Dia 1

Dia 2

Mondeling Nederlands nieuw cursus 2 thema werk en vrije tijd. Het verhaal: Een dagje naar het strand Sem valt van zijn fiets.

Dia 3

Een dagje naar het strand

Dia 4

Vandaag gaan Asha, Ravi en mama een dagje weg. Leg de bal maar in de auto, zegt mama tegen Ravi. We gaan een dagje naar het strand! Leuk, roepen Asha en Ravi, naar het strand! Het is nog vroeg, het is nog maar negen uur in de ochtend. De zon schijnt, het is lekker weer. En daar gaan mama, Asha en Ravi. Naar de zee en naar het strand. negen uur in de ochtend de bal het strand

Dia 5

Als ze op het strand zijn, gaat Ravi gelijk de zee in. Kom je ook?, roept ravi. Eh nee, ik heb het koud, zegt Asha. En ze bibbert.brrrrr. De zon schijnt!, roept Ravi. Kom nou! Maar Asha komt niet. Ze staat in het zand en bibbert nog steeds. Ik heb het zo koud. Ik heb nu geen zin om te zwemmen. Asha bibbert van de kou Ravi staat in de zee in. de zon schijnt Asha staat in het zand

Dia 6

Ravi pakt de schep en begint zand te scheppen. Hij graaft een kuil en gooit het zand op een berg. Mama zit lekker in haar stoel. Ze kijkt naar de kinderen. En Asha? Ze heeft het nog steeds koud. Ravi is zand aan het scheppen Asha heeft het nog steeds koud. de kuil de berg

Dia 7

Kom je in de kuil liggen Asha?, vraagt Ravi. Ja dat vind ik pas leuk! Daar heb ik echt zin in!zegt ze. Asha gaat in de kuil liggen. Ravi schept het zand over Asha heen. Er komt zand, overal. Asha doet haar ogen dicht. En als Ravi klaar is met scheppen, moet hij erg lachen. Hihi, lacht Ravi, ik zie alleen je hoofd nog maar. En Asha lacht ook. Pfftt! Ik heb het warm. het hoofd zand scheppen

Dia 8

De zon schijnt op mijn hoofd. En nu ga ik in de zee!, roept ze. Ik zit helemaal onder het zand! Asha en ravi rennen de golven in En de rest van de dag zwemmen ze in de zee. Pas aan het einde van de middag gaan ze naar huis

Dia 9

Sem valt van zijn fiets.

Dia 10

Sem fietst naar huis. Het is al bijna avond. Hij is bij Igor geweest. Igor krijgt een poes van een mevrouw. Dat is leuk! .Sem., pas op! Kijk uit voor de bal. De bal rolt van de stoep op de weg. Sem ziet de bal niet. Ahhhh! de bal rolt de stoep de weg

Dia 11

Sem valt. Auw..hij doet zich pijn. Sem kijkt naar zijn broek. Er zit een gat in zijn broek. Zijn broek is kapot. En de knie van Sem doet zeer. een gat in de broek de broek is kapot

Dia 12

Daar staat een mevrouw. Ze woont in de straat van Sem. De mevrouw heeft een doos onder haar arm. De doos zit dicht met een touw. De mevrouw zet de doos neer. Ze zet de doos op de grond. Ze vraagt: gaat het, heb je pijn gedaan? Nee , zegt Sem,het doet geen zeer meer. Sem kijkt naar de doos. Wat zou daar inzitten? een doos met een touw de grond ze zet de doos neer op de grond een doos onder haar arm

Dia 13

Ineens hoort Sem: Miauw.Sem schrikt.. De mevrouw maakt het touw los en doet de doos open. Ahhh, er zit een poes in de doos. Miauw, miauw, zegt de poes. Deze poes is voor een jongen, zegt ze. Voor Igor?vraagt Sem. Ja, zegt ze, maar hoe weet jij dat Dan vertelt Sem over Igor. Over Igor die een poes krijgt. De mevrouw lacht. Dat is leuk,zegt ze. er zit een poes in de doos het touw is los de doos is open

Dia 14

De mevrouw loopt weg. Dag jongen, tot ziens,zegt de mevrouw. Daaag, zegt Sem, en bedankt. Hij springt op zijn fiets en fietst weg. Hij fietst naar.. Igor. Dag jongen, tot ziens Daaag, zegt Sem