Download - Downloaden (PDF, 7.33MB)
Onafhankelijk vakblad voor lassen, lijmen en snijden | Nummer 4 - april 2013
NDO / DO Thema
Niet-Destructief Onderzoek / Destructief Onderzoek
VOORWOORDapri l 2013
www.vakbladlastechniek.nlUitgaveISSN 0023-8694Lastechniek wordt uitgegeven in opdracht van het Nederlands Instituutvoor Lastechniek (NIL) en het Belgisch Instituut voor Lastechniek (BIL).RedactieBert de Jong, Fleur Maas, Rolf Mul, Emmy Veenis, Leo Vermeulen,Bart Verstraeten, Margriet Wennekes, Henk ZandvlietEindredactieMargriet Wennekes, Leo Vermeulen (techniek)UitgeverBert de JongAdvertentie-exploitatieCon-Sell, Rolf MulT 06 12 50 90 58 - E [email protected] Anschütz, Paul Barendse, Ruud van Bezooijen, Tim Blok, Marijke Damen, Leen Dezillie, Rob Helmich, Marcel Hermans, Michel van ‘t Hof, Piet van der Horst, Michael Jak, Pieter Keultjes,Marco Kraaijeveld, Maurice Mol, Ed Mulder, Johan Schelfhorst,Frank Smit, Wil van der Stap, Erik Steenkist, Gregor Tokarenko, Fred Vasquez, Adriaan Visser, Ben Weenink
AdressenNederlands Instituut voor LastechniekPostbus 190 - 2700 AD ZoetermeerT 088 400 85 60 - E [email protected] - www.nil.nl
Belgisch Instituut voor Lastechniek vzwTechnologiepark 935 - B-9052 Zwijnaarde, BelgiëT +32 9 292 14 05 - F +32 9 292 14 01, E [email protected] - www.bil-ibs.be
OPUS communicatie-ontwerpFruitweg 24 j - 2321 GK Leiden, T 071 589 56 44 - F 071 541 41 50E [email protected] - www.opus-co.nlVoor het verzenden van grote bestanden kunt u gebruik maken van:https://vakbladlastechniek.wetransfer.com
AbonnementenVoor particulieren in Nederland € 62,50 op privé-adres, voor bedrijvenin Nederland per abonnement. Voor studenten en senioren geldt inNederland een speciaal tarief.
Voor abonnementen in België kunt u contact opnemen met [email protected] zijn excl. BTW.
Lastechniek verschijnt elf keer per jaar en wordt toegezonden aandeelnemers van het Nederlands Instituut voor Lastechniek (NIL) en hetBelgisch Instituut voor Lastechniek (BIL) en andere geïnteresseerdenen belanghebbenden in de verbindingstechniek. Voor vragen overabonnementen kunt u terecht bij het NIL. Het abonnement geldt vooreen geheel jaar. Opzeggingen per aangetekend schrijven vóór 1 oktober van het lopende jaar.
Verzendadres wijzigen? Stuur dan het etiket met verbeterd adres retour.Alle advertentiecontracten worden afgesloten conform de regels voorhet Advertentiewezen gedeponeerd bij de rechtbanken in Nederland.
Ontwerp en lay-outOPUS communicatie-ontwerp, Leiden.
Hoewel de informatie gepubliceerd in deze uitgave zorgvuldig is uitgezocht en waar mogelijk gecontroleerd, sluiten de uitgever en de redactie uitdrukkelijk iedere aansprakelijkheid uit voor eventuele onjuistheden en/of onvolledigheid van de verstrekte gegevens.
©2013 - Overname van artikelen is slechts mogelijk na verkregen schriftelijke toestemming van de uitgever.
Colofon
Volg LASTECHNIEK op twitter:
@VBLASTECHNIEK
Vier zaken die in de praktijk vaak onlosmakelijk met elkaar zijn
verbonden. Gezamenlijk geven deze elementen invulling aan
het bekende gegeven dat lassen behoort tot de ‘speciale pro-
cessen’, waarmee wordt aangegeven dat de beheersing van
de kwaliteit hier niet zo eenvoudig is. Het is dan ook niet
vreemd te constateren dat ‘we’ veel gemeen hebben. De las-
techniek heeft NDO en inspectie ‘nodig’ en omgekeerd heb-
ben NDO en inspectie vaak lasverbindingen ‘nodig’ om te
kunnen inspecteren. Het is mij als voorzitter van de vereniging
KINT dan ook een groot genoegen u aan het begin van dit
speciale nummer van LASTECHNIEK welkom te mogen heten
in deze wereld.
Er wordt u een geweldig pakket informatie aangeboden. Deze
geldt overigens niet alleen de interessante ontwikkelingen in
de moderne NDO-technieken, maar ook op het gebied van in-
spectie worden belangrijke zaken gemeld. Daarnaast komt
ook de mens in deze wereld in beeld.
Het moge duidelijk zijn, dat ontwikkelingen in de verschillende
technieken een behoefte creëren aan verder onderzoek, op-
leiding en regelgeving. De vereniging KINT zet zich met name
op deze terreinen nadrukkelijk in. Zo is onlangs het onder-
zoekproject ‘Validatie van de APR-techniek (Acoustic Pulse
Reflectometry)’ afgesloten, waarbij bekeken werd wat de mo-
gelijkheden en beperkingen zijn van deze techniek voor de in-
spectie van warmtewisselaar-bundels.
Naast de bekende opleidingen IKT2 en IKT3 en de verschil-
lende NDO-opleidingen, komt er in de nabije toekomst mo-
gelijk een IIW-opleiding voor inspecteurs, die met name
gericht zal zijn op de in-service inspectie, daarbij inspelend op
de eisen voor de levensduur van apparaten en constructies,
die steeds maar toeneemt. Natuurlijk zal de structuur van de
opleiding zodanig moeten worden ontworpen, dat ook de
reeds bekende Lasinspecteurs (IWIP) er een plaats in krijgen.
De werkgroep die binnenkort bijeen zal komen, heeft de in-
tentie om het traditionele inspectie-pakket, dat van oudsher
gericht was op drukapparatuur, uit te breiden naar andere dis-
ciplines, zoals civiele constructies, rail, enz. Natuurlijk zal KINT
proberen de Nederlandse structuur van onze erkende IKT2 en
IKT3, daar waar mogelijk mee te nemen in de nieuwe opzet.
Ik wens u veel leesplezier met deze special.
Henk J.M. Bodt IWE
Voorzitter KINT
Lastechniek, kwaliteit, inspectieen NDO
KINT is de Nederlandse Vereniging voor Kwaliteitstoezicht, Inspectie en Niet-destructieve Techniek.
‘Als klein bedrijf krijg ik bij
Valk Welding alle support’
Valk Welding [email protected]. 078 69 170 11 www.valkwelding.com
Patrick Boers van BLM in Hoek van Holland zet een las-/snijro-
bot in van Valk Welding: “Valk Welding heeft me optimaal bege-
leid in de opstartfase. Met mijn Panasonic lasrobot snijd en las
ik nu kokerprofi elen in de helft van de tijd. Mijn klanten kunnen
daar zelf niet meer voor werken.”
Lassen en snijden met één systeem
Hoogwaardige ondersteuning in opstartfase
Service, training en parts dicht bij huis
Specialisten op las- en robotgebied
Complete systemen uit één hand
Inhoud #4 april 2013
LASTECHNIEKis een uitgave van OPUS communicatie-ontwerpi.o.v. het Nederlands Instituut voor Lastechniek en het Belgisch Instituut voor Lastechniekwww.vakbladlastechniek.nl
04 Vanuit de verbindingswereld
10 Wat doet een NDO’er met mijn las?
12 Fouten opsporen met radiografisch onderzoek
16 Destructief onderzoek bij lasmethode- en
lasserskwalificaties
19 Overzicht NDO-opleidingen
volgens NEN-EN-ISO 9712
20 Op pad met IWI-C’er Evelien Dinkla
22 Laskennis opgefrist (deel 2)
Op tafel ligt een dik rapport met daarin
de resultaten van de laatste
inspectieronde van de McDonald’s
masten in 2011
6
26 36
20
Cover: OPUS communicatie-ontwerp, foto: Roman Hacker
26 Masten kijken
30 De waarde van de internationale lasinspecteur
32 Corrosietesten voor lasverbindingen (deel 1)
36 Op pad met een NDO’er
39 Willem de Welder
40 De lasgroepen en hun agenda
41 De NDO’er van de maand
42 Brancheregister
OPROEP[ ]Welk onderwerp zou u wel eens behandeld willen zien in Lastechniek? Heeft u misschien een interessant project uit-
gevoerd waarover we een mooi artikel zouden kunnen maken? Of zijn er nieuwe productontwikkelingen waaraan we
aandacht zouden kunnen besteden? Deel uw ideeën met ons! Als redactie staan we open voor al uw suggesties en
tips. We bespreken deze in de redactievergadering en zodra we een idee gaan uitwerken nemen we desgewenst con-
tact met u op om de beste aanpak te bepalen.
Als onafhankelijk vakblad willen we u helpen om uw vakkennis op peil te houden. Daarom kunt u vanaf deze editie
de (hernieuwde) rubriek ‘Laskennis opgefrist’ weer aantreffen. Daarnaast vinden we het belangrijk om u op de hoogte
te houden van de meest actuele ontwikkelingen. Dat is alleen mogelijk als de redactie voortdurend wordt voorzien
van nieuws uit de markt. Denk dus niet dat we alleen kant-en-klare artikelen verwachten (al mag dat natuurlijk wel),
maar laat het ons weten als u vindt dat een bepaald onderwerp aandacht verdient in Lastechniek. U kunt de redac-
tie telefonisch bereiken op 071 589 56 44 of via e-mail: [email protected].
Unieke opdrachtMartin van der Have, salesmanager van ABB Robotics:
“Dit is voor ABB Robotics in de Benelux een unieke op-
dracht. In de afgelopen periode is er een aantal automo-
bielfabrieken dichtgegaan, en als dan de enige
onafhankelijke autoproducent van Nederland groots gaat
investeren, is het natuurlijk geweldig dat deze opdracht
aan ons wordt gegund.”
SafeMoveOok technisch gezien is deze opdracht zeer belangrijk vol-
gens Van der Have. De robots voor VDL Nedcar worden
gebouwd volgens de BMW-specificaties en dat betekent
dat er interessante opties inzitten. “Als representatief
voorbeeld hiervan noem ik de SafeMove-optie. Met be-
hulp van SafeMove kunnen kosten bespaard worden op
het gebied van mechanische veiligheid. Daarnaast is er
dankzij deze optie een veilige samenwerking mogelijk tus-
sen mens en robot en dat zorgt voor een ongestoorde pro-
ductie.”
Volgens planning rolt in Born de eerste Mini in de tweede
helft van 2014 van de band.
www.abb.nl/robotics | www.vdlnedcar.nl
LASBERICHTENapri l 2013
5
LASBERICHTEN apri l 2013
4
ABB gaat van juni tot en met september ongeveer1.000 robots leveren voor de BMW Mini-productie.Daarvoor hebben VDL Nedcar en ABB een ‘supplyagreement' getekend. VDL Nedcar gaat de Mini’s bou-wen in hun nieuwe automobielfabriek in Born. In de ko-mende maanden zal ABB de productie- en onder-houdsmedewerkers van de autoproducent een robot-opleiding geven.
Roosen Industries neemt onderdeel over van Areva
ABB levert 1000 robots voor nieuwe Mini-fabriekWeek van Veilig en Gezond Werken
Roosen Industries, een familiebedrijf met productie-units in Eersel, het Belgische Arendonk en Kanpur inIndia, heeft een meerjarig miljoenencontract geslo-ten met Areva NP, een Franse multinational gespeci-aliseerd in reactortechnologie, ontwerp, aanleg enonderhoud van kerncentrales over de hele wereld.
Hightech productieRoosen Industries neemt de afdeling van Areva in Des-
sel (België) over en is de komende vijf jaar verzekerd van
orders voor de productie van fuel rod end plugs, gebruikt
in het hart van kernenergiecentrales. Onderdeel van de
meerjarige overeenkomst is dat Roosen Industries de be-
staande activiteiten overneemt van de Areva unit: FBFC
components, met inbegrip van de overname van de ge-
specialiseerde medewerkers en kennis van deze unit. In
totaal leidt dit tot een toename van de werkgelegenheid
bij Roosen Industries van 10 tot 15 personen.
Door de overname zal Roosen Industries de komende
maanden investeren in nieuwe machines, zich voorbe-
reiden op de overdracht van de machines naar hun Ne-
derlandse fabriek en zal de veeleisende kwalificatie
uitgevoerd worden door Areva NP voor de vrijgave van
de productie van end plugs bij Roosen Industries. “Met
deze nieuwe activiteit zetten we de volgende stap in onze
strategie om te groeien in hightech productie in Europa”,
aldus een woordvoerder van Roosen Industries.
www.roosenindustries.com
Van links naar rechts:Jan Bronkhorst (productmanager ABB), Roel Smeets (inkoop VDL Nedcar), Martin van der Have (salesmanager ABB)Theo Kleijnjans (inkoop VDL Nedcar).
WorkshopRoestvaststaal lassen
Meer informatie over deze en andere workshops vindt u op www.nil.nl
advertentie
Het is een echte traditie geworden: de Week van Veilig en Gezond Werken. Dit jaar vindt hij plaats van 3 tot en met7 juni. De Week wordt afgesloten op maandag 10 juni met een congres in het Eventron te Rosmalen.
RoadshowMet ‘Fysieke belasting’ als vijfde in de reeks, begint de
arbocatalogus van 5xbeter behoorlijk compleet te wor-
den. Dit jaar pakt 5xbeter daarom groots uit met een
roadshow. De 5xbeter-truck doet bedrijven aan die goed
bezig zijn met veilig en gezond werken. Eenmaal aange-
komen op het bedrijfsterrein transformeert de truck tot
een open podium, met een programma van workshops
en presentaties in en om de truck.
Wilt u dat de 5xbeter-truck uw bedrijf aandoet of meer
weten? Neem dan contact op met 5xbeter via
[email protected] of 0800 - 55 55 005.
Congres 5xbeterOp 10 juni wordt de Week afgesloten met een congres,
met als thema: het verkopen van veilig en gezond wer-
ken. Hoe krijg je de moeilijke boodschap verkocht aan
management en medewerkers als directeur, KAM-pro-
fessional, preventiemedewerker of ondernemingsraads-
lid/medewerker? Wat drijft en beweegt mensen? Experts
uit de wereld van de consumentenpsychologie, marke-
ting en communicatie zullen samen met u op interactieve
wijze ideeën uitwerken tot concrete plannen en hulp-
middelen. Daarnaast krijgt u gelegenheid ter plekke te
‘winkelen’ in ‘De gezondste zaak’.
www.5xbeter.nl
7
LASBERICHTEN apri l 2013
6
Rolan Robotics, leverancier van las- en handlingro-botsystemen voor de industrie, viert zijn 10-jarig be-staan met een waar robotspektakel in de vestiging inZwaag. Op 11 april zijn alle klanten uitgenodigd voorde klantendag met interessante gastsprekers, robot-voetbal en een aantal vakinhoudelijke presentaties.Het programma biedt gelegenheid tot netwerken eneen rondgang langs dertig industriële robots die spe-ciaal voor deze gelegenheid zijn opgesteld. Op zater-dag 13 april worden de deuren geopend voor relaties,vrienden en bekenden tijdens de open dag.
Annemarie van GaalTijdens de klantendag op 11 april zal tv-personality en za-
kenvrouw Annemarie van Gaal een lezing houden. Zij ver-
telt waarom MKB’ers succesvoller zijn dan de grote
multinationals, waarom je het beste kunt vertrouwen op
je intuïtie en wanneer doorbraakinnovaties ontstaan.
Open dagTijdens de open dag op 13 april zijn dertig industriële ro-
bots en een enkele mensachtige (humanoïde) robot te be-
wonderen. Omdat robottechniek normaal schuil gaat
achter de muren van productiebedrijven is dit een unieke
kans eens te kijken hoe robots bij productiebedrijven wer-
ken en wat er allemaal mee kan. Zoals het oppakken en
neerleggen van 200 pakjes TikTak per minuut, het 3D
printen van kunststoffen, het dammen met een robot, het
snijden van kaas met ultrasoon geluidsgolven, het oppak-
ken van kratjes cola of groenten en fruit met een speciale
grijper en uiteraard diverse lastoepassingen.
bij Rolan RoboticsRobotspektakel
LASBERICHTENapri l 2013
De hele familie is welkom, want ook aan kinderen is ge-
dacht. Ze mogen zelf een robotprogramma maken en
laten aflopen en kunnen zich uitleven op diverse attrac-
ties, zoals springkussens, films en even op een racemotor
zitten van het NIWA racing team. De open dag is vrij toe-
gankelijk van 11.00-16.00 uur.
Meer informatieVoor de klantendag ontvangen alle klanten een persoon-
lijke uitnodiging, waarmee ze zich kunnen aanmelden.
Voor het complete programma van de klantendag op 11
april en meer informatie over de open dag op 13 april
kunt u terecht op de website van Rolan Robotics.
www.rolan-robotics.nl
Materiaal Metingen Testgroep, onderdeel van de MME-Group, is bezig met de bouw van een nieuw pand,waarin de gehele afdeling Opleidingen wordt onder-gebracht. Het nieuwe gebouw verrijst vlak naast dereeds bestaande vestiging van MME in het BrabantseDintelmond. De opleidingen van de vestigingen in Rid-derkerk, Hengelo en Dintelmond worden samenge-voegd in dit nieuwe gebouw, voorzien van demodernste leermiddelen. De feestelijke opening zalnaar verwachting in de loop van dit jaar plaatsvinden.
Moderne leslokalenMet de nieuwbouw krijgt Materiaal Metingen de be-
schikking over drie modern ingerichte leslokalen en twee
grote praktijkruimten. De grote hal achter het gebouw
(die gedeeltelijk ook dienst gaat doen voor andere MME-
activiteiten) zal gebruikt worden om grote pijp- en bocht-
stukken onder praktijkomstandigheden zowel radiogra-
fisch als met ultrasoon technieken te onderzoeken.
MME gaat gebruik maken van de nieuwste leermiddelen.
Niet alleen worden de cursusboeken vernieuwd, ook
komen er elektronische schoolborden in de leslokalen en
zal e-learning worden ingezet. Er is inmiddels een ge-
slaagde pilot uitgevoerd voor het gebruik van e-learning.
Hiermee kunnen cursisten thuis oefenvragen en oefen-
examens maken op de pc, tablet of smartphone. Ook de
studiebegeleiding van de cursisten wordt daarmee een stuk
effectiever.
Materiaal Metingen Testgroep
Doorstart Aluminium Centrum onder de vlag van Koninklijke Metaalunie
Nieuwbouw voor
OperationeelVanaf september hoopt de afdeling Opleidingen volledig
operationeel te zijn in het nieuwe onderkomen. Het gaat
vooral om de reguliere NDO-opleidingen ten behoeve van
de certificatie voor niveau 1 en 2 volgens SNT-TC-1A en
EN473/ISO9712 in alle bekende NDO-methoden. Daar-
naast zijn er middag-/avondopleidingen NDO-A, de alge-
mene introductie in het niet-destructief onderzoek,
bestemd voor inspecteurs, surveyors en kwaliteitsdienst-
medewerkers. Met de beschikking over meerdere lesloka-
len op dezelfde locatie denkt MME sneller te kunnen
inspelen op de specifieke opleidingsbehoeften van bedrij-
ven.
www.mme-group.com
Het Aluminium Centrum, kennis-, informatie- en pro-motiecentrum voor de aluminiumsector, gaat verderonder de vlag van Koninklijke Metaalunie. Op 24 ja-nuari 2013 werd het faillissement over de StichtingAluminium Centrum uitgesproken. Koninklijke Me-taalunie wilde dit niet verloren laten gaan en beslooteen doorstart in een nieuwe opzet te realiseren.
Promotie en onderzoekHet Aluminium Centrum heeft tot doel het bevorderen
van de toepassing van aluminium in Nederland. Binnen
Metaalunie wordt het Aluminium Centrum gepositio-
neerd als een zelfstandig kennis- en informatiecentrum.
Door middel van kennisoverdracht, promotie en onder-
zoek streeft het Aluminium Centrum naar een toename
van het aluminiumgebruik en een versterking van de po-
sitie van aluminium in de sectoren bouw, transport, ver-
pakkingen en overige industriële en consumenten-
toepassingen.
OndersteunendHet Aluminium Centrum wordt daarmee géén concur-
rerende branche binnen Metaalunie en daarbuiten, maar
zal juist ondersteunend aan branches zijn. Metaalunie
wil hierbij gaan samenwerken met diverse partijen die
actief zijn op dit gebied. Dit betreft zowel branches als
VMRG, MDG en VOM, als initiatieven als Metal Valley
in Drunen/Heusden. Deze opzet past goed bij de organi-
satiedoelen van Metaalunie. Formeel is de herstart van
het Aluminium Centrum op 1 juli 2013.
Iedereen kan u de antwoorden geven die u wilt.Een specialist geeft u de antwoorden die u nodig heeft.
WIJ ZIJN ELEMENT een groep van
onafhankelijke, geaccrediteerde laboratoria
in Europa en de Verenigde Staten. Wij zijn
gespecialiseerd in het Testen en Onderzoeken
van Materialen, Product Kwalificatie Testen
en Schadeonderzoek
ELEMENT BENELUX :
Amsterdam, Antwerpen, Beek, Breda, Hengelo,
Rotterdam, Veendam.
[email protected]: +31 (0)20 5563 555element.com
[email protected]: +31 (0)76 5424 300
advertentie
9
LASBERICHTEN apri l 2013
8
LASBERICHTENapri l 2013
ArcQuality van Kemppi is een geautomatiseerd sys-teem voor kwaliteitscontrole op het laswerk. Dit maakthet eenvoudig om ervoor te zorgen dat het gehele las-proces wordt uitgevoerd overeenkomstig de laspro-cedurespecificaties. Tegelijkertijd controleren demonitors of de lasser gekwalificeerd is voor de toege-wezen taken. Outotec maakt gebruik van het nieuwesysteem voor het laswerk van de Turula technischeworkshop.
Automatische rapportageArcQuality wordt aangeboden als cloud service van een
beveiligde server. Daardoor is het systeem toegankelijk
vanaf elke locatie, en het geeft geen overlast aan het eigen
netwerk van het bedrijf. Het systeem verbindt kwaliteit en
productiviteit met elkaar, de twee belangrijkste elementen
van de lasproductie. Potentiële afwijkingen worden auto-
matisch direct gerapporteerd. Het systeem kan ook ge-
bruikt worden om op voorhand onderhouds-
werkzaamheden voor te bereiden. De barcodelezer - de
kern van het systeem - verzamelt, indien nodig, gegevens
over de kwaliteit van een las-specifieke traceerbaarheid.
geautomatiseerd systeem voor laskwaliteitsbewaking lid van Robotic Industries Association
ArcQuality:
KwaliteitscontroleOutotec maakt gebruik van het ArcQuality systeem voor
kwaliteitscontrole op het laswerk van de Turula techni-
sche workshop. Turula workshop heeft een totaal van on-
geveer 70 MIG/MAG-, TIG- en BMBE-stroombronnen.
Outotec is van plan om het gebruik van ArcQuality uit te
breiden naar haar andere diensten. Directeur Ilkka Hiltu-
nen: "Het is makkelijker om de kwaliteit te verbeteren als
de productie in eigen hand is. ArcQuality is een moderne,
up-to-date manier van kwaliteitscontrole.” Lascoördina-
tor Rauno Kakkola is ook onder de indruk van de effec-
tiviteit van ArcQuality. Hij merkt op dat het lassen alleen
uitgevoerd kan worden door een professionele lasser
wiens bevoegdheid voortdurend, om de zes maanden,
wordt geëvalueerd. "ArcQuality helpt ook in deze. Het
systeem laat ons ruim van tevoren weten of het noodza-
kelijk is om de competenties van de lassers te vernieu-
wen."
OpleidingsbehoefteTegelijkertijd stelt ArcQuality nieuwe eisen aan de lassers
en er kan een nieuwe opleidingsbehoefte ontstaan. Kak-
kola merkt op dat er in het verleden systematische fouten
zijn gemaakt zonder dit zelf op te merken. Nu worden
deze foutmeldingen meteen geëlimineerd, zoals ook het
geval is met onjuiste lasprocedurespecificaties (WPS).
www.kemppi.nl
Sinds kort is AWL-Techniek uit Harderwijk toegetredentot de Robotic Industries Association (RIA), een inter-nationale organisatie die zich volledig richt op de pro-motie van de robotindustrie en de schaalvergrotingvan robotisering.
DialoogVan ’t Hof van AWL: “Aangezien veel van de door AWL
gebouwde machines gebruik maken van robots lag de
keuze voor een lidmaatschap voor de hand.” Het lid-
maatschap van RIA biedt de mogelijkheid om op wereld-
wijde schaal te netwerken, informatie uit te wisselen,
trends te monitoren en te partneren. “Vooral op het ge-
bied van standaardisering is nog veel te winnen. Zijn we
in Europa al helemaal gewend om via bepaalde standaar-
den en normeringen te werken, bijvoorbeeld ISO, deze zijn
niet bekend of niet ingeburgerd in Amerika en Azië”,
aldus Van ‘t Hof. Hierdoor ontstaan er soms lastige situ-
aties. “Door met elkaar de dialoog aan te gaan en het be-
lang van een wereldwijde standaard bespreekbaar te
maken kunnen we er wellicht voor zorgen dat er meer har-
monie ontstaat.”
VoorbereidRobotisering zal in de toekomst een steeds belangrijkere
rol innemen, zeker vanwege de vergrijzing en kosten van
arbeidskrachten. “Door nu actief betrokken te zijn en ge-
bruik te maken van de RIA zijn wij nog beter voorbereid
op de toekomst, en kunnen we nog beter inspelen op
nieuwe ontwikkelingen en trends”, sluit Van ’t Hof af.
www.awl.nl | www.robotics.org
AWL-Techniek
Voor redactionele bijdragen en advertenties kunt u ons bellen071 589 56 44 of e-mailen: [email protected]
Hoe is het gesteld met uw arbeidsmarkt?Lees er meer over in onze extra zomereditie!
10 11
Watdoeteen
metmijnlas?
door Tim Blok
NDO / DO - NDO apri l 2013 apr i l 2013
ls je als lasser werkt aan onderdelen die
moeten voldoen aan hoge kwaliteitsei-
sen, dan wordt er nogal wat van je gevraagd. Je moet
om te beginnen een opleiding hebben gevolgd in een
bepaald lasproces. Denk hierbij aan de NIL-handvaar-
digheidopleidingen niveau 1 tot en met 4. Daarnaast
wordt vaak een lasserskwalificatie vereist. Deze las-
serskwalificatie heeft een bepaald geldigheidsgebied,
zoals materiaalsoort, materiaaldikte- en diameterbe-
reik, laspositie en lasproces. Ook het bedrijf waar de
lasser werkt, moet vaak bewijzen dat het met een be-
paald lasproces lassen kan maken met de gevraagde
kwaliteit. We noemen dit een lasmethodekwalificatie.
Als een lasser een las heeft gemaakt wordt deze niet-
destructief onderzocht. De naam zegt het al: we onder-
zoeken de las zonder deze kapot te maken. Elke las
wordt visueel beoordeeld, en vaak worden er ook nog
andere onderzoekstechnieken toegepast. Als het op-
pervlak van de las wordt onderzocht wordt er vaak ge-
kozen voor magnetisch onderzoek of penetrant
onderzoek. Willen we de binnenkant van de las ‘bekij-
ken’, dan kiezen we voor radiografisch of ultrasoon on-
derzoek.
Eisen en voorschriftenHet niet-destructief onderzoek kan niet zomaar wor-
den uitgevoerd. Net als bij het lassen zijn er ook voor
het uitvoeren van niet-destructief onderzoek eisen en
voorschriften waaraan men zich moet houden. Deze
zijn al vastgelegd voordat met de productie wordt be-
gonnen. Er bestaan nogal wat voorschriften waaraan
het niet-destructief onderzoek moet voldoen.
Watdoeteen
Deze voorschriften zijn algemeen van opzet en bestrijken
een groot gebied van onderzoek. Er moet dan ook een ‘ge-
bruiksaanwijzing’ worden geschreven voor de NDO’er,
een NDO-procedure.
Daarnaast moet de NDO’er, net als de lasser, aantonen
dat hij zijn vak beheerst. De onderzoeker moet in het bezit
zijn van een kwalificatie. Bij deze kwalificaties onder-
scheiden we drie niveaus (levels). Deze zijn weergegeven in
tabel 1. Hoe hoger het niveau, hoe meer bevoegdheden de
onderzoeker heeft. Per onderzoekmethode is een kwalifi-
catie vereist. Dit is dus vergelijkbaar met de lastechniek,
waar een lasser moet zijn gekwalificeerd voor een bepaald
lasproces.
Ook moet het NDO-bedrijf soms aantonen dat het lason-
volkomenheden van bepaalde minimum afmetingen kan
detecteren. Dit gebeurt met een zogenaamde validatie-
proef. Deze wordt meestal uitgevoerd op een proeflas die
vergelijkbaar is met de lassen die in een constructie wor-
den onderzocht. Deze validatieproef is te vergelijken met
de lasmethodekwalificatie in de lastechniek. Tabel 2 geeft
een overzicht van de diverse termen, en laat zien dat de
procedures binnen het NDO vergelijkbaar zijn met de pro-
cedures die gelden voor de lastechniek.
Goed of fout?Voordat het NDO-onderzoek wordt uitgevoerd moet ook
afgesproken worden wanneer gevonden afwijkingen in
een las acceptabel zijn of niet (goed of fout). Deze afspra-
ken noemen we de acceptatiecriteria. Deze criteria staan
vaak vermeld in internationaal geldende normen. Er staat
EEN LASSER KIJKT VAAK MET ENIGE ACHTERDOCHT NAAR HET WERK VAN EEN NIET-DESTRUCTIEF
ONDERZOEKER. WIE IS HIJ/ZIJ OM ZOMAAR EEN LAS TE KUNNEN GOED- OF AFKEUREN? DIT OPENINGS-
ARTIKEL LAAT ZIEN DAT ER OOK AAN HET NIET-DESTRUCTIEF ONDERZOEK EN DE ONDERZOEKER EISEN
WORDEN GESTELD EN DAT ER NOGAL WAT OVEREENKOMSTEN ZIJN TUSSEN HET WERK VAN DE LASSER
EN DAT VAN DE NIET-DESTRUCTIEF ONDERZOEKER.
NDO / DO - NDO
NDO’er metmijnlas?
NDO’er
A
in omschreven waaraan een las moet voldoen om te wor-
den geaccepteerd. Voor elke soort onvolkomenheid (fout)
wordt aangeven hoeveel van deze fouten mogen voorko-
men en welke maximale afmetingen de fout mag hebben
om de las goed te keuren. Sommige onvolkomenheden
mogen in het geheel niet voorkomen, zoals bijvoorbeeld
scheuren in de las.
Ook voor het visueel onderzoek gelden er acceptatiecrite-
ria. Er kunnen verschillen zijn in de acceptatiecriteria die
worden toegepast. Dit is onder andere afhankelijk van de
soort constructie en de belasting van de constructie.
BegripDe NDO’er voert dus onderzoek uit aan de hand van een
NDO-procedure, hij moet zijn gekwalificeerd, de onder-
zoekmethode moet in staat zijn onvolkomenheden met be-
paalde minimum afmetingen te kunnen vaststellen en het
resultaat van het onderzoek moet beoordeeld worden aan
de hand van vastgestelde acceptatiecriteria.
Zowel lassers als NDO’ers zijn dus gebonden aan allerlei
internationaal voorgeschreven eisen en procedures. Inzicht
in elkaars werk en functie kan leiden tot meer onderling
begrip en zal de achterdocht die er soms heerst op de
werkvloer helpen wegnemen.
De titelvraag van dit openingsartikel zou dus beter kunnen
luiden: hoe zorgen de lasser en NDO'er samen voor las-
werk dat voldoet aan de hoogste kwaliteitseisen? Het ver-
volg van dit themanummer geeft antwoord op deze en
andere vragen.
Omschrijving Lasterm NDO-term
Instructie Lasmethodebeschrijving (WPS) NDO-procedureVakbekwaamheid personeel Lasserskwalificatie NDO-kwalificatie (niveau 1-3)Betrouwbaarheid uitvoering Lasmethodekwalificatie Validatieproef
Niveau Bevoegdheden
1 De onderzoeker is in staat om aan de hand van een NDO-procedure en onder leiding en verantwoordelijkheid van een onderzoeker met niveau 2 onderzoek uit te voeren.
2 De onderzoeker werkt zelfstandig (onderzoek en rapportage) aan de hand van een onderzoek-voorschrift (NDO-procedure)
3 De onderzoeker stelt onderzoekprocedures (NDO-procedures) op aan de hand van normen,codes en klantvoorschriften; geeft adviezen op het gebied van de NDO-techniek waarvoor hij is gekwalificeerd en geeft opleidingen in de betreffende NDO-techniek. Uiteraard is hij/zij ook in staat om zelfstandig onderzoek uit te voeren.
Tabel 2 Terminologie
Tabel 1 Bevoegdheden NDO-onderzoekers
Apparatuur en hulpmiddelenVoor radiografie is er dus altijd een bron van ioniserende
straling en een beeldplaat nodig. De bron kan een kunst-
matige radioactieve bron zijn, of een röntgenbuis. De
beeldplaat kan een digitale beeldplaat zijn, of een ouder-
wetse film zoals ook vroeger in fotocamera’s werd ge-
bruikt.
Kunstmatige radioactieve bronnen, zoals Iridium 192 en
Selenium 75, worden opgeslagen en getransporteerd in
containers van absorberend materiaal om het uitzenden
van ioniserende straling te beperken. Röntgenbuizen kun
je aan- en uitzetten (elektriciteit); die hoeven daarom niet
in een container te worden opgeslagen. Soms is het nodig
13
NDO / DO - NDOapri l 2013
In 1937 werd de Röntgen Technische Dienst (RTD)opgericht. Dit was een van de eerste bedrijven in hetveld van het niet-destructief onderzoek. Radiogra-fisch onderzoek was dé manier om objecten en las-verbindingen te onderzoeken. Nu, meer dan 75 jaarlater, gebruikt Applus RTD veel meer technieken enmethodes om niet-destructief onderzoek en inspec-ties uit te voeren, zoals magnetisch onderzoek, pe-netrant onderzoek, wervelstroomonderzoek, infra-rood onderzoek, Eddy Current en ultrasoon onder-zoek. Radiografie is echter nog steeds niet weg tedenken uit het veld.
om de straling af te schermen met dikke loodschermen,
die zijn ook altijd voorhanden.
Om zeker te zijn dat radiografie veilig wordt beoefend,
heeft elke radiograaf een stralingsmonitor bij zich. Hier-
mee controleert hij de stralingsdosis in het gebied waar ra-
diografie wordt bedreven. Ook heeft de radiograaf een
meter bij zich die de totale dosis per maand meet. Daar-
naast is het buiten de bunker noodzakelijk om afzettingen
te maken, om het gebied te markeren waar het publiek
niet mag komen. Vlaggen, linten en prikstokken horen
ook tot het materiaal.
Verder wordt er gebruik gemaakt van verschillende soor-
ten folies (aluminium, lood, etc.) om de kwaliteit van de
gemaakte opname te beïnvloeden.
IndicatiesHet resultaat van radiografie is een afbeelding, op een
conventionele film of digitaal op het beeldscherm. Deze
afbeelding moet beoordeeld worden. Hiervoor worden ac-
ceptatienormen en -standaarden gebruikt. Een filmlezer
beoordeelt alle ‘indicaties’ die hij op de film of het beeld
ziet. Aan de hand van de norm of standaard beschrijft de
filmlezer welke indicaties acceptabel zijn en welke niet.
Deze conclusies komen in een rapport dat wordt over-
handigd aan de klant. De gevonden resultaten worden be-
oordeeld aan de hand van een gegeven standaard/norm en
hierin is ook de maximaal toegestane grootte van defecten
genoemd.
r zijn verschillende soorten technieken voor
niet-destructief onderzoek (NDO), allemaal
met hun eigen voor- en nadelen. Afhankelijk van het ob-
ject, het materiaal en wat er precies gevonden moet wor-
den, wordt er een keuze gemaakt voor een bepaald soort
NDO. Als het over lassen en lasverbindingen gaat, wordt
vrijwel altijd radiografisch onderzoek uitgevoerd om de
kwaliteit van de las te bepalen. Met radiografie kunnen
eventuele defecten in een lasverbinding aangetoond wor-
den. Meestal geeft de fabrikant of zijn klant de opdracht
voor een niet-destructief onderzoek.
StralingBij radiografie maakt men gebruik van ioniserende stra-
ling (röntgen- of gammastraling). De locatie waar het on-
derzoek wordt uitgevoerd is afhankelijk van de
verplaatsbaarheid van het object. Omdat het werken met
ioniserende straling schadelijk is voor mensen, dieren en
planten moet men voorzorgsmaatregelen treffen om de ri-
sico’s zo beperkt mogelijk te houden. Veel objecten wor-
den naar een veilige locatie getransporteerd, een bunker,
waar de objecten onderzocht worden.
Het onderzoek wordt uitgevoerd door radiografen. Deze
zijn opgeleid in de techniek en getraind in het veilig wer-
ken met ioniserende straling. Radiografen weten hoe te
handelen in verschillende situaties. Ook staan deze perso-
nen geregistreerd als radiologisch werker en staan hier-
mee onder dokterstoezicht. De radiografisch onderzoekers
dragen meters bij zich die de ontvangen dosis ioniserende
straling registreren.
PrincipeHet principe van radiografisch onderzoek is dat aan een
zijde van een object een bron van ioniserende straling
wordt geplaatst en aan de andere zijde een gevoelige
door Peter Briggeman en Jeroen Bakker
12
NDO / DO - NDO
NIET-DESTRUCTIEF ONDERZOEK (NDO) WORDT VEEL TOEGEPAST OM LASVERBINDINGEN OF GIET-
STUKKEN TE ONDERZOEKEN, MAAR KAN OOK GEBRUIKT WORDEN OM OBJECTEN TE INSPECTEREN
DIE IN BEDRIJF ZIJN, ZOALS PIJPLEIDINGEN. DIT ARTIKEL BESCHRIJFT EEN VEELGEBRUIKTE NDO-
TECHNIEK: RADIOGRAFISCH ONDERZOEK.
apr i l 2013
beeldplaat (film). De ioniserende straling gaat door het
materiaal. Waar het materiaal dunner is, of als er een plek
is waar geen materiaal zit, gaat de straling er gemakkelij-
ker doorheen en belicht de beeldplaat meer. Met als eind-
resultaat een beeldplaat (foto) met al of niet donkere
gedeeltes. Hetzelfde principe wordt gebruikt in de medi-
sche wereld als er een röntgenfoto gemaakt wordt om bij-
voorbeeld het gebit of botten te onderzoeken.
Over het algemeen zijn met behulp van radiografie alle de-
fecten met enig volume te detecteren. Echter smalle defec-
ten, haaks op de aanstraalrichting, kunnen vanwege het
geringe volume onzichtbaar zijn.
Fouten opsporenmet radiografisch onderzoek
15
NDO / DO - NDOapri l 2013
Scheurvormige indicaties zijn meestal niet toegelaten door
de norm, en daarop wordt de las of het object afgekeurd.
De nauwkeurigheid en betrouwbaarheid van het onder-
zoek hangt samen met hoe het te onderzoeken object is
vervaardigd. De kans op het vinden van alle werkelijke
defecten ligt rond de 70%. Maar het zichtbaar maken (op-
merken) van fouten die in werkelijkheid niet bestaan, kan
ook gebeuren. Dat kan als er met verschillende materialen
is gewerkt (met een afwijkende dichtheid ten opzichte van
elkaar) of als er teveel aan contrast is, zodat contouren in
het object worden aangezien voor defecten.
Voor- en nadelenHet voordeel van radiografie is dat het een eenvoudige en
goedkope techniek is. Daarnaast is een groot voordeel dat
het resultaat van het radiografisch onderzoek vastgelegd
wordt. Hierdoor kan het onderzoek in een later stadium
heronderzocht worden met dezelfde parameters.
Een belangrijk nadeel van radiografie is dat er veel moeite
moet worden gedaan om veilig te werken, omdat radio-
actieve bronnen altijd ioniserende straling produceren. Er
moet een afzetting gemaakt worden waarbinnen niemand
anders dan de radiograaf aanwezig mag zijn. Een ander
nadeel is dat radiografie maar tot 50 mm dikte toepasbaar
is. Bij een dikte boven 50 mm moet er veel moeite worden
gedaan om nog een zinvol resultaat te halen. Een laatste
nadeel is dat radiografie in vergelijking met andere NDO-
technieken meer chemisch afval produceert.
Veel onderzoek gebeurt handmatig, maar tegenwoordig
zijn er ook geautomatiseerde systemen: CR (Computed
Radiography) en DR (Digital Radiography). Deze werken
met digitale schermen en digitale opnemers. Het belichten
van de beeldplaat zelf moet echter nog steeds gebeuren
met ioniserende straling.
Aanvullend onderzoekIn veel gevallen kan men volstaan met één soort niet-de-
structief onderzoek, zoals radiografisch onderzoek. Maar
een aanvullend onderzoek met een andere methode kan
nodig zijn. Voor sommige objecten met een afwijkende
geometrie (dik/dun/complex) is alleen radiografisch on-
derzoek niet voldoende. Hiervoor kan dan een andere
NDO-methode worden gekozen in samenspraak met de
eigenaar van het object.
PersonaliaPeter Briggeman - Technical Authorithy Netherlandsbij Applus RTD, is de expert op het gebied van con-ventioneel NDO bij Applus RTD. Jeroen Bakker is manager HSQE van de regio WestEuropa bij Applus RTD, en weet alles van veilig wer-ken.
Call for Papers
Op 26 en 27 november 2013 organiseert het Bel-gisch Instituut voor Lastechniek samen met hetNederlands Instituut voor Lastechniek de ne-gende editie van het Nederlandstalig Lassympo-sium.Dit jaar gaan we voor een ander concept én een andere lo-catie. In de multifunctionele ruimte van Stuurboord Ant-werpen zullen wij werken rond themasessies, met demogelijkheid om dieper in te gaan op bepaalde voorge-stelde onderwerpen.Wij nodigen belangstellenden uit een bijdrage te leverenaan dit Symposium. Indien u een presentatie wenst tegeven, verzoeken wij u vóór 15 mei a.s. een titel en een sa-menvatting van max. 200 woorden te sturen naar één vanbeide organiserende instituten. Vermeld hierbij ook denaam en juiste titulatuur van degene die de presentatie zalhouden.
De selectie van de te presenteren papers wordt verrichtdoor een commissie samengesteld uit Nederland en België,onder voorzitterschap van de directeuren van beide insti-tuten. Nadere details over de duur van de effectieve pre-sentatie en andere vereisten ontvangt u onmiddellijk na deacceptatie van de ingediende voorstellen.In principe kunt u rekenen op een spreektijd van ca. 30 mi-nuten, inclusief discussie.Als spreker bent u gedurende het lassymposium onze gasten betaalt u geen deelnamekosten.
De geselecteerde thematische sessies zijn:
BILNIL Lassymposium 2013
Presentaties bij voorkeur in het Nederlands, of eventueel in het Engels.
Belgisch Instituut voor LastechniekTechnologiepark 935 - 9052 Zwijnaarde/België www.bil-ibs.be - [email protected]
Nederlands Instituut voor LastechniekBoerhaavelaan 40 - 2713 HX Zoetermeer/Nederland www.nil.nl - [email protected]
Schadegevallen
corrosie | vermoeiing | reparaties van oorzaak tot preventie
Normen
toepassingsgerichte voorbeelden EN 1090 | EN 15085 | ISO 3834 ...
Contacteer ons zeker indien u een interes-sant technisch onderwerp wilt aanbrengendat niet in de gekozen thema’s past. Weproberen het waar mogelijk in te passen.
Ongelijksoortige, moeilijk lasbare materiaalcombinaties
mogelijkheden van verschillende processen | kwalificaties | toepassingen
Geavanceerde NDO-technieken
toepassingen van vernieuwende technieken3D mogelijkheden
Stuurboord / Hangar 26Rijnkaai 96 - 2000 Antwerpen
Gemak dient de veiligste zaak
NDO / DO - DO apri l 2013
16
NDO / DO - NDOapri l 2013
17
Deze beproevingen kunnen verder worden uitgebreid met
microscopische beoordeling, ferrietmetingen, chemische
analyses, corrosietesten en/of CTOD (Crack Tip Opening
Displacement). In dit artikel beperken we ons echter tot
een korte beschrijving van de meest voorkomende de-
structieve beproevingen.
Trekproeven dwars over de lasBij trekproeven dwars over de las worden trekstaven
haaks op de las uitgenomen en getest. Bij het uitvoeren
van deze proef worden de maximale treksterkte en de
plaats van de breuk vastgelegd. De sterkte van het lasma-
teriaal in dwarsrichting moet minimaal de gespecificeerde
waarde van het basismateriaal halen.
De Amerikaanse en Europese normen verschillen in hun
voorschriften voor wat betreft de afmetingen van de trek-
proefstaven. Bij gecombineerde normen zullen de proef-
staven dan ook apart uitgenomen en getest moeten
worden.
Buigproeven Voor het uitvoeren van buigproeven (ofwel driepunts-ver-
vormingsbuigproeven) worden buigstaven dwars over de
las uitgenomen. Er worden buigstaven uitgenomen voor
series van buigproeven en tegenbuigproeven. Bij diktes
vanaf 12 mm worden ook zijbuigproefstaven uitgenomen
en getest. Tijdens het uitvoeren van de buigproef wordt
de buitenzijde van de las door trekspanningen zodanig
blijvend vervormd, dat iedere indicatie of onvolkomen-
heid zichtbaar zal worden. De bovenzijde van de las wordt
belast met de zogenaamde (normaal)buigproef, de onder-
zijde van de las met de tegenbuigproef en de zijkant van de
las met de zijbuigproef.
n de bouw, de scheepsbouw, de industrie, de petro-
chemie, de offshore, het spoor: overal wordt gelast
en lasverbindingen zijn niet meer weg te denken uit de we-
reld om ons heen. Er komen voortdurend nieuwe hoog-
waardige staalsoorten beschikbaar en constructies worden
steeds gecompliceerder. Daardoor worden er steeds ho-
gere eisen gesteld aan de uitvoering van de lasverbindin-
gen en de vaardigheid van de lasser.
Indien een bedrijf beschikt over een goedgekeurde laspro-
cedure, dan toont het daarmee aan dat - binnen het gel-
digheidsgebied van de lasprocedure - alle omstandigheden
aanwezig zijn om de lasverbinding goed uit te voeren. De
lasser die de lasprocedure heeft gelast, heeft ook direct
aangetoond dat zijn vaardigheid voor het lassen onder
deze procedure goed is (de lasserskwalificatie). Onder één
goedgekeurde lasprocedure kunnen meerdere lassers ge-
kwalificeerd worden.
BEDRIJVEN WORDEN STEEDS VAKER GECONFRONTEERD MET HET FEIT DAT ZIJ IN HET BEZIT MOETEN
ZIJN VAN GELDIGE LASPROCEDURES EN LASSERSKWALIFICATIES VOOR DE UIT TE VOEREN LASVERBIN-
DINGEN. DESTRUCTIEVE ONDERZOEKMETHODEN MAKEN DEEL UIT VAN DIT KWALIFICATIETRAJECT.
door Gregor Tokarenko
ProefstukkenAls een bedrijf proefstukken (onder toezicht van een er-
kende instantie) heeft gelast voor lasprocedures en/of las-
serskwalificaties, worden deze eerst niet-destructief
onderzocht. Daarna worden de proefstukken aangeboden
bij een onafhankelijk laboratorium voor het uitvoeren van
destructieve beproevingen. Afhankelijk van de norm/spe-
cificatie of specifieke klanteisen worden destructieve be-
proevingen uitgevoerd. Voor lasmethodekwalificaties zijn
dit andere beproevingen dan voor lasserskwalificaties.
Meestal gaat het om de volgende combinaties van des-
tructieve beproevingen:
bij lasmethode- en lasserskwalificaties
Destructieve beproevingen voor lasmethodekwalificaties (LMK’s):Stompe lasverbindingen HoeklassenTrekproeven dwars over de las Macroscopische beoordelingen met fotoBuigproeven HardheidsmetingenKerfslagproevenMacroscopische beoordeling met fotoHardheidsmetingen
Destructieve beproevingen voor lasserskwalificaties (LK’s):Stompe lasverbindingen HoeklassenBuigproeven Breekproeven
Destructief onderzoekDestructief onderzoek
Onze Kenmerken:
Een breed spectrumaan diensten
NIL gemachtigde organisatie
LMK/LK kwalificaties
PWHT
Mechanisch onderzoek
Corrosie onderzoek
Breuk mechanica
Schade onderzoek
On-site testing
Immersion Ultrasone
TestingAdvisingAssuring
T: 0181-617 144W: www.exova.comE: [email protected]
Een breed
Een breed
aan dienstenumspectr
Een breed
aan dienstenum
Een breed
eenmerkkeOnze KKeNIL gemachtigde organisatie
LMK/LK kwalificaties
WHT
zoekMechanisch onder
P
en:NIL gemachtigde organisatie
0181-617 144
On-site testing
Immersion Ultrasone
zoek
zoek
Breuk mechanica
zoekSchade onder
Corrosie onder
Mechanisch onder
T
[email protected]:.exova.comwww:W
0181-617 144: T
uringssAngdvisiA
estingTTe
Foto’s op deze pagina’sboven: buigstaven;
linksonder: trekstaaf en rechts: opstelling trekproef
KerfslagproevenBij het uitvoeren van kerfslagproeven wordt de taaiheid
bepaald op specifieke locaties in de lasverbinding bij de
uiteindelijke gebruikstemperatuur. Bij het vervaardigen
van de kerfslagstaaf kan de kerf, afhankelijk van de
norm/specificatie en/of de klanteisen op de volgende loca-
ties worden aangebracht:
De kerfslagproeven kunnen worden uitgenomen op 2 mm
onder het oppervlak (cap en/of root) en/of in het midden
van het plaat- of pijpmateriaal.
De eisen die de Amerikaanse normen aan de kerfslagha-
mer stellen zijn anders dan de eisen in de Europese nor-
men. Om kerfslagproeven uit te voeren volgens de beide
normen moet dan ook gebruik gemaakt worden van twee
verschillende kerfslaghamers. Ook verschillen de normen
onderling in de voorgeschreven locatie van de kerf.
Macroscopische beoordeling met fotoVoor een macroscopische beoordeling
wordt een macro dwars over de las uit-
gezaagd, bewerkt en aangeëtst, zodat
de complete lasverbinding kan worden
beoordeeld op lasfouten en of er gelast
is volgens de procedure. Deze beoor-
deling wordt vastgelegd op een macro-
foto.
HardheidsmetingenOm te bepalen of er geen harde struc-
turen in de lasverbindingen zitten wor-
den hardheidsmetingen uitgevoerd op
macrodoorsneden. Afhankelijk van de
norm en/of specificatie worden op de
volgende locaties metingen uitgevoerd:
Deze series van hardheidsmetingen moeten maximaal 2
mm onder het oppervlak uitgevoerd worden, afhankelijk
van de norm en/of specificatie en de materiaaldikte aan
de cap en/of rootzijde en/of het midden van de plaat.
• in het midden van het lasmateriaal;• fusionline (smeltlijn);• fusionline (smeltlijn) +1 tot 2 mm;• fusionline (smeltlijn) + 2 mm;• fusionline (smeltlijn) + 5 mm.
• het basismateriaal aan beide zijden van de las;• de warmte-beïnvloede zone aan beide zijden van de las,
waarbij de eerste meting zo dicht mogelijk tegen de smeltlijn aan moet zitten;
• het lasmateriaal.
BreekproevenVoor een breekproef zal een voorgeschreven stuk uit de
complete hoeklas worden gezaagd om vervolgens de las-
verbinding open te breken. Als deze las is opengebroken
kan de las beoordeeld worden op lasfouten.
Externe instantieDe beproevingen moeten worden bijgewoond door de ex-
terne instantie die ook het lassen heeft bijgewoond. Indien
er specifieke beproevingen worden afgekeurd en de mo-
gelijkheid voor herkeuren bestaat, dan kan de werkplaats
van het laboratorium hertesten uitnemen waarna deze
aanvullend getest worden. Bij een goed resultaat kan de
lasprocedure en/of lasserskwalificatie alsnog goedgekeurd
worden. Om tijd en kosten te besparen gaat dit achter el-
kaar door en kan de inspecteur in één bezoek de complete
kwalificatie afronden.
NDO / DO - DO apri l 2013
18
Resultaat breekproef
Macrodoorsnede met hardheidsmetingen
apr i l 2013
Overzicht NDO-opleidingen volgens NEN-EN-ISO 9712
19
NDO-OPLEIDINGapri l 2013
Niet-destructief onderzoekers worden opgeleid en ge-certificeerd op basis van internationaal vastgelegdenormen, net zoals dat het geval is voor lassers en las-kaderpersoneel. Richtlijnen voor de kwalificatie en cer-tificatie van NDO-personeel zijn vastgelegd in deinternationale norm NEN-EN-ISO 9712:2012, onder detitel: Niet-destructief onderzoek - Kwalificatie en certi-ficatie van NDO-personeel. Het in dit blad gepresen-teerde schematisch overzicht van NDO-opleidingen isgebaseerd op deze universele norm.
Andere normenNaast de NEN-EN-ISO 9712 zijn er normen voor niet-de-
structief onderzoekspersoneel die specifiek zijn gericht op
een bepaalde sector. Zo is er de norm NEN-EN
4179:2009 (Aerospace series - Qualification and appro-
val of personnel for non-destructive testing), voor de kwa-
lificatie van NDO-personeel in de lucht- en ruimtevaart.
Ook zijn er bedrijven die hun eigen certificeringsschema
hebben.
Het zou te ver voeren om alle mogelijke certificerings-
schema’s en onderzoekstechnieken voor het NDO op te
nemen in één opleidingenoverzicht, vandaar dat we ons
hier beperkt hebben tot de structuur volgens de NEN-EN-
ISO 9712.
Aanbieders NDO-opleidingenDe NDO-opleidingen worden in Nederland niet aange-
boden binnen het reguliere onderwijs. Voor een opleiding
op NDO-niveau 1 of 2 kun je terecht bij de grotere NDO-
bedrijven: AIB-Vinçotte, ApplusRTD, MME Group (Ma-
teriaal Metingen Testgroep), SGS en Tiat. Je kunt bij deze
aanbieders verschillende NDO-technieken leren. Bij TÜV-
Rheinland-Sonovation kun je alleen de opleidingen ToFD
(Time of Flight Diffraction) en PA (Phased Array) volgen.
Naast de genoemde NDO-bedrijven zijn er ook oplei-
dingsinstellingen (bijvoorbeeld WTT, De Groot) die een
opleiding tot visueel lasinspecteur (VT-2) aanbieden.
NDO-opleidingen op niveau 3 worden aangeboden door
het Centrum voor Natuur & Techniek (het contracton-
derwijs van Hogeschool Utrecht) in samenwerking met
ApplusRTD, en bij Tiat.
VooropleidingDe NDO’ers hebben uiteenlopende vooropleidingen, maar
een mbo-opleiding in de richting werktuigbouwkunde
heeft de voorkeur. Binnen de NDO-opleiding wordt niet
alleen aandacht besteed aan onderzoeksmethoden en tech-
nieken, maar bijvoorbeeld ook aan materialenkennis.
Tot slot: voor een NDO’er geldt, net als voor een lasser,
dat alleen een (theoretisch) diploma niet volstaat om ge-
certificeerd te worden: ook werkervaring telt!
NDO / DO - NDOapri l 2013
21
IWT’er kon ze direct op het hoogste niveau aan de slag.
Dat deed zij bij WTT Lasopleidingen in Velsen. De oplei-
ding bleek een mooie aanvulling op IWT. “IWI-C maakt
mijn vakkennis compleet. In combinatie met IWT ben je
betrokken bij het hele proces, van de binnenkomst van het
materiaal tot en met het einde van de las.” Hoe ziet de op-
leiding er inhoudelijk uit? Dinkla: “Zestig tot zeventig
procent ervan richt zich op destructief en niet-destructief
onderzoek, de DO- en NDO-technieken. Het programma
is grotendeels theoretisch, maar je krijgt ook praktijkop-
drachten. Ik volgde de opleiding één dag per week, gedu-
rende zeven maanden.”
Veel van haar collega-afgestudeerden zijn, net als Dinkla
zelf, inmiddels voor zichzelf begonnen. “Je ziet dat grote
bedrijven wel IWI-C’ers aannemen, maar voor kleine be-
drijven is zo’n fulltime functie niet haalbaar”, verklaart
ze. “Deze kunnen een beroep doen op externe deskundi-
gen.” Dinkla is ervan overtuigd dat het diploma IWI-C
van grote waarde is. “Kwaliteitsbewaking, het begeleiden
van laswerkzaamheden en het inspecteren van die werk-
zaamheden worden steeds belangrijker. En dat zijn typisch
de werkzaamheden van een IWI-C’er. Deze beschikt daar-
naast over kennis om een bedrijf een traject te bieden naar
certificeringen als ISO 9001, NEN-EN-ISO 3834 en
NEN-EN 1090.”
Weerwoord biedenVoor constructiebedrijven die laswerkzaamheden verrichten,
wordt - naast kennis van lassen - kennis van onderzoek
steeds belangrijker, benadrukt Dinkla. “Als een gespeciali-
seerd extern bureau een NDO uitvoert, is het een groot voor-
deel als je zelf een specialist in dienst hebt die daar ook
verstand van heeft en eventueel een weerwoord kan bieden.
Want of een las acceptabel is of niet, een eventuele reparatie
ervan blijft altijd de verantwoordelijkheid van het bedrijf
zelf.” Dinkla benadrukt dat het uitvoeren van een NDO niet
zomaar een onderzoekje op een las is. “Er komt veel bij kij-
ken. Het begint al met een juiste procedure ten aanzien van
het type onderzoek en met de juiste acceptatiecriteria die ver-
eist worden. De methode van het onderzoek en de keuze voor
de te gebruiken technieken zijn essentieel.” Ze geeft een voor-
beeld: “Een röntgenfoto kan heel goed gasinsluitingen tonen
op het beeld, terwijl een ultrasoon onderzoek juist dubbelin-
gen in een materiaal heel goed weergeeft. Deze zijn met rönt-
gen slecht of helemaal niet zichtbaar als deze haaks op de
stralingsrichting liggen.” Het kiezen van de juiste onder-
zoekstechniek, het begrijpen van de procedure en het goed
kunnen beoordelen van de uitvoering van het onderzoek: het
zijn drie belangrijke facetten die onderdeel vormen van de
basiskennis van de IWI-C’er.
Relatief onbekendToch is IWI-C in de laswereld een relatief onbekende oplei-
ding. Dat heeft Dinkla zelf inmiddels ook ondervonden. “Als
ik zeg dat ik IWT heb, wordt er geknikt. Maar als ik IWI-C
noem, wordt dat meteen weer vergeten.” Hoe verklaart zij
die onbekendheid? “Ik denk dat dit komt door een andere
opleiding op dit gebied: CSWIP, dat staat voor Certification
Scheme for Welding Inspection Personnel. Het is een verge-
lijkbare opleiding, maar het heeft een meer internationaal ka-
rakter. Grote mondiale bedrijven en oliemaatschappijen
refereren vooral naar de CSWIP. IWI-C is meer gericht op de
Europese norm en regelgeving.”
Dinkla heeft in de eerste paar maanden van haar onderne-
merschap al een aantal opdrachten in de wacht weten te sle-
pen. “Zo ga ik bij een klant bijvoorbeeld een kwaliteits-
handboek opzetten”, vertelt ze opgetogen. “Het is voor mij
een uitdaging om bedrijven te ondersteunen in het opzetten
van een gecertificeerd kwaliteitssysteem, het bedrijf te bege-
leiden naar een gewenst kwaliteitsniveau, en tegelijkertijd de
structuur van bet bedrijf zoveel mogelijk intact te houden.”
‘Een IWI-C’er beschikt over de kennis om een bedrijf een traject te bieden naar certificeringen als ISO 9001,
NEN-EN-ISO 3834 en NEN-EN 1090.’
NDO / DO - NDO apri l 2013
20
ALS KLEIN MEISJE SPEELDE ZE VAKER MET HAAR ELEKTRISCHE TREIN DAN MET HAAR POPPEN. DAT
EVELIEN DINKLA LATER MTS WEG- EN WATERBOUW GING STUDEREN WAS DAN OOK GEEN VERRAS-
SING. ONDERTUSSEN HEEFT ZE OOK DE OPLEIDING IWI-C MET SUCCES AFGEROND. NU HEEFT ZE EEN
EIGEN LASTECHNISCH ADVIESBEDRIJF.
an jongs af aan had ze al het idee dat ze
niet in een typisch vrouwenberoep zou be-
landen. “Ik heb altijd gehouden van het ruige werk en van
het opbouwen van mooie grote dingen, zoals wegen en
bruggen”, vertelt Evelien Dinkla, die in haar bedrijfs-
ruimte in het Noord-Hollandse Zwaagdijk de nodige tech-
nische diploma’s en certificaten aan de muur heeft hangen.
Meest recente aanwinst in de lastechniek is haar IWI-C-di-
ploma (International Welding Inspector C). De C geeft
aan dat ze de opleiding op het hoogste niveau heeft vol-
tooid.
Dinkla runt onder de naam Weld-desQ sinds februari als
zzp’er haar eigen lastechnisch adviesbedrijf. Ze vertelt
waarom ze heeft gekozen voor IWI-C en wat deze oplei-
ding inhoudelijk betekent. “Na de MTS Weg- en Water-
bouw ben ik aan de slag gegaan bij A. Hak Nederland BV.
Daar heb ik twintig jaar gewerkt. Ik was er werkvoorbe-
reider en hield me bezig met de inhoudelijke voorberei-
dingen van het werk en de calculaties. Ik heb veel facetten
leren kennen van de aanleg van pijpleidingen.” Maar de
nieuwsgierige Dinkla wilde meer. “Kwaliteit speelt een
zeer belangrijke rol bij de aanleg van pijpleidingen. Deze
moeten bijvoorbeeld voldoen aan de normen van Gasunie
of staan onder toezicht van een notified body zoals
Lloyd’s. De laatste jaren bij mijn werkgever raakte ik
steeds geïnteresseerder in de kwaliteit van de laswerk-
zaamheden. Daarom heb ik in 2008 de opleiding IWT –
middelbare lastechniek gevolgd. Ik vond het interessant
om kennis te maken met lasprocessen en apparatuur en
om materiaalkennis op te doen. Dat trekt mij, simpelweg
omdat dit gewoon in mij zit. Ik heb oog voor detail.”
Gulden middenwegBij A. Hak had Dinkla als werkvoorbereider ook te maken
met de lastechnische dienst, die verantwoordelijk was
voor de kwaliteitsbewaking binnen het bedrijf. Hoe meer
zij zich verdiepte in het werk van deze dienst, hoe meer
het bij haar ging kriebelen om zelf ook iets te doen op het
gebied van kwaliteitsbewaking. “Ik had dan wel de oplei-
ding IWT gedaan, maar ik miste kennis over inspectie en
het uitvoeren van onderzoek naar een las. Dat vind ik na-
melijk het mooie van lastechniek: het is nooit zwart-wit.
Een kleine wijziging in het lasproces kan een groot posi-
tief effect hebben op een bepaalde eigenschap van de las –
maar dit kan tegelijkertijd weer negatieve effecten hebben
op andere eigenschappen die je wenst. Je moet altijd een
gulden middenweg vinden om de beste kwaliteit te kunnen
leveren.”
Opleiding IWI-CTwee jaar geleden voegde Dinkla de daad bij het woord en
besloot zij de opleiding IWI-C te doen. Als afgestudeerde
door Jaap van Sandijk
Evelien Dinkla:‘IWI-C maakt mijn kennis compleet’
Evelien Dinkla (donkerblauwe kleding) in actie
LASKENNISapri l 2013
23
LASKENNIS apri l 2013
Een stukje geschiedenisHet lassen met een elektrische boog is in 1801 ontdekt
door Sir Humphrey Davy. In 1881 ontwikkelde Auguste
de Meritens een booglasapparaat met koolstofelektroden
voor het lassen van loodplaten voor accu’s. De Russen
Bernardos en Olszewski plaatsten de koolstofelektrode in
een geïsoleerd handvat, waar ze in 1887 patent op kre-
gen. Dit was in principe de doorbraak voor het elektrisch
lassen. Charles Coffin patenteerde in 1889 het idee om de
koolstofelektrode te vervangen door een metalen staaf. De
lassen waren echter hard en bros. Het gebruikte staal in
die tijd liet veel te wensen over en was niet te vergelijken
met de kwaliteiten die we nu toepassen. De verontreini-
gingen en het relatief hoge koolstofgehalte gaven aanlei-
ding tot porositeit en scheuren in de overgang. De
porositeit was ook een gevolg van het ontbreken van een
beschermgas of slakbescherming.
In 1907 bedekte Oscar Kjellberg de metalen staaf met een
dunne bekleding, bestaande uit mineralen en enkele orga-
nische stoffen. Het gevolg was een stabielere boog en een
bescherming van het lasbad door de ontwikkelde gassen
uit de bekleding en door de gevormde slak op het smelt-
bad. Dit was een wezenlijke verbetering, die werd opge-
volgd door een reeks van andere procesverbeteringen.
ElektrodeproductieDe productie van de beklede elektrode was vroeger niet
eenvoudig en zeer bewerkelijk. Aanvankelijk werd elke
elektrode met de hand gemaakt. IJzeren staafjes werden
in een pasta ondergedompeld en aan een rek opgehangen
om te drogen. Als de bekleding van de elektrode door het
verticaal ophangen een beetje uitzakte of niet rond werd,
dan moest men dit met schuurpapier weer herstellen. Alles
werd een stuk eenvoudiger toen in 1927 de fabricage van
elektroden door extrusie mogelijk werd. Het is nu moge-
lijk om in de kleine diameters een perssnelheid te halen
van meer dan 1200 stuks per minuut. (Deze snelheid is
wel sterk afhankelijk van het type elektrode dat men
maakt.)
22
Het booglassen met beklede elektrodenHET BOOGLASPROCES MET BEKLEDE ELEKTRODEN BESTAAT AL MEER DAN HONDERD JAAR, MAAR
IS CONTINU VERDER ONTWIKKELD EN VERBETERD. DE SAMENSTELLING VAN DE BEKLEDING IS
BEPALEND VOOR DE LASEIGENSCHAPPEN.
ProcesprincipeAls de elektrodehouderkabel en de werkstukkabel zijn
aangesloten op het lastoestel, dan gaan de elektrode en het
werkstuk fungeren als anode en kathode (+pool en -pool).
De ontsteking van de lasboog vindt plaats door kortslui-
ting van de anode met de kathode, en wel zodanig, dat op
een relatief klein oppervlak een hoge stroomdichtheid ont-
staat. De daardoor ontstane hoge temperatuur zorgt voor
het ioniseren van de metaalatomen. De boog ontstaat
zodra de elektroden op enige afstand van elkaar worden
gebracht. De mate waarin de kathode elektronen kan uit-
stoten en de boogatmosfeer geïoniseerd kan worden, zijn
bepalend voor het gedrag van de boog. De warmte van de
boog laat een deel van het werkstuk en de elektrode (met
de bekleding) smelten. De bekleding vormt slak die het
smeltbad afschermt van de atmosfeer. De gestolde slak
moet verwijderd worden voor het aanbrengen van de vol-
gende lasrups en als de las klaar is. Omdat er steeds een
nieuwe elektrode nodig is, kunnen er alleen korte stukken
achter elkaar gelast worden. Het resultaat van de las is af-
hankelijk van de vaardigheid van de lasser.
Laskennis opgefrist 2Typen elektroden• Cellulose elektrodenDeze typen hebben in de bekleding een hoog gehalte aan
cellulose. Het gevolg hiervan is een fel spuitende boog die
een diepe inbranding veroorzaakt in relatief korte tijd,
waardoor hoge lassnelheden kunnen worden bereikt. De
cellulose veroorzaakt veel rook en spatten.
Cellulose elektroden worden toegepast als grondlaag en
tweede laag bij het lassen aan pijpleidingen. Deze wijze
van lassen vraagt om bijzonder vakmanschap.
Ook in de scheepsbouw wordt dit type toegepast. De elek-
trode is relatief ongevoelig voor roest, overbrugt grote
vooropeningen, en is uitstekend te gebruiken in de verti-
caal neergaande positie.
• Rutiel elektrodenRutiel elektroden bevatten in de bekleding een hoog ge-
halte aan rutiel (TiO2) en siliciumoxide (SiO2). De lasboog
is relatief zacht en er ontstaan minder spatten. De elek-
trode ontsteekt gemakkelijk en het lasmetaal vloeit goed
aan. Dit is een groot voordeel als de constructie op ver-
moeiing wordt belast. Vergeleken met een cellulose elek-
trode is de inbranding kleiner.
Rutiel elektroden zijn verkrijgbaar voor alle lasposities,
zowel voor wisselstroom als voor gelijkstroom. De elek-
trode wordt in de praktijk vooral toegepast voor het vul-
len van naden en voor het vervaardigen van hoeklassen.
Voor deze toepassingen wordt aan de elektrode ijzerpoe-
der toegevoegd om het rendement te verhogen.
• Basische elektrodenBasische elektroden hebben in de bekleding een hoog ge-
halte aan krijt (calciumcarbonaat) en vloeispaat (calcium-
fluoride). Deze stoffen hebben een sterk reinigende
werking op het smeltbad, waardoor een zuiver, schoon
lasbad verkregen wordt, zonder een hoog gehalte aan on-
gewenste gassen. Dit verbetert de mechanische eigen-
schappen aanzienlijk, in het bijzonder de kerftaaiheid.
De lasbaarheid is vergeleken met een rutiel elektrode min-
der goed. Men moet lassen met een korte boog. De las
geeft een grove tekening en bij verkeerd gebruik kunnen
gemakkelijk inbrandkerven ontstaan. De slaklossing is
minder goed dan bij een rutiel elektrode.
Door de chemische samenstelling van de bekleding en een
speciale behandeling van de elektrode kan men een las-
metaal verkrijgen met een zeer laag waterstofgehalte. Er
zijn basische elektroden verkrijgbaar met een waterstof-
gehalte van < 5 ml/100 gram neergesmolten lasmetaal.
Voor speciale toepassingen zijn er zelfs elektroden op de
markt met een waterstofgehalte van < 3 ml/100 gram
neergesmolten lasmetaal. Dit geeft enorme voordelen bij
het lassen van staalsoorten en constructies die gevoelig zijn
voor waterstofscheuren. Door vacuüm verpakken kan het
lage waterstofgehalte van de elektrode over een lange tijd
worden gegarandeerd.
Samengevat:
Cellulose
Diepe inbranding in alle posities
Uitstekend lasbaar in de verticaalneergaande positie
Acceptabele mechanische eigenschappen
Hoog waterstofgehalte, waardoor gevaar voor koudscheuren in de warmtebeïnvloede zone, vooral bij toepassing in hardbare staalsoorten
Rutiel
Het meest toegepaste type
Uitstekend lasbaar
Mooie gladde lassen die goed aanvloeien
Goede slaklossing
Verkrijgbaar in vele varianten en diameters
Redelijk goede mechanische eigenschappen
Relatief hoog waterstofgehalte
Basisch
Zeer zuiver lasmetaal
Uitstekende mechanische eigenschappen (goede kerftaaiheid)
Extreem laag waterstofgehalte mogelijk
Het lasmetaal geeft hoge zekerheid bij constructies die worden blootgesteld aan hoge eigenspanningen
Het lasmetaal geeft een relatief grove tekening
Indien niet door een vakman verlast kunnen inbrandkerven ontstaan
Minder goede slaklossing
Elektroden met verhoogd rendementZowel bij rutiel als bij basische elektroden kan toevoeging
van ijzerpoeder het rendement verhogen tot 120 à 240 %.
Het rendement wordt berekend door het gewicht van het
neergesmolten lasmetaal te delen door het gewicht van de
verbruikte kerndraad en dit met 100 te vermenigvuldigen.
Elektroden met verhoogd rendement worden toegepast
voor het vullen van naden en het leggen van hoeklassen.
De elektroden worden meestal slepend verlast, zijn zeer
economisch en aantrekkelijk voor de lasser.
LasapparatuurDe meeste elektroden zijn geschikt
voor zowel gelijkstroom als wissel-
stroom, met uitzondering van (vooral
basische) varianten die specifiek voor
gelijkstroom zijn ontwikkeld. De voor
wisselstroom ontwikkelde elektroden
laten zich bijna allemaal ook uitste-
kend op gelijkstroom lassen.
De lasapparatuur voor het booglassen
met beklede elektroden is de laatste
decennia aanmerkelijk kleiner en lich-
ter geworden door toepassing van de
invertertechnologie. De toepassing op
montage wordt hierdoor vergemak-
kelijkt. Deze lasapparatuur kan relatief eenvoudig wor-
den uitgebreid voor andere processen door het monteren
van modules voor het MIG/MAG- en het TIG-lassen.
LASKENNIS apri l 2013
24
overgaande druppel
beschermende gasmantel
slak las
werkstuk
beklede elektrode
lasboog
smeltbadinbranding
StroomsterkteDe toe te passen stroomsterkte is afhankelijk van de kern-
draaddiameter en het rendement van de elektrode. Bij een
normale elektrode, zonder hoogrendement, kan men ca.
40 A per mm doorsnede aanhouden als lasstroom. Voor
een elektrode met een kerndraaddiameter van 4 mm wil
dit zeggen zo’n 160 A. In de praktijk worden waarden ge-
bruikt tussen de 140 en 180 A.
Schematische voorstelling van het booglasproces met beklede elektrode
Globale ranges voor de toepasbare stroomsterkte
www.kemppi.com
Niko HovinenPelicans
IJshockey team
Valtteri BottasWilliams Formule 1
Jukka RanivaaraKemppi Oy
Topprestaties uit Finland!
www.binzel-benelux.com
T E C H N O L O G Y F O R T H E W E L D E R ’ S W O R L D
De nieuwe E3® wolfraamelektroden:
Een uitgekiende blend van oxidesgarandeert uitmuntende prestaties.
■ De beste ontstekings- en herontstekingseigenschappen■ Bruikbaar voor zowel DC als AC TIG-lassen■ Hoge belastbaarheid■ Geringe slijtage van de elektrodepunt
dé keuze voor de toekomst.
Vakbeurs & CongresDinsdag 4 juni en Woensdag 5 juni 2013
NH Conference Centre Koningshof, Veldhoven
“Maakt verborgen waarden van materialen zichtbaar”
www.materialenbeurs.nl1e editie / Nieuw!
Zorg dat u er bij bent!
Alles over materiaalinnovaties, karakterisering en specialistische bewerkingenExpositie van 70 specialistische bedrijven en kennisinstellingenRuim 40 innoverende en inspirerende lezingenCompact en effectiefInformeel en laagdrempeligGratis entree voor bezoekers
Met ondersteuning van:Deze aflevering in de rubriek 'Laskennis opgefrist' is een bewerking van 'Job Knowledge for welders Part 2' uitTWI Connect (TWI Ltd, Cambridge, UK) door Karel Bekkers.
27
NDO / DO - NDOapri l 2013NDO / DO - NDO apri l 2013
26
lke vier jaar is een klein team van visueel on-
derzoekers gedurende de zomermaanden
druk met het inspecteren van circa 110 verwijsmasten van
McDonald’s door heel Nederland. Dat gebeurt door mid-
del van visueel onderzoek op basis van een door McDo-
nald’s USA opgestelde inspectie-richtlijn. Volgens
projectleider Jan Willem Vissers van Element Materials
Technology in Hengelo is visuele inspectie een niet te on-
derschatten onderzoeksmethode. “Elk onderzoek begint
met visuele inspectie, niet alleen in-service inspectie, ook
schadeonderzoek. Je moet goed weten waar je op moet
letten en hoe je moet interpreteren wat je ziet.”
IngegravenOp tafel ligt een dik rapport met daarin de resultaten van
de laatste inspectieronde van de McDonald’s masten in
2011. Het rapport bevat veel foto’s van details van diverse
delen van de masten, vooral de situaties die voor verbete-
ring vatbaar zijn. Vissers: “Op basis van onze bevindingen
brengen we advies uit aan de betreffende filiaalhouders.
Zij zijn namelijk verantwoordelijk voor het onderhoud
van hun eigen masten. Maar het rapport gaat ook naar
McDonald’s Nederland.”
De oudste masten van McDonald’s zijn gebouwd in 1987
en vervaardigd van constructiestaal. Tegenwoordig wor-
den de masten standaard verzinkt. Jan Willem Vissers ver-
telt hoe de inspectie van een verwijsmast in zijn werk gaat
en waar de inspecteurs van Element vooral op moeten let-
ten. “Elke mast wordt van onder tot boven visueel geïn-
specteerd. Daar komt altijd een hoogwerker aan te pas.
De masten zijn door middel van een aangelaste flens met
bouten op een betonnen fundering vastgemaakt. De mas-
ten zelf hebben een hoogte van 4 tot 40 meter. Bovenaan
zit het consolestuk waaraan het reclamebord bevestigd
is.” Het grootste probleem ligt echter volgens Vissers bij
de voet van de mast. “De voet moet vrij liggen, er moet
lucht bij kunnen om corrosie zoveel mogelijk te beperken.
We zien wel eens dat de voet wordt ingegraven of dat er
een tuintje omheen is aangelegd. Soms staat de mast zelfs
midden in een vijvertje. Daar zijn de meeste coatings niet
tegen bestand, en we adviseren dan ook om dat zo snel
mogelijk aan te passen.” De opdracht voor de visuele in-
spectie is scherp afgebakend: als de voet bijvoorbeeld te
diep is ingegraven of als er een kast omheen is gebouwd,
kan de visueel inspecteur deze niet inspecteren en vermeldt
dat in zijn rapport. Er is dan dus geen duidelijkheid om-
trent de algehele gesteldheid van deze mastvoet en of deze
mogelijk gevaar oplevert!
GatenBehalve de voet is er nog een gevoelige plek, de binnen-
kant van de mast. Deze is namelijk gevoelig voor roest.
Via een inspectieluikje kunnen de inspecteurs de binnen-
kant van de mast bekijken, met behulp van een spiegeltje
of met een endoscoop. Vooral bij de oudere, niet-verzinkte
masten ontstaat gemakkelijk een uniform gecorrodeerd
oppervlak dat geleidelijk afschilfert. Deze corrosiepro-
ducten verzamelen zich onderin de mast en trekken vocht
aan, waardoor versnelde corrosieve aantasting van de
mast ontstaat. “Het is dus belangrijk om opgehoopte roest
te verwijderen en de mast inwendig te coaten. Bij inwen-
dig verzinkte of gecoate masten is dit probleem veel klei-
ner.”
Langs de gehele lengte van de mast letten de inspecteurs
van Element op de aanwezigheid van roest of beschadi-
gingen in de coating. Er mogen behalve het inspectieluikje
geen extra gaten in de mast zijn gemaakt. “Dat is wel eens
gebeurd bij een mast waar men een extra elektriciteitska-
bel naar binnen wilde leiden. Maar als je onder in de mast
een gaatje boort, heeft dat meteen een nadelig effect op de
totale sterkte”, aldus Vissers. Ook mogen er geen delen
aan de mast bevestigd zijn waarvoor deze niet ontworpen
WIE KENT ZE NIET? DE VERWIJSMASTEN MET DE GELE M, DIE AUTOMOBILISTEN NAAR DE DICHTST-
BIJZIJNDE VESTIGING VAN EEN BEKENDE HAMBURGERKETEN LEIDEN. DEZE MASTEN WORDEN
PERIODIEK VISUEEL GEÏNSPECTEERD DOOR ELEMENT MATERIALS TECHNOLOGY.
WAT VALT ER NU TE ZIEN AAN ZO’N MAST?
is, zoals antennes voor mobiele telefonie, camera’s en lam-
pen. “Al deze zaken verzwakken de mast, en dat is vragen
om problemen.”
Het consolestuk, de overgang van mast naar reclamebord,
vraagt ook om extra aandacht. Soms constateert men
overmatige corrosie of zelfs scheuren. “Je ziet niet altijd
meteen of het alleen de coating is die gescheurd is, of ook
de las die eronder zit. We moeten ons echter beperken tot
visuele inspectie, en zullen in zo’n geval adviseren om een
nadere inspectie uit te laten voeren. Daar is een separate
opdracht voor nodig.”
KermisattractiesEen ander mooi voorbeeld van visuele inspecties is het on-
derzoeken van kermisattracties. KMG Europe B.V. (Ker-
mis- en Machinebouw Gaasendam) is gespecialiseerd in
het construeren en exploiteren van kermisattracties die ge-
makkelijk en snel op te bouwen en af te breken zijn. We-
reldwijd zijn er meer dan 200 KMG-attracties in gebruik.
Vissers: “KMG bedenkt en ontwerpt zelf de nieuwe at-
tracties. Een ontwerp wordt hierbij uitgetekend en de las-
details worden doorberekend aan de hand van aannames,
zoals de verwachte belasting. Dit ontwerp wordt gekeurd
door TÜV SÜD, als notified body.
“Element is vanaf de nieuwbouw van de attracties be-
trokken bij het noodzakelijke niet-destructieve onderzoek.
Tijdens de nieuwbouw van attracties onderzoeken we de
lassen visueel, magnetisch en ultrasoon. Voor elk lasdetail
bepaalt KMG welke inspecties er nodig zijn. De inspectie-
specificaties zijn gebaseerd op standaardnormen, zoals de
NEN-EN 970 voor visueel onderzoek van gesmeltlaste
verbindingen. We stellen een fabricageboek samen, waarin
de NDO-rapportage, maar ook lassers- en lasmethode-
kwalificaties, materiaalcertificaten, etc. zijn opgenomen.
Dit fabricageboek leveren we aan KMG en het geheel
wordt gekeurd door TÜV SÜD.” KMG bepaalt met welke
frequentie de attractie periodiek gecontroleerd moet wor-
den tijdens zijn levensduur. “Het hele onderhoudsplan
wordt tegelijk met de attractie geleverd aan de exploitant,
en als de attractie in Nederland blijft, doen wij de jaar-
lijkse visuele inspecties.”
door Margriet Wennekes
Bovenaan zit het consolestuk waaraan het reclamebord is bevestigd
Bovenaan zit het consolestuk waaraan het reclamebord is bevestigd
asten kijken
ErvaringWat maakt iemand nu eigenlijk tot een goede visueel in-
specteur? Vissers: “Je hebt vooral kennis van zaken nodig:
je moet in de eerste plaats weten waar je naar moet kijken
en je moet goed kunnen interpreteren wat je ziet. Hoe
hoort het oppervlak van een las eruit te zien? Mag er roest
op zitten of niet? Wat zijn de mogelijke faalmechanismen?
Dat is ook een kwestie van ervaring.” Visueel onderzoek
is één van de NDO-technieken waarvoor je gecertificeerd
moet zijn volgens de norm NEN-EN 473. Behalve zijn
ogen gebruikt een visueel inspecteur ook allerlei tooltjes,
bijvoorbeeld een a-hoogtemeter, een spiegeltje of een en-
doscoop. Naar aanleiding van zijn bevindingen kan de vi-
sueel inspecteur een vervolgonderzoek adviseren, zoals
laagdiktemetingen naar aanleiding van zichtbare corrosie,
of onderzoek met andere NDO-technieken.
Fouten uit het verledenVisueel onderzoek wordt enorm veel uitgevoerd. Bruggen,
masten, kranen, kermisattracties: alle constructies worden
visueel onderzocht tijdens nieuwbouw en gedurende de le-
vensduur. Ook bij schadeonderzoek is visuele inspectie de
eerste stap. Na het vaststellen van mogelijke schademe-
chanismen (overbelasting, corrosie, vermoeiing, etc.) kan
de oorzaak van de schade worden vastgesteld. Maar heb-
ben we inmiddels geleerd van fouten uit het verleden? Vis-
sers: “Ik zou graag antwoorden van wel, maar we zien
toch dat dezelfde fouten zich herhalen. Het begint met ma-
teriaalkunde, daar ontbreekt vaak de kennis, vooral bij de
jongere generatie. Daarnaast worden ook nieuwe materi-
alen en productiemethoden ontwikkeld, waarmee men
nog ervaring moet opbouwen. Voor ons betekent het in
elk geval dat we voorlopig veel werk hebben. Van de eco-
nomische crisis hebben wij wat dat betreft geen last.”
NDO / DO - NDO apri l 2013
28
2-daagse WorkshopHet visueel beoordelen van
LASVERBINDINGENMeer informatie over deze en andere workshops vindt u op www.nil.nl
advertentie
ErkenningSommige klaagden nog wel eens over het feit dat het NIL-
IIW-certificaat van deze opleiding niet geaccepteerd zou
worden. De IWI-opleidingen zijn echter gelijkwaardig aan
de CSWIP- en AWS-certificeringen. Het zal nu duidelijk
zijn dat het afwijzen van een IWI-kwalificatie vooral iets
zegt over het gebrek aan kennis van de opdrachtgever op
het gebied van lasnormen.
Gelukkig is er steeds meer aandacht voor de nieuwe las-
normen die duidelijk voorschrijven aan welke deskundig-
heid het personeel moet voldoen dat te maken heeft met
lasactiviteiten. Volgens de betreffende normen, moeten
apr i l 2013
31
Nederlandse situatieKijken we naar de Nederlandse situatie, dan zien we dat
- geheel in lijn met de internationale systemen - het NIL de
lasinspectie ook in drie niveaus heeft onderverdeeld (vol-
gens richtlijnen in de NEN-EN-ISO 17637 en NEN-EN-
ISO 14731):
De cursus IWI-C draait al enige jaren en sinds vorig jaar
is er ook de cursus IWI-S. In de komende tijd zal er ook
een cursus voor het niveau IWI-B gereed komen, als de
reeds bestaande NIL-cursussen voor lasbeoordelaar wor-
den aangepast om in het certificerende systeem van de IIW
te worden opgenomen. Hiermee zijn dan alle lasinspectie-
opleidingen van het NIL geheel conform de IIW-richtlij-
nen.
Aangezien het NIL zowel binnen Europa (artikel 13 in-
stelling) als internationaal als Authorized National Body
(ANB) erkend is, betekent dit een brede en internationale
erkenning van de NIL-certificaten. Alle IWI-certificaten
zijn daarom voorzien van het officiële IIW-embleem. Las-
technisch personeel dat in het bezit is van één van boven-
genoemde certificaten voldoet dus aan de essentiële eisen
die zijn neergelegd in de NEN-EN-ISO 3834 en de NEN-
EN-ISO 14731.
Heel globaal kunnen we dan qua niveau de Nederlandse
lasinspectie volgens het NIL als volgt indelen:
NDO / DO
e afkorting IWI staat voor International
Welding Inspector, wat al direct aangeeft
dat we hier te maken hebben met een internationaal ope-
rerend systeem. Oorspronkelijk opgezet door de EWF
(European Federation For Welding, Joining and Cutting)
en inmiddels overgenomen door het International Insti-
tute of Welding (IIW).
Gelukkig worden steeds meer Europese normen (EN)
overgenomen in de ISO, met als bekende voorbeelden
NEN-EN-ISO 5817 en NEN-EN-ISO 3834. Deze normen
gaan over de kwaliteitseisen en kwaliteitsniveaus bij smelt-
lasverbindingen. Die kwaliteit kan uiteraard worden ge-
controleerd door degenen die de lasvoorschriften hebben
opgesteld. Maar veel opdrachtgevers houden niet meer zo
van het systeem ‘de slager keurt zijn eigen vlees’ en meer
en meer zien we - ook in de normen - een tendens om ‘on-
afhankelijke’ lasinspectie toe te passen. Dat deze lasin-
specteurs een brede lastechnische kennis moeten hebben,
zal duidelijk zijn. De opdrachtgever verwacht natuurlijk
een gedegen inspectie van alle facetten van het uit te voe-
ren laswerk, omdat dit van grote invloed is op de uitein-
delijke kwaliteit van de totale constructie of installatie.
NiveausWaaraan moet de lasinspecteur voldoen? Als voorbeeld
nemen we het gerenommeerde Engelse CSWIP-systeem.
CSWIP stond oorspronkelijk voor Certification Scheme
for Welding Inspection Personnel. De aanduiding CSWIP
is hetzelfde gebleven, maar de naam is tegenwoordig Cer-
tification Scheme for Personnel. Zij certificeren tegen-
woordig namelijk meerdere vakgebieden.
WERELDWIJD WORDEN DRIE NIVEAUS VAN LASINSPECTIE ONDERSCHEIDEN. OP HET HOOGSTE NIVEAU
IS DE LASINSPECTEUR VOORAL EEN BEWAKER VAN HET TOTALE LASKWALITEITSSYSTEEM.
IN ENGELAND IS DAT DE SENIOR WELDING INSPECTOR, IN AMERIKA DE SENIOR CERTIFIED WELDING
INSPECTOR EN IN NEDERLAND DE INTERNATIONAL WELDING INSPECTOR C.
door Ad de Roode
NDO / DO apri l 2013
CSWIP onderscheidt (volgens eigen zeggen conform de
ISO 17637) drie niveaus van lasinspectie, namelijk:
De Senior Welding Inspector (3.2) heeft als specifieke
extra taak ‘supervising’. De taak van deze 3.2 lasinspec-
teur is dus veel uitgebreider dan het eenvoudig visueel be-
oordelen van lassen. De totale lasactiviteiten vallen onder
zijn verantwoordelijkheid, dus ook de controle op juist-
heid van alle lasdocumenten en controle van apparatuur
en lasparameters. Er bestaan twee typen 3.2-lasinspec-
teurs, namelijk lasinspecteurs zónder bevoegdheid tot ra-
diografisch filmlezen (3.21) en lasinspecteurs mét
bevoegdheid tot radiografisch filmlezen (3.22).
Ook in de Verenigde Staten erkent men al jaren het be-
lang van de lasinspectie. Daar is het de American Welding
Society (AWS) die een systeem van lasinspectie heeft op-
gezet dat praktisch gelijkwaardig is aan dat van CSWIP,
namelijk:
Jammer is dat de samenwerking op dit terrein tussen
CSWIP en AWS vorig jaar is verbroken (wat betreft de we-
derzijdse acceptatie van certificaten). Overigens geeft dit
wel aan dat de niveaus van CSWIP en AWS dus ongeveer
gelijkwaardig zijn aan elkaar. Ook in het AWS-systeem
heeft de Senior Welding Inspector duidelijk ‘supervising’
taken.
lasinspecteurDe waarde van de internationale
‘Meer en meer een kwaliteitscontrolefunctie’
30
Visual Welding Inspector 3.0 (level 1)Welding Inspector 3.1 (level 2)Senior Welding Inspector 3.2 (level 3)
Certified Associate Welding Inspector (level 1)Certified Welding Inspector (level 2)Senior Certified Welding Inspector (level 3)
International Welding Inspector, basic IWI-B (level 1)International Welding Inspector, standard IWI-S (level 2)International Welding Inspector, comprehensive IWI-C (level 3)
IWI-B De lasinspecteur die het laswerk alleen visueel controleert aan de hand van een werkvoorschrift.IWI-S De lasinspecteur die het laswerk inspecteert en beoordeelt of het voldoet aan de criteria in de norm
(bijvoorbeeld de NEN-EN-ISO 5817).IWI-C De lasinspecteur die zorgt voor het toezicht op alle lasparameters, die kwaliteitsdocumenten controleert
en eventueel verder onderzoek laat uitvoeren door middel van NDO.Dit gaat dus niet alleen om lasonderzoek maar betreft meer en meer een kwaliteitscontrole-functie. Voor dit niveau geeft de Duitse term ‘Schweissaufsicht’ precies aan wat hier bedoeld wordt, namelijk het totale toezicht op de lastechnische activiteiten.
niet alleen de lasser en de lasdeskundigen een duidelijk
omschreven kennisniveau hebben, maar zeker ook de las-
inspecteur. De controle op de bewaking van de laskwali-
teit door de inspecteur is een voorwaarde voor kwalitatief
hoogwaardige producten en constructies. Dat de door het
NIL gecertificeerde IWI-lasinspecteurs hier een belangrijke
rol in kunnen spelen is duidelijk. Niet alleen omdat het in
de norm staat en omdat het moet, maar omdat hiermee de
hoogwaardige Nederlandse laskwaliteit wordt gewaar-
borgd. Want ‘gewoon lassen’ kan bijna de hele wereld,
maar bijzondere en gecompliceerde lasprocessen uitvoe-
ren, dat kunnen we in Nederland veel beter.
NDO / DO - DO apri l 2013
32
door Geri van Krieken
et belang van lasmethodekwalificaties
spreekt voor zich. Het verifiëren van de me-
chanische eigenschappen van een lasverbinding biedt ze-
kerheid omtrent de kwaliteit en belastbaarheid van
verbindingen die op dezelfde wijze gelast zijn. Maar be-
paalde lassen en/of componenten moeten bestand zijn
tegen bijzondere of zware omstandigheden. Denk bij-
voorbeeld aan toepassingen in corrosieve milieus. Ook
dan is het prettig om te weten of de las ook bestand is
tegen deze extreme omstandigheden. Dit betekent dus dat
een aanvullende test wordt vereist naast de standaard me-
chanische beproeving. Zeker in de olie- en gasindustrie is
dit meer regel dan uitzondering. Deze aanvullende eisen
hebben menig lasdeskundige slapeloze nachten en hoofd-
brekens gekost. Want één wetmatigheid geldt ook hier: de
beste las is geen las, en als er iets stuk gaat of als de las-
verbinding faalt, dan is het probleem bijna altijd gestart in
of vlak naast de las.
Soorten corrosietestenIn de loop van de tijd zijn er zeer veel uiteenlopende cor-
rosietesten ontwikkeld. Doel van deze testen is om ver-
sneld (in een zeer korte periode) een uitspraak te kunnen
doen over de gevoeligheid van het materiaal of de lasver-
binding voor de specifieke omstandigheden waaronder de
component toegepast wordt. Vaak gaat het daarbij om
roestvast staalsoorten, voornamelijk de austenitische soor-
ten en duplex varianten. Afhankelijk van de toepassing
test men de gevoeligheid van het materiaal en de lasver-
binding.
Voorbereiding corrosietestenDe voorbereiding van monsters die uit de las genomen
worden, is voor elke corrosietest weer anders. Dit is niet
alleen afhankelijk van de genormeerde test, maar ook van
de aanvullende specificatie die van toepassing is. Sommige
klantspecificaties eisen aanvullende of andere behande-
lingen van het monster dan de norm beschrijft. Bij som-
mige testen mag de las weggeslepen worden en het hele
monster geschuurd en gepoetst worden. Andere daaren-
tegen eisen dat de las onaangetast blijft terwijl je het ba-
sismateriaal wel mag schuren. Hoe gladder het oppervlak,
des te gunstiger de corrosietestresultaten zullen uitvallen.
Soms kom je als onderzoeker in een lastige positie: je kijkt
bij een corrosiemonster naar de root en je ziet daar een
slakrestje zitten. Je mag niet aan de las komen, maar de
kans bestaat dat het slakdeeltje tijdens de proef verdwijnt.
Dat zorgt voor een gewichtsverlies dat niets met corrosie
te maken heeft. Maar het deeltje proberen te verwijderen
is ook lastig: als er een kras ontstaat kan er weer sneller
corrosie optreden. Een dilemma dus, waar klantspecifica-
ties met hun soms zeer strenge eisen aan voorbij gaan.
OPDRACHTGEVERS EISEN STEEDS VAKER AANVULLENDE CORROSIETESTEN VOOR DE LASMETHODE-
KWALIFICATIE, MET NAME VOOR COMPONENTEN DIE ONDER ZWARE OMSTANDIGHEDEN WORDEN
INGEZET. DIT ARTIKEL BEHANDELT EEN AANTAL VAN DE MEEST TOEGEPASTE CORROSIETESTEN. IN
EEN VERVOLGARTIKEL KOMEN CORROSIETESTEN AAN DE ORDE VOOR ‘SOUR SERVICE’ IN DE OLIE-
EN GASINDUSTRIE.
• Putcorrosie testmethode volgens ASTM G 48 • Intermetallische fasen, testmethode volgens ASTM A923• Interkristallijne corrosie, ASTM G28 en ASTM A262 - Practice E Strauss Test, ASTM A262 - Practice B Streicher Test• Sulfide spanningscorrosietesten volgens NACE TM 0177 (uitleg in deel 2)
De volgende corrosietesten worden regelmatig uitgevoerd op lasverbindingen:
CORROSIETESTEN voor lasverbindingen, deel 1
ComfortabelVeelzijdig
en
Vernieuwde 3M™ Speedglas™ 100 Laskappen
De gebruiksvriendelijke Speedglas 100 Laskappen bieden nu nog meer comfort en gebruiksmogelijkheden. De laskappen hebben een automatisch donkerkleurend Speedglas lasfi lter van ongekende optische kwaltiteit. Het lasfi lter 100V is variabel instelbaar met donkerkleuren DIN 8 tot 12.
Nieuw• In de lichte kleur DIN 3 vast te zetten, ideaal voor slijpwerkzaamheden• Instelbare schakeltijd van donker-naar-licht • Meerdere gevoeligheidsinstellingen voor een optimale boogdetectie• Nieuw ontwerp hoofdband • Ingebouwde leesglashouder
Nu extra aantrekkelijk
Bij aankoop van een Speedglas 100 Laskappen met een 100V Lasfi lter krijgt u TIJDELIJK 10 BESCHERMRUITEN GRATIS! Maak uw keuze uit een van de twaalf graphic uitvoeringen, of de standaard zwarte laskap. Vraag uw leverancier naar de voorwaarden.
The Power to Protect Your WorldSM
GRATIS beschermruiten
3M Nederland B.V. , Afdeling Veiligheidsproducten, Postbus 193, 2300 AD Leiden, E-mail:[email protected] Belgium N.V. , Afdeling Veiligheidsproducten, Hermeslaan 7, 1831 Diegem, E-mail :[email protected]
35
NDO / DO - DOapri l 2013
32
NDO / DO - DO apri l 2013
34
Putcorrosie, ASTM G48Bij deze corrosietest worden monsters van bepaalde af-
metingen in een testvloeistof van 6% FeCl3 gedaan. De
vloeistof is zeer corrosief door de aanwezigheid van chlo-
ride-ionen en oxiderende ijzerionen. De temperatuur
wordt constant gehouden en is zeer afhankelijk van het
materiaal en de norm of klantspecificatie. Veel voorko-
mende temperaturen zijn 22 ± 2 °C of 50 ± 2°C. De loop-
tijd van de test varieert van 24 uur tot 72 uur. Als de test
afgelopen is worden de monsters schoongemaakt en goed
drooggemaakt, gewogen en onder de macroscoop gecon-
troleerd op putvorming.
Intermetallische fasen, ASTM A923De ASTM A923 is ontwikkeld om bij duplex roestvast
staal de gevoeligheid voor de uitscheiding van intermetal-
lische fasen en dus interkristallijne corrosie te testen. Het
grappige is dat als het materiaal gevoelig is voor deze test-
methode, zich dat vaak uit in de vorming van putcorrosie.
ASTM A923 methode C en ASTM G48 lijken erg veel op
elkaar; het grootste verschil is dat bij de G48 de tijd, tem-
peratuur, het beoordelen van de corrosie en de accepta-
tiecriteria door de klant gegeven moeten worden, terwijl
deze bij de ASTM A923 vastliggen. Bij ASTM A923 gaat
het puur om de metallische fasen: is het materiaal gevoe-
lig, dan ontstaan er wel putten, maar dan nog gaat het bij
deze test alleen om de gewichtsafname en niet om de vor-
ming van putcorrosie.
Interkristallijne corrosie, ASTM G28De ASTM G28 omvat twee methoden, A en B.
Methode A is ooit ontwikkeld als kwaliteitscontroletest
bij de productie van Cr-Ni-Mo-legeringen, om te contro-
leren of het materiaal wel de juiste gloeibehandeling had
gehad. De methode maakt gebruik van een testvloeistof
van 600 ml 50% H2SO4 + 25g Fe2(SO4)3 in H2O onder
kooktemperatuur gedurende 24 uur. Als de corrosiesnel-
heid te hoog is, dan kan gezegd worden dat het basisma-
teriaal niet de juiste warmtebehandeling heeft gehad.
Tijdens de test zullen de korrelgrenzen versneld aangetast
worden. Bij lasverbindingen kan een te hoge corrosiesnel-
heid erop wijzen dat de warmte-beïnvloede zone nadelig
is beïnvloed door de laswarmte en dat er uitscheidingen op
de korrelgrenzen hebben plaatsgevonden.
Methode B is ontwikkeld in de jaren zeventig als een
nauwkeuriger methode om de gevoeligheid voor inter-
kristallijne corrosie aan te tonen. De methode maakt ge-
bruik van een testvloeistof van 23% H2SO4 + 1.2% HCl
+ 1% FeCl3 + 1% CuCl2 bij kooktemperatuur gedurende
24 uur.
Methode A veroorzaakt een hoge algehele corrosieaf-
name, waardoor het moeilijker is om de gevolgen van uit-
scheidingen langs korrelgrenzen waar te nemen. Methode
B is veel minder agressief dan methode A, waardoor kleine
veranderingen goed gemeten kunnen worden.
Strauss Test en Streicher TestDe methode volgens ASTM A262 betreft een hele verza-
meling van verschillende corrosietesten, allemaal vermeld
in één norm. Voor het lassen worden voornamelijk de
Strauss Test en de Streicher Test gebruikt. In dit artikel be-
perken we ons daarom tot deze twee methoden van de
ASTM A262.
De Practice E Strauss Test is speciaal ontwikkeld voor aus-
tenitisch materiaal, om de gevoeligheid voor interkristal-
lijne corrosie te meten, die veroorzaakt wordt door de
precipitatie van chroomrijke carbiden. Nadat het monster
aan een vloeistof van 16% zwavelzuur met kopersulfaat is
blootgesteld, wordt het onderworpen aan een buigproef
over 180° over een diameter die gelijk is aan de dikte van
het monster. Daarna wordt het visueel beoordeeld.
De Practice B Streicher Test is een kwantitatieve meetme-
thode waarbij de gemiddelde corrosiegevoeligheid van het
materiaal gemeten wordt. Hierbij is het gewichtsverlies
bepalend. Bij deze methode wordt een monster gedurende
24 tot 120 uur in kokende vloeistof met 50% zwavelzuur
en ijzersulfaat gedaan. Door deze behandeling kan er in-
terkrisallijne corrosie optreden ten gevolge van uitschei-
dingen van chroomcarbiden langs de korrelgrenzen. Deze
test wordt toegepast voor austenitische roestvaste staal-
soorten en voor nikkellegeringen.
BeoordelingDe beoordeling van de resultaten is afhankelijk van de
specificaties. Soms wordt er gewerkt met het maximale
gewichtsverlies dat op mag treden tijdens de corrosietest;
voor andere specificaties volstaat bijvoorbeeld de opmer-
king dat er geen putcorrosie gevonden werd. Weer andere
specificaties vereisen dat de corrosiesnelheid berekend
wordt, en weer andere vragen een combinatie van de hier-
boven genoemde aspecten. Dit kan soms betekenen dat er
naast het wegen en visueel-macroscopisch beoordelen van
de monsters ook microscopische doorsneden gemaakt
moeten worden om te controleren hoe ernstig de corro-
sieve aantasting is.
Te zware corrosie-eisenHelaas worden we regelmatig geconfronteerd met zeer
zware corrosie-eisen in klantspecificaties. Vooral bij du-
plex lassen worden er vaak absurd hoge eisen gesteld, die
nauwelijks haalbaar zijn. En als de test al met goed gevolg
is afgelegd, dan nog weet men zeker dat geen enkele pro-
ductielas precies zo gelast wordt als de testkwalificatielas,
uitzonderingen daargelaten. En dat is eigenlijk wel heel
triest, want hiermee wordt alleen de papieren kwaliteits-
tijger gevoed en een schijn-laskwaliteit gerealiseerd. De re-
latie tussen LMK, corrosietestresultaten en de
daadwerkelijke productielassen is er niet meer.
Het vervelende van corrosie is dat het enige tijd duurt
voordat het zich openbaart, dus hoe erg het is dat de wer-
kelijke productielassen minder corrosiebestendig zijn als
de LMK doet geloven is nog niet bekend. Als er nog nooit
een haan naar gekraaid heeft, kan men dus voorzichtig
concluderen dat de eisen vermeld in klantspecificaties
vaak te hoog zijn. Het is te hopen dat klantspecificaties
het voorbeeld van de Norsok (die toch bekend staat als
een zeer strenge norm) ten aanzien van duplex gaan vol-
gen en de eisen aan lasverbindingen realistisch bijstellen.
Zodat de resultaten van de LMK-beproeving weer zeker-
heid bieden over de mechanische eigenschappen van de
productielasverbinding.
PutcorrosiePutcorrosie, ook wel pitting genoemd, is het ver-schijnsel dat zich putjes in het oppervlak vormen. Put-corrosie komt voornamelijk voor bij materialen die huncorrosiebestendigheid danken aan een beschermendeoxidelaag, zoals roestvast staal. Bij beschadiging vande oxidelaag in combinatie met chloriden (denk aanzeewater of zwembadwater of -damp) gaan de chlo-ride-ionen het herstellen van de oxidelaag tegen, waar-door er putjes in het oppervlak kunnen ontstaan.
Interkristallijne corrosieDeze vorm van corrosie verloopt langs de korrelgren-zen, waarbij de korrels zelf nagenoeg onaangetast blij-ven, maar de korrelgrenzen geheel verdwijnen/oplossen. Men komt dit tegen bij materialen die ge-ruime tijd op hoge temperatuur toegepast worden enwaar er door deze hoge temperatuur uitscheidingenplaatsvinden langs de korrelgrenzen. Tijdens het cor-rosieproces gaan deze uitscheidingen in oplossing enverdwijnen, waardoor er een ruimte ontstaat tussen dekorrels. Een voorbeeld is austenitisch roestvast staal,waarbij er door langdurig verblijf op hoge temperatuuruitscheidingen van chroomcarbiden plaatsvindenlangs de korrelgrenzen.
SpanningscorrosieDeze corrosievorm wordt ook wel SCC (Stress Corro-sion Cracking) genoemd. Heel voor de hand liggend,maar deze vorm van corrosie treedt op als trekspan-ningen in het materiaal aanwezig zijn in combinatiemet een corrosief milieu. Bij lassen heb je altijd trek-spanningen door uitzetten en krimpen van lasverbin-dingen. Kenmerkend is, dat als er geen trek-spanningen aanwezig zouden zijn, het corrosieve mi-lieu het materiaal bijna niet aantast. De combinatie isdus funest. De spanningscorrosiescheur is te herken-nen, omdat deze als de wortel van een plant vertakt.De scheur start vaak rondom de las, omdat hier dehoogste spanningen aanwezig zijn als gevolg van hetuitzetten en krimpen van het omliggende materiaal.
LiteratuurASTM G28-02(2008) Standard test methods for detecting susceptibility to intergranular corrosion in wrought,
nickel-rich, chromium bearing alloysASTM G48-11 Standard test methods for pitting and crevice corrosion resistance of stainless steels
and related alloys by use of ferric chloride solutionASTM A923-08 Standard test methods for detecting detrimental Intermetallic Phase in Duplex austenite/ferrite
stainless steelASTM A262-10 Standard practice for detecting susceptibility to intergranular attack in austenitic stainless steels
apr i l 2013
“We hebben als bedrijf acht onderzoekers in de buiten-
dienst die multifunctioneel gekwalificeerd zijn”, vertelt
Rudy. “We kunnen dus verschillende technieken toepas-
sen, zoals visueel, penetrant, magnetisch, ultrasoon en
wervelstroomonderzoek. In samenwerking met een ander
NDO-bedrijf verzorgen we ook röntgenonderzoek.” Van-
daag maakt Rudy vooral gebruik van magnetisch en ul-
trasoon onderzoek. “Bepaalde technieken zijn heel
feitelijk. Magnetisch of penetrant onderzoek kun je met
je oog waarnemen. Dat ligt vast, dat kun je opmeten en er
een foto van maken. Maar bij ultrasoon of wervel-
stroomonderzoek is het aan de onderzoeker om het indi-
recte signaal dat opgevangen wordt te interpreteren.”
Stand-by12.30 uur. Rudy moet nog even snel naar kantoor om wat
rapportages te verzorgen. Voor de middag staan er nog
twee klanten in de planning. Overigens kan daar zomaar
nog wat tussendoor komen. Meerdere keren per dag is er
telefonisch contact om opdrachten te verdelen. In be-
paalde gevallen moeten de NDO’ers ook gewoon stand-by
staan en weten ze dat ze ergens naartoe moeten maar niet
hoe laat. “Dat kan wel eens lastig zijn. Je houdt daar toch
rekening mee in je planning. Afgelopen weekend moesten
we eigenlijk naar een schip dat schade had. Maar omdat
het ruim eerst leeggemaakt moest worden, is ons werk uit-
gesteld. Toch moeten we klaar blijven staan voor als we
groen licht krijgen.”
Om twee uur heeft de NDO’er een afspraak bij een be-
drijf uit Krimpen aan de Lek dat thrusters en boeg-
schroeftunnels voor schepen verzorgt. “Het gaat hier om
lasverbindingen die in open contact staan met het water en
die ervoor zorgen dat het schip waterdicht blijft. Bij het af-
leveren van hun product komt ons rapport gewoon mee.
Dat is onderdeel van de maritieme keureisen.” Rudy komt
hier twee tot drie keer per week. “Ze hebben het prima
37
NDO / DO - NDO
je schoenen staan’NDO / DO - NDO
36
apri l 2013
IN DE ACHTERBAK LIGGEN ZIJN ONDERZOEKSAPPARATUUR EN WERKKLEDING, OP DE ACHTERBANK
HET PAPIERWERK. “MIJN AUTO IS EIGENLIJK EEN BEETJE MIJN KANTOOR,” VERTELT NDO’ER RUDY
WILHELM, WERKZAAM BIJ QC MARINE NDT SERVICES TE ROTTERDAM. DAGELIJKS IS HIJ OP PAD OM
BIJ TAL VAN BEDRIJVEN LAS- EN PLAATWERK TE INSPECTEREN. EEN ENERVERENDE BAAN. “JA, JE
MOET WEL EEN BEETJE VAKIDIOOT ZIJN.”
door Corné Houwaard, tekst en fotografie
insdag, 08.00 uur. Vandaag begint NDO’er
Rudy Wilhelm (30) op een vrij normale tijd
bij een bedrijf in Dordrecht. Dat is nog wel eens anders,
want een negen-tot-vijfbaan heeft Rudy allerminst. Op de
gekste tijden wordt hij soms opgetrommeld. “Als er een
schip met schade de haven binnenkomt, dan moeten we
daar zo snel mogelijk naar toe, al is het midden in de
nacht. Een dag langer in de haven blijven liggen kost na-
melijk enorm veel geld.”
Stalen platenRudy heeft momenteel vaak vijf, zes klanten per dag. “Ik
hou de binnenkomende orders, rapportages en tijdlijsten
bij, heb contact met mijn klanten en verzorg alle infor-
matie die nodig is voor de facturatie.” Behalve zijn eigen
planning, regelt Rudy ook vaak nog de planning van zijn
collega’s. Dat gebeurt allemaal via een online tool op de
smartphone. Het kan gebeuren dat Rudy bij een klant
meer tijd nodig heeft. Dan moet hij daar later op de dag
nog terugkomen om zijn werk af te maken. “Een week
van vijftig tot zestig uur is heel normaal. Ja, je sociale
leven staat eigenlijk op een laag pitje”, bekent Rudy.
Als NDO’er heeft Rudy niet alleen te maken met lasin-
specties. Het bedrijf in Dordrecht is een staalsnijbedrijf.
Ruwe platen staal worden versneden tot kant-en-klare
stukken voor verschillende toepassingen. Rudy: “Ik con-
troleer hier de kwaliteit van het materiaal. Als het vloei-
bare staal wordt uitgerold, kan er vervuiling of lucht in
de plaat worden uitgesmeerd. Je krijgt dan een laminaire
fout, dat is een verzwakking van de plaat.” Door middel
van ultrasoon onderzoek kan Rudy mogelijke verzwak-
kingen in de plaat aantonen. Vanmorgen onderzoekt
Rudy platen die gebruikt worden voor de achtbaanindus-
trie. “Daar gelden heel strenge eisen, niet alleen voor de
las, maar ook voor het aangrenzende materiaal.” Voor
‘Je moet wel stevig in
elke order geldt dat er geen afkeurbare indicaties in het
materiaal mogen zitten. Elke indicatie groter dan drie mil-
limeter moet gerapporteerd worden. In dit geval legt de
opdrachtgever dus een veel strengere eis neer, dan de eis
die gemaakt is tijdens het fabriceren van de platen.
Twintig procent10.30 uur. Rudy zit bij een klant in Rotterdam. Het bedrijf
fabriceert onder meer stalen aanmeringspalen. Twintig
procent van het totale laswerk van een levering moet hier
onderzocht worden. “Ik mag zelf bepalen welke twintig
procent ik pak. Ik zoek dan een beetje de hotspots uit. Een
T-stuk bijvoorbeeld, een kruising, of een plek die je als las-
ser moeilijk kunt bereiken.” Als twintig procent klopt kan
men ervan uitgaan dat de rest ook klopt. Komen er indi-
caties aan het licht, dan zal Rudy zijn onderzoek uit moe-
ten breiden. In sommige gevallen betekent het dat hij dan
uiteindelijk alles moet onderzoeken.
Een dag op pad met een NDO’er
COLUMNapri l 2013
39
Wat moet je als lasser nu met niet-destructief onder-zoek? Je bent een gediplomeerd en gecertificeerd las-ser, je hebt kwalificatieproeven uitgevoerd, er is eenLMB opgesteld en je hebt je daar keurig aan gehou-den. Desondanks moet er volgens de norm NDO wor-den verricht aan de door jou gelaste constructie. Ookde opdrachtgever neemt de constructie niet af voordater NDO is gedaan. Is dat niet een teken van wantrou-wen en is dat onderzoek echt nodig? Wat kan er ei-genlijk fout zijn gegaan? Je bent toch een toplasser?Bindingsfouten, onvolkomen doorlassing, poreusheid,slakinsluitsels, ondersnijding of een te zware doorlas-sing, koudscheuren en soms een warmscheur, ik weetdat ze allemaal kunnen voorkomen in een gelaste con-structie, maar niet bij mij toch? Je bent een gekwalifi-ceerde lasser of je bent het niet. Toch heb ik welbewondering voor dat NDO-onderzoek. Recentelijktoonden ze bij mij een bindingsfout aan in de wortelvan de las. Ik had er behoorlijk de pest in, maar de bin-dingsfout was er echt, bleek uit metallografisch onder-zoek van een uitgenomen preparaat. Het ging om eenop vermoeiing belaste constructie en dan mag die bin-dingsfout er niet inzitten, je mag dan geen risico lopen.Dus las eruit, een grotere openingshoek gekozen enopnieuw gelast. Probleem opgelost.
Niet-destructief onderzoek is nodig om de veiligheidvan constructies te kunnen garanderen. Als lasser kunje nu eenmaal fouten maken, maar worden bij NDO
wel alle lasfouten opgespoord of worden er misschienfouten geconstateerd terwijl die er niet zijn? EenNDO’er kan net als een lasser fouten maken. Een ul-trasoon signaal verkeerd interpreteren; het is niet leukals dat je overkomt. Elke NDO-techniek heeft zo zijnbeperkingen. Hoe dunner het materiaal, hoe lastigerhet vaak is om inwendige fouten op te sporen, zowelmet röntgenen als via US-onderzoek. Over oppervlak-tefouten heb ik het niet, die zijn vrij gemakkelijk aan tetonen. US en radiografie zijn de pijlers waarop het on-derzoek naar inwendige fouten is gebouwd. Akoesti-sche emissie en andere ingewikkelde techniekenblijken in de praktijk vaak tegen te vallen, of loop ik nuachter? Een speciaal nummer gewijd aan NDO- enDO-technieken is niet verkeerd, zo blijf je op de hoogtevan de mogelijkheden. Veel in dit nummer over oplei-dingen op dit gebied en de praktijk van het NDO, maarweinig over NDO-onderzoek. Wordt er in Nederlandwel onderzoek aan nieuwe NDO-technieken gedaanen stimuleert het NIL dergelijk onderzoek? Ik ben bangvan niet. Mij zijn geen lopende onderzoeken bij TNOen een van de TU’s op dit gebied bekend. Misschienmoeten we in Nederland wat meer aan NDO-onder-zoek doen en niet alleen werken aan verbetering vanbestaande technieken.
NDO en de praktijk
Lastechniek #5
Voor redactionele bijdragen en advertenties kunt u ons bellen071 589 56 44 of e-mailen: [email protected]
met als thema onderwijs & opleidingenverschijnt begin mei
NDO / DO - NDO apri l 2013
voor elkaar. Het ziet er keurig netjes uit. In het productie-
proces houdt het bedrijf er rekening mee dat er wel eens
iets anders kan lopen dan gepland. Als er dan iets gevon-
den wordt, dan wordt dat aangegeven en gerepareerd.”
Maar dat is vandaag niet aan de orde, het laswerk is fout-
loos.
Voet bij stukNiet overal ontvangt men Rudy met open armen. “Er zijn
bedrijven waar haastig gewerkt wordt en de vrachtwagen
bij wijze van spreken al klaarstaat om het product mee te
nemen. Als je dan ineens voor de deur staat, ben je eigen-
lijk alleen maar een onderbreking in het proces. Toch moet
je dan voet bij stuk houden als je iets vindt wat niet
klopt.” Dat wordt hem niet altijd in dank afgenomen. Fy-
siek geweld is gelukkig nog nooit aan de orde geweest,
maar verbaal geweld en intimidatie komen helaas wel
voor. “Je zit in een mannenwereld. Iets moet weg en dan
gaat men het probleem bij jou neerleggen: Weet je niet wat
voor schade het ons gaat opleveren? Of: Wil je dat we je
de volgende keer niet meer bellen? Maar je integriteit is
leidend. Je gaat niet buigen, dat doe je niet.”
Toch kalmeert men volgens Rudy uiteindelijk wel. “Wij
doen alleen een constatering, dat is het mooie van ons vak.
Wij zitten eigenlijk overal tussenin. Je moet wel een con-
frontatie aan durven gaan, maar dat maakt mijn werk ook
leuk”, vertelt Rudy met een brede glimlach. Zelf werkt hij
alweer zeven jaar in deze functie. “We zijn ook continu
op zoek naar mensen, maar dat is heel moeilijk. In de op-
leiding voor lassers wordt er nauwelijks aandacht gege-
ven aan NDO-onderzoek. En dan moet je ook nog eens
om kunnen gaan met bepaalde situaties. Je moet stevig in
je schoenen staan, een beetje eigenwijs zijn en sociale vaar-
digheden bezitten.” En dat is nog niet het enige. Volgens
Rudy moet je ook gewoon een beetje een vakidioot zijn
die kwaliteit wil realiseren.
Loyaliteit16.00 uur. Voor de laatste klus rijdt Rudy vandaag naar
een constructiebedrijf in Rotterdam. Hij moet daar hon-
derd procent laswerk van offshore pipesupports magne-
tisch onderzoeken. Bijna routinematig, maar met uiterste
precisie gaat Rudy te werk. Alle hoeklassen worden inge-
spoten met witte contrastverf. Rudy: “Daarmee accentu-
eer je voor het oog gelijk bepaalde vormen in de las.” Met
een elektromagneet wordt een magnetisch veld gecreëerd
waardoor ijzeroxidedeeltjes van de gespoten inkt ter
hoogte van een indicatie door het ontstane lekveld een
zwart lijntje vormen. “Iets wat je normaal gesproken met
het blote oog niet kan zien.” Er wordt slechts één krimp-
scheurtje gevonden, dat ter plekke wordt gerepareerd.
De werkdag van Rudy zit er op. Tenminste, dat zou je zeg-
gen. In de auto belt zijn collega. Het schip met een scheur
in de ballasttank is uiteindelijk toch eerder dan gepland
gelost. Om 18.00 uur worden ze aan boord verwacht.
Rudy: “Mijn collega gaat daar naar toe. Maar hij gaf aan
dat hij afspraken had voor vanavond, omdat de klus ei-
genlijk dit weekend zou plaatsvinden. Nu zit er waar-
schijnlijk niks anders op dan dat ik het halverwege de
avond van hem overneem. Je moet er namelijk bij blijven
totdat de reparatie klaar is, want dan kan het schip pas
weg.” De loyaliteit onder de collega’s is groot. “We pro-
beren regelmatig met elkaar uit eten te gaan. Gewoon als
teambuilding. Want in dit vak moet je op elkaar kunnen
terugvallen, zoals nu bijvoorbeeld.”
38
RUBRIEK
Meer informatie over alle activiteiten is op te vragen bij het NIL, Postbus 190, 2700 AD Zoetermeer. T 088 400 85 60, F 079 353 11 78, E [email protected] informatie staat op www.vakbladlastechniek.nl en op www.nil.nl/algemenelasinfo
Lasgroep Noord (LGN)Plaats van samenkomst:Rsg De Borgen; Waezenburglaan 51a; Leek
Lasgroep West (LGW)Plaats van samenkomst:Tata Steel Training Centre; Rooswijklaan 61; 1951 MH Velsen-Noord
Lasgroep Oost (LGO)Plaats van samenkomst:Sg Sprengeloo; Sprengenweg 81; Apeldoorn
Lastechnische Discussiegroep Rotterdam (LDR)Plaats van samenkomst:Applus-RTD; Delftweg 111; Rotterdam
Zeeuwse Lasgroep (ZLG)Plaats van samenkomst:Wisselend, voor meer informatie kijkt u op zeeuwselasgroep.nl
Lasgroep Zuid (LGZ)Plaats van samenkomstSociaal Cultureel Centrum De Enck OirschotDe Loop 67; 5688EW Oirschot
Lasgroep Zuid-Limburg (LZL)Plaats van samenkomst:Amerikalaan 35; Maastricht-Airport
Lasgroep Noord, www.lasgroepnoord.nl11-04-2013 Lezingen en demonstraties TCNN
(kunststof) Noordelijke Hogeschool Emmen30-05-2013 Lezing over normen, door Leo Vermeulen
Lasgroep Oost, www.lasgroepoost.nl18-04-2013 Bedrijfsbezoek in de regio13-06-2013 Lezing wolfraamelektroden,
door Piet van der Horst
Lasgroep West, www.lasgroepwest.nl19-09-2013 Excursie Schweissen und Schneiden:
aanmelding mogelijk via website
Lastechnische Discussiegroep Rotterdamwww.lasgroepldr.nl16-04-2013 Gloeien, door Guillaume Venmans21-05-2013 CTOD, door Geri van Krieken25-05-2013 Barbecue
Zeeuwse Lasgroep, www.zeeuwselasgroep.nl04-09-2013 Viering 25-jarig jubileum
Lasgroep Zuid, www.lasgroepzuid.com16-04-2013 Jaarvergadering en lezing,
door J. Jacobs en P. Gerritsen28-05-2013 Lezing over gevulde draden,
door P. Cassimon
Lasgroep Zuid-Limburgwww.lasgroepzuidlimburg.nl16-04-2013 Lezing wolfraamelektroden,
door Piet van der HorstLezing PBM’s, door Marcel de Caluwé
mei 2013 Lasdiscussieavond met leerlingen,TIM te Stein
Lasgroep VlaanderenVoor meer informatie kijkt u op www.bil-ibs.be/lasgroep-vlaanderen
40
apri l 2013
Activiteiten bij de lasgroepen
RUBRIEKapri l 2013
41
Welke opleiding heb je gevolgd?“Ik heb een mbo-opleiding Werktuigbouwkunde afge-
rond. Verder heb ik certificaten behaald voor verschillende
technieken binnen het niet-destructief onderzoek. Voor pe-
netrant onderzoek en magnetisch onderzoek heb ik een
certificaat niveau 2, voor ultrasoon onderzoek heb ik niveau
1 behaald en in november ga ik beginnen met niveau 2.”
Waarom heb je gekozen voor dit beroep?“Toen ik begon met mijn opleiding werktuigbouwkunde
wist ik alleen dat ik iets met techniek wilde doen. Ik heb
verschillende stageplekken gehad, maar de hele dag
achter een machine staan was niks voor mij. Ik wilde
een beetje vrij zijn en niet steeds op één plek hoeven
werken. In het vierde jaar kreeg ik de kans om stage te
lopen bij GMA. Daar maakte ik voor het eerst kennis
met het werk van een NDO’er en dat beviel goed. Het
is heel afwisselend en zelfstandig werk. Na mijn stage
kon ik hier blijven werken en opleidingen volgen.”
Is er veel behoefte aan NDO-personeel in Neder-land?“Ja, ik denk wel dat er een tekort is aan NDO’ers. Bij
GMA heb ik bijvoorbeeld verschillende collega’s die
uit Duitsland komen. In Nederland is het een vrij on-
bekend beroep; dat merk ik als ik op verjaardagen ver-
tel wat ik doe. Lassen kent iedereen, maar van niet-
destructief onderzoek hebben de meesten nog nooit ge-
hoord. Ook binnen mijn opleiding werd er geen aandacht
aan besteed.”
Wat zijn je belangrijkste dagelijkse werkzaamheden?“Mijn werk is heel gevarieerd. Ik ga regelmatig op pad om
magnetisch of penetrant onderzoek te doen bij allerlei be-
drijven. Er zijn ook dagen dat ik hier blijf om onderzoek
uit te voeren aan producten die hiernaartoe zijn gebracht.
Het kan gaan om gietstukken of gelaste producten, maar
ook basismaterialen. Soms werk ik in een speciale bunker,
waar ik röntgenfilms maak voor het radiografisch onder-
zoek.”
Welke eigenschappen heeft een goede niet-destruc-tief onderzoeker?“Als NDO’er moet je heel flexibel zijn: je moet namelijk
vaak buiten reguliere werktijden aan de slag. Dat is vooral
zo met radiografisch onderzoek op locatie. Vanwege de
veiligheid kun je dat alleen uitvoeren als alle werknemers
weg zijn. Verder moet je standvastig zijn: als je fouten ge-
vonden hebt moet je duidelijk aangeven dat iets niet vol-
doet aan de norm. Dat is niet altijd makkelijk, mensen zijn
soms lastig te overtuigen.”
Heb je naast je werk nog hobby’s?“Ja, de laatste tijd komt het er helaas niet zoveel van, maar
ik doe aan mountainbiken en hardlopen. Afgelopen zomer
heb ik in Enschede de halve marathon gelopen en ik heb
meegedaan aan de Dam tot Damloop. Het bijhouden van
mijn conditie is belangrijk, vooral omdat ik astmapatiënt
ben.”
Hoe zie jij je toekomst?“Ik wil zoveel mogelijk NDO-technieken leren beheersen
op een zo hoog mogelijk niveau. Als je namelijk een ni-
veau 3-certificaat hebt, mag je ook klanten adviseren en
zelf procedures opstellen. Dat lijkt me mooi werk.”
Naam: Julian Fisscher - Leeftijd: 23 jaarFunctie: Niet-destructief onderzoeker bij GMA-Holding B.V. te Hengelo,onderdeel van de Mistras Group
door Margriet Wennekes, fotografie Roman Hacker
InterlasTheemsweg 4 - 3197 KM RotterdamT 0181 29 57 50 - F 0181 21 81 24E [email protected]
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E [email protected]
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E [email protected]
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E [email protected]
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E [email protected]
LASTOORTSEN
Valk Welding B.V.Staalindustrieweg 15Postbus 60 - 2950 AB AlblasserdamT 078 691 70 11 - F 078 691 95 15E [email protected]
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
BRANCHESBRANCHES apri l 2013 apr i l 2013
ADVIES en CONSULTANCY AFZUIGINSTALLATIES enLUCHTBEHANDELING
AUTOMATISCHE LASHELMEN
GEAUTOMATISEERD SNIJDEN
INDUSTRIËLE GASSEN
LASACCESSOIRES
LASAPPARATUUR ENANDERE TOEBEHOREN
ADK TechniekStaalindustrieweg 15Postbus 60 - 2950 AB AlblasserdamT 078 750 38 20 - F 078 750 38 21E [email protected]
Air Liquide Welding Nederland B.V.Rudonk 6b - 4824 AJ BredaPostbus 6902 - 4802 HX BredaT 076 541 00 80 - F 076 541 58 96E [email protected]
Air Liquide Welding Nederland B.V.Rudonk 6b - 4824 AJ BredaPostbus 6902 - 4802 HX BredaT 076 541 00 80 - F 076 541 58 96E [email protected]
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
ADK TechniekStaalindustrieweg 15Postbus 60 - 2950 AB AlblasserdamT 078 750 38 20 - F 078 750 38 21E [email protected]
ADK TechniekStaalindustrieweg 15Postbus 60 - 2950 AB AlblasserdamT 078 750 38 20 - F 078 750 38 21E [email protected]
LAS- EN SNIJTOORTSEN
LASTOEVOEGMATERIALEN
MANIPULATOREN ENMECHANISATIE
MECHANISATIE EN AUTOMATISERING
Valk Welding B.V.Staalindustrieweg 15Postbus 60 - 2950 AB AlblasserdamT 078 691 70 11 - F 078 691 95 15E [email protected]
Valk Welding B.V.Staalindustrieweg 15Postbus 60 - 2950 AB AlblasserdamT 078 691 70 11 - F 078 691 95 15E [email protected]
Linde Gas Benelux B.V.Havenstraat 1 - 3115 HC SchiedamPostbus 78 - 3100 AB SchiedamT 010 246 14 70 - F 010 246 15 06E [email protected]
Linde Gas Benelux B.V.Havenstraat 1 - 3115 HC SchiedamPostbus 78 - 3100 AB SchiedamT 010 246 14 70 - F 010 246 15 06E [email protected]
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
AIB-Vinçotte Nederland B.V.Takkebijsters 8 - 4817 BL BredaPostbus 6869 - 4802 HW BredaT 076 571 22 88 - F 076 587 47 60E [email protected]
Air Liquide Welding Nederland B.V.Rudonk 6b - 4824 AJ BredaPostbus 6902 - 4802 HX BredaT 076 541 00 80 - F 076 541 58 96E [email protected]
Air Liquide Welding Nederland B.V.Rudonk 6b - 4824 AJ BredaPostbus 6902 - 4802 HX BredaT 076 541 00 80 - F 076 541 58 96E [email protected]
Dumeta import / export B.V.Marconistraat 26 - 7575 AR OldenzaalT 0541 53 33 69 - F 0541 53 33 71E [email protected]
ATTC B.V.Fornheselaan 2443734 GE Den DolderT 030 225 95 00 - F 030 225 95 01E [email protected]
Slijtdelen voor snijprocessen: plasma,autogeen, laser.Slijtdelen voor lasprocessen: MIG, TIG,OP. Las- en snijtoortsen
ATTC B.V.Fornheselaan 2443734 GE Den DolderT 030 225 95 00 - F 030 225 95 01E [email protected]
Slijtdelen voor snijprocessen: plasma,autogeen en laser.Slijtdelen voor lasprocessen: MIG, TIGen OP. Las- en snijtoortsen
42 43
Czaar Peterstraat 2291018 PL AmsterdamT +31 (0)20 556 35 55E [email protected] 18 - 4824 GN BredaT +31 (0)76 5424 300E [email protected]
Locaties Benelux: Amsterdam, Antwerpen, Beek, Breda,Hengelo, Rotterdam, Veendam.
Czaar Peterstraat 2291018 PL AmsterdamT +31 (0)20 556 35 55E [email protected] 18 - 4824 GN BredaT +31 (0)76 5424 300E [email protected]
Locaties Benelux: Amsterdam, Antwerpen, Beek, Breda,Hengelo, Rotterdam, Veendam.
Exova B.V.Hofweg 5 - 3208 LE SpijkenisseT 0181 61 71 44E [email protected]. Nemostraat 12 - 7821 AC EmmenT 0591 61 85 55E [email protected]
Exova B.V.Hofweg 5 - 3208 LE SpijkenisseT 0181 61 71 44E [email protected]. Nemostraat 12 - 7821 AC EmmenT 0591 61 85 55E [email protected] METAAL-
OPPERVLAKTEBEHANDELING
Henkel Benelux Adhesive TechnologiesT +32 (0)2 421 25 59F +32 (0)2 421 25 99E [email protected]
Henkel is wereldmarktleider op het vlakvan oplossingen voor lijmen, afdichtenen oppervlaktebehandeling.
Henkel Benelux Adhesive TechnologiesT +32 (0)2 421 25 59F +32 (0)2 421 25 99E [email protected]
Henkel is wereldmarktleider op het vlakvan oplossingen voor lijmen, afdichtenen oppervlaktebehandeling.
Henkel Benelux Adhesive TechnologiesT +32 (0)2 421 25 59F +32 (0)2 421 25 99E [email protected]
Henkel is wereldmarktleider op het vlakvan oplossingen voor lijmen, afdichtenen oppervlaktebehandeling.
LIJMEN
Lorch Lastechniek B.V.Postbus 5 - 2200 AA NoordwijkT 071 362 56 27 - F 071 362 38 85E [email protected]
Vecom Metal Treatment B.V.Mozartlaan 3 - 3144 NA MaassluisT 010 593 02 99 - F 010 593 02 23E [email protected]
Magnatech International B.V.De Amer 24 - 8253 RC DrontenT 0321 38 66 77 - F 0321 31 41 65E [email protected]
Air Liquide Welding Nederland B.V.Rudonk 6b - 4824 AJ BredaPostbus 6902 - 4802 HX BredaT 076 541 00 80 - F 076 541 58 96E [email protected]
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E [email protected]
Nederman/Lebon & GimbrairVoltaweg 32 - 3752 LP BunschotenPostbus 225 - 3750 GE BunschotenT 033 298 81 22 - F 033 298 80 24E [email protected]
ATTC B.V.Fornheselaan 2443734 GE Den DolderT 030 225 95 00 - F 030 225 95 01E [email protected]
Slijtdelen voor snijprocessen: plasma,autogeen, laser.Slijtdelen voor lasprocessen: MIG, TIG,OP. Las- en snijtoortsen
KEURINGEN
LASKWALIFICATIES/CERTIFICERING
De Vlamboog B.V.Wijkermeerstraat - 2131 HB HoofddorpPostbus 298 - 2130 AG HoofddorpT 023 567 55 00 - F 023 563 74 91E [email protected]
Valk Welding B.V.Staalindustrieweg 15Postbus 60 - 2950 AB AlblasserdamT 078 691 70 11 - F 078 691 95 15E [email protected]
InterlasTheemsweg 4 - 3197 KM RotterdamT 0181 29 57 50 - F 0181 21 81 24E [email protected]
InterlasTheemsweg 4 - 3197 KM RotterdamT 0181 29 57 50 - F 0181 21 81 24E [email protected]
WTT LasopleidingenTheemsweg 4 - 3197 KM RotterdamT 0181 29 57 50 - F 0181 21 81 24E [email protected]
WTT LasopleidingenTheemsweg 4 - 3197 KM RotterdamT 0181 29 57 50 - F 0181 21 81 24E [email protected]
CAN YOUR REPUTATION BECOME OUR RESPONSIBILITY?
Safety, quality and environment
Vinçotte Nederland levert als onafhankelijke inspectie- en keuringsinstelling diensten aan op het gebied van veiligheid, kwaliteit en het milieu. Onze expertise omvat onder meer de controle van de integriteit van constructies, installaties, machines, apparaten en gebouwen en diensten rond arbeidsomstandigheden.
Bij Vinçotte Nederland werken meer dan 100 technische deskundigen. Naast de hoofdvestiging te Breda hebben we ook kantoren te Rotterdam, Terneuzen en Akersloot én logistieke steunpunten in het hele land. Vinçotte Nederland maakt deel uit van de internationale groep Vinçotte, die met zijn meer dan 2500 medewerkers een kenniscentrum vormt en wereldwijd in 16 landen vestigingen heeft.
Kunnen wij met onze expertise ook van úw reputatie onze ver-antwoordelijkheid maken? Neem een kijkje op onze website:
WWW.VINCOTTE.NL
YOUR REPUTATION IS MINE.
ROBOTS EN ROBOTISERING
BRANCHES apri l 2013
SNIJDEN
ATTC B.V.Fornheselaan 2443734 GE Den DolderT 030 225 95 00 - F 030 225 95 01E [email protected]
Slijtdelen voor snijprocessen: plasma,autogeen en laser.Slijtdelen voor lasprocessen: MIG, TIGen OP. Las- en snijtoortsen
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
VOORBEWERKINGSAPPARATUURVOOR PIJP EN PLAAT
WARMTEBEHANDELING
Delta Heat Services B.V.Scheelhoekweg 2 - 3251 LZ StellendamPostbus 52 - 3250 AB StellendamT 0187 49 69 40 - F 0187 49 68 40E [email protected]
• Elektrisch voorwarmen en gloeien• Inductie verwarmen• Stationaire gloeiovens• Mobiele gloeiovens• Uitdrogen beton / coatings• Verhuur / verkoop• Advisering
44
PLASMASNIJDEN
ATTC B.V.Fornheselaan 2443734 GE Den DolderT 030 225 95 00 - F 030 225 95 01E [email protected]
Slijtdelen voor snijprocessen: plasma,autogeen en laser.Slijtdelen voor lasprocessen: MIG, TIGen OP. Las- en snijtoortsen
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
ORBITAAL EN APPARATUUROPLEIDINGEN EN CURSUSSEN
De Groot Lasopleidingen B.V.Weidehek 24 - 4824 AS BredaT 076 541 07 20 - F 076 542 72 95E [email protected]
Lastechnische opleidingen, adviseringen certificering.
Hogeschool Utrecht, Centrum voor Natuur & Techniek en ROC Midden NederlandNIL erkende opleidingen voor alle niveau’s en processen. • International Welding Engineer (IWE/ LPI)
• International Welding Technologist (IWT/ MLT)
• Verkorte combinaties van IWT met Inspectie en
keuring mogelijk.
• Lastechnisch construeren, Workshop lasnormen,
Lasopleidingen MIG/MAG, BMBE, TIG, Autogeen,
Laskwalificalties/ certificeringen, SMLT
Ook cursussen op gebied van Materia-len, Procestechnologie, Onderhoud &Inspectie, Engineering, Bedrijfskunde(hbo, post-hbo en masterniveau).
Meer informatie CvNT Lenneke KokT 088 481 88 88E [email protected]
Meer informatie ROC Joost ZijderveldT 030 754 69 03E [email protected]
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
Exova B.V.Hofweg 5 - 3208 LE SpijkenisseT 0181 61 71 44E [email protected]. Nemostraat 12 - 7821 AC EmmenT 0591 61 85 55E [email protected]
ONDERZOEK
ONDERHOUD & NIEUWBOUWINSPECTIE
3P Project Services B.V.Nijverheidsweg 4 - 4854 MT BavelT 0161 43 85 00 - F 0161 43 85 01E [email protected]
Totaalproject in inspectie en lastechnischeondersteuning en projectmanagement
Magnatech International B.V.De Amer 24 - 8253 RC DrontenT 0321 38 66 77 - F 0321 31 41 65E [email protected]
Valk Welding B.V.Staalindustrieweg 15, Postbus 60 - 2950 AB AlblasserdamT 078 691 70 11 - F 078 691 95 15E [email protected]
Materiaal Metingen Testgroep B.V.MME GroupRietdekkerstraat 16 - RidderkerkPostbus 4222 - 2980 GE RidderkerkT 0180 48 28 28 - F 0180 46 22 40E [email protected]
Czaar Peterstraat 2291018 PL AmsterdamT +31 (0)20 556 35 55E [email protected] 18 - 4824 GN BredaT +31 (0)76 5424 300E [email protected]
Locaties Benelux: Amsterdam, Antwerpen, Beek, Breda,Hengelo, Rotterdam, Veendam.
Exova B.V.Hofweg 5 - 3208 LE SpijkenisseT 0181 61 71 44E [email protected]. Nemostraat 12 - 7821 AC EmmenT 0591 61 85 55E [email protected]
NDO/DO ONDERZOEK
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E [email protected]
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E [email protected]
Rolan Robotics B.V.De Corantijn 6 - 1689 AP ZwaagPostbus 135 - 1620 AC HoornT 0229 24 84 84 - F 0229 27 27 07E [email protected]
WTT LasopleidingenTheemsweg 4 - 3197 KM RotterdamT 0181 29 57 50 - F 0181 21 81 24E [email protected]
ITW WELDING PRODUCTS
levert een uniek en volledig producten programma
uit een aantal marktleidende merken. Het assortiment
omvat lastoevoegmaterialen, lasmachines, accessoires
en inductieve verwarming apparatuur.
Miller lasapparatuur
Miller is wereldwijd de marktleider op het gebied van
lasapparatuur. Miller staat al meer dan 80 jaar garant
voor uitstekende laseigenschappen, vooruitstrevende
innovatieve lasboogprocessen en bovenal ultieme
betrouwbaarheid!
Zeer uitgebreid pakket lastoevoegmaterialen
Keuze uit de vooraanstaande merken Elga, Hobart,
McKay en Trimark biedt u de mogelijkheid het juiste
lastoevoegmateriaal te selecteren voor elke specifieke
toepassing variërend van hoogwaardige verbindings-
lassen tot reparatie en oplassen.
ITW Welding Products BV
Edisonstraat 10
NL-3261 LD Oud-Beijerland
T +31 (0)186 641 444
F +31 (0)186 640 880
www.itw-welding.com
ITW WELDING PRODUCTS
Kennis en Passie voor Lassen
FORTUNE 200ITW Welding Products BV is onderdeel van Illinois
Tool Works Inc. (ITW), met ongeveer 800 business
units. ITW maakt deel uit van de “Fortune 200-lijst”
van Amerikaanse beurs genoteerde ondernemingen.
Vakkundige technische ondersteuning staat voor u klaar
Onze diensten en producten zijn gebaseerd op
“Quality and Know-How in Welding”.
ITW Welding Products biedt u een bekwaam team
van technische adviseurs. Zij kunnen u adviseren
en begeleiden op het gebied van efficiënte proces-
en productkeuze, het ontwikkelen van lasprocedures,
training en kwalificatie van lassers.
Geïnteresseerd in onze mogelijkheden?
Onze verkooporganisatie evenals zorgvuldig geselecteerde
dealers met gedegen vakkennis staan voor u klaar voor
ondersteuning en aanschaf van lasapparatuur en
lastoevoegmaterialen.
Bel ons op: Tel. 0186 641 444.
Wij zijn u graag van dienst!