ING Economisch Bureau Regiobericht energietransitie – januari 20181
Utrecht de schoonste economie, Zeeland de meest vervuilende
Grote verschillen in provinciale klimaatscore
ING Economisch Bureau Regiobericht energietransitie – januari 20182
Inhoud
Conclusie
Nederland heeft grote klimaatambities: waar staan de provincies?
Vooral in West-Nederland uitdagingen door grote CO2-uitstoters
Flinke regionale verschillen in energieverbruik huishoudens
Zuid-Holland grootste uitstoter, Flevolands kleinste
Utrecht groenste economie, Zeeland meest vervuilend
Verdieping per provincie
Hoogste klimaatscores
Gemiddelde klimaatscores
Laagste klimaatscores
3
4
5
6
7
8
9
10
12
ING Economisch Bureau Regiobericht energietransitie – januari 2018
Conclusie
Grote verschillen in uitstoot tussen provincies
Bedrijven: grote uitstoters vooral in Noord- en
Zuid-Holland en ZeelandTop 15 grote uitstoters CO2 naar omvang en regio (2016)
Huishoudens: in het Noorden en Limburg hoogste
energieverbruikEnergieverbruik (gas/elektra) huishoudens per provincie
in PJ (2016)*
1
2
3
4
5
6
7
8
10
1112
9
13
14
15
Bron: Emissieautoriteit, CBS, ING Economisch Bureau
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
Bron: ING Economisch Bureau. *Cijfers 2015, CO2-equivalent. Gecorrigeerd voor de gesloten kolencentrales op de Maasvlakte, Geertruidenberg, Borssele en Nijmegen.
Per saldo is Utrecht de schoonste economie,
Zeeland de meest vervuilendeRanking uitstoot broeikasgas (CO2, methaan en lachgas)
in ton per € 1.000 euro BBP in de regio*
Zeeland
Groningen
Limburg
Friesland
Drenthe
Zuid-Holland
Flevoland
Overijssel
Noord-Brabant
Gelderland
Noord-Holland
Utrecht
Energiesector
Chemie
Raffinaderijen
Basismetaal
Bron: CBS, ING Economisch Bureau. *Het verbruik van energie door huishoudens is op basis van de cijfers niet rechtstreeks te vertalen in uitstoot. PJ geeft daarvan echter een goed beeld.
Laagste energieverbruik
Hoogste energieverbruik
Bovengemiddeld energieverbruik
Ondergemiddeld energieverbruik
Nederland heeft de klimaatdoelstellingen aangescherpt en wil de uitstoot van broeikasgassen versneld reduceren.
Met de praktische uitwerking daarvan is het belangrijk hoe groen de regionale economie is. De verschillen zijn groot.
• In Noord-Holland, Zuid-Holland en Zeeland bevinden zich de meeste grote uitstoters onder bedrijven.
• Huishoudens in de noordelijke provincies en Limburg verbruiken de meeste energie.
• Per saldo is Utrecht de schoonste economie. Zeeland is naar verhouding het meest vervuilend.
84%Van de totale uitstoot van broeikasgas in NL
16%Van de totale uitstoot van broeikasgas in NL
3
ING Economisch Bureau Regiobericht energietransitie – januari 2018
Parijs vraagt een versnelling van de CO2*-reductie Broeikasemissies* (megaton/ mln. ton)
Radicale reductie broeikasgassen nodig
De Nederlandse klimaatopgave is fors. Het
internationale Parijsakkoord schrijft een CO2-reductie*
van ten minste 80% tot 95% in 2050 voor ten opzichte
van 1990 (zie figuur). Sinds 1990 is de uitstoot van CO2
met 11% afgenomen (t/m 2016), maar om de Parijs-
doelstelling te halen is veel meer nodig. Tot 2050 moet
de nationale CO2-uitstoot nog met minstens 77% dalen.
Nieuw kabinet wil versnellen
Het nieuwe kabinet wil versnellen en de CO2-uitstoot in
2030 met 49% hebben gereduceerd ten opzichte van
1990. Dit doel wordt vastgelegd in een klimaatwet en er
wordt een nieuw energieakkoord gesloten om het doel
te bereiken. Provincies en gemeenten zullen hiermee
aan de slag moeten gaan.
Uitgangspositie uitstoot broeikasgassen provincies
Deze publicatie bekijkt de huidige uitstoot van
broeikasgassen in de verschillende provincies en
relateert dit aan de economie (de klimaatscore, zie box).
De volgende aspecten komen aan bod:
• Rol van het bedrijfsleven: waar zitten de grootste
uitstoters? (pag. 5).
• Rol van de huishoudens: regionale verschillen in
gas- en elektraverbruik en eigen vervoer (pag. 6).
• Overzicht absolute uitstoot: welke provincies stoten
de meeste broeikasgassen uit (pag. 7)?
• Overzicht relatieve uitstoot: hoe schoon of
vervuilend is de economie van een provincie (pag. 8)?
• Verdieping per provincie: de provincies nader belicht
(pagina 9-12).
Box: regionale klimaatscore
In deze publicatie kijken we op provincieniveau naar
de drie belangrijkste broeikasgassen:
• Koolstofdioxide (CO2) komt vooral vrij bij de
verbranding van fossiele brandstoffen.
• Methaan (CH4) wordt vooral door vee
uitgestoten en komt ook vrij bij onvolledige
verbranding van gas.
• Lachgas (Distikstofoxide, N2O) komt onder meer
vrij bij de productie en het gebruik van
kunstmest en via bodemprocessen.
Methaan en lachgas worden uitgedrukt in CO2-
equivalent met een vermenigvuldigingsfactor van
respectievelijk 25 en 298. Het opnemen van
methaan en lachgas in de analyse geeft een
completer beeld van het klimaateffect en sluit
tevens aan bij de meetwijze van het internationale
klimaatpanel IPCC. Bij elkaar dekt dit 99% van de
impact, waar alleen CO2-uitstoot goed is voor 85%.
Aangezien economische groei een driver is van de
uitstoot, relateren we de uitstoot aan de omvang
van de economie om per provincie tot een
klimaatscore te komen. Om de
klimaatdoelstellingen te kunnen halen is het
belangrijk om de groei ‘te ontkoppelen’ en de
uitstoot per € economische waarde te reduceren.
Inleiding
Grote klimaatambities voor Nederland: waar staan de provincies?
4
Bron: CBS. * betreft CO2-equivalent. **niveau is t.o.v. 1990
-20%**
-40%
-60%
-80%
0
40
80
120
160
200
240
280
1990 2000 2010 2016 2020 2030 2040 2050
Uitstoot in Nederland
Parijs doelstelling
NL doelstelling 2030 -49%
tenminste
ING Economisch Bureau Regiobericht energietransitie – januari 2018
Veel van de grootste uitstoters gevestigd in Zuid-Holland*Top 15 grootste CO2-uitstoters NL 2016
Waar zitten de bedrijven die lokaal veel CO2 uitstoten?
Vooral in West-Nederland uitdagingen door grote CO2-uitstoters
Industrie en energiesector bepalend
Het bedrijfsleven is verantwoordelijk voor meer dan
80% van de uitstoot van broeikasgassen in Nederland.
De bijdrage is echter scheef verdeeld. De top-15
belangrijkste uitstoters van CO2 neemt ongeveer een
derde van de totale landelijke uitstoot van CO2 (inclusief
huishoudens) voor haar rekening. Deze grote uitstoters
zijn vooral te vinden in Noord-Holland, Zuid-Holland en
Zeeland.
Grootste impact moet komen van alternatieven
De nieuwe reductiedoelstellingen hebben bij grote
uitstoters veel impact, maar bedrijfseconomisch kunnen
duurzame alternatieven vaak nog niet uit. Toch zijn ze
essentieel. Optimalisering van energie-efficiëntie is
belangrijk, maar niet voldoende.
Mogelijkheden om CO2-uitstoot terug te dringen zijn:
- Het gebruik van biomassa als energiebron in de
industrie. Het aanbod hiervan is echter beperkt en
er kleven er ook andere nadelen aan.
- Op lange termijn is waterstof in veel
productieprocessen naar verwachting een beter
alternatief.
- Ook het gebruik van CO2 als grondstof (bij derden)
behoort tot de mogelijkheden, al staat dit eveneens
nog in de kinderschoenen.
- Om tot snellere reductie te komen en de tijd tot
groene technieken te overbruggen zet het kabinet
ook in op afvang en opslag van CO2.
Bedrijf Provincie CO2-uitstoot in megaton
1 RWE Eemshaven Centrale GR
2 Tata Steel IJmuiden B.V. NH
3 Uniper Maasvlakte Powerplant 3 ZH
4 Shell Nederland Raffinaderij B.V. ZH
5 Nuon Centrale Hemweg NH
6 Yara Sluiskil B.V. ZE
7 Nuon Power Velsen (gas) NH
8 Essent Amercentrale (Geertruidenberg) NB
9 ENGIE Centrale Rotterdam ZH
10 Dow Benelux B.V. (Terneuzen) ZE
11 Shell Nederland Chemie B.V. Moerdijk NB
12 BP Raffinaderij Rotterdam B.V. ZH
13 ENGIE Eemscentrale (gas) GR
14 Nuon Power IJmond (gas) NH
15 ESSO Raffinaderij Rotterdam ZH
8,3
6,3
4,7
4,3
4
3,7
3,6
3,5
3,2
2,7
2,6
2,3
2,2
2,1
2,1
1
2
3
4
5
6
7
8
10
11
12
9
13
14
15
Bron: Emissieautoriteit, bewerking ING Economisch Bureau*In het regeerakkoord is afgesproken de resterende vijf kolencentrales, de RWE Eemshaven centrale (1), de Uniper Maasvakte Powerplant (3) de Nuon centrale Hemweg (5), de Essent Amercentrale (8) en de Engie centrale Rotterdam (9) uiterlijk in 2030 te sluiten. Dit gaat ten koste van werkgelegenheid en economische bijdrage, maar reduceert de uitstoot van de betreffende provincies flink.
5
Energiesector
Chemische industrie
Raffinaderijen
Basismetaalindustrie
ING Economisch Bureau Regiobericht energietransitie – januari 20186
Gasverbruik woningen meest bepalend
Ongeveer 16% van de Nederlandse uitstoot van
broeikasgassen komt direct van huishoudens. Inwoners
stoten vooral CO2 uit door:
• Stroom- en gasverbruik in huis (55% van het totaal).
Gasverbruik is daarbij het meest bepalend.
• Eigen vervoer met bijvoorbeeld de auto (45% van
het totaal).
Zuiniger en elektrisch rijden kan footprint drukken
Nieuwe auto’s worden steeds zuiniger: hoe jonger het
wagenpark, hoe gunstiger voor het brandstofverbruik.
Een verandering die de uitstoot van huishoudens fors
kan verbeteren is de overgang naar de elektrische auto.
Met de hoogste aantallen autokilometers kan dit voor
huishoudens in Drenthe, Friesland, Gelderland en
Flevoland het meeste opleveren. Regio’s kunnen dit
stimuleren door naast verbetering van het openbaar
vervoer voor goede laadinfrastructuur te zorgen.
Provinciale ‘opcenten’ op de motorrijtuigenbelasting zijn
hiervoor een mogelijke financieringsbron. De
uiteindelijke CO2-reductie hangt af van de mate waarin
groene stroom wordt geleverd.
Gasverbruik Flevoland helft lager dan in DrentheGem. gasverbruik in m3 p/woning (2016)
0
500
1.000
1.500
2.000
FL ZH NH UT ZE NB OV GE LI FR GR DR
Elektriciteitsverbruik Friese woningen 20% lager dan in Noord-BrabantGem. (netto) elektriciteitsverbruik p/woning in kWh (2016)
0
1.000
2.000
3.000
FR NH GR ZE ZH UT GE DR OV LI FL NB
Bron: CBSBron: CBS
Wat is de rol van huishoudens?
Flinke regionale verschillen in energieverbruik huishoudens
Friese huishoudens verbruiken netto het minste
stroom, Brabantse het meeste
Friese huishoudens verbruiken (na aftrek van eigen
energie opwekking) de minste elektriciteit, huishoudens
in Noord-Brabant het meest. In het gasverbruik zijn de
verschillen groter. Woningen in Flevoland verbruiken
door de recentere bouw en daardoor betere isolatie
veel minder gas (83% van de woningen heeft
energielabel A-C, tegenover 56% gemiddeld in
Nederland). In provincies met een oudere
woningvoorraad en veel vrijstaande woningen is hier
met onder andere dubbelglas (HR++) en dak- en
muurisolatie het meest te winnen.
Drentenaren maken de meeste autokilometers,
Noord-Hollanders de minsteGem. aantal auto km als bestuurder per dag (2016)
0
5
10
15
20
25
NH ZH OV LI UT GR ZE NB FL GE FR DR
Bron: CBS
ING Economisch Bureau Regiobericht energietransitie – januari 20187
Zuid-Holland met Rotterdamse haven grootste uitstoterUitstoot broeikasgas (CO2, methaan, lachgas) in megaton* (Mt)
Bron: ING Economisch Bureau. *Cijfers 2015, betreft CO2-equivalent. De regiocijfers zijn gecorrigeerd voor de sluiting van de kolencentrales op de Maasvlakte (2x) en in Borssele, Geertruidenberg en Nijmegen.
Bedrijven en huishoudens bepalen samen de totale
uitstoot van provincies. Dit varieert van 4 in Flevoland
tot 46 megaton in Zuid-Holland.
Zuid-Holland zwaargewicht, Flevoland lichtgewicht
De provincie Zuid-Holland is met een kwart van de
Nederlandse uitstoot van broeikasgassen de grootste
uitstoter. Dit hangt vooral samen met de gemeente
Rotterdam en het industriële complex in de haven dat
goed is voor 15% van de landelijke uitstoot van
broeikasgassen. De laagste uitstoot is te vinden in
Flevoland. Groningen is de enige provincie waar de
uitstoot de afgelopen jaren flink is gestegen. Dit komt
vooral door ingebruikname van nieuwe
energiecentrales waaronder de RWE kolencentrale die
met een vermogen van 1.560 megawatt de krachtigste
energiecentrale in Nederland is.
Top 5 hoogste uitstoot broeikasgassen gemeenten
Nr. Gemeente Megaton % van NL
1 Rotterdam 30 15%
2 Velsen 13 7%
3 Eemsmond 11 6%
4 Amsterdam 8 4%
5 Terneuzen 8 4%
Bron: Energieregistratie, ING Economisch Bureau. *CO2-equivalent (incl. methaan en lachgas). Cijfers 2015, De sluiting van de ‘oude’ kolencentrales op de Maasvlakte zijn in de cijfers verwerkt.
Welke provincie stoot de meeste broeikasgassen uit?
Zuid-Holland grootste uitstoter, Flevoland de kleinste
33
46
26
14
15
7 16
10
7
18
5
4
Impact zware industrie provincieoverstijgend
Industriële complexen drukken zwaar op de footprint
van provincies. Dit geldt naast Rotterdam ook voor de
Eemsmond (Groningen), Chemelot (Limburg) en de
regio Terneuzen (Zeeland). Met het nationale belang
van deze industrie reikt de uitdaging verder dan de
provinciegrenzen. Tegelijkertijd is het spectrum van
grote uitstoters overzichtelijk en hebben duurzame
oplossingen een groot effect.
ING Economisch Bureau Regiobericht energietransitie – januari 20188
Bron: ING Economisch Bureau o.b.v. cijfers emissieregistratie.nl en CBS.*Hiervoor is de omrekenfactor voor Global Warming Potential die het CBS (op basis van IPCC) gebruikt aangehouden.
Utrecht met afstand de schoonste economie
Als we de totale uitstoot van broeikasgassen relateren
aan de omvang van de regionale economie, dan is
Utrecht met afstand de schoonste provincie (zie figuur),
gevolgd door Noord-Holland en Gelderland. Utrecht is
een diensteneconomie met relatief weinig energie-
intensieve bedrijven, maar ook de huishoudens scoren
ondergemiddeld met gas- en elektriciteitsverbruik.
Zeeuwse uitstoot 9 keer zo groot als die van Utrecht
Zeeland scoort met een CO2-uitstoot van 1,3 ton per
€ 1.000 economische waarde veel minder goed dan
andere provincies. Ook de noordelijke provincies en
Limburg scoren in de ranking ondergemiddeld. Waar
Zuid-Holland absoluut gezien de grootste uitstoot heeft,
neemt de provincie door het grote economische
gewicht een middenpositie in.
Hoge uitstoot methaan in agrarische provincies
Methaan heeft landelijk omgerekend een aandeel van
9% in de totale uitstoot van broeikasgassen. Met de
grote agrarische sector vertegenwoordigt methaan in
Friesland maar liefst 32% van de regionale uitstoot. Dit
gaat ook gepaard met een hogere uitstoot van lachgas.
Overijssel, Drenthe en Gelderland stoten ook veel
methaan uit, maar in andere provincies is het aandeel
beduidend lager.
Welke provincie heeft de schoonste economie?
Utrecht de groenste economie, Zeeland de meest vervuilende
Aandeel methaan in Friesland het hoogst% methaan in totale broeikasgas (2016,CO2 equivalent)
32%
28%
19%18%
15%
FR OV DR GE NB
1,30
0,70
0,44
0,41
0,40
0,35
0,35
0,29
0,28
0,26
0,26
0,14
Zeeland
Groningen
Limburg
Friesland
Drenthe
Zuid-Holland
Flevoland
Overijssel
Noord-Brabant
Gelderland
Noord-Holland
Utrecht1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
Bron: ING Economisch Bureau o.b.v. cijfers emissieregistratie.nl
Utrecht heeft de groenste economie van Nederland
Klimaat ranking uitstoot ton broeikasgas (CO2, methaan en
lachgas)* per € 1.000 BRP. (1: groenste economie)
ING Economisch Bureau Regiobericht energietransitie – januari 2018
Provincies gaan mee in nationale versnelling
Een nieuw nationaal energieakkoord zal ook tot nieuwe ambities bij
provincies leiden. De meeste provincies streven al klimaatneutraliteit in
2050 na, maar precieze invulling ontbreekt nog. Wat gebeurt er al?
Noord-Holland
Utrecht wil klimaatneutraal zijn in 2040
De provincie Utrecht is als dienstenregio minder
afhankelijk van fossiele energie en is verreweg de
groenste provincie als we kijken naar de omvang van de
economie. Utrecht heeft de ambitie om in 2040
klimaatneutraal te zijn, waarmee de provincie tot de
meest ambitieuze regio’s behoort. Voor de korte termijn
– 2020 - streeft Utrecht ernaar om 10% duurzame
energie op te wekken en naar 50.000 ‘nul-op-de-
meterwoningen’. Een positieve voorbeeld uit de praktijk
is dat de Universiteit Utrecht de CO2-uitstoot in 2020 al
met 33% wil verminderen.
Utrecht
Noord-Holland scoort relatief goed met emissies
Noord-Holland scoort ondanks de hoge uitstoot en
energie-intensieve locaties als Tata Steel en Schiphol
toch hoog in de klimaatranking. Met de grote
concentratie dienstverleners rond Amsterdam is de
regionale economie minder afhankelijk van fossiele
brandstoffen dan andere provincies. Het streven van de
provincie is een volledig duurzame energievoorziening
in 2050. Noord-Holland Noord is een regionale
voortrekker met o.a. gasopslag Bergermeer, diverse
wind-energielocaties en hergebruik van warmte van
datacentra van Microsoft in de kassen van de tuinbouw.
Gelderland wil voorop blijven lopen
Gelderland scoort na Utrecht en Noord-Holland het
hoogst op de regionale klimaatranking. Op
verschillende terreinen neemt de provincie het
voortouw, zoals het streven naar een afvalloze
economie. De provincie heeft zich met 190 partijen via
het Gelders Energieakkoord verbonden te komen tot
klimaatneutraliteit in 2050. De gemeente Wageningen
is het meest ambitieus en wil dat in 2030 al zijn en
behoort nu al tot de top 10 gemeenten met de laagste
CO2-uitstoot per huishouden.
Gelderland
9
Verdieping per provincie
Hoogste klimaatscores
1.2. 3.
ING Economisch Bureau Regiobericht energietransitie – januari 201810
Flevoland: niet de groenste, wel kampioen wind
Flevoland heeft met 4 megaton de laagste uitstoot van
broeikasgassen, maar eindigt gerelateerd aan de
omvang van de economie in de middenmoot. Dit komt
onder meer doordat Flevoland een woonprovincie is en
veel werknemers elders werken en met de auto reizen.
Op groene energie springt de provincie er wel uit. Van
alle windenergie die in Nederland op land wordt
opgewekt, komt 33% uit Flevoland (2016). De
elektriciteit die dit oplevert is in ruim 5 jaar verdubbeld
en de provincie wekt daarmee al 60% van de
energiebehoefte op. Flevoland wil ruimte maken voor
verdere ontwikkeling en uiterlijk in 2050 vrij zijn van
fossiele energie.
Overijsselse uitdagingen boeren, burgers en bedrijven
De Overijsselse economie heeft een geringe CO2-
uitstoot, maar eindigt door de relatief hoge methaan-
uitstoot landelijk toch slechts op de vijfde plaats in de
klimaatranking. Het huidige doel van de provincie is in
2035 een aandeel groene energie van 35% te
realiseren. Verder moet de energievraag tot 2023 met
ruim 6% dalen (ten opzichte van 2015) door
besparingsmaatregelen. Van het resterende
energiegebruik moet dat jaar 20% uit hernieuwbare
bronnen komen. Ook wil de provincie een
energieneutrale gebouwde omgeving in 2050.
Overijssel Flevoland
Brabant scoort bovengemiddeld met CO2-reductie
De Brabantse uitstoot van broeikasgassen is met 26
megaton de op twee na hoogste, maar daar staat ook
een grote toegevoegde waarde tegenover. Al met al
scoort de provincie duidelijk bovengemiddeld in de
klimaatranking. Geertruidenberg en Moerdijk kennen de
hoogste emissie per inwoner door aanwezigheid van de
Amercentrale en het chemiecluster met Shell. Het
Brabants Energieakkoord streeft naar een volledig
duurzame energievoorziening in 2050. In absolute zin
ligt de grootste opgave bij de industrie die in
toenemende mate zal moeten investeren in
energiebesparing en vergroening. Ook voor de
agrarische sector ligt er een opgave.
Noord-Brabant
Verdieping per provincie
Gemiddelde klimaatscores
4.5. 6.
ING Economisch Bureau Regiobericht energietransitie – januari 201811
Zuid-Holland grootste uitstoter, niet meest vervuilend
Zuid-Holland is landelijk de grootste uitstoter, maar de
regionale economie blijft door de grote omvang en lage
uitstoot van de regio Den Haag (en Leiden) vijf andere
provincies voor. De kolencentrales, de vijf raffinaderijen
en de chemische industrie zijn grote uitstoters, maar er
zijn daarmee ook grootschalige oplossingen mogelijk. Zo
is het restwarmteinitiatief tussen de haven en woningen,
kantoren en kassen in het Westland iets wat de uitstoot
beperkt. Ook onderzoekt het havenbedrijf een
infrastructuur voor afvang, transport en opslag van CO2
in de Noordzee. Een interessant initiatief voor de
toekomst is de proeftuin voor groene waterstof op
Goeree Overflakkee. Zuid-Holland streeft naar een CO2-
neutrale energiebalans in 2050.
Zuid-Holland
Methaanuitstoot drukt op Friese footprint
Friesland scoort een negende positie in de
klimaatranking. Opvallend is vooral het grote aandeel in
de uitstoot van methaan en stikstof. Als agrarische
provincie liggen in Friesland de twee gemeenten met
het hoogste aantal melkkoeien: Súdwest-Fryslân en de
FryskeMarren. In die sector liggen ook de uitdagingen.
Friese huishoudens verbruiken daarnaast ook relatief
veel gas, wat samenhangt met de woningvoorraad. Op
het gebied van duurzame energieopwekking zijn er veel
(collectieve) initiatieven die de grijze
elektriciteitsconsumptie drukt. Zo zet Friesland stevig in
op wind- en zonne-energie, zoals bij Makkum (wind) en
op Ameland (zon).
Friesland
Drentse uitdagingen voor huishoudens en het MKB
Drenthe eindigt onderin de middenmoot van de
klimaatranking. Drentse woningen hebben landelijk
gemiddeld met 1.630 m3 per huishouden het hoogste
aardgasverbruik. Ook het elektriciteitsverbruik is met
3.230 kWh hoger dan in de andere provincies en
Drentenaren maken door de relatief grote afstanden
veel autokilometers. Drenthe wil energieneutraal
worden in 2050 en huishoudens hebben daarbij dus een
duidelijke rol. Voor het Drentse bedrijfsleven is de
uitdaging tenminste zo groot. In een recente enquête
scoort Drenthe veruit het laagst op duurzaam
ondernemerschap.
Drenthe
Verdieping per provincie
Gemiddelde klimaatscores
7.8.
9.
ING Economisch Bureau Regiobericht energietransitie – januari 201812
Zeeland scoort het laagst door aanwezige industrie
Met een aandeel van 2% in de Nederlandse economie is
Zeeland goed voor bijna 7% van de CO2-uitstoot.
Daarmee is de Zeeuwse economie landelijk het meest
koolstof-intensief. Qua uitdaging kent Zeeland veel
parallellen met Zuid-Holland en is er een spanningsveld
tussen investeren om de productie schoner te maken en
behoud van internationale concurrentiekracht. Er is in
het bedrijfsleven al veel aandacht voor duurzamere
processen, door bijvoorbeeld hergebruik van restwarmte
(Yara en Biopark Terneuzen) of CO2 (DowDuponten
Arcelor Mittal Gent). Voor huishoudens heeft Zeeland nu
de doelstelling om in 2045 energieneutraal te zijn.
Groningen heeft een grote klimaatopgave
De Groningse economie is met een grote chemische en
energiesector na Zeeland het meest koolstofintensief.
Het is bovendien de enige provincie waar de uitstoot
met de komst van de RWE energiecentrale in de
Eemshaven de afgelopen jaren flink is gestegen. Toch
waren de doelstellingen ook voor het regeerakkoord van
Rutte III al ambitieus. In 2050 willen de drie noordelijke
provincies CO2-neutraal zijn. Hoewel de Groningse
economie nog relatief afhankelijk is van fossiele energie,
wordt er steeds meer groene energie opgewekt, zoals in
het grootste zonnepark van het land in Delfzijl (Sunport).
Uitstoot Limburgse economie bovengemiddeld
Activiteiten die voor veel CO2-uitstoot zorgen zijn voor
de Limburg economisch belangrijk. De regio bekleedt
daardoor de tiende positie als de uitstoot wordt afgezet
tegen de economische omvang. Van de totale regionale
uitstoot van bijna 15 miljoen ton nemen de bedrijven op
Chemelot circa een derde voor hun rekening.
Investeringen maken installaties energie-efficiënter,
tegelijkertijd is er ook groei waardoor de uitstoot nog
niet daalt. Het Limburgs energiefonds ondersteunt al
diverse initiatieven voor vergroening. Ook Limburgse
huishoudens kunnen samen nog grote stappen zetten.
Limburg kent relatief weinig energiezuinige woningen.
Limburg
Verdieping per provincie
Laagste klimaatscores
10.11.
12.
Groningen Zeeland
ING Economisch Bureau Regiobericht energietransitie – januari 201813
Meer weten?
Kijk op ing.nl/kennis en volg ons op Twitter
Disclaimer
Deze publicatie is opgesteld door de ‘Economic and Financial Analysis Division’ van ING Bank N.V.
(‘‘ING’’) en slechts bedoeld ter informatie van haar cliënten. Deze publicatie is geen
beleggingsaanbeveling noch een aanbieding of uitnodiging tot koop of verkoop van enig
financieel instrument. Deze publicatie is louter informatief en mag niet worden beschouwd als
advies in welke vorm dan ook. ING betrekt haar informatie van betrouwbaar geachte bronnen en
heeft alle mogelijke zorg betracht om er voor te zorgen dat ten tijde van de publicatie de
informatie waarop zij haar visie in deze publicatie heeft gebaseerd niet onjuist of misleidend is.
ING geeft geen garantie dat de door haar gebruikte informatie accuraat of compleet is. ING noch
één of meer van haar directeuren of werknemers aanvaardt enige aansprakelijkheid voor enig
direct of indirect verlies of schade voortkomend uit het gebruik van (de inhoud van) deze
publicatie alsmede voor druk-en zetfouten in deze publicatie. De informatie in deze publicatie
geeft de persoonlijke mening weer van de Analist(en) en geen enkel deel van de beloning van de
Analist(en) was, is, of zal direct of indirect gerelateerd zijn aan het opnemen van specifieke
aanbevelingen of meningen in dit rapport. De analisten die aan deze publicatie hebben
bijgedragen voldoen allen aan de vereisten zoals gesteld door hun nationale toezichthouders aan
de uitoefening van hun vak. De informatie in deze publicatie kan gewijzigd worden zonder
enige vorm van aankondiging.
ING noch één of meer van haar directeuren of werknemers aanvaardt enige aansprakelijkheid
voor enig direct of indirect verlies of schade voortkomend uit het gebruik van (de inhoud van)
deze publicatie alsmede voor druk-en zetfouten in deze publicatie. Auteursrecht en rechten ter
bescherming van gegevensbestanden zijn van toepassing op deze publicatie. Niets in deze
publicatie mag worden gereproduceerd, verspreid of gepubliceerd door wie dan ook voor welke
reden dan ook zonder de voorafgaande uitdrukkelijke toestemming van de ING. Alle rechten zijn
voorbehouden. ING Bank N.V. is statutair gevestigd te Amsterdam, houdt kantoor aan Bijlmerplein
888, 1102 MG te Amsterdam, Nederland en is onder nummer 33031431 ingeschreven in het
handelsregister van de kamer van koophandel. In Nederland is ING Bank N.V. geregistreerd bij en
staat onder toezicht van De Nederlandsche Bank en de Autoriteit Financiële Markten. Voor nadere
informatie omtrent ING policy zie https://research.ing.com/. De tekst is afgesloten op 23 januari
2018.
Analist(en)
[Rico Luman]: [[email protected]]
Auteur
Rico Luman
Senior Econoom
06 8364 8954
Met medewerking van
Henk van den Brink ING Economisch Bureau
Katinka Jongkind ING Economisch Bureau
Thijs Geijer ING Economisch Bureau
Gerben Hieminga ING Economisch Bureau
Jurjen Witteveen ING Economisch Bureau
Maurice van Sante ING Economisch Bureau