ggd zaanstreek|waterland
DESCRIPTION
Wie Wat Waarom?TRANSCRIPT
Bij GGD Zaanstreek - WaterlandBBiijj GGD ZZaansttreekk - WWaterllandd
wie wat
waarom?
2
Inhoud
Wie, wat, waarom GGD Zaanstreek-Waterland? 7
De afdelingen van GGD Zaanstreek-Waterland 9
Organisatiestructuur GGD Zaanstreek-Waterland 10
Epidemiologie, Beleid en Gezondheidsbevordering 12
(EBG)
Epidemiologie 13
Beleidsadvisering 14
Gezondheidsbevordering 15
Projecten 17
Algemene Gezondheidszorg (AGZ) 19
Algemene Infectieziektebestrijding 20
Tuberculosebestrijding 22
SOA/SENSE 24
Inspecties Kinderopvang 25
Inspecties tatoeages, piercings en permanente 27
make-up
Medische Milieukunde 29
Reizigersadvisering 30
Maatschappelijke Gezondheidszorg (MGZ) 31
Aanpak Huiselijk Geweld 32
Meldpunt overlast en bemoeizorg 34
Straathoekwerk en Jeugd Preventie Programma (JPP) 35
Projecten 37
Jeugdgezondheidszorg 0-19 39
Preventief gezondheidsonderzoek (PGO) en Screening 41
Rijksvaccinatieprogramma 45
Onderzoek op verzoek 45
Opvoedingsondersteuning 46
Zorgcoördinatie 48
Preventieve logopedie 49
Projecten 51
Directie en bestuur 55
GHOR: Geneeskundige hulpverlening bij ongevallen 56
en rampen
PSHOR: Psychosociale hulpverlening na ongevallen 58
en rampen
GROP (GGD Rampenopvangplan) 60
Beheer 61
Afkortingen 62
4
5
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
figuur 1: de regio Zaanstreek-Waterland
6
Bergen
Amsterdam
Markermeer
Noordzee
Heemskerk
HaarlemmerliedeSpaarnwoude
Beverwijk
VelsenIJmuiden
Heiloo
Castricum
Hoorn
Haarlem
WORMERLAND
ZAANSTAD
OOSTZAANLANDSMEER
PURMEREND
ZEEVANG
BEEMSTER
EDAM-VOLENDAM
Alkmaar
Uitgeest
WATERLAND
Missie
De missie van de GGD is het bewaken,
beschermen en bevorderen van de volks-
gezondheid van de inwoners in de regio
Zaanstreek-Waterland.
Visie
De GGD werkt aan een goede gezondheid
van alle inwoners in Zaanstreek-Waterland
en gaat daarbij uit van de WHO-definitie
(World Health Organization) van gezond-
heid: gezondheid is een toestand van volledig
lichamelijk, geestelijk en maatschappelijk
welzijn, en niet alleen de afwezigheid van
ziekte of gebrek. In de werkzaamheden
van de GGD staat een collectieve aanpak
centraal, waarbij specifiek aandacht is voor
groepen met een gezondheidsrisico en voor
personen die kwetsbaar zijn. De GGD is de
uitvoerder van en eerste adviseur over het
(regionale) volksgezondheidsbeleid en het
kenniscentrum op het terrein van de open-
bare gezondheidszorg. De werkzaamheden
worden op efficiënte en effectieve manier
uitgevoerd.
Taken GGD Zaanstreek-Waterland
Veel GGD-taken liggen wettelijk vast. De Wet
Publieke Gezondheid (WPG) is de belangrijkste
wet, deze schrijft een groot aantal taken
voor die de gemeenten dienen uit te voeren:
- het verwerven van inzicht in de gezond-
heidssituatie van de bevolking (epidemio-
logie),
- het bewaken van gezondheidsaspecten in
bestuurlijke beslissingen (beleidsadvisering),
- het opzetten en uitvoeren van preventie-
programma’s (gezondheidsbevordering),
- het bevorderen van medisch milieukundige
zorg,
- het bevorderen van technische hygiëne-
zorg,
Wie, wat, waaromGGD Zaanstreek-WaterlandGGD Zaanstreek-Waterland staat voor gemeenschappelijke gezond-
heidsdienst voor de regio Zaanstreek-Waterland. Dit betreft 9
gemeenten; Beemster, Edam-Volendam, Landsmeer, Oostzaan,
Purmerend, Waterland, Wormerland, Zaanstad en Zeevang.
7
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
- het bieden van psychosociale hulp bij
rampen,
- de jeugdgezondheidszorg,
- de ouderengezondheidszorg,
- de infectieziektebestrijding.
Daarnaast omschrijft deze wet tevens dat
de gemeenten o.a. een GGD in stand moeten
houden voor de uitvoering van genoemde
taken.
Naast de WPG heeft de GGD te maken met
de Wet Maatschappelijke Ondersteuning
(WMO), de Wet Kinderopvang, de Wet Ge-
neeskundige Hulpverlening bij Ongevallen
en Rampen (Wet GHOR) en de Wet Jeugd-
zorg. Ook in het kader van deze wetten
voert de GGD taken uit.
De gemeenten hebben beleidsvrijheid in
de mate waarin ze de taken uit bovenge-
noemde wetten uitvoeren. Uitzondering
hierop is het uniforme deel van het basis-
takenpakket Jeugdgezondheidszorg. Deze
beleidsvrijheid wordt in toenemende mate
beperkt door de eisen die de Kwaliteitswet
Zorginstellingen en de Inspectie voor de
Gezondheidszorg aan de uitvoering stellen.
De GGD maakt zijn keuzes voor de uitvoering
op basis van de verplichtingen vanuit bo-
vengenoemde wetten, de speerpunten uit
de nota lokaal volksgezondheidsbeleid, de
eisen van de Inspectie en epidemiologische
gegevens. Hierbij wordt de aard, de omvang,
de ernst en de wijze van beïnvloeding van
het gezondheidsprobleem afgewogen. Ook
de landelijke ontwikkelingen neemt de GGD
hierin mee.
Naast de wettelijke taken voert de GGD ook
de markttaak reizigersadvisering uit. Daar-
naast voert de GGD op verzoek van een
individuele gemeente activiteiten uit op
projectbasis of structureel.
De GGD is voor alle taakvelden HKZ gecertifi-
ceerd. Het HKZ-keurmerk (Harmonisatie
Kwaliteitsbeoordeling Zorgsector) maakt
zichtbaar dat de organisatie voldoet aan
kwaliteitseisen die vanuit de sector zelf,
door financiers, patiënten/consumenten
en de overheid worden gesteld.
Dit is vastgesteld door een onafhankelijk
certificeringbureau.
8
Waar bestaat dit uit?EBG (Epidemiologie, Beleid en - Epidemiologie
Gezondheidsbevordering) - Gezondheidsbeleid- Gezondheidsbevordering- Projecten
..................................................................................................................................AGZ (Algemene Gezondheidszorg) - Infectieziektebestrijding
- Soa-bestrijding- Tbc-bestrijding- Reizigersadvisering- Technische hygiënezorg- Medische milieukunde
..................................................................................................................................MGZ (Maatschappelijke Gezondheidszorg) - Meldpunt overlast en bemoeizorg
- Aanpak huiselijk geweld- Straathoekwerk (alleen voor gemeente Zaanstad en
Oostzaan)- Projecten
..................................................................................................................................JGZ (Jeugdgezondheidszorg) - Jeugdgezondheidszorg 0 - 19 jaar,
- Zorgcoördinatie- Opvoedingsondersteuning- Preventieve logopedie- Centrum voor Jeugd en Gezin- Projecten
..................................................................................................................................DIRECTIE - Directeur/Regionaal Geneeskundig Functionaris
- GHOR, PSHOR en GROP
- Directiesecretaris- Organisatiebeleid- Communicatie
..................................................................................................................................BEHEER - P&0
- Financiën- ICT
- Secretariaat en receptie- Facilitaire zaken
De afdelingen van GGD Zaanstreek-Waterland
9
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Organisatiestructuur GGD Zaanstreek-Waterland
10
BestuurGGD Zaanstreek-Waterland
Directie
Directiesecretariaat
OR
Staf | Directie
MGZ
MaatschappelijkeGezondheidszorg
AGZ
AlgemeneGezondheidszorg
EBG
Epidemiologie,Beleid,Gezondheids-bevordering
JGZ
Jeugdgezondheids-zorg
Beheer
Financiën, ICT,Facilitaire Zaken,P&O
11
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Epidemiologie, Beleid en Gezondheidsbevordering (EBG)
Wat is het? EBG brengt de gezondheidstoestand van de bevolking
binnen de regio Zaanstreek-Waterland in kaart, verkent de huidige en
toekomstige gezondheidsproblemen en de factoren die deze gezond-
heidsproblemen veroorzaken en voert activiteiten uit ter bevordering
van de gezondheid van de bevolking binnen de regio. Een belangrijk
doel daarbij is het bevorderen van gelijke kansen op gezondheid voor
alle inwoners en het verkleinen van gezondheidsverschillen tussen
verschillende bevolkingsgroepen.
Voor wie? Voor alle inwoners in de regio Zaanstreek-Waterland.
Waarom? Activiteiten door EBG dragen bij aan de ontwikkeling van
de collectieve preventie en het lokaal gezondheidsbeleid van de regio
Zaanstreek-Waterland.
12
Epid
emiologie, B
eleid en
Gezon
dh
eidsb
evorderin
g
Epidemiologie
Wat is het?
Epidemiologen beschrijven de gezondheids-
situatie van de bevolking en verrichten
onderzoek in de gehele regio Zaanstreek-
Waterland. Deze onderzoeken worden uit-
gevoerd onder de vlag van de 'Gezondheids-
monitor Zaanstreek-Waterland':
• Epidemiologie doet eenmaal in de vier
jaar een bevolkingsonderzoek door middel
van vragenlijstafname bij de volgende
doelgroepen:
• 0 tot en met 11-jarigen
• Klas 2 en klas 4 Voortgezet Onderwijs
(E-MOVO)
• 19 tot 64-jarigen
• 65-jarigen en ouder
• Epidemiologie analyseert en verwerkt de
registraties van de afdelingen JGZ, AGZ en
MGZ.
• Epidemiologie voert incidenteel onderzoek
uit op verzoek van internen of externen.
De gegevens in de onderzoeken kunnen af-
komstig zijn van interne bronnen (zoals de
bevindingen van JGZ), van externe bronnen
(zoals de sterfteregistratie van het CBS),
maar ook van enquêtes.
In 2009 heeft de GGD bijvoorbeeld haar vier-
jaarlijkse Gezondheidsenquête gehouden
bij 19 - 64-jarigen en bij de 65-jarigen en
ouder. In dit onderzoek zijn 14.000 inwoners
van Zaanstreek-Waterland verzocht om een
vragenlijst over hun gezondheid in te vullen.
Door het analyseren van de enquêtegegevens
krijgt de GGD (en dus de gemeenten) een
beeld van de gezondheidstoestand van de
bevolking en van risicogroepen op gezond-
heidsgebied.
Voor wie?
De epidemiologen zijn er voor de gemeenten
en de GGD en daarmee voor de inwoners van
de regio Zaanstreek-Waterland.
De onderzoeksgegevens dienen als basis
van het gemeentelijke gezondheidsbeleid
en als basis van het GGD-beleid.
Daarnaast worden de gegevens van alle
GGD-en verzameld in een landelijke databank.
13
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Epid
emio
logi
e, B
elei
d e
nG
ezon
dh
eid
sbev
ord
erin
g
Beleidsadvisering
Wat is het?
• Beleidsformulering: opstellen van be-
leidsnotities voor GGD of gemeenten,
bijvoorbeeld op het gebied van het lokaal
volksgezondheidsbeleid.
• Beleidsadvisering:
• Het opstellen van beleidsadviezen ge-
richt op het beschermen, bewaken en
bevorderen van gezondheidsaspecten
bij bestuurlijke beslissingen.
• Het vertalen van de verzamelde infor-
matie in concrete adviezen aan de
gemeenten.
• Gemeenten informeren over de ont-
wikkelingen op het gebied van volks-
gezondheid op landelijk en regionaal
niveau en het adviseren hierin.
• Het bevorderen van integraal beleid.
• Het bevorderen van ketenzorg,
samenwerking, afstemming en conti-
nuïteit van organisaties en instellingen
die taken vervullen op het gebied van
gezondheidsbevordering.
• Overleg:
• Het organiseren en ondersteunen van
een regionaal ambtelijk overleg volks-
gezondheid/GGD.
Voor wie?
De beleidsmedewerkers zijn er voor de ge-
meenten en de GGD en daarmee voor de in-
woners van de regio Zaanstreek-Waterland.
Beleidsmedewerkers werken samen met
andere afdelingen van de GGD en ook met
andere organisaties.
Waarom?
De GGD voert de taak 'Epidemiologie' uit op
basis van de Wet Publieke Gezondheid.
De gemeenten moeten inzicht krijgen in
de gezondheidssituatie van haar regio-
bevolking op basis van epidemiologische
analyse. Elke vier jaar dienen dan ook
gegevens verzameld en geanalyseerd te
worden op een landelijk gelijkvormige
wijze.
..................................................................................................................................
14
Epid
emiologie, B
eleid en
Gezon
dh
eidsb
evorderin
g
Gezondheidsbevordering
..................................................................................................................................
Wat is het?
Gezondheidsbevordering heeft tot taak
gezond gedrag te stimuleren en een gezonde
leefomgeving te bevorderen. Gezondheids-
bevordering voert de volgende activiteiten
uit:
• Het verstrekken van informatie over
gezondheid en gezondheidsrisico's.
• Het leveren van een bijdrage aan het
implementeren en uitvoeren van
veelbelovende of effectieve preventie-
programma’s. De meeste preventiepro-
gramma’s liggen op het gebied van
overgewicht (voeding en bewegen), op-
voedondersteuning, verslaving (alcohol
en roken) en seksualiteit.
• Het uitvoeren van voorlichting en pre-
ventieprogramma’s aan allochtonen
(VETC: Voorlichting in Eigen Taal en Cul-
tuur).
• Het doen van procesevaluatie zowel naar
de mate waarin een programma wordt
uitgevoerd zoals bedoeld, als naar de
succes- en faalfactoren.
Voor wie?
Gezondheidsbevordering richt zich op de
gehele bevolking in de regio. Binnen de
gehele bevolking is er specifieke aandacht
voor jeugdigen, allochtonen en inwoners
met een lage sociaal economische status.
De activiteiten kunnen zich direct richten
op de bevolking, maar ook wordt er vaak
samengewerkt met het onderwijs, sociaal-
cultureel werk en organisaties in de gezond-
heidszorg. Afhankelijk van het programma
Waarom?
Beleidsontwikkeling is vastgelegd in de Wet
Publiek Gezondheid, namelijk het bewaken
van gezondheidsaspecten in bestuurlijke
beslissingen. Beleidsmedewerkers ‘vertalen’
de beschikbare informatie (onderzoeksge-
gevens, kennis) naar een toepasbaar beleid
zowel intern als extern.
15
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Epid
emio
logi
e, B
elei
d e
nG
ezon
dh
eid
sbev
ord
erin
g
worden de activiteiten op verschillende
plaatsen in de regio uitgevoerd.
In 2009 is er bijvoorbeeld in Zaanstad
gestart met het project ‘Bewegen op recept
(BOR)‘. Het project BOR is gericht op inwoners
die zich in de eerstelijnspraktijk presenteren
met niet afnemende klachten die te
maken hebben met overgewicht, diabetes,
bewegingsarmoede, rugklachten of span-
ningsklachten. Het betreft vooral mensen
die in cultureel en sociaaleconomisch
opzicht in een achterstandspositie leven.
De uitdaging is het bevorderen van een
actieve leefstijl door het aanbieden van
op maat gemaakte bewegingsprogram-
ma’s die vervolgens opgaan in het
reguliere aanbod in de wijk en de leefstijl
blijvend zullen verbeteren.
Waarom?
In de Wet Publieke Gezondheid is vastgelegd
dat gezondheidsbevordering een wettelijke
taak is die bestaat uit: ‘Het bijdragen aan
opzet, uitvoering en afstemming van pre-
ventieprogramma’s, waaronder programma’s
voor gezondheidsbevordering.’
Gezondheid wordt door verschillende facto-
ren bepaald bijvoorbeeld erfelijkheid, woon-
omgeving en leefstijl. Mensen kunnen zelf
invloed uitoefenen op hun gezondheid door
op een gezonde manier te leven. Gezond-
heidsbevordering stimuleert mensen om op
een gezonde manier te leven en geeft hen
informatie over hoe zij dit kunnen uitvoeren.
16
Epid
emiologie, B
eleid en
Gezon
dh
eidsb
evorderin
g
Wat is het?
Alcoholmatiging Jongeren Zaanstad
Met het vaststellen van het alcoholbeleid
voor Jongeren in Zaanstad van 2009 - 2012
wordt er gewerkt aan het terugdringen
van het (overmatige) alcoholgebruik onder
jongeren. Het beoogde resultaat is dat
jongeren zich gezond ontwikkelen en het
uitgaan veiliger wordt in Zaanstad door
minder alcohol gerelateerde delicten
(geweld en vandalisme).
Bewegen op recept in Zaanstad
Het project Bewegen op recept in Zaanstad
heeft een looptijd van 4 jaar (2010-2013).
Doelstellingen voor de hele projectperiode
zijn:
1 Er zijn samenwerkingsafspraken ont-
staan tussen de eerstelijnszorg, GGD en
sportaanbieders.
2 De bewegingsactiviteit van de deel-
nemers aan BOR neemt significant toe.
3 Het aantal huisartsbezoeken van de
deelnemers aan BOR neemt af.
4 BOR is een regulier aanbod geworden in
de deelnemende wijken.
5 BOR kan worden uitgebreid naar andere
huisartspraktijken.
Lentekriebels Zaanstad
Het doel van de week van de lentekriebels is
om:
• Relationele en seksuele vorming
onder de aandacht te brengen van
de basisscholen in de gemeente Zaan-
stad.
• Scholen te overtuigen van het belang
van relationele en seksuele vorming in
het basisonderwijs.
• Scholen te stimuleren relationele en sek-
suele vorming in te passen in hun lespro-
gramma.
Lekker Fit! aanpak overgewicht
Zaanstad
Het doel is dat kinderen (en hun) ouders
een gezonde leefstijl kiezen zodat de kans
Projecten
17
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Epid
emio
logi
e, B
elei
d e
nG
ezon
dh
eid
sbev
ord
erin
g
op overgewicht en gezondheidsrisico’s op
latere leeftijd afneemt.
Kroegtijgers & Damlopers (Uitgaan
en drugs) Zaanstad
Het project Kroegtijgers & Damlopers heeft
een looptijd van 4 jaar (2007-2011). De doel-
stellingen zijn:
• Verminderen van risicogedrag zoals over-
matig genotmiddelengebruik.
• Deskundigheidsbevordering van inter-
mediairen.
• Het versterken van het netwerk rondom
het uitgaansleven.
VETC in de huisartsenpraktijk
Zaanstad
1 Organisatie van voorlichtingsbijeenkom-
sten vanuit de huisartsenpraktijk.
2 Aanbieden van een spreekuur door de
VETC in de huisartsenpraktijk.
3. Verbeteren van het begrip gezondheid
en gezondheidszorg bij allochtonen.
Voor wie?
Inwoners van de gemeente Zaanstad, de
doelgroep is afhankelijk van het project.
Waarom?
De GGD voert op verzoek van een individuele
gemeente activiteiten op projectbasis uit.
18
epid
emiologie
Algemene Gezondheidszorg (AGZ)
Wat is het? AGZ voert taken uit op het gebied van infectieziektebestrij-
ding, technische hygiënezorg, reizigersadvisering, soa-bestrijding, tbc-
bestrijding en medische milieukunde.
Voor wie? Voor alle inwoners van de regio Zaanstreek-Waterland.
Waarom? AGZ is er om de algemene gezondheidszorg in de regio Zaan-
streek-Waterland te bewaken, te beschermen en te bevorderen.
19
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Alg
emen
e G
ezon
dh
eid
szor
g
Wat is het?
De afdeling Infectieziektebestrijding van de
GGD houdt zich bezig met het voorkomen,
bestrijden en opsporen van infectieziekten.
Dit gebeurt door middel van het geven van
voorlichting en adviezen aan de bevolking
over de preventie en risico's van infectieziek-
ten, door het voorschrijven van medicijnen
of het geven van vaccinaties.
In bijzondere gevallen, dat kan zijn bij een
werkelijke of dreigende epidemie van een
infectieziekte, behoort het tot de taken van
de GGD om onderzoek te verrichten naar
besmette personen. De GGD probeert zo
snel mogelijk te achterhalen waar of door
wie patiënten besmet zijn. Dat wordt bron-
opsporing genoemd. De GGD inventariseert
vervolgens zo veel mogelijk contacten van
besmette patiënten. Op deze wijze kunnen
maatregelen worden genomen om verdere
besmetting tegen te gaan.
Voor wie?
Inwoners en passanten in de regio Zaan-
streek-Waterland.
Waarom?
Infectieziekten zijn ziekten die worden over-
gedragen van mens op mens. Dat kan direct
of indirect gebeuren. Een veel voorkomende
infectieziekte als griep wordt direct overge-
dragen, via bijvoorbeeld minuscuul kleine,
het griepvirus bevattende, druppeltjes die
een besmet iemand verspreidt wanneer hij
hoest of niest. Inademing van deze druppel-
tjes kan een gezond iemand besmetten.
Indirecte besmetting vindt bijvoorbeeld
plaats door het drinken van water of het
eten van voedsel dat de ziekteverwekkers
bevat die een infectieziekte veroorzaken.
Ziekteverwekkers zijn bacteriën, virussen,
parasieten of schimmels.
Sommige infectieziekten komen veel voor
en genezen relatief snel. Griep is daarvan
een bekend voorbeeld. Andere ziekten kunnen
beduidend ernstiger zijn en een adequate
medische behandeling vergen. Tuberculose
(tbc), seksueel overdraagbare aandoeningen
(soa), voedselinfecties, geelzucht en kink-
hoest zijn voorbeelden van zulke infectie-
Algemene Infectieziektebestrijding
20
Algem
ene
Gezon
dh
eidszorg
ziekten die in Nederland nog regelma-
tig voorkomen. Andere infectieziekten
duiken minder regelmatig op, maar
kunnen ook grote gevolgen hebben.
Dat geldt bijvoorbeeld voor aids, legio-
nella, nekkramp, polio en tropische
ziekten als malaria. Voor de preventie
van veel infectieziekten en andere be-
smettelijke aandoeningen heeft de
overheid regels opgesteld. Voor veel be-
smettelijke ziekten geldt een wette-
lijke meldingsplicht. Artsen die een
dergelijke ziekte vaststellen moeten
dat aan de GGD melden. Ook meldin-
gen door niet-artsen zijn van groot be-
lang. Instellingen zoals scholen,
kinderdagverblijven, verpleeghuizen en
bejaardencentra moeten conform de
Wet Publieke Gezondheid in bepaalde
gevallen telefonisch mededeling doen
aan de GGD bij het uitbreken van deze
infectieziekten.
De aanpak infectieziektebestrijding
(inclusief soa en tbc) is vastgelegd in
de Wet Publieke Gezondheid.
21
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Alg
emen
e G
ezon
dh
eid
szor
g
Wat is het?
De afdeling Tuberculosebestrijding houdt
zich bezig met het voorkomen, opsporen en
behandelen van tbc. Voorlichting speelt
hierbij een belangrijke rol. Door het geven
van voorlichting en adviezen wordt getracht
de kans op een infectie zo klein mogelijk te
maken. Daarnaast zijn het begeleiden van
patiënten en het onderzoeken van mensen
die mogelijk geïnfecteerd zijn met de tbc-
bacterie belangrijke taken van de GGD. Dit
laatste gebeurt door middel van bron- en
contactonderzoek, periodieke screening en
aanstellingskeuringen.
Zodra een tbc-patiënt bij de GGD is aange-
meld, neemt de verpleegkundige van de
tbc-bestrijding contact op met de patiënt.
Gedurende de hele medicijnkuur blijft de
sociaal verpleegkundige van de GGD bij de
patiënt betrokken. Behalve de begeleiding
bij de medicijnkuur coördineert de verpleeg-
Tuberculosebestrijding
22
Algem
ene
Gezon
dh
eidszorg
kundige ook het contactonderzoek of de
bronopsporing. Contactonderzoek vindt
plaats rondom een patiënt met een be-
smettelijke vorm van tbc. Het doel hiervan
is om geïnfecteerde personen op te sporen.
De verpleegkundige stelt samen met de
patiënt een contactlijst op van de mensen
met wie de patiënt contact heeft. Bij een
tbc-infectie waarvan de bron onbekend is,
probeert de GGD te achterhalen door wie de
persoon geïnfecteerd is. Dit wordt bronop-
sporing genoemd.
Voor wie?
De GGD onderzoekt regelmatig mensen die
een verhoogd risico lopen op tbc. Dat kunnen
mensen zijn met een verminderde weer-
stand zoals verslaafden, dak- en thuislozen,
mensen die afkomstig zijn uit een land
waar veel tbc voorkomt, of mensen die re-
gelmatig op vakantie gaan naar een land
waar veel tbc voorkomt. Ook mensen uit
een bepaalde beroepsgroep kunnen een
verhoogde kans lopen op een tbc-infectie.
Bijvoorbeeld wanneer men veel werkt met
risicogroepen. Afhankelijk van het risico en
de mogelijkheden worden deze risicogroe-
pen eenmalig of periodiek onderzocht op
tbc. Zo worden buitenlanders die afkomstig
zijn uit landen waar veel tbc voorkomt vlak
na binnenkomst in Nederland onderzocht
op tbc. Mensen die op vakantie gaan naar
een land waar veel tbc voorkomt worden
geadviseerd maatregelen te nemen ter be-
scherming tegen tbc.
Waarom?
Tbc is een infectieziekte die wordt veroor-
zaakt door de tuberkelbacterie. De meest
voorkomende vorm van tbc is longtbc. Veel
voorkomende klachten zijn hoesten, koorts,
transpireren, verminderde eetlust, gewichts-
verlies en vermoeidheid. Mensen met een
besmettelijke vorm van tbc kunnen anderen
infecteren door hoesten en niezen.
Het duurt acht weken voordat een infectie
kan worden aangetoond. Mensen met zo'n
infectie hebben geen klachten, maar kun-
nen in de toekomst wel tbc ontwikkelen.
De meeste personen die geïnfecteerd zijn
ontwikkelen echter geen tbc en kunnen
daardoor anderen niet besmetten. Slechts
in ongeveer 10% van de gevallen leidt een
infectie met de tbc-bacterie tot actieve tbc.
Een tbc-infectie kan goed met medicijnen
behandeld worden. Op deze manier wordt
voorkomen dat iemand in de toekomst tbc
zal krijgen en zelf een nieuwe bron vormt.
Actieve tuberculose wordt eveneens met
medicijnen behandeld.
23
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Alg
emen
e G
ezon
dh
eid
szor
g
Wat is het?
Bij de Soa-spreekuren (soa staat voor seksu-
eel overdraagbare aandoening) van GGD
Zaanstreek-Waterland kan men terecht voor
gratis onderzoek en, indien nodig, behande-
ling van soa. SENSE staat voor seksuele hulp-
verlening: vragen over soa’ s, zwangerschap,
abortus, anticonceptie en seksualiteit. Men
kan terecht bij SOA/SENSE indien er vragen
zijn over soa/hiv, zwangerschap, anticon-
ceptie en seksualiteit of als er een soa/hiv-
screening nodig is en/of er gevaccineerd
dient te worden tegen hepatitis B.
Voor wie?
De SOA/SENSE-spreekuren zijn een aanvul-
lende voorziening op de huisartsenzorg.
Gratis soa-screening is bedoeld voor ieder-
een die niet bij de huisarts terecht kan of
tot een specifieke risicogroep behoort (bij-
voorbeeld mannen die seks hebben met
mannen, prostituees of mensen met veel
wisselende seksuele contacten). SENSE is
vooral bedoeld voor jongeren tot en met 24
jaar. De consulten zijn gratis voor iedereen
tot en met 24 jaar. Het soa-onderzoek (in-
clusief hiv-test) is gratis en anoniem.
Waarom?
SENSE kan helpen door middel van gesprek-
ken, eventueel lichamelijk en aanvullend
onderzoek, behandeladviezen en recepten.
Net wat in de betreffende situatie nodig is.
SOA/SENSE
24
Algem
ene
Gezon
dh
eidszorg
Wat is het?
Onder kinderopvang wordt dagopvang (0
tot 4 jaar), buitenschoolse opvang (4 tot 13
jaar) en gastouderopvang via het gastou-
derbureau verstaan. Inspecteurs van de GGD
toetsen, in opdracht van de gemeente, mini-
maal 1 x per jaar of wordt voldaan aan de
Wet Kinderopvang en de Beleidsregels Kwa-
liteit Kinderopvang. Hierin staan eisen
weergegeven op het gebied van ouderin-
spraak, personeel, veiligheid en gezondheid,
accommodatie en inrichting, groepsgrootte
en leidster-kindratio, pedagogisch beleid en
praktijk en klachten. De bevindingen van
deze inspectie komen terug in inspectierap-
porten. Deze rapporten zijn openbaar en op
de website van de GGD (www.ggdzw.nl) in te
zien. Elke gemeente heeft beleid ontwikkeld
wat te doen bij het niet voldoen aan de
eisen die in de Wet en beleidsregels worden
gesteld. De directeur van de GGD is toezicht-
houder op de kinderopvang.
Inspecties Kinderopvang
25
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Alg
emen
e G
ezon
dh
eid
szor
g
Voor wie?
Een kindercentrum, gastouderbureau of
gastouder moet zich melden bij de ge-
meente waarin men zich vestigt. Na mel-
ding bij de gemeente volgt een inspectie
van de GGD en opname in het register. Al-
leen als kinderopvang geregistreerd is kun-
nen ouders in aanmerking komen voor een
tegemoetkoming in de kosten door de be-
lastingdienst.
Waarom?
Met ingang van 1 januari 2010 is de nieuwe
Wet Kinderopvang in werking getreden.
Deze wet regelt de voorwaarden waaraan
kinderopvang moet voldoen. Jonge kinderen
zijn kwetsbaar en het aanbieden van ver-
antwoorde kinderopvang wordt door de
overheid dan ook belangrijk geacht. Verant-
woorde kinderopvang zal een bijdrage leve-
ren aan een goede en gezonde ontwikkeling
van het kind in een veilige en gezonde om-
geving.
26
Algem
ene
Gezon
dh
eidszorg
Wat is het?
Het aanbrengen van tatoeages, permanente
make-up (PMU) en het plaatsen van een pier-
cing is tegenwoordig veel gevraagd. Deze
handelingen worden in de regel uitgevoerd
door niet-medici en geschieden dan ook
niet onder medische verantwoordelijkheid.
Hygiënisch werken is hierbij een vereiste
om te voorkomen dat ziektekiemen worden
overgebracht.
Voor wie?
Sinds 1 juni 2007 is het Warenwetbesluit
van kracht voor het tatoeëren en piercen.
Deze wetgeving moet voorkomen dat er
onhygiënisch wordt gewerkt bij het aan-
brengen van tatoeages, piercings (ook in
oorlellen) en PMU. Onhygiënisch werken
kan leiden tot onder andere infecties met
Hepatitis B/C en hiv.
Waarom?
Het Warenwetbesluit stelt 2 eisen aan on-
dernemers die tatoeëren, piercen of PMU
aanbrengen:
1 Om te mogen werken moeten zij een
vergunning van de minister van VWS heb-
ben. Ondernemers die alleen oorlellen
piercen hoeven geen vergunning aan te
vragen.
2 Er moet veilig worden gewerkt (deze eis
geldt overigens ook voor degenen die al-
leen oorlellen piercen) volgens de richtlij-
nen van het Landelijk Centrum Hygiëne
en Veiligheid. Deze richtlijnen zijn opge-
steld samen met de branches en door de
minister vastgesteld.
De richtlijnen worden in deze regio gecon-
troleerd door GGD Zaanstreek-Waterland. De
Voedsel- en Warenautoriteit (VWA) is belast
met de handhaving van deze wetgeving.
Met behulp van de richtlijnen controleert de
medewerker van de GGD onder andere de in-
richting, apparatuur, werkwijze en schoon-
maak (o.a. steriliseren) van de betreffende
bedrijven. De GGD-en krijgen ondersteuning
van het Landelijk Centrum Hygiëne en Vei-
ligheid.
Inspecties tatoeages, piercings en permanente make-up
27
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Alg
emen
e G
ezon
dh
eid
szor
g
Op de website www.veiligtatoeeren.nl,
www.veiligpiercen.nl en www.veiligpmu.nl
staan alle studio’s en salons die een vergun-
ning hebben verkregen om deze handelin-
gen uit te voeren.
28
Algem
ene
Gezon
dh
eidszorg
Wat is het?
Medische Milieukunde houdt zich bezig
met de relatie tussen milieu en gezondheid
van mensen. Er wordt een onderscheid ge-
maakt tussen binnenmilieu (in woningen
en gebouwen) en buitenmilieu. Het betreft
een breed scala van onderwerpen, variërend
van vocht en schimmel in de woning tot
luchtverontreiniging door het verkeer of
schadelijke effecten van elektromagneti-
sche straling.
Als er sprake is van een dreigend gezond-
heidsrisico door milieufactoren, of omge-
keerd, als er sprake is van gezondheids-
problemen met milieu als mogelijk oorzaak,
kan men contact opnemen met de GGD.
Soms kan een telefonisch advies met de
medisch milieukundige volstaan. Maar in-
dien nodig kan de arts of sociaal verpleeg-
kundige ter plaatse komen om de situatie te
beoordelen. De medisch milieukundigen
kunnen op verzoek zowel aan individuen als
aan groepen voorlichting geven, bijvoor-
beeld op bewonersbijeenkomsten.
Voor wie?
Inwoners van de regio Zaanstreek-Water-
land kunnen om een medisch milieukundig
advies vragen, maar ook instanties kunnen
gebruik maken van de medisch milieukun-
dige expertise. In eerste instantie behoren
arbeidsomstandigheden niet tot het werk-
veld van de GGD.
Waarom?
Verontreiniging van het milieu kan risico's
opleveren voor de gezondheid. Naar schat-
ting is 2 tot 5% van het gezondheidsverlies
in Nederland het gevolg van blootstelling
aan milieufactoren. Door tijdige signalering,
nader onderzoek en het daar waar nodig
treffen van maatregelen kan schadelijke
blootstelling worden beperkt of voorkomen.
Zo kan op een gefundeerde wijze de volks-
gezondheid worden beschermd. Het uitvoe-
ren van de medisch milieukundige taak is
vastgelegd in de Wet Publieke Gezondheid.
Medische Milieukunde
29
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Alg
emen
e G
ezon
dh
eid
szor
g
Wat is het?
GGD Zaanstreek-Waterland helpt reizigers
middels advies op maat bij een goede voor-
bereiding van de buitenlandse vakantie of reis.
Van elk land weet de GGD precies wat de
gezondheidsrisico's zijn en welke voorzorgs-
maatregelen genomen moeten worden. Door
de samenwerking met het Landelijk Coördina-
tie Centrum Reizigersadvisering (LCR) worden
nieuwe ontwikkelingen nauwlettend gevolgd.
Tijdens het spreekuur geeft een verpleegkun-
dige een persoonlijk advies, gebaseerd op de
medische voorgeschiedenis, het gebied waar
men naar toe gaat en de duur en aard van het
verblijf. Er wordt gekeken welke vaccinaties
nodig zijn, of men malariatabletten moet ge-
bruiken en er wordt advies gegeven over hy-
giëne, voeding, anti-muggenmaatregelen, etc.
Voor wie?
Reizigers naar landen in Afrika, Zuid- & Mid-
den-Amerika, Azië en binnen Europa het
voormalig Oostblok en Turkije.
Waarom?
Mensen die tijdens hun verblijf in verre, vaak
tropische, landen ziektes oplopen, blijken
vaak onvoorbereid te zijn vertrokken. In het
buitenland zijn de hygiënische omstandig-
heden en de sanitaire voorzieningen niet al-
tijd van het niveau dat we gewend zijn. Er
komen ziekten voor die hier vrijwel onbe-
kend zijn en waarvoor in ons land dus geen
bescherming nodig is. Ziekten die levensge-
vaarlijk kunnen zijn. Ter plaatse is adequate
bescherming dus van het grootste belang.
Reizigersadvisering
30
Algem
ene
Gezon
dh
eidszorg
Maatschappelijke Gezondheidszorg (MGZ)
Wat is het? Maatschappelijke Gezondheidszorg (MGZ) voert het Meld-
punt Overlast en Bemoeizorg en Aanpak Huiselijk Geweld uit. Ook
valt Straathoekwerk & Jeugd Preventie Programma (alleen voor de ge-
meenten Zaanstad en Oostzaan) onder de afdeling MGZ.
Voor wie? Voor kinderen, jeugdigen en volwassenen in de regio Zaan-
streek-Waterland.
Waarom? De activiteiten van de afdeling MGZ zijn gericht op het voor-
komen en verminderen van problematische situaties waarin kinderen,
jeugdigen en volwassenen terecht komen.
31
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Maa
tsch
app
elijk
e G
ezon
dh
eid
szor
g
Wat is het?
Huiselijk geweld is 'geweld dat door iemand
uit de huiselijke kring van het slachtoffer
wordt gepleegd’. De term 'huiselijk' slaat op
de relatie tussen pleger en slachtoffer en
verwijst niet naar de plaats waar het ge-
weld zich afspeelt. Het gaat niet alleen om
partnermishandeling. Ook kindermishande-
ling of seksueel misbruik, mishandeling, ver-
waarlozing of financiële uitbuiting van
ouderen en eergerelateerd geweld vallen
onder het begrip.
Om in de regio Zaanstreek-Waterland zo
effectief mogelijk samen te werken bij het
signaleren, opvangen en terugdringen van
huiselijk geweld werken zo'n 25 organisaties
samen in het Netwerk Huiselijk Geweld.
Daarnaast wordt een Advies- en Steunpunt
Huiselijk Geweld bemenst en uitvoering ge-
geven aan de wet Tijdelijk Huisverbod.
Voor wie?
Bij het Advies- en Steunpunt Huiselijk
Geweld (ASHG) kunnen slachtoffers, plegers,
getuigen, omstanders van huiselijk geweld
en professionals advies vragen inzake de
aanpak van huiselijk geweld. Het gaat
hierbij om informatie, advies, doorverwij-
zing of een luisterend oor. Het ASHG is 7
dagen per week, 24 uur per dag, telefonisch
bereikbaar via 075 – 65 18 311. De afdeling
MGZ verzorgt de bemensing tijdens kantoor-
tijden, na 17.00 uur en in het weekend is de
telefoon doorgeschakeld naar de crisis-
dienst.
Vanaf april 2009 wordt de wet Tijdelijk
Huisverbod uitgevoerd. In situaties die
acuut dreigend zijn voor het slachtoffer en
eventueel betrokken kinderen kan aan ple-
gers van huiselijk geweld een huisverbod
worden opgelegd van tien dagen. Wanneer
een huisverbod is opgelegd bezoeken de
medewerkers van de GGD de uithuisge-
plaatste en achterblijver(s), brengen hulp-
verlening op gang en formuleren een zorg-
en beleidsadvies waarop de burgemeester
een besluit neemt om het huisverbod al
dan niet te verlengen.
Aanpak Huiselijk Geweld
32
Maatsch
app
elijke G
ezond
heid
szorg
Waarom?
Naar schatting ligt de omvang van huiselijk
geweld in onze regio tussen de tussen 6.500
en 8.000 incidenten per jaar. Het is een om-
vangrijk probleem met ernstige gevolgen
voor de betrokkenen en de samenleving. In
elk milieu en in elke gemeente in onze regio
komt huiselijk geweld voor.
Het huisverbod is bedoeld om huiselijk ge-
weld verder terug te dringen. De maatregel
biedt de mogelijkheid om in een noodsituatie
te voorzien in een afkoelingsperiode waarbin-
nen de nodige hulpverlening op gang kan
worden gebracht en escalatie kan worden
voorkomen. Het huisverbod kan ook worden
opgelegd bij kindermishandeling of een ern-
stig vermoeden daarvan.
Op basis van de Wet Maatschappelijke Onder-
steuning hebben de gemeenten deze taak bij
de GGD belegd.
33
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Maa
tsch
app
elijk
e G
ezon
dh
eid
szor
g
Wat is het?
Het Centraal meldpunt is gericht op een
vangnet en bemiddeling van zorg aan zorg-
mijders die niet meer in staat zijn om voor
zichzelf te zorgen en/of niet in staat zijn om
zelf op een adequate wijze hulp te vragen
en/of overlast voor de omgeving veroorzaken
(ernstige woningvervuiling, geluidsoverlast).
Meldingen komen onder andere van woning-
bouwverenigingen, politie, uitkeringsinstan-
ties, zorginstellingen en burgers. De GGD
brengt de problematiek in kaart en geleid
de betrokken persoon door naar adequate
hulpverlening. Door het uitstekende netwerk
van gemeenten, woningbouwverenigingen,
zorg- en hulporganisaties waarmee de GGD
samenwerkt is het mogelijk om tot een
betere toeleiding tot hulpverlening te
komen. Voor risicogezinnen bestaat daar-
naast het Vangnet Jeugd voor Zaanstad.
Het Vangnet Jeugd richt zich op jeugdigen
van -9 maanden tot 19 jaar. De bedoeling is
om deze taak onder het meldpunt overlast
en bemoeizorg onder te brengen en naar de
gehele regio uit te breiden.
Een sociaal (psychiatrisch) verpleegkundige
of maatschappelijk werker van de GGD doet
onderzoek naar de aard van de melding,
onderzoekt of betrokkene reeds bekend is
bij de hulpverlening en gaat op huisbezoek
met als doel de betrokkene of gezinnen toe
te leiden naar zorg en hulpverlening en de
eventuele overlast te doen verminderen.
Voor wie?
Een melding kan gedaan worden door veel
verschillende instanties (politie, woning-
bouwcorporaties, huisarts, etc.) en richt zich
op mensen die woonachtig zijn in de regio
Zaanstreek-Waterland. Het Vangnet Jeugd is
momenteel alleen nog werkzaam voor jeug-
digen in Zaanstad. De bedoeling is om dit
naar de hele regio uit te breiden.
Waarom?
Bij mensen die overlast veroorzaken of niet
in staat zijn zelf hulp te zoeken is vaak
sprake van complexe meervoudige proble-
matiek, zoals zelfverwaarlozing, chronische
psychiatrische problematiek, chronische ver-
Meldpunt overlast en bemoeizorg
34
Maatsch
app
elijke G
ezond
heid
szorg
Straathoekwerk en Jeugd Preventie Programma (JPP)
slaving,
Wat is het?
Straathoekwerk wordt uitgevoerd in Zaan-
stad en Oostzaan en ingezet ten behoeve
van jongeren in de leeftijd tussen de 12 en
25 jaar. Het werk kenmerkt zich door een
‘outreachende’ werkwijze, ofwel jongeren
worden opgezocht op plekken waar zij zich
ophouden, waaronder de alom bekende
‘hangplekken’. In Zaanstad opereert Straat-
hoekwerk in dit zogeheten ‘wijkwerk’ vanuit
de 2e lijn. Straathoekwerk wordt ingescha-
keld op het moment dat anderen (bijvoor-
beeld politie, jongerenwerk) hebben
geconstateerd dat er jongeren in de ‘hang-
groepen’ zitten, die zich bezighouden met
risicovol gedrag dan wel waarvan bekend is
dat zij problemen hebben. Vanuit die con-
tacten op straat wordt individuele hulp- en
dienstverlening verleend aan jongeren die
problemen hebben op het gebied van huis-
vesting, financiën, dagbesteding, relaties of
verslavingen. Straathoekwerk kan jongeren,
die niet beschikken over een vast verblijf-
adres, tijdelijk een postadres verstrekken
zodat zij toch een uitkering, studiefinancie-
ring e.d. kunnen aanvragen. Jongeren kun-
nen bij het inloopspreekuur terecht op
dinsdag tot en met vrijdag van 12.00 uur tot
16.00 uur.
In het werk wordt nauw samengewerkt
met andere organisaties en instellingen,
zoals gemeente, politie, onderwijs, jeugd-
hulpverlening, wijkmanagement, welzijns-
organisaties, woningcorporaties en
verslavingszorg. Straathoekwerk heeft de
dreigende woninguitzettingen, financiële
problemen ernstige ouderdomsproblemen
en alle mogelijke combinaties daarvan. De
Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO)
geeft gemeenten de verantwoordelijkheid
voor de maatschappelijke participatie van
alle burgers, waar de preventie- en bemoei-
zorgtaken bij ondersteunen.
35
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Maa
tsch
app
elijk
e G
ezon
dh
eid
szor
g
..................................................................................................................................
ruimte om, waar wenselijk c.q. noodzakelijk,
initiatieven te nemen en projecten op te
zetten. Recent heeft dit geleid tot de tot-
standkoming van het ‘tienermoederhuis’
HOMEZ.
Jeugd Preventie Programma (JPP) is een pro-
gramma voor jongeren, dat onderverdeeld is
in JPP en JPP+ en uitgevoerd wordt in Zaan-
stad. JPP is bedoeld voor jeugdigen tussen 10
en 18 jaar, JPP+ gaat door tot 23 jaar. Beide be-
geleidingstrajecten kennen in principe een
duur van 3 maanden. JPP is er op gericht om
probleemgedrag (bijvoorbeeld veelvuldig
spijbelen, niet of nauwelijks aanspreekbaar
zijn voor ouders) te verminderen en te voor-
komen dat jeugdigen afglijden naar crimina-
liteit. Aanmeldingen voor JPP komen vooral
van Bureau Halt en vanuit het onderwijs.
De doelgroep van JPP+ is van een wat zwaar-
der kaliber. Hier gaat het om jongeren die al
hun eerste politiecontacten hebben gehad.
Het begeleidingstraject is intensiever. Het JPP
is een landelijk erkende methodiek.
Voor wie?
Straathoekwerk wordt uitgevoerd in Zaan-
stad en Oostzaan en ingezet ten behoeve
van jongeren in de leeftijd tussen 12 en 25
jaar.
JPP is een programma voor jongeren, dat
onderverdeeld is in JPP en JPP+ en uitgevoerd
wordt in Zaanstad. JPP is bedoeld voor
jeugdigen tussen 10 en 18 jaar, JPP+ gaat
door tot 23 jaar.
Waarom?
Bij jongeren wordt een toenemende
complexe meervoudige problematiek
geconstateerd, waaronder schulden en
huisvestingsproblemen.
Op basis van de Wet Maatschappelijke
Ondersteuning hebben de gemeenten
deze taak bij de GGD belegd.
36
Maatsch
app
elijke G
ezond
heid
szorg
Projecten
Wat is het?
Team bemoeizorg Zaanstad en
Purmerend
Het Team Bemoeizorg richt zich op kwets-
bare burgers die het contact met de hulp-
verlening zijn kwijt geraakt, of nooit hebben
gevonden. Zij helpen bij het accepteren van
ondersteuning van zorg en bij creëren van
een vangnet rondom de cliënt, om reductie
van ontreddering, vervuiling en/of overlast
en om een zo zelfstandig mogelijk leven te
bereiken.
Specifieke doelstellingen zijn:
Verbeteren van de toeleiding naar de ge-
wenst zorgpartijen, zowel naar GGZ Dijk en
Duin, Brijder Verslavingszorg, de SMD en de
zorg voor verstandelijk gehandicapten, als
naar andere aanbieders van zorg en onder-
steuning.
1 Verbeteren van de afstemming tussen
de verschillende instellingen c.q. in het
hulpaanbod door middel van een ge-
meenschappelijk registratiesysteem.
2 Monitoring van de doelgroep en voorko-
men van terugval.
Vangnet Jeugd Zaanstad
Het Vangnet Jeugd heeft tot doel het inven-
tariseren van de problemen, het op gang
brengen van de hulpverlening en het bewa-
ken van de continuering van de hulpverle-
ning bij gezinnen met kinderen van 0 tot 19
jaar, die onvoldoende bereikt worden door
de JGZ, maar waarbij er ernstige zorgen zijn
over de gezondheid en/of ontwikkeling van
de kinderen en/of de leefomstandigheden
van het gezin. In het kader van de aanpak
Multiproblem gezinnen wordt een Lokaal
Analyse Team (LAT) opgericht, waarin o.a. het
Vangnet jeugd deelneemt. Het Vangnet
Jeugd zal zich ontwikkelen als partner in het
LAT. Aan het LAT nemen, naast Vangnet
Jeugd, de gemeente, BJAA, MEE en SMD deel.
Ook bij de andere regiogemeenten is een
aanvraag Vangnet Jeugd gedaan. Vanaf
2010 worden de meldingen Meldpunt Over-
37
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Maa
tsch
app
elijk
e G
ezon
dh
eid
szor
g
last en Bemoeizorg en Vangnet Jeugd
samengevoegd tot één aanvraag.
Preventieve huisbezoeken voorkoming
betalingsachterstanden Zaanstad
In Zaanstad is onder regie van de gemeen-
ten een ‘Centraal meldpunt voorkoming be-
talingsachterstanden’ gestart. De
woningcorporaties melden huurders met
een betalingsachterstand van meer dan
twee maanden aan de afdeling Schuldhulp-
verlening van de gemeente Zaanstad. Ver-
volgens wordt er een huisbezoek afgelegd
door een medewerker van de afdeling
Schuldhulpverlening samen met een mede-
werker van het Meldpunt Overlast en Be-
moeizorg van de GGD. Afhankelijk van het
type hoofdproblematiek wordt de regie van
de dienstverlening neergelegd bij de afde-
ling Schuldhulpverlening of bij de GGD.
Extra cliëntbemiddeling Meldpunt
Overlast en Bemoeizorg regio Zaan-
streek-Waterland
Het bieden van een vangnet aan zorgmij-
ders die niet meer in staat zijn voor zichzelf
te zorgen en overlast veroorzaken (ernstige
woningvervuiling, geluidsoverlast). De GGD
brengt de problematiek in kaart en geleid
de betrokken persoon door naar adequate
hulpverlening. Doel van het meldpunt
extreme overlast (en bemoeizorg) is het
oplossen en zo mogelijk voorkomen van
overlastsituaties en een zorgkader te
scheppen voor de betrokken cliënt. Per
gemeente worden afspraken gemaakt
over het aantal extra cliëntbemiddeling.
Voor wie?
Inwoners van de gemeenten Beemster,
Edam-Volendam, Landsmeer, Oostzaan,
Purmerend, Waterland, Wormerland,
Zaanstad en Zeevang. Vangnet Jeugd en
preventieve huisbezoeken voorkoming
betalingsachterstanden wordt enkel uitge-
voerd voor de gemeente Zaanstad. De doel-
groep is afhankelijk van het project.
Waarom?
De GGD voert op verzoek van een individuele
gemeente activiteiten op projectbasis uit.
38
Maatsch
app
elijke G
ezond
heid
szorg
Jeugdgezondheidszorg 0-19
Wat is het? Bij de jeugdgezondheidszorg (JGZ) werken jeugdartsen,
jeugdverpleegkundigen, (dokters)assistentes, logopedisten en
pedagogen. De jeugdgezondheidszorg van de GGD zet zich in voor het
beschermen, bevorderen en bewaken van de gezondheid, groei en
ontwikkeling van jeugdigen van 0 tot 19 jaar. Dit betekent dat de JGZ
zich richt op het voorkomen, opsporen en bestrijden van oorzaken die
deze groei en ontwikkeling kunnen verstoren. De JGZ adviseert en
initieert zorg waar die nodig is en grijpt in waar onvoldoende zorg tot
stand komt. De gegevens van alle onderzoeken en begeleidingen
worden vastgelegd in het dossier van de jeugdgezondheidszorg,
waarin de gegevens staan vanaf de geboorte.
Met ingang van 2010 is er gestart met een digitaal dossier, alleen
toegankelijk voor de jeugdgezondheidszorg. Gegevens uit de dossiers
worden gedeeld met derden, alleen na toestemming van de ouders.
Alleen als er grote zorgen zijn en het vragen van toestemming het
belang van het kind kan schaden kan nagelaten worden toestemming
te vragen, dit wordt altijd bij een collega getoetst.
39
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek | Waterland
Jeu
gdge
zon
dh
eid
szor
g
Voor wie?Alle jeugdigen van – 9 maanden tot 19 jaar en hun ouders/verzorgers
in de regio Zaanstreek-Waterland. Het is voor ouders en jeugdigen al-
tijd mogelijk om vragen te stellen of telefonisch contact te zoeken.
Het bereik van de jeugdgezondheidszorg ligt zeer hoog, in de voor-
schoolse periode rond de 97%.
Waarom?De GGD voert de jeugdgezondheidszorg uit met als uitgangspunt het
Basistakenpakket, zoals dat door de Rijksoverheid is vastgesteld.
Daarnaast is de aanpak van de JGZ in de Wet Publieke Gezondheid
vastgelegd. Het volgen en beoordelen van alle jeugdigen maakt het
mogelijk om risico’s vroegtijdig te signaleren en er acties aan te
koppelen. Juist het gegeven dat vrijwel alle kinderen worden bereikt,
maakt het mogelijk om de zorg in de volle breedte in te zetten waar
het nodig is. Soms, en in een toenemend aantal situaties is dat het
geval, vraagt het extra inzet en begeleiding, samenwerking met
andere instellingen en gezamenlijke acties. Die afstemming is essenti-
eel om er voor te zorgen dat er geen kinderen tussen de wal en het
schip vallen.
40
Jeugd
gezond
heid
szorg
Wat is het?
Gedurende de hele jeugd vinden regelmatig
sociaal medische onderzoeken en scree-
nings plaats op een GGD-locatie, school, of
een Centrum voor Jeugd en Gezin. Soms bij
de ouder thuis. Bij screening gaat het om
het opsporen van een afwijking, waarvoor
vroegtijdige behandeling effectief is. Tijdens
de onderzoeken worden adviezen gegeven
en vindt voorlichting plaats over ontwikke-
ling, veiligheid en opvoeding van het kind.
Voorschoolse periode
Voor aanstaande moeders worden prena-
tale cursussen en voorlichtingen georgani-
seerd. Na de geboorte van het kind gaat dat
nog korte tijd door om de overgang van
zwanger naar moederschap soepel te laten
verlopen.
Tussen de 2e en 7e dag van het eerste le-
vensjaar van het kind vindt de hielprik en de
gehoorscreening plaats. De hielprik biedt de
mogelijkheid om kinderen te testen op een
groot aantal erfelijke ziekten, zodat die in
een vroeg stadium behandeld kunnen wor-
den. De gehoorscreening geeft aan of kin-
deren een aangeboren afwijking aan het
gehoor hebben. Hoe eerder dit wordt ont-
dekt, hoe sneller de behandeling kan begin-
nen. Uit onderzoek blijkt dat vroegtijdig
met de behandeling beginnen een gunstig
effect heeft op de ontwikkeling van de taal
en spraak.
Na twee weken worden alle kinderen thuis
bezocht en wordt met de ouders gesproken.
Tijdens deze huisbezoeken krijgt de ver-
pleegkundige een goed beeld van de ouders,
de thuissituatie en mogelijke risicosituaties.
Het huisbezoek is daarom essentieel als
start van de jeugdgezondheidszorg.
In totaal zijn er in de leeftijdscategorie tot 4
jaar vijftien contactmomenten, afwisselend
bij de verpleegkundige en de arts. Tijdens
deze momenten worden de kinderen ge-
volgd binnen een breed scala van mogelijke
probleemgebieden. Er wordt gekeken naar
groei en ontwikkeling, psychosociale ont-
wikkeling, gezondheid, opvoeding en het
functioneren in het gezin en op het kinder-
dagverblijf/peuterspeelzaal.
Preventief gezondheidsonderzoek (PGO) en Screening
41
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Jeu
gdge
zon
dh
eid
szor
g
Basisschool
Bij alle vijfjarigen vindt een onderzoek door
de jeugdarts plaats. Voorafgaand aan dit
onderzoek gaat de doktersassistente naar
school voor een onderzoek van het gezichts-
vermogen en het gehoor. Tijdens het onder-
zoek wordt naast de aandacht voor groei
en ontwikkeling, aandacht besteed aan
de sociaal emotionele ontwikkeling, het
functioneren in het gezin, op school en in
het derde milieu (de vriendjes en vriendin-
netjes).
In groep 7 vindt een onderzoek door de
jeugdverpleegkundige plaats. De nadruk
van dit onderzoek ligt op groei, gedrag en
opvoeding, omgang met leeftijdsgenoten
en het functioneren op school en in het
derde milieu.
Overgewicht is een specifiek aandachts-
punt, aangezien het veelvuldig voorkomt.
Om overgewicht tegen te gaan wordt aan
de kinderen met een hoog BMI extra aan-
dacht besteed in het kader van voedings-
adviezen, beweegprogramma’s of zelfs een
geïntegreerd programma zoals Club Move.
Tijdens het onderzoek vraagt de jeugdarts
of verpleegkundige aan de ouder/verzorger
toestemming om de resultaten van het on-
derzoek met de leerkracht en/of de intern
begeleider te bespreken. De jeugdverpleeg-
kundige of jeugdarts neemt deel aan het
Zorg Advies Team (ZAT) op school, waarin
de leerlingen worden besproken die meer
aandacht en zorg nodig hebben. Door deze
directe samenwerking wordt het kind op
school zo optimaal mogelijk begeleid.
Voortgezet onderwijs
Alle leerlingen in klas 2 worden uitgenodigd
voor een onderzoek op school. Dit onderzoek
vindt plaats zonder de ouders. De ouders
worden wel op de hoogte gesteld en om
42
Jeugd
gezond
heid
szorg
toestemming voor het nabespreken gevraagd.
Juist aan het begin van de puberleeftijd
leven er bij deze jeugdigen veel vragen. Die
stellen ze niet altijd thuis of aan bekenden.
In deze leeftijdsperiode gaat de ontwikke-
ling van kinderen snel en heftig.
Speciaal onderwijs en speciaal basis-
onderwijs
Voor toelating tot het speciaal onderwijs
(SO) en speciaal basisonderwijs (SBO) vindt
meestal een onderzoek door de jeugdarts
plaats, met name als er onvoldoende medi-
sche gegevens van het kind bekend zijn.
Wanneer een kind op het S(B)O zit, zal de
jeugdarts het kind eenmaal per 2 jaar (voor
kinderen tot 8 jaar) of 3 jaar voor een her-
halingsonderzoek uitnodigen.
Tijdens preventieve onderzoeken, screen-
ings en ZAT-besprekingen kunnen zorgen
naar voren komen. Er kan dan een vervolg-
onderzoek worden afgesproken of een
verwijzing plaatsvinden, bijvoorbeeld naar
de huisarts, specialist, Bureau Jeugdzorg,
GGZ of andere hulpverlening.
Centrum voor Jeugd en Gezin
Het Centrum voor Jeugd en Gezin is een
laagdrempelig en gemakkelijk bereikbare
voorziening waar ouders/verzorgers en
kinderen terecht kunnen voor alle vragen
rondom opvoeding en ontwikkeling.
Gemeenten zijn verplicht een CJG in te
richten per 2011, met de bedoeling om:
• De algemene gezondheid te bevorderen,
alsmede een optimale opvoeding en een
brede ontwikkeling van jeugdigen.
• Problemen bij gezondheid, ontwikkeling,
opgroeien en opvoeden te voorkomen.
• Vroegtijdig effectieve steun of hulp bij
(beginnende) problemen in te zetten.
43
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Jeu
gdge
zon
dh
eid
szor
g
In het CJG vinden de preventieve onderzoeken
plaats. Vanuit het CJG bestaan verbindingen
met andere lokale (pedagogische) basis-
voorzieningen, zoals scholen, kinderdagver-
blijven of sportverenigingen.
Voor wie?
Alle kinderen en jeugdigen van 0-19 jaar en
hun ouders\verzorgers.
Waarom?
Door een preventief gezondheidsonder-
zoek/screening worden lichamelijke en psy-
chische afwijkingen of ontwikkelingsstoor-
nissen in een vroegtijdig stadium
opgespoord. Vragen over gezondheid wor-
den beantwoord en gezondheidsadviezen
worden gegeven. Juist het brede bereik van
de onderzoeken maakt het mogelijk om
preventief waar te nemen wat er speelt,
welke knelpunten er zijn of welke risico’s
zich laten zien en kan vroegtijdig worden in-
gegrepen en/of bijgestuurd.
44
Jeugd
gezond
heid
szorg
Wat is het?
Alle kinderen krijgen, in het kader van het
Rijksvaccinatieprogramma (RVP), vaccinaties.
In totaal krijgen kinderen 8 x een vaccinatie
tegen 11 ziekten.
Dit gebeurt vanaf 2 maanden tot het 13e
levensjaar. De laatste prik is vrij recent
ingevoerd, namelijk de vaccinatie tegen
baarmoederhalskanker voor meiden van
12 jaar. Daarnaast wordt er voor hepatitis B
gevaccineerd bij kinderen waarvan een
ouder uit een land komt waar het risico
groter is om deze ziekte te krijgen.
Voor wie?
Alle kinderen en jeugdigen.
Waarom?
De overheid wil alle kinderen in Nederland
beschermen tegen gevaarlijke en soms do-
delijke infectieziekten. Daarom heeft ze in
1957 het Rijksvaccinatieprogramma inge-
steld. Binnen het programma krijgen kinde-
ren prikken tegen een aantal infectieziekten.
Bepaalde ziekten, die een bedreiging vormen
voor de gezondheid, worden voorkomen en
zo mogelijk uitgeroeid.
Onderzoek op verzoek
Wat is het?
School of de ouders/verzorgers zelf kunnen
vragen hebben over de ontwikkeling, de
groei of het gedrag van het kind. Zij kunnen
dan een extra onderzoek aanvragen bij het
consultatiebureau, de jeugdarts of jeugd-
verpleegkundige. De jeugdgezondheidszorg
werkt nauw met de scholen samen. Leer-
Rijksvaccinatieprogramma
45
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Jeu
gdge
zon
dh
eid
szor
g
..................................................................................................................................
Wat is het?
De GGD biedt opvoedingsondersteuning aan
voor ouders/verzorgers. Deze rol is een es-
sentieel onderdeel van de Centra voor Jeugd
en Gezin (CJG). Juist deze licht ambulante
vorm van pedagogische begeleiding moet
er toe leiden dat ouders eerder met vragen
over de opvoeding en begeleiding van hun
krachten of intern begeleiders die zich zorgen
maken over de ontwikkeling, groei, moto-
riek, zintuigen of gedrag van kinderen kun-
nen de jeugdarts of jeugdverpleegkundige
inschakelen. De leerkracht of intern begelei-
der moet wel vooraf de ouders/verzorgers
op de hoogte stellen. Ook anderen, zoals
huisartsen, hulpverleners en GGD-medewer-
kers kunnen om een onderzoek vragen.
Voor de jonge kinderen die extra aandacht
en zorg behoeven is er in Zaanstreek-Water-
land een specifiek samenwerkingsverband
tussen de GGD, Prinsenstichting, Odion, Wa-
terland Ziekenhuis en MEE: VTO-vroeghulp. Er
is een VTO-vroeghulpteam voor de regio Wa-
terland en één voor de regio Zaanstreek. In
deze teams worden kinderen besproken en
stelt men vast welke hulp voor dit specifieke
kind nodig is.
Voor wie?
Alle kinderen/jeugdigen en hun ouders/ver-
zorgers en een ieder die te maken heeft met
kinderen/jeugdigen.
Waarom?
Er zijn altijd extra vragen of knelpunten die
nader onderzoek nodig hebben, als vervolg
op eerdere onderzoeken of bij zorgen. Deze
vragen worden in eerste instantie door de
jeugdgezondheidszorg beantwoord, zo
nodig wordt doorverwezen naar (para)me-
dici of hulpverlening. De jeugdarts kan deze
verwijzingen zelf doen of via de huisarts.
46
Jeugd
gezond
heid
szorg
Opvoedingsondersteuning
..................................................................................................................................
kinderen bij deskundigen terecht kunnen.
Dit voorkomt extra problemen. Het is de
‘frontoffice’ van de CJG’s. De bereikbaarheid
en toegankelijk van de CJG’s is belangrijk en
moet zo laagdrempelig mogelijk zijn.
Ouders (en jeugdigen) kunnen terecht bij de
jeugdverpleegkundigen, jeugdarts en op-
voedadviseurs met vragen over gezondheid
en ontwikkeling, zowel tijdens een inloop-
spreekuur (zonder afspraak), een opvoed-
spreekuur (met afspraak) of telefonisch op
werkdagen of 24 uur per dag voor drin-
gende vragen. Daarnaast wordt er ook on-
line advies geboden op de websites
www.opvoedwegwijzer.nl, www.centrum-
jong.nl en www.positiefopvoeden.nl. Hier
kunnen ouders en professionals een vraag
stellen die door de pedagoog van de GGD be-
antwoord wordt. Er worden diverse cursus-
sen aangeboden voor ouders en kinderen
op het gebied van sociale vaardigheden,
omgaan met pubers, opvoeden, echtschei-
ding, de overstap van basisschool naar
voortgezet onderwijs of voor kinderen met
een beperking.
47
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Jeu
gdge
zon
dh
eid
szor
g
Wat is het?
In het kader van de sluitende zorg voor kind
en gezin vanuit het CJG is de regio bezig
zorgcoördinatie duidelijk te beleggen. De
jeugdgezondheidszorg voert de zorgcoördi-
natie al uit binnen de reguliere zorg voor
kinderen en jeugdigen, dat wil zeggen dat
de jeugdgezondheidszorg er op toe ziet dat
er voldoende zorg geboden wordt als die
zorg nodig is. JGZ zal initiatief nemen en or-
ganiseren dat er een vervolg komt bij gesig-
naleerde behoeften. Op deze wijze is de
verantwoordelijkheid voor de zorg altijd be-
legd. In het kader van de Verwijsindex
‘Matchpoint’ zullen extra afspraken worden
gemaakt over zorgcoördinatie bij gezamen-
lijk gesignaleerde problematiek.
De sluitende aanpak is voor de invulling van
de ‘backoffice’ van het Centrum voor Jeugd
en Gezin (CJG) een essentiële stap. Juist op
dit vlak zal het CJG zijn waarde moeten gaan
bewijzen: de bundeling van meerdere orga-
nisaties en het uitwisselen van ervaringen
en gegevens (wel met toestemming van de
ouders). Daarvoor zijn de relaties tussen
jeugdgezondheidszorg en anderen zeer be-
langrijk. De deelname aan de Zorg Advies
Voor wie?
Ouders, professionals en jongeren zelf kun-
nen voor vragen en advies bij de GGD te-
recht. Er zijn verschillende mogelijkheden
voor ondersteuning. Het aanbod is gratis.
Waarom?
Kinderen laten opgroeien tot zelfstandige
volwassenen is een enorm belangrijke en
verantwoordelijke taak. Een positieve ma-
nier van opvoeden helpt om de ontwikke-
ling en het zelfvertrouwen van kinderen te
stimuleren. Op basis van de Wet Maat-
schappelijke Ondersteuning hebben de ge-
meenten deze taak bij de GGD belegd.
Zorgcoördinatie
48
Jeugd
gezond
heid
szorg
..................................................................................................................................
Wat is het?
De GGD verzorgt op scholen in Zaanstreek-
Waterland de logopedische screening voor
het basisonderwijs. De logopedist probeert
door screening en onderzoek stoornissen
vroegtijdig op te sporen. Vervolgens wordt
advies gegeven. Indien nodig blijft een kind
iets langer onder begeleiding, soms wordt
doorverwezen naar een logopedisch praktijk.
De GGD logopedist geeft daarnaast verschil-
lende soorten voorlichting over de spraak-
en taalontwikkeling. Indien daartoe aanlei-
ding bestaat wordt voorlichting ‘open
mond, niet zo gezond’ gegeven over de ne-
veneffecten van het duimen of vingerzui-
gen, het spenen en de mondademing.
Teams op school, de afstemming met
algemeen en schoolmaatschappelijk werk,
met Bureau Jeugdzorg, MEE, de politie, leer-
plicht, GGZ, verloskundigen en diëtisten.
Een heel netwerk is nodig om de zorg goed
en sluitend te organiseren.
Voor wie?
Voor een ieder die extra zorg en aandacht
nodig heeft. Vaak worden kinderen gesigna-
leerd waarvoor zorg nodig is. Dat vindt plaats
tijdens de zwangerschap, peuterspeelzalen,
kinderdagverblijven, scholen, buurtwerk en
op straat. Het is belangrijk dat er een plek is
waar die signalen samen komen. Het Cen-
trum voor Jeugd en Gezin is onder andere
met deze bedoeling ontstaan.
Waarom?
Het is noodzakelijk dat duidelijk is wie ver-
antwoordelijk is voor de hulpverlening voor
kinderen (en hun ouders/verzorgers), zodat
er niemand uit zicht raakt. Daarnaast
hebben kinderen en hun ouders/verzorgers
bij problemen recht op een zo goed moge-
lijk zorgaanbod, met als uitgangspunt:
één gezin, één plan.
49
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Jeu
gdge
zon
dh
eid
szor
g
..................................................................................................................................
Preventieve logopedie
In het voorjaar van 2010 is gestart met een
onderzoek naar een verschuiving van de lo-
gopedische screening naar een jongere leef-
tijd. Door eerder te signaleren dat er
problemen zijn met de spraak/taalontwik-
keling, is het mogelijk eerder hulp en onder-
steuning te bieden en zodoende problemen
in een vroegtijdig stadium te verhelpen. Een
onderdeel hiervan is het starten van een lo-
gopedisch spreekuur voor ouders. Samen-
werking met de vrijgevestigd logopedisten
is hierbij belangrijk.
Voor wie?
Alle jeugdigen en hun ouders tot 12 jaar. Alle
kleuters worden gescreend in het schooljaar
dat ze vijf worden. Alle leerlingen in het ba-
sisonderwijs met problemen op gebied van
logopedie kunnen worden aangemeld door
de ouder, de schoolarts of de leerkracht.
Waarom?
Spraak-, taal- en stemstoornissen kunnen
de ontwikkeling van een kind belemmeren
en leiden tot psychosociale problemen. Het
logopedisch onderzoek biedt ouders de mo-
gelijkheid om adviezen in te winnen en
oefeningen mee te krijgen om zelf hun kin-
deren te trainen en de spraak/taal van hun
kind te verbeteren.
50
Jeugd
gezond
heid
szorg
Projecten
Wat is het?
Video Home Training regio Zaan-
streek-Waterland
Belangrijke momenten in de opvoeding van
kinderen worden gefilmd, geselecteerd op
van belang zijnde voorbeelden en gezamen-
lijk teruggekeken met de ouders. Op basis
van de Triple P-uitgangspunten wordt er
aan ouders een alternatief gedrag aange-
reikt. Door dit tot maximaal 4 keer te herha-
len, leren ouders ander gedrag in de
interactie met hun kinderen.
Opvoedondersteuning Zaanstad en
Purmerend
Naast de reguliere opvoedondersteuning
biedt de GGD aan sommige gemeenten ook
een extra aanbod op projectbasis. Er wor-
den diverse cursussen aangeboden voor ou-
ders en kinderen. De GGD verzorgt in
opdracht van de gemeente Zaanstad the-
mabijeenkomsten over opvoeden en ge-
zondheid en lezingen over positief
opvoeden voor ouders. De bijeenkomsten
vinden plaats op scholen, peuterspeelzalen
en kinderdagverblijven. Zij kunnen een the-
mabijeenkomst aanvragen. Het uitgangs-
punt bij al deze producten is Triple P, een
positief pedagogisch programma, dat een
pedagogisch kader biedt voor alle inhoude-
lijke onderwerpen die in spreekuren, cursus-
sen en bijeenkomsten aan de orde komen.
Coördinatie Centrum voor Jeugd en
Gezin (CJG) Zaanstad, Purmerend,
Edam-Volendam, Oostzaan en Wor-
merland
De jeugdgezondheidszorg heeft een cen-
trale rol binnen de CJG’s. Er is een regiobrede
pedagogische achterwacht voor vragen en
informatie op dit terrein. De continue be-
reikbaarheid van de CJG’s is via de JGZ geor-
ganiseerd, zodat niet elk CJG elk uur van de
dag bemensing behoeft. De folderlijn van
de CJG’s is door de JGZ ontwikkeld, in afstem-
ming met de gemeente Zaanstad. In de
regio wordt deze folderlijn herkenbaar en
51
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek | Waterland
Jeu
gdge
zon
dh
eid
szor
g
eenduidig ingezet. De coördinatoren van
de CJG’s in de regio zijn veelal aangehaakt
bij de JGZ juist om er voor te zorgen dat de
gemeentelijke regierol optimaal is ingebed
in een groot deel van de dagelijkse praktijk.
VoorZorg Zaanstad en Purmerend
Jonge vrouwen die zwanger zijn en die
in risicovolle omstandigheden verkeren,
zoals geen tot weinig inkomen, slechte
huisvesting, alleenstaand, weinig
opleiding en een geringe belastbaarheid,
krijgen een begeleidingstraject vanaf de
28e week zwangerschap tot 2,5 jaar na
de bevalling. Dit voorkomt problemen
en beperkingen in de ontwikkeling van
het kind en geeft de moeder voldoende
ondersteuning om op eigen kracht verder
te kunnen.
Extra aandacht voor het gebruik
van alcohol door jongeren in het
periodieke gezondheidsonderzoek
op school Edam-Volendam, Beemster,
Landsmeer en Waterland
Door leerlingen en ouders te laten zien
wat de schade is van het alcoholgebruik
op jonge leeftijd en tot een afspraak te
komen over niet drinken, voorkomen we
de ontwikkelingsschade aan de hersenen
die door een teveel aan alcohol ontstaat.
De invloed van ouders is hierbij essentieel.
52
Jeugd
gezond
heid
szorg
Regionale Aanpak Kindermis-
handeling (RAAK) en regionale
ontwikkeling van de CJG’s regio
Zaanstreek-Waterland
Een project om de aanpak kindermis-
handeling breed in de regio te verankeren
op basis van één meldcode. Dit hangt
direct samen met de ontwikkeling van
een gelijke ‘backoffice’ van de CJG in de
hele regio.
Integratie CJG en buurtnetwerken
Zaanstad en Purmerend
Door een gespecialiseerde jeugdarts deel
te laten nemen aan de buurtnetwerken,
is het mogelijk om de jongeren die in de
buurtnetwerken worden gesignaleerd,
nader te bekijken aan de hand van het
dossier en eventueel contact op te nemen
met derden of school.
Logopedisch spreekuur Zaanstad
Door logopedie vanuit de CJG’s beter
bereikbaar te maken, zullen meer mensen
gebruik maken van dit aanbod.
Daarmee worden kinderen eerder en op
jongere leeftijd gescreend op taal- en
spraakproblemen.
Informatiezuilen en Skype Zaanstad
(in ontwikkeling)
In het kader van de laagdrempelige toe-
gankelijkheid van de informatie binnen de
CJG’s is een projectaanvraag ingediend bij
de provincie voor het ontwikkelen van
informatiezuilen en de mogelijkheid om
te skypen.
Voor wie?
Afhankelijk van het project is het gericht op
de jeugd van 0-19 jaar en hun ouders woon-
achtig in de gemeenten Beemster, Edam-
Volendam, Landsmeer, Oostzaan,
Purmerend, Waterland, Wormerland, Zaan-
stad en Zeevang.
Waarom?
De GGD voert op verzoek van een individuele
gemeente activiteiten op projectbasis uit.
53
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek | Waterland
Jeu
gdge
zon
dh
eid
szor
g
epid
emiologie
54
Directie en bestuur
Wat is het? Het bestuur van de GGD bestaat uit een Algemeen
Bestuur (AB) met daarin de portefeuillehouders Volksgezondheid
van alle negen gemeenten en een Dagelijks Bestuur (DB). In het
Algemeen Bestuur zitten afgevaardigden van de gemeenten uit
de regio Zaanstreek-Waterland, het werkgebied van de GGD. Het
Dagelijks Bestuur bestaat uit een afvaardiging uit het Algemeen
Bestuur.
Volgens de gemeenschappelijke regeling zitten in het DB in ieder
geval de portefeuillehouders Volksgezondheid van Purmerend en
Zaanstad, aangevuld met twee vertegenwoordigers vanuit de
overige gemeenten. De directeur van de GGD is bestuurssecretaris.
Voor wie? De taken en bevoegdheden van het bestuur zijn
vastgelegd in een gemeenschappelijke regeling die door alle
gemeenten is goedgekeurd. De gemeenschappelijke regeling
regelt de samenwerking van de gemeenten en de GGD.
Waarom? Het Algemeen Bestuur stelt de kaders waarbinnen de
GGD werkt vast, zoals beleidsplannen. Met het vaststellen van de
begroting van de GGD door het Algemeen Bestuur wordt het
financieel kader vastgesteld. Ook wijzigingen in de begroting
worden door het Algemeen Bestuur goedgekeurd. Verantwoording
wordt afgelegd met de jaarrekening.
55
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Dir
ecti
e en
bes
tuu
r
Wat is het?
De GHOR draagt zorg voor de coördinatie van
de geneeskundige hulpverlening bij rampen
en grootschalige ongevallen, met als doel
mogelijke gezondheidsschade bij (potenti-
ële) slachtoffers zoveel mogelijk te voorko-
men dan wel te beperken.
Sinds 1 januari 2008 is Zaanstreek-Water-
land een aparte GHOR-regio en is er een
eigen Regionaal Geneeskundig Functionaris
(RGF) aangesteld. De functie van RGF is ge-
koppeld aan de functie van directeur GGD.
Formeel valt de GHOR onder het bestuur van
de Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland.
Op basis van een convenant is een groot
deel van de operationele en uitvoerende
werkzaamheden op het terrein van de GHOR
uitbesteed aan de Veiligheidsregio Amster-
dam-Amstelland (AA). Het GHOR-bureau AA
voert deze werkzaamheden uit. De werk-
zaamheden die het bureau voor de beide
veiligheidsregio’s uitvoert, worden ieder jaar
vastgelegd in een jaarplan. Materieel is de
GHOR ondergebracht bij de GGD.
Voor een goede uitvoering van de coördine-
rende werkzaamheden wordt nauw samen-
gewerkt met alle geneeskundige diensten
binnen de Veiligheidsregio. Deze diensten
bestaan uit:
• GGD Zaanstreek-Waterland
• De Ambulancedienst VZA
• Meldkamer Ambulancezorg
• Huisartsen
• Het Rode Kruis
• Ziekenhuizen
• Traumacentra van de VU en AMC
• De instellingen binnen de geestelijke ge-
zondheidszorg
Sinds de komst van de Veiligheidsregio
Zaanstreek-Waterland is de GHOR vertegen-
woordigd in het multidisciplinaire Veilig-
heidsbureau en draagt bij aan de
beleidsmatige voorbereiding op rampen en
crisis in de Veiligheidsregio.
Voor wie?
De GHOR richt zijn werkzaamheden primair
op de hierboven genoemde ketenpartners,
GHOR: Geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen
56
Directie en
bestu
ur
die ook wel omschreven worden als de
‘witte kolom’.
Waarom?
De GHOR richt zijn coördinerende werkzaam-
heden op de volgende activiteiten:
• Medische opvang voor gewonden: Door
de taken en activiteiten van de keten-
partners (ziekenhuizen, ambulancedien-
sten, huisartsen, etc.) op elkaar af te
stemmen en ervoor te zorgen dat zij
goed opgeleid en geoefend zijn, wordt
een adequate hulpverlening aan slacht-
offers geboden.
• Bescherming van de volksgezondheid bij
ongevallen of rampen met een gevaar
57
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Dir
ecti
e en
bes
tuu
r
Wat is het?
Door het bieden van psychosociale hulpver-
lening aan de getroffenen, wordt het her-
stel van psychisch evenwicht bevorderd. De
getroffenen krijgen een eerste opvang en
krijgen informatie en advies. Getroffenen
die dringend psychiatrische hulp nodig heb-
ben worden geïdentificeerd en gediagnosti-
ceerd en risicofactoren voor mogelijke
verwerkingsstoornissen worden vroegtijdig
onderkend.
Voor wie?
De psychosociale hulpverlening is er ten
eerste voor de direct getroffenen, dus voor
de personen die de ramp hebben meege-
maakt. Ten tweede is er hulpverlening voor
de indirect getroffenen: dit zijn personen
voor mens en milieu, om zo (extra) ge-
wonden of verergering van het letsel te
voorkomen. In dit kader is een belang-
rijke doelstelling het verminderen en zo
mogelijk opheffen van de negatieve ef-
fecten die ontstaan als gevolg van drei-
ging en/of uitbraak van pandemieën op
het gebied van infectieziekten en bioter-
rorisme. In de planvorming wordt hier al
rekening mee gehouden door de ontwik-
keling van generieke draaiboeken (bij-
voorbeeld grootschalige uitbraak op het
gebied van infectieziekte/pandemie).
• Collectieve en psychosociale opvang van
de direct en indirect betrokkenen bij een
ongeval of ramp. Deze activiteit beoogd
de psychosociale gevolgen voor getroffe-
nen van ongevallen of rampen zoveel
mogelijk te beperken. Aan deze activiteit
is een aparte paragraaf gewijd.
De activiteiten worden uitgevoerd op basis
van de Wet Publieke Gezondheid en de Wet
GHOR.
PSHOR : Psychosociale hulpverlening na ongevallen en rampen
58
Directie en
bestu
ur
..................................................................................................................................
die de ramp niet zelf hebben meegemaakt,
maar die een relatie hebben met de direct
getroffenen. Te denken valt aan partner, kin-
deren, familie, vrienden, kennissen, buren,
collega's en ooggetuigen.
Waarom?
Het Kernteam PSHOR (Psychosociale Hulpver-
lening bij Ongevallen en Rampen) coördi-
neert de psychosociale hulp in opdracht van
de GHOR onder voorzitterschap van GGD
Zaanstreek-Waterland. De RGF is wel eind-
verantwoordelijk, maar heeft de coördinatie
uitbesteed. De leden van het kernteam zijn
24 uur per dag bereikbaar.
De psychosociale opvang zelf wordt
meestal verzorgd in een opvanglocatie, die
aangewezen wordt door de betreffende ge-
meente waar de ramp plaatsvindt. Het 'op-
vangteam PSHOR' neemt de uitvoering van
de psychosociale zorg voor haar rekening en
bestaat uit medewerkers van de deelne-
mende organisaties. Dit zijn:
• GGD Zaanstreek-Waterland
• Slachtofferhulp
• Dijk en Duin
• Stichting Maatschappelijke Dienstverle-
ning
Ook andere organisaties kunnen een uitno-
diging krijgen en ingeschakeld worden om
deel te nemen aan de psychosociale op-
vang.
De aanpak is vastgelegd in de Wet Publieke
Gezondheid.
59
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Dir
ecti
e en
bes
tuu
r
Wat is het?
Binnen de GGD hebben medewerkers van
verschillende afdelingen zitting in het GROP-
team (GGD Rampenopvangplan). Wanneer
er een incident of calamiteit is kunnen zij
worden opgeroepen (op basis van kans-
piket) door de directeur of het dienstdoend
MT-lid. Gedacht moet worden aan bijvoor-
beeld grote uitbraken van infectieziektes,
familiedrama’s, zedenzaken, kortom
incidenten waarbij extra inzet van de GGD
nodig is om een goede ondersteuning en
begeleiding te kunnen bieden.
Voor wie?
Voor de burgers van de regio Zaanstreek-
Waterland en als ondersteuning aan bij-
voorbeeld gemeenten en scholen.
Waarom?
Niet alle incidenten die plaatsvinden zijn
een ramp op het niveau waarop de afdeling
Geneeskundige hulpverlening bij ongevallen
en rampen (GHOR) wordt ingezet. Wanneer
het gaat om kleinschalige incidenten,
kan de GGD actie ondernemen door het
GROP-team in te zetten en te zorgen voor
een adequate ondersteuning en begelei-
ding, ook buiten kantoortijden.
GROP (GGD Rampenopvangplan)
60
Directie en
bestu
ur
Beheer
Wat is het?
De afdeling beheer is verantwoordelijk
voor de interne bedrijfsvoering van de GGD
en daarmee ondersteunend, faciliterend en
adviserend aan de organisatie(onderdelen).
De bedrijfsvoering kent de volgende afdelin-
gen:
• Personeel & organisatie (P&O)
• Financiën
• Informatie- & Communicatietechnologie
(ICT)
• Receptie & Secretariaat
• Facilitaire zaken
Voor wie?
De afdeling Beheer is er voor de organisatie
en de circa 270 medewerkers van de GGD
Zaanstreek-Waterland.
Waarom?
Het is noodzakelijk om de afdelingen binnen
de GGD te ondersteunen bij de uitvoering
van de taken. Dit doet de afdeling Beheer
door te zorgen voor een goed functionerend
computernetwerk, de receptie- en balie
functie te vervullen, het verrichten van no-
tuleerwerkzaamheden, het beheer van de
(decentrale) locaties, het verzorgen van de
post, het uitvoering geven aan de salarisad-
ministratie, het verzorgen van de financiële
administratie, etc. Anderzijds wordt er door
de afdeling Beheer beleid geformuleerd op
het gebied van personeel, financiën en ICT.
Daarnaast verzorgt de afdeling Beheer de
rapportages waarin inzicht wordt gegeven
in de financiële situatie van de GGD met be-
trekking tot de reguliere werkzaamheden
en het uitvoeren van projecten. Hiertoe wor-
den de begroting, jaarrekening en manage-
ment- en bestuursrapportages opgesteld.
61
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Beh
eer
Afkortingen
62
Afkortin
gen AA Amsterdam-Amstelland
AB Algemeen bestuur
AGZ Algemene Gezondheidszorg
ASHG Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld
BJAA Bureau Jeugdzorg Agglomeratie Amsterdam
BMI Body Mass Index
BOR Bewegen op recept
CJG Centrum voor Jeugd en Gezin
CBS Centraal Bureau voor de Statistiek
DB Dagelijks bestuur
EBG Epidemiologie, Beleid en Gezondheidsbevordering
GGD Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst
GGZ Geestelijke Gezondheidszorg
GHOR Geneeskundige Hulpverleningbij Ongevallen en Rampen
GROP GGD Rampenopvangplan
HIV Human ImmunodeficiencyVirus
HKZ Harmonisatie Kwaliteits-beoordeling Zorgsector
ICT Informatie- & Communicatie-technologie
JGZ Jeugdgezondheidszorg
JPP Jeugd Preventie Programma
LAT Lokaal Analyse Team
LCR Landelijk Coördinatie Centrum Reizigersadvisering
MGZ Maatschappelijke Gezond-heidszorg
PMU Permanente make-up
PGO Preventief gezondheids-onderzoek
P&O Personeel & organisatie
PSHOR Psychosociale Hulpverleningbij Ongevallen en Rampen
RAAK Regionale Aanpak Kindermis-handeling
RGF Regionaal GeneeskundigFunctionaris
RVP Rijksvaccinatieprogramma
SBO Speciaal Basisonderwijs
SMD Stichting maatschappelijkedienstverlening
SO Speciaal Onderwijs
SOA Seksueel Overdraagbare Aandoening
TBC Tuberculose
VETC Voorlichting in Eigen Taal enCultuur
VTO Vroegtijdige opsporing ontwikkelingsstoornissen
VZA Verenigd Ziekenvervoer Amsterdam
VWA Voedsel- en Warenautoriteit
VWS Volksgezondheid, Welzijn enSport
WHO World Health Organization
WMO Wet Maatschappelijke Ondersteuning
WPG Wet Publieke Gezondheid
ZAT Zorg Advies Team
63
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
Afk
orti
nge
n
GGD Zaanstreek - Waterland
Hoofdvestiging:
Nevenvestiging:
Gebouw Westhout
Vurehout 2
1507 EC Zaandam
T 0900 - 2 54 54 54 (€ 0,05 cent p/m.)
F 075 - 6 16 30 16
Waterlandhuis
Waterlandlaan 65
1441 RS Purmerend
T 0900 - 2 54 54 54 (€ 0,05 cent p/m.)
F 0299 - 46 94 28
Kijk voor de overige locaties op
www.ggdzw.nl sept
embe
r 201
0 | u
itgav
e G
GD
Zaan
stre
ek -
Wat
erla
nd
ont
wer
p St
udio
4 |
Amst
erda
m
65
wie|wat|waarom GGD Zaanstreek - Waterland
epid
emio
logi
e
epid
emiologie