geïntegreerde proeflingerieunderwear.weebly.com › uploads › 1 › 8 › 3 › 4 › ...een...
TRANSCRIPT
Sint-Jozefinstituut
Gemeenteplein 8
2550 Kontich
Studierichting TSO - Handel
Lieve De Meester Tweede leerjaar, derde graad
Dirk Verschueren Schooljaar 2012-2013
Geïntegreerde proef
Infobundel voor ouders en leerlingen
Handleiding GIP
Woord vooraf
Woord vooraf
Gefeliciteerd met de overgang naar het laatste jaar van het secundair onderwijs. Het
zesde jaar staat op je te wachten en daarmee ook je geïntegreerde proef. Dit is mis-
schien wel één van de grootste uitdagingen uit je middelbare schoolcarrière.
Deze infobundel bevat niet alleen de richtlijnen zoals die voorgeschreven worden door
het VVKSO1 (sector handel), maar ook enkele praktische afspraken en concrete richt-
lijnen voor dit project zoals het op onze school gestalte krijgt.
We hopen dat deze brochure je een houvast zal bieden.
We wensen je alvast veel succes.
September 2012
1 Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs
Handleiding GIP
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
INLEIDING ..................................................................................................... 5
1 ALGEMEEN KADER ............................................................................ 6
1.1 Wat is de gip? .....................................................................................6
1.2 Doelstellingen......................................................................................7
1.3 Opdrachten .........................................................................................7
1.4 Logboek en zelfevaluatie .......................................................................8
1.5 Dossier ...............................................................................................9
1.6 Chronologisch overzicht opdrachten ..................................................... 10
1.7 Evaluatie .......................................................................................... 12
1.7.1 Algemeen ......................................................................................... 12
1.7.2 Aandachtspunten ............................................................................... 14
2 OPBOUW VAN DE GEÏNTEGREERDE PROEF ..................................... 16
2.1 Samenstelling groepen en kiezen van een onderneming ......................... 16
2.2 Stap 1: Het profiel ............................................................................. 17
2.3 Stap 2: Het bedrijfsproject .................................................................. 17
2.4 Stap 3: De marktanalyse .................................................................... 17
2.5 Stap 4: Het marketingplan .................................................................. 17
2.6 Stap 5: De juridische aspecten ............................................................ 17
2.7 Stap 6: Het financieel plan .................................................................. 17
2.8 Stap 7: Het rapport ............................................................................ 18
Handleiding GIP
Inhoudsopgave
3 OPBOUW EINDWERK EN LAY-OUT .................................................. 19
3.1 Voorblad ........................................................................................... 19
3.2 Woord Vooraf .................................................................................... 19
3.3 Inhoudsopgave .................................................................................. 20
3.4 Inleiding ........................................................................................... 20
3.5 Eigenlijke tekst .................................................................................. 21
3.5.1 Inhoud ............................................................................................. 21
3.5.2 Algemene lay-out .............................................................................. 21
3.5.3 Alinea-afstand ................................................................................... 21
3.5.4 Opsommingen ................................................................................... 22
3.5.5 Kop- en voetteksten ........................................................................... 22
3.5.6 Voetnoten ......................................................................................... 22
3.5.7 Decimale indeling .............................................................................. 22
3.5.8 Getallen ............................................................................................ 23
3.5.9 Grafieken .......................................................................................... 24
3.5.10 Varia ................................................................................................ 24
3.6 Besluit .............................................................................................. 24
3.7 Literatuurlijst .................................................................................... 25
3.8 Bijlagen ............................................................................................ 25
3.9 Enkele tips ........................................................................................ 25
4 DE MONDELINGE VOORSTELLING .................................................. 26
4.1 Presentatie........................................................................................ 26
4.1.1 Inhoud ............................................................................................. 26
4.1.2 Tien geboden van de presentatie ......................................................... 26
4.1.3 Enkele tips ........................................................................................ 27
4.2 Vragenronde ..................................................................................... 27
BESLUIT ...................................................................................................... 28
LITERATUURLIJST ........................................................................................ 29
BIJLAGEN ..................................................................................................... 30
Handleiding GIP
Inleiding
Inleiding
In alle tso- en bso-afdelingen van het secundair onderwijs maken leerlingen in het
laatste jaar een geïntegreerde proef. Ze vormt het sluitstuk van de opleiding en wordt
door de overheid opgelegd als noodzakelijke voorwaarde om het diploma secundair
onderwijs te behalen. In deze brochure leggen we je uit wat de gip in de afdeling han-
del precies inhoudt. Deze brochure is opgebouwd uit vier grote delen: een algemeen
kader, de opbouw, richtlijnen bij het schriftelijk gedeelte en bij je mondelinge presen-
tatie.
In het eerste deel kan je lezen wat de geïntegreerde proef inhoudt, wanneer je met de
verschillende taken moet klaar zijn, bij wie je hulp kan krijgen en hoe de evaluatie zal
gebeuren.
Een overzicht van de opdrachten vind je in het tweede gedeelte. Via verschillende op-
drachtenfiches1, die je kan terugvinden op de elektronische leeromgeving, zal hierbij
nog verdere uitleg gegeven worden.
Het derde gedeelte van deze brochure geeft een overzicht van de verschillende delen
van het eindwerk, met telkens een woordje uitleg over de inhoud van die delen. Hier
vind je ook de richtlijnen i.v.m. de lay-out.
In het laatste deel vind je meer informatie over de mondelinge voorstelling.
Als je je houdt aan de tips die wij je geven in deze handleiding, maak je een goede
kans te slagen voor je gip. Heb je toch nog bijkomende informatie nodig dan kan je
altijd terecht bij je leerkrachten.
Lees deze infobundel grondig en noteer eventuele vragen, zodat je ze ons zo spoedig
mogelijk kan stellen. Houd eveneens de opgegeven timing steeds in de gaten!
1 Zie bijlage voor een voorbeeld.
Handleiding GIP
Algemene informatie p. 6
1 Algemeen kader
1.1 Wat is de gip?
Zoals je in de inleiding kon lezen, is de geïntegreerde proef voor alle tso- en bso-
afdelingen en dus ook voor de handelsrichtingen in de secundaire scholen verplicht.
Het begrip ‘geïntegreerd’ verwijst hierbij naar het vakoverschrijdende karakter van de
proef. Dit eindwerk bestaat uit verschillende vakken die rechtstreeks te maken heb-
ben met de richting handel.
De gip is een zeer belangrijk onderdeel in de eindevaluatie van het zesde jaar handel.
Het resultaat van deze proef kan doorslaggevend zijn voor het al of niet slagen op het
einde van het schooljaar. Aan dit eindwerk wordt immers een gans schooljaar ge-
werkt. Deze proef kent dan ook verschillende evaluatieperiodes, waarover later meer.
Redenen genoeg dus om er veel zorg en tijd aan te besteden.
Voor de afdeling handel is de inbreng van het bedrijfsleven een vanzelfsprekende
voorwaarde. De gip probeert de kloof tussen de school en de bedrijfswereld wat te
overbruggen. Door deze samenwerking wordt de eerder theoretische aanpak van de
onderwijswereld aangevuld met de realiteit van het bedrijf.
De gip is - omwille van zijn belangrijkheid - altijd een omvangrijk werk. Hierbij word
je bijgestaan door de mentor en de begeleidende leerkrachten. Omdat de gip geen
momentopname zou zijn, met de toevalskansen van goed of slecht, heeft de wetgever
de gip als een jaarwerk omschreven. De beoordeling van de gip wordt gemaakt door
een jury van eigen leerkrachten en verantwoordelijken uit het bedrijfsleven, nauw
verwant aan de gevolgde studierichting.
De gip biedt je eveneens heel wat kansen om jezelf te ontplooien: je komt in contact
met het bedrijfsleven, je wordt uitgedaagd tot creatief probleemoplossend denken, je
kunt je eigen leerproces sturen en je leert schriftelijk rapporteren. In het derde tri-
mester wordt de gip afgerond met een mondelinge voorstelling, waarbij het persoon-
lijke werk wordt toegelicht voor een jury.
Het werken aan deze jaaropdracht zal je hopelijk ervaren als boeiend en leerrijk. Per-
soonlijke motivatie is hierbij zeer belangrijk. Beschouw dit jaarwerk als een ietsje
méér dan een verplichte opdracht. Het is immers een uitdaging bij het beëindigen van
je middelbare studies en tevens een goede voorbereiding op het hoger onderwijs,
waar je vroeg of laat ook een scriptie moet maken.
Handleiding GIP
Algemene informatie p. 7
1.2 Doelstellingen
De studierichting handel heeft als algemene doelstellingen:
� een opleiding bieden voor een commerciële, administratieve of sociale loopbaan in
de overheidsdienst, in het bedrijfsleven of in de dienstensector;
� een ruime bedrijfseconomische kennis bezorgen, om iedereen in staat te stellen
zich als zelfstandige te kunnen vestigen.
Door middel van de geïntegreerde proef worden er specifieke doelstellingen nage-
streefd, nl.:
� een zinvol contact met het regionaal bedrijfsleven opbouwen;
� theorie en praktijk trachten verzoenen;
� de diverse deelopdrachten van de vakleerkrachten integreren tot een logisch en
samenhangend geheel;
� jezelf stimuleren en motiveren om te komen tot een eindwerk van een zeker in-
houdelijk gewicht;
� het geven van kansen tot een creatief en probleemoplossend denkproces;
� ontwikkeling van zelfkennis: zwakke en sterke punten inschatten;
� het leren raadplegen van documentatie en bronnen;
� een scriptie opmaken in een verzorgde en correcte taal, met aandacht voor de
BIN-normen;
� het schriftelijk leren rapporteren, gevolgd door een voorstelling en een mondelinge
toelichting.
� het evalueren van de vorderingen in een aantal attitudes zoals: wilskracht, door-
zettingsvermogen, nauwkeurigheid, zin voor efficiëntie, orde, organisatie, sociale
gerichtheid en praktische vaardigheden.
1.3 Opdrachten
In het begin van het schooljaar word je ingedeeld in groepjes van twee. Samen met
jouw zakenpartner richt je een fictief bedrijf op. Hierbij kan je kiezen uit een lijst van
mogelijke bedrijfsactiviteiten.
Een zelfconfrontatie toont aan welke kwaliteiten je hebt om zelf een onderneming op
te starten. Het oprichten van een bedrijf vraagt daarenboven heel wat voorbereidend
werk: administratieve formaliteiten bij het oprichten van een eigen zaak, keuze van
een vennootschapsvorm, het opstellen van een oprichtingsakte, het bespreken van
een adviesinstantie, ontwerpen van naam en logo, opstellen van een financieel plan,
maken van eigen facturen, uitwerken van een sectoranalyse, een marktonderzoek uit-
voeren, uitwerken van een marketingmix, … . Deze opdrachten kaderen allemaal bin-
nen het vak bedrijfseconomie.
Handleiding GIP
Algemene informatie p. 8
De talen komen aan bod bij het opstellen van brieven, het maken van een folder, het
afnemen van een interview of in de eindpresentatie.
Je kan je informaticakennis o.a. toepassen bij het ontwerpen van een website. Je
maakt je eindwerk met behulp van een tekstverwerker, waarbij je strikt de BIN-
normen volgt. Hoewel je in de klas twee uren per week begeleid wordt, zal je ook re-
gelmatig thuis moeten werken.
Al deze elementen komen geïntegreerd aan bod via verschillende opdrachten die jullie
stapsgewijs aangeboden krijgen via de elektronische leeromgeving (elo). Langs deze
weg zal je al je opdrachten moeten indienen.
Je verzamelt je opdrachten eveneens in een kaft voorzien van een voorblad en een
duidelijke indeling1. Bij het indienen van een opdracht, lever je steeds de vorige versie
mee in. Op het einde van elk trimester -de exacte datum wordt in de klas meege-
deeld- geef je deze kaft af aan je gip-mentor. In geval van ziekte dien je alsnog op
het afgesproken tijdstip de opdrachten in.
1.4 Logboek en zelfevaluatie
Het logboek is zeer belangrijk bij de procesbegeleiding. Dit is de manier waarop je
werk tot stand komt.
Per maand krijg je van je leerkracht een overzicht van de uit te voeren opdrachten via
de elo. Nadien maak je een planning voor de komende maand in het logboek, dat je
eveneens terugvindt in de elo. Daarna dient het logboek wekelijks te worden aange-
vuld.
Het logboek geeft een globaal beeld van het verloop en de opvolging van de geïnte-
greerde proef. In de bijlage van deze handleiding en in de elektronische leeromgeving
vind je een voorbeeld van een logboek. Het logboek moet steeds in orde zijn en zal
regelmatig opgevraagd worden ter controle.
Daarnaast verwachten we dat je ook nadenkt over en kritisch staat tegenover je eigen
prestaties: wat loopt er al goed?, waaraan moet ik nog werken of waaraan moeten
'wij' (jij en jouw partner) nog werken?, hoe functioneer ik binnen het team?, … . Per
trimester zal je moeten reflecteren over je eigen handelen en dat van je partner.
1 Meer informatie hierover vind je terug in 1.5 Dossier
Handleiding GIP
Algemene informatie p. 9
Je formuleert de werkpunten schriftelijk in een zelfevaluatieverslag waarvoor je de
nodige documenten terugvindt in de elo. Je zoekt eveneens naar je successen en naar
je mindere momenten. Formuleer in je verslag telkens ook enkele werkpunten voor de
komende periode.
De volgende aspecten komen dus zeker in het verslag aan bod:
� Over welke opdrachten ben je deze maand tevreden? Waarom?
� Wat was/waren deze maand je 'mindere ervaring(en)'?
� Wat was hiervan de oorzaak?
� Wat ga je daar aan doen?
� Hoe voel jij je als lid van je team?
� Heb je een planning gemaakt? Hoe verliep die planning?
� Welke werkpunten formuleer je voor jezelf?
� Welke werkpunten formuleer je voor je team?
Vanaf het tweede zelfevaluatieverslag ga je ook na of je vooruitgang hebt geboekt
m.b.t. de geformuleerde werkpunten.
1.5 Dossier
Het dossier bestaat concreet uit een map met deze handleiding, alle opgaven en alle
opdrachten die je gemaakt hebt. Alle kladversies en verbeterde versies moeten hierin
terug te vinden zijn. Deze opdrachten worden chronologisch bewaard. Je houdt deze
map het hele schooljaar bij.
Het dossier is een uiterst belangrijk werkinstrument. Het zal immers de basis vormen
van je definitief, gebundeld eindwerk dat je bedrijf in al zijn aspecten toelicht. Zorg er
dus voor dat je nauwkeurig en zorgvuldig werkt. Bij het indienen van je gip, lever je
ook dit dossier in. Volgende onderdelen moeten daarin zeker terug te vinden zijn:
� voorblad,
� inhoudsopgave,
� infobundel voor ouders en leerlingen,
� chronologisch overzicht opdrachtenfiches en de verschillende versies met hun eva-
luatie.
Het dossier wordt op het einde van het eerste en tweede trimester gecontroleerd door
de mentor op nauwkeurigheid en volledigheid. Hier kan je eveneens punten mee ver-
dienen. Ook alle vakleerkrachten kunnen tussendoor deze dossiermap opvragen. Bij
het indienen van je definitieve gip, lever je eveneens je dossier in.
Handleiding GIP
Algemene informatie p. 10
1.6 Chronologisch overzicht opdrachten
September
Stap Opdracht
Gip toelichten
Het Profiel 1 Profiel
Bedrijfsproject 2.1 Keuze van de onderneming
2.2 Vacature, sollicitatiebrief en CV
Oktober
Stap Opdracht
Het bedrijfsproject 3.1 De vennootschapsvorm
3.2 Naam en logo
Marketingplan 4 Plaats
Marktanalyse 5 Analyse van de klanten
6 Analyse van de concurrenten
Herfstvakantie van 29 oktober tot en met 4 november
November
Stap Opdracht
Marktanalyse 5 Analyse van de klanten (verwerking enquête)
Juridische aspecten 7 Juridische aspecten
Zelf- en peerevaluatie, dossier
GIP-RAPPORT 1
Kerstvakantie van 24 december tot en met 6 januari
Januari
Stap Opdracht
Marktanalyse 8 Analyse van de leveranciers
Marketingplan 9 Product
Marketingplan 10 Prijs
Handleiding GIP
Algemene informatie p. 11
Februari
Stap opdracht
Marketingplan 11.1 Promotiemix: Website
11.2 Promotiemix: Folder
Maart
Krokusvakantie van 11 februari tot en met 17 februari
Stap Opdracht
Gip-voorstelling (deelproduct) - sollicitatiegesprek
Marketingplan 11.3 Promotie: Publireportage
April
GIP-RAPPORT 2
Paasvakantie van 1 april tot en met 14 april
Stap Opdracht
Financieel plan Financieel plan
Ondernemingsplan opstellen
Mei
Stap Opdracht
Ondernemingsplan opstellen
Zelf- en peerevaluatie, dossier
Juni
Stap Opdracht
Gip-voorstelling
GIP-RAPPORT 3
Handleiding GIP
Algemene informatie p. 12
1.7 Evaluatie
1.7.1 Algemeen
De geïntegreerde proef gaat verder dan het ‘weten’ van de leerstof. De proef moet
aantonen dat de leerstof verworven is. We verwachten van je dat je de leerstof met
inzicht kan toepassen. Je zet de stap van schoolse theorie naar levensechte praktijk.
De gip is een opdracht waarmee je ongeveer het hele schooljaar bezig bent. De eva-
luatie ervan vormt -net als de fundamentele vakken- een essentieel onderdeel voor de
delibererende klassenraad op het einde van het schooljaar.
De evaluatie kan je onderverdelen in 3 grote delen:
� Procesevaluatie
Dit kan je best vergelijken met ‘punten dagelijks werk’. Tijdens het jaar wordt er
aan een opdracht gewerkt, waarbij je tussentijds geëvalueerd wordt, nl. punten bij
een eerste versie, punten bij een verbetering, … . Per gip-opdracht vind je op de
elektronische leeromgeving een evaluatieformulier met daarop de aandachtspunten
die belangrijk zijn om de opdracht tot een goed einde te brengen.
Op elke evaluatiefiche vind je de criteria waaraan elke opdracht zal moeten vol-
doen. Deze criteria worden beoordeeld d.m.v. volgende beoordelingsschaal:
U G N O
De criteria zijn
uitstekend, heel
goed bereikt,
beschikbaar of
sterk aanwezig.
We zien excellen-
te, buitengewone
dingen en ook
extra dingen.
De criteria zijn
voldoende goed
bereikt, beschik-
baar of middel-
matig tot sterk
aanwezig. We
zien veel, of al-
leen maar goede
dingen.
De criteria zijn
aanvaardbaar,
met voorbehoud
bereikt, middel-
matig tot zwak
aanwezig. We
zien meer goede,
dan foute dingen
maar er zijn
leemten en te-
korten.
De criteria zijn
onvoldoende, te
zwak bereikt,
beschikbaar of
aanwezig. We
zien te veel foute
of slechte dingen.
Handleiding GIP
Algemene informatie p. 13
� Attitudebeoordeling
In de attitudebeoordeling worden een aantal essentiële eigenschappen geëvalu-
eerd. Concreet betekent dit dat volgende attitudes beoordeeld zullen worden:
Attitude U G N O
Stiptheid
Je levert sommi-
ge taken voor de
deadline af.
Je levert zaken
op tijd in. Jouw
taken zijn stipt
op tijd klaar.
Je hebt altijd
extra push nodig
om zaken in te
leveren. Zonder
aanmaning, haal
je de deadline
niet.
Je levert de ge-
vraagde taak,
bewijsstukken
niet in. Je stelt
altijd zaken uit.
Kwaliteitszorg
Je kan op een
snelle en nauw-
keurige manier
kwaliteitsvolle
resultaten beha-
len. Controle is
een onderdeel
van kwaliteitsvol
werken. Dit doe
je spontaan.
Jouw nauwkeu-
righeid en snel-
heid gaan al
eens samen,
maar niet altijd.
Je controleert
jouw werk zelf,
kijkt zelf na.
Je maakt af en
toe fouten. Je
bent van goede
wil, maar doet
geen proef op de
som, je contro-
leert jouw werk
enkel op aanwij-
zing.
Je bent onnauw-
keurig of slordig.
Je controleert je
werk niet: je
maakt fouten die
gemakkelijk
vermeden kun-
nen worden.
Teamwork
Je bent behulp-
zaam zonder
overdrijven. Je
wil kennis en
ervaring doorge-
ven. Je eigen
inbreng stimu-
leert anderen tot
samen leren.
Je stelt je op als
lid van de groep.
Je werkt goed
samen. Je kan
vlot en opbou-
wend werken
met eigen inzich-
ten en die van
anderen ten
voordele van de
groep of het
team.
Je hebt aanspo-
ring nodig om
door overleg en
teamwerk meer,
beter en sneller
te leren.
Je hebt zelden
contact met me-
deleerlingen. Je
werkt liever al-
leen of vormt
kliekjes. Je
steunt alleen op
eigen inzichten.
Inzet en
doorzetting
Ook in moeilijke
periodes blijf je
efficiënt werken.
Nieuwe opdrach-
ten zijn voor jou
een uitdaging.
Je werkt planma-
tig en efficiënt.
Je bent ontvan-
kelijk voor alle
opdrachten.
Je doet geen
pogingen tot
planmatig wer-
ken. Je zet je
enkel in voor
opdrachten die je
interesseren.
Je werkt niet
planmatig bij het
uitvoeren van
een taak. Je doet
weinig moeite
om een opdracht
te beginnen.
� Productevaluatie en mondelinge voorstelling
Dit omvat de punten die je krijgt op de definitieve versie van de gip. Tijdens de
mondelinge verdediging van het eindwerk word je geëvalueerd op de presentatie
voor een jury.
Handleiding GIP
Algemene informatie p. 14
De proef wordt opgevat als een jaarproject. Daarom weegt de evaluatie van het pro-
ces zwaarder door dan de evaluatie van het afgewerkt product: het eindwerk zelf.
Op het einde van elk trimester krijg je een gip-groeirapport. Dit rapport vermeldt
naast een quotering ook de vorderingen die je al dan niet maakte vanaf begin sep-
tember.
1.7.2 Aandachtspunten
Je krijgt voor elke taak een deadline. Geef je niet op de afgesproken dag af, scoor je
onvoldoende op de attitude stiptheid. Geef je binnen de twee dagen na de deadline je
taak nog af, wordt deze taak nog verbeterd en beoordeeld. Nadien krijg je een onvol-
doende voor de hele taak en wordt deze pas verbeterd bij de tweede versie.
Bij tussentijdse evaluaties zal in hoofdzaak op de correctheid en de duidelijkheid van
de inhoud gelet worden.
Je formuleert je boodschap zodat de lezer deze juist interpreteert. Hierbij is het be-
langrijk dat je de tekst duidelijk structureert en dat je alle nodige gegevens opneemt.
Je kan jezelf volgende vragen stellen:
� Heeft het werk voldoende diepgang, zodat ook een leek een boodschap heeft aan
het eindwerk? Vooral bij technische termen en vakjargon is wat toelichting essenti-
eel.
� Zijn er inleidende teksten die de onderwerpen situeren in het geheel?
� Kom je tot een besluit of een korte samenvatting op het einde van een hoofdstuk?
� Zijn er bindteksten tussen de verscheidene onderdelen, zodat de lezer niet de in-
druk krijgt dat je van de hak op de tak springt?
� Is de zinsbouw correct?
� Is de tekst ingedeeld in alinea’s? Neem een nieuwe alinea voor een ander kern-
idee.
� Komt de structuur ook in de vormgeving tot uiting: titels, tussentitels, alinea’s, …?
Handleiding GIP
Algemene informatie p. 15
Je past de regels in verband met spelling, grammatica en (BIN-)normen correct toe.
Niet alleen naar de vorm, maar ook naar de inhoud bied je correcte informatie aan.
Onderstaande vragen kunnen een hulpmiddel zijn:
� Is de informatie juist en volledig? Werden de aangewende bronnen kritisch beoor-
deeld op kwaliteit?
� Worden de bibliografische richtlijnen gevolgd?
� Gebruik je consequent de nieuwe spelling?
� Heb je een spellingcontrole met de tekstverwerker uitgevoerd? Heb je daarna de
tekst nog eens aandachtig herlezen?
� Is de tekst vrij van grammaticale fouten?
� Naleving BIN-normen?
� Zijn de tekstdelen samenhangend? Kom je tot een geheel? Het eindwerk mag niet
het resultaat zijn van een louter bijeenrapen van losstaande elementen.
� Is de tekst logisch opgebouwd?
� Is de tekst persoonlijk? Zaken klakkeloos overnemen is plagiaat plegen.
� Gebruik je alleen termen die je zelf begrijpt?
� Is het taalgebruik in de tekst voldoende zakelijk en functioneel?
Handleiding GIP
Opbouw van de geïntegreerde proef p. 16
2 Opbouw van de geïntegreerde proef
2.1 Samenstelling groepen en kiezen van een onderneming
Bij het begin van dit schooljaar zullen jullie ingedeeld worden in groepjes van twee.
Samen met je zakenpartner zal je een onderneming oprichten. Je kan daarbij kiezen
uit één van de volgende handelszaken in onderstaande lijst. Belangrijk om weten is
dat een bepaalde handelszaak slechts één keer gekozen kan worden. Andere voorstel-
len zijn uiteraard welkom, maar overleg dit eerst met je leerkracht bedrijfseconomie.
Mogelijke handelszaken:
� kledingzaak
� schoenwinkel
� speelgoedwinkel
� computerwinkel (méér dan 100 vierkante meter verkoopruimte)
� groente- en fruitzaak
� viswinkel
� pralinewinkel
� kruidenier
� kaaswinkel
� drukkerij of kopiecenter
� krantenwinkel
� evenementenbureau
� strijkcentrale
� taxibedrijf
� bloemen- en plantenhandel
� fitnesscentrum
� meubelzaak
� elektrozaak
� boekhandel
� groothandel schoolbenodigdheden
� zaak met feestartikelen en carnavalkledij
� fietsenwinkel (brommers)
� dierenspeciaalzaak
� schoonmaakbedrijf
� interieurzaak
� snackbar: broodjes, pizzeria, pita
� …
Handleiding GIP
Opbouw van de geïntegreerde proef p. 17
2.2 Stap 1: Het profiel
De mens achter het bedrijf is zeer belangrijk. Of je onderneming een succes wordt, zal
in grote mate afhangen van je persoonlijkheid, je verwachtingen en je mogelijkheden.
Niet iedereen is uit het goede hout gesneden om een eigen zaak te starten. In een
profielschets stel je je de vraag: “Wie ben ik?, Wat kan ik?, Wat wil ik?, ... .”
2.3 Stap 2: Het bedrijfsproject
Alvorens je van start kan gaan, moet je een duidelijk omschreven bedrijfsproject heb-
ben. Welke activiteiten ga je precies uitoefenen? Verder komen de keuze van een ge-
paste naam, een logo en huisstijl aan bod in deze stap.
2.4 Stap 3: De marktanalyse
Starters stellen zich terecht de vraag: “Bestaat er wel een markt voor mijn producten
en/of diensten?”. Het is inderdaad heel belangrijk dat je een duidelijk beeld hebt van
de huidige markt en de evolutie ervan. In de derde stap analyseer je een sectorge-
noot, de klanten, concurrenten en leveranciers.
2.5 Stap 4: Het marketingplan
Op basis van de marktanalyse werk je een concreet marketingplan uit voor de onder-
neming. Dit omvat de aspecten product, prijs, plaats en promotie.
2.6 Stap 5: De juridische aspecten
In ons land kan je niet zomaar een eigen zaak beginnen. Als je je als handelaar wil
vestigen, moet je aan een aantal voorwaarden voldoen. In deze stap behandel je de
vestigingsvoorwaarden, vergunningen en belangrijkste verzekeringen.
2.7 Stap 6: Het financieel plan
Hoeveel geld heb ik nodig om mijn ideeën te realiseren? Welke inkomsten staan daar
tegenover? Wat zijn de verwachte kosten en opbrengsten? Is de strategie die ik voor-
opstel ook financieel haalbaar en zal de zaak uiteindelijk rendabel zijn? In de laatste
stap stel je een financieel plan op om de haalbaarheid van je project na te gaan.
Handleiding GIP
Opbouw van de geïntegreerde proef p. 18
2.8 Stap 7: Het rapport
Meer informatie over het schrijven van je rapport vind je in het volgende hoofdstuk
van deze infobrochure. De structuur mag je zelf bepalen maar kan er als volgt uitzien:
WOORD VOORAF INLEIDING HOOFDSTUK 1: HET PROFIEL HOOFDSTUK 2: HET BEDRIJFSPROJECT 2.1 De vennootschapsvorm 2.2 Naam en logo 2.2.1 Naamkeuze 2.2.2 Logo HOOFDSTUK 3: MARKTANALYSE 3.1 Analyse van een sectorgenoot 3.2 Analyse van de klanten 3.2.1 Analyse van de klanten via marktonderzoek 3.2.2 Portret van de klanten 3.3 Analyse van concurrenten en leveranciers 3.3.1 Analyse van de concurrenten 3.3.2 Analyse van de leveranciers HOOFDSTUK 4: PRODUCT HOOFDSTUK 5: PRIJSBELEID HOOFDSTUK 6: PROMOTIE HOOFDSTUK 7: PLAATS HOOFDSTUK 8: JURIDISCHE ASPECTEN 8.1 Vestigingsvoorwaarden 8.2 Vergunningen 8.3 Verzekeringen 8.4 Adviesinstanties BESLUIT BIBLIOGRAFIE BIJLAGEN
Handleiding GIP
Opbouw eindwerk en lay-out p. 19
3 Opbouw eindwerk en lay-out
3.1 Voorblad
Je werk begint uiteraard met een voorblad. Op dit voorblad vermeld je: logo, naam en
adres van de school, naam van je bedrijf, schooljaar, jullie namen en studierichting.
Achter de omslag komt een wit blad, gevolgd door een kopie van het voorblad op een
gewoon wit blad. De paginanummering begint te tellen vanaf het tweede voorblad.
Zorg ervoor dat je voorblad aanspreekt, gebruik eventueel de kleuren van je bedrijf,
wees creatief. Op dit voorblad mag je niet uitlijnen door gebruik te maken van enter
maar via de Pagina-instelling kan je de tekst verdelen over de volledige pagina.
3.2 Woord Vooraf
In het Woord Vooraf omschrijf je binnen welk kader je jouw rapport geschreven hebt.
In dit geval is dit kader het eindwerk van je geïntegreerde proef. Je kan hier eventu-
eel ook vermelden dat de geïntegreerde proef een vakoverschrijdende proef is die je
in het laatste jaar van je tso-onderwijs moet afleggen.
In dit Woord Vooraf bedank je alleszins de personen die je begeleid hebben bij je
eindwerk. Je eindigt in principe met de minst belangrijke persoon, bv. een vriendin.
De meest geschikte volgorde voor het bedanken van die personen is: eerst contact-
personen buiten de school, dan mensen van de school, dan familie en vrienden. Je
geeft de naam van de personen én hun functie (bv. hoofd van de afdeling informatica
– gip-mentor - ….). Bij je ouders hoef je geen namen te vermelden.
Deze tekst moet op een apart blad en beslaat maximum 1 pagina. De pagina telt mee
in de paginanummering maar er mag geen pagina-aanduiding op komen.
Handleiding GIP
Opbouw eindwerk en lay-out p. 20
3.3 Inhoudsopgave
Deze tekst moet op een apart blad. De pagina telt mee in de paginanummering maar
er mag geen pagina-aanduiding op komen.
Je laat de inhoudsopgave automatisch genereren nadat je werk af is. Neem geen titels
op die zich vóór de inhoudsopgave bevinden. Zorg ervoor dat de inhoudsopgave vol-
doet aan de BIN-normen:
� alle titels moeten tegen de linkermarge,
� maak gebruik van voorlooppuntjes,
� na het nummer geen punt en een insprong (geen spatie),
� onder de nummers mag nooit tekst voorkomen,
� de titels van niveau 1 mogen opgemaakt worden, deze moeten opvallen, gebruik
de alinea-afstand,
� titels van niveau 2 en 3 geef je een bijna onopvallende opmaak zodat je het ver-
schil tussen beide niveaus ziet.
3.4 Inleiding
Met de inleiding probeer je de interesse van de lezer te wekken. Houd er rekening
mee dat je lezerspubliek vooral uit leerkrachten bestaat.
Je vermeldt in de inleiding hoe dit werk tot stand kwam, m.a.w. je geeft aan hoe je
aan je informatie kwam (bedrijfsbezoeken, uitvoeren opdrachten, verwerken tot ge-
heel) en wat de bedoeling van dit werk is.
Daarnaast geef je een soort inhoudsopgave, maar dan in doorlopende tekst. Het is
uiteraard niet de bedoeling dat je hier een saaie opsomming maakt. De lezer moet wel
al een idee krijgen van wat hem te wachten staat. Je vermeldt dus heel kort iets over
het soort bedrijf dat jullie leiden en welke aspecten van het bedrijf je zal behandelen.
Op basis van deze gegevens zal de lezer al dan niet geïnteresseerd verder lezen. Je
mag hier al iets vertellen over de goede of slechte staat van het bedrijf, maar je mag
nog niet alles verklappen. Je kan dus bv. wel zeggen dat je zal proberen aan te tonen
hoe jullie bedrijf erin geslaagd is een uitstekende start te nemen of dat je zal proberen
duidelijk te maken hoe jullie bedrijf zal evolueren.
Handleiding GIP
Opbouw eindwerk en lay-out p. 21
Probeer te eindigen met iets dat aansluit bij het volgende (=eerste) hoofdstuk, in
principe komt in het eerste hoofdstuk van je eindwerk een voorstelling van of kennis-
making met het bedrijf.
Deze tekst moet op een apart blad en beslaat maximum 1 pagina. De pagina telt mee
in de paginanummering maar er mag geen pagina-aanduiding op komen.
3.5 Eigenlijke tekst
3.5.1 Inhoud
Bij het schrijven van de eigenlijke tekst moet je een beschrijving geven van de wer-
king van het bedrijf, waarbij je voor de gegevens gaat putten uit je opdrachten. Je
eindrapport schrijf je in het Nederlands.
3.5.2 Algemene lay-out
Gebruik een A4-papierformaat en een vlot leesbaar, hedendaags lettertype zoals Arial
of Verdana. Zorg ervoor dat je vanaf het begin de marges volgens de BIN-normen
instelt nl. overal 2 cm. Om een witruimte in te voegen, gebruik je de functie alinea-
afstand en geen ‘harde returns’.
Vanaf deze pagina mag je de paginanummering invoegen. Natuurlijk mag je gebruik
maken van kop- en of voetteksten. Denk toch goed na wat je in zo'n tekst plaatst,
want dit verschijnt op elke blz. in je gip. Je kan er natuurlijk ook voor kiezen de
hoofdstuktitels te vermelden! In dit geval moet je met secties werken.
Maak gebruik van de functie Woordafbreking om een regelmatige rechtermarge te
creëren i.p.v. het uitvullen. Je gaat dan woorden en zinnen uitrekken.
3.5.3 Alinea-afstand
Zorg voor voldoende witruimte tussen tekst en titels. Bepaal zelf de witruimte, maar
denk eraan dat deze overal hetzelfde moet zijn. Gebruik hiervoor je opmaakprofielen.
Beperk het gebruik van alinea-afstand voor tekst of titels.
Tabellen, grafieken en opsommingen worden van de tekst gescheiden door een witre-
gel.
Handleiding GIP
Opbouw eindwerk en lay-out p. 22
3.5.4 Opsommingen
Het gebruik van opsommingen moet een zeldzaamheid zijn in je gip. Gebruik niet voor
het minste opsommingstekens, want dan leest het werk niet meer vlot.
Opsommingen worden tegen de linkermarge geplaatst, beginnend met een teken en
gevolgd door een insprong van 0,6 cm. Onder het teken komt nooit tekst voor. Voor
en na de opsomming voeg je een witregel in, tussen de elementen van de opsomming
is er geen witruimte.
Opsommingen in een zin beginnen met een dubbelpunt. De elementen ervan beginnen
met een kleine letter. Grote delen eindigen met een kommapunt. Korte begrippen
eindigen met een komma. Het laatste element eindigt met een punt.
3.5.5 Kop- en voetteksten
Kop- en voetteksten gebruik je voor de pagina-aanduiding, die zich rechts bevindt. Je
kan er ook nog andere gegevens in plaatsen. Let erop dat er geen onnodige informa-
tie in staat. De kop- en voettekst kan gescheiden worden van de tekst met een lijn.
3.5.6 Voetnoten
Ter verduidelijking van een aantal vaktermen of voor de vermelding van bronnen mag
je voetnoten gebruiken. Zorg voor een duidelijke verwijzing.
Plaats voetnoten onderaan elke pagina. Na de nootmarkering (het cijfertje onderaan)
volgt een tab en de tekst wordt verkeerd-om (= hangend) ingesprongen. Nummer de
voetnoten per pagina in Arabische cijfers. Een voorbeeld vind je onderaan deze pagi-
na1.
3.5.7 Decimale indeling
Houd de structuur van je gip eenvoudig en overzichtelijk. De titels van de hoofdstuk-
ken en de subtitels moeten bondig zijn. Toch moeten ze de inhoud goed uitdrukken.
Elk hoofdstuk vormt een afgerond geheel. Let bij de indeling in hoofdstukken vooral
op de logische structuur van de tekst. Controleer of de inhoud de logische opbouw van
het hele werk weerspiegelt.
1 Meer informatie vind je in de Licap-brochure "Rapporteren".
Handleiding GIP
Opbouw eindwerk en lay-out p. 23
Alle titels worden uiteraard opgemaakt met opmaakprofielen. De titels worden met
Arabische cijfers genummerd, volgens het principe in deze handleiding. Na het num-
mer komt er nooit een punt. Het nummer wordt gevolgd door een insprong van 2 cm,
die voor alle niveaus even groot is. Wanneer je titel meer dan 1 regel beslaat, moet je
titel op de tweede regel inspringen en beginnen onder de eigenlijke tekst.
De indeling mag maximum 3 niveaus bevatten.
3.5.8 Getallen
Alle getallen worden op eenzelfde manier genoteerd.
datum 2006-05-24
tijd 09.00 – 13.30 uur
getallen 582 359 545,01
De vermelding van euro kan op verschillende manieren. Gebruik altijd eenzelfde ma-
nier: bv. ‘€’ vóór het bedrag of ‘EUR’ achter het bedrag.
Formules plaats je in een tabel.
Eigen Vermogen =
1 258 268,25 EUR
Vreemd Vermogen 25 685 477,69 EUR
De onderbroken lijnen zijn de lijnen die je verwijdert. In de tweede kolom zijn de cel-
len samengevoegd. De uitlijning van getallen is altijd een rechtse uitlijning.
Handleiding GIP
Opbouw eindwerk en lay-out p. 24
3.5.9 Grafieken
De grafieken die je gebruikt in de gip moeten aan volgende voorwaarden voldoen:
� De grootte moet in verhouding zijn t.o.v. de rest van de tekst op het blad.
� Vergeet het opschrift (= titel) niet; dit is een korte en bondige omschrijving van
wat je met de grafiek wil voorstellen.
� De bijschriften van de assen geven aan waarop de schaalverdeling van de assen
betrekking heeft.
� De aard van de grafiek moet in overeenstemming zijn met de voor te stellen gege-
vens. Bv. een cirkeldiagram om de afkomst van alle personeelsleden voor te stel-
len. Een lijn- of staafdiagram om een evolutie voor te stellen …
� Let op de correcte wiskundige verhoudingen op de assen.
� Start in 0 bij de verticale as van lijn- en staafdiagrammen.
� Duid, indien nodig, de norm aan waaraan een boekhoudkundig cijfer moet voldoen
zodanig dat de grafiek een beeld geeft van de situatie van je bedrijf.
� Breng zo nodig afwisseling in de aard van de grafieken, minimum 2 soorten. (bv.
cirkel en staaf)
� 'Fleur' je gip op met voldoende grafieken, maar overdrijf niet.
� Maak ze zorgvuldig, let op de juiste verhoudingen en plaatsing.
� Verwijder overbodige zaken!
� Probeer eenvormigheid in de lay-out na te streven.
3.5.10 Varia
Zorg voor een regelmatige rechtermarge in je tekst.
Denk aan het gebruik van secties.
3.6 Besluit
Hier verwacht de lezer een algemene conclusie. Ga uit van vaststellingen en van zowel
positieve als negatieve ervaringen. Formuleer op een persoonlijke wijze je besluit. Dit
is een belangrijk onderdeel. De lezer zal dit bij een eerste lezing zeker doornemen,
samen met de Inleiding en het Woord Vooraf.
Het besluit moet op een apart blad en beslaat maximum 1 pagina. De pagina telt mee
in de paginanummering maar er mag geen pagina-aanduiding op komen.
Handleiding GIP
Opbouw eindwerk en lay-out p. 25
3.7 Literatuurlijst
In de literatuurlijst geef je een opsomming van de informatiebronnen die je echt hebt
geraadpleegd.
De literatuurlijst dient de volgende gegevens te bevatten:
� de naam (namen) van de auteur(s),
� de titel van het werk,
� de druk (als het de eerste druk is, hoef je dit niet te vermelden),
� de plaats van uitgave,
� het jaar van uitgave.
De bronvermelding voor boeken is anders dan die voor tijdschriftartikels.
Voor meer informatie raadpleeg je de brochure Rapporteren1.
3.8 Bijlagen
In de gip verwijs je naar het nummer van de bijlage. Deze verwijzing kan in de tekst
zelf of kan met behulp van een voetnoot.
De bijlagen worden afzonderlijk genummerd. Vóór deze bijlagen steek je een gekleurd
blad en een apart blad met een overzicht van de bijlagen. Voor elke bijlage voeg je
een titelblad met nummer en naam van de bijlage.
Voorbeelden van bijlagen: organogram, folder, …
3.9 Enkele tips
� Verzorg de lay-out en maak het aangenaam om lezen.
� Zorg voor een inhoudelijk sterk werk met diepgang.
� Maak het werk duidelijk verstaanbaar voor iedereen.
� Vermijd herhalingen.
� Zorg voor een logisch gestructureerde opbouw.
� Verwerk enkel informatie die op je bedrijf zelf van toepassing is.
� Steek enkel relevante documentatie in de bijlagen (+ verwijzing).
� Probeer de tips van het gip-team op te volgen.
� Laat je werk nalezen!
1 VVKSO, Rapporteren - Voorschriften en nuttige wenken, Licap, Brussel, 2007,
24 pagina’s.
Handleiding GIP
De mondelinge proef p. 26
4 De mondelinge voorstelling
De mondelinge voorstelling bestaat uit drie delen:
� de voorstelling van jullie bedrijf aan de hand van een
powerpointpresentatie;
� de voorstelling van jullie website;
� een vragenronde i.v.m. het eindrapport.
Deze mondelinge proef zal beoordeeld worden aan de hand van de volgende criteria:
inhoud, taalvaardigheid (vlotheid en uitspraak) en de gevatheid om diverse vragen te
beantwoorden.
4.1 Presentatie
4.1.1 Inhoud
De presentatie wordt opgevat als een informatieve vergadering, waarbij jullie als jon-
ge ondernemers toelichting geven bij de start van jullie onderneming en waarbij jullie
aan mogelijke investeerders jullie toekomstvisie verduidelijken.
Tijdens de presentatie stellen jullie je startersidee voor in vier talen: Nederlands, En-
gels, Frans en Duits. Vergeet niet om bij het begin van jullie voorstelling het verloop
van deze informatieve vergadering weer te geven. Jullie kunnen daarbij eventueel de
structuur van jullie rapport volgen, al is dit geen verplichting. Wat wel belangrijk is, is
dat de investeerders een duidelijk beeld krijgen van de werking van jullie onderne-
ming. Maak op het einde van de vergadering ook even tijd vrij om je ervaringen mee
te delen.
4.1.2 Tien geboden van de presentatie
1 Bereid je goed voor;
2 De drie dragers van de boodschap: woorden, lichaam, stem;
3 De krachtigste presentatiemiddelen: stilte, rondkijken, glimlachen;
4 Wees enthousiast;
5 Houd oogcontact;
6 Blijf jezelf;
7 Herhaal regelmatig (redundantie);
8 Structureer (wegwijzers);
9 Verzorg begin en slot;
10 Werk visueel: breng eventueel documentatie mee.
Handleiding GIP
De mondelinge proef p. 27
4.1.3 Enkele tips
� Installeer de powerpointpresentatie en je website vooraf op de daarvoor voorziene
computer (= rustige start).
� Breng je presentatie mee op memory-stick.
� Maak eventueel een hand-out voor de jury.
� Geef een erratalijst af vóór je begint met je presentatie.
� Verzorg je kledij.
� Blijf rechtstaan tijdens de presentatie.
� Begin met de inhoudsopgave van het verdere verloop van de presentatie.
� Vermijd taalfouten.
� Spreek AN en geen dialect.
� Praat niet te snel, maar wel vlot en enthousiast.
� Gebruik, indien nodig, fiches als geheugensteun.
� Gebruik een vertelstijl en lees niet af.
� Gebruik geen volledige zinnen op het scherm maar korte kernwoorden.
� Zorg voor een goed contrast tussen achtergrond en tekst.
4.2 Vragenronde
Breng een eigen exemplaar (zelfde versie als ingebonden exemplaar) van het eind-
rapport mee. Vergeet de bijlagen en het dossier niet.
Zorg ervoor dat jullie alles begrijpen wat in je eindrapport staat, zoek desnoods zaken
op en maak aantekeningen. Dit is de kans om fouten recht te zetten (bv. door nieuw
cijfermateriaal mee te brengen).
Handleiding GIP
Besluit
Besluit
Met deze infobundel kan je onmiddellijk aan de slag bij het maken van je geïntegreer-
de proef. In het eerste hoofdstuk kwam je meer te weten over wat de gip juist in-
houdt. Je kon ook de timing bekijken, waaruit bleek dat je gip weldegelijk een jaar-
werk is. Een gezonde dosis doorzettingsvermogen en enthousiasme zijn dus basisver-
eisten.
Het tweede deel van deze handleiding gaf je meer informatie over de verschillende
opdrachten die je te wachten staan. Tijdens dit schooljaar zal je samen met je partner
je eigen zaak opstarten. Jullie komen dus voor een grote uitdaging te staan.
De eerste twee hoofdstukken van deze infobundel bevatten vooral informatie die je
nodig zal hebben tijdens het proces van je geïntegreerde proef. In het derde hoofd-
stuk staan heel wat richtlijnen waaraan je je moet houden bij het schrijven van je
rapport. Meer informatie over de presentatie die daaraan gekoppeld is en enkele bij-
behorende tips kon je lezen in het laatste hoofdstuk.
Denk eraan dat deze handleiding een werkinstrument is dat regelmatig gebruikt zal
worden. Deze infobundel heeft eveneens de vorm van een eindwerkje. Je zou dit dus
ook als ‘model’ voor je eigen werk kunnen gebruiken.
Als je nog vragen hebt waarop je in deze brochure geen antwoord vindt, kan je te-
recht bij je gip-mentor of de leerkrachten van het gip-team.
Het is nu aan jullie om van je gip iets leerrijks te maken.
Handleiding GIP
Bibliografie
Literatuurlijst
OMOO, Beloftevolle ondernemer 2009 - Handleiding, internet, 2008-12-30,
(http://www.omoo.be/events.htm).
VERGOTE, A., ([email protected]), GIP SJO, e-mail aan VERSCHUEREN, D.,
([email protected]), 2009-01-14.
VVKSO, Bedrijfseconomie derde graad TSO Handel - Leerplan secundair onderwijs,
internet, 2009-05-25, (http://ond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc//Handel-2007-
001.pdf).
VVKSO, BIN-normen - Efficiënte communicatie, Licap, Brussel, 2007,
32 pagina’s.
VVKSO, Rapporteren - Voorschriften en nuttige wenken, Licap, Brussel, 2007, 24 pa-
gina’s.
Handleiding GIP
Bijlage
Bijlagen
Bijlage 1: Voorbeeld van een opdrachtenfiche
Bijlage 2: Logboek
Bijlage 1: Voorbeeld van een opdrachtenfiche
OPDRACHTENFICHE [NR] - GIP 2012-2013
VAK Geïntegreerde proef GIP-MENTOR L. De Meester D. Verschueren
KLAS 6H VERANTWOORDELIJKE
GIP-TEAM
GIP-HANDLEIDING
(TITEL)
DATUM AFGIFTE VERSIE 1 & VERSIE 2
[Titel]
Dit is een voorbeeld van een opdrachtenfiche zo-
als je er verschillende kan terugvinden in de elek-
tronische leeromgeving.
Op elke opdrachtenfiche vind je meer informatie
over de eigenlijke opdracht.
Druk deze fiches af en klasseer ze vervolgens
chronologisch in je dossier.
LOGBOEK 2012-2
013
VAK
Geïntegreerde proef
ONDERWIJSVORM
� ASO
� BSO
x TSO
GIP-M
ENTOR
L. De Meester
D. Verschueren
STUDIERICHTING(EN)
Handel
KLAS
6 HA
GRAAD
� 1
� 2
x 3
LEERJAAR
� 1 x 2 � 3
DATUM
WAT HEB IK GEDAAN?
TE ONDERNEMEN ACTIES
SUGGESTIES, EVALUATIES EN
OPMERKINGEN GIP-TEAM
.
10 sept. 2012
We kregen de gip-infobrochure
Gip-infobrochure lezen.
…
Gip-infobrochure gelezen.
Vragen stellen aan gip-m
entor.
Dit is een voorbeeld van hoe je logboek er zal
uitzien. Elk onderdeel, hoe klein ook, wordt hier-
in verm
eld.