nait soez'n 39-1

16
Gezocht: goedkope arbeids- kracht m/v, 16 u/wk, bij voorkeur slecht geïnformeerd. Ken je rechten als uitzendkracht pagina 10 pagina 8 & 9 Student zijn in Palestina pagina 4 & 5 Nait Soez’n Studentenoverlast: niet zo klagen Interview met Pieter Bregman, directeur van Nijestee, over lastige studenten en zeurende Stadjers. Zijn oplossing: “nodig je buren ge- woon uit voor een biertje.” Media voor dichte deuren De Nederlandse media moeten de tijd durven nemen voor het echte nieuws. En: geloof nooit zomaar een wetenschapper. Tel.: 050-3634675 www.groningerstudentenbond.nl Opinieblad voor studerend Groningen okt/nov 2010 39e jaargang No. 1 Nait Soez’n is een uitgave van Lees het artikel op pagina 3

Upload: groninger-studentenbond

Post on 16-Mar-2016

225 views

Category:

Documents


1 download

DESCRIPTION

Opinieblad voor studerend Groningen. Editie van oktober/november 2010. Een uitgave van de Groninger Studentenbond (GSb).

TRANSCRIPT

Page 1: Nait Soez'n 39-1

Gezocht: goedkope arbeids-kracht m/v, 16 u/wk, bij voorkeur slecht geïnformeerd.

Ken je rechtenals uitzendkracht

pagina 10

pagina 8 & 9

Student zijn in Palestina

pagina 4 & 5

Nait Soez’n

Studentenoverlast: niet zo klagen

Interview met Pieter Bregman, directeur van Nijestee, over lastige studenten en zeurende Stadjers. Zijn oplossing: “nodig je buren ge-woon uit voor een biertje.”

Media voor dichte deuren

De Nederlandse media moeten de tijd durven nemen voor het echte nieuws. En: geloof nooit zomaar een wetenschapper.

Tel.: 050-3634675www.groningerstudentenbond.nl

Opinieblad voor studerend Groningen okt/nov 2010 39e jaargang No. 1

Nait Soez’n is een uitgave van

Lees het artikel op pagina 3

Page 2: Nait Soez'n 39-1

Nait Soez’n 2 Nummer 1 39e jaargang

Studenten in PalestinaMartelaar tegen wil en dank Journalisten voor dichte deur Twitter-tijdperk schreeuwt om diepgang

AannamecultuurGeloof niet alles wat je leest

Hbo’ers moeten opschieten Heeft Henk Pijlman nog idealen?

Directeur Nijestee over studentenoverlast Stadjers moeten niet zo klagen

Vrijheid zonder DuitsersIntegratieprobleem bereikt Groningen

Uitzendwerk en uitbuiting Ken je rechten

Studentenleven in een rolstoelGemengd wonen en gedeeld zorgen

3

4

5

8

10

Nait Soez’n start aan een nieuw jaar, mét een verse hoofdredac-teur. Helaas was er op zaterdag na anderhalf uur nog steeds geen ander redactielid op komen dagen. Alles zelf volschrijven en tekenen is echter wel wat veel gevraagd: Nait Soez’n met stokpoppe-tjes. Maar dat krijg je als

de redacteuren uit alle windstreken van Nederland moeten komen. Daarnaast hield International Talk Like a Pirate Day de mensen begrijpelijkerwijs in chat-rooms vast. Aaarrr! Gelukkig is er op de redactieburelen altijd nog een kunstmatig intelligent wezen met een eigen Facebook-account aanwezig die zich overal tegenaan bemoeit: onze printer XeroxXeroxOne. Word vriendjes met ’m, vindt ie leuk. Waar apparatuur allemaal wel niet goed voor is. Wist je bijvoorbeeld dat je kunt stomen in de vaatwasser en dat je voedsel kunt koken in je waterko-ker? Wij hebben het allemaal voor je uitgezocht… Volgens de Universiteitskrant heeft de Groninger Studentenbond een makeover ondergaan. Zelf hebben we daar, behalve het verdacht opgeruimde pand, nog niks van gemerkt. Maar aangezien wij onderdeel zijn van de GSb, en verder natuurlijk geheel onafhankelijk, vonden we dat we best een beetje mee konden doen. Zo zijn Earl & Meyer nu helemaal hip, hebben we een nieuwe correspondent in Palestina en hebben we ons eens verdiept in een pamflet van een lokale ‘rechtse’ partij. Oh, en als ik onze redacteur Ruben mag citeren: the king of trashy chique hebben we ingeruild voor een vrouwelijke hoofdredacteur. We zijn nog wel op zoek naar vervanging voor onze post-bohemian retro nerd. Geniet van deze nieuwe Nait Soez’n en je weet het: niet gaan zeuren!

Verder nog:Kort nieuwsWiekes FilmblikGSb-paginaEarl & Meyer

6141516

7

11

13

Nait Soez’n is het onafhankelijke opinieblad van de Groninger Studentenbond (GSb). Leden krijgen het blad thuisgestuurd. Reac-ties en artikelen kunnen naar het redactieadres gestuurd worden. De redactie behoudt zich het recht voor artikelen te weigeren of in te korten. Ingezonden brieven zijn bij voorkeur niet langer dan 350 woorden. Advertentietarieven zijn op te vragen via het redac-tieadres.Nait Soez’n verschijnt zes maal per jaar en wordt gratis verspreid in alle gebouwen van de Hanzehogeschool Groningen en de Rijks-universiteit Groningen.Oplage: 1500 stuks (5500 stuks voor de KEI-editie)Ook online te lezen op:www.groningerstudentenbond.nl/ns

Redactieadres: St. Walburgstraat 22a 9712 HX Groningen Tel.: 050-363 4675 [email protected]: Paulien VinkeEindredactie: Lars BuitinckRedactie: Ewout van den Berg, Mona Dohle, Sander van der Leij, Anna van der Meulen, Marcel Trip, Wieke van ‘t Veer, Ruben Veldhuis, Gerald de Vrieze en Max de Witte Illustraties: Oscar de Boer, Tineke de Boer, Ton Meijer, Norna Ross, Annelies Stern, en Paul de VreedeOpmaak: Norna RossDuplicatie: ’t Hartje

Page 3: Nait Soez'n 39-1

3Nait Soez’n Nummer 1 39e jaargang

De meeste mensen kennen Palestina als onderwerp op het journaal: als onderwerp van vredesonderhandelingen of juist als opsomming van onbekende doden. Een abstract verhaal, ver van je bed. Maar hoe zou het voelen om op een ochtend wakker te worden als Palestijnse student?

Wakker worden als martelaar

door Mona Dohle

Ja zeker, ze hebben ook studenten in Palestina en die verschillen op het eer-ste gezicht niet zo heel veel van Neder-landse studenten. Ook aan de Westelijke Jordaanoever kun je economie of rech-ten studeren, de meeste jongens zijn óf voor Real Madrid, óf voor FC Barcelona en bijna iedereen droomt ervan om voor een tijdje naar het buitenland te gaan. Vergeleken met de dramatische huma-nitaire crisis in Gaza heb je als student op de Westoever nog mazzel. En toch zal je leven ingrijpend veranderen, die och-tend dat je wakker wordt in Palestina. Het maakt vanaf nu niet meer uit wie je bent, wat je stu-deert of welke politieke of religieuze opvattingen je hebt. Voor de Israëli-sche bezetter ben je in eerste instantie een Pa-lestijn, een moslim, een Arabier, een vijand. Laten we aannemen dat je wakker wordt als Mahmoud. Dan ben je voor het eerst gearres-teerd toen je 16 was. Omdat je toevallig in de buurt stond van een aantal jongeren die ste-nen gooiden naar soldaten. Je had niet eens schoenen aan gehad tijdens de ar-restatie. Ze bonden je handen zo vast dat het pijn deed en stelden je urenlang dezelfde vragen. Je hoeft niets te hebben gedaan om gearresteerd te worden. De Israëlische wet staat ‘administratieve aanhouding’ toe. Dit betekent dat arrestaties zonder een bevel van de rechter toegestaan zijn: elke lokale commandant van het Israëli-sche leger in de Westoever of Gaza kan een arrestatiebevel uitgeven. Volgens internationaal recht zijn administratieve aanhoudingen slechts in uitzonderlijke gevallen toegestaan, maar Israël maakt hiervan op grote schaal gebruik. Er is vaak geen officiële aanklacht, geen toe-gang tot een advocaat, gearresteerden krijgen bewijsmateriaal soms niet te zien, familie en nabestaanden worden

niet geïnformeerd en de verdachten worden systematisch gemarteld. Volgens de Israëlische mensenrechtsorganisatie B’Tselem schendt de Israëlische staat daarom internationaal recht. In 2009 waren er volgens het rapport-Goldstone 8100 politieke gevangenen, waarvan 390 kinderen. In Nederland dacht je misschien dat een martelaar iemand is die in naam van Allah met een vliegtuig in het World Trade Center vliegt. Nu word je wak-ker in het vluchtelingenkamp Aida, in

de buurt van Bethlehem. Als je door de oude straatjes loopt zie je regelmatig pos-ters van martelaars aan door kogelgaten doorzeefde muren. Sinds de bouw van de muur tussen Israël en Palestina is het aantal zelfmoordaanslagen sterk afge-nomen. Hoe komt het dan dat er steeds nieuwe posters van martelaars aan de muren hangen? Waarom zijn er ook af-beeldingen van kinderen die martelaars zijn? Voor de mensen hier is iedereen een martelaar die voor de Palestijnse zaak is overleden. Dat begrip gaat erg ver. Een aantal mensen hebben inderdaad een zelfmoordaanslag gepleegd, anderen waren alleen toevallig op het verkeerde moment op de verkeerde plek en zijn doodgeschoten of gearresteerd. Op dat moment wordt je duidelijk dat ook jij, zonder het te willen, een martelaar zou kunnen worden.

Of misschien word je wakker als Ya-sser. Dan heb je je vader het grootste gedeelte van je kindertijd niet gezien; die zat in de gevangenis. Je hebt een foto van hem als jonge man, met een AK-47 om zijn schouders. Stiekem ben je een beetje bang voor hem. Jouw vader is ook een martelaar. Toen je nog een kind was haalden ze ook je broer op. “Waar bren-gen jullie hem heen?” vroeg je de solda-ten. “Naar de dood,” zeiden ze. Welke keuzes zou jij maken als je wak-ker zou worden als Yasser? Hij studeert

nu politicologie en journa-listiek en is actief binnen de studententak van de communistische PFLP. Niets doen is voor hem geen optie. Ook als je niets doet, word je aan een van de meer dan vijfhonderd controleposten in de Westoever door Israë-lische soldaten lastiggeval-len of mishandeld. Ook als je niets doet riskeer je arres-tatie. Ook als je niets doet moet je met permanente vernedering leven. Een aan-tal van zijn vrienden zijn al gearresteerd. Zij berichten over dagen zonder slaap in een isoleercel, elektro-

shocks, seksuele intimidatie en andere vormen van fysiek geweld. Yasser weet dat ook hem dit te wachten staat. Toch gaat hij met zijn vrienden op vakantie naar Jordanië, droomt hij ervan ooit een tijdje naar het buitenland te gaan. Tot nu toe kan hij geen visum voor Duits-land krijgen. Twee weken geleden werd Yasser ’s nachts door een stuk of zeven soldaten uit zijn bed gehaald. Zij brachten hem geblinddoekt naar een legerbus. Sinds-dien is hij voor zijn vrienden en familie spoorloos verdwenen. Yasser, die hele-maal niet in Allah gelooft, is wakker ge-worden als martelaar.

Noot van de redactie: namen zijn om veiligheidsredenen veranderd. De echte namen zijn bij de auteur bekend.

Page 4: Nait Soez'n 39-1

Nait Soez’n 4 Nummer 1 39e jaargang

Journalisten, blijf niet voor dichte deuren staanDe (in)formatie van Rutte I is een waar mediaspektakel. Zoemende camera’s, zwermen persmuskieten, trossen tweets en non-berichten over het politieke wel en wee vliegen ons om de oren. Maar worden we ook wijzer van al dat circus?

door Marcel Trip

Politieke verslaggevers hebben de eer-volle taak om burgers te informeren over het politieke spel. Zodat wij, het volk, als democratische burgers onze soevereiniteit kunnen uitoefenen. Zelf-beschikking met een verlengsnoer. Velen hebben dan ook een roman-tisch beeld van de baan van parlemen-tair journalist. Op zoek naar het naadje van de kous zit de journalist in rokerige achterkamertjes te praten met geheime bronnen, overtuigt taxichauffeurs om het gaspedaal flink in te trappen bij high speed achtervolgingen en luistert geheime gesprekken tussen hoogwaar-digheidbekleders af. De luis in de pels. Het mediacircus rond de kabinetsfor-matie bood een mooi inkijkje in de prak-tijk van de parlementaire persmuskiet.

De deurHet meest aansprekende beeld van nietszeggende persaandacht was nog wel de ‘verslaggeving’ over de CDA-crisis tijdens de informatie. Vanwege drie dissidenten hielden de christen-democraten achter een gesloten deur partijberaad. Aan de andere kant van De Deur buitelden journalisten over elkaar heen om zo dicht mogelijk bij een geslo-ten deur te staan. Nooit zag ik Ferry Mingelen radelozer dan tijdens De Deur. Misschien kwam

dat doordat hij voor het eerst zijn ‘aan de ene kant, aan de andere kant’-reto-riek niet van stal kon halen. Ferry zou maar immers één kant van de deur zien. Er was dan ook niks te melden; zelfs van oud-CDA’er Frits Westers nichts neues. Hier zie je een voordeel van de gedruk-te media. Als je ergens heengaat en er gebeurt niks, schrijf je er gewoon niet over. Als je live in de uitzending bent, schiet je maar wat beelden van andere journalisten, om te laten zien dat je je heus in een democratisch epicentrum begeeft. Hebben we dan helemaal niks geleerd van de gezamenlijke persaandacht? Ja-wel, CDA-voorzitter Henk Bleker liep het vaakst naar buiten om geen vragen te beantwoorden en heeft dus waarschijn-lijk de zwakste blaas in de CDA-gelede-ren. Het ziet er allemaal heel belangrijk uit, maar we schieten er niks mee op. Het is letterlijk ‘dichte deurenjournalis-tiek.’ Een spervuur van vragen zonder antwoorden klinkt lekker kritisch, maar je hebt als verslaggever toch eigenlijk alleen aan je aanwezigheidsplicht vol-daan. Waarom dan die massale aandacht? Geloven we pas dat ergens niets gebeurt als we dat live kunnen verifiëren op de beeldbuis? Het roept de vraag op wat de functie van een journalist nu eigenlijk

is. Ons op de hoogte houden van alles wat er gebeurt, hoe miniem en oninte-ressant ook? Of naar buiten treden op het moment dat er daadwerkelijk ant-woorden zijn gevonden?

Slow journalismInformateur Opstelten kwam met het advies minder te twitteren. Onzin. Po-litici die informatie direct willen delen met geïnteresseerden moeten dat ge-woon doen. Maar serieuze nieuwspro-gramma’s en actualiteitenrubrieken moeten zich onderscheiden van een dergelijk vluchtig en laagdrempelig me-dium. #durftevragen is een veelgebe-zigde term op Twitter. @pers: #durfte-wachtenopantwoord. Neem eens de tijd om iemand te interviewen. Interviewen is een soort Zomergasten, maar dan over de actualiteit. De wereld draait ook heus wel door als we ergens langer dan vijf minuten aandacht aan schenken.

DataEr gloort echter hoop aan de horizon, en wel in de vorm van de zogenaamde ‘da-tajournalistiek.’ Een vorm van nieuws-garing waarbij interessante verbanden in data worden gevonden met behulp van slimme software. Het gaat om het verzamelen, analyseren en visualiseren van data om een journalistiek verhaal te vertellen. Zo is het in het kader van de kabinetsformatie misschien veel inte-ressanter om te kijken hoe de drie par-tijen de afgelopen jaren gestemd heb-ben op belangrijke geschilpunten.

Parlementaire verslagen, verkiezings-programma’s, krantenarchieven; er is

een zee aan data en daarmee een gigantisch potentieel aan jour-nalistiek interessante verhalen, leads, invalshoeken etc. Er moet alleen wel gebruik van gemaakt worden. Journalisten moeten minder met fotografen op stap en meer met programmeurs. Het mooie aan datajournalistiek is ook dat journalisten hier de weg naar feiten terugvinden, in plaats van te staan ouwehoeren voor een dichte deur.

Page 5: Nait Soez'n 39-1

5Nait Soez’n Nummer 1 39e jaargang

In een tijd waarin kranten proberen op Twitter-snelheid te werken, worden ook wetenschappelijke onderzoekjes en meningen van ‘experts’ aan de lopende band door de media opgelepeld. De informatiemaatschappij heeft deskundigheid nodig, maar stelt daar te weinig vragen bij.

Zorgeloze blindgang

onderkop

door Gerald de Vrieze

Heerlijk toch, leven in een informatie-maatschappij. Dankzij Google is een zee van informatie slechts een Enter van ons verwijderd. Tel daarbij nog eens so-ciale media, kranten en de aloude beeld-buis op, en je komt op een ongenadig grote beerput aan gegevens waarin je als arme nieuwsconsument gegarandeerd kopje onder gaat. Meer informatie bete-kent echter niet dat we ook beter geïn-formeerd zijn. De wildgroei aan nieuws en wetenswaardigheden vraagt juist om een kritische blik. Het ziet er naar uit dat deze sceptische houding het in toene-mende mate af laat weten. We lijken de grootste onzin voor waar aan te nemen. Het is toch gek dat we al deze informa-tie klakkeloos aannemen, terwijl er re-denen te over zijn om kritisch te blijven. Denk bijvoorbeeld aan de media-hype rond de Mexicaanse griep: Bijna had een arts zijn aandelen in de vaccin-fabrikant vijf keer over de kop zien gaan, mede door de hel en verdoemenis die hij het Nederlandse volk voorhield in de media. Alle ernstige berichtgeving werd voor waar aangenomen; hij was immers een deskundige. Maar daarnaast was hij dus ook belanghebbende bij grote nationale paniek. Uiteindelijk bleek het met het grote gevaar van de Mexicaanse griep enorm mee te vallen en hebben we voor niets in de zenuwen gezeten. Het laat goed zien hoe weinig er aan een ‘weten-schappelijke’ referentie getwijfeld wordt. Wetenschappelijke rapporten zijn daarom een nuttig middel om een ver-haal meer geloofwaardigheid mee te geven. Hoe maak je anders aanneme-lijk dat onoplettendheid in huis onze gemiddelde levensduur met wel vijf maanden verkort? Over het hoe en waarom van het onderzoek wordt dan natuurlijk niets vermeld. Het is zelfs zo dat via de discussies in de wetenschap ieder standpunt te bewijzen én te ont-krachten valt. Dit bijvoorbeeld door het kiezen van zeer ruime definities en het toevoegen of weglaten van bepaalde zwaarwegende factoren. De hedendaag-se filosoof Rob Wijnberg omschrijft ‘we-tenschappelijk aangetoond’ dan ook als

“genoegen nemen met een verklaring.” En dit is niet de enige manier waarop aannames worden geforceerd. Ook de inzet van de beruchte ‘experts’ doet het altijd goed, helemaal in combinatie met wat leuke cijfertjes en de opinie van spe-ciaal geselecteerde, ‘willekeurige’ oog-getuigen. Dat wij hier vervolgens niet met gefronste wenkbrauwen naar kijken heeft te maken met de sterk oprukkende I don’t mind, I don’t care-gedachte on-der het Nederlandse volk. Met de toene-mende waardering van het individu en zijn gehaaste leventje lijkt alles afgedaan te kunnen worden als een ver-van-mijn-bed-show, waardoor de berichtgeving in de media de kans krijgt om steeds opper-vlakkiger te worden. Zo stond er laatst een bericht in de krant over een 17-jarige jongen, die als eerste niet-Spanjaard tot een opleiding voor stierenvechters toege-laten zou zijn. Je voelt hem natuurlijk wel aankomen: een dag na de grote media-poppenkast rondom dit bericht bleek het om een stunt te gaan, die door het niet controleren van bronnen in het nieuws terecht kon komen. Het illustreert hoe dankzij de aannamecultuur de publieke opinie door organisaties, instellingen en individuen gemakkelijk naar eigen hand te zetten is. De jonge ‘stierenvechter’

heeft ons waarschijnlijk hardop uitgela-chen. En terecht. Een ander mogelijk gevolg van onze goedgelovigheid is dat beleidsmakers bepaalde nieuwe (ongewenste) plannen kunnen rechtvaardigen en door kunnen voeren doordat wij niet de moeite heb-ben genomen om eens kritisch naar hun verhalen te kijken. Een recent voorbeeld hiervan is het rookverbod in de Neder-landse horeca. Was dit verbod in 2003 nog volledig ondenkbaar, het werd een paar jaar later na nieuwe (‘wetenschap-pelijke’) onderzoeken en veel aandacht van de media toch realiteit. Tot op he-den worden er nog altijd vraagtekens bij de zorgvuldigheid van deze ‘onderzoe-ken’ geplaatst. Was de invoering van het rookverbod daadwerkelijk een zaak van de volksgezondheid of een slim gespeeld beleidsspelletje? Vermoedelijk snijdt het mes aan twee kanten. Een kritische blik kan geen kwaad, zo luidt de boodschap. Sterker nog, een kritische blik is de motor van de voor-uitgang. Dus mocht je na het lezen van dit stuk verontwaardigd en vol scepsis verder bladeren dan kan ik alleen maar zeggen: gefeliciteerd, je bent een redder van de maatschappij!

Page 6: Nait Soez'n 39-1

Nait Soez’n 6 Nummer 1 39e jaargang

De studiefinanciering wordt in 2011 en 2012 toch niet gecorrigeerd op inflatie. Daarmee bespaart de overheid zo’n 18 miljoen euro en gaat de koopkracht van de basis-beurs omlaag. Hiernaast wordt er 40 miljoen bezuinigd door van de aanvullende beurs een lening te maken wan-neer de studie niet op tijd wordt afgerond. D66, PvdA, CDA en VVD hebben in de Tweede Kamer ingestemd met deze maatregel. Het bevriezen van de stufi moet nog door de Eerste Kamer.

Studiefinanciering bevroren

Een regering van VVD, PVV en CDA zal de basisbeurs waarschijnlijk behouden. Bij de verkiezingen was de VVD voor afschaffen, maar CDA en PVV voor behouden. Bezuinigingen op studenten komen er wel aan, waar-schijnlijk in de vorm van collegegeldverhoging.Het CDA wilde de rekening doorschuiven naar studenten die langer over hun studie doen dan daarvoor staat. Zij zouden veel meer collegegeld moeten gaan betalen. CDA-insider P.G. Kroeger weet op zijn weblog ScienceGuide te vermelden dat er nog gesteggeld wordt over wie er hoe veel collegegeld moet gaan betalen; een algehele verho-ging voor alle studenten zou ook “op de kaart staan.”

Creatief met studiefinanciering

Nieuwe, sociale media en gadgets als de iPad lijken ter-rein te winnen in het hoger onderwijs. Leerlingen van de Fontys Hogeschool kregen als proef een iPad om uit te vinden hoe die kan bijdragen aan het onderwijs. Het idee is onder andere om meer interactie tussen student en docent te bewerkstelligen.

Gadgets winnen terrein in hoger onderwijs

De Landelijke Studenten Vakbond heeft succes geboekt op het gebied van de Studenten OV-chipkaart: studenten krijgen geld terug als zij kaartjes moesten kopen omdat hun chipkaart niet werkte, afgewezen schadeclaims wor-den opnieuw beoordeeld, de levertijd voor een vervan-gende kaart is verkort en er komt één meldpunt voor vragen en klachten.

Klachten OV-chipkaart eindelijk in behandeling

NRC Handelsblad schrijft dat steeds meer universiteiten openbaar videocolleges aanbieden. In navolging van het Massachusetts Institute of Technology (MIT) delen veel universiteiten hun kennis met internetgebruikers uit de hele wereld. De Rijksuniversiteit Groningen investeert de komende vijf jaar één miljoen euro om het onder-wijsmateriaal van 400 colleges op internet te zetten. Het niet aanbieden van deze colleges zou ‘verdacht’ zijn voor toekomstige studenten, die steeds meer transparantie verwachten.

Videocolleges vrij toegankelijk

Onderwijsinstellingen hebben moeite informatie te ge-ven over wat een tweede studie precies kost, concludeert het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) uit eigen on-derzoek naar de informatievoorziening van hogescholen en universiteiten omtrent de duurdere tweede studie. De informatie is vaak ontoereikend of onjuist. Met name studenten die al tijdens hun eerste studie een tweede willen starten worden verkeerd geïnformeerd. Op www.tweedestudie.iso.nl is een handig stroomschema te vin-den met daarop de juiste informatie.

Collegegeld tweede studie onduidelijk

Page 7: Nait Soez'n 39-1

7Nait Soez’n Nummer 1 39e jaargang

Hbo’ers: een beetje opschieten, ja!Henk Pijlman van de Hanzehogeschool vindt zijn studenten te langzaam. Vooral de allertraagsten staan lelijk in zijn grafiekjes. Maar vier jaar geleden vond hij nog iets heel anders. Wat is er op de Hanze gebeurd?

door Paulien Vinke en Lars Buitinck

Sneller afstuderen graag!Studenten aan de Hanzehogeschool doen veel te lang over hun studie, klaagde be-stuursvoorzitter Henk Pijlman bij de ope-ning van het nieuwe schooljaar. Volgens Pijlman moeten studenten die langer dan zes jaar over hun studie doen, voort-aan een flink hoger collegegeld betalen. Dat moet wel, zegt Pijlman, nu maatre-gelen “zoals het bindend studieadvies” geen effect hebben gehad. Trekt Pijlman een rookgordijn op? Af-gelopen zomer kwam de Hanze in het nieuws door mogelijke diplomafraude: net als hogeschool InHolland zou de Hanze onterecht diploma’s verstrekken aan studenten die al jarenlang vastzitten in het einde van hun studie en maar niet afstuderen. Studenten zouden met half-bakken afstudeeropdrachten kunnen slagen. Pijlman ging hier tijdens zijn openings-speech nog op in. Volgens hem is er geen sprake van fraude. Hij verklaarde dat de Hanze “bepaalde regelingen” heeft voor “bijzondere gevallen” waarin studenten die bijvoorbeeld al een baan of een eigen bedrijf hebben, maar nog niet zijn afge-studeerd, alsnog hun diploma kunnen halen via een “alternatieve route.” Dat is nou precies wat de Onderwijsinspectie onderzoekt. Maar waarom wil Pijlman speciale re-gels om studenten te laten afstuderen die daar zelf geen motivatie meer voor schijnen te hebben? En waarom is het zo erg om lang over je studie te doen?

Alles voor de cijfertjesAls er één ding belangrijk is voor onder-wijsbestuurders, ambtenaren en politici, dan is het rendement: het samenvatten van studiesuccessen in cijfertjes. Hoe dat precies gebeurt verschilt nogal; soms is ‘rendement’ het aantal afgestudeerden binnen vier jaar, soms het aantal stu-denten dat in twee jaar een propedeuse haalt, uitvalcijfers, studieduur, etc. Hoe dan ook: goede rendementen leveren geld op van de overheid, en naar andere dingen kijkt de overheid nauwelijks. Het is dus zaak om de rendementen maar zo ver mogelijk op te krikken. Dat had Pijlman zelf in 2006 al prima door. In

dat jaar schreef hij op het onderwijsweb- log ScienceGuide: “Elke student die lan-ger dan viereneenhalf jaar over zijn hbo-studie doet kost de instelling geld. Elke student die zonder diploma de instelling verlaat na meer dan anderhalf jaar studie kost de instelling ook geld. Een premie om studenten waarover wordt getwijfeld maar snel te laten vallen.” Pijlman vraagt zich af of we zo wel het beste uit onze jeugd halen. “We accepteren niet meer dat mensen langer dan gemiddeld over een studie doen, dat mensen afwijken

van een gemiddelde… Door “rendement” eenzijdig te vertalen als “op een koopje,” geen langere studieroutes te dulden … verliezen we onherroepelijk aan niveau.” Zowel de diplomafraude als de nieuwe mening van Pijlman passen precies in dit plaatje. Hbo’s hebben er belang bij om studenten zo snel mogelijk mét een diploma buiten de deur te zetten, of ze zelf te laten dokken. Dat komt door de manier waarop het geld verdeeld wordt. Alle hogescholen krijgen namelijk sa-men één budget te verdelen. De verde-ling wordt bepaald door vier factoren: het aantal ingeschreven studenten, het aantal afgestudeerden, uitvallers en de totale inschrijftijd. Een langere inschrijf-duur betekent een kleiner deel van de

koek. Het is dus voordelig voor de hoge-school om zoveel mogelijk studenten te laten inschrijven en deze zo snel moge-lijk te laten afstuderen of te laten afha-ken. Middelen die hiervoor ingezet wor-den zijn aan de ene kant reclame voor de hogeschool voor veel inschrijvingen; aan de andere kant bijvoorbeeld het beruchte bindend studieadvies. De dreiging van bezuinigingen uit Den Haag maakt dit probleem des te erger. Maar terwijl Pijlman vier jaar geleden nog wel eens idealistisch uit de hoek wilde komen, huilt hij nu mee met de wolven uit het bos. Jammer, Henk. Lekker lang studerenTot slot: is het dan geen schande om lang te studeren? Als je hbo’ers vergelijkt met universitaire studenten, dan valt het al-lemaal nogal mee: academici doen gemid-deld een maand langer over hun bachelor, maakte het CBS eerder dit jaar bekend. Let wel: voor een universitaire bachelor staat drie jaar, voor een hbo-bachelor vier jaar. Maar van hen wordt het (voorlopig nog) wel gepikt. Nog interessanter is de ontwikkeling in de Verenigde Staten, het land dat on-derwijsbestuurders altijd graag als voor-land voor het Nederlandse onderwijs zien. Daar duren studies steeds langer, bleek in april uit onderzoek van het Na-tional Bureau of Economic Research. De onderzoekers hadden grote moeite om de oorzaken te achterhalen, maar dat studenten te weinig geld hadden en dus moeten bijverdienen, kon er best eens mee te maken hebben, concludeerden ze voorzichtig. En na lang studeren hoef je niet bang te zijn om in de goot terecht te komen: werkgeversorganisatie VNO-NCW heeft meermalen aangegeven dat bedrijven leden willen die “iets naast hun studie” hebben gedaan, wat vrijwel automatisch vertraging betekent. Datzelfde geldt voor de politiek: VVD-leider Mark Rutte stu-deerde zeven jaar en wordt er waarschijn-lijk nog premier mee ook. Pijlmans par-tijgenoot, D66-leider Alexander Pechtold, deed zelfs tien jaar over zijn studie kunst-geschiedenis. Van Pijlman zelf hebben we geen exacte cijfers.

Page 8: Nait Soez'n 39-1

Nait Soez’n 8 Nummer 1 39e jaargang

Directeur Nijestee: “de woningbouw is

een mammoettanker”Al jaren woedt in Groningen een heftige discussie over studenten en de over-last die zij zouden veroorzaken voor de andere ‘Stadjers.’ Directeur Pieter Breg-man van Woningcorporatie Nijestee stelde recent voor om alle inwoners van Groningen voortaan ‘Studjers’ te noemen, om korte metten te maken met de vermeende tweedeling in de Stad. Nait Soez’n sprak met Bregman over de (on)waarheden in de overlastdiscussie en de mogelijkheid van een oplossing.

door Paulien Vinke

Op een druilerige dinsdagmiddag stap ik de Woonwinkel van Nijestee binnen voor een afspraak met algemeen direc-teur Pieter Bregman. Zijn secretaresse brengt me naar zijn kantoor, waar hij net aan een broodje eiersalade begint. “Nog geen tijd gehad voor lunch. Ik zal probe-ren netjes te eten.” Bregman babbelt wat over zijn eigen studententijd. Voor de Groninger Studentenbond zat hij eind jaren ’70 in de faculteitsraad Economie. Het is meteen duidelijk: Pieter Bregman is zelf een sprekend voorbeeld van zijn standpunt dat er een vloeiend verloop is tussen studenten en Stadjers. “Studen-ten van nu zijn de Stadjers van later en sommige Stadjers of hun kinderen zijn toekomstige studenten.”

In uw blog laat u weten teleurgesteld te zijn dat de Groningers er samen maar niet in slagen de studenten- en-overlast-discussie van de laatste jaren op te los-sen. Wat is volgens u het probleem en hoe zou het opgelost moeten worden?“Overlast ontstaat doordat mensen er verschillende leefstijlen op nahouden. Vaak worden in deze discussie studen-ten als oorzaak genoemd van overlast vanwege feestjes of iets dergelijks. Ie-mand die vroeg opstaat om naar het werk te gaan en daarom ’s avonds graag op tijd gaat slapen, kan daar last van hebben. Maar diegene kan net zo goed overlast hebben van een oudere buur-man met gehoorapparaat die de tv te hard heeft staan of van een jong gezin met een krijsende baby. Maar andersom zou je natuurlijk ook kunnen zeggen dat de student die uit wil slapen na een feestje, last heeft van de buurman die om zeven uur ’s ochtends te hard met de garagedeur slaat op weg naar zijn werk.

Wie zegt dat overlast maar één kant op gaat? We moeten juist van twee kanten rekening houden met elkaar. Ik ben voorstander van een sys-teem van geleidelijke escalatie: men-sen moeten eerst elkaar aanspreken op overlast. Als mensen leren om re-kening met elkaar te houden, is het probleem vaak al opgelost. Mocht dat niet het geval zijn, dan moeten de be-staande regels over overlast worden gehandhaafd. Overlast kan bijvoor-beeld worden gemeld bij het Meld-punt Overlast. Er worden waarschu-wingen gegeven en als er dan nog niets gebeurt, gaan we bij Nije-stee bijvoorbeeld over tot ontruiming. In de praktijk is dat overigens zelden nodig: één of twee gevallen per jaar.Ik heb trouwens nog nooit bewijs gezien van de veronderstelling dat overlast door studenten vaker voor-komt dan overlast door niet-studen-ten. Volgens mij is dat ook helemaal niet het geval.”

U refereert in uw blog ook aan SP-raadslid Eelco Eikenaar, die gren-zen wil stellen aan de groei van het aantal studenten in Groningen. Wat vindt u daarvan?“Volgens mij staat dit standpunt haaks op zijn eigen beleid. Als jong-volwassenen uit het Ommeland willen studeren, dan moeten zij toch ook de mo-gelijkheid hebben om dit in Groningen te doen en hier te kunnen wonen? Ik vind dat de keuzevrijheid van mensen om te studeren, te werken én te wonen hoe en waar men wil niet moet worden be-perkt, maar juist moet worden vergroot. Je moet geen mensen uit je stad weren. Je moet er juist voor zorgen dat al die

mensen een geschikte woning kunnen vinden in een geschikte wijk. Studenten moeten ook niet bij elkaar wonen maar juist gespreid door de stad. Want als je alle bevolkingsgroepen bij elkaar zou zet-ten, loop je risico op gettovorming. En dat willen wij graag tegengaan.”

Als er geen bewijzen zijn van de speci-fieke overlast van studenten, waar komt

Page 9: Nait Soez'n 39-1

9Nait Soez’n Nummer 1 39e jaargang

Directeur Nijestee: “de woningbouw is

een mammoettanker”

die discussie dan vandaan?“Ik denk dat de discussie deels komt doordat er schaarste op de woningmarkt voor jongeren heerst. De laatste jaren heeft de stad te weinig aan jongeren-huisvesting gedaan. De woningbouwsec-tor is traag, als een mammoettanker die moeilijk keert, terwijl de woningmarkt veel sneller verandert. Het gevolg is dat we vaak achter de feiten aanlopen. Eind

jaren ’90 was er sprake van een bevolkingskrimp met veel leegstand tot gevolg. Rond de eeuwwisseling werden er daar-om minder, maar wel betere woningen gebouwd. Intussen groeide de bevolking alweer. Toen de duurdere woningen de laatste jaren werden opge-leverd, was de economie inge-stort en was er juist vraag naar veel en goedkope woonruimte. Door de grote druk op de wo-ningmarkt zijn veel jongeren genoodzaakt in de particuliere sector te zoeken, waar ze door sommige huisjesmelkers voor veel geld in slechte woningen worden gehuisvest. Vaak in hui-zen die niet voor kamerverhuur geschikt zijn en op plaatsen die niet passen bij hun leefstijl. Dat kan gemakkelijk tot overlast lei-den. Wij proberen daarom te zoeken naar mogelijkheden om snel, betaalbare woonruimte te bouwen op plekken die ge-schikt zijn voor studenten en waar minder snel overlast ont-staat. Dat kan door bijvoorbeeld studio’s te bouwen, zoals die aan het Damsterdiep en de An-tillenstraat.”

Volgens Bregman komt de dis-cussie ook deels voort uit een dieper liggend probleem.“Aan de andere kant denk ik ook dat de mensen graag gene-raliseren. We willen abstracte, soms symbolische, oplossin-gen voor concrete problemen. Huiseigenaren zien de komst van studenten als buren bij-voorbeeld bij voorbaat als be-dreiging voor hun nette straat of voor de waarde van hun huis. Terecht of onterecht. Dat kunnen ze van te voren ook

niet inschatten, want ze kennen die stu-denten dan nog helemaal niet. Om die angst te beteugelen, willen ze regels die voorkomen dat het probleem kan ont-staan. Daarbij worden alle studenten over één kam geschoren. Goed voorbeel-den van zulke regels zijn de 15%-norm of het op slot zetten van de wijk Sel-werd voor studenten. Was gesteld dat er geen negers meer in Selwerd mogen

wonen, dan was dat meteen discrimina-tie genoemd. Het is gek dat dit nu niet gebeurt.”

De oplossing ligt volgens Bregman bij de mensen zelf.“Als mensen overlast ervaren is dat in ieder individueel geval een serieus te ne-men probleem. Het is echter een illusie een oplossing te verwachten van de over-heid en het instellen van meer regels. Volgens mij is het beter en bevredigender om jezelf de vraag te stellen: wat kan ik er zelf aan doen? Als woningcorporatie willen we dat ook uitstralen. Mensen moeten leren zichzelf te helpen. Vaak denken mensen dat ze geholpen zijn door een regel als de 15%-norm, maar uit-eindelijk wordt er wel weer een manier gevonden om de regel te omzeilen, met nog meer ontevredenheid als gevolg. Het is uiteindelijk effectiever én bevredigen-der je eigen probleem op te lossen.”

Wat zou er moeten gebeuren om de dis-cussie te beëindigen? “Zoals ik in mijn blog al schreef: elkaar meer ontmoeten, de regels beter handha-ven, en veel woningen voor jongeren bij-bouwen. Laten we het er verder gewoon niet meer in alle media zo generaliserend over hebben. De grote aandacht voor de studenten-en-overlast-discussie maakt er volgens mij ook een self-fulfilling pro-phecy van. Vestig veel aandacht op het negatieve, en het komt op den duur ook uit. Mensen gaan erin geloven, handelen ernaar en de situatie verandert er ook naar. Het omgekeerde is ook mogelijk: focus op het positieve: bekijk wat er positief is aan een situatie, bedenk wat je wil be-reiken en handel ernaar dat het ook ge-beurt.”

Wat voor tips wilt u nog meegeven aan alle ‘Studjers’ van Groningen?“Leer je buren kennen: ga een kopje kof-fie drinken met de bejaarde onderbuur-vrouw, help haar eens met de boodschap-pen en ze zal jouw feestje gemakkelijker door de vingers zien. Of nodig je buren gewoon uit voor een biertje op je feest. Zet de muziek wat zachter als je buur-man migraine heeft. Hou met dat soort dingen rekening en je woont een stuk prettiger met al die mensen in de stad. Want het leuke van Groningen is nou juist die biodiversiteit. Geniet ervan!”

Page 10: Nait Soez'n 39-1

Nait Soez’n 10 Nummer 1 39e jaargang

Vrijheid Zonder Duitsers De redactie ontving onderstaand pamflet van de nieuwe politieke beweging ‘Vrijheid Zonder Duitsers,’ die zich keert tegen “parasitaire” elementen in de studentenpopulatie. We drukken het pamflet integraal af. Want: Nait Soez’n is neutraal, ob-jectief en natuurlijk nooit te beroerd om mee te buigen met de rechtse wind die door Nederland waait. En het zou immers niet rechtstatelijk zijn om sommige allochtonen wel te discrimineren, maar anderen niet.

Laten we eerlijk zijn: we zijn trots op Gronin-gen. Hier, achter de dijken bestaat een mate van vrijheid en tolerantie die zijn gelijke niet kent. In de dertiende eeuw bouwden de stadjers op eigen gezag een omwalling om de stad tegen de bis-schop van Utrecht te beschermen. Tegenwoordig staat Groningen bekend om zijn studentenle-ven, waarin geïnvesteerd wordt door de Neder-landse staat. De afgelopen jaren heeft er echter een groep op parasitaire wijze gebruik gemaakt van onze voorzieningen: de Duitsers. Sinds 2006 is het aantal Duitse studenten bijna verdubbeld. Inmiddels is de helft van alle buitenlandse stu-denten Duits. De partij Vrijheid Zonder Duitsers heeft zich daarom ten doel gesteld om onze oos-terburen te laten zien wie hier de baas is.

Ook bij onderwijs: de vervuiler betaaltDe VZD heeft niets tegen Duitsers in het alge-meen, maar in tijden van crisis moeten we ook in het onderwijs stoppen met die onzinnige sub-sidies op massa-immigratie. Ook bij onderwijs moet daarom gelden dat de vervuiler betaalt. De Nederlandse studenten zijn al duur genoeg en in tegenstelling tot Duitse studenten leveren ze ons wél iets op. Nederlanders blijven hier in ons land om als arts of als advocaat te werken. Duitsers verdwijnen gelijk na hun studie weer over de grens en worden in hun eigen land psycholoog.

Stop de germanisering: zero tolerance!Wie denkt dat de germanisering een kwestie van one issue is, kan niet tellen. De Duitse massa-immigratie heeft gevolgen voor alle aspecten van onze samenleving. Denk maar eens aan huisves-ting: het aanbod aan kamers is schaars, steeds meer van deze kamers worden door Duitse stu-denten in beslag genomen. Kamernood mag

echter niet tot diefstal van andermans eigendom leiden. Maar het blijkt dat in de kraakbeweging opvallend veel Duitsers zitten. Ook zijn Duit-sers vaker aanhanger van linkse ideologieën. Zij roepen op tot demonstraties en rellen. Duitsers die traag over het fietspad lopen of niet met een fiets om weten te gaan, zijn een bedreiging voor onze verkeersveiligheid. Ze moeten opgepakt worden. Weg met die straatterroristen!

Laat ze maar lekker Nederlands lerenSteeds meer Duitsers kunnen geeneens goed Nederlands. De VZD zet zich in voor het behoud van het Nederlands en de twee noordelijke talen. Nederlandse, Grunneger en Fryske taalcursus-sen moeten daarom voor Duitsers verplicht zijn. Op eigen kosten natuurlijk. Er moet een verbod komen om in het Duits of Engels gesprekken te voeren met Duitsers. Nederland is een vrij land dat open staat voor de Anglo-Amerikaanse cul-tuur. We hoeven ons niet aan te passen aan een achterlijke cultuur waarin zelfs televisieseries nagesynchroniseerd worden.

Vóór de hardwerkende studentHet is de hoogste tijd dat de gemeente in actie komt. We vragen de gemeente Groningen om de kosten van Duitse massa-immigratie te bereke-nen. Ook willen we etnische registratie van alle Duitsers. Er moet meer politie op straat komen om dat tuig onder controle te houden. Dit alles voor een vrij en veilig Groningen. De VZD pleit voor een zero tolerance-beleid. Stoppen met die linkse hobby’s. Wie betaalt de prijs en trekt steeds de portemonnee voor deze multicultu-rele samenleving? Dat ben jij, de hardwerkende Nederlandse student. Stop nu de germanisering van Groningen!

[Noot van de redactie: de schrijver van dit pamflet is een in Groningen studerende Duitse.]

Page 11: Nait Soez'n 39-1

11Nait Soez’n Nummer 1 39e jaargang

Gezocht: Goedkope arbeidskracht

Wanneer je door het centrum van Groningen loopt zie je zoveel advertenties bij uitzendbureaus hangen dat je zou denken dat werkgevers met de handen in het haar zitten. Helaas is er vaak een reden dat voor dergelijke baantjes altijd nieuw, goedkoop bloed gezocht wordt. Waar moet je op letten bij je bijbaantje zodat je niet als een koopje behandeld wordt?

door Sander van der Leij

Denk er aan dat je met een uitzendbaan voor twee bedrijven werkt die allebei munt willen slaan uit jouw activiteiten. De werkgever betaalt het uitzendbureau een premie voor hun ‘bemiddeling,’ dat vaak ten koste van jouw loon gaat. Aan de andere kant staan bepaalde functies niet voor je open als je niet via een uit-zendbureau werkt. Je hebt vaak minder rechten dan mensen met een vast con-tract, maar toch draag je op de werkvloer wel dezelfde lasten. Flexibiliteit is een pre, maar er is een reden dat je parttime en niet fulltime een baan zoekt. Let er op dat je onge-veer rond de 40 uur met je studie bezig zou moeten zijn. Als je dat er ook aan besteedt, kan een bijbaan van bijvoor-beeld 16 uur slopend zijn. Als je al even studeert weet je zelf wat je aankunt, dus hou hier rekening mee. Het is zonde als je studievertraging oploopt vanwege je bijbaan: de kosten van een extra jaar studeren wegen mogelijk niet op tegen de verdiensten. Uitzendbureaus bieden vacatures aan

uit alle branches. Horecawerk is alleen voor mensen die

weinig waarde hechten aan een normaal

slaapritme. De slopende monotonie van productie- of callcenterwerk kan een deal breaker zijn. Laat je niet pushen om een bepaald baantje te accepteren, ook al is het tijdelijk. Het is zonde van je col-legegeld als je zoveel werkt dat je over-dag niet meer toerekeningsvatbaar bent. Bijbaantjes zijn zelden nine-to-five, met name omdat dat niet werkt in combina-tie met een studie. Je hebt meestal geen recht op toeslag als je ’s avonds of in het weekend moet werken. Dat wil niet zeggen dat geen enkel bedrijf hier coulant mee omgaat. Zorg ervoor dat je niet ziek wordt en met name niet meerdere keren op vrijdagoch-tend door overmatige zelfmedicatie op de avond ervoor. Je werkgever is misschien ook ooit jong geweest en snapt meteen wat er aan de hand is. Als een uitzend-kracht moet je je vaak ziek melden bij het uitzendbureau én het bedrijf waar je werkt. Beter melden is nog ingewikkel-der; dan moet je bij de eerder genoemde twee bedrijven zijn én bij het UWV. De hoogte van je loon hangt af van je leeftijd: tot en met je 23e stijgt je mini-mumjeugdloon elk jaar. Daarna kom je in het minimumloon voor volwassenen terecht, wat hetzelfde zal blijven, tenzij je besluit je studie af te maken en naar groenere weiden vertrekt. In het zeld-zame scenario dat je jaarlijks meer ver-dient bovenop je studiefinanciering dan

wettelijk is toegestaan (€ 13.215,83 in 2010), zul je gekort worden op je stufi of moet je het verschil zelfs terugbetalen. Overigens veel succes gewenst met het verdienen van zulke bedragen met part-time baantjes! Vergeet vooral het T-biljet of Tj-biljet (voor jongeren) niet in te vul-len. Teveel betaalde belasting kun je dan terug krijgen. Dit loopt in sommige ge-vallen flink op, omdat studiekosten die in totaal boven de € 500 uitkomen te de-claren zijn; bv. deels je collegegeld. Weet wat er op je loonstrookje staat. De FNV was onlangs verbaasd over hoeveel jongeren eigenlijk geen idee hebben van wat het allemaal nou eigenlijk betekent. Vooral de loonheffingskorting is interes-sant: je kun je maar bij één werkgever ge-bruik maken van deze korting. Let daarop als je bijvoorbeeld stage gaat lopen. Om te voorkomen dat je aan het einde van je geld een stuk maand overhoudt, kun je je uitgaven beter een beetje plan-nen. Als uitzendkracht krijg je soms per week uitbetaald. Een maandelijks over-zicht van je uitgaven en inkomsten is dan wat ingewikkelder. Wekelijks loon heeft de neiging veel te gemakkelijk te verdwij-nen als je ’t niet in de gaten houdt. Check onder welke CAO je valt en lees vooral ook de kleine lettertjes daarin. In de CAO staan je rechten en je plichten. Vaak zijn er twee mogelijke CAO’s van toepassing: een van het bedrijf waar je werkt of de CAO voor uitzendkrachten, waarvan er ook weer twee verschillende zijn. Controleer bijvoorbeeld of pauzes doorbetaald worden; dat scheelt een hoop inkomen op de lange termijn. De vakbonden hebben vaak lang onderhan-deld met werkgevers over de regels in je CAO. Het systeem is daardoor vaak niet ingericht om het voor jou zo makkelijk mogelijk te maken en je bent dus zelf verantwoordelijk voor het opdoen van kennis van zaken. Ook een bijbaantje is namelijk wel een echte baan, die je in variërende mate serieus moet nemen. Ga gewapend met kennis het veld in, zoals ’t een student betaamt. Dan ben je voorbe-reid op allerlei ongein die jouw kant op zou kunnen komen.

Bij voorkeur slecht geïnformeerd

Page 12: Nait Soez'n 39-1

Nait Soez’n 12 Nummer 1 39e jaargang

(advertentie)

Vervelende huisbaas, problemen met de IBG,studievertraging of een arbeidsconflict?

Oftewel:

Hulp nodig?

Neem contact op met het

[email protected]

050-3187898

Via

Vervelende huisbaas, problemen met de IBG,studievertraging of een arbeidsconflict?

Oftewel:

Hulp nodig?

Neem contact op met het

[email protected]

050-3187898

Via

Vervelende huisbaas, problemen met de IBG,studievertraging of een arbeidsconflict?

Oftewel:

Hulp nodig?

Neem contact op met het

[email protected]

050-3187898

Via

Vervelende huisbaas, problemen met de IBG,studievertraging of een arbeidsconflict?

Oftewel:

Hulp nodig?

Neem contact op met het

[email protected]

050-3187898

Via

(advertentie) (advertentie)

Page 13: Nait Soez'n 39-1

13Nait Soez’n Nummer 1 39e jaargang

Zorg voor en door studenten

Je gaat studeren, wilt op jezelf wonen, maar je hebt speciale ruimte nodig omdat je in een rolstoel zit. Wat doe je dan? Stu-dente Maaike Kersten bedacht een zorgconcept waardoor studenten met een lichamelijke beperking zelfstandig op kamers kunnen wonen.

door Marcel Trip

Het is een grote stap om voor het eerst op kamers te gaan als student. Opeens moet je voor jezelf zorgen. Koken, huur betalen, schoonmaken en je eigen huis-houden runnen. Er komt van alles op de beginnende kamerbewoner af. Voor studenten met een handicap is het he-lemaal een uitdaging om op zich-zelf te gaan wonen. Vaak zijn er aangepaste kamers en faciliteiten nodig, alsmede specifieke zorg die niet altijd voorhanden is.

StudentenlevenMaaike Kersten, studente Sociaal Juridische Dienstverlening aan de Hanzehogeschool, zit zelf in een rolstoel. Dit maakt het voor haar moeilijk om zelfstandig te wonen. Kersten liet zich hierdoor echter niet uit het veld slaan. Ze begon het project ‘Wiel & Deal,’ een zorg-concept waarbij studenten als zij wél op kamers kunnen. Met hulp van andere studenten. “Ruim twee jaar geleden heb ik mijn havo afgemaakt en wilde ik als student gaan leven, met alles wat daarbij hoort,” legt Kersten uit. “Maar dat bleek niet zo een-voudig als ik dacht. Daarom ben ik begonnen met Wiel & Deal. Op op-leidingen is er vaak redelijk veel goed geregeld. Maar ergens kun-nen wonen en zo echt meedoen in de samenleving is ook van be-lang.” Het doel van de organisatie is dan ook simpel: zorgen dat stu-denten met een lichamelijke be-perking of handicap zelfstandig kunnen wonen. Op deze manier kunnen studenten die met een beperking leven toch een zo nor-maal mogelijk studentenleven leiden. Een mooi idee, waarvan de eerste prak-tische stap al genomen is.

WielewaalpleinEind augustus ging de eerste paal de

grond in van de nieuwe woontoren aan het Wielewaalplein bij de Oosterhamrik-kade: een jongerenflat met 150 één- en tweekamerwoningen. Daarin komen ook zes aangepaste kamers voor jongeren met een functiebeperking. Deze kamers zijn volledig aangepast voor bewoning door

Studentenleven in een rolstoel

Voor meer informatie over het Wiel & Deal-project:

www.wielendeal.nl

studenten en jongeren die afhankelijk zijn van een rolstoel. De zes aangepaste kamers zijn verspreid over de toren, zo-dat de aangepaste kamers gewoon tussen andere kamers liggen. Op deze manier is er zowel met lotgenoten als met ‘gewo-

ne’ studenten contact. Op het moment wordt er gekeken naar de aanbesteding voor de professionele en specialistische zorg. “Daarnaast wil ik studenten aantrekken die huishoude-lijke of zorgtaken op zich gaan nemen,” zegt Kersten. De bedoeling is om zoveel

mogelijk zorg te laten leveren door andere jongeren in het kader van de studie, of als bijbaan. In een onder-zoek van studenten aan de Hanze-hogeschool (“Huisvesting voor stu-denten met een beperking,” 2010) onder 80 studenten, gaven maar liefst 75 studenten aan best hulp te willen verlenen aan de studenten met een beperking.

ToekomstdromenHet concept van Weal & Deal dingt mee naar de Nationale Zorgvernieu-wingsprijs 2010. Deze prijs is be-doeld om vernieuwende ideeën voor betere zorg en welzijn in ons land een impuls te geven. In 2008 ging de prijs naar de Sint-Maartenskliniek te Nijmegen waar spraaktherapie via in-ternet werd ingezet bij de revalidatie van mensen met neurologisch letsel. De winnaar krijgt dit jaar maar liefst 75.000 euro om het zorgconcept een succes te maken. In oktober vindt de uitreiking van de prijs plaats. Het project is in Groningen in-middels van start gegaan. Kerstens droom om een echt studentenleven te leiden lijkt daarmee ook dichter-bij. Waar ze het meest naar uitkijkt? “Gewoon een plekje voor mezelf, een kleine kamer met veel te veel troep, gewoon eens een keer om vier uur ’s nachts thuiskomen, het gewone stu-dentenleven zeg maar.”

Page 14: Nait Soez'n 39-1

Nait Soez’n 14 Nummer 1 39e jaargang

door Wieke van ’t Veer

U heeft nog nooit gehoord van Tommy Wiseau? Echt niet? En u bent geen cul-tuurbarbaar, zegt u? Tssk.Tommy Wiseau is zowel regisseur als producent als scriptschrijver als hoofd-rolspeler van de culthit The Room (2003). Deze film valt in de categorie menselijk drama en scoorde welgeteld een 3,1 op de Internet Movie Database (IMDB). Mogelijk komt dat door-dat Tommy Wiseau zowel hoofdrolspeler, regisseur als producer is. The Room speelt zich af in San Francisco rondom het koppel Johnny (raad eens wie?) en Lisa. John-ny is een engel die het beste met iedereen voor heeft. Hij is sportief en bij alle winkels in de stad is hij de favoriete klant. Want hij is zó vriendelijk en hij heeft zo’n groot hart. Hij heeft zelfs een jongen geadopteerd! He-laas wordt arme Johnny door zijn omgeving niet genoeg gewaardeerd: ie-dereen laat hem in de steek. Wat zielig. Het begin en het einde van alle pro-blemen in deze film liggen bij Wiseau. Het enige positieve wat je erover kunt zeggen is dat de man goede bedoelingen moet hebben gehad. Je voelt dat hij zijn best heeft gedaan om allerlei maatschap-pelijke thema’s in zijn film aan bod te laten komen. Je hoort Lisa’s moeder bij-voorbeeld triomfantelijk zeggen dat ze zeker weten borstkanker heeft. Het pro-bleem is echter dat de onaantrekkelijke Wiseau het acteertalent, het intellect en het vermogen tot zelfkritiek van een beschimmeld koekje lijkt te hebben. Hij heeft het indrukwekkende emotionele bereik en de articulatie van een zom-bie, inclusief een bizar accent. Gelukkig

maar, want de rest van de cast kan ook niet acteren. Dat scheelt weer, want het camerawerk en de belichting zijn om te huilen. De film, hoewel geschoten in 2002-2003, ziet eruit alsof hij zich in de jaren ’80 afspeelt. Daarbij kan een draak van een plot natuurlijk niet achterblij-ven. Enfin, je begrijpt het idee.

Geen van de acteurs is na het mee-werken aan The Room nog ergens te-rechtgekomen. Wiseau beweert dat de film is bedoeld als ‘zwarte komedie,’ maar je ziet aan alles dat het niet zo kan zijn geweest. Het werk is zo dramatisch slecht dat je erbij in de lach schiet. In een fascinerend interview werd aan Wiseau gevraagd wat hij zou veranderen als hij meer geld had gehad (het raadsel rondom de financiering van de film is tot op heden niet opgehelderd), waarop Wiseau antwoordde: “niets.” Een voordeel van zoveel mislukkingen bij elkaar is dat je anders naar een film gaat kijken. Ik heb The Room inmiddels twee keer gezien (mijn liefste zelfs drie

Het zelfkritisch vermogen van een beschimmeld koekje

keer) en elke keer zie je weer nieuwe dieptepunten. Waarom regent het bij de erotische (nee nee nee! Wiseau naakt!) scènes? Waarom giechelt Johnny ner-veus bij alles wat hij zegt? Er zijn mensen die The Room wel der-tien keer in de bioscoop hebben gezien. Elke keer ontdekten ze een nieuw hoog-

tepunt van filmhistorische schaamte. Er is een hele cultus ontstaan met vele gebaren en zinnen die je kunt zeggen bij bepaalde momenten in de film. Je kunt bijvoorbeeld plastic lepels gooien elke keer dat er een ingelijste foto van een lepel in beeld komt. Je kunt elke keer dat de pleegzoon in beeld komt, “hi Danny!” zeggen en, als hij weer weg gaat, “bye Danny!” Je kunt klappen, elke keer dat er om ondui-delijke redenen nieuwe karakters in beeld zijn of weg gaan. Of je kunt kreu-nend van afschuw wegkij-ken bij erotische scènes. Er bestaan The Room-drankspellen, waarbij je elke keer moet drinken

als Lisa ergens niet over wil praten, of zegt dat iemand zich ergens geen zorgen over hoeft te maken. En er is een spel gemaakt waarin je alles wat Johnny en Lisa meemaken, kunt meebeleven. The Sunday Times noemt The Room “the best worst film ever made.” Zo ver zou ik niet willen gaan: ik heb betere slechte films gezien. Maar hij staat ab-soluut ergens hoog op de ranglijst van slechte kutfilms.

Tommy Wiseau is regisseur, producent, scenarist en hoofdrolspeler van The Room. Je zou haast denken dat hij dan wel een multitalent moet zijn.

Page 15: Nait Soez'n 39-1

15Nait Soez’n Nummer 1 39e jaargang

Bart Bruininks (20) is voorzitter. Als hét gezicht van de GSb en daarmee van alle studenten in Groningen, is deze stu-dent moleculaire levenswetenschappen bereid te “lullen als brugman” met alle instanties die de rechten en wensen van studenten aangaan. Vooral voor studentenhuisvesting wil hij zich komend jaar met vol enthousiasme gaan inzetten.

Tim Span (23) studeert geschiedenis en is komend jaar vice-voorzitter. Zijn takenpakket omvat de ondersteuning van de GSb-fracties in de medezeggenschap: de fractie in de univer-siteitsraad (RUG), en die in de HMR (Hanze). Daarnaast zorgt hij ervoor dat de GSb op een soepele, professionele manier samenwerkt.

Matthijs Dröge (21) is tweedejaars Engels aan de RUG. Als secretaris is hij verantwoordelijk voor administratieve zaken en het contact met de leden. Hij bereidt zich voor op “een zware taak, want we willen er dit jaar zo veel mogelijk leden bij krijgen. Nog geen lid? We regelen het!”

Max de Witte (20) is voor het tweede jaar op rij penning-meester van de GSb. Filosofiestudent Max hecht veel waarde aan het vakbondsideaal: “in tijden van crisis is de GSb een onontbeerlijke waakhond voor de belangen van studenten. Gelukkig kunnen we teren op veertig jaar ervaring. En zijn we gewoon goed in wat we doen.”

Lotte Bruininks (24) is naast rechtenstudente komend jaar algemeen bestuurslid. Ze zal leiding geven aan het Studen-tensteunpunt, de hulplijn voor alle studenten die in de knoei zitten met opleiding of huisbaas, en aan de milieuwerkgroep SMOG. “Die twee werkgroepen hebben mijn hart gestolen,” verklaart Lotte, die haar “hart en ziel” in de GSb wil leggen.

De GSb bestaat in 2011 precies veertig jaar. Wil je meewerken aan de feestelijkheden om dit te vieren, meld je dan bij de lustrumcommissie. [[email protected]]

Lustrumcommissie

POP3 lol? Beheer het leukste netwerk van Groningen! [[email protected]]

ICT/nerd

Het Huurteam van de GSb controleert studentenhuizen op maximale huur en helpt stu-denten op weg naar de Huur-commissie. Daarvoor zijn meer vrijwilligers nodig. [[email protected]]

Huurcommissie

Gezocht:

Met een bindend studieadvies op de RUG, onderwijsbezuinigingen in de pijpleiding en een schreeuwend tekort aan goede woonruimte is er anno 2010 genoeg te doen voor de Groninger Studentenbond. We stellen je voor aan de vijf mensen die het komend jaar bij de studentenvakbond de kar gaan trekken.

Het Studentensteunpunt geeft gratis juridisch advies aan stu-denten. Interesse in het coör-dineren van deze werkgroep? [[email protected]]

CoördinatorSteunpunt

www.groningerstudentenbond.nl/lidworden

De eerstvolgende Algemene ledenvergadering vindt plaats op 28 oktober 2010 om 19:30u.

St. Walburgstraat 22atel: 050-3634675

Een vakbond voor studenten

Page 16: Nait Soez'n 39-1

Nait Soez’n 16 Nummer 1 39e jaargang

www.groningerstudentenbond.nl

Tekenaars gezocht

Nait Soez’n zoekt illustratoren

Wegens verpletterende om-standigheden zijn we met spoed op zoek naar illustrato-ren. Bij voorkeur hardhoofdig en in staat om onder invloed van geestverruimende muziek en veel koffie te werken.

Heb je een creatieve geest en hou je van tekenen? Dan kun je dat bij ons verder ontwikkelen. En je helpt ons om mooie platen bij onze artikelen te kunnen blijven plaat-sen, want zonder illustraties is er geen echte Nait Soez’n. Wij bieden een gezellig team van redacteuren en illustratoren die je kunnen hel-pen je eigen stijl te ontwikkelen. Nait Soez’n komt eens in de twee maanden uit.

Geïnteresseerd? Kom een keertje langs tijdens een redactieweekend. Neem contact op metnaitsoez’[email protected] of bel naar 050-363 46 75.