jaarverslag 2014 deel 3 financieel
TRANSCRIPT
80 jaarverslag 2014
In 2014 heeft het Horizon College opnieuw speciale budgetten besteed. Deze rijksmiddelen zijn bedoeld om de aansluiting tussen opleiding en praktijk te
verbeteren, het beroepsonderwijs te vernieuwen en zwakkere deelnemers meer kansen te bieden. In dit hoofdstuk leest u wat we gedaan hebben met de
middelen uit de Regeling taal en rekenen (paragraaf 8.1) en de Regeling schoolmaatschappelijk werk in het mbo (paragraaf 8.2).
Centrale examens mbo
Vanaf het schooljaar 2014-2015 worden de
centrale examens Nederlandse taal en rekenen
in het mbo stap voor stap verplicht. Het cijfer
voor Nederlandse taal en rekenen wordt een
onderdeel van de diplomabeslissing. Vanaf dit
schooljaar leggen alle deelnemers op mbo-
niveau 4 verplicht digitale examens af voor de
onderdelen lezen, luisteren en rekenen. Voor
deelnemers op de niveaus 2 en 3 geldt dit vanaf
schooljaar 2015-2016.
In 2014 hebben we op alle locaties meegedaan
aan drie centraal vastgestelde examenperioden:
er zijn bijna 3900 examens Nederlands en meer
dan 4000 examens rekenen afgenomen. Het
slagingspercentage is voor zowel Nederlandse
taal als rekenen iets toegenomen ten opzichte
van 2013.
De sectoren op het Horizon College besteden
de komende jaren blijvend aandacht aan het
verhogen van de beheersingsniveaus voor
Nederlandse taal en rekenen. Hierdoor stijgt
namelijk de slagingskans voor deelnemers.
Dankzij aanpassingen in de logistiek en op
ICT-gebied worden de examens op alle locaties
steeds beter georganiseerd. Op basis van
evaluaties en richtlijnen van het Ministerie van
OCW gaan we vaststellen hoe het Horizon
College de examens uiteindelijk zal afnemen.
8.1 Verantwoording gelden Regeling taal en rekenen
Sinds 2010 regelt de Regeling intensivering
Nederlandse taal en rekenen mbo de wettelijke
exameneisen voor taal en rekenen. Vanuit deze
regeling ontvangen wij aanvullende bekostiging.
In 2010 hebben wij het Instellingsplan Intensi-
vering Nederlandse Taal en Rekenen Horizon
College 2010-2013 opgesteld, om de taal- en
reken vaardigheden van onze deelnemers af te
stemmen op de nieuwe wettelijke eisen. Op die
manier proberen we ons onderwijs in Neder-
landse taal en rekenen duurzaam te verbeteren
en een vaste plaats te geven binnen het
curriculum van de opleidingen.
Dankzij een wijzigingsregeling hebben we ook in
2014 middelen ontvangen voor de intensivering
van onderwijs in Nederlandse taal en rekenen.
Deze aanvullende bekostiging hebben we
ontvangen zonder een nieuw implementatieplan
in te dienen. We hebben echter de activiteiten die
in 2013 zijn uitgevoerd, voor het grootste deel
gecontinueerd in 2014.
Instaptoets lezen, schrijven en rekenen
Een goed startniveau voor taal- en reken-
ontwikkeling is belangrijk voor onze deel-
nemers. Het helpt hen de lessen goed te
volgen en te communiceren met docenten
en mede deel nemers. Deelnemers die lager
scoren dan het gewenste start niveau van hun
opleiding, hebben we door verwezen naar
een ondersteuningsproject op maat. Het
startniveau bepalen we met een instap toets op
lezen, schrijven en rekenen voor alle nieuwe
deelnemers. We hebben deze instap toetsen
gefinancierd met subsidiegelden.
Goede voorbereiding van deelnemers
We bereiden onze deelnemers goed voor en
stellen ze in staat de gewenste eindniveaus voor
Nederlandse taal en rekenen te behalen. Hiertoe
hebben we extra onderwijstijd geprogrammeerd.
Ook proberen we de onderwijsmethoden goed
aan te laten sluiten op de doelgroep. Mede-
werkers krijgen met diverse trainingen de kans
zich verder te bekwamen in het lesgeven. Door
diagnostische toetsen af te nemen, proberen
we deelnemers goed voor te bereiden op de
examens.
8. Hoe hebben we ze besteed?
Speciale budgetten
81jaarverslag 2014
8. Hoe hebben we ze besteed?
Speciale budgetten Figuur 8.1 | Verantwoording taal en rekenen
Beschikbaar gestelde middelen Beschikbaar Besteed Nog te besteden
tot en met voorgaand jaar 4.372.720 4.110.921 261.799
verslagjaar 1.123.000 1.199.128 -76.128
vóór 1 januari 2015 5.495.720 5.310.049 185.671
Specificatie totaal bestedingen in het jaar 2014
Activiteitensoort Beschrijving ondernomen activiteiten T of R of T&R
Bestede middelen in 7
Bereikte deelnemers
Bereikte personeelsleden
Toelichting
A. Aanpassing in de didactiek/pedagogiek van de opleidingen in kader van intensivering onderwijs T&R
1. Aanpassen methode Nederlandse Taal T 5035 60
2. Aanpassen methode Rekenen R 5035 65
Totaal activiteiten A 136.081
B. Toetsing van deelnemers 1. Instaptoetsing organiseren afnemen en beoordelen
T&R 2500
2. Diagnostisch Toetsen T&R 770
Totaal activiteiten B 136.373
C. Extra onderwijstijd 1. Lesuren Nederlandse Taal T 5500
2. Lesuren Rekenen R 5550
Totaal activiteiten C 659.183
D. Nieuwe of aangepaste faciliteiten 1. Vmbo-mbo Doorstroomproject T&R 100
Totaal activiteiten D 6.180
E1. Professionalisering van docenten op het gebied van taal- en rekenonderwijs
1. Training en ondersteuning vakdocenten Nederlandse Taal
T 35
2. Training en ondersteuning vakdocenten Rekenen
R 35
Totaal activiteiten E1 110.075
E2. Professionalisering van overige functionarissen op het gebied van taal- en rekenonderwijs
1. Training ondersteunend personeel T 3
Totaal activiteiten E2 3.836
F. Andere activiteiten die gericht zijn op intensivering van taal- en rekenonderwijs
1. Voorbereiding, coördinatie en organiseren remediërende trajecten
T&R 1210 38
2. Projectleiding en functioneel beheer centrale examinering
T&R 4000
Totaal activiteiten F 147.400
Eindtotaal activiteiten A t/m F 1.199.128
82 jaarverslag 2014
8.2 Verantwoording gelden Subsidie-regeling schoolmaatschappelijk werk in het mbo
De Subsidieregeling schoolmaatschappelijk
werk in het mbo verschaft ons middelen om
deelnemers te ondersteunen, als die kampen
met psychosociale problemen die een voor-
spoedige schoolloopbaan in de weg staan. Onze
taak is deze deelnemers tijdig en professioneel te
helpen of door te verwijzen naar gespecialiseerde
hulp. In totaal komen 2.856 deelnemers van
het Horizon College voor deze subsidie in
aanmerking. Om hen te onder steunen hebben
wij in 2014 5 404.170,- aan subsidie ontvangen.
In 2014 hebben opnieuw schoolmaatschappelijk
werkers van stichting de Wering uit Alkmaar
het schoolmaatschappelijk werk uitgevoerd. Zij
moeten ervoor zorgen dat minimaal 30 procent
van de deelnemers die de stichting helpt, nog
een jaar op het Horizon College blijft studeren.
Deze contractafspraak zijn ze in 2014 ruim-
schoots nagekomen.
Daarnaast is voor vier locaties van het Horizon
College geld uit deze subsidieregeling gebruikt
om het schoolmaatschappelijk werk te faciliteren.
Hierbij zijn ook interne mede werkers ingezet,
zodat zij de zorgbehoefte van deel nemers die
extra ondersteuning nodig hebben, goed kunnen
afstemmen met hulpverlenende instanties.
Figuur 8.2 | Verantwoording schoolmaatschappelijk werk
Beschikbaar gestelde middelen Beschikbaar Besteed Nog te besteden
tot en met voorgaand jaar 1.634.928 1.257.185 377.744
verslagjaar 404.170 421.608 -17.438
vóór 1 januari 2015 2.039.098 1.678.793 360.306
Specificatie totaal bestedingen in het jaar 2014, besteding 5 421.608
Doelstellingen personeel overig %aandeel allochtoon
%aandeel competentie gerichte beroepsopleidingen
aantal stage-
plaatsen
aantal simulatie-plaatsen
samenwerking met andere partijen J/N
Het voorkomen van ernstige problematiek, schooluitval en op een positieve manier bijdragen aan de ontwikkeling en de schoolcarrière van de leerling
33.270 388.338 11 100 J
Totaal bestedingen in het jaar 2014 33.270 388.338
83jaarverslag 2014
Volgens de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB) moeten onderwijsinstellingen in hun jaarverslag aanvullende informatie opnemen over een aantal
specifieke thema’s. In dit hoofdstuk vindt u deze informatie. Bij de getalsvergelijkingen zijn we uitgegaan van de stand van zaken van de bekostigingstelling
van 10 februari 2015. De accountant moet deze aantallen nog goedkeuren.
programma dat niet voldoet aan de voor-
waarden voor rijksbekostiging.
• De deelnemer krijgt een diploma uitgereikt.
We hanteren gedragsregels voor de bekostiging-
stelling van deelnemers die zich inschrijven op
basis van een EVC/vrijstellingsbrief:
• Deze deelnemers nemen we alleen in de
bekostigingstelling op, als het Horizon College
met hen een opleidingsduur overeenkomt van
ten minste tien weken en een opleidingstijd van
minimaal 75 klokuren (BBL) of 212,5 klokuren
(BOL).
• Diploma’s van examendeelnemers komen
alleen voor bekostiging in aanmerking, als de
deelnemer beroepsonderwijs heeft gevolgd,
direct voordat hij zich als examendeelnemer
inschreef.
• Opleidingsmanagers moeten een expliciet
akkoord geven om deze deelnemers op te
nemen in de bekostigingstelling.
• Het Horizon College heeft administratieve
maatregelen genomen om deze deelnemers
correct te registreren en hen alleen terecht aan
te melden voor bekostiging.
In het kalenderjaar 2014 zijn alleen bij
opleidingen in de sectoren Gezondheidszorg
en Welzijn diploma’s afgegeven op grond
van een EVC-traject. Dit waren er in totaal 31.
Deze diploma’s zijn niet voor bekostiging aan-
geboden. In 2014 bestond deze groep voor het
Thema 1 UitbestedenWe zijn uiterst terughoudend met het uit besteden
van onderwijs, onze kerntaak. We werken bij
een uitbesteding alleen samen met andere
organisaties als dit doelmatig is en in het belang
van de kwaliteit van het onderwijs en van de deel-
nemer. Daarbij houden we ons aan de wettelijke
waar borgen en de voorwaarden die in de notitie
Helder heid zijn gesteld.
In 2014 hebben we bij de opleiding Handhaver
Toezicht en Veiligheid samengewerkt met het
Nova College. In de laatste vier maanden van hun
meer jarige opleiding heeft een groep deelnemers
onderwijs gekregen van docenten op het Nova
College. Dit was de enige keer dat we onderwijs
hebben uitbesteed in 2014.
Thema 2 Investeren van publieke middelen in private activiteiten In de notitie Helderheid staan de voorwaarden
waarop instellingen rijksgelden mogen
gebruiken en publiek en privaat mogen scheiden.
Het Horizon College houdt zich aan deze
voorwaarden:
• Onze private activiteiten stemmen overeen met
onze kerntaken. Het Horizon College heeft geen
branchevreemde activiteiten ontplooid.
• Ons beleid voor private activiteiten is er niet
primair op gericht winst te realiseren. De
opbrengst van deze activiteiten is zeer beperkt
ten opzichte van de totale opbrengsten.
• Concurrentie vervalsing speelt geen rol, omdat
we onze private activiteiten ten minste kosten-
dekkend uitvoeren, ook rekening houdend met
indirecte kosten.
• We hebben geen publiek geld geïnvesteerd in
private activiteiten.
• We verantwoorden de besteding van private en
publieke middelen volgens de wettelijke eisen.
• De instelling voldoet aan de wettelijke waar-
borgen rond het onderwijs en aan de Regeling
beleggen en belenen. Tijdelijk overtollige gelden
gebruiken we om leningen af te lossen.
Thema 3 Het verlenen van vrijstelling van onderwijs en EVC’s Een deelnemer kan een ervaringscertificaat
(EVC) aanbieden aan de examencommissie en
verzoeken hem op basis daarvan een diploma
uit te reiken. Als dat gebeurt, beoordeelt de
examencommissie eerst het portfolio. Daarna
zijn er verschillende mogelijkheden:
• We schrijven de deelnemer in als examen-
deelnemer; hij hoeft geen onderwijs te volgen.
• We schrijven de deelnemer in als reguliere
deelnemer; hij volgt een aangepast onderwijs-
programma (bekostigingsgrondslag BBL of
BOL) dat voldoet aan de voorwaarden voor
rijks bekostiging.
• We schrijven de deelnemer in als reguliere
deelnemer; hij volgt een aangepast onderwijs-
9. Helderheid in bekostiging
Aanvullende informatie WEB
84 jaarverslag 2014
grootste deel uit medewerkers in de kinder-
opvang. Zij hebben een diploma Gespecialiseerd
pedagogisch medewerker niveau 4 ontvangen.
Thema 4 Les- en cursusgeld niet betaald door de deelnemer zelfVoor een aantal deelnemers betaalt de werkgever
het cursusgeld; ook de factuur staat dan op
naam van de werkgever. De deelnemer moet in
dat geval een derdenmachtiging invullen. Het
Horizon College stuurt alleen facturen aan werk-
gevers die een substantieel aantal deelnemers
plaatsen, bijvoorbeeld ziekenhuizen. Het
Horizon College heeft zelf geen fonds voor les-
en cursus gelden.
Thema 5 In- en uitschrijving van deel-nemers in meer dan één opleiding tegelijkBinnen het Horizon College geldt een richtlijn
om dubbele bekostiging te voorkomen bij deel-
nemers die gelijktijdig meerdere opleidingen
volgen. Deze richtlijn werkt adequaat.
Uitschrijvingen van 1 oktober tot eind 2014
In de periode van 1 oktober tot en met 31
december 2014 stroomden in totaal 224 deel-
nemers (2 procent) door van de ene opleiding
naar de andere. In 2013 waren dat er nog 278
(2,4 procent). 311 deelnemers hebben het
Horizon College verlaten, waarvan 113 met een
diploma en 198 zonder diploma. Het percentage
uit stromers was in 2014 lager dan in dezelfde
periode in 2013.
Figuur 9.1 | Overzicht diploma’s op grond van een EVC in 2014
Sector Crebonaam BOL BBL Totaal
Gezondheidszorg Helpende Zorg & Welzijn 1 1
Mbo-Verpleegkundige 2 2
Totaal Gezondheidszorg 3 3
Welzijn Onderwijsassistent 1 1
Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang 1 1
Gespecialiseerd pedagogisch medewerker 4 kinderopvang 26 26
Totaal Welzijn 1 27 28
Figuur 9.2 | Doorstroom en uitstroom van deelnemers van oktober tot en met december 2014, per sector
Doorstroom met diploma Doorstroom zonder diploma Uitstroom met diploma Uitstroom zonder diploma
Sector BOL BBL BOL BBL BOL BBL dt-BOL BOL BBL
Economie 1 58 11 39
Gezondheidszorg 1 4 3 13 10 1 27 3
Handel & Dienstverlening 2 3 26 6 2 19 25 25
Purmerend 3 13 4 9 3 11
Techniek 7 7 32 14 7 21 13 12
Welzijn 2 1 32 5 13 3 1 37 6
Eindtotaal 16 11 165 32 55 56 2 152 46
85jaarverslag 2014
Inschrijvingen van 1 oktober tot eind 2014
In de periode van 1 oktober tot en met 31
december 2014 hebben 49 nieuwe deelnemers
zich ingeschreven: 29 BOL-deelnemers en 20
BBL-deelnemers. Deze deelnemers tellen niet
mee op de eerste teldatum van 1 oktober 2014,
maar kunnen wel meetellen op de tweede tel-
datum van 1 februari 2015. De tussentijdse in-
stroom is het grootst in de sectoren Handel &
Dienst verlening, Techniek en Welzijn.
Thema 6 Deelnemer volgt een andere opleiding dan waarvoor hij is ingeschrevenIn principe volgen deelnemers de opleiding
waarvoor ze zijn ingeschreven. Wel komt het
regel matig voor dat deelnemers van opleiding
veranderen en soms tijdelijk een periode over-
bruggen. In figuur 9.4 vindt u een overzicht van
deel nemers die na 1 oktober 2014 van leerweg
zijn veranderd.
Deelnemers die van leerweg veranderd zijn tijdens
het schooljaar
In de periode van 1 oktober tot en met 31
december 2014 zijn 43 deelnemers veranderd
van leer weg: 26 van een BOL- naar een BBL-
traject en 17 van een BBL- naar een BOL-traject.
Het grootste aantal deelnemers dat in deze
periode van leerweg veranderde, zit bij de
sectoren Handel & Dienstverlening en Techniek.
Figuur 9.3 | Nieuw ingeschreven deelnemers van oktober tot en met december 2014, per sector
Sector BBL BOL Eindtotaal
Economie 4 4
Gezondheidszorg 2 2
Handel & Dienstverlening 12 7 19
Purmerend 1 1
Techniek 8 3 11
Welzijn 12 12
Eindtotaal 20 29 49
Figuur 9.4 | Deelnemers die van leerweg zijn veranderd
van oktober tot en met december 2014, per sector
Sector BBL naar BOL BOL naar BBL Eindtotaal
Gezondheidszorg 1 1
Handel & Dienstverlening 4 15 19
Purmerend 3 1 4
Techniek 6 8 14
Welzijn 3 2 5
Eindtotaal 17 26 43
86 jaarverslag 2014
Horizontale en verticale stapeling van diploma’s
Binnen het Horizon College bieden we per
kalender jaar slechts één diploma per deelnemer
aan voor bekostiging. In de meeste gevallen is
dat het hoogst behaalde diploma. Een aantal
deelnemers van wie het diploma in de diploma-
telling 2014 is opgenomen, heeft ook in het
voor gaande jaar een diploma behaald dat voor
bekostiging is aangeboden.
Een deelnemer kan in twee achtereenvolgende
jaren een diploma behalen om verschillende
redenen:
• Een deelnemer kan een diploma behalen van
een AKA-opleiding (arbeidsmarktgekwalificeerd
assistent), dan overstappen naar een beroeps-
kwalificerende niveau 1-opleiding (soms in een
andere vak richting) en ook daar een diploma
behalen. Als een deelnemer twee keer een
diploma behaalt van een niveau 2-opleiding, is
dat meestal in twee verschillende vak richtingen.
• In de hogere niveaus stroomt een deelnemer
in de meeste gevallen door naar een verwante
hogere opleiding.
• Bij BBL-trajecten, vooral bij de sectoren Handel
& Dienstverlening en Techniek, beginnen deel-
nemers vaak direct als werknemer. Pas als
ze beschikken over de nodige praktijkkennis
en -vaardig heden, stromen ze door naar een
opleiding van een hoger niveau.
In vergelijking met vorig jaar hebben iets meer
deelnemers in twee achtereenvolgende jaren
een diploma behaald, dat is aangeboden voor
bekostiging. In 2013 gold dit voor 285 deel-
nemers (6,5 procent van het totaalaantal
diploma’s), in 2014 voor 321 deelnemers (7,7
procent). In de meeste gevallen ging het om een
diploma op hoger niveau.
In de bekostigingstelling 2014 wordt nog op
twee manieren geteld: volgens de criteria van de
nieuwe bekostigingsregeling voor het beroeps-
onderwijs en volgens de oude bekostigings-
regels. Volgens de nieuwe regeling worden
diploma’s op niveau 1 niet meer bekostigd. Bij
de niveaus 2, 3 en 4 wordt de diplomawaarde
van het diploma dat in een voorgaand jaar al
voor bekostiging is aangeboden, in mindering
gebracht op de diplomawaarde van het in 2014
door dezelfde deelnemer behaalde diploma
dat voor bekostiging wordt aangeboden. Het
maakt daarbij niet uit of het eerdere diploma
bij het Horizon College is behaald of bij een
ander roc. Het diploma telt weer volledig mee,
als een deelnemer drie of meer studiejaren niet
ingeschreven heeft gestaan in het mbo en weer
een diploma behaalt.
Figuur 9.5 | Aantal deelnemers dat in twee achtereenvolgende jaren een diploma heeft behaald, dat is aangeboden voor bekostiging
Niveau 2013 Niveau 2014 ECO GEZ HDV PUR TEC WED ENTREE Eindtotaal
1 1 7 7
2 1 2 10 1 6 20
Totaal 1 3 1 2 10 1 6 7 27
2 2 1 2 2 5
3 6 112 35 15 168
4 8 8
Totaal 2 9 7 122 35 17 181
3 3 1 1
4 26 27 57 110
Totaal 3 7 26 27 1 57 111
4 4 2 2
Totaal 4 2 2
Eindtotaal 34 2 159 36 24 59 7 321
87jaarverslag 2014
In de overgangsbekostiging bestaat nog wel de
mogelijkheid om volledige diplomabekostiging
te genereren. Dit kan als een deelnemer in
verschillende kalenderjaren een diploma behaalt
bij het Horizon College en die vervolgens voor
bekostiging worden aangeboden. In figuur 9.5
ziet u voor hoeveel deelnemers dat geldt in 2014.
Thema 7 Maatwerktrajecten Het Horizon College stelt soms maatwerk-
trajecten samen voor bedrijven of organisaties.
Daarbij hanteren wij de volgende voorwaarden:
• Het Horizon College sluit een overeenkomst
met het bedrijf of de organisatie waarmee we
samenwerken. In deze overeenkomst staan:
• de wensen van het bedrijf of de organisatie
voor het maatwerktraject;
• de eventuele meerkosten voor het bedrijf of
de organisatie. (Er kunnen alleen meerkosten
zijn als het Horizon College een extra
inspanning verricht volgens de wens en op
verzoek van het bedrijf of de organisatie.)
• Het Horizon College vertelt het bedrijf of
de organisatie expliciet dat deelnemers en
diploma’s van het maatwerktraject normaal
meetellen voor de rijksbekostiging. Daarvoor
moeten de deelnemers zijn ingeschreven in
een crebo-opleiding.
• Het Horizon College neemt in het jaarverslag
op, voor welke bedrijven of organisaties het
maat werktrajecten organiseert.
Het Horizon College heeft in 2014 geen maat-
werk trajecten ontwikkeld en uitgevoerd, waarbij
bedrijven of organisaties bijdragen betalen voor
het op maat snijden van trajecten voor eigen
personeel.
Thema 8 Buitenlandse studentenBij het Horizon College stonden in 2014
geen buitenlandse studenten ingeschreven.
Enkele keren per jaar komt het wel voor dat er
onduidelijkheid is over de verblijfsstatus van een
deelnemer en of hij bekostigd en ingeschreven
kan worden of blijven. Het Horizon College
controleert zijn deelnemersbestand hierop.
90 jaarverslag 2014
U leest in dit hoofdstuk met welk financieel resultaat we 2014 hebben afgesloten (paragraaf 10.1). Daarna lichten we onze financiële positie op de balans-
datum toe (paragraaf 10.2) en gaan we kort in op de begroting 2015 (paragraaf 10.3). Ten slotte vindt u hieronder de continuïteitsparagraaf (paragraaf 10.4),
die is opgesteld op basis van de afspraken in de Algemene Vergadering van de MBO Raad.
1) Hogere overige overheidsbijdragen en subsidies
De hogere overige overheidsbijdragen worden
veroorzaakt door een hogere opbrengst
Educatie van 5 317.000 en door 5 115.000 vanuit
Inburgering. In de begroting was er rekening
mee gehouden dat onze educatieactiviteiten
stopgezet zouden worden in 2014. We zouden
alleen nog reeds ingezette trajecten afronden.
In de werkelijkheid hebben we meer activiteiten
uitgevoerd dan vooraf was begroot.
10.1 Resultaat 2014: slechter dan begrootHet Horizon College heeft het boekjaar 2014
afgesloten met een resultaat van 5 44 duizend.
Dit is 5 1,1 miljoen slechter dan het begrote
resultaat van 5 1,1 miljoen. In figuur 10.1 ziet u
hoe dit verschil met de begroting is veroorzaakt.
10. Algemene financiële schets 2014
Financiële ontwikkelingen in vogelvlucht
Figuur 10.1 | Verschillen tussen het begrote en gerealiseerde resultaat in 2014
Bedragen x 5 1.000
Begroot resultaat 2014 1.100
Hogere overige overheidsbijdragen en subsidies -1- 432+
Hogere overige baten -2- 416+
Hogere baten werk in opdracht van derden -3- 324+
Lagere afschrijvingen 199+
Lagere personele lasten 142+
Overige 24+
Totaal positieve afwijkingen 1.537+
Lagere rijksbijdrage OCW -4- 2.114-
Hogere overige lasten 270-
Lagere college-, cursus, les- en examengelden 209-
Totaal negatieve afwijkingen 2.593-
Resultaat 2014 44
91jaarverslag 2014
2) Hogere overige baten
De hogere overige baten bestaat uit meerdere
relatief kleine posten. De hogere baten uit
leermiddelen, van 5 142.000, beslaan het
grootste deel hiervan.
3) Hogere baten werk in opdracht van derden
De hogere baten voor werk in opdracht van
derden bestonden uit:
Bedragen x 5 1.000
Leonardosubsidie (a) 194
Cambridge (b) 189
Overige 59 -
Totaal 324
a) Leonardosubsidie
De hogere opbrengsten uit de Leonardosubsidie
zijn voor 5 94.000 voor onszelf; de overige
5 100.000 extra baten zijn voor projectpartners.
Aan gezien wij penvoerder zijn, wordt de subsidie
aan ons verstrekt en bij ons in de administratie
verantwoord.
b) Cambridge
Met ingang van 2014 is het Horizon College
officieel een ‘Cambridge Exam Centre’. De
financiële gevolgen daarvan zijn dat het
Horizon College de examengelden factureert
aan deelnemers en deze examens inkoopt bij
Cambridge. Zowel de baten als de lasten zijn
hierdoor toegenomen. Tot en met 2013 ontving
het Horizon College enkel een fee per examen-
deelnemer.
4) Lagere rijksbijdrage OCW
De lagere baten uit rijksbijdrage OCW dan
begroot worden in hoofdlijnen veroorzaakt door:
Bedragen x 5 1.000
Intensiveringsgelden uit
het Najaarsakkoord 2013 (a) 1.683 -
Lagere baten uit vsv (b) 811 -
Passend onderwijs (c) 435 +
Overige afwijkingen van de begroting 55 -
Totaal 2.114
a) Intensiveringsgelden uit het Najaarsakkoord
In de begrotingsbesprekingen in het najaar van
2013 heeft het kabinet extra geld beschikbaar
gesteld voor het onderwijs. Dit geld is bedoeld
voor 2014, maar werd al in 2013 beschikbaar
gesteld en moest ook in 2013 in de jaarrekening
verwerkt worden. Wij hadden dit geld echter
al in de begroting 2014 meebegroot, waardoor
dit in 2014 tot een verschil tussen begroting en
realisatie leidt.
b) Lagere baten uit vsv
De baten uit vsv zijn lager dan begroot, door-
dat zowel projecten uit de regiomiddelen als
activiteiten vanuit de Prestatiebox vsv door-
geschoven zijn naar 2015. De baten voor deze
activiteiten zullen conform het matchingprincipe
verant woord worden, wanneer de activiteiten
uit gevoerd worden.
c) Passend onderwijs
Pas na het vaststellen van de begroting ontstond
er meer duidelijkheid over het bedrag dat wij
voor passend onderwijs zouden ontvangen. Dit
bedrag bleek bij ontvangst van de toekenning
hoger dan begroot.
5) Overschrijding overige lasten
De overschrijding op de overige lasten van
5 270.000 wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door
de kosten overschrijding van ICT-project H7 van
5 584.000. Daarnaast zijn extra kosten voor
leer middelen gemaakt. Tegenover deze extra
kosten voor leermiddelen staan extra baten in de
overige baten en in de baten werk in opdracht
van derden. In de overige lasten is een bedrag
van 5 848.000 begroot voor onvoorziene uit-
gaven, waardoor de totaaloverschrijding op de
overige lasten tot 5 270.000 beperkt blijft.
10.2 Toelichting op de financiële positie op balansdatum en kengetallenDe financiële situatie van het Horizon College is
goed. De solvabiliteit is 57 procent. De liquiditeit
is weliswaar laag, maar onze financiële buffer
is voldoende. In onze managementinformatie
sturen we het liquiditeitenbeheer meer op het
ken getal van de financiële buffer. In dit ken getal
wordt ook rekening gehouden met de beschik-
bare rekening-courantfaciliteit, waardoor dit
ons inziens waardevollere informatie geeft.
Onze financiële buffer is gedurende het jaar
ruimschoots voldoende, om te allen tijde aan
onze verplichtingen te kunnen voldoen.
De kengetallen geven nadere informatie over
de positie op balansdatum. Maandelijks nemen
92 jaarverslag 2014
we onderstaande kengetallen ook op in onze
managementrapportages, waarbij we gedurende
het jaar voornamelijk sturen op rentabiliteit en
financiële buffer.
Solvabiliteit
Het Horizon College streeft ernaar om een
niveau van solvabiliteit te handhaven tussen
de 30 en 60 procent. Momenteel ligt ons
solvabiliteitspercentage op 56,9. We verwachten
dat onze solvabiliteit ook de komende jaren
binnen de gestelde grenzen blijft.
Liquiditeit
In 2014 was de liquiditeitsratio van het Horizon
College laag, ook doordat we gebruikgemaakt
hebben van een rekening-courantfaciliteit. In
2015 blijft de liquiditeit laag, aangezien het
Horizon College leningen zo snel mogelijk wil
afossen. Overschotten van liquide middelen
zullen daarom in eerste instantie daarvoor
worden gebruikt.
Financiële buffer
De financiële buffer bestaat uit de liquide
middelen en de beschikbare rekening-courant-
faciliteit. Op balansdatum bestond onze
financiële buffer uit een rekening-courantfaciliteit
van 5 6,7 miljoen.
Rentabiliteit
Voor het Horizon College is winst maken
geen doel. Daarom streven we ook geen hoge
rentabiliteit na, maar hebben we gemiddeld
over een langere periode een rentabiliteit van 0
procent als doel. Op die manier kunnen we ook
in de toekomst kwalitatief goed onderwijs in de
regio blijven aanbieden. Over 2014 hebben we
een rentabiliteit van 0 procent behaald.
10.3 Toekomstparagraaf: begroting 2015De begroting voor 2015 laat een positief resultaat
zien van 5 689.000. Dit positieve resultaat heeft
de volgende oorzaken:
• Het Horizon College hanteert intern een
verdeel systematiek op basis van t-1, met een
vastgestelde prijs per deelnemerswaarde.
Als het aantal deelnemers groeit, hebben we
daardoor meer geld te verdelen voor het onder-
wijs dan we via het ministerie vergoed krijgen.
Dit jaar hebben we voor het eerst in jaren te
maken met een daling, waardoor wij minder
door verdelen dan dat we krijgen. Voor 2015
bedraagt dit 5 550.000.
• In de begroting is in de baten een bedrag op-
genomen voor subsidies die nog niet door-
verdeeld zijn naar de onderwijssectoren. Er is
bewust gekozen deze pas na goedkeuring van
Figuur 10.2 | Solvabiliteit van het Horizon College op 31 december 2014
Solvabiliteit 1 (eigen vermogen/totaal vermogen) x 100% 56,9%
Figuur 10.3 | Liquiditeit van het Horizon College op 31 december 2014
Liquiditeit (current ratio) (vlottende activa/kortlopende schulden) 0,11
Figuur 10.4 | Financiële buffer van het Horizon College op 31 december 2014
Financiële buffer (liquide middelen + rekening-courantfaciliteit)/totale baten) x 100% 7,4%
Figuur 10.5 | Rentabiliteit van het Horizon College op 31 december 2014
Rentabiliteit (saldo baten en lasten/totale baten) x 100% 0,0%
93jaarverslag 2014
plannen door te verdelen. Met nog door te
verdelen subsidies is een bedrag van 5 434.000
gemoeid.
• In de begroting is extra geld gereserveerd voor
de start van een nieuwe opleiding (5 123.000)
en voor het aanlooptekort bij de nieuwe Entree-
opleiding (5 172.000).
10.4 Continuïteitsparagraaf
A GEGEVENSSET
In figuur A1 ziet u de verwachte aantallen
personeel en studenten voor de jaren tot en met
2017.
Toelichting op A1
De gegevens in figuur A1 zijn ontleend aan de
begroting 2015 en de meerjarenbegroting 2015-
2019. De meerjarenbegroting wordt minimaal
één keer per jaar vastgesteld door de Raad
van Toezicht. Dit is het laatst gebeurd in de
vergadering van december 2014.
Wij verwachten dat het aantal deelnemers de
komende jaren daalt als gevolg van demo-
grafische ontwikkelingen. Het aantal mede-
werkers neemt in de begroting 2015 met 74
toe. Voor verbetering van de kwaliteit is er extra
geld beschikbaar gesteld door het ministerie.
De verwachting is dat dit geld de komende
jaren beschikbaar blijft en dat er in de komende
jaren geen grote ontwikkelingen aankomen op
personeels gebied.
Figuur 10.6 | Begroting over 2015
(bedragen x 5 1.000)
Baten Begroting 2015
3.1 Rijksbijdragen 89.680
3.2 Overige overheidsbijdragen en -subsidies 500
3.3 College-, cursus-, les- en examengelden 1.054
3.4 Baten werk in opdracht van derden 1.190
3.5 Overige baten 2.678
Totaal baten 95.103
Lasten
4.1 Personeelslasten 69.074
4.2 Afschrijvingen 6.893
4.3 Huisvestingslasten 4.672
4.4 Overige lasten 13.297
Totaal lasten 93.935
Saldo baten en lasten 1.168
5 Financiële baten en lasten 479-
Resultaat 689
A1 Prognose personeelsontwikkeling en studentenaantallen tot en met 2017
Kengetal (stand 31-12) 2014 2015 2016 2017
Personele bezetting in Fte
Management/Directie 50 52 52 51
Onderwijzend personeel 488 546 548 541
Onderwijsondersteunend personeel 120 134 134 131
Overige medewerkers 260 259 260 255
Totaal 918 992 994 978
Studenten 12.018 11.415 11.176 11.075
94 jaarverslag 2014
In het kader van macrodoelmatigheid gaan we
samen met het Regio College een nieuwbouw-
vestiging in Purmerend realiseren. De plannen
hiervoor zijn in een vergevorderd stadium. Het
is de bedoeling dat wij het gebouw realiseren
en dat het Regio College een deel van het pand
huurt. Wij zullen het geheel financieren.
Toelichting op A2
Algemeen
De kolom 2014 in figuur A2 sluit aan op de
gegevens in de jaarrekening. In de prognose
voor de jaren 2015 en verder zijn de cijfers uit
de vastgestelde meerjarenbegroting gebruikt.
Omdat bij het opstellen van de meerjaren-
begroting de jaarrekeningcijfers nog niet bekend
waren, leidt dit tot een verschil in het vermogen.
In dit overzicht is ervoor gekozen om voor de
jaren 2015 tot en met 2017 aan te sluiten bij de
vast gestelde meerjarenbegroting.
Financieringsstructuur en huisvestingsbeleid
Wij hebben in ons treasurybeleid opgenomen
dat overschotten van liquide middelen in
eerste instantie gebruikt worden om af te
lossen op onze langlopende schulden. In onze
meerjarenbegroting is daarom verwerkt dat,
naast onze geplande afossing van 5 2,5 miljoen
per jaar, overschotten ook gebruikt worden voor
het terugbrengen van de langlopende schulden.
Uit figuur A2 blijkt dat wij een gezonde financiële
structuur hebben. Investeringen in een nieuw-
bouw locatie in Purmerend en de daarbij
benodigde financiering brengen ons inziens
daarom slechts beperkte risico’s met zich mee.
Al onze leningen zijn ondergebracht bij het
Ministerie van Financiën. Het is de bedoeling dat
we ook voor de financiering van de nieuwbouw
in Purmerend een lening aangaan bij het
ministerie. Begin maart 2015 is de procedure
gestart voor de borgstelling door het Ministerie
van OCW voor de lening.
Mutaties van reserves, fondsen en voorzieningen
Het beleid van het Horizon College is om
over een lange periode een nihil resultaat te
realiseren. In onze meerjarenbegroting gaan we
daarom meerjarig uit van een nulresultaat. In de
jaar begroting is het begrote resultaat door onze
begrotings systematiek echter nooit nul. Intern
verdelen wij geld over de onderwijssectoren op
basis van een verdeelsystematiek van t-1 met een
vaste prijs per deelnemers- en diplomawaarde.
Dit doen wij om beter aan te sluiten bij het
werke lijk aantal deelnemers dat een opleiding
volgt. Doordat we van het ministerie bekostiging
krijgen op basis van aantal leerlingen op t-2 ont-
staat er jaarlijks een verschil. Bij groei van het
aantal deelnemers financieren we deze groei
voor uit ons eigen vermogen; bij een krimp van
A2 Verwachte balansposities voor de jaren tot en met 2017 (bedragen x 5 1.000)
Activa 2014 2015 2016 2017
Vaste Activa
Immateriële vaste activa 741 614 490 366
Materiële vaste activa 84.896 87.018 94.115 90.426
Financiële vaste activa 0 0 0 0
Totaal vaste activa 85.637 87.632 94.605 90.792
Vlottende activa 1.564 3.051 3.432 3.432
Totaal activa 87.201 90.683 98.037 94.224
Passiva
Eigen vermogen
Algemene reserve 49.645 49.777 49.777 49.777
Bestemmingsreserve publiek 0 0 0 0
Voorzieningen 2.327 2.542 2.542 2.542
Langlopende schulden 21.230 23.714 31.069 27.256
Kortlopende schulden 13.999 14.650 14.650 14.650
Totaal passiva 87.201 90.683 98.037 94.224
95jaarverslag 2014
het aantal deelnemers voegen we het verschil toe
aan het vermogen van het Horizon College.
De afgelopen jaren is het deelnemerswaarde
gegroeid, wat heeft geleid tot een negatieve
begroting. 2015 is het tweede jaar dat we minder
geld uitdelen aan de onderwijssectoren dan
we binnen krijgen, en dus een positief resultaat
begroten.
Toelichting op A3
In de meerjarenprognose is de geplande nieuw-
bouw van een gebouw in Purmerend verwerkt.
De planning is dat de nieuwbouw in 2017 in
gebruik wordt genomen. In de staat van baten
en lasten heeft dit slechts geringe wijzigingen
tot gevolg, aangezien wij al een vestiging in
Purmerend hadden. De huurlasten zullen naar
verwachting dalen, maar de afschrijvingen zullen
toenemen. Daarnaast zullen de huuropbrengsten
stijgen, aangezien wij een deel van het pand
gaan verhuren aan het Regio College.
B OVERIGE RAPPORTAGES
B1 Rapportage aanwezigheid en werking van het
interne risicobeheersings- en controlesysteem
Het interne risicobeheersings- en controle-
systeem is vastgelegd in een planning & control-
cyclus. De plannings- en verantwoordings-
documenten die zijn opgenomen in de planning
& controlcyclus, worden besproken in het overleg
tussen College van Bestuur en sector directeuren.
Nadat het College van Bestuur samen met de
directeuren deze documenten heeft vastgesteld,
worden ze voorgelegd aan de Raad van Toezicht.
Daarnaast hebben wij met iedere directeur
een managementcontract afgesloten, waarin
targets zijn opgenomen. Het College van
Bestuur bespreekt de (tussentijdse) resultaten
maandelijks met de betreffende directeur.
B2 Beschrijving van de belangrijkste risico’s en
onzekerheden
De belangrijkste risico’s die wij onderkennen
zijn:
• een grote daling van het deelnemersaantal;
• een liquiditeitsrisico.
A3 Verwachte resultaten voor de jaren tot en met 2017 (bedragen x 5 1.000)
Baten 2014 2015 2016 2017
Rijksbijdrage 81.304 89.680 88.680 88.034
Overige overheidsbijdragen en subsidies 1.772 500 0 0
College, cursus en examengelden 961 1.054 1.050 1.050
Baten werk i.o.v.derden 1.434 1.190 1.100 1.100
Overige baten 3.186 2.678 2.675 3.140
Totaal baten 88.657 95.103 93.505 93.324
Lasten
Personeelslasten 64.249 69.074 68.539 67.584
Afschrijvingen 5.978 6.893 6.117 6.500
Huisvestingslasten 4.574 4.672 4.760 4.445
Overige lasten 13.278 13.297 13.400 14.175
Totaal lasten 88.080 93.935 92.816 92.704
Saldo baten en lasten 577 1.167 690 621
Saldo financiële bedrijfsvoering -531 -479 -690 -621
Saldo buitengewone baten en lasten -2 0 0 0
Totaal resultaat 44 689 0 0
Incidentele baten en lasten in resultaat 0 0 0 0
96 jaarverslag 2014
1) Grote daling deelnemersaantal
De hoogte van de rijksbijdrage is sterk afhanke-
lijk van het aantal deelnemers. Een grote daling
van het aantal deelnemers zal daarom ook grote
consequenties hebben voor de baten die wij uit
rijksbijdragen ontvangen.
Wij maken jaarlijks analyses van de verander-
ingen in de deelnemersaantallen en maken
een prognose op basis van onder andere de
demo grafische gegevens, aantal vmbo’ers en
de economische ontwikkelingen (belangrijk
voor de keuze voor BOL of BBL). Deze analyses
en prognoses stellen ons in staat om tijdig in
te spelen op het risico van een grote daling.
Daarnaast spelen we hierop in door op basis
van t-1 het geld te verdelen over de sectoren.
Deze verdeelsystematiek dwingt de organisatie
om tijdig de formatie aan te passen aan de
veranderende omstandigheden.
2) Liquiditeitsrisico
Een ander risico dat wij onderkennen, is het
niet op korte termijn kunnen voldoen aan
onze verplichtingen. Om het risico hierop te
minimaliseren, hebben we met het Ministerie
van Financiën een rekening-courantfaciliteit
afgesproken van 5 7,4 miljoen. Dit in combinatie
met een goed werkende financiële planning &
control, waarin maandelijks de liquide middelen
worden gemonitord en tien maanden vooruit
wordt geprognosticeerd, helpt ons om het risico
te minimali seren, dat we niet kunnen voldoen
aan onze verplichtingen.
B3 Rapportage toezichthoudend orgaan
Voor de rapportage van de Raad van Toezicht
verwijzen we naar de verantwoording van de
Raad van Toezicht voor in het jaarverslag.
Kwalitatief deel
De MBO Raad heeft een servicedocument
opgesteld voor het opnemen van een
continuïteits paragraaf in het geïntegreerd jaar-
document. Afgesproken is dat bovenstaande
kwalitatieve informatie en een aantal indicatoren
daarbij opgenomen worden. Voor de kwalitatieve
gegevens verwijzen we naar de uitgebreide
informatie in de afzonderlijke hoofdstukken in
ons jaar verslag en de informatie opgenomen in
het voor geschreven model voor de continuïteits-
paragraaf van het Ministerie van OCW.
De in het servicedocument vastgestelde
indicatoren zijn hierboven opgenomen. Als dat
van toepassing is, zijn hierbij het risico en de
genomen beheersmaatregelen vermeld.
Het bestuur is van mening dat bovenstaande
indicatoren geen risico’s met zich meebrengen.
De uitzondering hierop is de liquiditeitsratio.
Deze is lager dan de norm, doordat het ons
beleid is om een zo laag mogelijk saldo
liquide middelen aan te houden en als er
overschotten zijn, die te gebruiken om onze
leningen vervroegd af te lossen. Volgens ons is
het risico van een lage liquiditeit zeer beperkt,
doordat wij maandelijks onze liquiditeit tien
maanden vooruit prognosticeren en zodoende
tijdig kunnen anticiperen wanneer dit nodig
is. Daarnaast hebben we een rekening-
courantfaciliteit van 5 7,4 miljoen bij het
Ministerie van Financiën. Intern sturen we voor
de beheersing van de liquiditeit op de ratio van
de financiële buffer, die ook rekening houdt met
de aanwezige rekening-courantfaciliteiten.
Indicatoren
1) Omzet private activiteiten als percentage van de omzet 1,6%
2) Gewogen deelnemers per fte OP/OOP 16,4
3) Gewogen aantal deelnemers per fte beroepsonderwijs 10,2
4) Aantal fte tijdelijk personeel als percentage totaal fte 12,1%
5) Kosten fte in loondienst 5 61.966
6) Aantal m2 beroepsonderwijs per gewogen deelnemer 6,9
7) Overhead personeelskosten in procenten 15,4%
8) Liquiditeit 0,11
9) Rentabiliteit 0,0%
10) Aantal m2 huur als percentage totale m2 7,2%
11) Gemiddelde huisvestingskosten per m2 109
12) Herfinancieringsbehoefte als percentage totale jaaromzet 0%
13) Investeringsbehoefte als percentage totale jaaromzet 1,9%
98 jaarverslag 2014
Grondslagen van waardering
De activa en passiva hebben we, tenzij anders
vermeld, tegen nominale waarde opgenomen.
Stelselwijziging
In 2014 hebben zich geen stelselwijzigingen
voorgedaan.
Schattingswijziging: afschrijvingen
verbouwing Purmerend
De verbouwingen in het pand van de onderwijs-
locatie Purmerend worden met ingang van 2013
versneld afgeschreven. De afschrijvingstermijn
is gelijkgesteld aan de duur van het project
Purmerend (tot december 2016). Daarna wordt
overgegaan tot nieuwbouw.
Salderen
In de jaarrekening hebben we alleen een actief en
een post van het vreemd vermogen gesaldeerd
als en voor zover:
• een deugdelijk juridisch instrument beschik-
baar is om het actief en de post van het vreemd
vermogen gesaldeerd en simultaan af te
wikkelen;
• het stellige voornemen bestaat om het saldo
als zodanig of beide posten simultaan af te
wikkelen.
Immateriële vaste activa
De immateriële vaste activa worden gewaardeerd
tegen de kostprijs (verkrijgingsprijs). De af-
schrijving van immateriële vaste activa is lineair.
We spreiden de afschrijving over de periode
waar in het verwachte voordeel wordt genoten.
Deze periode is naar verwachting tien jaar. Voor
de boek waarde van zelfvervaardigde immateriële
vaste activa wordt met ingang van dit boek jaar
een wettelijke reserve gevormd.
Materiële vaste activa
De gebouwen en terreinen worden gewaardeerd
tegen de kostprijs (verkrijgingsprijs of vervaar-
digings prijs) minus eventuele investerings-
subsidies, en minus de cumulatieve
afschrijvingen en cumulatieve bijzondere
waarde verminderings verliezen. In deze kostprijs
hebben we ook de kosten van eventueel groot
onder houd opgenomen, als aan de activerings-
criteria is voldaan. De boekwaarde van de te
vervangen bestand delen beschouwen we dan als
gedes investeerd. Deze brengen we ten laste van
de staat van baten en lasten (figuur A1.2). Alle
overige onderhouds kosten hebben we direct in
de staat van baten en lasten verwerkt.
De afschrijving is lineair en gebaseerd op de
verwachte gebruiksduur, rekening houdend met
een eventuele restwaarde. Als de verwachting
over de afschrijvingsmethode, gebruiksduur en/
of restwaarde in de loop van de tijd verandert,
verantwoorden wij deze als een schattings-
wijziging. Er wordt afgeschreven vanaf het
moment van ingebruikname.
We houden de volgende jaarlijkse
afschrijvingspercentages aan:
• gebouwen en renovatie: 2,5 tot 3,33 procent
• verbouwingen: 10,0 procent
• machines en installaties: 5,0 tot 20,0 procent
• hardware: 25,0 procent
• schoolmeubilair: 6,66 procent
• kantoormeubilair: 10,0 procent
Op terreinen schrijven we niet af.
Verder geldt:
• Tijdens de uitvoering van nieuwbouwprojecten
wordt rechtstreeks toe te rekenen inzet van
eigen personeel geactiveerd. Op activa in aan-
bouw wordt tot het moment van ingebruik-
name niet afgeschreven.
• Materiële vaste activa die we niet meer
gebruiken, worden gewaardeerd tegen de kost-
prijs of de lagere opbrengstwaarde.
• Een materieel vast actief nemen we niet langer
in de balans op na vervreemding of als we in
In dit eerste deel van de jaarrekening vindt u achtereenvolgens de grondslagen van waardering, de
grondslagen van resultaatbepaling en de grondslagen voor het kasstroomoverzicht.
11.
Jaarrekening
Belangrijk om te weten voor u dit hoofdstuk leestHet Horizon College heeft de jaar-
rekening opgesteld volgens de wettelijke
bepalingen van boek 2, titel 9 van het
Burgerlijk Wetboek. Ook hebben we ons
gehouden aan de Richtlijnen voor de
Jaarverslaggeving (RJ) – in het bijzonder
RJ 660 ‘Onderwijsinstellingen’.
99jaarverslag 2014
de toekomst geen prestatie-eenheden van het
gebruik of de vervreemding meer verwachten.
• Activa met een inkoopprijs van 5 2.500 of meer
worden geactiveerd, met uitzondering van
hard ware en meubilair. Deze activa worden met
een ondergrens van 5 500 geactiveerd.
Liquide middelen
Liquide middelen bestaan uit kas- en
banktegoeden. Rekening-courantschulden bij
banken zijn opgenomen onder schulden aan
kredietinstellingen onder kortlopende schulden.
Liquide middelen worden gewaardeerd tegen de
nominale waarde.
Vorderingen
Vorderingen worden gewaardeerd tegen
nominale waarde, onder aftrek van een nood-
zakelijk geachte voorziening voor het risico van
oninbaar heid.
Eigen vermogen
Het eigen vermogen van het Horizon College is
opgebouwd uit publieke middelen. We onder-
scheiden het eigen vermogen in een algemene
reserve, bestemmingsreserves en wettelijke
reserve.
Algemene reserve
Onze algemene reserve is het gedeelte van het
eigen vermogen waarover we kunnen beschikken
zonder belemmering door wettelijke of statutaire
bepalingen voor het doel waarvoor het Horizon
College is opgericht.
Bestemmingsreserve
De bestemmingsreserve is het gedeelte van
het eigen vermogen waaraan het College van
Bestuur een beperktere bestedingsmogelijkheid
heeft gegeven.
Wettelijke reserve
De wettelijke reserve betreft de boekwaarde van
zelfvervaardigde immateriële vaste activa. Met
ingang van boekjaar 2013 is voor dit bedrag een
wettelijke reserve opgenomen.
Voorzieningen
Voor verplichtingen en risico’s uit het verleden
nemen we voorzieningen op. De omvang
van deze verplichtingen en risico’s zijn op de
balans datum onzeker, maar redelijkerwijs in te
schatten. Dat doen we door de beste schatting te
maken van de bedragen die noodzakelijk zijn om
de bijbehorende verplichtingen en verliezen per
balans datum af te wikkelen. We waarderen voor-
zieningen tegen de contante waarde.
Uitgestelde personeelsbeloningen
Het Horizon College kent een pensioenregeling
en een fexibele-uittredingsregeling voor huidige
en voormalige werknemers. De pensioenen zijn
ondergebracht bij Stichting Pensioenfonds ABP
en de fexibele uittreding bij Stichting Flexibel
Uittreden Onderwijs. Beide regelingen zijn
zogenoemde toegezegd-pensioenregelingen.
Hierbij is de pensioenuitkering gebaseerd op de
lengte van het dienstverband en het gemiddelde
salaris van de werknemer tijdens dit dienst-
verband. De pensioenregelingen kunnen worden
aan gemerkt als multi-employer funds. De
dekkingsgraad van ABP is per 28 februari 2015
103,4.
11.
Jaarrekening
100 jaarverslag 2014
Volgens de richtlijnen (RJ 271) moeten we
bepaalde informatie over toegezegd-pensioen-
regelingen toelichten in de jaarrekening. In de
balans moeten we vooral het saldo opnemen
van de activa en passiva die met de regeling
samen hangen - dit in de vorm van een vordering
of verplichting. Beide pensioenfondsen hebben
gezegd dat zij niet in staat zijn om aan de deel-
nemende ondernemingen de informatie over
toe gezegd-pensioenregelingen te verschaffen
volgens RJ 271. We behandelen beide regelingen
daarom als toegezegde-bijdrageregelingen en
verantwoorden de verschuldigde pensioen-
premies over het boekjaar als pensioenlasten in
de staat van baten en lasten.
Kortlopende schulden
Schulden met een op balansdatum resterende
looptijd van ten hoogste één jaar duiden we
aan als kortlopend. Schulden salderen we
niet met activa. Schulden waarderen we bij de
eerste verwerking tegen de reële waarde. Na de
eerste verwerking waarderen we schulden tegen
geamortiseerde kostprijs.
De overlopende passiva zijn:
• bedragen die we vooruit ontvangen (waaronder
geoormerkte gelden) en die aan opvolgende
perioden worden toegerekend (tijdevenredig of
evenredig aan de te leveren prestaties);
• nog te betalen bedragen die we niet onder de
andere kortlopende schulden kunnen plaatsen.
Grondslagen van resultaatbepaling
Om het resultaat vast te stellen, hanteren we
het baten-en-lastenstelsel. We rekenen de baten
en lasten toe aan het jaar waarop ze betrekking
hebben. Hierbij gaan we ervan uit dat reguliere
onderwijstaken gelijkmatig over het schooljaar of
studiejaar zijn verspreid.
Rijksbijdragen OCW
De rijksbijdragen op grond van de primaire
bekostiging hebben we ten gunste gebracht van
het jaar waarvoor zij ter beschikking zijn gesteld.
College-, cursus-, les- en examengelden
De opbrengsten uit wettelijke collegegelden
hebben we tijdevenredig in het verslagjaar
verantwoord.
Opbrengst werk voor derden
Resultaten van derdegeldstroomprojecten
brengen we ten gunste of ten laste van de
exploitatierekening in de periode waar in (een
afgerond deel van) het project gereed komt.
Hieronder vallen ook overige overheids-
bijdragen en subsidies, inclusief eventueel mee-
gefinancierde delen uit de eerste geld stroom.
Onder de werken voor derden nemen we ook
de opbrengsten van niet-wettelijke onderwijs-
activiteiten op. Vooruit ontvangen financiering
van tweede- en derdegeldstroomprojecten
presenteren we als overlopende passiva onder
de kort lopende schulden op de balans. Voor-
gefinancierde lasten nemen we op als over-
lopende activa onder de vorderingen op de
balans.
Kosten
We bepalen de kosten door de eerder al
vermelde grondslagen voor waardering in acht
te nemen. Deze rekenen we toe aan het verslag-
jaar waarop zij betrekking hebben. We nemen
ook latere (voorzienbare) verplichtingen en
mogelijke verliezen op in dit verslag als deze
hun oorsprong hebben voor het einde van het
verslag jaar en bekend zijn voor het opmaken van
de jaar rekening. Die gebeurtenissen moeten dan
wel voldoen aan de voorwaarden voor opname.
Grondslagen voor het kasstroomoverzicht
Het kasstroomoverzicht hebben we opgesteld
volgens de indirecte methode.
102 jaarverslag 2014
A 1.1 | Balans per 31 december 2014
(in euro’s) 2014 2013
Vaste activa
1.1 Immateriële vaste activa 741.273 864.819
1.2 Materiële vaste activa 84.895.671 85.693.626
1.3 Financiële vaste activa 0 0
85.636.944 86.558.445
Vlottende activa
1.5 Vorderingen 1.556.999 2.132.128
1.7 Liquide middelen 6.688 1.330.192
1.563.687 3.462.320
Totaal activa 87.200.631 90.020.765
2.1 Eigen vermogen 49.644.609 49.600.907
2.2 Voorzieningen 2.326.954 2.541.641
2.3 Langlopende schulden 21.230.000 23.750.000
2.4 Kortlopende schulden 13.999.068 14.128.217
Totaal passiva 87.200.631 90.020.765
103jaarverslag 2014
A 1.2 | Staat van baten en lasten over 2014
( in euro’s) 2014 Begroting 2014 2013
Baten
3.1 Rijksbijdragen OCW 81.303.919 83.417.723 80.035.854
3.2 Overige overheidsbijdragen en subsidies 1.771.603 1.340.000 2.261.433
3.3 College-, cursus-, les- en examengelden 960.784 1.170.165 1.052.679
3.4 Baten werk in opdracht van derden 1.434.179 1.110.000 1.529.725
3.5 Overige baten 3.186.691 2.770.241 3.557.865
Totaal baten 88.657.176 89.808.129 88.437.556
Lasten
4.1 Personeelslasten 64.248.909 64.391.121 62.800.068
4.2 Afschrijvingen 5.987.493 6.177.110 5.655.679
4.3 Huisvestingslasten 4.574.813 4.596.680 4.528.121
4.4 Overige lasten 13.279.933 13.007.583 12.555.385
Totaal lasten 88.082.147 88.172.494 85.539.253
Saldo baten en lasten 575.029 1.635.635 2.898.303
5 Financiële baten en lasten 531.327- 535.164- 643.245-
9 Bijzondere baten en lasten - - -
Resultaat 43.702 1.100.471- 2.255.057
104 jaarverslag 2014
(in euro’s) 2014 2013
Kasstroom uit operationele activiteiten
Saldo baten en lasten 575.029 2.898.303
Aanpassingen voor
• afschrijvingen 5.978.493 5.655.679
• mutaties voorzieningen 214.687- 200.341-
5.763.805 5.455.338
Veranderingen in vlottende middelen:
• vorderingen 575.129 657.090
• schulden (inclusief kredietinstellingen) 129.149- 2.341.339-
445.981 1.684.249-
Kasstroom uit bedrijfsoperaties 6.784.815 6.669.392
Ontvangen interest 6.996 5.442
Betaalde interest 538.322- 648.687-
Buitengewoon resultaat - -
Totaal kasstroom uit operationele activiteiten 531.327- 643.245-
Totaal kasstroom uit operationele activiteiten 6.253.488 6.026.147
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
Investeringen immateriële vaste activa - 165.812-
Investeringen materiële vaste activa 5.059.122- 2.455.128-
Desinvesteringen materiële vaste activa 2.130 418.219
Overige investeringen in financiële vaste activa - 8.613
Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten 5.056.992- 2.194.109-
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
Nieuw opgenomen leningen - -
Afossing langlopende schulden 2.520.000- 2.520.000-
Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten 2.520.000- 2.520.000-
Mutatie liquide middelen 1.323.504- 1.312.038
A 1.3 | Kasstroomoverzicht 2014
105jaarverslag 2014
Vaste activa
A 1.4 | Toelichting op de balans
Aanschaf- Afschrijvingen Boekwaarde Investeringen Desinveste- Afschrijvingen Afschrijvingen Aanschafprijs Afschrijvingen Boekwaarde prijs cumulatief 1-1-2014 2014 ringen 2014 2014 desinveste- 31-12-2014 cumulatief 31-12-2014 1-1-2014 1-1-2014 ringen 2014 31-12-2014
1.1.1 Deelnemers-
softwarepakket 1.180.184 -315.366 864.819 0 0 -123.546 0 1.180.184 -438.911 741.273
Immateriële
vaste activa 1.180.184 -315.366 864.819 0 0 -123.546 0 1.180.184 -438.911 741.273
Aanschaf- Afschrijvingen Boekwaarde Investeringen Desinveste- Afschrijvingen Afschrijvingen Aanschafprijs Afschrijvingen Boekwaarde prijs cumulatief 1-1-2014 2014 ringen 2014 2014 desinveste- 31-12-2014 cumulatief 31-12-2014 1-1-2014 1-1-2014 ringen 2014 31-12-2014
1.2.1.1Gebouwen 102.765.309 -32.806.152 69.959.158 1.711.895 0 -4.176.936 0 104.477.204 -36.983.088 67.494.116
1.2.1.2Terreinen 8.276.136 0 8.276.136 0 0 0 0 8.276.136 0 8.276.136
1.2.4.0Onder
handen werk 492.432 0 492.432 879.483 0 0 0 1.371.915 0 1.371.915
1.2.1Gebouwen en
terreinen 111.533.877 -32.806.152 78.727.726 2.591.378 0 -4.176.936 0 114.125.255 -36.983.088 77.142.167
1.2.2 Inventaris en
apparatuur 25.309.293 -18.343.392 6.965.901 2.467.744 -21.086 -1.678.011 18.956 27.755.951 -20.002.447 7.753.504
Materiële
vaste activa 136.843.170 -51.149.544 85.693.026 5.059.122 -21.086 -5.854.947 18.956 141.881.206 -56.985.535 84.895.671
Totaal vaste activa 138.023.354 -51.464.909 86.558.445 5.059.122 -21.086 -5.978.493 18.956 143.061.390 -57.424.446 85.636.944
1.1 Immateriële vaste activa (in euro's)
1.2 Materiële vaste activa (in euro's)
Onder immateriële vaste activa is de ontwikkeling en implementatie van een nieuw deelnemersregistratiesysteem opgenomen. Het systeem is 1 januari 2011
in gebruik genomen en wordt in tien jaar afgeschreven. Voor de boekwaarde van deze immateriële vaste activa is m.i.v. 2013 een wettelijke reserve gevormd.
De totale investeringen in materiële vaste activa bedroegen over 2014 in totaal 5 5,1 miljoen. De investeringen in gebouwen en terreinen bedroegen hiervan
2,6 miljoen. Dit bedrag is grotendeels besteed aan verbouwingen op de locatie Heerhugowaard. Daarnaast hebben we in 2014 een bedrag van 5 2,5 miljoen
geïnvesteerd in inventaris en apparatuur voor het hele Horizon College, waaronder 5 1,9 miljoen voor de aanschaf van thin clients.
106 jaarverslag 2014
WOZ-waarde en verzekerde waarde gebouwen en terreinen
(in eigendom) Waarde in euro’s Peildatum
1.2.a.1 WOZ-waarde gebouwen en terreinen 70.431.000 01-01-14
1.2.a.2 Verzekerde waarde gebouwen 124.444.912 31-12-14
107jaarverslag 2014
Vlottende activa
De post ‘Overlopende activa’ nam af met 5 0,3 miljoen ten opzichte van 2013. Dit kwam voor ruim 5 0,2 miljoen door een teruggaaf WAO/WIA-premie 2013
in 2014. Daarnaast zijn de vooruitbetaalde kosten zoals licenties, huur en verzekering, minder aan de orde.
2014 2013
1.5.1 Debiteuren 142.078 316.276
1.5.2 OCW/LNV - -
1.5.5 Studenten/deelnemers/cursisten 89.647 143.603
1.5.6 Overige overheden 32.457 78.309
1.5.7 Overige vorderingen 603.733 602.476
1.5.8 Overlopende activa 732.471 1.067.326
1.5.9 Af: voorzieningen wegens oninbaarheid vorderingen 43.387- -75.860
Totaal vorderingen 1.556.999 2.132.128
Uitsplitsing
1.5.8.1 Vooruitbetaalde kosten 600.413 938.309
1.5.8.2 Verstrekte voorschotten 6.830 11.240
1.5.8.3 Overige overlopende activa 125.228 117.777
Overlopende activa 732.471 1.067.326
1.5.9.1 Stand per 1 januari 75.860- 67.072-
1.5.9.2 Onttrekking 7.184 16.588
1.5.9.3 Dotatie 1.180- 25.376-
1.5.9.4 Vrijval 26.469 -
Af: voorzieningen wegens oninbaarheid vorderingen 43.387- 75.860-
1.5 Vorderingen (in euro's)
108 jaarverslag 2014
1.7 Liquide middelen (in euro's)
2014 2013
1.7.1 Kasmiddelen 6.688 15.570
1.7.2 Bankmiddelen - 1.314.622
Liquide middelen 6.688 1.330.192
Een toelichting hierop leest u onder Kortlopende schulden (zie figuur 2.4)
2.1 Eigen vermogen (in euro's)
Stand per 1-1-2014 Resultaat 2014 Overige mutaties Stand per 31-12-2014
2.1.1 Algemene reserve 47.052.774 43.702 1.806.860 48.903.336
2.1.2 Bestemmingsreserve 1.683.314 - 1.683.314- -
2.1.7 Wettelijke reserve 864.819 - 123.546- 741.273
Eigen vermogen 49.600.907 43.702 - 49.644.609
Segmentatie
Het Horizon College merkt het hele eigen
vermogen aan als publiek vermogen.
Algemene reserve
Het positieve resultaat van 5 43.702 komt
ten gunste van de algemene reserve. De
bestemmings reserve uit 2013 valt vrij, omdat het
bedrag van deze reserve in 2014 is aangewend.
De wettelijke reserve is aangepast aan de
boek waarde per 31 december 2014 van de
immateriële vaste activa. De aanpassing betreft
de afschrijvingen 2014.
De solvabiliteit is in 2014 ten opzichte van 2013
met 2 procentpunt gestegen naar 57 procent.
Het Horizon College blijft hiermee ruim boven
de gestelde ondergrens van solvabiliteit;
het is een financieel gezonde instelling. De
verwachting is dat de solvabiliteit de komende
tijd op het huidige niveau zal blijven.
Bestemmingsreserve
Het Horizon College heeft in het najaar van 2013
5 1,7 miljoen aan extra middelen ontvangen
(intensivering Focus op Vakmanschap en het
Najaarsakkoord 2013). Overeenkomstig de
Richtlijn voor de jaarverslaggeving is dit bedrag
in het resultaat van 2013 verwerkt. Omdat wij
het bedrag in 2014 wilden besteden aan onder
andere herziening van kwalificatiedossiers
en uitbreiding van onderwijstijd, is in 2013
een bestemmingsreserve gevormd. Deze
bestemmings reserve valt in 2014 vrij, omdat de
middelen aan de gestelde doelen zijn besteed.
Wettelijke reserve
Het Horizon College dient een wettelijke reserve
te vormen ter hoogte van de boekwaarde van
zelfvervaardigde immateriële vaste activa. Dit
moet voor zover deze activa betrekking hebben
op de kosten van ontwikkeling (software).
De wettelijke reserve is in 2013 voor het eerst
opgenomen. Deze reserve is gevormd uit de
overige reserves en wordt jaarlijks aangepast aan
de boekwaarde van de immateriële vaste activa.
In 2014 valt als gevolg van afschrijvingen 5 0,1
miljoen vrij.
109jaarverslag 2014
2.2 Voorzieningen (in euro's)
Stand per Dotaties Onttrek- Vrijval Rente mut. Stand per Kortlopende Langlopende
1-1-2014 kingen (bij cont. 31-12-2014 deel < 1jaar deel > 1 jaar
waarde)
2.2.1 Personeelsvoorzieningen
Wachtgeld 1.200.231 419.114 -439.626 0 0 1.179.720 837.924 341.796
Jubileumuitkeringen 568.072 126.117 -60.150 0 0 634.039 75.514 558.525
Subtotaal 1.768.303 545.231 -499.776 0 0 1.813.759 913.438 900.321
2.2.3 Overige personele voorzieningen
Eigenrisicodrager WGA 773.339 -161.004 -99.139 0 0 513.195 152.045 361.150
Subtotaal 773.339 -161.004 -99.139 0 0 513.195 152.045 361.150
Totaal voorzieningen 2.541.642 384.227 -598.916 0 0 2.326.954 1.065.483 1.261.471
Wachtgeld
We hebben de voorziening voor wachtgeld
gevormd om te kunnen voldoen aan bestaande
wachtgeldverplichtingen die het Ministerie
van OCW niet vergoedt. Om de formatie te
beheersen, beoordelen we periodiek hoeveel
tijdelijke arbeidscontracten naar verwachting
worden opgezegd. De onttrekkingen aan deze
voorziening hebben betrekking op de uitgaande
geldstromen voor het jaar 2014.
Jubileumuitkeringen
Volgens de cao-bve heeft het personeel van het
Horizon College recht op een jubileumgratificatie
bij een ambtelijk dienstverband van 25 en 40
jaar. Deze bedraagt bij een 25-jarig dienstverband
50 procent en bij een 40-jarig dienstverband
100 procent van het maandsalaris, inclusief
vakantie geld. De toekomstige uitkering van onze
mede werkers hebben we aangemerkt als een
uit gestelde beloning. Daarvoor hebben we een
voor ziening gevormd.
Eigenrisicodrager WGA
Het Horizon College heeft ervoor gekozen om
eigenrisicodrager te zijn voor de WGA-regeling
(Regeling werkhervatting gedeeltelijk arbeids-
geschikten). Dit betekent dat het Horizon
College geen premies afdraagt voor de WGA
en dat het de WGA-uitkeringen tien jaar lang
voor eigen rekening neemt. Ten opzichte van
2013 neemt de voorziening af, doordat het
aantal medewerkers waarvoor de voorziening
is gevormd, is afgenomen van dertien in 2013
naar elf in 2014. Daarnaast is de voorziening
af genomen, doordat de WGA-uitkering van twee
mede werkers is omgezet in een IVA-uitkering.
110 jaarverslag 2014
Stand per Aangegane Afossingen Stand per Looptijd Looptijd Rente %
1-1-2014 Leningen 2014 31-12-2014 >1 jaar >5 jaar
2014
Kredietinstellingen
Lening 1 Ministerie van Financiën 12.125.000 0 900.000 11.225.000 10.325.000 6.725.000 2,59 t/m06-2027
Lening 2 Ministerie van Financiën 8.125.000 0 900.000 7.225.000 6.325.000 2.725.000 2,29 t/m01-2023
Lening 3 Ministerie van Financiën 3.500.000 0 720.000 2.780.000 2.060.000 0 1,74 t/m 11-2018
Totaal langlopende schulden 23.750.000 0 2.520.000 21.230.000 18.710.000 9.450.000
2.3 Langlopende schulden (in euro's)
Sinds 2011 neemt het Horizon College deel aan geïntegreerd middelenbeheer (het zogenoemde schatkistbankieren). Hierdoor heeft het de beschikking over
een kredietfaciliteit bij het Ministerie van Financiën ter grootte van 5 7,5 miljoen. Hiervoor is een eerste hypothecaire zekerheid op de panden in Heerhugo-
waard en Alkmaar aan het Ministerie van Financiën verstrekt.
De leningen hebben een looptijd van respectievelijk zestien, elf en zeven jaar. De bovenstaande rentepercentages zijn vaste percentages.
Het kortlopende deel van de langlopende schulden tot 5 2,5 miljoen is niet uit de langlopende post gehaald.
111jaarverslag 2014
Ten opzichte van 2013 is het saldo voor kort lopende schulden met 5 0,1 miljoen afgenomen tot 5 14,0 miljoen. Een relatief grote betaling in december 2014
geeft weliswaar een lage stand van de crediteuren, maar zorgt op hetzelfde moment voor een tijdelijke roodstand van de rekening-courant. Per saldo is er
hierdoor slechts een geringe afname van de kortlopende schulden. Verder nam de post ‘Omzetbelasting’ af en werd de post ‘Vakantiegeld en -dagen’ hoger.
De post ‘Vooruit ontvangen subsidies’ omvat vooral regionale VSV-programmagelden, VSV-prestatiesubsidies en subsidie voor school maatschappelijk werk.
Deze post is in 2014 toegenomen. Een uitgebreid overzicht van subsidies vindt u hierna in model G 2014.
2.4 Kortlopende schulden (in euro's)
2014 2013
2.4.1 Kredietinstellingen 855.472 0
2.4.3 Crediteuren 2.265.863 3.217.055
2.4.4 OCW/EL&I 0 1.288
2.4.7 Belastingen en premies sociale verzekeringen 2.591.518 3.122.154
2.4.8 Schulden terzake van pensioenen 794.612 927.140
2.4.10 Overlopende passiva 7.491.603 6.860.579
Kortlopende schulden 13.999.068 14.128.217
Uitsplitsing
2.4.7.1 Loonheffing 1.905.960 2.004.729
2.4.7.2 Omzetbelasting 0 453.000
2.4.7.3 Premies sociale verzekeringen 685.558 664.425
Belastingen en premies sociale verzekeringen 2.591.518 3.122.154
2.4.10.1 Vooruit ontvangen college- en lesgelden 0 0
2.4.10.2 Vooruit ontvangen subsidies OCW/EL&I geoormerkt 3.269.492 2.878.811
2.4.10.3 Vooruit ontvangen investeringssubsidies 0 0
2.4.10.4 Vooruit ontvangen termijnen 780.022 874.606
2.4.10.5 Vakantiegeld en -dagen 2.767.928 2.548.522
2.4.10.6 Accountants- en administratiekosten 674.151 529.773
2.4.10.8 Overige 10 28.867
Overlopende passiva 7.491.603 6.860.579
112 jaarverslag 2014
Model G 2014
G1 Verantwoording van subsidies zonder verrekeningsclausule beknopt gespecificeerd(in euro's)
Omschrijving Toewijzing kenmerk Toewijzing datum Bedrag v.d. toewijzing
Ontvangen t/m verslagjaar
Prestatieafgerond JA/NEE
1407 LGF MBO BEK-12/37995 M 03-08-‘12 447.920 447.920- JA
1409 LGF Visueel Gehandicapte Leerl. 2014/2/352682 20-01-‘14 12.600 12.600- JA
1412 Prestatiebox VSV Vaste Voet 2013/2/342900 21-10-‘13 150.000 150.00- JA
DUO – Lerarenbeurs 602078-1 20-01-‘14 - - JA
DUO – Lerarenbeurs 3/102/27546 18-07-‘13 6.483 6.483- JA
DUO – Lerarenbeurs 3/102/27617 18-07-‘13 6.483 6.483- JA
DUO – Lerarenbeurs 3/102/27545 18-07-‘13 5.106 5.106- JA
DUO – Lerarenbeurs 3/122/27715 22-07-‘13 3.242 3.242- JA
DUO – Lerarenbeurs 3/115/27571 22-07-‘13 4.538 4.538- JA
DUO – Lerarenbeurs 3/156/27523 25-07-‘13 - - JA
DUO – Lerarenbeurs 3/114/27542 22-07-‘13 3.890 3.890- JA
DUO – Lerarenbeurs 3/113/27588 22-07-‘13 6.483 6.483- JA
DUO – Lerarenbeurs 3/164/29907 25-07-‘13 4.538 4.538- JA
DUO – Lerarenbeurs 2014/2/367645 20-05-‘14 - - JA
DUO – Lerarenbeurs 3/098/27511 18-07-‘13 5.511 5.511- JA
DUO – Lerarenbeurs 3/093/29987 15-07-‘13 4.538 4.538- JA
DUO – Lerarenbeurs 3/098/59990 18-07-‘13 5.187 5.187- JA
DUO – Lerarenbeurs 3/098/27510 18-07-‘13 3.890 3.890- JA
DUO – Lerarenbeurs 3/098/27509 18-07-‘13 4.984 4.984- JA
DUO – Lerarenbeurs 3/098/27508 18-07-‘12 3.242 3.242- JA
DUO – Lerarenbeurs 3/136/29985 23-07-‘13 5.187 5.187- JA
DUO – Lerarenbeurs 3/102/27503 18-07-‘13 6.483 6.483- JA
DUO – Lerarenbeurs 3/096/27682 04-09-‘13 5.024 5.024- JA
DUO – Lerarenbeurs 3/098/27712 18-07-‘13 5.632 5.632- JA
DUO – Lerarenbeurs 3/106/27579 18-07-‘13 6.483 6.483- JA
DUO – Lerarenbeurs 3/114/27593 22-07-‘13 6.483 6.483- JA
DUO – Lerarenbeurs 4/608/78070 02-07-‘14 6.494 6.494- JA
DUO – Subsidie Zij-instroom 2013/2/331624 22-07-‘13 20.000 20.000- JA
DUO – Subsidie Zij-instroom 2012/2/268489 13-04-‘12 19.000 19.000- JA
DUO – Subsidie Zij-instroom 2012/2/300334 18-12-‘12 19.000 19.000- JA
DUO – Subsidie Zij-instroom 2012/2/300334 18-12-‘12 19.000 19.000- JA
DUO – Subsidie Zij-instroom 2012/2/264851 20-03-‘12 19.000 19.000- JA
Subtotaal subsidies ZVC 816.421 816.421-
114 jaarverslag 2014
G1B Verantwoording van subsidies zonder verrekeningsclausule uitgebreid gespecificeerd (in euro's)
Omschrijving Toewijzing kenmerk Toewijzing datum
Bedrag van de toewijzing
Ontvangen t/m verslagjaar
Lasten t/m vorig jaarverslag
Stand begin verslagjaar
Ontvangst in verslagjaar
Lasten in verslagjaar
Vrijval niet besteed in verslagjaar
Stand ultimo
verslagjaar
Prestatie afge-rond JA/NEE
1407 LGF MBO BEK-13/23551 M 09-08-‘13 480.427 518.163- 215.901 302.262- 37.736 264.526 - - NEE
1412 Prestatiebox VSV Variabel Deel 651361-1 20-10-‘14 1.000.000 1.000.000- - - 1.000.000- 570.267 - 429.733- NEE
1512 Prestatiebox VSV 2014/2/381643 22-09-‘14 75.000 75.000- - - 75.000- - - 75.000- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/591/73957 02-07-‘14 5.160 5.160- - - 5.160- 2.150 - 3.010- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/603/77215 02-07-‘14 6.494 6.494- - - 6.494- 2.700 - 3.794- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/642/81743 02-07-‘14 3.897 3.897- - - 3.897- 1.625 - 2.272- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/641/81637 02-07-‘14 4.546 4.546- - - 4.546- 1.900 - 2.646- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/632/80447 02-07-‘14 4.546 5.546- - - 4.546- 1.894 - 2.652- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/603/77311 02-07-‘14 6.494 6.494- - - 6.494- 2.706 - 3.788- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/104/29997 02-07-‘14 4.993 4.993- - - 4.993- 1.664 - 3.329- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/638/81104 02-07-‘14 3.897 3.897- - - 3.897- 1.299 - 2.598- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/604/77484 02-07-‘14 3.897 3.897- - - 3.897- 1.299 - 2.598- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/650/83266 02-07-‘14 5.196 5.196- - - 5.196- 1.732 - 3.464- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/619/79318 02-07-‘14 5.520 5.520- - - 5.520- 1.840 - 3.680- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/597/76073 02-07-‘14 4.546 4.546- - - 4.546- 1.515 - 3.031- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/629/80089 02-07-‘14 4.505 4.505- - - 4.505- 1.502 - 3.004- NEE
DUO – Lerarenbeurs 663319-1 18-12-‘14 5.196 5.196- - - 5.196- 1.732 - 3.464- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/593/75046 02-07-‘14 6.494 6.494- - - 6.494- 2.435 - 4.059- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/613/78607 02-07-‘14 5.196 5.196- - - 5.196- 1.948 - 3.247- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/593/75189 02-07-‘14 6.494 6.494- - - 6.494- 2.598 - 3.897- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/621/79492 02-07-‘14 5.155 5.155- - - 5.155- 2.070 - 3.085- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/599/76556 02-07-‘14 6.494 6.494- - - 6.494- 2.598 - 3.897- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/591/74385 02-07-‘14 5.642 5.642- - - 5.642- 2.273 - 3.369- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/611/78319 02-07-‘14 5.196 5.196- - - 5.196- 2.070 - 3.125- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/591/74044 30-09-‘14 6.494 6.494- - - 4.494- 2.598 - 3.897- NEE
DUO – Subsidie Zij-instroom 2014/2/385630 30-09-‘15 20.000 20.000- - - 20.000- 4.800 - 15.200- NEE
DUO – Subsidie Zij-instroom 2014/2/385630 30-09-‘16 20.000 20.000- - - 20.000- 4.800 - 15.200- NEE
DUO – Subsidie Zij-instroom 656013-1 30-09-‘17 20.000 20.000- - - 20.000- 4.800 - 15.200- NEE
DUO – Subsidie Zij-instroom 656013-1 30-09-‘18 20.000 20.000- - - 20.000- 4.800 - 15.200- NEE
DUO – Subsidie Zij-instroom 655053-1 30-09-‘19 20.000 20.000- - - 20.000- 6.250 - 13.750- NEE
DUO – Subsidie Zij-instroom 2014/2/372525 30-09-‘20 20.000 20.000- - - 20.000- 3.503 - 16.498- NEE
DUO – Subsidie Zij-instroom 2012/2/300334 18-12-‘12 19.000 19.000- - 19.000- - 3.520 - 15.480- NEE
Subtotaal subsidies ZVC 1.810.478 1.848.214- 215.901 321.262- 1.273.315- 911.413 - 683.164-
Model G 2014
115jaarverslag 2014
Omschrijving Toewijzing kenmerk Toewijzing datum
Bedrag van de toewijzing
Ontvangen t/m verslagjaar
Lasten t/m vorig jaarverslag
Stand begin verslagjaar
Ontvangst in verslagjaar
Lasten in verslagjaar
Vrijval niet besteed in verslagjaar
Stand ultimo
verslagjaar
Prestatie afge-rond JA/NEE
1407 LGF MBO BEK-13/23551 M 09-08-‘13 480.427 518.163- 215.901 302.262- 37.736 264.526 - - NEE
1412 Prestatiebox VSV Variabel Deel 651361-1 20-10-‘14 1.000.000 1.000.000- - - 1.000.000- 570.267 - 429.733- NEE
1512 Prestatiebox VSV 2014/2/381643 22-09-‘14 75.000 75.000- - - 75.000- - - 75.000- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/591/73957 02-07-‘14 5.160 5.160- - - 5.160- 2.150 - 3.010- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/603/77215 02-07-‘14 6.494 6.494- - - 6.494- 2.700 - 3.794- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/642/81743 02-07-‘14 3.897 3.897- - - 3.897- 1.625 - 2.272- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/641/81637 02-07-‘14 4.546 4.546- - - 4.546- 1.900 - 2.646- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/632/80447 02-07-‘14 4.546 5.546- - - 4.546- 1.894 - 2.652- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/603/77311 02-07-‘14 6.494 6.494- - - 6.494- 2.706 - 3.788- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/104/29997 02-07-‘14 4.993 4.993- - - 4.993- 1.664 - 3.329- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/638/81104 02-07-‘14 3.897 3.897- - - 3.897- 1.299 - 2.598- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/604/77484 02-07-‘14 3.897 3.897- - - 3.897- 1.299 - 2.598- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/650/83266 02-07-‘14 5.196 5.196- - - 5.196- 1.732 - 3.464- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/619/79318 02-07-‘14 5.520 5.520- - - 5.520- 1.840 - 3.680- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/597/76073 02-07-‘14 4.546 4.546- - - 4.546- 1.515 - 3.031- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/629/80089 02-07-‘14 4.505 4.505- - - 4.505- 1.502 - 3.004- NEE
DUO – Lerarenbeurs 663319-1 18-12-‘14 5.196 5.196- - - 5.196- 1.732 - 3.464- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/593/75046 02-07-‘14 6.494 6.494- - - 6.494- 2.435 - 4.059- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/613/78607 02-07-‘14 5.196 5.196- - - 5.196- 1.948 - 3.247- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/593/75189 02-07-‘14 6.494 6.494- - - 6.494- 2.598 - 3.897- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/621/79492 02-07-‘14 5.155 5.155- - - 5.155- 2.070 - 3.085- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/599/76556 02-07-‘14 6.494 6.494- - - 6.494- 2.598 - 3.897- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/591/74385 02-07-‘14 5.642 5.642- - - 5.642- 2.273 - 3.369- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/611/78319 02-07-‘14 5.196 5.196- - - 5.196- 2.070 - 3.125- NEE
DUO – Lerarenbeurs 4/591/74044 30-09-‘14 6.494 6.494- - - 4.494- 2.598 - 3.897- NEE
DUO – Subsidie Zij-instroom 2014/2/385630 30-09-‘15 20.000 20.000- - - 20.000- 4.800 - 15.200- NEE
DUO – Subsidie Zij-instroom 2014/2/385630 30-09-‘16 20.000 20.000- - - 20.000- 4.800 - 15.200- NEE
DUO – Subsidie Zij-instroom 656013-1 30-09-‘17 20.000 20.000- - - 20.000- 4.800 - 15.200- NEE
DUO – Subsidie Zij-instroom 656013-1 30-09-‘18 20.000 20.000- - - 20.000- 4.800 - 15.200- NEE
DUO – Subsidie Zij-instroom 655053-1 30-09-‘19 20.000 20.000- - - 20.000- 6.250 - 13.750- NEE
DUO – Subsidie Zij-instroom 2014/2/372525 30-09-‘20 20.000 20.000- - - 20.000- 3.503 - 16.498- NEE
DUO – Subsidie Zij-instroom 2012/2/300334 18-12-‘12 19.000 19.000- - 19.000- - 3.520 - 15.480- NEE
Subtotaal subsidies ZVC 1.810.478 1.848.214- 215.901 321.262- 1.273.315- 911.413 - 683.164-
116 jaarverslag 2014
Omschrijving Toewijzing kenmerk Toewijzing datum
Bedrag van de toewijzing
Ontvangen t/m vorig verslagjaar
Lasten t/m vorig jaarverslag
Stand begin verslagjaar
Ontvangst in verslagjaar
Lasten in verslagjaar
Te verrekenen ultimo verslagjaar
Taal en rekenen BEK-2012/77479 M 18-12-‘13 261.798 261.798- - 261.798- - 261.798 -
Professionalisering OFB 493157-1 Dec. ‘12 28.867 28.867- - 28.867- - 28.867 -
1410 Schoolmaatschappelijk Werk 2013 BEK-2013/135 M 21-01-‘13 422.378 422.378- 44.633 377.745- - 377.745 -
713.043 713.043- 44.633 668.410- - 668.410 -
Omschrijving Toewijzing kenmerk Toewijzing datum
Bedrag van de toewijzing
Ontvangen t/m vorig verslagjaar
Lasten t/m vorig jaarverslag
Stand begin verslagjaar
Ontvangst in verslagjaar
Lasten in verslagjaar
Stand ultimo verslagjaar
Saldo nog te besteden ultimo
verslagjaar
Taal en rekenen 591983-2 18-12-‘13 1.123.000 - - - 1.123.000- 937.330 185.670- 185.670-
Professionalisering 590558-1 18-12-‘13 830.775 - - - 830.775- 844.333 13.557 13.557
1512 Schoolmaatschappelijk Werk 2014 2014/2/352682 20-01-‘14 404.171 - - - 404.170- 43.863 360.307- 360.307-
1512 Regionaal Programma VSV NKL OND/ODB-2012/488 09-10-‘12 1.738.860 1.014.017- 240.531 773.486- 724.843- 505.163 993.166- 993.166-
1512 Regionaal Programma VSV WFL OND/ODB-2012/488 09-10-‘12 1.200.000 700.000- 157.906 542.094- 500.000- 335.418 706.675- 706.675-
Subtotaal subsidies MVC 5.296.806 1.714.017- 398.437 1.315.580- 3.582.788- 2.666.108 2.232.261- 2.232.261-
G2 Verantwoording van subsidies met verrekeningsclausule
G2.A Aflopend per ultimo verslagjaar
G2.B Doorlopend tot in een volgend verslagjaar
Model G 2014
117jaarverslag 2014
Omschrijving Toewijzing kenmerk Toewijzing datum
Bedrag van de toewijzing
Ontvangen t/m vorig verslagjaar
Lasten t/m vorig jaarverslag
Stand begin verslagjaar
Ontvangst in verslagjaar
Lasten in verslagjaar
Te verrekenen ultimo verslagjaar
Taal en rekenen BEK-2012/77479 M 18-12-‘13 261.798 261.798- - 261.798- - 261.798 -
Professionalisering OFB 493157-1 Dec. ‘12 28.867 28.867- - 28.867- - 28.867 -
1410 Schoolmaatschappelijk Werk 2013 BEK-2013/135 M 21-01-‘13 422.378 422.378- 44.633 377.745- - 377.745 -
713.043 713.043- 44.633 668.410- - 668.410 -
Omschrijving Toewijzing kenmerk Toewijzing datum
Bedrag van de toewijzing
Ontvangen t/m vorig verslagjaar
Lasten t/m vorig jaarverslag
Stand begin verslagjaar
Ontvangst in verslagjaar
Lasten in verslagjaar
Stand ultimo verslagjaar
Saldo nog te besteden ultimo
verslagjaar
Taal en rekenen 591983-2 18-12-‘13 1.123.000 - - - 1.123.000- 937.330 185.670- 185.670-
Professionalisering 590558-1 18-12-‘13 830.775 - - - 830.775- 844.333 13.557 13.557
1512 Schoolmaatschappelijk Werk 2014 2014/2/352682 20-01-‘14 404.171 - - - 404.170- 43.863 360.307- 360.307-
1512 Regionaal Programma VSV NKL OND/ODB-2012/488 09-10-‘12 1.738.860 1.014.017- 240.531 773.486- 724.843- 505.163 993.166- 993.166-
1512 Regionaal Programma VSV WFL OND/ODB-2012/488 09-10-‘12 1.200.000 700.000- 157.906 542.094- 500.000- 335.418 706.675- 706.675-
Subtotaal subsidies MVC 5.296.806 1.714.017- 398.437 1.315.580- 3.582.788- 2.666.108 2.232.261- 2.232.261-
118 jaarverslag 2014
A 1.5 | Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen
beschikking over een rekening-courantfaciliteit
van 10 procent van de publieke jaaromzet.
Concreet betekent dit een faciliteit van ongeveer
5 7,5 miljoen.
Nieuwbouw in Purmerend
In 2014 is de nieuwbouw in Purmerend
onderwerp van gesprek geweest tussen het
College van bestuur van het Horizon College
en het Regio College, met als doel gezamenlijk
een vol waardige opleidingslocatie te realiseren
in Purmerend. Na een onafhankelijke contra-
expertise op deze plannen is de Raad van
Toezicht in september 2013 al akkoord gegaan
met de voorstellen, onder voorbehoud van de
financiering. Op 22 september 2014 heeft de
Raad van Toezicht de uitgewerkte voorstellen
definitief goedgekeurd. Daarmee is intentie uit-
gesproken dat er samen een ROC gebouw gaat
worden.
Nieuwe cao MBO
Op grond van de nieuwe cao MBO is met ingang
van 1 augustus 2014 een budget voor duurzame
inzetbaarheid van toepassing voor medewerkers
die 57 jaar en ouder zijn. Het Horizon College
is gestart met de inventarisatie van het
aantal medewerkers die dit betreft. Met deze
medewerkers en de andere medewerkers zullen,
indien deze medewerkers dit wensen, voor de
zomervakantie van 2015 afspraken gemaakt
over de inzet van deze uren. Indien en voor
zover hierover schriftelijke afspraken worden
gemaakt zal in de jaarrekening 2015 hiervoor
een voorziening worden gevormd conform de
daarvoor geldende verslaggevingsregels.
Welke rechten en verplichtingen van het
Horizon College hebben we niet in de balans
opgenomen? Hieronder vindt u een opsomming.
Stichting Waarborgfonds Bve
Het Horizon College is aangesloten bij de
Stichting Waarborgfonds Bve. Deze stichting
staat garant voor verstrekkers van geldleningen
voor huisvesting, die onderwijsinstellingen
binnen de bve-sector krijgen en die de overheid
bekostigt. Omdat het Horizon College lid is
van dit Waarborgfonds, kan het bij calamiteiten
jaarlijks worden aangesproken voor een bedrag
van maximaal 2 procent van de rijksbijdrage.
Uitbesteding ICT-afdeling
In 2007 heeft het Horizon College zijn afdeling
ICT uitbesteed aan Capgemini. Met dit bedrijf
hebben we een contract afgesloten voor vier
jaar, met een optie tot verlenging van twee keer
één jaar. Capgemini voert de hele ICT-dienst-
verlening van het Horizon College uit. Met dit
contract is jaarlijks een bedrag van circa 5 4
miljoen gemoeid. Wij hebben het contract met
Capgemini verlengd tot 31 december 2014. In
2015 starten we met een nieuw aanbestedings-
traject.
Printers en kopieermachines
Het Horizon College heeft in 2008 vijfjarige
contracten afgesloten met Ricoh en Xafax
voor het leveren en onderhouden van
printers en kopieermachines. De contracten
vertegen woordigen een jaarlijkse waarde van
respectievelijk 5 75.000 en 5 55.000. Vanwege
de lopende aanbestedings trajecten zijn de
contracten verlengd tot aan de definitieve
gunning.
Ministerie van Financiën
Het Horizon College heeft ter zekerheid aan het
Ministerie van Financiën hypotheek verstrekt op
de gebouwen aan de Kruseman van Eltenweg in
Alkmaar en de Umbriëllaan in Heerhugowaard.
Bankgaranties
Het Horizon College heeft in 2014 de volgende
bankgaranties afgegeven:
• een bankgarantie van 5 24.500 voor D.A.M.
Projecten bv voor onbepaalde tijd;
• een bankgarantie van 5 77.102 voor City Theater
Venlo bv, Beheersmaatschappij Floris bv en J.E.
Heidema Holding bv voor onbepaalde tijd.
Bovenstaande garanties zijn afgegeven als
onderpand voor de huur van twee panden in
Purmerend.
Vordering op het Ministerie van OCW
Het Horizon College maakt aanspraak op een
vordering van 5 764.240 op het Ministerie van
OCW voor een vergoeding voor loonheffing en
premie ABP over juli 1991. Deze vordering is op
nihil gewaardeerd. Er wordt alleen uitgekeerd bij
beëindiging van de activiteiten van het Horizon
College indien en voor zover nog voor liquidatie.
Kredietfaciliteiten
Het Horizon College maakt gebruik van
het zogenoemde schatkistbankieren bij het
Ministerie van Financiën. Het heeft daardoor de
119jaarverslag 2014
De overige overheidsbijdragen en -subsidies zijn ten opzichte van 2013 afgenomen met 5 0,5 miljoen. Door aanpassingen van de WEB nemen deze baten al
jaren af. Ondanks dat zijn de baten voor Educatie in 2014 5 0,4 miljoen hoger dan begroot. Dit is het gevolg van de inzet van overschotten uit 2013.
De totale rijksbijdragen zijn ten opzichte van 2013 5 1,3 miljoen hoger. Dit komt doordat extra middelen zijn ontvangen voor Passend Onder wijs/LGF (5 0,4
miljoen), voor SchoolEx (5 0,3 miljoen) en door hogere VSV-subsidies (5 0,5 miljoen). Het verschil ten opzichte van de begroting 2014 (5 -2,1 miljoen) komt
grotendeels door de Intensiveringgelden die we al in 2013 ontvingen en in 2014 zijn begroot (5 1,7 miljoen). Daar naast zijn er (voor 5 0,8 miljoen) minder
VSV-subsidies ontvangen dan begroot, maar zijn er juist meer baten voor Passend Onderwijs/LGF (voor 5 0,4 miljoen). Een overzicht van de besteding van
subsidies met doelbesteding vindt u ook in model G 2014 hiervoor.
3.2 Overige overheidsbijdragen en -subsidies (in euro’s) 2014 Begroting 2013
3.2.1 Gemeentelijke bijdragen en subsidies 1.771.603 1.340.000 2.261.433
3.2.2 Overige overheidsbijdragen 0 0 0
Overige overheidsbijdragen en -subsidies 1.771.603 1.340.000 2.261.433
Uitsplitsing
3.2.1.1 Bijdrage Educatie regiogemeenten 1.596.991 1.280.000 1.655.207
Bijdrage Educatie buiten regiogemeenten 0 0 0
3.2.1.2 Re-integratie 0 0 0
3.2.1.3 Inburgering 174.612 60.000 606.225
A 1.6 | Toelichting op de Staat van baten en lasten
3 Baten (in euro's)
3.1 Rijksbijdragen 2014 Begroting 2013
3.1.1 Rijksbijdrage OCW 74.004.112 75.119.850 73.109.653
3.1.2 Overige subsidies OCW 7.299.807 8.297.873 6.926.201
3.1.3 Af: inkomensoverdrachten 0 0 0
Rijksbijdragen 81.303.919 83.417.723 80.035.854
Uitsplitsing
3.1.2.1 Subsidies met doelbesteding OCW 4.815.774 5.897.873 4.444.428
3.1.2.1 OCW-wachtgeldvergoeding 2.484.033 2.400.000 2.377.795
3.1.2.4 Ministeriële projecten 0 0 0
3.1.2.2 Niet-geoormerkte OCW-subsidies 0 0 103.978
Overige subsidies OCW 7.299.807 8.297.873 6.926.201
120 jaarverslag 2014
Bij het opstellen van de begroting 2014 was het de verwachting dat de post ‘Overige baten’ ten opzichte van 2013 fink zou dalen. Deze daling was echter
minder sterk dan verwacht voor de posten ‘Detachering’, ‘Deelnemersbijdragen’ en (vooral) ‘Leermiddelen’.
De college-, cursus-, les- en examengelden zijn afgenomen ten opzichte van zowel 2013 als ten opzichte van de begroting 2014. Dit komt vooral door de
afname van de BBL-deelnemers.
3.3 College-, cursus-, les- en examengelden
2014 Begroting 2013
3.3.2 Cursusgelden sector Bve 852.058 1.155.088 1.012.349
3.3.5 Examengelden 108.726 15.077 40.331
College-, cursus-, les- en examengeld 960.784 1.170.165 1.052.679
3.4 Baten werk in opdracht van derden
2014 Begroting 2013
3.4.1 Contractonderwijs 604.930 515.000 807.316
3.4.3 Overig baten werk in opdracht
van derden 829.249 595.000 722.409
Baten werk in opdracht van derden 1.434.179 1.110.000 1.529.725
3.5 Overige baten 2014 Begroting 2013
3.5.1 Verhuur 770.249 779.851 790.526
3.5.2 Detachering personeel 237.884 197.508 329.607
3.5.4 Sponsoring 8.264 0 0
3.5.6 Overige:
Deelnemersbijdrage 458.575 420.160 615.856
Overige 1.711.718 1.372.722 1.821.876
Overige baten 3.186.691 2.770.241 3.557.865
De baten uit werk in opdracht van derden zijn in 2014 hoger dan begroot. Dit komt door hogere baten Cambridge Engels en Leonardo. De -groten deels
voorziene- daling van andere contractbaten veroorzaakt de daling ten opzichte van 2013. Dit is een voortzetting van een structurele daling die al enkele jaren
geleden in gang is gezet.
121jaarverslag 2014
De post ‘Lonen en salarissen’ blijft ongeveer op het niveau van 2013 en is 5 1,8 miljoen lager dan begroot. Zowel de formatie als de gemiddelde loonkosten
per fte zijn lager. Door de extra inzet van personeel dat niet in loondienst is, komen de personeelslasten bijna uit op begroot niveau.
Het verschil tussen de personeelslasten in 2014 en die in 2013 is grotendeels toe te schrijven aan extra inzet voor de realisatie van extra rijkssubsidies.
Hieronder vallen ook de Intensiveringsgelden 2013 die in 2013 verwerkt zijn, maar waarvoor de werkzaamheden in 2014 zijn verricht.
4 Lasten (in euro's)
4.1 Personeelslasten (in euro's) 2014 Begroting 2013
4.1.1 Lonen en salarissen 56.871.981 58.621.028 56.796.401
4.1.2 Overige personele lasten 7.646.177 5.888.092 6.315.686
4.1.3 Af: uitkeringen -269.250 -118.000 -312.020
Personeelslasten 64.248.909 64.391.120 62.800.068
Uitsplitsing
4.1.1.1 Brutolonen en -salarissen 44.724.243 46.240.983 44.741.150
4.1.1.2 Sociale lasten 5.481.327 5.425.125 5.208.600
4.1.1.3 Pensioenpremies 6.666.412 6.954.920 6.846.651
Lonen en salarissen 56.871.981 58.621.028 56.796.401
4.1.2.1 Dotaties personele voorzieningen 384.228 550.000 632.340
4.1.2.2 Personeel niet in loondienst 4.163.637 1.777.154 2.987.279
4.1.2.3 Overig 3.098.312 3.560.938 2.696.067
Overige personele lasten 7.646.177 5.888.092 6.315.686
122 jaarverslag 2014
4.3 Huisvestingslasten (in euro's) 2014 Begroting 2013
4.3.1 Huur 1.086.133 1.119.600 1.083.944
4.3.2 Verzekeringen 51.393 74.847 46.083
4.3.3 Onderhoud 948.171 856.932 846.665
4.3.4 Energie en water 847.180 917.035 932.413
4.3.5 Schoonmaakkosten 1.094.771 1.068.734 1.133.021
4.3.6 Heffingen 327.297 311.289 308.910
4.3.8 Overige 219.870 248.243 177.084
Totaal huisvestingslasten 4.574.813 4.596.680 4.528.121
De huisvestingslasten zijn in 2014 als geheel redelijk dicht bij de begroting gebleven en ook bij de cijfers van 2013. De post ‘Onderhoud’ is hoger uitgevallen
dan de begroting 2014 en de realisatie 2013. Vooral de kosten voor onderhoud van de technische installaties namen toe. Dit zijn contract kosten en
uitgevoerde onderhouds-/herstel werkzaamheden. Daartegenover zijn kosten voor energie en water afgenomen.
Enkele uitbreidingsinvesteringen in 2014 hebben later dan verwacht plaatsgevonden (deels zelfs pas in 2015). Hierdoor zijn de afschrijvingen in 2014 hoger
dan in 2013, maar lager dan het totaal bedrag van de begroting.
4.2 Afschrijvingen op immateriële en
materiële vaste activa (in euro's) 2014 Begroting 2013
4.2.1 Immateriële vaste activa 123.546 127.000 112.491
4.2.2 Materiële vaste activa 5.854.947 6.050.110 5.543.188
Afschrijvingen 5.978.493 6.177.110 5.655.679
123jaarverslag 2014
De overige lasten nemen toe, zowel ten opzichte van de begroting als ten opzichte van 2013. Dit komt onder meer door de post ‘Inkoop ICT’ (die valt onder
de post ‘Administratie en beheers lasten’). Hierin is een extra last van 5 0,6 miljoen verantwoord voor de niet te activeren meerkosten van het project H7.
Ook de post ‘Leermiddelen’ is toegenomen met 5 0,4 miljoen ten opzichte van 2013 en 5 0,6 miljoen ten opzichte van de begroting. Dit is het gevolg van de
inkoop (in 2014 voor het eerst) van de examens Cambridge Engels. Hiertegenover zijn wel hogere ‘baten in opdracht van derden’ gerealiseerd.
4.4 Overige lasten (in euro's) 2014 Begroting 2013
4.4.1 Administratie en beheerslasten 7.847.238 7.221.819 7.317.724
4.4.2 Inventaris en apparatuur 385.998 280.750 318.880
4.4.2 Leer- en hulpmiddelen 2.366.463 1.759.801 2.009.549
4.4.3 Dotatie overige voorzieningen -26.469 2.000 25.376
4.4.4 Overige 2.706.703 3.743.213 2.883.856
Overige lasten 13.279.933 13.007.583 12.555.385
Specificatie honorarium accountant
Onderzoek jaarrekening 50.000 0 50.000
Andere controleopdrachten 3.000 0 0
Fiscale adviezen 0 0 0
Andere niet-controlediensten 0 0 0
Accountantslasten 53.000 0 50.000
5 Financiële baten en lasten (in euro's) 2014 Begroting 2013
5.1 Rentebaten 6.996 0 5.442
5.2 Rentelasten -538.322 -535.164 -648.687
Financiële baten en lasten -531.327 -535.164 -643.245
De financiële baten en lasten zijn in 2014 vrijwel gelijk aan de begroting 2014 en lager dan in 2013. Deze zijn afgenomen door een lager lening bedrag van
5 2,5 miljoen en het wegvallen van eenmalig betaalde rente aan de Belasting dienst in 2013.
124 jaarverslag 2014
Overzicht verbonden partijen
(in euro's)
Naam Juridische Statutaire Code Eigen vermo- Resultaat art. 2:403 Deelname Consolidatie
vorm zetel activiteiten gen 31-12-2014 jaar 2014 Ja/Nee % %
Stichting De Brug Stichting Alkmaar 1 Nihil 0 N 100% 0
Per 2015 is stichting De Brug ontbonden.
Code activiteiten 1: Contractonderwijs Samenstelling van bestuur en directie:
2: Contractonderzoek Dhr. J.H.G. van de Langenberg, secretaris/penningmeester
3: Onroerende zaken Mevr. M.A.M. van der Poel , voorzitter
4: Overige
Bijlagen bij de jaarrekening
125jaarverslag 2014
(in euro's)
Pers. nr., naam en functie Datum in Datum uit Dienst- FTE Beloning Belastbare WG-deel Totaal
dienst dienst verband vaste en pensioen
in jaren var. kosten
100643 J.H.G. van de Langenberg
Voorzitter College van Bestuur 01-06-01 n.v.t. 13,6 1,0 134.088 3.624 23.587 161.299
100877 R.W.F. van Schalkwijk
Lid College van Bestuur 15-10-00 n.v.t. 14,2 1,0 134.088 3.624 23.587 161.299
College van Bestuur 2,0 268.175 7.248 47.174 322.598
Raad van Toezicht Beloning BTW Reiskosten Totaal
Dhr. J. Franx
Lid Raad van Toezicht 01-01-14 n.v.t. 7.500 1.575 - 9.075
Dhr. E.J. Lucke, MBA FFP
Lid Raad van Toezicht 01-01-08 n.v.t. 6.000 - - 6.000
Dhr. T. Cohen
Lid Raad van Toezicht 01-04-13 n.v.t. 4.500 945 - 5.445
Mevr. drs. M.L. Kraak
Lid Raad van Toezicht 01-04-10 n.v.t. 6.000 1.260 - 7.568
Dhr. dr. G. Valk
Lid Raad van Toezicht 01-04-10 n.v.t. 4.500 945 308 5.445
Raad van Toezicht 28.500 4.568 308 33.533
De leden van het College van bestuur zijn gedurende het gehele jaar in dienst geweest van het Horizon College.
Wet normering bezoldiging topfunctionarissen
Reguliere functionarissen overschrijden norm niet
In het kader van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen (WNT) vermelden we hier nog dat het Horizon College in 2014 geen functio narissen in
dienst heeft gehad, waarvan het belastbaar jaarloon uitsteeg boven het voor 2014 vastgestelde normbedrag van 5 199.905.
126 jaarverslag 2014
Overige gegevens
Voorstel bestemming van het resultaat
Het College van Bestuur heeft besloten het resultaat over 2014 als volgt te
bestemmen:
(in euro’s)
Ten gunste van de algemene reserve 543.702
Ten gunste van de bestemmingsreserve 50
Per saldo te verwerken in het vermogen 1 43.702
Dit voorstel hebben we al in de jaarrekening verwerkt. Over het verloop van
het eigen vermogen over het boekjaar leest u meer in de toelichting op de
balans.
Alkmaar, 20 april 2015
Mr. J.H.G. (John) van de Langenberg
voorzitter College van Bestuur
&
Drs. R. (René) W.F. van Schalkwijk MScBA, MME
lid College van Bestuur
Gebeurtenissen na balansdatum
Er zijn geen gebeurtenissen na balansdatum die het gegeven beeld in deze
jaarrekening beïnvloeden.
127jaarverslag 2014
Gegevens over de rechtspersoon
Naam instelling: Stichting Regionaal Opleidingen Centrum
Noord-Kennemerland/West-Friesland
Naam: Horizon College
Adres: Kruseman van Eltenweg 4
Postadres: Postbus 30
Postcode/plaats: 1800 AA Alkmaar
Telefoon: (072) 547 66 00
Fax: (072) 547 69 70
E-mail: [email protected]
Website: www.horizoncollege.nl
Bestuursnummer: 40877
Contactpersoon: Mevr. I. Mendonca
Telefoon: (072) 547 69 86
E-mail: [email protected]
BRIN-nummer: 25PT
AccountantskantoorNaam: Deloitte Accountants bv
Contactpersoon: Drs. G.J. Straatman RA
Adres: Postbus 3180, 3502 GD Utrecht
Telefoon: (088) 288 28 88
128 jaarverslag 2014
Afwikkelingsgelden voorgaande jaren
Gemeente AlkmaarEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) 23.313 1.018 4.607- 19.724 365.365 19.724- 360.368- 380.092- 4.997
Gemeente BergenEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) 12.388 - - 12.388 43.243 12.388- 43.243- 55.631- -
Gemeente Graft-de RijpEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) - - - - 8.764 - 8.764- 8.764- -
Gemeente Heiloo Educatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) - - - - 36.901 - 36.901- 36.901- -
Gemeente LangedijkEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) - - - - 52.582 - 52.582- 52.582- -
Gemeente SchermerEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) 2.171 1.968- 203- - 19.804 - 19.804- 19.804- -
Gemeente HeerhugowaardEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) 24.923 22.432- 2.491- - 151.546 - 151.546- 151.546 -
Gemeente CastricumEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) - - - - 60.024 - 60.024- 60.024- -
Gemeente HoornEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) 119.550 - - 119.550 314.453 119.550- 302.287- 421.837- 12.166
Gemeente DrechterlandEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) 7.885 - - 7.885 37.553 7.885- 36.279- 44.164- 1.274
Gemeente EnkhuizenEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) - - - - 55.078 - 53.534- 53.534- 1.544
Gemeente KoggenlandEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) - - - - 54.285 - 52.763- 52.763- 1.522
Gemeente MedemblikEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) - - - - 187.139 - 181.893- 181.893- 5.246
Gemeente OpmeerEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) - - - - 23.434 - 22.777- 22.777- 657
Gemeente Stede BroecEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) 7.084 - - 7.084 49.172 7.084- 47.595- 54.679- 1.577
Totaal 197.315 23.383- 7.301- 166.631 1.459.343 166.631- 1.430.360- 1.596.991- 28.983
Saldo balans per 01-01-2014 (jaarrekening 2013)
Retour betaald aan gemeenten in 2014 over schot P-budget
voorgaande jaren
Te verrekenen saldo: openstaand bevoorschotting
& factuur overschrijding
Verloopstaat participatie- en WEB-budget voor verantwoording aan gemeenten per 2014
129jaarverslag 2014
Gemeente AlkmaarEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) 23.313 1.018 4.607- 19.724 365.365 19.724- 360.368- 380.092- 4.997
Gemeente BergenEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) 12.388 - - 12.388 43.243 12.388- 43.243- 55.631- -
Gemeente Graft-de RijpEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) - - - - 8.764 - 8.764- 8.764- -
Gemeente Heiloo Educatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) - - - - 36.901 - 36.901- 36.901- -
Gemeente LangedijkEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) - - - - 52.582 - 52.582- 52.582- -
Gemeente SchermerEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) 2.171 1.968- 203- - 19.804 - 19.804- 19.804- -
Gemeente HeerhugowaardEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) 24.923 22.432- 2.491- - 151.546 - 151.546- 151.546 -
Gemeente CastricumEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) - - - - 60.024 - 60.024- 60.024- -
Gemeente HoornEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) 119.550 - - 119.550 314.453 119.550- 302.287- 421.837- 12.166
Gemeente DrechterlandEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) 7.885 - - 7.885 37.553 7.885- 36.279- 44.164- 1.274
Gemeente EnkhuizenEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) - - - - 55.078 - 53.534- 53.534- 1.544
Gemeente KoggenlandEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) - - - - 54.285 - 52.763- 52.763- 1.522
Gemeente MedemblikEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) - - - - 187.139 - 181.893- 181.893- 5.246
Gemeente OpmeerEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) - - - - 23.434 - 22.777- 22.777- 657
Gemeente Stede BroecEducatieactiviteiten (realisatie Per I t/m III) 7.084 - - 7.084 49.172 7.084- 47.595- 54.679- 1.577
Totaal 197.315 23.383- 7.301- 166.631 1.459.343 166.631- 1.430.360- 1.596.991- 28.983
Gelden 2014
Toekenning doorgeschovenP-budget 2013
ToekenningP-budget 2014
Realisatie contacturen 2014 van het doorgeschoven
P-budget 2013
Realisatie contact-uren 2014 van het
P-budget 2014
Realisatie contact uren 2014
totaal 2014
Totaal niet gerealiseerd P-budget Saldo
naar balans per 31-12-2014
Op 1 januari 2009 trad de Wet participatiebudget in werking. Deze wet bundelt de rijksbijdragen WWB, WI en WEB tot één budget voor gemeenten. Dit geld
wordt onder meer ingezet bij roc’s, die het vervolgens gebruiken voor taal- en inburgeringstrajecten en participatietrajecten.
Om zich te verantwoorden toont de sector Educatie jaarlijks een verloopstaat aan de regiogemeenten. Hierin staat aan welke trajecten de sector in het voor-
gaande jaar heeft gewerkt en welke resultaten hij heeft bereikt. Ook geeft de sector in de verloopstaat inzicht in de saldo’s van gelden die nog niet zijn be-
steed. Deze verloopstaat vindt u zowel in het jaarverslag van Educatie als in het geïntegreerd jaardocument van het Horizon College.
130 jaarverslag 2014
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de (in dit jaarverslag onder hoofd-
stuk ‘Controleverklaring van de onafhankelijke
accountant’ opgenomen) jaarrekening 2014
van Stichting Regionaal Opleidingen Centrum
Noord-Kennemerland/West-Friesland (hierna:
ROC Horizon College) te Alkmaar gecontroleerd.
Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31
december 2014 en de staat van baten en lasten
over 2014 met de toelichting, waarin opgenomen
een overzicht van de gehanteerde grondslagen
voor financiële verslaggeving en andere
toelichtingen.
Verantwoordelijkheid van het College van BestuurHet College van Bestuur van de stichting is
verant woordelijk voor het opmaken van de jaar-
rekening die het vermogen en resultaat getrouw
dient weer te geven in overeenstemming met
de Regeling jaarverslaggeving, alsmede voor
het opstellen van het jaarverslag, in overeen-
stemming met de Regeling jaarverslaggeving
onderwijs.
Het College van Bestuur is tevens verant woorde-
lijk voor de financiële rechtmatigheid van de in
de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en
balansmutaties. Dit houdt in dat deze bedragen
in overeenstemming dienen te zijn met de in
de relevante wet- en regelgeving opgenomen
bepalingen.
Het College van Bestuur is voorts verantwoorde-
lijk voor een zodanige interne beheersing als
het noodzakelijk acht om het opmaken van de
jaar rekening en de naleving van die relevante
wet- en regelgeving mogelijk te maken zonder
afwijkingen van materieel belang als gevolg van
fraude of fouten.
Verantwoordelijkheid van de accountantOnze verantwoordelijkheid is het geven van een
oordeel over de jaarrekening op basis van onze
controle, als bedoeld in artikel 2.5.3, lid 4 van de
Wet educatie en beroepsonderwijs. Wij hebben
onze controle verricht in overeen stemming met
Nederlands recht, waaronder de Nederlandse
controlestandaarden en het onderwijs-
accountants protocol OCW/EZ 2014. Dit vereist
dat wij voldoen aan voor ons geldende ethische
voorschriften en dat wij onze controle zodanig
plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van
zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening
geen afwijkingen van materieel belang bevat.
Een controle omvat het uitvoeren van werkzaam-
heden ter verkrijging van controle-informatie
over de bedragen en de toelichtingen in de
jaar rekening. De geselecteerde werkzaamheden
zijn afhankelijk van de door de accountant toe-
gepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het
inschatten van de risico’s dat de jaarrekening
een afwijking van materieel belang bevat als
gevolg van fraude of fouten.
Bij het maken van deze risico-inschattingen
neemt de accountant de interne beheersing in
aan merking die relevant is voor het opmaken
van de jaarrekening en voor het getrouwe
beeld daarvan alsmede in het kader van de
financiële rechtmatigheid voor de naleving
van die relevante wet- en regelgeving, gericht
op het opzetten van controlewerkzaamheden
die passend zijn in de omstandigheden. Deze
risico-inschattingen hebben echter niet tot doel
een oordeel tot uitdrukking te brengen over
de effectiviteit van de interne beheersing van
de stichting. Een controle omvat tevens het
evalueren van de geschiktheid van de gebruikte
grondslagen voor financiële verslaggeving en de
gebruikte financiële rechtmatigheidscriteria en
van de redelijkheid van de door het College van
Bestuur van de entiteit gemaakte schattingen,
alsmede een evaluatie van het algehele beeld van
de jaarrekening.
Wij zijn van mening dat de door ons verkregen
controle-informatie voldoende en geschikt is om
een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
Oordeel betreffende de jaarrekeningNaar ons oordeel geeft de jaarrekening een
getrouw beeld van de grootte en de samen-
stelling van het vermogen van ROC Horizon
College per 31 december 2014 en van het
resultaat over 2014 in overeenstemming met de
Regeling jaar verslaggeving onderwijs.
Aan de Raad van Toezicht van Stichting Regionaal Opleidingen Centrum Noord-Kennemerland/West-Friesland
131jaarverslag 2014
Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze
jaar rekening verantwoorde baten, lasten en
balans mutaties over 2014 in alle van materieel
belang zijnde aspecten voldoen aan de eisen
van financiële rechtmatigheid. Dit houdt in dat
de bedragen in overeenstemming zijn met de
in de relevante wet- en regelgeving opgenomen
bepalingen, zoals vermeld in paragraaf 2.3.1.
Referentiekader van het onderwijs accountants-
protocol OCW/EZ 2014.
Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisenIngevolge artikel 2:393, lid 5 onder e en f van
het BW vermelden wij dat ons geen tekort-
komingen zijn gebleken naar aanleiding van het
onderzoek of het jaarverslag, voor zover wij dat
kunnen beoordelen, overeenkomstig de Regeling
jaarverslaggeving onderwijs en paragraaf 2.2.3
Jaarverslag van het onderwijsaccountants-
protocol OCW/EZ 2014 is opgesteld, en of de in
artikel 2:392, lid 1 onder b tot en met h van het
BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens
vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij
dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de
jaar rekening zoals vereist in artikel 2:391, lid 4
van het BW.
Utrecht, 20 april 2015
Deloitte Accountants B.V.
Was getekend: drs. G.J. Straatman RA
132 jaarverslag 2014
(peildatum 31 december 2014)
Bijlagen Overzicht functies en nevenfuncties leden CvB en RvT
College van Bestuur
De heer John van de Langenberg
• Lid Groot Aandeelhoudersoverleg Nuon
(Amsterdam)
• Directeur Gasbedrijf Kop van Noord-Holland
(GKNH)
• Lid bestuur Stichting Fundeon (organisatie
bouwsector) (Harderwijk)
• Lid bestuur Stichting Savantis (organisatie
schildersbranche)
• Lid sectorkamer Techniek en Bebouwde
omgeving van de Stichting Bedrijfsleven
Beroepsonderwijs
De heer René van Schalkwijk
• Secretaris van de VKBBO, beroepsvereniging
van bestuurders in het beroepsonderwijs
• Voorzitter van EUproVET, vertegenwoordiger
namens de MBO Raad in Europese vereniging
voor beroepsonderwijs
• Lid bestuur Calibris
• Vicevoorzitter sectorkamer Zorg, Welzijn &
Sport van de Stichting Bedrijfsleven
Beroepsonderwijs
• Voorzitter bedrijfstakgroep Zorg, Welzijn &
Sport van de MBO Raad
• Lid programmaraad Praktijkgericht onderzoek
van het Nationaal Regieorgaan
Onderwijsonderzoek
Raad van Toezicht
De heer J. Franx
• Directeur adviesbureau Jan Franx
• Voorzitter Stichting Hulp voor Hulpverleners
• Lid stuurgroep Greenport
Noord-Holland-Noord
De heer E.J. Lücke MBA FFP
• Directievoorzitter Rabobank Amstel en Vecht
en Lid Innovation Board Rabogroep
• Lid aantal comités van aanbeveling, vooral op
het gebied van zorg en maatschappelijk
verantwoord ondernemen
• Bestuursvoorzitter (a.i.) bij
Voetbalvereniging VSV
• Secretaris Stichting Vrienden Amicorum
Muiderslot
• Voorzitter Raad van Toezicht
VVV Noord-Holland
Mevrouw drs. M.L. Kraak
• Eigenaar organisatieadviesbureau Kraak
Organisatie & Management
• Lid dagelijks bestuur van het Platform Raden
van Toezicht mbo-instellingen
• Lid Raad van Toezicht Stichting Openbare
Scholengroep Vlaardingen Schiedam
• Gouverneur Rotary International
De heer dr. G. Valk
• Voorzitter Raad van Bestuur Veteraneninstituut
• Eigenaar organisatieadviesbureau Valk Advies
• Voorzitter Stichting Continuïteit AZ
• Voorzitter Raad van Advies Zorgkantoor
Noord-Holland-Noord
• Voorzitter GGZ Noord-Holland-Noord
• Lid Raad van Toezicht Stichting Voortgezet
Onderwijs Kennemerland
• Lid Raad van Commissarissen Ontwikkelings-
bedrijf Noord-Holland-Noord
• Voorzitter Raad van Toezicht Stedelijk Museum
Alkmaar
• Voorzitter Omgevingsraad Windmolenpark
Wieringermeer
De heer T. Cohen MSc
• Algemeen directeur
Oogcentrum Noord-Holland
• Lid Raad van Toezicht/Voorzitter
Auditcommissie NHL Leeuwarden
134 jaarverslag 2014
Bijlagen Commissieleden bedrijfsadviescommissies
Sector Economie
Bac Economie
Samenstelling
De heer mr. E.J. van der Molen,
Rechtbank, Alkmaar
De heer drs. P. de Bruijn,
ProMind, Alkmaar
De heer L. Hamstra,
LAVA Group B.V., Alkmaar
De heer J. Zwinkels,
Randstad Uitzendbureau, Haarlem
Mevrouw A. Kooter,
Rabobank, Amsterdam
Sector Gezondheidszorg
Bac Gezondheidszorg
Samenstelling
Mevrouw A. op den Kelder,
Omring, Hoorn
Mevrouw E. van Diepen,
Omring, Hoorn
Mevrouw T. Blom,
Leekerweide, Wognum (tot 4 November 2014)
Mevrouw A. Aerts,
Evean, Thuiszorg, Heerhugowaard
Mevrouw I. Rensen,
De Pieter Raat Stichting, Heerhugowaard
Mevrouw G. Meur,
Magenta zorggroep, Oudorp
De heer A. Renkema,
Westfries Gasthuis, Hoorn
Mevrouw L. Koch,
Westfries Gasthuis, Hoorn
De heer H. Pietersen,
GGZ Noord-Holland-Noord
De heer R. Heling,
Wilgaerden, Hoorn
De heer P. de Jong,
Zorgcirkel, Purmerend
Mevrouw A. van der Heide,
Woonzorggroep Samen, Schagen
Mevrouw R. Rumping,
Calibris, Bunnik
Mevrouw A. Besseling-Hoogland,
roc Horizon College (tot 4 maart)
De heer T. Zweep,
roc Horizon College (vanaf 4 maart)
Mevrouw M. Verberne-Schouten,
roc Horizon College
Mevrouw A. Hof-Weel,
roc Horizon College
Mevrouw M. Nieuweboer-Bakker,
roc Horizon College
Mevrouw M. van der Meulen,
roc Horizon College
Sector Welzijn en Educatie
Bac Onderwijsassistent
Samenstelling
De heer R. van der Heiden,
basisschool De Rank, Hoorn
De heer D. Bruin,
Vrije school Parcival, Hoorn
Mevrouw E. Sneiders,
Speciaal onderwijs De Wissel, Hoorn
Mevrouw J. Brugman,
IPABO, Alkmaar
De heer C. Dane,
Basisschool De refector, Heerhugowaard
Mevrouw M. Sprenkeling,
Calibris, Bunnik
De heer R. van der Veldt,
basisschool St. Maartenschool, Oudkarspel
De heer S. van Wickeren,
basisschool Columbus, Heerhugowaard
De heer M. Blok,
roc Horizon College
Mevrouw J. Wittebrood,
roc Horizon College
De heer J. van Buggenum,
roc Horizon College
De heer A. Kloppers,
roc Horizon College
BAC Medewerker Maatschappelijke Zorg -
PW Jeugdzorg
Samenstelling
Mevrouw M. Parasingh,
Praktijkschool Den Helder
Mevrouw P. Munster,
Stichting Parlan, Alkmaar
De heer J. Kerver,
Calibris, Bunnik
Mevrouw M. Pater,
roc Horizon College
De heer M. Blok,
roc Horizon College
BAC Pedagogisch Werk – Kinderopvang
Samenstelling
De heer E. ten Broek,
Stichting Kinderopvang Alkmaar
Mevrouw M. Terpstra,
Stichting Kinderopvang Hoorn
Mevrouw M. Spoolder,
Kappio, Anna Paulowna
Mevrouw C. Laurent,
kinderopvang Purmerend
135jaarverslag 2014
Bijlagen Commissieleden bedrijfsadviescommissies
Mevrouw A. Breukers,
Forte kinderopvang, Castricum
Mevrouw J. de Jong,
Stichting Kinderopvang Heerhugowaard
Mevrouw M. Sprenkeling,
Calibris, Bunnik
Mevrouw P. Roorda,
roc Kop van NH
Mevrouw M. Pater,
roc Horizon College
BAC Sport en Bewegen (Alkmaar & Purmerend)
Samenstelling
Mevrouw M. van der Welle,
Alkmaar Sport N.V., Alkmaar
Mevrouw A. Spaans,
Basisschool De Zes Wielen, Alkmaar
De heer R. Minkema,
Evenementenbedrijf De jongens, Schoorl
Mevrouw M. Vriend,
Outdoorpark Hoornse Vaart, Alkmaar
De heer P. Bohnen,
SkiRun, Heerhugowaard
De heer B. Vos,
Sport- en recreatiecomplex Hoornse Vaart,
Alkmaar
Mevrouw E. Schouten,
Sportinstituut Frits van der Werff, Hoorn
De heer M. Zanoli,
Voetbalvereniging AFC ’34, Alkmaar
De heer J. Contze,
Voetbalvereniging SVW ’27, Langedijk
De heer M. van Halderen,
Welness Profi, Purmerend
Mevrouw J. Glorie,
Zwembad Hippo’s de Beeck, Bergen n-h
Sector Handel & Dienstverlening
BAC Handel en Transport
Samenstelling
De heer W.B. van Keulen,
HUMAN figure Consulting, Castricum
De heer R. Moed,
Remo Zaandam
De heer J. Sijm,
Peter Appel Transport, Wervershoof
De heer G. Kuiper,
Kuiper & Zn. Transport B., Heerhugowaard
De heer J.W. Meijerhof,
DLD/Marinebedrijf, Den Helder
De heer P. Frijn,
Winder Limmen, Limmen
De heer M. Kloet,
Transportbedrijf Van den Heerik B.V.,
Heerhugowaard
De heer D. Voortman,
Kenniscentrum Handel, Ede
De heer P. de Boer,
LOB VTL, Rotterdam
BAC Detailhandel
Samenstelling
De heer R.J.M. van Keulen,
HUMAN figure consulting, Castricum
De heer T. Jalving,
Albert Heijn, Alkmaar
De heer J. Joacim,
Hema, Heerhugowaard
De heer R. Hulsenbosch,
Hema, Bovenkarspel
De heer O. ter Heurne,
Meijerink Schoenen, Hoorn
Mevrouw D. Muller,
Dolly’s Collection gelegenheidskleding, Alkmaar
De heer F. van den Hoek,
Intertoys, Heerhugowaard
Mevrouw D. Debby Bruins,
Transportbedrijf Van den Heerik, Heerhugowaard
De heer D. Kloosterziel,
MKB Noordwest-Holland, Amsterdam
De heer R.J.M. van Keulen,
Kamer van Koophandel, Alkmaar
Mevrouw D. Zewald,
Kenniscentrum Handel, Ede
BAC Haarmode
Samenstelling
Mevrouw B. Ligthart,
Flair Hairstyling, Sint Pancras
De heer A. Kroon,
Lex Hair Beauty, Anna Paulowna
Mevrouw E. Merks Van Diepen,
Kapsalon De Boekel, Hoogwoud
De heer B. Jansen,
Haar en Make-up, Hoorn
Mevrouw M. Koot,
Marga’s Haarmode, Limmen
De heer R. de Wit,
Kapsalon De Plataan, Hoorn
Mevrouw A. Nijboer,
Algemene Nederlandse Kappers Organisatie,
Huizen
De heer D. Dil,
Kenniscentrum KOC Nederland, Bunnik
BAC Facilitaire Dienstverlening
Samenstelling
Mevrouw, J. Poelsma,
Woonzorggroep Samen, Schagen
De heer W. Lak,
Hotel Blooming, Bergen
136 jaarverslag 2014
De heer N. Dekker,
Medisch Centrum Alkmaar, Alkmaar
Mevrouw P. Bieshaar,
Stichting NIKO-bureau opleidingen, Alkmaar
Mevrouw M. van der Nagel,
Stichting NIKO-bureau opleidingen, Alkmaar
De heer J.C.J. Tiems,
Rabobank Westfriesland, Hoorn
Mevrouw M. Steensma-Rootjes,
De Geus Sport Club, Broek op Langedijk
Mevrouw M. Veldhuis,
Gemeente Heemskerk, Heemskerk
Mevrouw T. Welboren,
Evean Zorg, Purmerend
Mevrouw M. van der Meer,
kenniscentrum Kenwerk, Zoetermeer
BAC Horeca
Per bijeenkomst een wisselende samenstelling
BAC Brood & Banket
Samenstelling
De heer A. Alkemade,
Bakkerij Alkemade vof, Anna Paulowna
Mevrouw L. Baas,
Baas Brood & Banketbakkerij, Hoogwoud
De heer W. Commandeur,
Banketbakkerij Otten, Hoorn
De heer T. Swart,
Bakkerij Swart, Wervershoof
De heer J. Koolaard,
Bakkerij Koolaard, Broek op Langedijk
Mevrouw M. van de Meer,
kenniscentrum Kenwerk, Zoetermeer
Klankbordgroep niveau-1
Samenstelling
De heer J. Verwer,
Prowerk, Alkmaar
Mevrouw M. Croes,
Van der Meij College, Alkmaar
De heer A.H. Langelaar,
De Viaan, Alkmaar
De heer M. Schlötz,
De Spinaker, Alkmaar
De heer S. Paula,
RMC Noord Kennemerland,
Mevrouw M. van de Meer,
kenniscentrum Kenwerk, Zoetermeer
BAC Bouw en Infra
Samenstelling
De heer P. Aalders,
HB Adviesbureau bv, Alkmaar
De heer P.J. Ooms,
Ooms Bouw & Ontwikkeling, Scharwoude
De heer E. van Etten,
Woonwaard, Alkmaar
Mevrouw J. Dohle,
Bouwend Nederland, regio Randstad Noord,
Amsterdam
De heer R. Jonker,
Regionale Bouw Commissie, Obdam
Mevrouw S. Meijer,
Fundeon, Harderwijk
De heer R. Bloemraad,
Espeq, Heerhugowaard
De heer Ir. H. Nieman,
Sarch (Stam) Architecten, Krommenie
De heer drs. Th.Y.,
Aannemersbedrijf Gebr. Min, Bergen n-h
De heer ing. S.L. Goede
Aannemersbedrijf K. Dekker Holding,
Krabbendam
Mevrouw A. Lens,
Woonwaard, Alkmaar
De heer P.P.M. Konijn,
Bouwbedrijf Ted Groot, Heerhugowaard
Mevrouw C.M. Schouten,
roc Horizon College
De heer L.K. Koning,
roc Horizon College
BAC Creative industrie
Samenstelling
mevrouw Y. Jonckbloedt,
Pront Wonen, Alkmaar
De heer T. Louwe,
Vroom en Dreesman, Alkmaar
De heer B. Klaassen,
Drukkerij Klaassen, Zwaag
138 jaarverslag 2014
Lijst van afkortingen
AKA arbeidsmarktgekwalificeerd assistent
AOP algemeen ondersteunend personeel
avo algemeen vormend onderwijs
bac bedrijfsadviescommissie
BAPO bevordering arbeidsparticipatie ouderen
BBL beroepsbegeleidende leerweg
bhv bedrijfshulpverlening
BMO Bestuurs- en Managementondersteuning
BOL beroepsopleidende leerweg
BPL binnenschools praktijkleren
bpv beroepspraktijkvorming
bsa bindend studieadvies
bve Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie
Crebo Centraal register beroepsopleidingen
DIA Deelnemers Informatie & Advies (afdeling)
Dt-BOL beroepsopleidende leerweg in deeltijd
DUO Dienst Uitvoering Onderwijs
EVC elders/eerder verworven competenties
FB Facilitair Bedrijf
FPU Flexibel Pensioen en Uittreden (prepensioenregeling)
HARPA Houding, Aanwezigheid, Resultaten, Persoonlijke omstandig-
heden en Actiepunten (model om deelnemers te begeleiden)
hbo hoger beroepsonderwijs
hrm humanresourcesmanagement
IGO instituutsgewijs georganiseerd overleg
IiP Investors in People
IVA Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten
JOB Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs
lgf leerlinggebonden financiering
LIO leraar in opleiding
mbo middelbaar beroepsonderwijs
MD management development (in: MD-potentials)
MEI Metaaltechniek, Elektrotechniek, Installatietechniek, en Mobiele
werktuigen (opleidingen in)
MVO maatschappelijk verantwoord ondernemen
OCW Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (Ministerie van -)
OOP onderwijsondersteunend personeel
OP onderwijzend personeel
OR ondernemingsraad
OSB Onderwijs Service Bureau
pop persoonlijk ontwikkelplan
RI&E risico-inventarisatie en –evaluatie
RMC Regionale Meld- en Coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten
in West-Friesland
roc regionaal opleidingencentrum
SZW Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Ministerie van -; Inspectie -)
vavo voortgezet algemeen volwassenenonderwijs
VeVa Veiligheid en Vakmanschap
vib video-interactiebegeleiding
vmbo voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs
vsv’er voortijdig schoolverlater
WEB Wet educatie en beroepsonderwijs
WGA Regeling werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten
WI Wet inburgering
WMO Wet maatschappelijke ondersteuning
wpo werkplekonderzoek
Uitgave
ROC Horizon College
Kruseman van Eltenweg 4
1817 BC Alkmaar
Teksten
Taalcentrum-VU, Amsterdam
(taalcentrum-vu.nl)
Financiële informatie
Isabel Mendonca
Projectcoördinatie
Jessica de Geus-van Dijk
Vormgeving
GH+O communicatie & creatie
Fotografie
Mike Bink, Katinka Krijgsman, Rob Duin,
Jan Jong, Wieke van Werkhoven
Oplage
250 exemplaren
Drukwerk
Holland Printing Groep
Colofon