met zorg #10

24
metzorg 01 met zorg “We zijn als één grote familie.” Participatie in de praktijk. Zorgen voor mantelzorgers. Leerlingen koken maaltijd. Quality of Life meten. Wetenschappelijk model. “Die pas is mijn vriend.” Mantelzorgpas geeft rust. Magazine dat bijdraagt aan een integrale visie op (AWBZ-)zorg, wonen en leven nummer 10 / december 2013

Upload: hoofdruimte-utrecht

Post on 28-Mar-2016

224 views

Category:

Documents


1 download

DESCRIPTION

MET ZORG, het relatiemagazine van Zorgkantoren Coöperatie VGZ, verschijnt 2x per jaar, sinds 2009

TRANSCRIPT

Page 1: MET ZORG #10

metzorg 01

metzorg“We zijn als één grote familie.” Participatie in de praktijk.

Zorgen voor mantelzorgers. Leerlingen koken maaltijd.

Quality of Life meten.Wetenschappelijk model.

“Die pas is mijn vriend.”Mantelzorgpas geeft rust.

Magazine dat bijdraagt aan een integrale visie op (AWBZ-)zorg, wonen en leven nummer 10 / december 2013

Page 2: MET ZORG #10

02 metzorg

Wil een collega van u dit magazine ook ontvangen? Stuur dan een mail

naar [email protected]. Het magazine is ook digitaal beschikbaar op

www.issuu.com/metzorg of op onze website www.vgz-zorgkantoren.nl.

kort nieuws p4

thuis bij de klant p6Rust door de mantelzorgpas.

innovatie p9De Medido.

wetenschap p10Quality of Life meten.

in gesprek p12We zijn een beetje als één grote familie.

innovatie p15Daybook.

met andere ogen p16Zorgen voor mantelzorgers.

met zorg geregeld p20Initiatieven vanuit de Zorgkantoren Coöperatie VGZ.

klant aan het roer p22Als ik het in de zorg voor het zeggen had, dan...

Thuis bij de klant“Die pas is mijn vriend.”

p22

p16 p12

p06

p04

“Koken schiet er bij in voor drukbezette mantelzorgers.”

inhoud

p09

Page 3: MET ZORG #10

metzorg 03

voorwoord

colofonWat gebeurt er allemaal in de AWBZ? De AWBZ

is als volksverzekering van groot belang voor de

langdurige zorg. En… hoe kunnen we deze zorg

op de meest efficiënte manier voor onze klanten

regelen? Die vragen brengen de Zorgkantoren

Coöperatie VGZ onder de aandacht in het relatie-

magazine ‘Met Zorg’. Daarmee willen de Zorg-

kantoren Coöperatie VGZ vanuit hun huidige rol in

de uitvoering van de AWBZ een bijdrage leveren

aan verdere visievorming: hoe past langdurige

zorg in het leven van de klant (en niet andersom)?

In dit magazine wordt vanuit het perspectief van de

klant geschreven over innovaties en ontwikkelingen

op het gebied van wonen, welzijn en zorg.

We tonen praktijkvoorbeelden en -ervaringen die

wat ons betreft richtinggevend zijn voor ontwik-

kelingen in de zorg. Zorg waarbij het belang van

de klant vooropstaat en die een integraal onderdeel

is van wonen en leven.

Dit magazine is bestemd voor iedereen die open

staat voor een positieve impuls in het denken

over de ontwikkelingen in de AWBZ.

Redactie Greta Kaag, Hans van Noorden,

Paul Saelman, Martine Puhl, Jessica Diepenhorst,

Harly Lopez

Redactieassistentie Melanie de Boer

Concept, ontwerp en tekst

hollandse meesters, Hoofdruimte

Fotografie Michel Boulogne, Hoofdruimte,

Simone de Blouw, Maarten Feenstra

Illustraties hollandse meesters, Kito (cartoon)

Dit magazine is ook digitaal beschikbaar op

www.issuu.com/metzorg en op

www.vgz-zorgkantoren.nl

Redactieadres

Zorgkantoren Coöperatie VGZ

Postbus 676

5600 AR Eindhoven

[email protected]

Participatie. Oude wijn in nieuwe zakken? De term participatiesamenleving is een buzz-woord geworden. Iedereen

gebruikt het, gepast en ongepast. Ook binnen Coöperatie VGZ worden we

in deze discussie meegezogen. Want wat vinden wij hier nu van? Simpel

gezegd: meedoen in de samenleving is altijd al ons uitgangspunt geweest.

Bij alles wat we organiseren op het gebied van ondersteuning en zorg. Zo

dichtbij mogelijk bij de klant zodat hij zijn leven goed kan leiden. Ook met

die beperking, handicap of ziekte.

Niet teveel zorg, en ook niet te weinig. De burger die alleen maar consu-

meert, is zeker niet maatgevend voor de burgers die vanwege hun handicap

of ziekte een beroep op de overheid moeten doen. Eerder signaleer ik het

omgekeerde. Dat mensen laat, soms echt veel te laat, hulp inroepen.

Waardoor er overbelasting en uitval ontstaat.

Wij zien dat mantelzorgers zich onvoorwaardelijk inzetten, dag in dag uit.

Jaren lang. Deze participatie gaat soms ten koste van de gezondheid van

de mantelzorgers zelf. Vandaar dat wij ons inzetten om mantelzorgers te

helpen. Deze Met Zorg gaat hier uitgebreider op in. We blijven luisteren

én doorgaan met initiatieven. Laat het ons weten als we samen met u de

mantelzorgers verder kunnen helpen.

Met vriendelijke groeten,Ir. Hans van NoordenDirecteur Zorgkantoren Coöperatie VGZ

Page 4: MET ZORG #10

04 metzorg

kort nieuws

Onderzoek onder ggz-klanten Zorg aan mensen met een psychische stoornis wordt dichterbij georgani-seerd, integraal met andere domeinen zoals wonen en welzijn. De huisart-senpraktijk vangt nu meer op waar eerder specialistische zorg werd ingezet. Bovendien gaat de langdurige ggz vanuit de AWBZ per 2015 over naar de Zorgverzekeringswet. Maar wat vinden gebruikers van ggz-zorg van deze veranderingen en wat zijn hun wensen en ervaringen? Om dit te weten te komen is een kwalitatief onderzoek gehouden. De belangrijkste conclusies:• ggz-klanten zijn tevreden over de

functie van een Praktijkondersteuner Huisarts ggz (als deze maar onafhankelijk, objectief en deskun-dig blijft en voldoende tijd heeft voor een gesprek);

• ggz-klanten ervaren geen goede begeleiding vanuit ontslag klinische opname naar huis; met name mantelzorg wordt nauwelijks betrokken bij behandelplan en opties begeleiding thuis;

• oudere ggz-klanten met meerdere aandoeningen ervaren de commu-nicatie met behandelaar veelal als onpersoonlijk en het zorgaanbod als onoverzichtelijk;

• ggz-klanten weten vaak niet welke behandelopties er zijn;

• ggz-patiënten ervaren dat er te snel medicatie wordt voorgeschreven.

Het doel is om deze klanten zoveel mogelijk mee te nemen bij de imple-mentatie en verbetering van het ggz-beleid van Coöperatie VGZ. Zo kan de zorg beter aansluiten bij de behoeften van onze ggz-klanten.

Gezin met jongere met een LVB hervindt zelf-standigheid Sinds 2012 bieden Stichting Prisma en De La Salle Multisysteem Therapie (MST) voor jongeren met een Licht Verstandelijke Beperking (LVB). Dit intensieve behandelaanbod kan ingezet worden bij een dreigende uithuis-plaatsing en verbetert het prosociale gedrag en vermindert delict risico’s. Al eerder bewees MST zich als een effectieve behandeling voor jongeren met gedragsproblemen. Prisma ontwikkelde samen met De Viersprong een adaptatie voor de doelgroep LVB. Kenmerkend voor MST is de eigen regie van ouders en versterking van het eigen netwerk. Cruciaal is de kracht van het gezin zelf. Resultaten zijn direct inzichtelijk dankzij de MST volgdata. Daaruit blijkt dat 90% van de jongeren nog thuis woont aan het einde van de behandeling en bijna 85% recidiveert niet in die tijd. Een vergelijkbaar percentage heeft werk of gaat naar school aan het einde van de behandeling. Follow up-data geven aan dat ook na een half jaar nog steeds in 85% van de casussen sprake is van een succes. Voor 2014 zal Zorgkantoren Coöperatie VGZ deze trajecten opnieuw inkopen. Het is een alternatief voor de veelal gedwongen opname van jongeren met een LVB en antisociale en oppositionele persoonlijkheids-problematiek.

Wie helpt je beter slapen: een computer of een mens?

Ongeveer 10-15% van alle Nederlanders lijdt aan chronische slapeloosheid. Structureel slecht slapen kan vervelende gevolgen hebben voor de gezondheid en kwaliteit van leven. Daarom zijn goede behandelingen van groot belang. Gelukkig kunnen mensen met de juiste training in 6-12 weken beter leren slapen. Dit blijkt zeker op lange termijn effectiever dan slaapmedicatie. Om de slaaptraining verder te verbeteren, deed de Universiteit van Amsterdam onderzoek. Aan dit project werken mee: Coöperatie VGZ, UvA, Slaapmakend, ARTbv en NSI. Het onderzoek is al gestart met de eerste groep deelnemers en richt zich op twee aspecten:a. Chronische slapeloosheid lijkt

goed te verhelpen met cognitieve gedragstherapie. Zowel gesprek-ken met een psycholoog als online behandeling lijken effectief. Het onderzoek moet uitwijzen wat beter werkt: gesprekken met een psycholoog of online behandeling.

b. Belangrijk onderdeel van de training is het bijhouden van een slaapdag-boek. Een alternatief hiervoor is een automatische slaapmeting met behulp van een radar of een polsbandje. Het onderzoek moet uitwijzen wat mensen prettiger vinden: een papieren dagboek bijhouden of de automatische slaap-meting. De resultaten verwacht Coöperatie VGZ in de loop van 2014.

Page 5: MET ZORG #10

metzorg 05

Service Organisatie voor alle burgers Het stelsel van de Langdurige zorg in Nederland verandert. De zorg die nu binnen de AWBZ valt, wordt opgeknipt. De zware intramurale zorg op het gebied van de gehandicaptenzorg en de verpleging en verzorging wordt ondergebracht in de nieuwe Wet Langdurige Zorg (WLZ). Thuisverpleging en langdurige ggz gaan naar de zorgverzekeringswet (ZVW). De resterende zorg wordt overgedragen naar de gemeenten in Nederland (Jeugdwet en Wmo). De beoogde ingangsdatum is 1 januari 2015. Enkele gemeenten hebben de behoefte uitgesproken dit traject gefaseerd en met minimale risico’s voor de klant te doorlopen. Vanuit de Drechtsteden (6 samenwerkende gemeenten) is duidelijk aangegeven dat zij streven naar een Service Organisatie voor alle burgers. Om dit goed te kunnen neerzetten, is meer tijd nodig dan nu beschikbaar. Samen met de Drecht-steden onderzoeken de VGZ Zorgkan-toren nu de mogelijkheden om tijdens de overheveling en gedurende een periode van tenminste twee jaar daarna vanuit Coöperatie VGZ ondersteunende diensten te verlenen op het vlak van de WMO. Denk hierbij aan administratie en declaratie, koppeling van vraag en aanbod en advisering op het vlak van inkoop. De intentie is om hieraan een pilot te koppelen op het vlak van informatievoorziening, zoals die in de nieuwe situatie vorm moet krijgen. Duidelijkheid over de definitieve doorgang van dit traject wordt verwacht in januari 2014.

Een dag voor mantel zorgers

Op maandag 23 september 2013 bezochten meer dan duizend familie-leden en andere naasten van mensen met dementie de Mantelzorgdag Dementie in Alkmaar. Zij namen deel aan diverse workshops, bezochten de informatiemarkt, woonden lezingen bij en genoten van een wellness-activiteit. Bart Beerepoot, zorginkoper AWBZ bij het Zorgkantoor Noord-Holland Noord, gaf een lezing over de veranderingen binnen de AWBZ en de gevolgen daarvan voor mantelzorgers. Voor hen is het vaak een lastig onderwerp omdat zij vaak al tegen de grenzen van hun kunnen aanzitten. Vaak hebben ze het beeld dat in de toekomst nog meer inzet verlangd wordt om de kwetsbare naaste te ondersteunen. Ook de mantelzorgpas en de mantelzorgfolder werden geïntroduceerd. Deze producten zorgen ervoor dat de mantelzorger makkelijker de deur uit durft te gaan, zich veiliger voelt en weet waar mogelijkheden voor ondersteuning te vinden zijn. Voor gemeenten en zorgverzekeraars is het een gezamenlijk uitdaging de mantelzorger overeind te houden. Stichting Geriant en haar cliëntenraad organiseerden de Mantelzorgdag in het AFAS-stadion van voetbalclub AZ in Alkmaar. Univé Zorg was hoofdsponsor.

Oordeel over dementie-zorg in de regio in kaart gebracht

Iedere twee jaar onderzoekt Alzheimer Nederland samen met NIVEL de dementiezorg in Nederland met de Dementiemonitor Mantelzorg. In dit onderzoek geven mantelzorgers hun oordeel over dementiezorg. Naast een landelijke rapportage worden er rapportages per dementieketen opgesteld (bij minimale respons van 30 mantelzorgers). De rapportages bieden nuttige aanknopingspunten om de zorg binnen de dementieketen nog beter af te stemmen op wensen en behoeften van de mantelzorger. De Dementiemonitor Mantelzorg loopt nog t/m december 2013. U kunt helpen door de monitor onder de aandacht te brengen bij mantelzorgers en hen te vragen om medewerking. Zij kunnen de vragen online beantwoorden via www.alzheimer-nederland.nl/dmm. U kunt ook schriftelijke vragenlijsten aanvragen bij Maaike Hootsen van Alzheimer Nederland: [email protected] of 033 303 25 46. In maart 2014 zijn de resultaten per dementieketen beschikbaar. Coöperatie VGZ is medefinancier van het onderzoek en heeft input geleverd voor de vragen-lijst. VGZ gebruikt de uitkomsten van het onderzoek door (zorginkoop-)afspraken te maken met de ketens over de verbeterpunten.

Page 6: MET ZORG #10

06 metzorg

thuis bij de klant

Page 7: MET ZORG #10

metzorg 07

“Heb je je portemonnee wel bij je? Dat is het eerste wat ik vraag als zij naar buiten gaat”, zegt Adrie van der Burgt. Hij moet er niet aan denken dat zijn vrouw iets overkomt, want hij kan letterlijk niet zónder haar. Vieren-twintig uur per dag heeft hij haar hulp nodig. Voor de dagelijkse verzorging, om de zuurstof aan te sluiten of hem gerust te stellen als het hem eens teveel dreigt te worden. Hij heeft nog maar tien procent longcapaciteit over en

daarmee is zijn energie nog maar heel beperkt. “Stilzitten is niks voor mij”, zegt Adrie. Maar hij heeft gewoon de energie niet meer. Een winkel heeft hij al lange tijd niet meer van binnen gezien en zelfs het loopje naar de keuken is een hele onderneming. Adrie, van zichzelf een echter prater,

heeft vaak ook niet de adem om te zeggen wat hij te zeggen heeft. “Behalve dat slangetje naar de zuurstof zien mensen er niets van. Daardoor houden ze ook niet zomaar rekening met je.”

Dichtbij"Uw ziekte heeft dus een enorme impact op jullie leven en dat van uw kinderen”, stelt Helma Vermeer, consulent van De Mantelzorgwinkel in Uden vast. Zij komt bij het echtpaar

Van der Burgt sinds zij twee jaar geleden in het centrum van Uden kwamen wonen. “Zolang ik nog alles zélf kan doen, doe ik dat”, zegt Netty van der Burgt. Het echtpaar hoefde nog geen hulp in te schakelen. Daardoor blijft er geld over

om er samen eens een paar dagen uit te gaan. Of om een weekje mee te varen met de Zonnebloem, zoals afgelopen zomer. “Heerlijk”, verzucht Netty. “Hoefde ik even niets te doen.” Ze zorgt met liefde voor hem hoor, maar het is wél zwaar. Adrie heeft het er moeilijk mee dat hij steeds zo’n groot beroep

moet doen op zijn vrouw: “Dan zie ik haar maar sjouwen – en ik zit maar op de bank”. Het vliegt hem ook aan dat hij zo afhankelijk is van haar zorg: stel dat haar wat overkomt, wat dan? Zijn emoties benemen hem dan soms letterlijk de adem. En daarover maakt Netty zich dan weer bezorgd.

AfsprakenToen ze vorig jaar via de Mantelzorg-winkel hoorden over de mantelzorgpas, wisten ze meteen dat het iets voor hen was. Van hun vier kinderen wonen er drie dichtbij. Binnen twee uur kunnen ze bij hun vader thuis zijn, als dat nodig is. Alle zorg voor Adrie hebben ze als familie doorgesproken.

Netty van der Burgt (70) heeft sinds november 2012 de Mantelzorgpas in haar portemonnee. Daarop staan de telefoonnummers van haar kinderen, zodat hulp­verleners contact met hen kunnen opnemen, mocht haar iets overkomen. Een hele geruststelling voor haar man Adrie (70), die vanwege zware COPD vrijwel continu haar zorg nodig heeft.

“Die pas is mijn grote vriend”

"Zolang ik nog alles zélf kan doen,

doe ik dat”

Page 8: MET ZORG #10

08 metzorg

De afspraken en contactgegevens staan in de map die nu altijd op een vaste plek op tafel ligt. De Mantelzorgpas maakt de zorg beter bespreekbaar, weet consulent Helma: “Welke zorg neemt de mantelzorger intussen allemaal op zich? Op wie kan hij of zij terugvallen voor hulp en ondersteuning?

Een gesprek daarover schept duide-lijkheid voor alle betrokkenen. De zorgvrager en de mantelzorger kunnen zo zelf ook zaken aankaarten. Zo kun je in alle rust bedenken hoe je de zorg geregeld wilt hebben. Dat lukt niet als je al in paniek bent.” De mantelzorg-

pas is daarom ook belangrijk voor mantelzorgers van mensen met een niet-aangeboren hersenletsel (NAH), dementie of een psychische aandoening, vertelt Helma: “Zij zijn vaak minder goed in staat om hulp te vragen en hun behoeften kenbaar te maken.” Adrie voeg er aan toe: “Het geeft ons

veel rust dat we het nu zo geregeld hebben. Netty is een stevige vrouw, maar er kan haar ook iets overkomen. Als ze haar nu vinden en ze zien dat kaartje, dan bellen ze onze kinderen. Die pas is mijn grote vriend!”

De mantelzorgpas Wat als je als mantelzorger in het ziekenhuis belandt en je zieke partner, kind, ouder of vriendin zit alleen thuis? Om de stress bij mantelzorgers te verminderen is de Mantelzorgpas bedacht. Deze wordt gefinancierd door de Zorgkantoren Coöperatie VGZ en is gratis beschikbaar voor álle mantelzorgers. Op deze pas kunnen hulpverleners in geval van nood zien

dat er iemand thuis zit die zorg nodig heeft en de achterwacht inschakelen. De pas heeft het formaat van een bankpasje. Er staan de namen en telefoonnummers op van degenen die de mantelzorger vervangt wanneer deze plotseling uitvalt. Bij de pas hoort een map waarin de mantelzorger alle belangrijke informatie en dagelijkse gewoontes van de zorgvrager bijhoudt. Een vervanger kan hierdoor makkelijker inspringen en weet waar hij terecht kan voor ondersteuning. Het Expertise-centrum Familiezorg in Tilburg

introduceerde de 'Mantelzorgpas' vorig jaar. Diverse zorgkantoren hebben het systeem al overgenomen. Uit een enquête onder de deelnemers in Tilburg blijkt dat de pas hen een gerust gevoel geeft, dat mantelzorgers nu vaker de deur uitgaan en dat zij ook meer begrip ervaren van derden voor hun situatie. //

“Het geeft ons veel rust dat we het nu zo geregeld hebben.”

In de regio Noord-Oost en Midden-Brabant is de Mantelzorgpas via De Mantelzorgwinkel aan te vragen, bel 0413 33 47 80 of mail naar [email protected]. Voor de regio NHN is de pas aan te vragen via het Mantelzorgcentrum 072 562 76 18 of kijk op www.mantelzorgcentrum.nl Voor de regio Midden-Holland is de pas aan te vragen via Palet Welzijn 0800 935 94 56 of kijk op www.paletwelzijn.nl

Page 9: MET ZORG #10

metzorg 09

innovatie

De Medido is een slimme

medicijndoos die via internet

verbonden is met de apotheek

en de zorgcentrale. Deze

staat thuis bij een cliënt maar

kan ook meegenomen worden

naar bezoek of op vakantie.

Hij of zij blijft langer zelfstan-

dig en krijgt altijd exact op

tijd de juiste medicijnen. Die

zijn er vooraf ingezet door de

apotheker. Via een webportal

stelt hij de tijd in als ze moeten

worden ingenomen. Op dat

moment geeft de Medido een

piepsignaal. De cliënt drukt

op de knop bovenop de

medicijnbox en krijgt een

zakje met het juiste medicijn.

Neemt de gebruiker de

medicijnen niet, dan gaat via

internet een waarschuwing

naar de Zorgcentrale. Deze

bellen met de cliënt of sturen

een thuiszorgmedewerker

langs om te kijken wat er aan

de hand is. De klant is voor

de inname medicatie en op

het juiste moment niet meer

afhankelijk van de komst van

de thuiszorg, maar draagt

hier zelf zorg voor, geholpen

door Medido.

www.innospense.com

PIL

Wanneer welke medicijnen?

Zijn ze wel ingenomen?

Page 10: MET ZORG #10

10 metzorg

Quality of Life meten. Het Three-level Outcome Model Quality of Life voor Zorg, Welzijn en Preventie (TOM-QoL) biedt vanuit een bedrijfskundig per-spectief zicht op de effecten van interventies van het gezamenlijke voortbrengingsproces in zorg, welzijn en preventie onafhankelijk van hoe deze vanuit de Zvw, WMO, AWBZ en WPG gefinan-cierd worden. Hierbij is niet het zorg- en welzijnsaanbod het uitgangspunt (fee for service) maar de gerealiseerde outcome/effect voor zowel de klant/patiënt/burger als de populatie. Het model werkt vanuit twee perspectieven:Het individuele klant/patiënt/burger-perspectief en het populatie-perspectief.

Paul Gielen ontwikkelde dit model voor zijn masterscriptie. Aanleiding daarvoor vormen alle veranderingen in de zorg, waarin de kernwoorden zijn: opsplitsing AWBZ, ontschotten, vraaggericht in plaats van aanbodge-richt werken, samenwerking tussen instanties en eigen regie van burgers. Levert dit betaalbare zorg op? En welk effect hebben de interventies in de zorg op de kwaliteit van het leven van de klant/patiënt/burger? Welke indicator kan daarvoor worden ge-bruikt? Enkele alinea’s uit zijn scriptie.“Tot dusver worden in de zorg hooguit procesindicatoren toegepast om sturing

te geven aan de zorg. Die hebben meestal alleen betrekking op de inspanningen (het proces of het product of de dienst) van de zorg. En zeggen weinig over het effect voor de klant. Er zijn ontwikkelingen om de waarde van zorg te bepalen door de kosten in de tijd te registreren en deze af te zetten tegen de klantervaring i.e. het effect op de kwaliteit van leven van de klant. CQ-indexen worden uitgebreid met PROMs (Patient Reported Outcome Measures) die de bijdrage aan de kwaliteit van leven inzichtelijk moeten maken. Het blijft echter meestal beperkt tot de Zvw gefinancierde zorg en tot gezondheid gerelateerde kwaliteit van leven.”

“Zorg is echter individueel gericht terwijl preventie en welzijn ingezet worden voor een groep inwoners of populatie in de samenleving. Preventie en welzijn vallen onder het gemeente-lijke domein en gaan uit van gebieds-kenmerken en gezondheidsindicatoren in een gebied. De financieringen van individuele zorg en populatie-gebonden welzijn en preventie-interventies zijn niet op elkaar afgestemd. Bovendien wordt binnen de eigen sector aanbod-gericht gewerkt en ontbreekt het aan gezamenlijke doelstellingen en werkwijzen.”

“Kortom: er is nog geen adequate (generieke) outcome-indicator voorhan-den om het effect van de interventies in zorg en welzijn te meten of te sturen richting de gewenste doelstellingen. Willen de veranderingen überhaupt effect sorteren op de kwaliteit van

leven van klant/patiënt/burger, dan moeten deze gericht zijn op gedrags-verandering van de klant/patiënt/burger om meer verantwoordelijk-heid te nemen voor zijn gezondheid en participatie in de zorg- en welzijn-sinterventies. Daarnaast moeten verbetering van de kwaliteit van zorginterventies, ondersteunende diensten en preventieve maatregelen leiden tot gewenste kostenbeheersing in de publieke sector. In het overheids-beleid zijn vier veranderlijnen te onderscheiden die veel samenhang vertonen:1. Patient centered care, cure en

preventie met zelfmanagement en e-health

2. Populatiegerichte benadering3. Sturing op outcome/effect4. Verandering van klant/patiënt

gedrag

Op het gebied van deze vier verander-lijnen is internationaal onderzoek gedaan naar vormen van populatie-gerichte zorg en patient centered integrated care, cure en preventie. Ook in Nederland wordt ervaring opgedaan met de eerste proeftuinen. Hierbij ligt de focus sterk op populaties in de zorg met een bepaalde medische indicatie en op het bepalen van de waarde van een medische interventie of het bewerkstelligen van substitutie van de tweede naar de eerste lijn. VGZ doet dit bijvoorbeeld in Maastricht, Haarlem en Eindhoven. Echter, in de wijze van financieren (fee for service) en de aard van de dienstverlening (aanbodgericht en niet vraaggestuurd), verandert niet veel.”

wetenschap

Page 11: MET ZORG #10

metzorg 11

ModelOp basis van literatuuronderzoek, deskresearch, kwalitatieve inhoudelijke gesprekken met deskundigen en inter- views met toonaangevende stakehol-ders komt Gielen met een nieuw model dat vanuit een bedrijfskundig perspec-tief zicht biedt op het gezamenlijke voortbrengingsproces in zorg, welzijn en preventie. “Hierbij is dus niet het zorg- en welzijnsaanbod het uitgangs-punt maar de gerealiseerde outcome/effect voor de klant/patiënt/burger én de populatie. Het model start bij de hulpvraag door de klant/patiënt/burger (patiënt centered). Het incorporeert kwaliteit van leven, kwaliteit van welzijn en de eigen inzet van de klant/patiënt/burger. Hierbij is effectmeting in de tijd mogelijk waarbij de effectivi-teit van de interventies en de kosten ervan kunnen worden geobjectiveerd. Hierdoor is ook de toegenomen waarde van de interventies meetbaar. In het model wordt gebruik gemaakt van een objectief klantprofiel gebaseerd op

kwaliteit van leven en kwaliteit van welzijn, passend bij de domeinen van de International Classification of Functioning Disability and Health (ICF) (WHO, 2001). De gewenste gedragsverandering en veranderingen worden in het zorg- en welzijnssysteem op drie niveaus gefaciliteerd:

1. Individueel patiënt niveau

• Het bevorderen van patient centered

integrated care en cure over de domeinen

heen, bestaande uit een effectieve

bijdrage aan de hulpvraag en passend

bij het individuele profiel van kwaliteit

van leven en welzijn.

• Het ontwikkelen van meer keuzebe-

wustheid van de hulpvrager door het

zichtbaar maken van het effect van het

interventieaanbod, en de kosten ervan,

op de kwaliteit van leven en welzijn,

gerelateerd aan de eigen inzet.

2. Organisatieniveau

• Verbetering van de kwaliteit van het

aanbod van zorg en ondersteunende

diensten door transparante sturing op

effect/outcome. Dit leidt tot een meer

kosteneffectieve inzet van publieke

middelen en wijze van organiseren.

• Gezamenlijke populatiegerichte

benadering door gemeenten en zorgver-

zekeraars uitgaande van kwaliteit van

leven én welzijn brengt selectieve

preventie (public health) en geïndiceerde

preventie vanuit zorg en ondersteunende

diensten bij elkaar. Deze preventievormen

kunnen vervolgens effectiever worden

ingezet gebaseerd op actuele profielen

van de patiënten/burgers, van de populatie

en van hun inzet/veranderbereidheid.

3. Beleidsniveau

• Op basis van geregistreerde profielen van

een populatie in een gebied en de daar-

voor uitgevoerde interventies kunnen

gemeenten en zorgverzekeraars

preventief beleid ontwikkelen, over de

domeinen heen, gericht op verhoging

van de gemiddelde profielscore van

kwaliteit van leven en welzijn.

• Outcome/effect kan worden gebruikt

als uitgangspunt voor financiering

(inkoop) van zorg, welzijn en preventie,

maar ook voor een herstructurering van

organisatie en structuur van de zorg.”

Lopende zaken TOM-QoL:

• NPCF wil met het model de transities

in de zorg monitoren, gaat in de lead

richting CVZ en Actiz

• ZonMW wil proeftuinen meefinan-

cieren passend bij activiteiten van

zorg en ondersteuning in de buurt

• VWS belegt meeting met meerdere

interne afdelingen en het RIVM

• TNO heeft TOM-QoL in de plannen

voor 2014 opgenomen als een van

de programmalijnen. Er is financie-

ring vrijgemaakt voor de ontwikke-

ling van een app ter ondersteuning

van de voorbereidingsfase.

Hulpvraag

Resultaat Qolverbetering na

interventie/6mnd/1jr

Individu

Persoonskenmerken(NAW, geslacht, inkomen, opleiding ...)

Gezondheidskenmerken(BMI, beweegnorm, bloeddruk, diagnose, ...)

ZorgWelzijn

PreventieVeiligheid

MilieuWonen

OpleidingArbeid ...

Socio/Psycho/Som.

& Omgevings-interventies

SF 36 ASCOT

Inzet/effortveranderbereidheid

Fase verander baarheid,

Triade model

Interventie(pakket)

Kosten interventies(ZVW, WMO, AWBZ, WPG)

Scoring in relatie tot leeftijd gerelateerde Qol RVM en Qosc ASCOT

Gezondheidgerelateerde Qol

Welzijngerelateerde Qol

Profiel Qol(% vermindering en verbeterpotentieel)

?

!

Gemeente &

Zorg-verzekeraar

Populatie

(Concept) Model outcome-sturing Kwaliteit van Leven en Welzijn

Paul Gielen, onder begeleiding van professor Emile Curfs, 2013

Organisatie

Beleid

Individu

Page 12: MET ZORG #10

12 metzorg

in gesprek

Page 13: MET ZORG #10

metzorg 13

Meneer Eegdeman woont sinds twee jaar in de kleinschalige woongroep voor demente mensen in Stolwijk. Zijn zoon Krijn Eegdeman (58) komt hem een paar keer per week opzoeken. De echtgenote van de heer Eegdeman woont zelfstandig in een appartement boven de woongroepen in Wilgenhoven en komt iedere dag op bezoek bij haar man. "Ze hoeft maar de lift te pakken en ze is bij hem", zegt haar zoon.

Wat is het idee achter de particpatie?In de zomer van dit jaar kregen moeder en zoon Eegdeman en alle andere familieleden en partners van de bewoners van Wilgenhoven te horen dat zorgorganisatie Vierstroom van hen verwacht dat zij minimaal vier uur per maand ‘wat bijdragen aan het welzijn van de bewoners' - meehelpen in de woongroep dus. Het is geen wettelijk verplichting, wel een morele plicht. Wat vond Krijn Eegdeman van die regel? "Niet meer dan normaal! Sterker nog: vier uur per maand is hartstikke weinig. In de media leidde die zogenaamde verplichting voor veel ophef, maar hier niet hoor. Dit is

een dorp, hier zijn mensen begaan met elkaar.Ik kwam al veel bij mijn vader, en dat doe ik nog steeds."

Wat doet u zoal om hulp te bieden op de woongroep?Eegdeman: "Één keer in de drie weken doe ik de boodschappen voor twee woongroepen. Verder doe ik allerlei hand- en spandiensten die toevallig voorbij komen. De kopjes van tafel opruimen, de tafel dekken. Heel normale dingen, dat doe je thuis toch ook?"Remmerswaal: "Het hoeft niet ingewikkeld te zijn. We vragen niet

van de mantelzorgers om uitgebreide bingoavonden te gaan organiseren ofzo. En we vragen ook niet om zorgtaken over te nemen. Die blijven de zorgprofessionals doen. Het zijn de kleine alledaagse dingen waarmee mantelzorgers het verschil kunnen

maken: gewoon een gesprekje aanknopen met de bewoners of een spelletje met ze doen. Het leidt tot verrassende situaties, vorige week zag ik Krijn ineens op een trap in de binnentuin een boom staan snoeien. Toen dacht ik wel even: hoort dit wel? Maar van de andere kant: waarom niet?"Eegdeman: "Hier boven, naast mijn moeder, woont een heel actieve man. Hij was van plan die bomen te snoeien, maar ik zei: daar komt niks van in, jij gaat dat trappetje niet op. Ik doe het wel. Op een ochtendje heb je zo vier, vijf bomen gedaan."

Is er sinds de nieuwe partici-patieregel iets veranderd? Eegdeman: "Nou, eigenlijk niet. Ik vind het vanzelfsprekend om te helpen. De familieleden van de andere bewoners van de woongroep zijn al net zo. We zijn een beetje als één grote familie."

Zelf geniet de heer Eegdeman rustig van zijn middagslaapje, maar buiten, in de binnentuin van woonlocatie Wilgenhoven, is het een levendige boel. Bezoekers maken een praatje met elkaar, verzorgers groeten iedereen vrolijk. "Gezellig hè", zegt verpleegkundige Rik Remmerswaal (33). "Het voelt hier als een kleine gemeenschap op zich: bewoners, verzorgend personeel en familie."

“We zijn een beetje als één grote familie”

“Het zijn kleine alledaagse dingen waarmee mantelzorgers

het verschil maken.”

Page 14: MET ZORG #10

14 metzorg

Remmerswaal: "Precies. Het mooie is: als een mantelzorger hier vaak komt, herkennen de andere bewoners van de woongroep hem op den duur ook. Ze weten natuurlijk niet écht wie het is, maar die mantelzorger wordt wel een bekend gezicht voor ze. Dat geeft hen een vertrouwd gevoel. Bovendien leren de mantelzorgers ook elkaar wat beter kennen. Het creëert betrokken-heid als je van elkaar weet: ah, dat is de zoon van meneer X, of de dochter van mevrouw Y."

Welke effecten heeft die betrokkenheid op de bewoners?Remmerswaal: "Door mensen als Krijn, die met een lach binnenkomen, gaat het welzijn van de bewoners omhoog. Want de bewoners denken: hé wat leuk, daar komt weer iemand die aandacht voor mij heeft. En hé hij kent mijn naam! Hij weet dus wie ik ben. Aandacht vindt iedereen fijn."Eegdeman: "Als ik hier kom met mijn kleindochter, dan zie ik die oude mevrouwtjes gewoon opfleuren bij

zo'n klein meisje. Dat is zó mooi."Remmerswaal: "Precies! Dan weet je waar je het voor doet. Daar doe ik het óók voor, daarom werk ik in de zorg."

Wat vindt u van de samen-werking met de mantelzorgers, meneer Remmerswaal? Hoe steunt dit u in uw werk? Remmerswaal: "Wij kunnen nog zo hard ons best doen, de familieleden kennen de bewoners natuurlijk veel en veel beter dan wij. Als je goed contact hebt met familieleden en partners kom je meer te weten over

de achtergrond en geschiedenis van de bewoners. Dat vind ik heel fijn."Eegdeman: "Tijdens mijn eerste ontmoeting met Rik hadden we het meteen al over het beroep van mijn vader: eerst boer, toen melkman. Zelf

ben ik ook melkman geweest."Remmerswaal: "Als ik meneer Eegdeman 's ochtends ga wekken, is hij vaak een beetje pinnig. Hij zit dan niet goed in zijn vel. Meestal vraagt hij hoe laat het is. 'Zo laat al?', klinkt het vervolgens. 'Vroeger stond u veel eerder op hè? U moest de melk gaan brengen', zeg ik dan. Zo hebben we meteen een gesprek, waardoor hij zich beter op zijn gemak gaat voelen. Door het verleden te gebruiken, lukt het contact te maken. Juist voor die aanknopingspunten uit het verleden heb je de familie nodig. Uit zichzelf

komen de bewoners helaas niet meer met die verhalen. Ik kan daarom wel stellen: als je de zorg voor deze mensen goed wil doen, kun je eigenlijk niet zonder de hulp van familie." //

“Goede zorg kan eigenlijk niet zonder de hulp van familie.”

Page 15: MET ZORG #10

metzorg 15

innovatieinnovatie

De gebruiker van de app

Daybook voert allerlei

gegevens over zichzelf in

op zijn tablet. Met Daybook

monitort hij zichzelf en krijgt

inzicht in eigen gedrags- en

leefpatronen. Wanneer krijg

ik een woedeaanval? Ook

kan hij of zij daar actie aan

verbinden. Wanneer kan ik

beter een vriend bellen of een

rondje gaan lopen bijvoor-

beeld? De app is ontwikkeld

door een ex-ggz-cliënt met

financiële steun van Coöpe-

ratie VGZ en GGZ NHN.

Meer informatie:

[email protected]

of [email protected]

of kijk op www.daybook.nl

Vanaf medio december

online.

Zelfk

enni

s

Wat maakte mij boos?

Wat gebeurde er toen?

Wanneer werd ik boos?

Page 16: MET ZORG #10

16 metzorg

Wat kunnen we doen om de zorg te verbeteren? Iedereen kan suggesties daarvoor aandragen bij Coöperatie VGZ Zorgvernieuwing. Een daarvan is ‘I Cook 4 You’, een idee dat de Vrijwilligers en Mantelzorg Centrale Almere (VMCA) indiende bij Coöperatie VGZ. Leerlingkoks maken een goede maaltijd voor drukke mantelzorgers die zelf nauwelijks aan koken toekomen.

met andere ogen

Page 17: MET ZORG #10

metzorg 17

Een mantelzorger heeft niet alleen een zorgtaak, maar vaak ook een baan en/of een gezin. Het is een hele uitdaging om aan het einde van de dag ook nog eens te koken. Dat schiet er nogal eens bij in en de keuze valt op een snelle, maar minder gezonde hap.

Wens“Iemand die voor me kookt.” Die wens hoorde de Vrijwilligers en Mantelzorg Centrale Almere (VMCA) geregeld toen zij aan hun achterban vroegen waarmee zij onder meer geholpen zouden zijn. De VMCA maakte daar een idee voor het project ‘I Cook 4 You’ voor. Zij dienden het in bij Coöperatie VGZ in het kader van de wedstrijd VoorGoedeZorg waar vernieuwende ideeën welkom zijn. Daarmee wonnen ze praktische ondersteuning en advies om het idee te realiseren. In mei ging I Cook for You van start in de Stedenwijk van Almere.

Steun Rundergehakt met bruine uiensaus, marquise puree en gebraisseerde andijvie met rookspek is deze keer het gerecht van de week. Voor EUR 3,- wordt het gemaakt én thuis-

Zorgen voor mantelzorgers

Page 18: MET ZORG #10

18 metzorg

bezorgd bij de mantelzorgers. Ze zijn er blij mee. “Het smaakt naar meer! Wij zijn echt blij met dit project/initiatief!”, laat een van hen weten op de website icook4you.nl. Overigens is het niet eenvoudig om de kosten laag te houden, vertelt Jos Alders, projectcoördi-nator Informele Zorg van de VMCA: “We hebben moeite om quitte te spelen. Voor 2013 en 2014 is een sponsor gevonden die een gedeelte van de kosten op zich neemt.”

LeerlingenDe maaltijden worden verzorgd door leerlingen van de VMBO-MHV-school Echnaton. Eén keer per week (op donderdag) koken zij een betaalbare en dagverse maaltijd voor een wisselend aantal mantelzorgers en hun gezinnen. Zij bezorgen deze zelf met de ‘I Cook 4 You’-bakfiets. De leerlingen zijn trots op hun werk. De school vindt het positief dat zij koken, zelf verantwoordelijk zijn en in

contact komen met mensen uit de buurt. Zo levert het initiatief ‘I Cook 4 You’ voor iedereen iets op: mantelzorgers een goede maaltijd en leerlingen een zinvolle praktijk-ervaring. En indirect is de zorg natuurlijk gebaat bij mantelzorgers die zich gesteund weten en hun werk blijvend aankunnen. Jos Alders: “Sinds het schooljaar 2013 heeft de school de coördinatie van het project overgenomen. VMCA zorgt voor promotie van het project onder mantelzorgers en verzorgt de inschrijvingen.

Kookprojecten.Aan het begin van het project was er veel belangstelling vanuit het land. Jos Alders: “Nu er meerdere initiatieven worden getoond om bijvoorbeeld in de buurt te koken, merk ik dat het verzorgen van maaltijden op meerdere manieren wordt uitgevoerd. Zo zijn er ook zorginstellingen die voor mantelzorgers koken, kookprojecten, eettafels en bepaalde doelgroepen die voor buurtbewoners koken.”Alders geeft aan dat ook de school altijd open staat voor samenwerking om het project uit te breiden, afhankelijk van personele mogelijkheden.

“Koken schiet er bij in voor drukbezette mantelzorgers”

Page 19: MET ZORG #10

metzorg 19

Ervaring.Wat zou Jos Alders meegeven aan een instantie die een soortgelijk project wil opzetten? “Mijn advies is om intensief contact te hebben met de doelgroep. Vaak zijn mantelzorgers te bescheiden. Ze denken dat een ander het harder nodig heeft. Juist door persoonlijk contact en hun belastbaarheid en behoeften na te vragen, helpt de mantelzorgers over de drempel te komen. Het gaat erom dat ze zichzelf toestaan de verlichtende dienstverlening te benutten. Uiteindelijk maken ze dankbaar gebruik van het aanbod.” //

Page 20: MET ZORG #10

20 metzorg

met zorg geregeld

De Zorgkantoren Coöperatie VGZ zijn actief in de regio’s Midden-Brabant, Midden-Holland, Nijmegen, Noordoost-Brabant, Noord- en Midden-Limburg, Waardenland en Noord-Holland Noord. Op deze pagina’s vindt u een paar voorbeelden van wat hun inzet bijdraagt aan betere zorg.

Onderwerp van gesprek: kan de klant zijn budget op een juiste manier beheren? Wie gaat de zorg verlenen en tegen welk tarief (budgetplan)? Wat zijn rechten en plichten van de klant?

Zelfstandig en verzorgd Centraal in het Brabantse dorp Haps ligt de SchitteRing, een multifunctioneel zorgcentrum. Er wonen senioren met dementie of een verstandelijke beperking in een kleinschalige woonvorm. De begeleiding en verzorging is in handen van Zorgcentra Pantein en Dichterbij. Zij namen het initiatief tot de SchitteRing. Het woonzorg-centrum telt vier groepswoningen

met zes bewoners per groep en is sterk verbonden met de dorpsge-meenschap. De band met vrijwil-ligers en mantelzorgers en een thuisgevoel staan centraal. Oudere mensen met psychogeriatrische aandoeningen en/of een verstan-delijke beperking, die 24-uur nabije zorg nodig hebben, kunnen zo

tijdens de laatste levensfase deel uit te blijven maken van hun vertrouwde omgeving in het eigen dorp. Dit is een voorbeeld hoe de V&V en de gehandicaptenzorg samen de leefbaarheid van kleine kernen ondersteunt door intersec-toraal samen te werken. Coöperatie VGZ zorgde voor de financiering.

In een vertrouwde omgeving.

Open voor zorgvernieuwing Coöperatie VGZ nodigt verzeker-den en zorgaanbieders uit mee te denken over verbetering van zorg, of het nu gaat om medische kwaliteit, klantbeleving en/of zorgkosten. Sluit het voorstel aan bij de behoefte van de patiënt? Is er een duidelijk voordeel voor de patiënt of zijn omgeving? Dat zijn belangrijke criteria. Het idee moet nieuw zijn in Nederland en

een indiener moet zelf tijd en/of geld in het project willen steken. Van belang is ook of het aansluit bij een van de thema’s van Coöperatie VGZ. Een team komt zes keer per jaar bij elkaar om de ingediende voorstellen te beoordelen. De indiener krijgt binnen twee maanden een

reactie. Alles over het indienen van een voorstel is te vinden in het digitale loket Zorgvernieuwing, vgz.nl/overvgz/vernieuwing-in-de-zorg. Hier is een een link naar het platform ‘Deel het met VGZ’ (deelhetmet.vgz.nl) waar wensen en ideeën over de zorg welkom zijn zonder uitgewerkt plan.

Werk mee aan betere zorg.

Page 21: MET ZORG #10

metzorg 21

met zorgen

Het begint met een dak Niet eerst een heel begeleidings-traject doorlopen met als beloning een eigen huis, maar juist als eerste stap een eigen huis - Housing First. Dat is de methode die Leger des Heils in Dordrecht volgt. Er is een klein aantal voorwaarden: huur betalen, geen overlast veroorzaken en begeleiding accepteren. Housing First is voor chronische dak- en thuislozen die zorg meden, regelmatig overlast veroorzaakten en daardoor in contact kwamen met politie en justitie. Zij hebben veel problemen tegelijk waarbij

eerdere hulptrajecten zijn mislukt. Sociale dienst, woningcorporaties en subsidiegevers werken samen aan Housing First. Er zijn met de Zorgkantoren van Coöperatie VGZ afspraken gemaakt over de financiering (cliëntgebonden) en de gemeente Dordrecht betaalt een bijdrage voor de ontwikkelkosten. Inmiddels zijn zeven cliënten gehuisvest na jarenlang dakloos te

zijn geweest. Met een woning krijgen de mensen nieuwe perspectieven, beginnen zich weer af te vragen wat belangrijk is in het leven en raken gemotiveerd om te werken aan hun toekomst. Ze vragen om schuldhulpverlening en om (vrijwilligers)werk. Kwaliteit van leven gaat omhoog, de overlast vermindert en de kosten dalen. Een vicieuze cirkel is doorbroken.

Met een woning krijgen mensen nieuwe perspectieven.

Vooruitkijken en een structurele aanpak zijn nodig om goede mantelzorg te waarborgen.

Page 22: MET ZORG #10

22 metzorg

De klant aan het roerKeuzevrijheid en zeggenschap voor klanten, daar hecht Zorgkantoren Coöperatie VGZ grote waarde aan. Concreet betekent dat onder meer: de klant helpen zijn weg te vinden binnen de AWBZ, keuze bieden uit zorg in natura of een eigen pgb en begrijpelijke informatie over de zorg geven. Kortom, de rol vervullen van vraagbaak, adviseur of gids. Maar ook leggen we vast wat klanten van ons kunnen verwachten.

“…werd er niet bezuinigd op voorzieningen die belangrijk zijn voor de kwaliteit van leven voor gehandicapten, zoals vervoer. Nu zeggen mensen soms hun afspraak voor behandeling af omdat ze geen geld hebben voor een taxi.”

“…en dan zouden gehandicapten minder formulieren hoeven in te vullen en terug te sturen.”René Bark (44)

“…zou ik graag zorg krijgen voor mijn lichaam. Bijvoor-beeld fysiotherapie en massage doen mijn lichaam erg goed en helpen goed te blijven lopen.”Esther Boers (30

“…hadden we soms wat meer contact met de begeleiding. Nu gaat dat goed, maar een tijdje terug was er veel verloop onder het personeel en kende je elkaar soms niet eens meer bij naam.” Peter van der Vlugt (69)

“…zou de instelling voor dag-behandeling waar ik als vrijwilliger werk

niet verdwijnen. Dat gebeurt nu wel. Dat vind ik heel erg. Mensen met een

aandoening vinden daar zó veel: bezigheid, gezelligheid, sociale contacten.”

Vera Melker (60)

Wat zou jij doen als jij aan het roer stond in de zorg? Deze keer gingen we naar activiteiten-centrum de Zilvermeeuw in Alkmaar. Dit centrum biedt werk en dagbesteding aan mensen met een lichamelijke handicap, chronische ziekte of niet-aangeboren hersenletsel (NAH). Zes cliënten en een vrijwilligster hadden wel een antwoord klaar.

“…zou er meer ruimte zijn voor spontane acties. Nu moet ik wekenlang van tevoren al begeleiding aanvragen als ik ergens naartoe wil, naar een feest of een festival.” Dennis Prins (21)

“…zou ik ervoor zorgen dat het geld dáár komt waar het

echt nodig is: bij de dagelijkse zorg voor

mensen. En niet te vergeten bij de mantelzorgers die

daaraan bijdragen.” Evert Hoogendonk (59)

“Als ik het in de zorg voor het zeggen had, dan…”

klant aan het roer

Page 23: MET ZORG #10

metzorg 23

“Als ik het in de zorg voor het zeggen had, dan…”

“…zorg ik dat mensen met een beperking erop uit

kunnen en ook eens op vakantie kunnen. Met

begeleiding die nodig is.” Wendelien Sprenkeling (44)

Page 24: MET ZORG #10

024 metzorg

het laatste woord

“Sluipenderwijs wordt er steeds meer een

beroep op je gedaan. Het beperkt je wel degelijk

in je sociale leven.”

Vroukje Hartlief, al 33 jaar mantelzorger voor haar man Jan, wordt geïnterviewd voor een lokale Drentse krant.