magazine onlineadoptieoudersonline.nl/wp-content/uploads/2018/06/adoptiemagazine-online-juni...yanti...
TRANSCRIPT
JUNI 2018
J A A R G A N G 3 • N U M M E R 0 2 • J U N I 2 0 1 8
V O O R W I E B E T R O K K E N I S B I J A F S TA N D E N A D O P T I E
Dromen van een GROOT GEZIN
Hoe is het nou met PAULINE?
EARLY LIFE STRESS: rust, rust en nog eens rust
magazine online
THEMA
Dromen
IN DIT NUMMER
THEMA GEHECHTHEID
REDACTIONEEL
Dromen‘Adoptiekinderen hebben vaak veel meegemaakt en veel verloren: hun biologische ouders, verzorgers, vriendjes, geuren… Dat moet verwerkt worden. Wat je los hebt moeten laten, komt vaak ’s nachts terug.’ Dat zegt Chris Thie in een artikel op pagina 10. Chris werkt bij de advieslijn van Stichting Adoptievoorzieningen en krijgt regelmatig ouders van kinderen met slaapproblemen aan de telefoon. Niet zelden spelen nachtmerries daarbij een belangrijke rol. Vooral in de beginperiode, als het kind nog niet zo lang in Nederland is.
Dit nummer van het Adoptiemagazine online heeft
als thema: ‘Dromen’. Dat kunnen dus nachtmerries
zijn maar zeker ook dromen in de zin van wensen,
mooie toekomstbeelden. Bijvoorbeeld van
aspirant adoptieouders Luc en Luuk, zij dromen
van een groot gezin (zoals ze vertellen op pagina 7).
Wat geadopteerde Marcia Engel betreft wordt
haar droom, dat de overheid mee gaat betalen
aan het zoeken van geadopteerden naar hun
biologische ouders, snel werkelijkheid. Met haar
organisatie Plan Angel werkt zijn hard aan de
realisatie van een DNA-databank en helpt ze zowel
Colombiaanse afstandsouders als geadopteerden
bij hun speurtocht naar elkaar.
Verder in dit nummer onder meer een artikel
over adopties vanuit Taiwan. Ans Rijk en Willemijn
Bergman, twee medewerkers van Stichting
Adoptievoorzieningen gingen er op werkbezoek.
Ze bezochten twee tehuizen,
spraken met organisaties en
een rechter.
Daarnaast ook dit keer natuurlijk
weer ruimte voor de vaste rubrie-
ken als: Gelezen/gezien, het Drie-
luik en Begeleiding Besproken.
Veel leesplezier!
Angela Jans
2
REDACTIONEEL
CURSUS
Adoptiepubers
De puberteit is voor geadopteerden
en hun ouders vaak een spannende
levensfase, er gebeurt veel. Dat is leuk
en uitdagend, maar kan ook ingewik
keld zijn. Bent u benieuwd naar wat u als
adoptieouder allemaal kunt verwachten
in de puberteit van uw kind? En hoe u
uw puber het beste door deze lastige
periode heen helpt?
Tijdens de cursus Adoptiepubers
besteden we drie avonden (van 19.00
tot 22.00 uur in Houten) aandacht
aan puberteit en opvoeding in het
algemeen én aan adoptiespecifieke
onderwerpen zoals identiteit en loya
liteit, gevoelens rondom afgestaan zijn
en zoeken naar roots. U krijgt tips over
hoe u uw kind kunt helpen omgaan
met zijn of haar vragen en hoe u het
contact kind kunt verbeteren.
Bij voldoende belangstelling starten
na de zomer nieuwe groepen. Kosten
60 euro per gezin. Voor meer informatie
bel: 0302330340 (ma t/m do 9.3012.30
uur). Aanmelden kan door een email
te sturen naar: [email protected],
onder vermelding van ‘Belangstelling
pubercursus’.
3
ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2 JUNI 2018
INHOUD
Thema
2 Redactioneel
2 Cursus adoptiepubers
6 Dromen van een gezin en
doorwaakte nachten
– Machteld Stilting en
Angela Jans
10 ‘Dromen zijn mooi materiaal
om mee aan de slag te gaan’
– Machteld Stilting
12 Hoe is het nou met Pauline?
- Kim van Schie
THEMADromen
Het Drieluik
9 GEBOORTEMOEDER Ik had het niet aan mijn
man verteld…
– Anna
15 DE GEADOPTEERDE
Het maakt mij speciaal, ik
ben Nederlands én exotisch
– Michael Wilmering
21 DE ADOPTIEMOEDER Het is een bühnebeest,
hij hóórt op het podium
– Roosmarie Wilmering
Vaste Rubrieken
4 KORT
Ruimte voor
aankondigingen, nieuws,
gadgets en een column
van adoptiemoeder
Sandra Benschop
14 GELEZEN/GEZIEN
16 BEGELEIDING BESPROKEN Early life stress?
Rust, rust en nog eens rust
– Angela Jans
18 ACHTER DE FEITEN ‘We dragen met z’n allen
zorg voor deze kinderen’
– Angela Jans
22 ACTUEEL Plan Angel: ‘Iedereen heeft
recht te weten wie hij of zij is’
– Angela Jans
24 VRAGENDERWIJS
26 WETTEN EN REGELS
– Vera Kidjan
8
22
16
15
THEMA GEHECHTHEID
4
Nazorg ook voor volwassen geadopteerden De telefonische hulplijn van de afdeling
Nazorg van Stichting Adoptievoorzieningen
is voortaan ook bestemd voor volwassen
geadopteerden (030-2330340, van maandag
t/m donderdag tussen 9.30 en 12.30 uur).
Hiervoor wordt samengewerkt met Fiom.
Medewerkers van de helpdesk bij Fiom
zullen, indien nodig, doorverwijzen naar de
afdeling Nazorg van Stichting Adoptievoor-
zieningen, en andersom. De contacten
worden bij beide organisaties op de dezelf-
de wijze geregistreerd, zodat een beter
overzicht ontstaat van de vragen die leven
bij volwassen geadopteerden. Het plan is om
in het najaar gezamenlijk een thema-avond
voor ouders van volwassen geadopteerden
te houden.
Helpdesk Fiom voor afstammings-vragenFiom heeft een helpdesk geopend voor
volwassen geadopteerden. Zij kunnen hier
onder meer terecht met afstammings-
vragen. Ook kunnen bepaalde buitenlands
geadopteerden voortaan bij Fiom gratis hun
adoptiedossier inzien. Het gaat om adoptie-
dossiers van de voormalige Stichting Flash,
Stichting Afrika en Stichting Bemiddeling
Adopties. De dossiers van Fiom/ISS (dossiers
van (oud-)cliënten van Fiom en de Inter-
national Social Service Nederland) waren
vanaf 1 januari 2018 al kosteloos in te zien.
Met de nieuwe mogelijkheden hoopt Fiom
geadopteerden te helpen bij hun zoektocht
naar biologische familie.
> MEER INFORMATIE Volwassen geadopteerden
en hun adoptieouders kunnen iedere
woensdag van 10.00 tot 12.00 uur terecht
bij de helpdesk via nummer: 088-1264999.
Ook kunnen vragen gesteld worden per
e-mail: [email protected].
KORT
In de rubriek Kort is ruimte voor aankondigingen,
nieuws en discussie. Heeft u een tip voor een
bijeenkomst, een film of een lezing?
Laat het ons weten: [email protected].
‘YANTI. Over de reis van haar leven’
Haryanti Frateur is geboren op het Indonesische eiland Java, waarna ze werd geadopteerd door een gezin in de Belgische Kempen. Haar boek ‘YANTI. Over de reis van haar leven’ is een deels autobiografisch verhaal over een zoektocht naar roots en identiteit.
Yanti is een meisje dat uit armoede wordt afgestaan
door haar biologische ouders. Ze groeit op in een
warm gezin, maar toch begint ze zich tijdens het
opgroeien vragen te stellen over haar wortels. De
drang om op zoek te gaan naar zichzelf en haar af-
komst is zo sterk dat ze besluit om terug te keren naar
het land waar ze ooit vandaan kwam. Ze herontdekt
haar persoonlijke geschiedenis, vindt een nieuw even-
wicht en beleeft de rijkdom van een multiculturele
identiteit.
> MEER INFORMATIE Het boek is geïllustreerd door Marie
van Praag en kost € 12,95. Het is te bestellen bij Studio
Sesam: www.studiosesam.be/product/yanti-reis-leven
5
ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2 JUNI 2018
TEKST Sandra Benschop
Op naar de top
Mijn langgekoesterde droom was een paar weken eerder uitgekomen. Ik was moeder geworden! En nu liep ik met mijn zoontje in een rugdrager in het mooiste stukje natuur dat ik ken, Mount Kenya National Park. Alleen in de vroege ochtend is de top van de berg zichtbaar, daarna hult die zich heel mysterieus in nevelen. Geen wonder dat de Kikuyu, de stam van onze zonen, de berg een spirituele betekenis toekent. Dat is voelbaar als je daar rond-loopt. Of misschien was het mijn roze bril, ik liep daar met een hart vol vreugde. Ik droomde nog even verder, keek mijn zoontje diep in de ogen en beloof-de: “Als jij 15 bent, lopen wij samen die berg op!”
Zo ver zijn we nu nog niet, we hebben nog vier jaar de
tijd om ons te verheugen, maar er deed zich in de
meivakantie op Curaçao een mooie oefengelegen-
heid voor. Ik nodigde hem uit om in de vroege och-
tend de Christoffelberg te beklimmen. Met 375 meter
hoog eerder een heuvel, maar je moet ergens begin-
nen, als je ook nog eens 5.199 meter wilt trotseren!
Het liep natuurlijk anders. Vreemd genoeg herinnert
onze oudste zich de afspraak van zo lang geleden
niet. Terwijl ik toen toch echt die blije lach zag en dat
voor het gemak als een instemming heb vastgepakt.
Hij droomt deze dagen, letterlijk en figuurlijk, alleen
nog maar van Fortnite. Dus een heuvel oplopen in de
moordende hitte, daar bedankt hij voor. Maar naast
hem beginnen een paar ogen te glimmen. Zijn jon-
gere broertje heeft er wel oren naar. Klimmen is voor
hem geen droom, maar een alledaagse realiteit.
Overal waar geklommen kan worden, klimt hij.
En daar gaan we, hij voor en ik erachteraan.
“Ik ben hier goed in, mama, ik help je
wel om het goede pad te kiezen.” Wat
is hij behendig. Ik kijk met plezier
naar zijn lenige lijf dat voor mij uit
snelt. Zijn verlangen om de top te
bereiken gaat hand in hand met
zorg om mij, want ik blijf toch echt
steeds op hem achter. Een uur later
zijn we er en kijken we uit over het
eiland. Trots en vervuld. Weer een droom
die uitkomt en alweer anders dan verwacht,
maar juist dat onverwachte maakt het zo bijzonder.
ZIE: SANDRABENSCHOPCOACHT.NL
#Adoptionstories
Rodrigo van Rutte, geadopteerd uit Colom-
bia, heeft onlangs een pop-up museum over
adoptie ingericht in Den Haag. Hij gaf daar-
mee het startsein voor het twee jaar durende
project #Adoptionstories. In deze periode wil
hij verhalen van geadopteerden verzamelen,
zodat na die tijd iedereen kan lezen wat het
volgens de geadopteerden zelf betekent om
geadopteerd te zijn. De totale presentatie
staat gepland voor 29 mei 2020.
> CONTACT EN INFORMATIE
www.rodrigovanrutte.nl
Thuis & ThuisloosOnder de noemer ‘Bijeenzijn’ organiseren Maarten van Zwieten en Palika Vlasblom groepswerk voor geadopteerden. De eerst-volgende bijeenkomst heeft als thema ‘Thuis & Thuisloos’, dat wordt onderzocht door ervaringen te delen en oefeningen te doen.
Veel geadopteerden voelen zich nergens
echt thuis en hebben moeite om ergens echt
onderdeel van uit te maken. Er lijkt overal een
reserve te zijn. Voor degenen die hun biologi-
sche familie hebben teruggevonden wordt
dit vaak nog zichtbaarder. Je hoort niet bij de
ene familie en niet bij de ander. Hoe zit dit bij
jou? Hoe ga jij om met die gespletenheid?
Wanneer voel jij je wel thuis en wat is daar
voor nodig? Zaterdag 8 september van 13.30
tot 17.00 uur in Soesterberg.
> MEER INFORMATIE Bel 06-47246518 of kijk op
www.bijeenzijn.nl.
Rodrigo van Rutte.
Foto: Ton Hendriks (Gekleurde Identiteit)
6
THEMA DROMEN TEKST ANGELA JANS EN MACHTELD STILTING
Dromen van een gezin en doorwaakte nachten
7
JUNI 2018ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2
Aspirant adoptieouders Luc en Luuk dromen van een groot gezin. Veel deel-nemers aan het WK Adoptiekids dromen waarschijnlijk van een carrière als profvoetballer. En geadopteerde Michael vertelt in het Drieluik op pagina 15 dat zijn droom om in de opera te zingen al werkelijkheid is geworden. Bij dromen denken veel mensen aan iets moois, een wens of hoop. Maar dromen kunnen ook naar zijn. De nachtrust verstoren, bang maken. Relatief veel adoptiekinderen hebben daar vlak na aankomst in Nederland last van, zo is de ervaring bij Stichting Adoptievoorzieningen.
E en medewerkster van
Stichting Adoptievoorzieningen
kent meerdere adoptiekinderen
die enge dromen hebben, bijvoorbeeld
over boeven of enge mevrouwen die
hen weg komen halen, of over de dood.
“In ieder geval gaat het vaak over verla-
ten worden”, zegt ze. Ook kunnen kinde-
ren ’s nachts bijzonder veel zweten, zijn
ze bang in het donker.
Adoptiekinderen zijn hierin niet uniek.
Volgens de statistieken is zo’n 80 pro-
cent van de dromen negatief. Dan
spreken we dus eigenlijk van een nacht-
merrie, want volgens de Dikke van Dale is dat: een nare
droom, iets dat verontrust, een schrikbeeld. Terwijl het
grote Nederlandse woordenboek bij het woord ‘dro-
men’ de definitie schrijft: zich verbeelden, hopen, en
fantastische toekomstbeelden hebben.
Dat geldt doorgaans ook voor (aspirant) adoptieouders,
zij zien het wellicht al voor zich hoe ze – stralend – met
hun kind(eren) aan de ontbijttafel zitten, naar het bos
gaan, over het strand rennen.
LUC EN LUUK: ‘Graag een groot gezin’
Luc Nibbeling (24, student banking and finance Univer-
siteit van Utrecht) en zijn partner Luuk Doorakkers (24,
student geneeskunde) willen graag jonge ouders wor-
den en ook een groot gezin vormen. Vandaar dat ze al
in hun studententijd begonnen zijn aan de adoptiepro-
cedure. “Ik weet al heel lang dat ik kinderen wil. Het
accepteren van mijn homo-zijn vond ik minder lastig
dan het accepteren van de consequentie daarvan dat
je op de traditionele manier dus geen kinderen kunt
krijgen. Nu zie ik mijn geaardheid eigenlijk als een
voordeel, want wij zijn veruit het jongste stel in de
groep die de voorbereidingscursus van de adoptie-
procedure volgt. De anderen zijn ouder omdat veel
heterostellen waarschijnlijk pas aan adoptie gaan
denken nadat ze eerst geprobeerd hebben om op
natuurlijke wijze kinderen te krijgen”, aldus Luc.
Zijn partner Luuk: “Al op onze tweede date kwam hij
daarmee. Eerlijk gezegd was ik er tot op dat moment
totaal niet mee bezig geweest. Nu ben ik er wel blij mee.
We kennen elkaar nu 4,5 jaar en hopen nog voor ons
dertigste kinderen te hebben. Ik gun het kinderen om
jonge ouders te hebben, dan kun je ze veel meegeven.”
Voor beiden is het een droom om meerdere kinderen te
kunnen adopteren. Uit welk land maakt ze niet uit. Luc:
“Vier of vijf kinderen, dat lijkt me mooi. Ik wil graag een
groot gezin.” Luuk: “Dat lijkt wel een taboe onder studen-
ten. Ze hebben het over carrières en start-ups, nooit
over een gezin. Wij wel. We willen er alles aan doen om
onze droom na te jagen maar als het om wat voor reden
dan ook stopt bij twee of drie kinderen is dat ook goed.
We doen wat binnen onze mogelijkheden ligt.” >>
8
IWAN EN MIRANDA: ‘De nachten blijven een dingetje’
“Voor onze adoptieprocedure moesten we onder meer
één maand dag en nacht voor Márk (toen 6,5 jaar) in
Hongarije zorgen; daarna zou de uitspraak volgen of we
hem mochten adopteren. Het ging prima de eerste
dagen. Maar op een ochtend was er geen land met
hem te bezeilen. Hij was boos, zelfs agressief naar ons
toe. Het lukte ons hem uit zijn bui te halen, maar een
paar uur later zat hij er weer in. Het was echt extreem
gedrag. We wisten het even niet meer. Daarom belden
we de adoptiemedewerkster die ons in Hongarije
begeleidde. Zij vroeg Márk aan de telefoon. Aan haar
vertelde hij dat hij een nachtmerrie had gehad. Waar-
over zei hij niet. Het was zo erg dat hij er niet over wilde
praten. Wij communiceerden in die tijd met handen en
voeten met hem, en met pictogrammen (sclera.be). We
hebben een pictogram van een slapend poppetje
tweemaal overgetrokken en er een denkwolkje bij
getekend: één met duimpje omhoog, één met duimpje
naar beneden. Zo kon hij ons ’s ochtends laten weten
hoe hij geslapen had. Dit hielp ons wel er meer begrip
voor op te brengen en hem te troosten.
Márk is nu anderhalf jaar bij ons. De buien zijn sterk
verminderd. Maar de nachten blijven een dingetje. We
weten inmiddels dat hij over wolven droomt. Ze komen
hem halen, maken hem bang. Meer wil hij er niet over
vertellen. Een van ons moet altijd bij hem blijven tot hij
slaapt. Zelfs als hij boos op ons is. Er moet iets van een
trauma zitten. We weten dat hij niet happy was in het
pleeggezin waar hij zat. Van de vier jaar ervoor weten
we dat hem nare dingen zijn overkomen. Márk praat
niet over dingen die hem zeer doen.
Het heeft destijds geen moment onze keuze beïnvloed
of we hem wel wilden adopteren. We willen het beste
voor hem. We zijn zielsgelukkig en trots dat wij voor dit
fantastische menneke mogen zorgen”, aldus Iwan en
Miranda.
WENDY EN RUTGER: ‘Wens of waarheid?’
Wendy en Rutger: “Tommi (6) is nu drie jaar in Neder-
land. Toen hij net bij ons was, werd hij wel vier of vijf
keer per nacht in paniek wakker. Hij kon niet uitleggen
waarover hij gedroomd had en wij konden het ook niet
verklaren vanuit wat we over zijn achtergrond hebben
meegekregen. Dat hij erg bang was, uitte zich ook
lichamelijk: hij had op zulke momenten een heel hoge
lichaamstemperatuur. Hij was waarschijnlijk alles wat er
gebeurd is ’s nachts aan het verwerken. Nog steeds,
trouwens. Over is het namelijk nog niet, maar het gaat
al wel stukken beter. Tegenwoordig wordt hij nog maar
één of twee keer per nacht wakker. Hij voelt zich geluk-
kig veiliger. Omdat hij erg bang is in het donker hebben
we een klokje op zijn kamer gezet dat voor wat licht
zorgt, en hij heeft een lampje waar hij zelf bij kan. Wij
doen het uit als we gaan slapen en hij kan het aandoen
als hij daar ’s nachts behoefte aan heeft. Als wij naar
bed gaan en hem een knuffel geven, merken we vaak
al hoe laat het is: dan is hij al bezweet en ligt hij te
knarsetanden of te murmelen. Gelukkig haalt hij verlo-
ren slaap makkelijk in.
We denken wel dat het adoptiegerelateerd is. Er ge-
beuren natuurlijk ook wel eens wat dingen op school,
maar de lichamelijke reactie lijkt nog zo op toen hij net
bij ons was. We hebben hulp van Nazorg en we doen
video-interactiebegeleiding. Daar richten we ons nu op
dingen die nu wat meer prioriteit hebben. Verklaren
kan hij zijn nare dromen nog steeds niet. Als we na zo’n
nacht vragen waarover hij gedroomd heeft, zegt hij
bijvoorbeeld: ‘Ik droomde dat ik een ninja was.’ Dat lijkt
ons eerder een gekoesterde wens dan de waarheid.”
THEMA DROMEN
9
RUBRIEK DRIELUIK
LEEFTIJD54 jaar
Getrouwd: moeder van drie zonen, één
afgestaan
BEROEP schoonmaakster
WOONPLAATSBogotá, Colombia
Ik had het niet
aan mijn man verteld …
ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #1
aangenomen, want ik wilde hem graag ontmoeten en
ben toen niet veel later samen met een van mijn andere
twee zoons, een halfbroer van Michael dus, naar Neder-
land gevlogen. Daar logeerden we bij zijn ouders.
In het begin moesten Michael en ik wel even aan elkaar
wennen. Bij aankomst klapte ik volledig dicht. We gaven
elkaar netjes een hand en gingen naar binnen. Voor mij
voelde het wel meteen als mijn zoon. Mijn bloed
stroomt door zijn aderen. Ik had behoefte
aan contact, wilde hem graag zoenen
maar dat wilde hij niet. Net zo min
als samen in een bed slapen.
Omdat ik vijf weken bij zijn
ouders verbleef leerden we
elkaar wel vrij snel best goed
kennen. En natuurlijk ont-
stonden er ook weleens
spanningen. Maar we heb-
ben ook heel leuke dingen
gedaan. Al met al vond ik het
een bijzondere ervaring. Ab-
soluut.
Sindsdien komt Michael bijna elk
jaar wel een keer bij ons op bezoek
in Colombia. Ik vind het fijn als hij komt
en eerlijk hoop ik altijd wel een beetje dat
hij ons financieel een steuntje in de rug
geeft. Mijn man werkt als parketlegger,
ik ben schoonmaakster. We hebben het
niet zo breed. Zeker niet zoals Michael in
Europa dat heeft….
Anna is de geboortemoeder van Michael
op pagina 15. Dit verhaal is niet rechtstreeks
uit haar mond opgetekend maar geba-
seerd op verklaringen van Michael en zijn
adoptiemoeder.
De man waarvan ik zwanger raakte, was twintig jaar ouder dan ik. Ik dacht: oké, dan gaan we trouwen. Maar hij had al twee kinderen bij een andere vrouw, ze waren gescheiden, en hij wilde niet nog meer kinderen. Voor mij was het mijn eerste zwangerschap. Als ik wilde blijven, ik werkte voor hem als schoonmaakster, moest ik van hem de zwangerschap laten afbreken. Dat was het einde van de relatie, ik ben weggegaan.
Toen mijn zoon werd geboren was ik
25 jaar. Op zich niet zo heel jong,
maar ik zag geen kans om hem
te houden. In mijn eentje voor
de opvoeding en de inkom-
sten zorgen, leek mij heel
zwaar en ingewikkeld. Daar-
om dacht ik dat het beter
zou zijn om hem af te staan.
Beter voor hem en voor mij.
Daarom heb ik hem afge-
staan ter adoptie en achter-
gelaten in een tehuis.
Een tijdje later kreeg ik weer een
relatie. Met die man ben ik getrouwd
en heb ik nog twee kinderen gekregen.
Aan hen heb ik nooit iets verteld over het
bestaan van mijn oudste zoon. Zij wisten
dus van niks toen, voor mij heel onver-
wacht, iemand me kwam vertellen dat Mi-
chael naar mij op zoek was. Dat laatste
vond ik natuurlijk geweldig, maar dat ik het
moest gaan uitleggen aan mijn man en
kinderen vond ik wel even moeilijk. Geluk-
kig hadden zij wel begrip voor wat ik had
gedaan.
Omdat de moeder van Michael niet kan
reizen, vroeg hij mij om naar Nederland te
komen om elkaar te zien. Vijf weken lang
maar liefst. Ik heb de uitnodiging natuurlijk
> GEBOORTEMOEDER
Annadrieluik
RUBRIEK DRIELUIK
THEMA DROMEN
10
De afdeling Nazorg van Stichting Adoptievoorzieningen krijgt regelmatig meldingen over kinderen met slaapproblemen. Niet zelden spelen nachtmerries daarbij een belangrijke rol. Vooral in de beginperiode, als het kind nog niet zo lang in Nederland is. Logisch, vindt nazorgmedewerkster Chris Thie: ‘Adoptiekinderen hebben vaak zo veel meegemaakt en zo veel verloren: hun biologische ouders, verzorgers, vriendjes, geuren… Dat moet verwerkt worden. Wat je los hebt moeten laten, komt vaak ’s nachts terug.’
TEKST MACHTELD STILTING
Chris Thie:
‘ Dromen zijn mooi materiaal om mee aan de slag te gaan’
ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2
11
JUNI 2018
H oe vervelend en vermoeiend ook, adoptieou-
ders moeten er volgens Chris Thie rekening
mee houden dat het er gewoon bij hoort: een
zeer onrustige slaapperiode als het adoptiekind net in
Nederland is. Vooral bij wat oudere kinderen komt het
voor. “Die hebben de veranderingen in hun leven be-
wuster meegemaakt. Het verwerken daarvan gebeurt
vaak ’s nachts in de vorm van dromen.” Als die dromen
nachtmerries worden, kan dat leiden tot slaapproble-
men. Het kind wordt wakker van zo’n nare droom en
durft niet meer te slapen. Of de ervaringen van nacht-
merries zorgen ervoor dat het kind ertegen opziet om
überhaupt te gaan slapen. Thie: “Wat een kind op zo’n
moment het meeste nodig heeft, is nabijheid en gerust-
stelling.” Het is altijd even zoeken naar wat het beste
werkt: bij je kind blijven totdat het inslaapt, het bij je in
bed nemen, op een matras op armlengte afstand naast
zijn of haar bedje liggen… “Als het kind maar weet dat
het niet alleen is. Dat werkt op zo’n moment het meest
verzachtend.”
Vastzittend trauma
De meeste adoptieouders
weten of vermoeden dat
het kind een heftige
periode achter de rug
heeft, vaak vol met
traumatische gebeur-
tenissen. Ouders
voelen zich dan vaak
onzeker en denken
dat hun kind therapie
nodig heeft. Dat snapt
Thie volledig. Toch
adviseert Nazorg om
eerst te focussen op het
ontwikkelen van de band
thuis. “De geruststelling die
van de ouders komt, werkt het
sterkst.” Als de hechting op gang
komt en het kind veiligheid ervaart door
de nabijheid van de ouders, nemen angstige
dromen vaak af.
Als de slaapproblemen hardnekkig blijken en het
hechtingsproces stagneert, kan er sprake zijn van een
vastzittend trauma, is de ervaring van Thie. In zo’n geval
adviseert ze om samen met een professional te bekij-
ken of traumabehandeling nodig is. En of het er al het
juiste moment voor is: “In de periode van de trauma-
behandeling is het voor het kind én de ouders prettig
als er een voldoende veilige basis is om het kind goed
te kunnen ondersteunen.” Zo’n moment kiezen is lastig:
“Het is een beetje dubbel. De hechting kan achterblij-
ven omdat er een trauma zit, maar om een traumabe-
handeling goed te laten verlopen is er een zekere mate
van hechting noodzakelijk.”
Puzzelstukjes
Dromen zijn niet alleen een last, maar ook mooi mate-
riaal om mee aan de slag te gaan. “Ze geven inzicht in
waar je kind ’s nachts mee bezig is.” Vaak is het moeilijk
vast te stellen wat echt gebeurd is en wat gebaseerd is
op fantasie. Thie merkt dat ouders graag de waarheid
willen achterhalen. Op zoek zijn naar puzzelstukjes van
de periode waar ze niet bij zijn geweest. Ze gissen:
verzint hij dit, heeft hij een enge film gezien, is het
waargebeurd? Het maakt ze vaak onzeker. Thie: “Het
kan inderdaad dat er dingen door elkaar zijn gaan
lopen. De grens tussen droom en waarheid vervaagt.
Maar dat maakt in wezen niet uit. De gevoelens die
erachter zitten, zijn namelijk wel gelieerd aan wat echt
gebeurd is. Ze geven handvatten voor rouw en
verwerking.” Het gaat er volgens Thie om
dat het kind zich gesteund voelt in
die gevoelens. Zelfs kinderen die
niet willen vertellen waarover
ze gedroomd hebben kun
je daarom helpen. “Je
kunt samen met je kind
bedenken wat zou
kunnen helpen om
minder bang of ver-
drietig te zijn. Iets
troostends of een
uitlaatklep als samen
een tekening maken
of een liedje zingen. Of
gezellig samen in bad
gaan. Je hebt geen de-
tails nodig. Het gaat erom
het gevoel te erkennen,
begrip te tonen en geborgen-
heid te geven.”
Naar het hier en nu halen
Misschien gaan de angstige dromen nooit helemaal
weg. Het verleden van adoptiekinderen is niet uit te
wissen. Maar je kunt wel proberen het kind naar het hier
en nu te halen, meent Thie. “Je kunt bijvoorbeeld
zeggen: ‘Je was daar heel bang en dat is vervelend hè,
schat? Kom maar, nu ben je hier, je bent nu veilig bij
ons, wij zorgen voor jou.’ Op die manier kun je je kind
omhullen met alle mooie dingen die je het wilt geven.
Je erkent de angst en biedt troost en geborgenheid.
En het is tegelijkertijd een mooie stap in de richting
van een goede hechting.”
THEMA DROMEN
12
D e koorts is weg. Maar er is iets anders voor in de
plaats gekomen. Of eigenlijk zat dat er de hele
tijd al, maar komt het nu weer duidelijk naar de
oppervlakte.
Gisteravond
Ik bracht haar naar bed: “Als wij gaan slapen vanavond
komt papa bij jou op de kamer. Mama slaapt hiernaast,
ik ben snel bij je als er iets is. Ik blijf nu nog bij je om
liedjes te zingen.”
Na één keer ‘Slaap kindje slaap’ was ze al weg. Ik kon
weer naar beneden. Twee uur later, toen we net op het
punt stonden om zelf te gaan slapen, hoorden we haar
ineens huilen. Menno was als eerste bij haar, ik volgde. Ik
knuffelde en zong haar weer in slaap. Menno bleef op
haar kamer slapen. Het ging redelijk goed tot 6 uur, dus
dat viel erg mee. Ze wilde per se mama, dus ik nam haar
nog een uurtje bij me in bed. (Ja, die lieve Menno lag
toen alleen op de kinderkamer. Met Poes Mies, dat wel.)
Vandaag
Pauline start de dag vrolijk en levendig. Heel wat anders
dan de dag ervoor met die hoge koorts. Alle leed lijkt
In maart 2017 verscheen het boek ‘Hallo Lieverd’. Daarin beschreef Kim van Schie de gebeurtenissen rond de adoptie van haar dochter Pauline uit Nigeria. Hoe ging het verder? Een kijkje van 24 uur in het leven van een adoptiegezin.
TEKST KIM VAN SCHIE
voorbij. Ze zingt liedjes en zit te tekenen aan tafel. Ik
loop naar de keuken voor een kop thee en nog geen
minuut later hoor ik gejammer. Ik loop de woonkamer
in. Pauline ligt op de grond onder de tafel. Ze kreunt
alsof ze pijn heeft, trapt met haar benen in het luchtle-
dige en stompt zichzelf herhaaldelijk in haar eigen buik.
Ik kniel bij haar neer: “Och meisje toch, kun je me
vertellen wat er is?”
“Naar gevoel in mijn buik”, huilt ze met dikke tranen. Ik
vraag of ik haar mag troosten en ze komt bij me zitten.
Ze zegt niet te weten waar het nare gevoel door komt.
“Dat is vervelend lieverd. Dat kan gebeuren, mama
heeft soms ook ineens een naar gevoel.”
“Maar ik wil het niet! Ik wil het niet!” huilt ze.
We knuffelen een tijdje stevig. Een paar minuten later is
ze weer haar vrolijke zelf. Niets aan de hand, zo lijkt het.
Maar deze scène herhaalt zich zo’n acht keer vandaag:
huilbuien vanuit het ‘niets’ (of eigenlijk vooral wanneer
ik met mijn aandacht niet bij haar ben), agressie naar
haar eigen buik en daarna aan me vastklampen.
Aan het einde van de dag zit ze bij me op schoot en
begint ineens te vertellen: “Toen ik gisteravond wakker
werd, wilde ik mama iets vragen. Ik dacht dat jij er nog
was. Toen ging ik goed kijken en toen was je er niet.”
Bingo. Dat is ’m.
Hoe is het nou met Pauline?
ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2
13
JUNI 2018
“Ik kan me voorstellen dat je daar even van schrok. Is
dat zo?” Pauline knikt en kleine traantjes rollen over
haar wangen.
We bespreken hoe goed het dan van haar was dat ze
van zich liet horen zodat we meteen naar haar toe
konden komen. En hoe knap het is dat ze er nu over
vertelt. Dat ze nooit alleen is. Dat we altijd in de buurt
zijn. Dat als we moeten werken, we dan voor een veilige
plek zorgen met mensen die ze kan vertrouwen. Dat we
bij haar zijn omdat we in haar hart zitten. Dat we altijd
terugkomen. Dat we nooit meer weg gaan. Dat we voor
altijd van haar houden.
Tien minuten later herhalen we het weer, wanneer
Pauline ineens begint over die keer dat ik in Nigeria
naar het ziekenhuis moest: “Er was iets ergs gebeurd en
wat deden de dokters toen in jouw arm?”
“Een infuus om mama medicijnen te geven zodat ik
weer beter werd.”
“En wat vond ik daarvan?”
“Dat vond je helemaal niet leuk. Je was heel bang
omdat je toen nog niet wist dat de dokters mama juist
beter gingen maken.”
“Nee, dat wist ik niet hè.”
Dat ‘niet leuk’ is een understatement. Het is een van de
gebeurtenissen waarvoor Pauline ruim een jaar gele-
den EMDR-therapie heeft gekregen (therapie voor
traumaverwerking). Die therapie heeft op meerdere
fronten geholpen. De bijna dagelijkse angstaanvallen
en nachtmerries zijn snel aanzienlijk verminderd. Maar
met dit soort triggers, ik die onverwacht niet naast haar
bed zit en ook nog eens goed ziek is door een longont-
steking, is het haar te veel. De verlatingsangst komt in
alle hevigheid weer boven.
Pauline ligt in haar bed en voert een gesprek op tussen
twee van haar knuffels: “Je hoeft me niet te missen
hoor olifantje, ik zit in je hart.”
Ze valt snel in slaap, maar wordt net zo snel weer hui-
lend wakker: “Naar gevoel.”
En dus ligt ze nu naast me. Onrustig af en toe. Dan
omhels ik haar met de woorden: “Mama is hier. Ik ben er
voor je.” Dat helpt. Voor 15 minuten.
Vorige keer heeft zo’n ogenschijnlijk klein incidentje
een week lang voor slapeloze nachten en huil- en
driftbuien gezorgd. Het kost dan een week intensief
liefhebben voordat je dat ene schadelijke moment van
enkele seconden weer enigszins hebt kunnen neutrali-
seren. Voordat ze zich weer veilig genoeg voelt om
echt te kunnen genieten van haar dag.
Waarom ik dit vertel?
Om de vele adoptieouders hier te laten weten dat ze
niet de enigen zijn. (En ik weet hoeveel heftiger het
eraan toe gaat bij sommigen van jullie.)
En om anderen een klein inkijkje te geven in de wereld
van een adoptiekind. Een kind dat voor de buitenwe-
reld soms net zo vrolijk en sterk lijkt als ieder ander
kind, maar van binnen worstelt met een enorme angst
voor afwijzing en verlating. Een kind dat daarom iedere
dag de lat (te) hoog legt voor zichzelf. Wil presteren en
tientallen keren per dag goedkeuring zoekt. Sociaal
gewenste antwoorden geeft en zich continu excuseert
wanneer dat niet nodig is. En wanneer het wel nodig is,
omdat ze iemand bezeerd heeft bijvoorbeeld, com-
pleet dichtslaat en in zichzelf keert met een starende,
angstige blik. Een kind dat, misschien ook vanwege
haar prestatiedrang, cognitief al klaar is voor groep 3
maar sociaal emotioneel beter in groep 1 past. Een kind
dat ineens weer drie keer op een dag in haar broek
plast wanneer haar moeder voor het eerst in tijden een
avond voor haarzelf heeft genomen. Een kind dat uit
de kleinste gebaren, blikken of tonen de grootste
afwijzing kan concluderen waarmee dat ‘nare gevoel’ in
haar buik weer een stukje verder groeit.
En een inkijkje in het leven van een adoptieouder. Die
geen moeite heeft met het geven van die extra liefde,
maar die wel voelt hoe iedere verkeerde keuze, in-
schatting of reactie van haar keihard aankomt bij haar
kind en dus vaak worstelt met een schuldgevoel. Die
verdriet heeft omdat haar kind verdriet heeft. Met een
enorm verantwoordelijkheidsgevoel omdat het haar
keuze was om dit kind uit haar vertrouwde omgeving te
halen waardoor er weer een trauma bij kwam. Die zich
afvraagt waarom ze nou zo nodig dat ene avondje weg
moest en waarom ze niet de hele avond naast het
bedje van haar dochter is gaan zitten. Die vandaag
weer haar eigen emoties opzij moest zetten om helder
na te kunnen denken toen haar dochter vragen stelde
over haar afkomst en achtergrondverhaal terwijl de
antwoorden daarop zo complex en incompleet zijn. Die
de lat voor zichzelf continu te hoog legt terwijl ze
probeert hem juist lager te leggen als goed voorbeeld
voor een meisje van vijf dat al te veel druk voelt in haar
dagelijks leven.
We zijn trots en dankbaar dat Pauline zich vaak weet uit
te drukken, zodat we vroeg of laat erachter komen wat
de oorzaak is van haar verdriet of angst. En we zijn trots
en dankbaar dat wij voor Pauline mogen zorgen. We
maken ook echt steeds weer kleine stapjes met elkaar
en beleven iedere dag ook grote geluksmomenten
met haar.
Maar of het alweer beter gaat met Pauline? Nou, van-
daag dus eigenlijk toch niet. En met ons ook niet.
Eigenlijk. Maar zoals ik altijd tegen Pauline zeg voordat
ze gaat slapen: “Morgen is er weer een mooie dag.”
RUBRIEK GELEZEN GEZIEN
Bijzonder KonjoHet adoptieverhaal van
onze kinderen
Auteur: Marja KnegtLecturium Uitgeverij
ISBN 9789048443772, € 17,95
Sinds in het najaar van 1999 de
telefoon ging in huize Knegt, met
het voorstel om een jongetje te
adopteren, speelt Ethiopië een
grote rol in het leven van Marja
Knegt en haar man Joost. Het kind
is op dat moment 9 maanden oud
en blijkt twee zusjes te hebben:
van 8 en 11 jaar. Marja en Joost
kunnen deze meiden niet adopte-
ren maar sluiten ze meteen wel
voorgoed in hun hart. Ze gaan er al
tijdens de eerste reis op bezoek,
houden contact en laten de zusjes
later voor vakantie overkomen naar
Nederland. Ondertussen is er ook
nog een meisje uit Ethiopië ge-
adopteerd: Yesni. Over haar familie
is aanvankelijk niets bekend, maar
daar komt verandering in…
Marja beschrijft hoe zij en haar
gezin gedurende inmiddels
achttien jaar lang, vervlochten
raken met Ethiopië. Ze gaan er
meerdere malen naartoe, vinden
uiteindelijk de biologische moe-
der van Yesni, ontmoeten daar de
hele familie en halen haar voor
bezoek naar Nederland. Het hele
verhaal leest als een trein. Marja
beschrijft het chronologisch, op
persoonlijke wijze en heel boei-
end waardoor je helemaal mee-
gevoerd wordt in de belevenissen
van het gezin, die inderdaad heel
bijzonder zijn. Een prachtig ver-
haal, fijn om te lezen.
— Angela Jans
Verbindende Verhalen voor getraumatiseerde
kinderen en jongeren in de therapeutische praktijk
Auteur: Kim S. Golding, met voorwoord van Dan Hughes
Uitgeverij SWP 2018 ISBN 978 90 8850 755 7 / NUR 770
Kinderen die verwaarloosd, verla-
ten of mishandeld zijn, kampen
vaak met gevoelens als schuld,
schaamte, woede, angst, verlan-
gen en verdriet. Ingewikkelde
gevoelens, die ze niet kunnen
sturen of begrijpen. In de verhalen
die psychologe Kim Golding voor
haar cliënten schreef, kunnen dit
soort kinderen zich herkennen,
maar ook een lichtpuntje vinden.
Tegelijkertijd bieden de verhalen
enorm veel informatie en hand-
vatten voor de volwassene die het
verhaal aan het kind vertelt.
Handig is dat bij elk verhaal staat
aangegeven welke thema’s erin
voorkomen en voor welke leef-
tijdsgroep het geschikt is (van
kleine kinderen tot pubers en
volwassenen).
Een van de verhalen gaat bijvoor-
beeld over Felicitas, die door haar
geboortemoeder wordt wegge-
geven aan andere ouders. Die zijn
enorm blij met haar en geven
haar alles wat ze nodig heeft.
Felicitas groeit gezond en sterk
op, maar kan niet gelukkig zijn. Ze
voelt zich boos en denkt dat ze bij
haar eigen moeder wel gelukkig
zou zijn geweest. Ze wordt boos
op haar nieuwe moeder, roept dat
ze weg moet gaan, maar voelt
zich heel alleen. Ze wordt omringd
door water, dat steeds meer gaat
kolken naarmate ze bozer wordt.
Ze zit op een vlot op een rivier,
haar moeder wil haar helpen,
maar Felicitas durft haar niet aan
te kijken en roept dat ze haar met
rust moet laten. Ze gelooft niet
dat haar moeder haar gelukkig wil
maken. De moeder reikt eten en
dekens aan, maar Felicitas pakt
het niet aan, dus verdwijnt alles in
de rivier. De moeder rent langs de
oever mee en roept: “Kom bij me,
ik wil je helpen, ik geef je alles wat
je nodig hebt om gelukkig te zijn!”
Maar Felicitas durft haar hulp niet
te accepteren en roept boze
dingen terug.
Dan fluistert Wijsheid moeder in
haar oor wat ze moet doen:
Felicitas niet proberen te redden
van het vlot, maar door de rivier
naar haar toe zwemmen en naast
haar op het vlot gaan zitten.
Moeder volgt het advies op maar
Felicitas zegt: “Ga weg, ik wil je
hier niet.” Moeder antwoordt: “Ik
laat je niet in de steek, ik blijf bij
je. Ik accepteer je boosheid en je
verlangen, ik weet dat mijn goe-
de zorgen voor jou beangstigend
zijn. Ik wil dat je gelukkig bent,
maar ik blijf ook bij je nu je ver-
drietig, eenzaam en bang bent.”
En dan, na een lange poos, durft
Felicitas te vertellen dat ze bang
is dat ze slecht is, en bang om
daarom weer verlaten te worden.
Moeder kan deze angst niet
wegnemen, maar houdt haar vast
om de angst samen met haar te
dragen.
Op de boekenplank bij elke
kindertherapeut en alle pleeg-
en adoptieouders, zou ik zeggen…
— Chris Thie
JUNI 2018
14
drieluik
15
RUBRIEK DRIELUIKADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2
LEEFTIJD29 jaar
BEROEP klassiek zanger
WOONPLAATSUtrecht/Stuttgart
den was ik rebels, een beetje onhandelbaar. Gelukkig heb
ik dat met de juiste hulp wel onder de knie gekregen. Bo-
vendien heb ik zang, mijn grote passie ontdekt. Ik hield al
van toneelspelen en wist ook dat ik wel een beetje kon
zingen, maar dat ik zo’n bijzondere stem had… dat wist ik
niet. Dat hebben ze op de toneelschool ontdekt. Daar
kreeg ik zangles en heb ik geconstateerd dat
opera echt mijn grote passie is, ik kan niet
meer zonder. Ik ben overgestapt naar
het conservatorium en werk nu als
operazanger, bariton.
Gelukkig gaat het ook heel
goed. Momenteel zing ik in
de opera van Stuttgart en na
de zomer heb ik een rol bij
Opera Zuid.
Mijn adoptie heeft ook voor-
delen. Zeker in mijn beroep.
Ik ben Nederlander én exo-
tisch tegelijk. Dat kun je als
moeilijk ervaren maar je kunt
het ook positief inzetten. Het
maakt dat ik speciaal ben. Daar
maak ik gebruik van. Ik voel me voor
een deel ook zeker Nederlander, aan de
andere kant voel ik me ook echt een we-
reldburger. Een combinatie van alles. In de
kunst gaat het ook om alles wat samen-
gaat, dus dat komt goed uit. Nogmaals, je
kunt het ook positief inzetten.
Michael is de biologische zoon van Anna
op pagina 9 en geadopteerd door Roos-
marie Wilmering, de adoptiemoeder op
pagina 21.
Adoptie was altijd wel aanwezig in mijn leven. Iedereen om mij heen was er heel open over. Bovendien groeide ik op in een warm gezin. Misschien ook daardoor kon ik het vrij gemakkelijk verwerken. Lukte het mij om er goed mee om te gaan.
Maar… vanaf mijn vijftiende wilde ik toch heel
graag terug naar Colombia, op zoek naar
mijn biologische ouders. Dat mocht
niet van mijn ouders, zij vonden mij
daarvoor nog veel te jong. Ach-
teraf ben ik ze daar heel erg
dankbaar voor, want de ont-
moeting die ik uiteindelijk op
mijn achttiende met mijn
biologische moeder had,
heeft veel impact gehad. Al
zijn toen ook veel puzzel-
stukjes op hun plek gevallen.
De zoektocht heeft ongeveer
een half jaar geduurd. Toen was
ze al gevonden. Omdat mijn
adoptiemoeder vanwege een han-
dicap niet kan reizen, heb ik mijn biolo-
gische moeder voor de eerste ontmoeting
naar Nederland gehaald. Sindsdien ben ik
al zeker vijf keer naar Colombia geweest. Ik
vind het een heerlijk land, ben er graag. De
manier waarop de mensen leven, niet te
ver vooruit plannen, niet zoveel denken,
dat past bij mij. Als ik in het land ben, ga ik
ook altijd wel even langs bij mijn moeder.
Al hoeft het contact voor mij niet zo, de
band met haar is een beetje stroef. Ze
vraagt me bijvoorbeeld nooit hoe het met
me is. Wel zeurt ze om geld.
Als kind was ik al creatief maar zeker niet
altijd gemakkelijk voor mijn ouders. Met tij-
> GEADOPTEERDEMichael Wilmering
Het maakt mij speciaal, ik ben Nederlands én exotisch
16
Bergman ondersteunt adoptieouders en hun kroost
met behulp van video-interactiebegeleiding en Sher-
borne-samenspel. Dat doet ze niet alleen bij proble-
men; advies en hulp kan ook aangevraagd worden ter
bevestiging, bij vragen, zorgen of behoefte aan een
Een ongewenste zwangerschap, een moeilijke bevalling, afgestaan worden… Kinderen, hoe klein ook, krijgen daar vaak onplezierige gevoe-
lens van mee, weet Willemijn Bergman, medewerker bij Stichting Adoptie-
voorzieningen. Het veroorzaakt stress, in meer of mindere mate, die zich vroeg of
laat uit. In welke vorm dat gebeurt, hangt af van factoren zoals karakter en de
manier waarop het kind opgevangen is na een ingrijpende gebeurtenis. Hoe dan
ook, veel adoptiekinderen hebben te maken gehad met prenatale en early life
stress, dus adoptieouders kunnen er maar beter op voorbereid zijn.
Wat te doen bij prenatale en early life stress?
RUST, RUST EN NOG EENS RUST
RUBRIEK BEGELEIDING BESPROKEN TEKST ANGELA JANS
klankbord. Ook geeft ze lezingen over stress- en emo-
tieregulatie bij adoptiekinderen.
Onder meer bij vergunninghouder A New Way. Daar
vertelt ze dan bijvoorbeeld: “De biologische moeder
RUST, RUST EN NOG EENS RUST
ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2 JUNI 2018
heeft in veel gevallen tijdens de zwangerschap ge-
kampt met grote zorgen. Bijvoorbeeld vanwege dak-
loosheid, geldgebrek, geweld of middelengebruik. Al
tijdens de zwangerschap kan door de stress bij moeder
het opbouwen van een gezonde gehechtheidsrelatie
met het kind verstoord worden. De moeder kan er niet
zijn voor haar ongeboren kind, of ze heeft zelfs een
afkeer van het kind dat zij draagt. Prenataal en ook
daarna slaat een kind dat op in het fysieke geheugen,
als informatie in het lijf, terwijl het nog niet in staat is
zichzelf te beschermen tegen de heftige emoties die
deze zaken teweegbrengen. Zo’n kind kan het ook nog
niet begrijpen. Veel stress van de moeder tijdens de
zwangerschap activeert het stress-systeem van de
ongeboren baby. Het gevolg: moeite met slapen, snel
overprikkeld, overmatig huilen, angstig enzovoort.”
HERSTEL IS MOGELIJKHet goede nieuws: er zijn herstelmogelijkheden, ook als
je de zorg krijgt voor een baby die veel stress heeft
ervaren. Om te beginnen door het kind te laten voelen
dat het niet alleen is. Samen zijn, babbelen, contact
maken, vasthouden. Bergman: “Ouders kunnen het
verhaal over gehechtheid, trauma en stress niet vaak
genoeg horen. Wat ik probeer duidelijk te maken is: als
een kind gestrest is, kun je soms misschien moeilijk in
de natuurlijke flow komen. Vertrouwen op je gevoel is
dan te eenvoudig, omdat de stress bij de ouders dan
ook groter wordt, en dan kun je juist niet meer helder
denken en rustig voelen. Als een kindje heel onrustig is,
veel huilt, wordt bijna elke ouder daar onzeker van. Dat
is heel normaal. Zeker omdat je dan vaak ook nog eens
ongevraagd allerlei goedbedoelde adviezen krijgt. Dan
ga je twijfelen en weet je helemaal niet meer wat
wijsheid is. Wat je dus het beste kunt doen is bij jezelf
blijven, je gevoel volgen. Durf gewoon je eigen weg te
kiezen. Al is dat vaak niet voldoende, als het kind erg
onrustig is en de ouder idem dito.”
Adoptiekinderen hebben vaak last van spanningen, van
stress. Bij baby’s uit zich dit doorgaans in veel huilen,
overstrekken, verkrampen, boos zijn. Op latere leeftijd
ziet Bergman kinderen met heftige woede-uitbarstin-
gen, agressie en andere problematiek die veelal is
terug te voeren op prenatale en/of early life stress.
Immers al in de baarmoeder, tijdens de geboorte en
direct na de bevalling – hoe pril het leven ook is – slaat
het lijf alles op wat er gebeurd is. Ze geeft een voor-
beeld: “Een jongetje bleef maar zeggen dat zijn biolo-
gische moeder hem geslagen had. Dat leek onmogelijk,
want hij was als jonge baby geadopteerd. Toch hield hij
vol. Op een gegeven moment heeft de adoptiemoeder
het voorgelegd aan de biologische moeder van de
jongen. Zij bevestigde dat ze tijdens de zwangerschap
veel op haar buik had geslagen in de hoop de zwan-
gerschap te beëindigen… De jongen had dus gelijk!
Meestal komen er echter geen woorden om dit te
uiten, deze jongen had het geluk dat hij de woorden
vond.”
LEER HET KIND TE ONTSPANNEN“Hersenen geven chemische stoffen af die het lichaam
helpen te waarschuwen voor bedreiging. Een onge-
wenste zwangerschap, de bevalling, overgedragen
worden aan pleegzorg en vervolgens aan de adoptie-
ouders: het geeft stress. Het gaat erom hoe de stress
vervolgens wordt geluwd door een sensitieve volwas-
sene, in hoeverre je daar als mens later last van krijgt.
Als dat luwen niet of onvoldoende gebeurt, kun je een
opeenstapeling van stressfactoren krijgen. Dus neem
als adoptieouder ruimschoots de tijd voor je kind: elke
voeding, elke verschoning is een mogelijk herstelmo-
ment. Natuurlijk, een huilbaby kan ook last hebben van
darmkrampjes, reflux of iets anders, dat moet je alle-
maal onderzoeken. Maar als er geen medische oorzaak
is geconstateerd, kun je het beste heel zwaar inzetten
op fysieke verzorging en ontspanning. Koester het kind,
ga het wiegen, probeer veel te babbelen, te zingen,
zorg voor huid-op-huidcontact, geef dagelijkse massa-
ges, afgestemd op wat het kind aankan. En wees voor-
spelbaar. Rust, ritme en regelmaat zijn heel belangrijk.
Dat vraagt soms om veel geduld van ouders. Maar als
de baby altijd prenataal stress heeft gehad, heeft-ie
geen notie van wat ontspanning kan zijn. Het is logisch
dat het tijd kost om dat op gang te brengen. Omdat je
dat als ouder een baby niet simpelweg kunt uitleggen
maar alleen kunt laten ervaren, moet je alle zeilen
bijzetten.”
Bergman ondersteunt daarom ook de roep om adop-
tieouders langer verlof te geven. Allebei, zodat ze elkaar
ook kunnen aflossen. Want dat het vermoeiend kan zijn
om een onrustig kind rustig te krijgen, is wel duidelijk.
Het vergt soms een lange adem. “Mijn boodschap is:
het kan echt veranderen, je kunt alleen maar winnen.
Als je maar vol blijft houden om rust te creëren, om
ontspanning te laten voelen. Dan kan het kind uitreiken
naar de ander, letterlijk de armen wijd openen en
non-verbaal vragen: ik vertrouw me toe aan jou, wil je
me helpen? Een kind dat gestrest is, doet dat niet.
Ontspanning is het toverwoord.”
17
‘Ontspanning is het toverwoord’
18
RUBRIEK ACHTER DE FEITEN
Georgie Hsieh zet een soort pistool op het voorhoofd van de bezoekers. ‘Pang!’ klinkt het. Ze kijkt op het digitale venster van de
thermometer en leest: 36.9. Dat is oké. Volgende persoon. De tempera-
tuur van alle bezoekers van het kindertehuis van CSS (Christian Salvation Service)
in Taipei wordt gemeten en genoteerd. Voor ze naar binnen mogen ook nog
eerst even schoenen uit, handen desinfecteren, hesje aan. Hygiëne voor alles,
om te voorkomen dat kinderen ziek worden.
Werkbezoek Stichting Adoptievoorzieningen in Taiwan:
‘WE DRAGEN MET Z’N ALLEN ZORG VOOR DEZE KINDEREN’
TEKST ANGELA JANS
Willemijn Bergman.
19
Vergunninghouder Meiling verzorgt alle adopties vanuit
Taiwan naar Nederland. CSS is een van de organisaties
in Taiwan waar Meiling contact mee heeft. Via voorstel-
len van CSS kwamen vorig jaar elf kinderen ter adoptie
naar Nederland. Met in totaal ongeveer twintig kinde-
ren per jaar, is Taiwan momenteel een van de ‘grotere’
adoptiekanalen voor Nederland. Een van de redenen
voor medewerkers van Stichting Adoptievoorzieningen
om dit Aziatische eiland te kiezen als bestemming voor
de jaarlijkse werkreis. Ans Rijk (voorlichter en medewer-
ker nazorg) en Willemijn Bergman (video-interactiebe-
geleiding en gehechtheid, VIB-G) vlogen begin april
naar Taipei, de hoofdstad van Taiwan. Ze bezochten
kindertehuizen (zoals dat van CSS), adoptieorganisaties,
een pleeggezin en een rechter. Meiling was direct
betrokken bij de inhoudelijke samenstelling van de reis
en aanwezig bij de uitvoering van een deel van het
programma in Taipei.
Doel van het werkbezoek van Stichting Adoptievoorzie-
ningen was de situatie in een land van herkomst ter
plekke te bekijken en daarmee informatie te verzame-
len die gebruikt kan worden bij de voorlichting aan
aspirant-adoptieouders, bij de nazorg van de telefoni-
sche advieslijn en bij de VIB-G. Dat doel is zeker be-
haald, vindt Ans. “We hebben veel mooi en goed
materiaal kunnen verzamelen voor de voorlichtings-
groepen. Goede beelden kunnen maken van de kinde-
ren in de tehuizen en veel informatie gekregen van de
medewerkers van de verschillende adoptieorganisaties.
Daarnaast zijn we veel te weten gekomen over de
achtergrond van de adoptiekinderen, de pogingen die
gedaan worden om (interlandelijke) adoptie te voorko-
men en als dat niet lukt, toch contact te behouden
tussen de geadopteerden en hun biologische ouders.”
De ontvangst was erg open, vriendelijk en warm, aldus
Ans en Willemijn, en ook over de begeleiding en hulp-
vaardigheid van de drie vrijwilligers van Meiling – Anja,
Marco en Dorien – zijn ze laaiend enthousiast. “Hun
betrokkenheid en deskundigheid hebben we als heel
bijzonder en zeer prettig ervaren.”
FILMEN IN KINDERTEHUIZENIn het kindertehuis van CSS, een voormalige ambas-
sade, heeft Georgie Hsieh de dagelijkse leiding. Ze laat
de Nederlandse delegatie de verschillende afdelingen
zien waar de kinderen verblijven. In één kamer staan
bijvoorbeeld acht bedjes voor de allerkleinsten tot een
jaar oud. In een andere ruimte leven de meeste kwets-
bare kindjes. Een verzorgster heeft een baby op schoot,
geeft het de fles en beweegt ondertussen met haar
voet een wipstoeltje met daarin een ander kindje. Een
verdieping lager is naast de bedjes een grote, afgeba-
kende speelruimte ingericht. Daar zitten vijf kinderen
en een verzorgster. De vrouw houdt vooral toezicht. De
kinderen vermaken zichzelf.
Op alle afdelingen is het schoon en netjes en zijn
verzorgsters aanwezig. Georgie vertelt dat ze de be-
zoekers bij binnenkomst standaard altijd controleren
op koorts en aandringen op het goed wassen van de
handen omdat ze willen voorkomen dat er ziektes het
tehuis binnenkomen. De kinderen – in totaal verblijven
er hier zo’n twintig in de leeftijd tot maximaal twee jaar
– zijn over het algemeen kwetsbaar, een bacterie kan
desastreus zijn.
Willemijn filmt de dagelijkse gang van zaken op de
verschillende afdelingen. “Het is belangrijk dat ouders
dit kunnen zien. Maar ook dat ze weten wat wij nu
horen, dat de kinderen bijvoorbeeld heel weinig buiten
komen. Als je dat weet, dan besef je als adoptieouder
misschien beter wat het voor je kind betekent als je er
‘gewoon’ mee op straat loopt”, zegt Willemijn.
In een ander kindertehuis in Taipei, het Jonah House
van Cathwel Service, leven de kinderen ook in verschil-
lende leeftijdsgroepen. Elke groep heeft vaste verzorg-
sters. Ans: “Ik was prettig verrast toen ik hoorde dat hier
bijna dagelijks, volgens een vast rooster, vaste vrijwil-
ligers met de kinderen komen spelen. En de medewer-
kers hebben zichtbaar veel passie voor hun werk; het
belang van de kinderen staat hier duidelijk voorop.”
De groep kinderen in de leeftijd tussen de twee en drie
jaar komt net uit bed als de Nederlandse bezoekers in
hun speelzaal zijn. De ruimte is schoon en licht, royaal
van afmetingen en voorzien van een klimhuisje, een
glijbaantje en allerlei speelgoed in vrolijke kleuren.
Vergelijkbaar met de speelzaal van een gemiddelde
Nederlandse kleuterschool. Als ze de middagslaap uit
hun ogen hebben gewreven, krijgen de peuters een
bordje pap. Ans en Willemijn helpen elk een paar kind-
jes met het naar binnen lepelen. Ondertussen geven ze
hun ogen goed de kost, ze kijken naar het gedrag van
de kinderen en de verzorgsters, zodat ze straks in
Nederland de collega’s en (aspirant-)adoptieouders
nog beter kunnen informeren.
ECONOMISCHE BOYCOTKinderen uit Taiwan adopteren, waarom is dat eigenlijk
nodig? Dat was een van de prangende vragen waar-
mee de twee medewerksters van Stichting Adoptie-
voorzieningen aan de reis begonnen. Hoe komt het dat
kinderen daar niet kunnen blijven? Het lijkt een redelijk
welvarend land, waarom kunnen de inwoners niet zelf
voor hun kinderen zorgen? Ans en Willemijn kregen al
vrij snel overtuigend antwoord: “Ja, het is nodig,
JUNI 2018ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2
>>
RUBRIEK ACHTER DE FEITEN
20
want nee, niet alle kinderen kunnen in Taiwan in een
gezinssituatie opgroeien.”
Dat komt met name door de economische situatie, zo
wordt hun verteld door Tina en Melissa, twee mede-
werksters van het Child Welfare League Foundation
(CWLF) met wie ze meerdere ontmoetingen hebben.
Het CWLF is een jeugdzorginstelling die onder andere
kinderopvang biedt en hulp aan moeders die afstand
willen doen van hun kind. De organisatie begeleidt ook
adopties, meestal in het binnenland. Meiling krijgt af en
toe een voorstel van CWLF.
Wettelijk is het in Taiwan sinds 2011 verplicht dat eerst
heel goed wordt gezocht naar mogelijkheden voor
binnenlandse adoptie. Pas als dat echt onmogelijk
blijkt, mogen kinderen vanuit het buitenland worden
geadopteerd. Dat dit dus nog steeds nodig blijkt, is
volgens Tina en Melissa vooral een kwestie van geld.
“De salarissen zijn heel laag, de kosten voor levenson-
derhoud zijn hoog. Taiwan heeft het moeilijk doordat
het in opdracht van China door veel landen geboycot
wordt. Dat maakt dat niet iedereen genoeg geld heeft
om kinderen groot te brengen, waardoor het geboor-
tecijfer erg laag is en er ook minder adoptieouders te
vinden zijn.” Bovendien zijn er in vergelijking met Ne-
derland en mede door de economische crisis relatief
veel vrouwen die moeder worden terwijl zij in de prosti-
tutie zitten en daarbij drugs gebruiken, ook om ‘aan te
kunnen blijven staan.’ Dat betekent ook meer kinderen
die na een belaste zwangerschap geboren worden met
een special need, waarvoor binnen Taiwan moeilijk
ouders te vinden zijn. De algemene opinie over adoptie
is bovendien niet positief, aan de bloedband wordt veel
waarde gehecht. Alle organisaties die nu verplicht eerst
een Taiwanees adoptiegezin moeten zoeken, lopen
hiertegenaan.
ONTMOETING MET RECHTERNa deze eerste ontmoetingen met de twee CWLF-me-
dewerksters gaan Ans en Willemijn op bezoek bij een
pleegmoeder. De vrouw, die dit werk al 22 jaar doet,
heeft een kamer van ongeveer 3 bij 3,5 meter in haar
appartement helemaal peuter-proof gemaakt. De
ruimte heeft een zachte ondergrond en er is kinder-
speelgoed. Daarnaast is er een klein keukentje, douche
en wc en één slaapkamer, waar de pleegmoeder en
haar man slapen. De ramen zijn dicht en nergens komt
daglicht naar binnen.
Willemijn: “De pleegmoeder reageert op de signalen
van de kinderen, is lief, heeft plezier, stimuleert bijvoor-
beeld de baby om zich om te draaien. Maar opvallend
is dat er amper gesproken wordt tegen de kinderen,
het is er heel stil.” Ze maakt filmopnames om het tafe-
reel in Nederland goed over te kunnen brengen. “Want
als er uit een pleeggezin geadopteerd wordt door
Nederlandse ouders, hebben zij niet de mogelijkheid
om hier op bezoek te gaan. En wat missen ze dan veel!
Dit beeld geeft antwoorden op vragen als: wat is mijn
kind gewend? De wetenschap dat het in Taiwan heel
anders was dan in Nederland kan voor veel adoptieou-
ders helpend zijn om te begrijpen wat het kind aan
gedrag laat zien.”
Door bemiddeling van Meiling staat er ook een gesprek
met Judge Peng op het programma. Deze rechter, een
vrouw op leeftijd, is zeer begaan met het lot van de
adoptiekinderen waar zij over beslist. Willemijn: “Opval-
lend is dat zij benadrukt dat ze er maar op moet ver-
trouwen dat de opvang goed is het land waar het kind
terecht komt, dat het een sprong in het diepe is. Ze wil
daarom van alles weten over voorbereiding en nazorg
in Nederland.”
Mevrouw Peng vertelt dat er in het verleden wellicht
geld is verdiend aan adoptie, maar dat wetgeving dat
onmogelijk heeft gemaakt. De wetgeving is er ook op
gericht om binnenlandse adoptie te stimuleren. Maar
om geen kostbare tijd voor het kind te verspillen, vindt
ze het belangrijk dat internationale adoptie snel in
beeld komt als blijkt dat er in Taiwan geen ouders te
vinden zijn. Ze zegt: “The world is a good place, your
children are all my children.” Ans en Willemijn: “Deze
uitspraak tekent mooi het gevoel dat we bij al onze
ontmoetingen in Taiwan ervaarden. We dragen met
elkaar de zorg voor deze kinderen.”
Ans Rijk.
21
LEEFTIJD59 jaar
Getrouwd: moeder van dochter en zoon
WOONPLAATSZeist
drieluikHet is een bühnebeest,
hij hóórt op het podium
paat waar wij al met hem kwamen vanwege astma zei:
“Volgens mij is hij bang dat hij weer achtergelaten wordt.”
De verhuizing had dat aangewakkerd. Toen zijn we het
hele stuk van de hechting weer opnieuw in gaan halen.
Compleet met babyfase en al. Ik denk dat dit fijn geweest
is voor de rest van zijn leven. Dat heeft volgens mij een
goede basis gelegd waardoor hij nu heel bewust in het
leven kan staan. We hebben geboft dat we op tijd de
juiste mensen zijn tegengekomen toen het
moeilijk was.
Al ging het op zijn vijfde, zesde ook
weer wat minder. Hij was ongeluk-
kig op de school waarop hij zat.
We hebben hem toen van die
school gehaald en naar de
Vrije School gedaan, dat
heeft hem gered. Daar was
hij op zijn plek, daar deden
ze veel aan muziek, daar
mocht hij toneelspelen.
Voor ons als ouders was lang
onduidelijk wat hij ‘later’ zou
gaan doen. Dat hij op een ge-
geven moment zó gegrepen
werd door de muziek was heel fijn.
Al zijn talenten, zijn ongedurigheid,
zijn taligheid, zijn acteertalent, zijn gewel-
dige stem: alles komt samen in de opera.
Het is een echt bühnebeest, hij hóórt op
het podium. Hij kan ook nog eens enorm
goed met mensen omgaan. Het is fantas-
tisch om te zien dat hij doet waar hij voor
geboren is. Voor mij is het een droom die
uitgekomen is, dat hij gelukkig is met wat
hij doet. Dat zijn ziel gevoed wordt, dat
vind ik heel fijn.
Roosmarie is de moeder van geadopteer-
de Michael op pagina 15.
Al voor ons huwelijk hadden we afgesproken dat we kinderen zouden gaan adopteren, naast eigen kinde-ren. We hebben hier immers zoveel in overvloed. Dat leek ons goed om te doen.
Op natuurlijke wijze kwamen er echter niet zomaar
kinderen en op aanraden van vrienden die zeiden:
“Adoptie duurt toch zo lang, waarom schrijf je je dan niet
alvast in?”, hebben we toen de adoptieproce-
dure in gang gezet. Ondertussen raakte ik
toch zwanger en vervolgens werd
onze dochter geboren. Dat heeft
de adoptieprocedure een jaar
opgeschoven maar daarna
kregen we uiteindelijk eind
december 1988 het voorstel
om Michael te adopteren.
In april 1989, toen hij vier
maanden oud was, is hij
vanuit Colombia naar Ne-
derland gekomen. Omdat ik
door een handicap niet kan
vliegen, heeft mijn man hem
alleen opgehaald. Achteraf be-
zien was dat niet zo’n goed idee
om hem alleen te laten gaan, hij had
iemand die dicht bij hem stond mee moe-
ten nemen op zo’n emotionele reis, en
dan ook nog eens alleen met zo’n kindje.
Dat is voor hem wel heel zwaar geweest.
Maar goed, hij kwam terug met een heer-
lijke baby. Michael voelde voor mij meteen
helemaal eigen, precies hetzelfde als bij
onze biologische dochter. Het enige ver-
schil was dat hij toevallig niet uit mijn buik
was gekomen.
Het ging allemaal helemaal goed. Tot we
rond zijn vierde gingen verhuizen. Daarna
kreeg hij nachtmerries en werd hij soms
wel zes keer per nacht wakker. De homeo-
> ADOPTIEMOEDER
Roosmarie Wilmering
RUBRIEK DRIELUIKADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2
Om zoveel mogelijk families bij elkaar te kunnen brengen roept Marcia Engel Colombiaanse geadopteerden en Colombiaanse ouders die een kind hebben afgestaan, op zich te melden. Van alle
betrokkenen wil ze de DNA-gegevens verzamelen in een databank. Hoe meer
DNA-profielen, des te groter de kans op succes.
Plan Angel:
‘ IEDEREEN HEEFT RECHT TE WETEN WIE HIJ OF ZIJ IS’
22
RUBRIEK ACTUEEL TEKST ANGELA JANS
ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2 JUNI 2018
“We proberen als een olievlek te groeien. Ons doel is
minstens duizend profielen op te nemen in vier jaar
tijd”, zegt Marcia Engel (40). Ze is oprichter en voorzitter
van Plan Angel, een organisatie die familieleden bij
elkaar wil brengen die uit elkaars leven verdwenen zijn.
Het DNA-project is een belangrijke activiteit van Plan
Angel, en een initiatief van Marcia zelf. Ze werd daarbij
gedreven door haar eigen ervaringen. Marcia werd als
tweejarig Colombiaans meisje geadopteerd door
Nederlandse ouders. Vanaf haar twintigste, na de ge-
boorte van haar oudste zoon die ernstig ziek bleek te
zijn, is ze gaan zoeken naar haar biologische ouders.
Die vond ze, al was haar altijd verteld dat ze een wees-
kind was. Na negen jaar ontdekte ze dat de man die
zich haar vader noemde, toch niet haar biologische
vader was. “Toen stond mijn wereld wel even stil… Zoiets
wens ik echt niemand toe. Die ontdekking is voor mij
traumatisch geweest.”
PAPIEREN KLOPPEN VAAK NIETDat was in 2015. Strijdbaar als ze is, herpakte ze zichzelf
redelijk vlot en twee jaar later begon ze met haar
project om Colombiaanse ouders en geadopteerden
elkaar terug te laten vinden op basis van DNA. Zeker-
heid boven alles! “Want al zegt je gevoel: ‘Dit is ze, dit is
mijn moeder, dit klopt’, je moet altijd een DNA-test
doen. Altijd!” Daarom ging ze zelf DNA-kits kopen en
uitdelen: doe-het-zelfsetjes om DNA af te nemen,
op te slaan en te verzenden naar een verzamel- en
opslagpunt.
Dat kost geld en Marcia strijdt er nu voor, met haar
stichting Plan Angel en andere organisaties van ge-
adopteerden, dat de Nederlandse overheid dat gaat
betalen. “Wij vinden dat iedereen er recht op heeft te
weten van wie hij of zij afstamt. Er zijn alleen al zo’n
5.500 Colombiaanse geadopteerden in Nederland. Zij
moeten betalen om erachter te komen wie ze zijn. Ze
moeten niet alleen een DNA-test kopen, ze draaien ook
op voor de reiskosten, het zoeken, noem maar op. Dat
vind ik oneerlijk. Zeker omdat de Nederlandse overheid
jarenlang heeft toegestaan dat adopties onzorgvuldig
werden uitgevoerd. Negen van de tien keer kloppen de
papieren van geadopteerden niet, en er zijn veel schrij-
nende zaken. Dat is het verhaal dat verteld moet wor-
den. Als de overheid nu de DNA-kits betaalt, ook voor
de ouders in Colombia, en de DNA-databank vult zich,
wereldwijd, dan hoef je als geadopteerde straks nie-
mand meer te betalen om de juiste informatie te
krijgen. Dan komen de uitslagen als vanzelf.”
DNA-TESTS UITDELEN IN COLOMBIAMarcia is niet alleen actief in Nederland. Aan deze kant
van de plas benadert ze binnenlandse en buitenlandse
politici om op Europees niveau de kwestie op de agen-
da te krijgen. Daarnaast gaat ze regelmatig naar Co-
lombia. Ze probeert daar, net als hier, veel publiciteit te
krijgen om daarmee aandacht te trekken van betrokke-
nen zoals de geboortemoeders, zodat die zich melden
en registreren. Verder organiseert ze er meetings voor
mensen die een kind ter adoptie hebben afgestaan.
Daar en op andere plekken worden DNA-testen uitge-
deeld en afgenomen en kunnen lotgenoten met elkaar
in contact komen. “Biologische ouders zijn vaak ver-
scheurd door verdriet en voelen zich machteloos. Ze
hebben hun kinderen soms onder verschrikkelijke
omstandigheden afgestaan of de kinderen gingen ter
adoptie naar het buitenland zonder dat ze dat wisten.
Ze hebben meestal niet de middelen om een DNA-kit
te kopen of zijn niet op de hoogte van de mogelijkhe-
den. Deze belemmeringen willen wij weghalen door
zelf daarheen te gaan, DNA-testen beschikbaar te
stellen en hen te begeleiden in het traject. Door ons
voelen ze zich gehoord.”
SUBSIDIE AANVRAGEN BIJ OVERHEIDPlan Angel werkt momenteel op diverse fronten en op
verschillende manieren om zoveel mogelijk DNA te
verzamelen. Zo heeft Marcia een bedrijf opgezet, EXON
DNA, waardoor ze retailer is geworden voor de Ameri-
kaanse firma Family Tree DNA en wereldwijd DNA-tes-
ten kan verkopen. “Dat kan letterlijk aan een iedereen
zijn. Kosten 100 euro per stuk. Maar Plan Angel biedt als
extra service aan Colombiaanse geadopteerden die via
ons zoeken, een korting voor de DNA-kit. We vragen
dan 63 euro per test.”
Daarnaast probeert ze samen met andere adoptieor-
ganisaties zoals Shapla (een community van geadop-
teerden uit Bangladesh), UAI (United Adoptees
International) en de stichting Mijn Roots (voor geadop-
teerden uit Indonesië) voor elkaar te krijgen dat de
overheid subsidie gaat geven om dit te kunnen doen.
“Want in feite doen we dit werk voor de Nederlandse
staat, en dan moeten we het nog zelf betalen ook. Daar
ben ik wel een beetje klaar mee!”
Overigens is het matchen van DNA-profielen niet de
enige activiteit van Plan Angel. De organisatie heeft
ook projecten op het gebied van adoptie (voor ouders
en geadopteerden die ondersteuning zoeken) en
educatie (een lesprogramma voor kinderen van groep 7
en 8 van de basisscholen), en specifiek voor afstands-
moeders (van, door en voor moeders die hun kind(eren)
uit het oog zijn verloren).
Zie voor meer informatie: wwwplanangel.org.
23
24
RUBRIEK VRAGENDERWIJS
‘Onze zoon heeft slaapproblemen.’ ‘Mijn puberdochter vliegt uit de bocht.’ Adoptieouders die vragen of twijfels hebben over de ontwikkeling of opvoeding van hun kinderen kunnen terecht bij de advieslijn van de afdeling Nazorg van de Stichting Adoptievoorzieningen. Ook geadopteerden, leerkrachten of andere betrokkenen kunnen daar terecht. In deze rubriek komen zaken voorbij die daar aan de orde komen. SAMENSTELLING: Ria Heek, Chris Thie en Yvonne Geelen.
Adoptieoudersonline
Wil je weten hoe andere adoptieouders omgaan met opvoedingsvragen of heb je zelf goede tips? Ga dan eens naar Adoptieoudersonline.nl. Op de website vind je sindskort een nieuwe blogger: Rebecca Wierks. Ze is moeder van Evi (4) die ze samen met haar man Niels in 2014 ophaalde in Nigeria.
Verder zijn er op deze site regel-
matig titels van nieuwe boeken
te vinden, aankondigingen van
bijeenkomsten en lezingen en
last but not least: adoptieouders
kunnen zich aanmelden bij het
forum om te chatten met elkaar
over de leuke en minder leuke
kanten van het ouderschap.
www.adoptieoudersonline.nl
Brochure over slaapproblemen
Moeilijk kunnen inslapen, blijven roepen, huilen. ’s Nachts wakker worden en niet meer in slaap kunnen komen. Nachtmerries.
Veel adoptiekinderen hebben hier last van, zeker in de eerste tijd na aan-
komst. Voor ouders die zich afvragen wat ze kunnen doen om hun kind te
helpen, is er de beknopte brochure ‘Slaapproblemen bij adoptiekinderen’.
In deze brochure wordt ingegaan op veelvoorkomende oorzaken van
slaapproblemen bij adoptiekinderen. U leest hoe andere adoptieouders
ermee zijn omgegaan en krijgt handvatten om uw kind te helpen om beter
te gaan slapen.
Meer weten? Of de brochure bestellen? Kijk op www.adoptie.nl. De brochure
kost 4,95 euro, inclusief verzendkosten.
24
komst. Voor ouders die zich afvragen wat ze kunnen doen om hun kind te
helpen, is er de beknopte brochure ‘Slaapproblemen bij adoptiekinderen’.
In deze brochure wordt ingegaan op veelvoorkomende oorzaken van
slaapproblemen bij adoptiekinderen. U leest hoe andere adoptieouders
ermee zijn omgegaan en krijgt handvatten om uw kind te helpen om beter
te gaan slapen.
Meer weten? Of de brochure bestellen? Kijk op www.adoptie.nl. De brochure
kost 4,95 euro, inclusief verzendkosten.
25
ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2 JUNI 2018
CASUS
Als slapen je wakker houdt
Vader Sjoerd belt met een aantal vragen rond zijn zoon-tjes van 5 jaar en van 8 jaar. Ze zijn nu vijf maanden in het gezin. Hun jongste slaapt goed in, maar wordt ’s nachts steevast een of twee keer wakker. Hij lijkt dan te willen controleren of iedereen er nog is. Hij accepteert daarbij geen aandacht van vader, waardoor moeder steeds degene is die uit bed moet. Hun oudste zoon is heel erg bang om alleen te zijn en durft niet in slaap te vallen.
De medewerker van Stichting Adoptievoorzieningen
vertelt dat veel adoptiekinderen moeite hebben met in
slaap komen of doorslapen. Vaak heeft het te maken met
het wennen aan en verwerken van alle grote veranderin-
gen, in combinatie met het zich nog niet door en door
veilig voelen.
Vader vertelt dat hun oudste zoon veel heftige dingen
heeft meegemaakt voor zijn adoptie. Hij heeft zich verant-
woordelijk gevoeld voor het hele gezin. Dat kan een ver-
klaring zijn voor zijn angst en onrust, waarvan ouders eerst
vermoedden dat hij het verzon om aandacht te krijgen.
Tijdens het gesprek realiseert vader zich hoe moeilijk de
situatie voor een jongetje van die leeftijd geweest moet
zijn en dat alle herinneringen en gevoelens hem over-
spoelen als hij in bed ligt. Hij bedenkt dat het juist voor dit
oudste jongetje misschien wel heel fijn zou zijn als een van
de ouders dicht bij hem ligt bij het inslapen, zodat hij niet
alleen is. Hij neemt zich voor om lekker bij hem te gaan
liggen, zodat hij rustig kan inslapen en zich niet alleen
hoeft te voelen.
Verder wordt gesproken over hoe moeder op zo’n manier
kan tegemoetkomen aan de behoefte aan nabijheid van
de jongste, dat het haar zo min mogelijk energie kost.
Bijvoorbeeld door voorlopig vlak bij hem te gaan slapen.
Haar zoon kan haar dan horen en zien als hij wakker wordt
en dat zorgt hopelijk voor geruststelling. Daarnaast wordt
gesproken over hoe hij zijn vrouw wat meer kan steunen,
zodat ze het samen volhouden.
Na een aantal weken is er mailcontact met het gezin, de
slaapproblemen lijken nu weer wat meer op de achter-
grond. Ouders zijn er op voorbereid dat slaapproblemen
soms weer kunnen opspelen, bijvoorbeeld bij spanningen
of drukte, maar hebben nu de ervaring dat het helpt om
even mee te bewegen.
Tips voor de vakantie
• Bekijk vooraf samen foto’s van de
vakantieplek (het huisje, het
speeltuintje, het zwembad) waar
jullie naartoe gaan.
• Neem foto’s mee van opa en
oma, het huis, de hond, de poes
of andere belangrijke achterblij-
vers.
• Plan de dagen niet te vol. Probeer
vooral veel rust in te bouwen,
niets is fijner dan tijd voor elkaar
en lekker bij mama of papa op
schoot zitten.
• Blijf bij voorkeur op één plek.
• Vermijd drukke campings, elke
keer nieuwe buren is erg onrustig.
• Een caravan of camper is heerlijk.
Lekker knus bij elkaar in een
huisje.
• Probeer alles in de vakantie zo
voorspelbaar mogelijk te maken
• Vertel je kind regelmatig: na de
vakantie gaan we weer samen
naar huis, naar opa en oma, de
poes…
RUBRIEK WETTEN & REGELS TEKST VERA KIDJAN
26
Nog maar de helft van de kinderen in Nederland groeit op in een traditioneel gezin met een getrouwde vader en moeder. Veel ouders
blijven ongehuwd, anderen voeden hun kinderen op in meerouder-
gezinnen of samengestelde gezinnen, de zogenaamde regenbooggezinnen.
De vele verschillende gezinssituaties die voorkomen, maken het nodig dat de
wetgeving en het beleid op het terrein van ouderschap en gezag worden
aangepast, vindt de Staatscommissie Herijking ouderschap.
NIEUWE WET GEVING VOOR NIET-TRADITIONELE GEZINNEN
In december 2016 bood de commissie aan de toenma-
lige minister van Veiligheid en Justitie een lijvig rapport
over dit onderwerp aan. In het rapport met de titel ‘Kind
en Ouders in de 21ste eeuw’ doet de commissie maar
liefst 68 aanbevelingen. Als die aanbevelingen door het
parlement worden geaccepteerd, dan zullen ook de
adoptieregels flink veranderen. Een belangrijke aanbe-
veling is dat maximaal vier personen de juridisch ouder
kunnen worden van een kind.
NIEUW: DE ‘EENVOUDIGE ADOPTIE’Een Nederlandse adoptie is altijd een sterke adoptie. Als
een kind naar Nederlands recht wordt geadopteerd zal
de juridische band die het kind met zijn oorspronkelijke
ouders heeft worden doorgesneden en vervangen door
een juridische band met een of twee adoptieouders. Het
kind is niet langer familie van zijn oorspronkelijke ouders
en familieleden (broertjes, zusjes, opa’s en oma’s, ooms
en tantes etc.), maar wordt familie van de adoptieouders
en hun familieleden.
Andere landen kennen ook een andere adoptievorm,
de zogeheten zwakke adoptie. Er is sprake van een
zwakke adoptie als de adoptie tot gevolg heeft dat de
rechten en plichten van de oorspronkelijke ouders
overgaan op de adoptanten, maar de familierechtelijke
betrekkingen met de biologische ouders niet volledig
worden verbroken1. De Staatscommissie noemt deze
vorm van adoptie de eenvoudige adoptie. Hierna zal ik
daarom ook deze term hanteren in plaats van ‘zwakke
adoptie’. De gevolgen van de eenvoudige adoptie zijn
niet in alle landen hetzelfde. Ook is in de praktijk de
juridische band die het kind met zijn oorspronkelijke
ouders houdt vaak beperkt.
De Staatscommissie adviseert om ook in Nederland een
vorm van een eenvoudige adoptie in te voeren. Een kind
hoeft dan niet altijd in juridische zin volledig afscheid te
nemen van zijn oorspronkelijke familie. Dit zal vooral van
belang kunnen zijn als de oorspronkelijke ouders nog
enige rol van betekenis in het leven van het kind spelen.
Of een eenvoudige adoptie in een bepaald geval een
betere optie is dan de sterke adoptie, zal afhangen van
de omstandigheden en wordt door de rechter beoor-
deeld. Het kind heeft er in elk geval belang bij dat zijn
positie in het gezin van zijn adoptieouders wordt be-
schermd, bijvoorbeeld op het terrein van erfrecht, natio-
naliteit en recht op levensonderhoud.
MEEROUDERSCHAPSREGELINGDe eenvoudige adoptie zal ook kunnen worden uitge-
sproken op een later moment in het leven van een kind,
wanneer dan blijkt dat meerdere personen het ouder-
schap over het kind op zich willen nemen.
ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2 JUNI 2018
27
van het kind. Ik vraag mij af of dit alles in het belang van
het kind is.
EINDE VAN TERMIJN VOOR HERROEPEN VAN ADOPTIETot slot beveelt de Staatscommissie aan de regel voor
het herroepen van een adoptie te verruimen. De be-
staande Nederlandse adoptieregeling kent een beperk-
te mogelijkheid voor het geadopteerde kind om zijn
adoptie ongedaan te maken. Hieraan zit een termijn
vast. Een geadopteerd kind kan dit verzoek alleen bij de
rechtbank indienen tussen zijn twintigste en drieëntwin-
tigste levensjaar. De regeling dient vooral om zoveel
mogelijk rechtszekerheid te laten bestaan over wie de
juridische ouders van een persoon zijn en blijven. In de
praktijk blijkt dat mensen vaak pas op latere leeftijd hun
ontstaansgeschiedenis leren kennen of ermee in het
reine komen. De Staatscommissie meent dat het belang
dat een geadopteerde kan hebben bij het verbreken van
de juridische band met misschien allang uit beeld ver-
dwenen adoptieouders, zwaarder moet wegen dan het
belang dat de samenleving als geheel kan hebben bij
rechtszekerheid. Om die reden wordt aanbevolen om de
wettelijke termijn voor het herroeping van een adoptie
te schrappen. Wel blijft de voorwaarde bestaan dat het
geadopteerde kind meerderjarig moet zijn.
In de praktijk blijkt al dat de rechtbanken de termijn-
overschrijding bij een herroeping niet tegenwerpen als
er strijd is met artikel 8 EVRM waarin het recht op fami-
lie- en gezinsleven wordt beschermd3. Als de geadop-
teerde met goede redenen komt waarom de adoptie
ongedaan moet worden gemaakt, dan wordt het ver-
zoek meestal wel gehonoreerd.
ZORGEN OM INTERNATIONALE GEVOLGENRechtsgeleerden maken zich zorgen over de inter-
nationale gevolgen bij een dergelijke Nederlandse
meer ouderconstructie. Rechters zijn bezorgd over
de gevolgen om tot oplossingen te komen indien
het misgaat binnen het regenbooggezin. Ook op het
gebied van de vreemdelingen- en Nederlanderschaps-
regelingen worden de gevolgen van deze aanbeve-
lingen onderzocht. Kortom, als de aanbevelingen van
de Staatscommissie worden aangenomen, dan zal het
landschap voor de Nederlandse gezinnen drastisch
veranderen.
NOTEN1 Zie ook “Van een zwakke naar een sterke adoptie”, Adoptie-
magazine maart 2015, pagina’s 26 en 27.2 Zie ook “Adoptie is en blijft een maatregel van kinderbe-
scherming”, Adoptiemagazine 1 – 2011, pagina’s 18 en 19.3 Zie ook “Niet meer geadopteerd, Adoptiemagazine april 2018,
pagina’s 12 tot en met 14.
Een van de aanbevelingen van de Staatscommissie is
dat een kind bij geboorte meer dan twee ouders kan
krijgen. Dat kan worden geregeld via een meerouder-
schapsregeling. Een belangrijke voorwaarde voor deze
constructie is dat het vóór de geboorte van het kind
wordt geregeld. Voor een kind dat al is geboren is geen
meerouderschapsregeling meer mogelijk. Dan biedt de
eenvoudige adoptie een uitkomst, aldus de Staatscom-
missie. De rechter kan worden gevraagd om door het
uitspreken van een eenvoudige adoptie ervoor te zor-
gen dat maximaal vier personen de juridisch ouder
worden van een kind. Het belang van het kind is de
belangrijkste toets daarin. De adoptie wordt volgens
deze constructie minder beschouwd als een kinderbe-
schermingsmaatregel maar meer als een instrument om
de afstamming tussen kind en (meer) ouders vast te
leggen2.
Daarnaast kan de eenvoudige adoptie een mogelijkheid
bieden voor pleegouders. Hun positie wordt aanzienlijk
verstrekt. Zij krijgen dezelfde rechten als de oorspronke-
lijke ouders.
VERBOD OP ADOPTIE DOOR GROOTOUDERS OPHEFFENDe Staatscommissie beveelt verder aan het bestaande
verbod voor grootouders om hun kleinkind te adopteren
te schrappen. De Staatscommissie meent dat de reden
voor dit verbod was dat de wetgever wilde voorkomen
dat grootouders de kleinkinderen als het ware van hun
eigen ouders zouden kunnen afpakken. Deze redenering
lijkt mij nogal kort door de bocht. Ook komt het in de
praktijk geregeld voor dat grootouders de zorg voor
kleinkinderen volledig overnemen, omdat de eigen
ouders van de kinderen niet in staat zijn om hun taak als
ouders van het kind uit te voeren. Als grootouders een
volledige ouderrol uitoefenen, valt niet in te zien waar-
om het nodig zou zijn om het wettelijk verbod om deze
band officieel te maken te handhaven, meent de Staats-
commissie. De rechter zou in dat geval moeten beslissen
of het een sterke of een eenvoudige adoptie wordt.
Het toestaan van deze adoptievorm kan de afstam-
mingsverbanden volledig in de war brengen. Bij een
eenvoudige adoptie komt het erop neer dat zowel
kinderen als kleinkinderen alle grootouders “papa en
mama” gaan noemen. Gaan de oorspronkelijke ouders
dan de rol van broer of zus vervullen? Bij een sterke
adoptie worden de banden met de oorspronkelijke
ouders verbroken maar blijven zij familie via de grootou-
ders. Worden de oorspronkelijke ouders dan plotseling
oom en tante? Bovendien moet de rechter ook rekening
houden met de leeftijd van grootouders en de kans dat
zij eerder komen te overlijden tijdens de vormende jaren
COLOFON
ADOPTIE MAGAZINE ONLINEOnafhankelijk, informerend, signalerend en opiniërend.
Voor aspirant-adoptieouders, adoptieouders, geadopteerden,
professionals op het gebied van adoptie en alle anderen
die zich betrokken voelen bij afstand en adoptie.
Adoptiemagazine online is een uitgave van
Stichting Adoptievoorzieningen.
Het magazine verschijnt vier keer per jaar.
RedactieHoofdredacteur Angela Jans
Aan dit nummer werkten mee: Erik Draaijer (eindredactie),
Sandra Benschop, Vera Kidjan, Machteld Stilting,
Chris Thie, Yvonne Geelen, Meike Melenhorst,
Kim van Schie en Dorise Zielhuis.
Foto cover & backcoverThinkstock
Vormgeving
Studio Jorrit van Rijt
RedactieadresPostbus 290
3500 AG Utrecht
Telefoon: 030 2330344
e-mail: [email protected]
zie ook: www.adoptieoudersonline.nl en of www.adoptie.nl
KopijBijdragen, ingezonden brieven of tips zijn van harte welkom.
Neem daarvoor contact op met bovenstaand telefoonnummer
of e-mailadres.
Overname van artikelen is alleen toegestaan na voorafgaande
toestemming van de redactie en desbetreffende auteur. Verzoeken
tot overname dienen gericht te worden aan de hoofdredacteur.