De PBM's
dienen aangepast te worden aan het resultaat van de metingen of de hoogste te verwachten blootstelling.
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)
Uitgaande van bovenstaande preventiemaatregelen en de voorschriften beschreven in "Uitvoeren van de
werken" kan worden uitgegaan van een matige belasting. Daarom zijn volgende PBM’s aangewezen:
- Standaard PBM’s zoals helm, veiligheidsbril, veiligheidsschoenen/laarzen, handschoenen;
- Wegwerpoverall (type 5, 6: bescherming tegen stof en deeltjes). De kap dient op het hoofd en onder de helm
gedragen te worden;
- Gebruik een volgelaatmasker met FF-P3 filter;
- Het valharnas dient gedragen te worden BOVEN de wegwerpoverall.
Hygiëne
Bij het verlaten van de zone “werken met keramische vezels” de vervuilde kledij uittrekken en in vuilbakken
deponeren voorzien van een RCF-label. Aansluitend wordt alles wat in contact kan geweest zijn met
keramische vezel afgespoeld zoals helm, bril, schoenen. Handen en gezicht worden gewassen.
Uiterlijk na het beëindigen van de dagtaak dient een douche genomen te worden.
30/60
Uitvoeren van de werken
Stellingmateriaal wordt aangegeven door iemand die permanent buiten de zone staat aan iemand die zich
permanent binnen de zone bevindt.
De stellingbouwers vermijden zoveel mogelijk contact met wanden en plafonds.
Indien er verankeringen op de ovenwand noodzakelijk zijn, worden ze zo uitgevoerd dat ze tijdens uitvoering
van de werken of tijdens het gebruik van de stelling, geen stof veroorzaken.
Afvoer afvalmateriaal
Alle afval (filters, wegwerpkledij,...) met keramische vezels wordt in geëtiketteerde plastic zakken gestoken.
Zij worden afgevoerd naar een hiertoe geschikt afvalpark.
Vervolgacties
Niet van toepassing.
31/60
6. Afbraak stelling in industriële oven.
Werfinrichting
Afbakenen van een zone “werken met keramische vezels” die minimaal het inwendige van de oven + 1 meter
rond het mangat omvat.
Vergeet de looproosters niet af te dekken.
Beperk de toegang tot het gebied waarin RCF wordt verwerkt en laat alleen opgeleide mensen toe die
noodzakelijk zijn bij het productieproces.
Aan de rand van de zone “werken met keramische vezels” wordt een omkleedplaats ingericht die voorzien is
van:
- Mogelijkheid om zich in droge omstandigheden om te kleden;
- Mogelijkheid om kleding die niet gedragen wordt tijdens de uitvoering van de werken, droog achter te laten;
- Voorraad van de nodige PBM’s;
- Vuilbakken voor het wegwerpen van de vervuilde PBM’s;
- Wastafel voor wassen van gezicht, handen, helm, bril en schoenen bij het verlaten van de zone.
Zorg voor voldoende verluchting, maar tracht de oven zoveel mogelijk als geïsoleerde werkplek te behouden.
Houd de oven op onderdruk: Vele ovens bouwen uit zichzelf een onderdruk op (schouweffect).
Tracht de oven zoveel mogelijk als geïsoleerde werkplek te behouden:
- Plaatselijke luchtafzuiging helpt bij bouwen van onderdruk;
- Hou rekening met windrichting bij het openen van ovendeuren;
- Vermijd het openen van de oven langs verschillende zijden op hetzelfde moment, om luchtdoorstroming te
voorkomen;
- Afdekken van openingen met een verzwaarde plastic-flap kan een oplossing bieden.
Organiseer de werkplek om handelingen en stofvorming te minimaliseren.
Verbied het gebruik van perslucht om te ontstoffen.
Eventueel opnemen van de werken in een meetprogramma (bepalen van aantal vezels/m³ in de lucht) voor
toekomstige werken.
Preventiemaatregelen
Verbied eten, drinken en roken op de werkplek.
Om de belasting minimaal te houden, wordt aangeraden alvorens de werkzaamheden aan te vatten de
losliggende delen van de isolatie te verwijderen en de stelling en de vloer van de oven te laten stofzuigen (met
geschikte filter).
Het aanraken van de muren en daken wordt sterk afgeraden.
Bij twijfel over de te verwachten belasting, dienen er bijkomende metingen uitgevoerd te worden. De PBM's
dienen aangepast te worden aan het resultaat van de metingen of de hoogste te verwachten blootstelling.
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)
Uitgaande van bovenstaande preventiemaatregelen en de voorschriften beschreven in "Uitvoeren van de
werken" kan worden uitgegaan van een matige belasting. Daarom zijn volgende PBM’s aangewezen:
- Standaard PBM’s zoals helm, veiligheidsbril, veiligheidsschoenen/laarzen, handschoenen;
- Wegwerpoverall (type 5, 6: bescherming tegen stof en deeltjes). De kap dient op het hoofd en onder de helm
gedragen te worden;
- Gebruik een wegwerp FF-P3-masker;
- Het valharnas dient gedragen te worden BOVEN de wegwerpoverall.
32/60
Hygiëne
Bij het verlaten van de zone “werken met keramische vezels” de vervuilde kledij uittrekken en in vuilbakken
deponeren voorzien van een RCF-label. Aansluitend wordt alles wat in contact kan geweest zijn met
keramische vezel afgespoeld zoals helm, bril, schoenen. Handen en gezicht worden gewassen.
Uiterlijk na het beëindigen van de dagtaak dient een douche genomen te worden.
Uitvoeren van de werken
Stellingmateriaal wordt aangegeven door iemand die permanent binnen de zone staat aan iemand die zich
permanent buiten de zone bevindt. Indien het stellingmateriaal (stellingconstructie) nog vervuild is met vezels
dient dit grondig gereinigd te worden.
Iedereen vermijdt alle contact met wanden en plafond.
Er wordt permanent aan house-keeping gedaan.
Afvoer afvalmateriaal
Alle afval (filters, wegwerpkledij,...) met keramische vezels wordt in geëtiketteerde plastic zakken gestoken.
Zij worden afgevoerd naar een hiertoe geschikt afvalpark.
Alle afbraakmateriaal wordt dubbelverpakt en voorzien van etikettering (bv. wol in zakken van 50 liter en
vervolgens in een big-bag, steen en beton in dubbelwandige big-bags, enz.).
Vervolgacties
Niet van toepassing.
33/60
7. Kleine herstelling isolatiemateriaal in industriële ovens.
Herstelling van de voegen rond de branders, tussen isolatiegedeelten,… met RCF-
voegmateriaal. Herstelling van een beperkte oppervlakte in de wand van de oven
met RCF.
Werfinrichting
Afbakenen van een zone “werken met keramische vezels” die minimaal het inwendige van de oven + 1 meter
rond het mangat omvat.
Beperk de toegang tot het gebied waarin RCF wordt verwerkt en laat alleen opgeleide mensen toe die
noodzakelijk zijn bij het productieproces.
Aan de rand van de zone “werken met keramische vezels” wordt een omkleedplaats ingericht die voorzien is
van:
- Mogelijkheid om zich in droge omstandigheden om te kleden;
- Mogelijkheid om kleding die niet gedragen wordt tijdens de uitvoering van de werken, droog achter te laten;
- Voorraad van de nodige PBM’s;
- Vuilbakken voor het wegwerpen van de vervuilde PBM’s;
- Wastafel voor wassen van gezicht, handen, helm, bril en schoenen bij het verlaten van de zone.
Zorg voor voldoende verluchting, maar tracht de oven zoveel mogelijk als geïsoleerde werkplek te behouden.
Houd de oven op onderdruk: Vele ovens bouwen uit zichzelf een onderdruk op (schouweffect).
Tracht de oven zoveel mogelijk als geïsoleerde werkplek te behouden:
- Plaatselijke luchtafzuiging helpt bij bouwen van onderdruk;
- Hou rekening met windrichting bij het openen van ovendeuren;
- Vermijd het openen van de oven langs verschillende zijden op hetzelfde moment, om luchtdoorstroming te
voorkomen;
- Afdekken van openingen met een verzwaarde plastic-flap kan een oplossing bieden.
Organiseer de werkplek om handelingen en stofvorming te minimaliseren.
Verbied het gebruik van perslucht om te ontstoffen.
Eventueel opnemen van de werken in een meetprogramma (bepalen van aantal vezels/m³ in de lucht) voor
toekomstige werken.
Preventiemaatregelen
Verbied eten, drinken en roken op de werkplek.
Om de belasting minimaal te houden, wordt aangeraden alvorens de werkzaamheden aan te vatten de
losliggende delen van de isolatie te verwijderen en de stelling en de vloer van de oven te laten stofzuigen (met
geschikte filter).
Het aanraken van de muren en daken wordt sterk afgeraden.
Bij twijfel over de te verwachten belasting, dienen er bijkomende metingen uitgevoerd te worden. De PBM's
dienen aangepast te worden aan het resultaat van de metingen of de hoogste te verwachten blootstelling.
34/60
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)
Uitgaande van bovenstaande preventiemaatregelen en de voorschriften beschreven in "Uitvoeren van de
werken" kan worden uitgegaan van een lage belasting. Daarom zijn volgende PBM’s aangewezen:
- Standaard PBM’s zoals helm, veiligheidsbril, veiligheidsschoenen/laarzen, handschoenen;
- Wegwerpoverall (type 5, 6: bescherming tegen stof en deeltjes). De kap dient op het hoofd en onder de
helm gedragen te worden;
- Gebruik een wegwerp FF-P3-masker;
- Het valharnas dient gedragen te worden ONDER de wegwerpoverall. Het aanslaan van het harnas gebeurt
door de wegwerpoverall heen.
Hygiëne
Bij het verlaten van de zone “werken met keramische vezels” de vervuilde kledij uittrekken en in vuilbakken
deponeren voorzien van een RCF-label. Aansluitend wordt alles wat in contact kan geweest zijn met
keramische vezel afgespoeld zoals helm, bril, schoenen. Handen en gezicht worden gewassen.
Uiterlijk na het beëindigen van de dagtaak dient een douche genomen te worden.
Uitvoeren van de werken
Indien stelling noodzakelijk is, zal deze geplaatst worden zoals beschreven in takenblad: 4 en 5:
Stellingbouw.
Fixeer/bevochtig de te verwijderen oppervlakte om stofvorming te voorkomen. De vrijgekomen randen
dienen eveneens gefixeerd te worden (fixeermateriaal beschermen tegen de vervuiling van RCF of na de
werken grondig reinigen).
Wol wordt met scherpe messen doorgesneden in plaats van te scheuren. Gebruik van draaiende machines is
verboden.
De afbraakmaterialen worden zoveel mogelijk gescheiden: steen en beton – wol met keramische vezel en
cristobaliet – andere wolsoorten – metalen.
De gebruikte materialen worden zoveel mogelijk op voorhand op maat gemaakt en terug verpakt. (bvb.
uitsnijdingen in modules of vormdelen, breedte van de isolatiedekens enz.).
De RCF wordt zo laat mogelijk, indien mogelijk in de oven, uit zijn verpakking genomen. Onmiddellijk na
gebruik wordt de RCF terug afgedekt. Overschotten worden terug verpakt voor het verlaten van de oven.
Gemonteerde wol in doorgangen, waar contact niet onwaarschijnlijk is, wordt afgeschermd of gefixeerd
(fixeermateriaal beschermen tegen de vervuiling van RCF of na de werken grondig reinigen).
Tijdens het uitvoeren van de werken wordt alle afbraak of restanten van RCF onmiddellijk in geëtiketteerde
plastic zakken verpakt.
Er wordt permanent aan house-keeping gedaan.
Uiterlijk na uitvoering werken wordt geëvalueerd of een fijnreiniging noodzakelijk is.
Afvoer afvalmateriaal
Alle afval (filters, wegwerpkledij,…) met keramische vezels wordt in geëtiketteerde plastic zakken gestoken.
Zij worden afgevoerd naar een hiertoe geschikt afvalpark.
Alle afbraakmateriaal wordt dubbelverpakt en voorzien van etikettering (bv. wol in zakken van 50 liter en
vervolgens in een big-bag, steen en beton in dubbelwandige big-bags, enz.).
Vervolgacties
Pas eventueel uw RCF-inventaris aan.
35/60
8. Afbraak grotere oppervlakken isolatiemateriaal in industriële ovens.
Afbraak van een grotere oppervlakte isolatiemateriaal in de wand of dak van de
oven.
Werfinrichting
Afbakenen van een zone “werken met keramische vezels”.
Vergeet de looproosters niet af te dekken.
Beperk de toegang tot het gebied waarin RCF wordt verwerkt en laat alleen opgeleide mensen toe die
noodzakelijk zijn bij het productieproces.
Voorzie de opstelling van een materiaalsas ter hoogte van de toegang tot de werkplek.
Aan de rand van de zone “werken met keramische vezels” wordt een omkleedplaats ingericht die voorzien is
van:
- Mogelijkheid om zich in droge omstandigheden om te kleden;
- Mogelijkheid om kleding die niet gedragen wordt tijdens de uitvoering van de werken, droog achter te
laten;
- Voorraad van de nodige PBM’s;
- Vuilbakken voor het wegwerpen van de vervuilde PBM’s;
- Wastafel voor wassen van gezicht, handen, helm, bril en schoenen bij het verlaten van de zone.
Voorzie een plaatselijke luchtafzuiging ter plaatse van de uitgevoerde werken met een filter (HEPA-filter) en
afvoer van de gefilterde lucht naar buiten toe. Deze dient de voortgang van de werken te volgen.
Houd de oven op onderdruk: Vele ovens bouwen uit zichzelf een onderdruk op (schouweffect).
Tracht de oven zoveel mogelijk als geïsoleerde werkplek te behouden:
- Plaatselijke luchtafzuiging helpt bij bouwen van onderdruk;
- Hou rekening met windrichting bij het openen van ovendeuren;
- Vermijd het openen van de oven langs verschillende zijden op hetzelfde moment, om luchtdoorstroming te
voorkomen;
- Afdekken van openingen met een verzwaarde plastic-flap kan een oplossing bieden.
Organiseer de werkplek om handelingen en stofvorming te minimaliseren.
Verbied het gebruik van perslucht om te ontstoffen.
Opstellen van een meetprogramma (bepalen van aantal vezels/m³ in de lucht) ter controle van de efficiëntie
van de genomen maatregelen. Deze kunnen omvatten:
- Metingen ter plaatse van de werken;
- Metingen in het sas;
- Metingen aan de uitlaat van de extractor;
- Metingen in de omgeving (windafwaarts van de werkplek).
Preventiemaatregelen
Verbied eten, drinken en roken op de werkplek.
Om de belasting minimaal te houden, wordt aangeraden alvorens de werkzaamheden aan te vatten de
losliggende delen van de isolatie te verwijderen en de stelling en de vloer van de oven te laten stofzuigen
(met geschikte filter).
Het aanraken van de muren en daken wordt sterk afgeraden.
36/60
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)
Uitgaande van bovenstaande preventiemaatregelen en de voorschriften beschreven in "Uitvoeren van de
werken" kan worden uitgegaan van een hoge belasting. Daarom zijn volgende PBM's aangewezen:
- Standaard PBM’s zoals helm, veiligheidsbril, veiligheidsschoenen/laarzen, handschoenen;
- Wegwerpoverall (type 5, 6: bescherming tegen stof en deeltjes). De kap dient op het hoofd en onder de
helm gedragen te worden;
- Gebruik een volgelaatsmasker met FF-P3 filter door motor ondersteund of perslucht;
- Het valharnas dient gedragen te worden ONDER de wegwerpoverall. Het aanslaan van het harnas gebeurt
door de wegwerpoverall heen.
Hygiëne
Bij het verlaten van de zone “werken met keramische vezels” de vervuilde kledij uittrekken en in vuilbakken
deponeren voorzien van een RCF-label. Aansluitend wordt alles wat in contact kan geweest zijn met
keramische vezel afgespoeld zoals helm, bril, schoenen. Handen en gezicht worden gewassen.
Persoonlijk masker reinigen en tussentijds opslaan van het masker en filter.
Uiterlijk na het beëindigen van de dagtaak dient een douche genomen te worden.
Uitvoeren van de werken
Indien stelling noodzakelijk is, zal deze geplaatst worden zoals beschreven in takenblad: 4 en 5:
Stellingbouw.
Fixeer/bevochtig de te verwijderen oppervlakte om stofvorming te voorkomen. De vrijgekomen randen
dienen eveneens gefixeerd te worden (fixeermateriaal beschermen tegen de vervuiling van RCF of na de
werken grondig reinigen).
Wol wordt met scherpe messen doorgesneden in plaats van te scheuren. Gebruik van draaiende machines is
verboden.
Bij gebruik van met perslucht aangedreven machines (pneumatische breekhamer bij wegschieten van beton)
moet speciale aandacht geschonken te worden om opwaaien van RCF te voorkomen.
De afbraakmaterialen worden zoveel mogelijk gescheiden: steen en beton – wol met keramische vezel en
cristobaliet – andere wolsoorten – metalen.
Tijdens het uitvoeren van de werken wordt alle afbraak of restanten van RCF onmiddellijk in geëtiketteerde
plastic zakken verpakt.
Stenen en beton kunnen eventueel via stortkokers en vuilschuiven worden afgevoerd waarbij verneveling
stofvorming voorkomt.
Er wordt permanent aan house-keeping gedaan.
Uiterlijk na uitvoering werken wordt een volledige fijnreiniging van de kraakoven en de stelling uitgevoerd.
Reiniging gebeurt door oprapen van grote stukken en opzuigen van stof (met HEPA-filter), nooit door blazen
of keren.
Afvoer afvalmateriaal
Alle afval (filters, wegwerpkledij,...) met keramische vezels wordt in geëtiketteerde plastic zakken gestoken.
Zij worden afgevoerd naar een hiertoe geschikt afvalpark.
Alle afbraakmateriaal wordt dubbelverpakt en voorzien van etikettering (bv. wol in zakken van 50 liter en
vervolgens in een big-bag, steen en beton in dubbelwandige big-bags, enz.).
Vervolgacties
Pas eventueel uw RCF-inventaris aan.
37/60
9. Aanbrengen van RCF-isolatie materiaal in een industriële oven (nieuwbouw).
Monteren van RCF in oven in constructiefase.
Werfinrichting
Afbakenen van een zone “werken met keramische vezels”.
Vergeet de looproosters niet af te dekken.
Beperk de toegang tot het gebied waarin RCF wordt verwerkt en laat alleen opgeleide mensen toe die
noodzakelijk zijn bij het productieproces.
Voorzie de opstelling van een materiaalsas ter hoogte van de toegang tot de werkplek.
Aan de rand van de zone “werken met keramische vezels” wordt een omkleedplaats ingericht die voorzien is
van:
- Mogelijkheid om zich in droge omstandigheden om te kleden;
- Mogelijkheid om kleding die niet gedragen wordt tijdens de uitvoering van de werken, droog achter te
laten;
- Voorraad van de nodige PBM’s;
- Vuilbakken voor het wegwerpen van de vervuilde PBM’s;
- Wastafel voor wassen van gezicht, handen, helm, bril en schoenen bij het verlaten van de zone.
Voorzie een plaatselijke luchtafzuiging ter plaatse van de uitgevoerde werken met een filter (HEPA-filter) en
afvoer van de gefilterde lucht naar buiten toe. Deze dient de voortgang van de werken te volgen.
Houd de oven op onderdruk: Vele ovens bouwen uit zichzelf een onderdruk op (schouweffect).
Tracht de oven zoveel mogelijk als geïsoleerde werkplek te behouden.
- Plaatselijke luchtafzuiging helpt bij bouwen van onderdruk.
- Hou rekening met windrichting bij het openen van ovendeuren.
- Vermijd het openen van de oven langs verschillende zijden op hetzelfde moment, om luchtdoorstroming te
voorkomen.
- Afdekken van openingen met een verzwaarde plastic-flap kan een oplossing bieden.
Organiseer de werkplek om handelingen en stofvorming te minimaliseren.
Verbied het gebruik van perslucht om te ontstoffen.
Opstellen van een meetprogramma (bepalen van aantal vezels/m³ in de lucht) ter controle van de efficiëntie
van de genomen maatregelen. Deze kunnen omvatten:
- Metingen ter plaatse van de werken;
- Metingen in het sas;
- Metingen aan de uitlaat van de extractor;
- Metingen in de omgeving (windafwaarts van de werkplek).
Preventiemaatregelen
Verbied eten, drinken en roken op de werkplek.
Bij twijfel over de te verwachten belasting, dienen er bijkomende metingen uitgevoerd te worden. De PBM's
dienen aangepast te worden aan het resultaat van de metingen of de hoogste te verwachten blootstelling.
38/60
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)
Uitgaande van bovenstaande preventiemaatregelen en de voorschriften beschreven in "Uitvoeren van de
werken" kan worden uitgegaan van een hoge belasting. Daarom zijn volgende PBM's aangewezen:
- Standaard PBM’s zoals helm, veiligheidsbril, veiligheidsschoenen/laarzen, handschoenen;
- Wegwerpoverall (type 5, 6: bescherming tegen stof en deeltjes). De kap dient op het hoofd en onder de
helm gedragen te worden;
- Gebruik een volgelaatsmasker met FF-P3 filter door motor ondersteund of perslucht;
- Het valharnas dient gedragen te worden ONDER de wegwerpoverall. Het aanslaan van het harnas gebeurt
door de wegwerpoverall heen.
Hygiëne
Bij het verlaten van de zone “werken met keramische vezels” de vervuilde kledij uittrekken en in vuilbakken
deponeren voorzien van een RCF-label. Aansluitend wordt alles wat in contact kan geweest zijn met
keramische vezel afgespoeld zoals helm, bril, schoenen. Handen en gezicht worden gewassen.
Persoonlijk masker reinigen en tussentijds opslaan van het masker en filter.
Uiterlijk na het beëindigen van de dagtaak dient een douche genomen te worden.
Uitvoeren van de werken
Indien stelling noodzakelijk is, zal deze geplaatst worden zoals beschreven in takenblad: 4 en 5:
Stellingbouw.
Wol wordt met scherpe messen doorgesneden in plaats van te scheuren. Gebruik van draaiende machines is
verboden.
De gebruikte materialen worden zoveel mogelijk op voorhand op maat gemaakt en terug verpakt. (bvb.
uitsnijdingen in modules of vormdelen, breedte van de isolatiedekens enz.).
Indien de isolatie opgebouwd is uit verschillende materialen, wordt de RCF zo laat mogelijk ingebouwd.
De RCF wordt zo laat mogelijk, indien mogelijk in de oven, uit zijn verpakking genomen. Onmiddellijk na
gebruik wordt de RCF terug afgedekt. Overschotten worden terug verpakt voor het verlaten van de oven.
Indien mogelijk (bv bij modules) wordt de verpakking slechts verwijderd na de montage.
Gemonteerde wol in doorgangen, waar contact niet onwaarschijnlijk is, wordt afgeschermd of gefixeerd
(fixeermateriaal beschermen tegen de vervuiling van RCF of na de werken grondig reinigen).
Tijdens het uitvoeren van de werken wordt alle afbraak of restanten van RCF onmiddellijk in geëtiketteerde
plastic zakken verpakt.
Er wordt permanent aan house-keeping gedaan.
Uiterlijk na uitvoering werken wordt een volledige fijnreiniging van de kraakoven en de stelling uitgevoerd.
Reiniging gebeurt door oprapen van grote stukken en opzuigen van stof (met HEPA-filter), nooit door blazen
of keren.
Afvoer afvalmateriaal
Alle afval (filters, wegwerpkledij,...) met keramische vezels wordt in geëtiketteerde plastic zakken gestoken.
Zij worden afgevoerd naar een hiertoe geschikt afvalpark.
Alle afbraakmateriaal wordt dubbelverpakt en voorzien van etikettering (bv. wol in zakken van 50 liter en
vervolgens in een big-bag, steen en beton in dubbelwandige big-bags, enz.).
Vervolgacties
Pas eventueel uw RCF-inventaris aan.
39/60
10. Aanbrengen van grote hoeveelheden RCF isolatiemateriaal in een industriële
oven (bestaand).
Terugplaatsen van een grotere oppervlakte in de wand of dak van de oven.
Werfinrichting
Afbakenen van een zone “werken met keramische vezels”.
Vergeet de looproosters niet af te dekken.
Beperk de toegang tot het gebied waarin RCF wordt verwerkt en laat alleen opgeleide mensen toe die
noodzakelijk zijn bij het productieproces.
Voorzie de opstelling van een materiaalsas ter hoogte van de toegang tot de werkplek.
Aan de rand van de zone “werken met keramische vezels” wordt een omkleedplaats ingericht die voorzien is
van:
- Mogelijkheid om zich in droge omstandigheden om te kleden;
- Mogelijkheid om kleding die niet gedragen wordt tijdens de uitvoering van de werken, droog achter te
laten;
- Voorraad van de nodige PBM’s;
- Vuilbakken voor het wegwerpen van de vervuilde PBM’s;
- Wastafel voor wassen van gezicht, handen, helm, bril en schoenen bij het verlaten van de zone.
Voorzie een plaatselijke luchtafzuiging ter plaatse van de uitgevoerde werken met een filter (HEPA-filter) en
afvoer van de gefilterde lucht naar buiten toe. Deze dient de voortgang van de werken te volgen.
Houd de oven op onderdruk: Vele ovens bouwen uit zichzelf een onderdruk op (schouweffect).
Tracht de oven zoveel mogelijk als geïsoleerde werkplek te behouden:
- Plaatselijke luchtafzuiging helpt bij bouwen van onderdruk;
- Hou rekening met windrichting bij het openen van ovendeuren;
- Vermijd het openen van de oven langs verschillende zijden op hetzelfde moment, om luchtdoorstroming te
voorkomen;
- Afdekken van openingen met een verzwaarde plastic-flap kan een oplossing bieden.
Organiseer de werkplek om handelingen en stofvorming te minimaliseren.
Verbied het gebruik van perslucht om te ontstoffen.
Opstellen van een meetprogramma (bepalen van aantal vezels/m³ in de lucht) ter controle van de efficiëntie
van de genomen maatregelen. Deze kunnen omvatten:
- Metingen ter plaatse van de werken;
- Metingen in het sas;
- Metingen aan de uitlaat van de extractor;
- Metingen in de omgeving (windafwaarts van de werkplek).
Preventiemaatregelen
Verbied eten, drinken en roken op de werkplek.
Om de belasting minimaal te houden, wordt aangeraden alvorens de werkzaamheden aan te vatten de
losliggende delen van de isolatie te verwijderen en de stelling en de vloer van de oven te laten stofzuigen
(met geschikte filter).
Het aanraken van de muren en daken wordt sterk afgeraden.
40/60
Bij twijfel over de te verwachten belasting, dienen er bijkomende metingen uitgevoerd te worden. De PBM's
dienen aangepast te worden aan het resultaat van de metingen of de hoogste te verwachten blootstelling.
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)
Uitgaande van bovenstaande preventiemaatregelen en de voorschriften beschreven in "Uitvoeren van de
werken" kan worden uitgegaan van een hoge belasting. Daarom zijn volgende PBM's aangewezen:
- Standaard PBM’s zoals helm, veiligheidsbril, veiligheidsschoenen/laarzen, handschoenen;
- Wegwerpoverall (type 5, 6: bescherming tegen stof en deeltjes). De kap dient op het hoofd en onder de
helm gedragen te worden;
- Gebruik een volgelaatsmasker met FF-P3 filter door motor ondersteund of perslucht;
- Het valharnas dient gedragen te worden ONDER de wegwerpoverall. Het aanslaan van het harnas gebeurt
door de wegwerpoverall heen.
Hygiëne
Bij het verlaten van de zone “werken met keramische vezels” de vervuilde kledij uittrekken en in vuilbakken
deponeren voorzien van een RCF-label. Aansluitend wordt alles wat in contact kan geweest zijn met
keramische vezel afgespoeld zoals helm, bril, schoenen. Handen en gezicht worden gewassen.
Persoonlijk masker reinigen en tussentijds opslaan van het masker en filter.
Uiterlijk na het beëindigen van de dagtaak dient een douche genomen te worden.
Uitvoeren van de werken
Indien stelling noodzakelijk is, zal deze geplaatst worden zoals beschreven in takenblad: 4 en 5:
Stellingbouw.
Wol wordt met scherpe messen doorgesneden in plaats van te scheuren. Gebruik van draaiende machines is
verboden.
De gebruikte materialen worden zoveel mogelijk op voorhand op maat gemaakt en terug verpakt. (bvb.
uitsnijdingen in modules of vormdelen, breedte van de isolatiedekens enz.).
Indien de isolatie opgebouwd is uit verschillende materialen, wordt de RCF zo laat mogelijk ingebouwd.
De RCF wordt zo laat mogelijk, indien mogelijk in de oven, uit zijn verpakking genomen. Onmiddellijk na
gebruik wordt de RCF terug afgedekt. Overschotten worden terug verpakt voor het verlaten van de oven.
Indien mogelijk (bv bij modules) wordt de verpakking slechts verwijderd na de montage.
Gemonteerde wol in doorgangen, waar contact niet onwaarschijnlijk is, wordt afgeschermd of gefixeerd
(fixeermateriaal beschermen tegen de vervuiling van RCF of na de werken grondig reinigen).
Tijdens het uitvoeren van de werken wordt alle afbraak of restanten van RCF onmiddellijk in geëtiketteerde
plastic zakken verpakt.
Er wordt permanent aan house-keeping gedaan.
Uiterlijk na uitvoering werken wordt een volledige fijnreiniging van de kraakoven en de stelling uitgevoerd.
Reiniging gebeurt door oprapen van grote stukken en opzuigen van stof (met HEPA-filter), nooit door blazen
of keren.
Afvoer afvalmateriaal
Alle afval (filters, wegwerpkledij,...) met keramische vezels wordt in geëtiketteerde plastic zakken gestoken.
Zij worden afgevoerd naar een hiertoe geschikt afvalpark.
Alle afbraakmateriaal wordt dubbelverpakt en voorzien van etikettering (bv. wol in zakken van 50 liter en
vervolgens in een big-bag, steen en beton in dubbelwandige big-bags, enz.).
Vervolgacties
Pas eventueel uw RCF-inventaris aan.
41/60
11. Openen/sluiten buitenwand industriële oven.
Delen van de buitenwand van de oven moet verwijderd worden om toegang tot
diverse leidingen te krijgen.
Werfinrichting
Afbakenen van een zone “werken met keramische vezels”.
Vergeet de looproosters niet af te dekken.
Beperk de toegang tot het gebied waarin RCF wordt verwerkt en laat alleen opgeleide mensen toe die
noodzakelijk zijn bij het productieproces.
Aan de rand van de zone “werken met keramische vezels” wordt een omkleedplaats ingericht die voorzien is
van:
- Mogelijkheid om zich in droge omstandigheden om te kleden;
- Mogelijkheid om kleding die niet gedragen wordt tijdens de uitvoering van de werken, droog achter te
laten;
- Voorraad van de nodige PBM’s;
- Vuilbakken voor het wegwerpen van de vervuilde PBM’s;
- Wastafel voor wassen van gezicht, handen, helm, bril en schoenen bij het verlaten van de zone.
Houd de oven op onderdruk: Vele ovens bouwen uit zichzelf een onderdruk op (schouweffect).
Overweeg het laten draaien van de rookgasventilator (op laag toerental).
Organiseer de werkplek om handelingen en stofvorming te minimaliseren.
Verbied het gebruik van perslucht om te ontstoffen.
Eventueel opnemen van de werken in een meetprogramma (bepalen van aantal vezels/m³ in de lucht) voor
toekomstige werken.
Preventiemaatregelen
Verbied eten, drinken en roken op de werkplek.
Het aanraken van de muren en daken wordt sterk afgeraden.
Bij twijfel over de te verwachten belasting, dienen er bijkomende metingen uitgevoerd te worden. De PBM's
dienen aangepast te worden aan het resultaat van de metingen of de hoogste te verwachten blootstelling.
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)
Uitgaande van bovenstaande preventiemaatregelen en de voorschriften beschreven in "Uitvoeren van de
werken" kan worden uitgegaan van een matige belasting. Daarom zijn volgende PBM’s aangewezen:
- Standaard PBM’s zoals helm, veiligheidsbril, veiligheidsschoenen/laarzen, handschoenen;
- Wegwerpoverall (type 5, 6: bescherming tegen stof en deeltjes). De kap dient op het hoofd en onder de
helm gedragen te worden;
- Gebruik een volgelaatmasker met FF-P3 filter.
Hygiëne
Bij het verlaten van de zone “werken met keramische vezels” de vervuilde kledij uittrekken en in vuilbakken
deponeren voorzien van een RCF-label. Aansluitend wordt alles wat in contact kan geweest zijn met
keramische vezel afgespoeld zoals helm, bril, schoenen. Handen en gezicht worden gewassen.
Persoonlijk masker reinigen en tussentijds opslaan van het masker en filter.
Uiterlijk na het beëindigen van de dagtaak dient een douche genomen te worden.
42/60
Uitvoeren van de werken
Fixeer/bevochtig de te verwijderen oppervlakte om stofvorming te voorkomen. De vrijgekomen randen
dienen eveneens gefixeerd te worden (fixeermateriaal beschermen tegen de vervuiling van RCF of na de
werken grondig reinigen).
De gedemonteerde platen worden in plastiek verpakt en afgevoerd naar een geschikt atelier. Hier worden de
platen gereinigd en eventueel van een nieuwe laag isolatiemateriaal voorzien. Indien deze nieuwe laag
bestaat uit RCF dient dit terug verpakt te worden alvorens terug naar de ovens gebracht te worden.
De afbraakmaterialen worden zoveel mogelijk gescheiden: steen en beton – wol met keramische vezel en
cristobaliet – andere wolsoorten – metalen.
Tijdens het uitvoeren van de werken wordt alle afbraak of restanten van RCF onmiddellijk in geëtiketteerde
plastic zakken verpakt.
Er wordt permanent aan house-keeping gedaan.
Uiterlijk na uitvoering werken wordt geëvalueerd of een fijnreiniging noodzakelijk is.
Afvoer afvalmateriaal
Alle afval (filters, wegwerpkledij,...) met keramische vezels wordt in geëtiketteerde plastic zakken gestoken.
Zij worden afgevoerd naar een hiertoe geschikt afvalpark.
Alle afbraakmateriaal wordt dubbelverpakt en voorzien van etikettering (bv. wol in zakken van 50 liter en
vervolgens in een big-bag, steen en beton in dubbelwandige big-bags, enz.).
Vervolgacties
Pas eventueel uw RCF-inventaris aan.
43/60
12. Overige activiteiten in industriële oven.
Het betreft hier mechanische inspectie leidingen, algemene las- en
montagewerken, lasnaadcontrole, … .
Deze werken gebeuren in principe gescheiden van isolatiewerkzaamheden.
Werfinrichting
Afbakenen van een zone “werken met keramische vezels” die minimaal het inwendige van de oven + 1 meter
rond het mangat omvat.
Beperk de toegang tot het gebied waarin RCF wordt verwerkt en laat alleen opgeleide mensen toe die
noodzakelijk zijn bij het productieproces.
Aan de rand van de zone “werken met keramische vezels” wordt een omkleedplaats ingericht die voorzien is
van:
- Mogelijkheid om zich in droge omstandigheden om te kleden;
- Mogelijkheid om kleding die niet gedragen wordt tijdens de uitvoering van de werken, droog achter te
laten;
- Voorraad van de nodige PBM’s;
- Vuilbakken voor het wegwerpen van de vervuilde PBM’s;
- Wastafel voor wassen van gezicht, handen, helm, bril en schoenen bij het verlaten van de zone.
Zorg voor voldoende verluchting, maar tracht de oven zoveel mogelijk als geïsoleerde werkplek te behouden.
Voorzie bij laswerken een plaatselijke luchtafzuiging ter plaatse van de uitgevoerde werken met een filter
(HEPA-filter) en afvoer van de gefilterde lucht naar buiten toe. Deze dient de voortgang van de werken te
volgen.
Houd de oven op onderdruk: Vele ovens bouwen uit zichzelf een onderdruk op (schouweffect).
Tracht de oven zoveel mogelijk als geïsoleerde werkplek te behouden:
- Plaatselijke luchtafzuiging helpt bij bouwen van onderdruk;
- Hou rekening met windrichting bij het openen van ovendeuren;
- Vermijd het openen van de oven langs verschillende zijden op hetzelfde moment, om luchtdoorstroming te
voorkomen;
- Afdekken van openingen met een verzwaarde plastic-flap kan een oplossing bieden.
Organiseer de werkplek om handelingen en stofvorming te minimaliseren.
Verbied het gebruik van perslucht om te ontstoffen.
Eventueel opnemen van de werken in een meetprogramma (bepalen van aantal vezels/m³ in de lucht) voor
toekomstige werken.
Preventiemaatregelen
Verbied eten, drinken en roken op de werkplek.
Om de belasting minimaal te houden, wordt aangeraden alvorens de werkzaamheden aan te vatten de
losliggende delen van de isolatie te verwijderen en de stelling en de vloer van de oven te laten stofzuigen
(met geschikte filter).
Het aanraken van de muren en daken wordt sterk afgeraden.
Bij twijfel over de te verwachten belasting, dienen er bijkomende metingen uitgevoerd te worden. De PBM's
dienen aangepast te worden aan het resultaat van de metingen of de hoogste te verwachten blootstelling.
44/60
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)
Uitgaande van bovenstaande preventiemaatregelen en de voorschriften beschreven in "Uitvoeren van de
werken" kan worden uitgegaan van een lage belasting. Daarom zijn volgende PBM’s aangewezen:
- Standaard PBM’s zoals helm, veiligheidsbril, veiligheidsschoenen/laarzen, handschoenen;
- Wegwerpoverall (type 5, 6: bescherming tegen stof en deeltjes). De kap dient op het hoofd en onder de
helm gedragen te worden;
- Wegwerpoverall ( type 5, 6: bescherming tegen stof en deeltjes) voorzien van vlamvertragende coating bij
warme werken. De kap dient op het hoofd en onder de helm gedragen te worden;
- Gebruik een wegwerp FF-P3-masker;
- Het valharnas dient gedragen te worden ONDER de wegwerpoverall. Het aanslaan van het harnas gebeurt
door de wegwerpoverall heen.
Hygiëne
Bij het verlaten van de zone “werken met keramische vezels” de vervuilde kledij uittrekken en in vuilbakken
deponeren voorzien van een RCF-label. Aansluitend wordt alles wat in contact kan geweest zijn met
keramische vezel afgespoeld zoals helm, bril, schoenen. Handen en gezicht worden gewassen.
Uiterlijk na het beëindigen van de dagtaak dient een douche genomen te worden.
Uitvoeren van de werken
Indien stelling noodzakelijk is, zal deze geplaatst worden zoals beschreven in takenblad: 4 en 5:
Stellingbouw.
De niet isolatiegebonden werkzaamheden worden uitgevoerd.
Uiterlijk na uitvoering werken wordt geëvalueerd of een fijnreiniging noodzakelijk is.
Afvoer afvalmateriaal
Alle afval (filters, wegwerpkledij,...) met keramische vezels wordt in geëtiketteerde plastic zakken gestoken.
Zij worden afgevoerd naar een hiertoe geschikt afvalpark.
Vervolgacties
Niet van toepassing.
45/60
13. Afbraak kleine hoeveelheden RCF rond leidingen/apparaten.
Afbraakwerken duren minder dan 4 uur.
Werfinrichting
Afbakenen van een zone “werken met keramische vezels”.
Beperk de toegang tot het gebied waarin RCF wordt verwerkt en laat alleen opgeleide mensen toe die
noodzakelijk zijn bij het productieproces.
Plaats plastiekfolie onder de te isoleren leiding.
Organiseer de werkplek om handelingen en stofvorming te minimaliseren.
Verbied het gebruik van perslucht om te ontstoffen.
Eventueel opnemen van de werken in een meetprogramma (bepalen van aantal vezels/m³ in de lucht) voor
toekomstige werken.
Preventiemaatregelen
Verbied eten, drinken en roken op de werkplek.
Bij twijfel over de te verwachten belasting, dienen er bijkomende metingen uitgevoerd te worden. De PBM's
dienen aangepast te worden aan het resultaat van de metingen of de hoogste te verwachten blootstelling.
Om de blootstelling van derden en de omgeving minimaal te houden, wordt aangeraden, de werkzaamheden
gescheiden in ruimte en/of tijd van de overige werkzaamheden te laten uitvoeren.
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)
Uitgaande van bovenstaande preventiemaatregelen en de voorschriften beschreven in "Uitvoeren van de
werken" kan worden uitgegaan van een hoge belasting. Daarom zijn volgende PBM's aangewezen:
- Standaard PBM’s zoals helm, veiligheidsbril, veiligheidsschoenen/laarzen, handschoenen;
- Wegwerpoverall (type 5, 6: bescherming tegen stof en deeltjes). De kap dient op het hoofd en onder de
helm gedragen te worden;
- Gebruik een volgelaatmasker met FF-P3 filter.
Hygiëne
Bij het verlaten van de zone “werken met keramische vezels” de vervuilde kledij uittrekken en in vuilbakken
deponeren voorzien van een RCF-label. Aansluitend wordt alles wat in contact kan geweest zijn met
keramische vezel afgespoeld zoals helm, bril, schoenen. Handen en gezicht worden gewassen.
Persoonlijk masker reinigen en tussentijds opslaan van het masker en filter.
Uiterlijk na het beëindigen van de dagtaak dient een douche genomen te worden.
Uitvoeren van de werken
De werkmethode richt zich in eerste plaats tot het beperken van de stofvorming bij het verwijderen van RCF.
Indien de leiding of het apparaat geïsoleerd werd met verschillende isolatiematerialen, kunnen de niet RCF-
isolatiematerialen afzonderlijk verwijderd en afgevoerd te worden. Opmerking: de laag voor de RCF-isolatie
dient als RCF-houdend behandeld te worden.
Fixeer/bevochtig de te verwijderen oppervlakte om stofvorming te voorkomen. De vrijgekomen randen
dienen eveneens gefixeerd te worden (fixeermateriaal beschermen tegen de vervuiling van RCF of na de
werken grondig reinigen).
Wol wordt met scherpe messen doorgesneden in plaats van te scheuren. Gebruik van draaiende machines is
verboden.
Tijdens het uitvoeren van de werken wordt alle afbraak of restanten van RCF onmiddellijk in geëtiketteerde
plastic zakken verpakt.
46/60
Zorg voor een minimale valhoogte van het materiaal.
Er wordt permanent aan house-keeping gedaan.
De van isolatie ontdane oppervlakte van de leiding/apparaat wordt gefixeerd vooraleer de RCF-zone wordt
vrijgegeven.
Afvoer afvalmateriaal
Alle afval (filters, wegwerpkledij,...) met keramische vezels wordt in geëtiketteerde plastic zakken gestoken.
Zij worden afgevoerd naar een hiertoe geschikt afvalpark.
Alle afbraakmateriaal wordt dubbelverpakt en voorzien van etikettering (bv. wol in zakken van 50 liter en
vervolgens in een big-bag, steen en beton in dubbelwandige big-bags, enz.).
Vervolgacties
Pas eventueel uw RCF-inventaris aan.
Gebruik voor het terugplaatsen van de isolatie minder schadelijke alternatieven dan RCF.
47/60
14. Afbraak grote hoeveelheden RCF rond leidingen/apparaten.
Afbraakwerken duren meer dan 4 uur.
Werfinrichting
Afbakenen van een zone “werken met keramische vezels”.
Beperk de toegang tot het gebied waarin RCF wordt verwerkt en laat alleen opgeleide mensen toe die
noodzakelijk zijn bij het productieproces.
Plaats plastiekfolie onder de te isoleren leiding.
Tracht de werkzone zoveel mogelijk van de omgeving te isoleren.
Voorzie de opstelling van een materiaalsas ter hoogte van de toegang tot de werkplek.
Aan de rand van de zone “werken met keramische vezels” wordt een omkleedplaats ingericht die voorzien is
van:
- Mogelijkheid om zich in droge omstandigheden om te kleden;
- Mogelijkheid om kleding die niet gedragen wordt tijdens de uitvoering van de werken, droog achter te
laten;
- Voorraad van de nodige PBM’s;
- Vuilbakken voor het wegwerpen van de vervuilde PBM’s;
- Wastafel voor wassen van gezicht, handen, helm, bril en schoenen bij het verlaten van de zone.
Voorzie een plaatselijke luchtafzuiging ter plaatse van de uitgevoerde werken met een filter (HEPA-filter) en
afvoer van de gefilterde lucht naar buiten toe. Deze dient de voortgang van de werken te volgen.
Organiseer de werkplek om handelingen en stofvorming te minimaliseren.
Verbied het gebruik van perslucht om te ontstoffen.
Opstellen van een meetprogramma (bepalen van aantal vezels/m³ in de lucht) ter controle van de efficiëntie
van de genomen maatregelen. Deze kunnen omvatten:
- Metingen ter plaatse van de werken;
- Metingen in het sas;
- Metingen aan de uitlaat van de extractor;
- Metingen in de omgeving (windafwaarts van de werkplek).
Preventiemaatregelen
Verbied eten, drinken en roken op de werkplek.
Bij twijfel over de te verwachten belasting, dienen er bijkomende metingen uitgevoerd te worden. De PBM's
dienen aangepast te worden aan het resultaat van de metingen of de hoogste te verwachten blootstelling.
Om de blootstelling van derden en de omgeving minimaal te houden, wordt aangeraden, de werkzaamheden
gescheiden in ruimte en/of tijd van de overige werkzaamheden te laten uitvoeren.
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)
Uitgaande van bovenstaande preventiemaatregelen en de voorschriften beschreven in "Uitvoeren van de
werken" kan worden uitgegaan van een hoge belasting. Daarom zijn volgende PBM's aangewezen:
- Standaard PBM’s zoals helm, veiligheidsbril, veiligheidsschoenen/laarzen, handschoenen;
- Wegwerpoverall (type 5, 6: bescherming tegen stof en deeltjes). De kap dient op het hoofd en onder de
helm gedragen te worden;
- Gebruik een volgelaatsmasker met FF-P3 filter door motor ondersteund of perslucht.
48/60
Hygiëne
Bij het verlaten van de zone “werken met keramische vezels” de vervuilde kledij uittrekken en in vuilbakken
deponeren voorzien van een RCF-label. Aansluitend wordt alles wat in contact kan geweest zijn met
keramische vezel afgespoeld zoals helm, bril, schoenen. Handen en gezicht worden gewassen.
Persoonlijk masker reinigen en tussentijds opslaan van het masker en filter.
Uiterlijk na het beëindigen van de dagtaak dient een douche genomen te worden.
Uitvoeren van de werken
De werkmethode richt zich in eerste plaats tot het beperken van de stofvorming bij het verwijderen van RCF.
Indien de leiding of het apparaat geïsoleerd werd met verschillende isolatiematerialen, kunnen de niet RCF-
isolatiematerialen afzonderlijk verwijderd en afgevoerd te worden. Opmerking: de laag voor de RCF-isolatie
dient als RCF-houdend behandeld te worden.
Fixeer/bevochtig de te verwijderen oppervlakte om stofvorming te voorkomen. De vrijgekomen randen
dienen eveneens gefixeerd te worden (fixeermateriaal beschermen tegen de vervuiling van RCF of na de
werken grondig reinigen).
Wol wordt met scherpe messen doorgesneden in plaats van te scheuren. Gebruik van draaiende machines is
verboden.
Tijdens het uitvoeren van de werken wordt alle afbraak of restanten van RCF onmiddellijk in geëtiketteerde
plastic zakken verpakt.
Zorg voor een minimale valhoogte van het materiaal.
Er wordt permanent aan house-keeping gedaan.
De van isolatie ontdane oppervlakte van de leiding/apparaat wordt gefixeerd vooraleer de RCF-zone wordt
vrijgegeven.
Afvoer afvalmateriaal
Alle afval (filters, wegwerpkledij,...) met keramische vezels wordt in geëtiketteerde plastic zakken gestoken.
Zij worden afgevoerd naar een hiertoe geschikt afvalpark.
Alle afbraakmateriaal wordt dubbelverpakt en voorzien van etikettering (bv. wol in zakken van 50 liter en
vervolgens in een big-bag, steen en beton in dubbelwandige big-bags, enz.).
Vervolgacties
Pas eventueel uw RCF-inventaris aan.
Gebruik voor het terugplaatsen van de isolatie minder schadelijke alternatieven dan RCF.
49/60
15. Monteren in een werkplaats van RCF in een apparaat of onderdeel.
Het betreft het plaatsen van nieuwe RCF in een apparaat of onderdeel.
Werfinrichting
Afbakenen van een zone “werken met keramische vezels”.
Beperk de toegang tot het gebied waarin RCF wordt verwerkt en laat alleen opgeleide mensen toe die
noodzakelijk zijn bij het productieproces.
Tracht de werkzone zoveel mogelijk van de omgeving te isoleren.
Voorzie een plaatselijke luchtafzuiging ter plaatse van de uitgevoerde werken met een filter (HEPA-filter) en
afvoer van de gefilterde lucht naar buiten toe. Deze dient de voortgang van de werken te volgen.
Organiseer de werkplek om handelingen en stofvorming te minimaliseren.
Zorg voor een onderhoudsvriendelijke werkplek.
Organiseer de afvalstroom om handelingen en stofvorming te minimaliseren.
Verbied het gebruik van perslucht om te ontstoffen.
Voorzie een goed ingerichte was- en kleedruimte die voorzien is van:
- Mogelijkheid om zich in goede omstandigheden om te kleden;
- Mogelijkheid om werkkleding en stadskleding gescheiden op te bergen;
- Wastafels voor wassen van gezicht, handen, bril en schoenen voor de pauzes;
- Douches omdat na het beëindigen van de dagtaak een volledige douche moet genomen worden.
Voorzie de geschikte werkkleding en zorg voor een wasdienst (indien geen wegwerpkleding).
Eventueel opnemen van de werken in een meetprogramma (bepalen van aantal vezels/m³ in de lucht) voor
toekomstige werken.
Preventiemaatregelen
Verbied eten, drinken en roken op de werkplek.
Houd de werkplek proper. Laat geen afval of rommel slingeren.
Reinig steeds onmiddellijk en grondig, voorzien van de nodige PBM's indien verontreiniging wordt
vastgesteld.
Bewaar alle goederen in de originele verpakking.
Reinig periodiek de ruimte waarin met keramische vezel wordt gewerkt. Reinig met stofzuigers (met
geschikte filters) of maak het gebied vochtig alvorens te vegen.
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)
Uitgaande van bovenstaande preventiemaatregelen en de voorschriften beschreven in "Uitvoeren van de
werken" kan worden uitgegaan van een lage belasting. Daarom zijn volgende PBM’s aangewezen:
- Standaard PBM’s zoals helm, veiligheidsbril, veiligheidsschoenen/laarzen, handschoenen;
- Werkkleding: overall verplicht: wegwerp of regelmatig te reinigen door de werkgever;
- Wegwerpoverall (type 5, 6: bescherming tegen stof en deeltjes). De kap dient op het hoofd en onder de
helm gedragen te worden;
- Gebruik een wegwerp FF-P3-masker.
50/60
Hygiëne
Bij het verlaten van de zone “werken met keramische vezels” de vervuilde kledij uittrekken en in vuilbakken
deponeren voorzien van een RCF-label. Aansluitend wordt alles wat in contact kan geweest zijn met
keramische vezel afgespoeld zoals helm, bril, schoenen. Handen en gezicht worden gewassen.
Uiterlijk na het beëindigen van de dagtaak dient een douche genomen te worden.
Uitvoeren van de werken
Zorg er bij alle werkzaamheden voor dat de hoeveelheid stof die zich in de lucht verspreidt tot een minimum
beperkt wordt. Zie “inrichting van de werfinrichting” hierboven.
Wol wordt met scherpe messen doorgesneden in plaats van te scheuren. Gebruik van draaiende machines is
verboden.
Alle afval van RCF moet in daarvoor voorziene en gesloten afvalcontainers verzameld worden en afgevoerd
naar een hiertoe geschikt afvalpark.
De gebruikte materialen worden zoveel mogelijk op voorhand op maat gemaakt en terug verpakt. (bvb.
uitsnijdingen in modules of vormdelen, breedte van de isolatiedekens enz.).
Indien de isolatie opgebouwd is uit verschillende materialen, wordt de RCF zo laat mogelijk ingebouwd.
Indien mogelijk (bv bij modules) wordt de verpakking slechts verwijderd na de montage.
Tijdens het uitvoeren van de werken wordt alle afbraak of restanten van RCF onmiddellijk in geëtiketteerde
plastic zakken verpakt.
Er wordt permanent aan house-keeping gedaan.
Afvoer afvalmateriaal
Alle afval (filters, wegwerpkledij,...) met keramische vezels wordt in geëtiketteerde plastic zakken gestoken.
Zij worden afgevoerd naar een hiertoe geschikt afvalpark.
Alle afbraakmateriaal wordt dubbelverpakt en voorzien van etikettering (bv. wol in zakken van 50 liter en
vervolgens in een big-bag, steen en beton in dubbelwandige big-bags, enz.).
Vervolgacties
Stel een fiche op van de aangebrachte RCF materialen, en voeg dit bij het apparaat.
51/60
16. Vervaardiging van hittebestendig textiel.
Vervaardiging van hittebestendig afdichtings -en isolatietextiel op basis van RCF.
(koord, vlecht, band, doek).
Werfinrichting
Voorzie een afscheiding van het gebied waarin RCF wordt verwerkt.
Beperk de toegang tot het gebied waarin RCF wordt verwerkt en laat alleen opgeleide mensen toe die
noodzakelijk zijn bij het productieproces.
Voorzie een inkapseling van de machines waar de RCF met hoge snelheid wordt gemanipuleerd en zorg voor
een afzuiging via een adequate filter.
Voorzie een tafel met onderdruk voor de kwaliteitscontrole.
Organiseer de werkplek om handelingen en stofvorming te minimaliseren.
Organiseer de afvalstroom om handelingen en stofvorming te minimaliseren.
Verbied het gebruik van perslucht om te ontstoffen.
Reinig met stofzuigers met geschikte filters of maak het gebied vochtig alvorens te vegen.
Voer regelmatig luchtmetingen (bepalen van aantal vezels/m³ in de lucht) uit en vergelijk de resultaten met
eerdere metingen.
Analyseer de meetresultaten en pas verbeteringen toe om de blootstelling te verminderen.
Voorzie een goed ingerichte was- en kleedruimte die voorzien is van:
- Mogelijkheid om zich in goede omstandigheden om te kleden;
- Mogelijkheid om werkkleding en stadskleding gescheiden op te bergen;
- Wastafels voor wassen van gezicht, handen, bril en schoenen voor de pauzes;
- Douches omdat na het beëindigen van de dagtaak een volledige douche moet genomen worden.
Voorzie de geschikte werkkleding en zorg voor een wasdienst (indien geen wegwerpkleding).
Preventiemaatregelen
Verbied eten, drinken en roken op de werkplek.
Reinig met stofzuigers met geschikte filters of maak het gebied vochtig alvorens te vegen.
Houd de werkplek proper. Laat geen afval of rommel slingeren.
Zorg voor voldoende opleiding. Zorg dat waarschuwingslabels worden gelezen en stel
productveiligheidsbladen ter beschikking.
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)
Uitgaande van bovenstaande preventiemaatregelen en de voorschriften beschreven in "Uitvoeren van de
werken" kan worden uitgegaan van een lage belasting. Daarom zijn volgende PBM’s aangewezen:
- Standaard PBM’s zoals helm, veiligheidsbril, veiligheidsschoenen/laarzen, handschoenen;
- Werkkleding: overall verplicht: wegwerp of regelmatig te reinigen door de werkgever;
- Een wegwerpmasker FF-P3 wordt geadviseerd;
- indien nodig oordopjes of oorkappen.
Bij speciale werkzaamheden (lassen, slijpen,…) dienen steeds de voorgeschreven PBM’s gedragen te worden.
52/60
Hygiëne
Na het beëindigen van de dagtaak de overall stofzuigen, uittrekken en separaat van de stadskledij opbergen of
wegwerpen (indien van toepassing).
Alles wat in contact is geweest met RCF stofzuigen of afspoelen.
Handen en gezicht wassen voor de pauzes.
Uiterlijk na het beëindigen van de dagtaak dient een douche genomen te worden.
Uitvoeren van de werken
Zorg er bij alle werkzaamheden voor dat de hoeveelheid stof die zich in de lucht verspreidt tot een minimum
beperkt wordt. Zie “inrichting van de werfinrichting” hierboven.
Alle afval van RCF moet in daarvoor voorziene en gesloten afvalcontainers verzameld worden en afgevoerd
naar een hiertoe geschikt afvalpark.
Afvoer afvalmateriaal
Alle afval (filters, wegwerpkledij,...) met keramische vezels wordt in geëtiketteerde plastic zakken gestoken.
Zij worden afgevoerd naar een hiertoe geschikt afvalpark.
Vervolgacties
Analyseer de meetresultaten van de regelmatige luchtmetingen (bepalen van aantal vezels/m³ in de lucht) en
voer maatregelen in om de blootstelling te verminderen of op het laagst mogelijke niveau te handhaven.
53/60
17. Opslaan keramische vezels in magazijn.
Werfinrichting
Tracht alle goederen waarin keramische vezels verwerkt zijn te centraliseren in een afzonderlijk magazijn of
een geperkt gedeelte van één magazijn. Het magazijn moet droog zijn.
Tracht als magazijn of magazijngedeelte waarin keramische vezels worden opgeslagen reinigingsvriendelijk in
te richten (gladde vloer, goed onderhoudbare wanden, enz. ).
Preventiemaatregelen
Reinig periodiek de ruimte waarin keramische vezel wordt opgeslagen.
Reinig steeds onmiddellijk en grondig, voorzien van de nodige PBM's indien verontreiniging wordt vastgesteld.
Bewaar alle goederen in de originele verpakking.
Check de verpakking bij aankomst. Beschadigde verpakkingen moeten herverpakt worden.
De goederen worden duidelijk zichtbaar gelabeled.
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)
Standaardverpakking biedt voldoende bescherming indien ze intact is. Er zijn geen extra PBM's noodzakelijk.
Bij rechtstreeks contact met keramische vezel (reiniging bij gescheurde verpakking, openen van verpakking
voor uitnemen van een onderdeel, enz.) wegwerp FF-P3-masker, wegwerpoverall en handschoenen.
Hygiëne
Bij het beëindigen van een taak met contact met keramische vezel, uiterlijk op het einde van de dag, nemen van
een douche. (Behandelen van keramische vezel die goed verpakt is, valt niet onder deze regel).
Uitvoeren van de werken
Open verpakkingen niet in het magazijn. Voer de verpakking naar een geschikte plaats buiten het magazijn,
verwijder uit de verpakking wat moet afgeleverd worden, verpak te leveren goederen en de restgoederen
vakkundig en plaats de restgoederen terug in het magazijn.
Vervolgacties
Niet van toepassing.
54/60
BIJLAGEN
55/60
Bijlage 1: Checklist voor RCF werkzaamheden
Checklist voor het organiseren van werken met RCF en/of cristobaliet
Omschrijving Opmerkingen
1 Is er voldoende kennis aanwezig betreffende RCF en cristobaliet? Werd een verantwoordelijke voor RCF-werken aangeduid?
2
Werd de aannemer op de hoogte gesteld van het feit dat hij deze werken
moet doorgeven aan zijn arbeidsgeneeskundige dienst? Werd het relevante deel van de inventaris van RCF overhandigd aan de
aannemers? Zijn alle producten waarmee men in aanraking komt gekend of moeten er
nog stalen genomen worden? Werd gecontroleerd of de werknemers van de ingeschakelde aannemers
voldoende opgeleid zijn?
3 Worden RCF werken voldoende gescheiden van andere werken?
4 Kan RCF vervangen worden door minder schadelijke producten?
5 Wie zorgt voor de specifieke opleiding van eigen mensen?
6 Is de mogelijkheid voor stockage van RCF-materiaal in de buurt van het
werk voorzien?
7 Is voorzien om geopende verpakkingen terug te sluiten vóór aflevering in
magazijn?
8 Is een werkzone voorzien voor het openen van uitgebouwde apparaten?
9 Is er een werkwijze vastgelegd met een minimum aan stofvorming?
10 Is voorzien in het reinigen van deze werkplek tijdens en na de werken?
11 Zijn de stofzuigers voorzien van een HEPA-filter?
56/60
12 Is er mogelijkheid voorzien voor fixeren van de afbraakproducten? (en het
reinigen van het fixeermateriaal)
13 Zijn er zakken of big-bags (met correcte beschrifting) voorzien voor het
afvoeren of bewaren van de RCF of cristobaliet?
14 Zijn de nodige betredingsmodaliteiten voorzien? (stellingen, vergunningen,
veiligheids-man enz.)
15 Is er een plan gemaakt voor afbakenen van de “keramische zones”, ook in
de hoogte (afspannen van trappen en ladders)?
16 Zijn de nodige linten en foto’s voorzien?
17 Zijn afspraken gemaakt wie de zone uitzet, onderhoudt en afbreekt?
18
Zijn de nodige PBM voorzien? Wie zorgt voor het aanvullen van de
voorraad? Wegwerpoveral +- 4/man/dag Werkhandschoenen +- 4/man/dag Wegwerpstofmaskers FF-P3 +- 4/man/dag Powerpak: met FF-P3-filter + afspraken voor onderhoud maskers?
19
Is er een omkleedplaats voorzien? Is voorzien in de reiniging van de omkleedplaats, tijdens en na de werken? Zijn de nodige afvalcontainers voorzien voor verpakkingen en PBM’s? Is de mogelijkheid voorzien voor het wassen van handen en gezicht?
20 Is de mogelijkheid voorzien voor douchen na de werken? (kan op een
andere plaats zoals een centrale badzaal)
21
Is er een evaluatie gemaakt van de werken aan de hand van vroegere
metingen en werd deze verwerkt in risicoanalyse en de op te stellen
procedure?
22
Is er een meetplan afgesproken met de bevoegde verantwoordelijken van
de Hiërarchische Lijn en de bevoegde preventiediensten? Zijn de nodige contacten gelegd voor uitvoering van het meetplan?
23 Werd voor de eigen mensen een regeling voorzien met de interne medische
dienst of de externe dienst voor preventie en bescherming op het werk?
24 Is de manier van verwerken van afval doorgesproken?
Opmerkingen:
57/60
Bijlage 2: Veiligheidsmaatregelen bij werken
met vuurvaste keramische vezels
In de installatie waar u werken gaat uitvoeren, bevinden zich vuurvaste keramische vezels.
1. Risico’s
Bij isolatiematerialen die vuurvaste keramische vezels bevatten, bestaat het gevaar dat er vezels vrijkomen die
na inademing schadelijk zijn voor de gezondheid. Deze vezels dragen het kenmerk “waarschijnlijk
kankerverwekkend” en moeten als kankerverwekkend behandeld worden.
De schadelijke vezels zijn zo klein dat ze niet zichtbaar zijn met het blote oog;
De vezels kunnen ook irritatie veroorzaken in de luchtwegen en op de huid.
2. Afbakening van de zone met vuurvaste keramische vezels.
De zone waarin met deze materialen wordt gewerkt, wordt afgebakend met een lint waaraan bordjes zijn
aangebracht met de gevaarsaanduiding en een foto waarop de te dragen PBM’s zijn afgebeeld. Binnen deze
zone bent u verplicht de onderstaande beschermende kledij te dragen.
3. Persoonlijke beschermingsmiddelen
Van zodra de afgebakende “keramische zone” wordt betreden, zijn de volgende PBM’s verplicht:
Een wegwerpoverall, volledig gesloten, en met de kap op het hoofd;
Werkhandschoenen;
Een wegwerpstofmasker type FF-P3.
Belangrijk: neem even de tijd om de instructie te lezen die bij het stofmasker zit. Een doeltreffende werking is
enkel gewaarborgd bij een juist gebruik.
Voor bepaalde werken met hoge stofbelasting kan het nodig zijn om een ander type van adembescherming te
dragen. Hiervoor zult u dan specifieke instructies ontvangen.
Telkens U de “zone met vuurvaste keramische vezels” verlaat, moet u de beschermingskledij uittrekken. Dit
moet gebeuren vooraleer men de omkleedplaats betreedt, en in de volgorde zoals hieronder beschreven:
Uittrekken werkhandschoenen;
Uittrekken wegwerpoverall waarbij mouwen en pijpen binnenste-buiten getrokken worden (alle
verontreinigingen zitten dan binnenin);
Als laatste het wegwerpstofmasker afzetten;
Wassen van gezicht, helm, bril, schoenen en materiaal dat uit de oven komt (werkgereedschap,
fototoestel, notitieboekje enz.);
De verontreinigde beschermingsmiddelen worden gedeponeerd in een daartoe voorziene afvalzak.
58/60
4. Aanwijzingen bij het werken met vuurvaste materialen
Bij het behandelen en werken met dergelijke materialen is het van het grootste belang dat
stofvorming wordt vermeden. Zorg er daarom voor dat u:
De materialen zo lang mogelijk in hun verpakking bewaart;
Zoveel mogelijk voorgevormde en voorgesneden materialen gebruikt;
CRF zoveel mogelijk snijdt met een scherp mes i.p.v. te scheuren;
Zoveel mogelijk gebruik maakt van handgereedschappen of traagdraaiende elektrische
gereedschappen;
De materialen op een aangepaste manier verplaatst, niet werpen;
Contact vermijdt tussen het lichaam en oppervlakken van dergelijke isolatiematerialen (b.v.
wanden);
De materiaalresten of afbraakmaterialen ter plaatse verpakt in gesloten verpakkingen of
afvalzakken;
De stofresten verwijdert met een stofzuiger met HEPA-filter. Indien de omstandigheden het
toelaten kan men ook nat reinigen. Gebruik van perslucht of borstelen is niet toegelaten
daar zij het risico op stofvorming vergroten;
Het materiaal en de gereedschappen op het einde van de werken zo grondig mogelijk reinigt
binnen de afgebakende zone;
De resten die niet afgebroken worden, fixeert met daarvoor geschikte producten;
De looproostervloeren toelegt met plasticfolie of brickpapier, zodat onderliggende vloeren
niet verontreinigd worden.
59/60
Bijlage 3: Voorbeeld van een melding van werken
met vuurvaste keramische vezels
Tijdens de werken van Datum op Plaats zullen enkele van uw mensen ingezet worden voor werken die
mogelijk contact met vuurvaste keramische vezels en/of cristobaliet met zich meebrengen. Deze stoffen
vereisen specifieke voorzorgsmaatregelen en bijzonder toezicht. Gelieve daarom deze informatie intern verder
door te geven + eventueel onderaannemers hiervan op de hoogte te brengen.
Als leidraad bij de uitvoering van deze werken verwijzen wij naar:
“Aanbevelingen bij het werken met vuurvaste keramische vezels”,
gepubliceerd door ................... .
Groeten,
Naam
60/60
Bijlage 4: Aanduiden van een zone met blootstelling aan vuurvaste keramische vezels