Lesmap Lesmap bij de kamishibaï voor scholen
Maart 2017 Verdere info en download op www.planboommarter.be
Lesmap – Het bloebelletjesbos
2
Inhoudstafel
Inleiding 1. Wat is ‘Het bloebelletjesbos’? 2. Het Hallerbos, bedreigd door zijn eigen succes 3. Doel van ‘Het bloebelletjesbos’ 4. De bloebelletjes werken samen…
3 3 4 4
Hoe werkt het lessenpakket?
1. Bloebelletjes in een kamishibaï
5
Lesactiviteiten
1. Acitivteit 1: Afspraken in het bos 2. Activiteit 2: Drama-Waarnemen: Verhaal
bloebelletjesbos vertellen 3. Activiteit 3: Muzisch taalgebruik: Klankgedicht 4. Activiteit 4: Bouw bloem: Wilde hyacint 5. Activiteit 5: Planten uit het bos 6. Activiteit 6: Beeldende vorming: Wilde hyacint 7. Activiteit 7: Bosbezoek
6
13
15
19
28
33
36
Bijlagen 1. Leuke weetjes 2. Extra lesmateriaal
37 40
Lesmap – Het bloebelletjesbos
3
Inleiding
1. Wat is ‘Het bloebelletjesbos’? Het bloebelletjesbos is een fictief bos dat geïnspireerd werd op het Hallerbos in Halle, ten zuidwesten van Brussel. Verschillende elementen uit het verhaal zijn realistisch en educatief, maar er zitten ook fantasierijke figuren in. Het Hallerbos verleent zich immers tot het bedenken van wonderlijke verhalen, zeker tijdens de bloei van de wilde hyacinten. De vraag is dus eerder: Wat is het Hallerbos? Het Hallerbos is het belangrijkste en meest uitgestrekte bosgebied tussen Zenne en Zoniën. Het bos is een publiekslieveling dankzij het prachtige paarse tapijt van wilde hyacinten, die bloeien vanaf half april tot begin mei. Het gevarieerd reliëf zorgt voor heerlijke wandelmogelijkheden en maakt een bezoek aan dit bos meer dan de moeite waard.
2. Het Hallerbos, bedreigd door zijn eigen succes
Het Hallerbos bestaat al eeuwen, en heeft al verschillende dreigingen weten te doorstaan. Zo liet de Duitse bezetter tijdens de Eerste Wereldoorlog alle grote bomen kappen, zodat het Hallerbos vrijwel geruïneerd werd achtergelaten. In 1929 kwam het Hallerbos echter definitief in het bezit van de Belgische Staat als oorlogsschadevergoeding. Zo werd vanaf 1930 tot 1950 het Hallerbos, op enkele bestaande jonge bosbestanden na, door beplanting bijna volledig herbebost. Dat verklaart het jonge aspect van het bos. Nu, tientallen jaren later, wordt het bos opnieuw bedreigd. Het bos kent immers zo’n groot succes, dat de fauna en flora worden aangetast. Bosbezoekers uit alle hoeken van de wereld richten grote schade aan door tussen de wilde hyacinten te wandelen. De kans is zeer groot dat er op die plekken, het jaar nadien geen hyacinten meer groeien zodat er steeds meer kale plekken tussen de hyacinten dreigen te verschijnen. De bladeren van de wilde hyacinten vormen tijdens de bloei immers reeds een nieuwe bloembol voor het volgende jaar. Door ze te vertrappelen, kan er zich geen nieuwe bol vormen. Mensen die tussen de bloemen zigzaggen op dorre bladeren, zorgen er bovendien voor dat de bodem verdicht wordt. De bodem wordt zo hard, dat de worteltjes van hyacintzaadjes in de zomer niet meer in de grond kunnen dringen. Zelfs jaren later zal hier geen nieuwe hyacint groeien. Jaar na jaar ontstaan er meer kale plekken en sluippaden. Het verlaten van de officiële wandelpaden veroorzaakt blijvende schade aan het bos. Er is in het Hallerbos nochtans 45 kilometer officieel wandelpad, dat zou voldoende moeten zijn om van het bos te genieten zonder het te beschadigen.
Lesmap – Het bloebelletjesbos
4
3. Doel van ‘Het bloebelletjesbos’
Het Hallerbos is een bijzondere plek die gezien mag worden. Maar het naleven van de regels is er zeer belangrijk. Dit lessenpakket wil kinderen (maar liefst ook volwassenen!) een beter inzicht geven in het belang hiervan. Naast de wilde hyacint zijn er ook nog andere prachtige planten te bezichtigen in het bos. Daarom worden in dit pakket speelse en eenvoudige middelen aangereikt om:
ö kinderen (en volwassenen) te prikkelen om het Hallerbos te bezoeken en te genieten van het bos.
ö kinderen (en volwassenen) te mobiliseren tot het behoud van de natuur.
ö kinderen meer te leren over de fauna en flora in het Hallerbos.
4. De bloebelletjes werken samen…
Om dit te verwezenlijken werkten verschillende instanties samen. De stad Halle, de gemeente Beersel, het Plan Boommarter en het Regionaal Landschap Pajottenland & Zennevallei sloegen de handen in elkaar om ‘het bloebelletjesbos’ echt tot leven te laten komen. Het verhaal en de lesmap werden geschreven door Ruth Brillens, de illustraties werden door Rik Dewulf gerealiseerd. Plan Boommarter is een initiatief dat zich al voor de komst van ‘de bloebelletjes’ inzette voor de uitwerking van een groot bos- en natuurcomplex in de streek van het Hallerbos. Het Hallerbos, het Maasdalbos, het Lembeekbos, de Berendries en de Warande zijn stuk voor stuk ecologische pareltjes waar Hallenaars trots op zijn. Door de verschillende natuurgebieden uit te breiden en met elkaar te verbinden geeft Plan Boommarter dieren grotere overlevingskansen en werken ze aan Europese natuurdoelen. Kijk op www.planboommarter.be voor meer info over het bloebelletjesbos, downloads van het verhaal, en meer. Het Agentschap voor Natuur en Bos, een agentschap van de Vlaamse overheid, werkt elke dag aan het behoud, de bescherming en de ontwikkeling van natuur. Ook het Hallerbos neemt zij mee onder haar vleugels. Een ideale afsluiter voor project ‘Het bloebelletjesbos’ is uiteraard een bezoek aan het Hallerbos zelf. Alle praktische informatie en nog veel meer leuke weetjes over deze magische plek, zijn te vinden op www.hallerbos.be. Je kan er ook volgen wanneer de wilde hyacinten of de andere voorjaarsbloeiers in bloei staan. Zeker een bezoekje waard! Ook in andere bossen vind je sprookjesachtige tapijten van wilde hyacinten, misschien wel dichter in de buurt van jouw school? Ter Rijst (Pepingen-Herne), Neigembos (Gooik-Ninove), Raspaillebos (Galmaarden-Geraardsbergen), Muziekbos (Ronse), Brakelbos, Koppenbergbos, Helleketelbos (Poperinge), Rodeberg, Kemmelberg,… Kijk op www.hyacintenfestival.be voor alle info. Ook in Noord-Frankrijk en Zuid-Engeland kan je wilde hyacinten vinden in oude bossen. Voor initiatieven rond natuur- en milieu-educatie in Vlaams-Brabant: www.vlaamsbrabant.be > Wonen en milieu > Milieu en natuur > Natuur- en milieueducatie Wil je weten hoe Regionale Landschappen inspireren en verbinden om natuur, landschap en erfgoed in de streek te behouden en versterken? Kijk op www.regionalelandschappen.be
Lesmap – Het bloebelletjesbos
5
Hoe werkt het lessenpakket?
1. Bloebelletjes in een kamishibaï
In de 12e eeuw gebruikten Boeddhistische monniken in Japan een verteltechniek, die ondertussen is uitgegroeid tot onderdeel van een eeuwenoude traditie. Ze gebruikten namelijk een kamishibaï (‘kami’ betekent papier, ‘shibaï’ staat voor drama) om hun boodschappen te verkondigen. Snoepverkopers gebruikten deze techniek in de vorige eeuw door het theatertje achteraan op hun fiets te monteren. Zo reden ze naar parken en pleinen waar met behulp van de kamishibaï de wildste verhalen verteld werden en snoep verkocht werd aan toehoorders. Hoe gebruiken? Om de kamishibaï te gebruiken, plaats je die op een tafel, open je de deurtjes en het verhaal kan beginnen. Op de achterkant van de laatste plaat (plaat ‘0’) staat het begin van het verhaal. Het beeld bovenaan rechts geeft aan welk beeld de kinderen bekijken in het theater. Na het voorlezen van de tekst, haal je de eerste plaat uit de kamishibaï en schuif je deze er weer in als laatste plaat. Op de keerzijde bevindt zich het vervolg van de voor te lezen tekst (plaat ‘1’). Ga weer op dezelfde manier door voor het vervolg van het verhaal. Het bloebelletjesbos in geuren en kleuren. Om het verhaal en de beleving van de kamishibaï helemaal tot hun recht te laten komen, kan je de vertelling nog wat inkleden. Het heet toch niet voor niets ‘theater’. Ontpop jezelf tot boswachter en vertel de kinderen over het avontuur dat zich momenteel in jouw bos afspeelt. Je kunt de klas omtoveren tot het bloebelletjesbos met decoratie. Blaadjes, stenen of een plantje rondom de kamishibaï maken het nog magischer. Ook wat sfeerverlichting of een spot op de kamishibaï geven een mooi effect. Om het verhaal gedurende enkele dagen echt te laten ‘leven’, worden in deze lesmap ook meerdere activiteiten aangeboden om met de kinderen uit te voeren. Elke activiteit staat los van elkaar. Zo kan je als leerkracht of begeleider selecteren welke activiteit jou het beste ligt en welke je wenst te gebruiken.
Lesmap – Het bloebelletjesbos
6
Lesactiviteiten
Lesverloop:
1. Er komt een boswachter ‘op bezoek’ in de klas (leerkracht of externe persoon in boswachterpak). Hij heeft een speciale prent mee van een wilde hyacint (bijlage). De boswachter vertelt:
‘Ik kom jullie een bezoekje brengen. Ik zit namelijk met een probleem. Alle grote mensen geloven mij niet, omdat het zo ongelooflijk is! Gelukkig weet ik dat kinderen met een beetje fantasie, mij wel zullen helpen. In mijn bos wonen namelijk kleine wezentjes: De bloebelletjes! Ze zien er zo uit (toont prent). Ze planten deze bloemen en maken van mijn bos een magische plek. Maar er is een probleem. Er leeft ook een bostrol die de bloemen kapot maakt: GLUIP! Die wil het bos voor hem alleen. Daarom pest hij de dieren van het bos en ook de bloebelletjes. Hij stampt alle bloemen kapot! We moeten hier iets aan doen!’
2. Willen de kinderen het bos bezoeken, dan moet de boswachter wel zeker zijn dat zij goed voor de natuur zullen zorgen. Willen ze er dus eerst meer over leren? Geef de leerlingen per 2 of per 3 een praatprent. De pictogrammen worden verspreid in de klas. Bespreek de praatprent. Wie gaat niet zorgzaam om met de natuur? De leerlingen vertellen en zoeken het pictogram met de juiste manier.
Activiteit 1: Afspraken in het bos
Doelen:
ö De leerlingen verwoorden aan de hand van een praatprent dat je in het bos op de paadjes moet blijven om geen plantjes te beschadigen.
ö De leerlingen verwoorden hun eigen ideeën tot een beter behoud van de natuur. Materiaal:
ö Verkleedkledij boswachter (groene kledij, hier en daar een blaadje, een hoed, stevige stapschoenen …)
ö Prent bloebelletje met wilde hyacint
ö Praatprenten per 2 of 3
ö Pictogrammen Lesduur: 25 minuten Werkvorm: observatie, klasgesprek
Activ
iteit
1
Lesmap – Het bloebelletjesbos
7
Afspraken in het bos:
ö Stil zijn in het bos
ö Afval in de vuilbak gooien
ö Op de paadjes blijven
ö Geen bloemen plukken
ö De bomen niet beschadigen
ö Geen dieren vangen
3. Die pictogrammen krijgen een centrale plaats in de klas. Leven de kinderen deze afspraken zelf na? Zouden ze de boswachter dan kunnen helpen? Willen ze meer weten over de bloebelletjes en Gluip?
Lesmap – Het bloebelletjesbos
8
Bloebelletje met wilde hyacint
Lesmap – Het bloebelletjesbos
9
Praatprent
Lesmap – Het bloebelletjesbos
10
Pictogrammen
Lesmap – Het bloebelletjesbos
11
Lesmap – Het bloebelletjesbos
12
Lesmap – Het bloebelletjesbos
13
Lesactiviteiten
Lesverloop:
1. Vertellingen met een kamishibaï kunnen voor kinderen een hele belevenis worden als het
goed wordt ingekleed. Daarom is het aan te raden om extra tijd in de sfeerschepping te
stoppen. Eens de kinderen plaatsgenomen hebben voor de kamishibaï, kan het verhaal
beginnen. Laat dit ook vertellen door ‘de boswachter’.
2. Vraagstellingen doorheen het verhaal:
Activiteit 2: Drama – Waarnemen: Verhaal bloebelletjesbos vertellen
Doelen:
ö De fantasie en interesse van de kinderen worden geprikkeld.
ö De kinderen tonen verwondering voor een bijzonder natuurfenomeen, namelijk de weelderige bloei van de wilde hyacinten.
ö De kinderen ondervinden dat niet iedereen respectvol omgaat met het behoud van de natuur en willen zich hiervoor mobiliseren.
Materiaal:
ö Verkleedkledij boswachter (groene kledij, hier en daar een blaadje, een hoed, stevige stapschoenen …)
ö Kamishibaï
ö Vertelplaten
ö Voor sfeerschepping: een spot op de kamishibaï, kaarsen, decoratie uit het bos, kussens …
Lesduur: 25 minuten
Werkvorm: luisteren, klasgesprek
Activ
iteit
2
Lesmap – Het bloebelletjesbos
14
ö Wie is al eens naar een bos geweest? Zag jij ook al zulke bloemen?
ö Welke wezentjes zagen jullie al in het bos?
ö Gluip wil het bos voor hem alleen. Heb je ook al eens iets voor jezelf willen houden? Wat vonden de anderen daarvan?
ö Zijn jullie ook al eens geprikt door een plant? De bloebelletjes planten mooie bloemen, Gluip plant alleen prikplanten. Wat vinden jullie hiervan?
ö Kunnen de bloemen nog groeien als Gluip er op stampt?
ö Aan welke bosafspraken houdt Gluip zich niet?
ö Vinden jullie het een goede oplossing van de bosfee?
ö Zouden jullie het bos ook willen beschermen? Stel de eindactiviteit voor, namelijk een wandeling in het bos. Wanneer de kinderen alle opdrachten doorlopen hebben, kunnen ze het bloebelletjesbos zelf gaan bekijken. Hiervoor zal de leerkracht de komende dagen goed kijken of de kinderen de bosafspraken onthouden hebben.
Lesmap – Het bloebelletjesbos
15
Lesactiviteiten
Lesverloop:
1. De leerkracht heeft de muziekinstrumenten klaargelegd. Kies er één uit en bespeel het
instrument. Aan welk personage denken de kinderen bij dit geluid?
Kom tot het besluit dat Gluip vooral met luide instrumenten kan verklankt worden. De
bloebelletjes hebben meer subtiele klanken nodig.
Welke stemgeluiden passen bij de personages? Laat de leerlingen experimenteren met hun
stem: Brommen, grommen, fluiten, fluisteren, hoge en lage tonen…
Welk geluid maken de kinderen als ze iets mooi vinden? En lelijk? Wat doen ze als ze stilte
willen? Of als ze boos zijn? (Wauw! Eike! Ssht… Prrrt. Hihi! Ola! Oh! Laat de kinderen een
ruim assortiment aan geluiden bedenken.)
2. De leerkracht leest het gedicht voor. Hierna kan een keuze gemaakt worden.
ö De klas gaat het gedicht samen verklanken. Enkele kinderen krijgen trommels, anderen
belletjes, weer een ander groepje stokjes, handenklappers…
Activ
iteit
3
Activiteit 3: Muzisch taalgebruik: Klankgedicht
Doelen:
ö De leerlingen ervaren en herkennen de klankkleur van enkele instrumenten en van
verschillende soorten stemmen
ö De leerlingen kunnen een boodschap, sfeer of emotie in groep verklanken
ö De leerlingen experimenteren met de klankmogelijkheden van hun eigen stem
ö De leerlingen maken van een gedicht een klankverhaal
Materiaal:
ö Muziekinstrumenten, bijvoorbeeld trommel, belletjes, schuddoosjes, stokjes …
ö Kopieerblad gedicht
ö Dictafoon of andere opnameapparatuur (bijvoorbeeld gsm)
Lesduur: 50 minuten Werkvorm: Klassikaal of groepswerk
Lesmap – Het bloebelletjesbos
16
De kinderen experimenteren met de geluiden en kiezen welk instrument/stemgeluid het
best past bij een regel of alinea.
Wanneer de klas tot een besluit is gekomen, leest de leerkracht het gedicht opnieuw
voor en worden de geluiden er door de kinderen aan toegevoegd.
De leerkracht neemt dit op met de dictafoon (of ander opnametoestel) zodat het later
nog eens kan beluisterd worden. (Of zodat de boswachter het later eens kan
beluisteren!)
ö De klas wordt verdeeld in groepjes. Elk groepje zal een alinea verklanken en beslist welk
instrument/stemgeluid het beste past. Ze krijgen dus meerdere instrumenten ter
beschikking. De leerkracht neemt het gedicht daarna wel in zijn geheel op met de
dictafoon (of ander opnametoestel).
ö Er zijn nog verschillende variaties die kunnen toegepast worden. Sterke lezers kunnen de
alinea’s zelf voordragen. Oudere kinderen kunnen eventueel het hele gedicht voorlezen
en verklanken.
3. Sluit af door het gedicht te laten beluisteren. Wat vinden de kinderen van het eindresultaat?
Wat was moeilijk/makkelijk?
Er kan voor gekozen worden om ‘de boswachter’ op het einde van de lessenreeks op bezoek
te laten komen. Die zal dan hun klankgedicht beluisteren. Welk geluid zouden de kinderen
voor de boswachter bedenken?
Lesmap – Het bloebelletjesbos
17
Bloebelletjesgedicht
Trip trap trippel trap
kom je met ons mee op stap
trip trap trippel trap
Dit blauwe bos is echt heel knap!
Maak het stil
Geen roep, geen gil
Maak geen kabaal
Luister naar mijn verhaal
Kijk goed rond
dicht bij de grond
Dan zie je stelletjes
Van die kleine bloebelletjes.
Trip trap trippel trap
kom je met ons mee op stap
trip trap trippel trap
Dit blauwe bos is echt heel knap!
Stap stop Sapperloot
het blauwe bos is in nood
Stap stop sapperloot
Bloemen vertrapt door Gluip zijn
poot!
Trip trap trippel trap
Ga met de bloebells mee op stap
trip trap trippel trap
Het blauwe bos wordt zo weer
knap!
Lesmap – Het bloebelletjesbos
18
Bloebelletjesgedicht voorbeeld
Trip trap trippel trap (Met stokjes tikken)
kom je met ons mee op stap (Stampen met voeten)
trip trap trippel trap (Met stokjes tikken)
Dit blauwe bos is echt heel knap (Wauw!)
Maak het stil (Ssht!)
Geen roep, geen gil (Al fluisterend)
Maak geen (Trommelen) kabaal
Luister naar mijn verhaal (Belletjes rinkelen)
Kijk goed rond
dicht bij de grond
Dan zie je stelletjes
Van die kleine bloebelletjes (Belletjes rinkelen)
Trip trap trippel trap (Met stokjes tikken)
kom je met ons mee op stap (Stampen met voeten)
trip trap trippel trap (Met stokjes tikken)
Dit blauwe bos is echt heel knap(Wauw!)
Stap stop Sapperloot (Stampen met voeten, van zacht naar hard)
het blauwe bos is in nood (Roepen met tromgeroffel!)
Stap stop sapperloot (Stampen met voeten, van zacht naar hard)
Bloemen vertrapt door Gluip zijn poot! (Oh nee!)
Trip trap trippel trap (Met stokjes tikken)
Ga met de bloebells mee op stap (Stampen met voeten)
trip trap trippel trap (Met stokjes tikken)
Het blauwe bos wordt zo weer knap (Wauw!)
Lesmap – Het bloebelletjesbos
19
Lesactiviteiten
Lesverloop
1. Laat de kinderen het verhaal van het bloebelletjesbos samenvatten. Kennen ze de naam van
de bloemen nog? Laat de kinderen de naam enkele keren herhalen (hyacint) zoals Gluip het
zou zeggen, zoals de bosfee het zou zeggen, zoals een bloebelletje het zou zeggen.
2. De kinderen krijgen het kopieerblad met de delen van de bloem. Ze staan hier door elkaar.
De kinderen knippen de stukken uit en proberen de bloem weer in zijn geheel te vormen.
Opgelet! Er staan ook enkele prenten bij die de kinderen niet moeten gebruiken.
Voor jonge kinderen, waar knippen en plakken nog moeilijk gaat, kan dit als groepswerk
aangeboden worden. Voorzie een vijftal uitgeknipte prenten en laat de groepjes de prenten
juist leggen.
Activ
iteit
4
Activiteit 4: Bouw bloem: Wilde hyacint
Doelen:
ö De kinderen kunnen de bouw van de hyacint benoemen: bol met worteltjes,
bladeren, stengel, bloem, zaadjes.
ö De kinderen kunnen verklaren waarom het blauwe bloementapijt maar een
tijdelijk fenomeen is. (De hyacinten hebben zonlicht nodig. Wanneer het bos weer
dichtbegroeid is hebben de bloemen hieraan een tekort).
Materiaal:
ö Kopieerblad met prenten
ö Werkblad
ö Klassikale prent
ö Schaar
ö Lijm
Lesduur: 50 minuten Werkvorm: Klassikaal en/of individueel en/of groepswerk
Lesmap – Het bloebelletjesbos
20
3. Aan bord worden de prenten juist gehangen zodat de kinderen zelf kunnen corrigeren en
opkleven.
Nu worden de delen van de bloem benoemd. Laat de leerlingen eerst zelf verwoorden welke
delen ze al kennen. Daarna vult u zelf aan.
Vraagstelling:
ö Welke delen bevinden zich boven de grond?
ö Welke delen bevinden zich onder de grond?
ö Wie heeft thuis bloemen? Wat geef je de bloemen om goed te groeien? En waar staan de
bloemen?
Kom tot het besluit dat ook de wilde hyacint water nodig heeft om te groeien, maar ook
zonlicht. De kinderen mogen dus de druppels water opkleven en ook de zon.
4. De kinderen hebben nog twee prenten over, een kale boom en een begroeide boom. Vertel
dat in het bloebelletjesbos de hyacinten maar heel even groeien. Zet de begroeide boom aan
bord strategisch voor de zon. Kunnen de hyacinten groeien als de zon verstopt zit? En bij de
kale boom?
5. Kies samen met de kinderen een plek in de klas om de klassikale prent op te hangen. Vertel
hen dat de boswachter zeker blij zal zijn met hun nieuwe ontdekkingen.
Lesmap – Het bloebelletjesbos
21
Naam: ____________________
Bouw van de hyacint Kan jij de hyacint juist plakken? En wat hebben hyacinten nodig om te groeien?
Lesmap – Het bloebelletjesbos
22
Knipblad
Bloem
Steel
Bladeren
Bol met worteltjes
Lesmap – Het bloebelletjesbos
23
Correctiesleutel
Bouw van de hyacint Kan jij de hyacint juist plakken? En wat hebben hyacinten nodig om te groeien?
Bloem
Steel
Bladeren
Bol met worteltjes
Lesmap – Het bloebelletjesbos
24
Lesmap – Het bloebelletjesbos
25
Lesmap – Het bloebelletjesbos
26
Lesmap – Het bloebelletjesbos
27
Lesmap – Het bloebelletjesbos
28
Lesactiviteiten
Lesverloop:
1. De kinderen zitten samen in de kring. De leerkracht zegt dat één leerling even Gluip mag
spelen en duidt een kind aan. Dit kind krijgt een foto van een brandnetel. Benoem deze plant
meermaals doorheen het spel.
Speel deze variant op ‘zakdoek leggen’.
Gluip wil de bloebelletjes (de kinderen in de kring) plagen en prikt hen met de brandnetel. Hij
loopt rond de kring terwijl de kinderen het versje van het bloebelletjesbos opzeggen (of een
stukje ervan, zie activiteit 3). Als Gluip iemand ‘geprikt’ heeft, loopt hij zo snel mogelijk rond
de kring en probeert hij de plaats van dat kind in te nemen. Wordt hij door dat kind toch
gepakt, dan moet hij in het midden van de kring zitten en zingen we:
Glui-uipje, jij bent gevangen.
In ons boompje zul jij hangen.
Jij blijft hier, jij blijft hier.
Liefste Gluipje jij blijft hier.
Daarna wordt het kind dat ‘geprikt’ werd Gluip en zo kan het spel enkele keren herhaald
worden.
Activ
iteit
5
Activiteit 5: Planten uit het bos
Doelen:
ö De leerlingen kunnen de volgende planten herkennen en benoemen:
Brandnetel / Hyacint / Éénbes / Bosanemoontje.
Materiaal:
ö Prent brandnetel
ö Haarband of muts per kind
ö Foto’s spel ‘Ben ik Gluip?’
Lesduur: 50 minuten Werkvorm: Grote kring en groepjes in kring
Lesmap – Het bloebelletjesbos
29
2. Voorzie zelf haarbanden of mutsen voor het volgende spel. Kopieer de foto’s van het spel
‘Ben ik Gluip?’ naar het gewenste aantal groepen.
De leerlingen worden in groepjes verdeeld van ongeveer acht kinderen. Elk kind doet een
haarband of muts aan en trekt een kaartje. Het kind mag dit kaartje zelf niet zien!
Daarna mogen de spelers om de beurt een ja/nee-vraag stellen en proberen uiteindelijk te
raden wie of wat op hun kaartje staat. Het spel stopt wanneer iedereen zijn kaartje kon
vinden.
Alvorens dit spel te spelen, toont de leerkracht de prenten zodat de kinderen de juiste
benaming kennen en samen herhalen. Leg de nadruk op de benaming van de planten. De
figuren uit het verhaal komen in het spel aan bod om het speels en grappig te maken.
3. Als de spelkaartjes tweemaal geprint worden, kunnen ze ook als memoryspel gebruikt
worden.
4. Sluit af met een korte vragenronde.
ö Welke bloemen planten de bloebelletjes?
ö Met welke planten plaagt Gluip de dieren en de bloebelletjes?
ö De bosfee toverde mooie, witte bloemen. Hoe heten die ook alweer?
ö Welke plant is giftig en mag je niet eten?
Lesmap – Het bloebelletjesbos
30
Brandnetel
Lesmap – Het bloebelletjesbos
31
Ben ik Gluip?
Lesmap – Het bloebelletjesbos
32
Lesmap – Het bloebelletjesbos
33
Lesactiviteiten
Lesverloop:
1. De ‘boswachter’ komt op bezoek. Alle eerdere activiteiten worden uitgebreid besproken. De
klassikale prenten worden bekeken. De boswachter luistert naar het klankgedicht. De
kinderen mogen vertellen over de planten die ze nu kennen.
2. De boswachter ziet dat de kinderen klaar zijn om het bos te bezoeken. Maar toch heeft hij
nog een vraag.
ö Vinden jullie de hyacinten mooi?
ö Zouden jullie ook graag hyacinten hebben thuis of in de klas?
ö Zouden jullie ze dan plukken in mijn bos?
De bloemen mogen zeker niet geplukt worden! Hopelijk weten de kinderen dit ondertussen.
De boswachter heeft gelukkig een oplossing bedacht. Ze zullen samen hyacinten knutselen
voor thuis en voor in de klas!
3. Elk kind krijgt een stappenplan en het nodige materiaal. Aan de hand van dit stappenplan
kunnen de kinderen zelfstandig aan de slag.
Geef de hyacinten een goed zichtbare plek in de klas. Na afloop besluit de boswachter dat de
kinderen klaar zijn om het bos te bezoeken.
Activ
iteit
6
Activiteit 6: Beeldende vorming: Hyacint
Doelen:
ö Een beeldend werk, namelijk hyacinten, maken met chenilledraad a.h.v. een
stappenplan.
ö Oefenen op fijne motoriek.
ö Oefenen op de benaming ‘hyacint’.
Materiaal:
ö Chenilledraad 50cm: groen en paars
ö Stappenplan
ö Schaar
ö Potje
ö Bolletjes klei
Lesduur: 50 minuten Werkvorm: Individueel
Lesmap – Het bloebelletjesbos
34
Stappenplan hyacint in chenilledraad
Materiaal
ö Schaar
ö Chenilledraad: 2 groen, 1 paars (50cm)
ö Potje
ö Bolletje klei
1. Leg het materiaal klaar. 2. Knip de eerste groene chenilledraad in
1x 30 cm, 2x 10 cm.
3. Knip de tweede groene chenilledraad
in 2x 15 cm, 1x 20 cm.
4. Knip de paarse chenilledraad in 5x
10cm.
Lesmap – Het bloebelletjesbos
35
5. Draai de stukjes chenille draad van 10
cm rondom de lange chenilledraad
van 30 cm. Doe dit helemaal aan het
uiteinde.
6. Draai de paarse stukjes chenilledraad
rondom de uiteinden van de lange
chenilledraad. Dit zijn de bloemen van
de hyacint.
7. Maak met de laatste chenilledraad
lussen. Dit worden de bladeren. Draai
ze rond de ‘steel’ van de hyacint.
8. Prik de hyacint vast in een bolletje klei
en stop het in een mooi potje.
TIP: Een potje versieren kan eveneens
een leuke activiteit zijn.
Lesmap – Het bloebelletjesbos
36
Lesactiviteiten
Doelgroep
Thema van de wandeling
Inhoud
3e kleuterklas Kabouter en trollenpad De bostrol heeft het reiskoffertje gestolen
van de boskabouter. Hoe zal dit aflopen?
1e leerjaar Konijnenpad Via spelletjes en doe-opdrachten maken we kennis met het leven van de konijntjes.
2e leerjaar Zintuigenpad Genieten van de natuur door te kijken, te
ruiken, te voelen, te luisteren en te proeven.
3e leerjaar Kriebelbeestenpad Bang van al die kriebelbeesten? Wij gaan
samen op zoek en ontdekken hoe nuttig deze diertjes zijn in de natuur.
4e leerjaar Met de bosuil op stap Wat hebben vogels allemaal nodig om
ergens graag te wonen? We leren enkele vogels ook aan hun zang herkennen.
5e leerjaar Waar is de boswachter Tijdens een actieve bosbeleeftocht
ontdekken we samen met de ‘boswachter’ de geheimen van het bos.
6e leerjaar Op sporentocht Actieve sporentocht met een link naar de
‘Groote Oorlog’.
ö Alle wandelingen starten in de voormiddag om 9.15u en om 10.45u. In de namiddag om
13.15u.
ö Vertrek en aankomst aan het jachtpaviljoen, even voorbij de Achtdreven.
ö Een wandeling duurt anderhalf uur en de vergoeding bedraagt 20 euro.
Activ
iteit
7
Activiteit 7: Bosbezoek
Tijdens de Week van de Hyacint kunnen scholen het Hallerbos bezoeken onder begeleiding van een natuurgids. Op www.hallerbos.be kan je meer informatie verkrijgen of contact opnemen. Psssst: ook tijdens de Week van het Bos (oktober) kan je naar het bos met een gids!
Lesmap – Het bloebelletjesbos
37
Leuke weetjes
…het bloebelletjesbos echt bestaat? Het heet eigenlijk het Hallerbos. Elk jaar kleurt het Hallerbos blauw van half april tot begin mei. Dan staan de wilde hyacinten mooi in bloei! Ga zeker eens kijken
op www.hallerbos.be voor meer informatie!
…de éénbes ook echt in het Hallerbos groeit? Deze plant is ook echt giftig. Gelukkig zijn dieren slim genoeg, ze komen niet te dicht bij deze plant!
…de hyacinten in het bos wel eens ‘blauwe belletjes’ genoemd worden? Weet je nu ook waarom de bloebells zo heten? Zeg het maar eens na in het Engels! (Blue bells) Andere bijnamen voor de hyacint zijn snottebellekes, de blauwe kousjes, of ‘de blauw bloemekes’.
Leuk
e we
etje
s
WIST JE DAT…
Lesmap – Het bloebelletjesbos
38
…de roze hyacint ook in werkelijkheid zeldzaam is? Maar ze bestaan echt! Het zijn ook wilde hyacinten maar met een afwijkende kleur.
…tussen de hyacinten ook bosanemoontjes groeien? Die zijn wit van kleur. Minder opvallend, maar minstens even mooi als de hyacinten! Waar het wat vochtiger is in het bos vind je tapijten van daslook, erg mooi en sterk ruikend!
…in het Hallerbos een plekje te vinden is met rode bomen? Deze rode bomen groeiden oorspronkelijk in Amerika. We noemen ze ‘Redwood Sequoia’. Herinner je je de spreuk van de bosfee nog? Ze worden ook wel ‘mammoetbomen’ genoemd, omdat ze zo groot zijn. Ze kunnen duizenden jaren oud worden!
Lesmap – Het bloebelletjesbos
39
… wilde hyacinten hele broze bloemen zijn? Als iemand op de
bloemen trapt of op dorre bladeren, worden de bodem, de bollen en de zaadjes aangetast. Hierdoor kunnen er geen nieuwe bloemen groeien. Zo
krijg je kale plekken in het bloementapijt! Bosbezoekers moeten dus zeker op de wandelpaden blijven. Dan kunnen we nog lang van het blauwe
bloementapijt genieten.
… de boommarter een dier is dat veel ruimte nodig heeft? Plan Boommarter is een organisatie die zich inzet voor meer en grotere natuurgebieden in de streek van het Hallerbos. De boommarter werd dus niet toevallig als mascotte gekozen. Plan Boommarter zet zich ook in om de natuur binnen het Hallerbos te behouden. Het is daarom óók geen toeval dat het dier een plekje kreeg in het verhaal!
… rondom het Hallerbos nog meer prachtige natuur te vinden is? Het Warandepark met haar speelnatuur, de reservaten Berendries en Maasdalbos, het Lembeekbos en ook de geheimzinnige Malakofftoren kan je echt gaan bewonderen! Kijk zeker eens op www.planboommarter.be voor de
mooiste wandelingen doorheen deze streek.
Lesmap – Het bloebelletjesbos
40
Extra lesmateriaal
Extr
a les
mate
riaal
Lesmap – Het bloebelletjesbos
41
Extra lesmateriaal
Extr
a les
mate
riaal
Lesmap – Het bloebelletjesbos
42
Extra lesmateriaal
Vind jij de zeven verschillen?
Extr
a les
mate
riaal
Lesmap – Het bloebelletjesbos
43
Extra lesmateriaal
Correctiesleutel
Extr
a les
mate
riaal
Lesmap – Het bloebelletjesbos
44
Extra lesmateriaal
Vind jij de passende schaduw?
Extr
a les
mate
riaal
Lesmap – Het bloebelletjesbos
45
Extra lesmateriaal
Correctiesleutel
Extr
a les
mate
riaal
Lesmap – Het bloebelletjesbos
46
Extra lesmateriaal
Extr
a les
mate
riaal
Lesmap – Het bloebelletjesbos
47
Extra lesmateriaal
Extr
a les
mate
riaal
Lesmap – Het bloebelletjesbos
48
Extra lesmateriaal
Extr
a les
mate
riaal
Lesmap – Het bloebelletjesbos
49
Extra lesmateriaal
Extr
a les
mate
riaal