nimar na tweeëneenhalf jaar...het nimar heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om...

24
NIMAR evaluatierapport definitief.docx | 89:;-:8-:= NIMAR na tweeëneenhalf jaar Evaluatieonderzoek van het Nederlands Instituut in Marokko, 89:G–89:; Dr. Don Westerheijden Prof. Dr. Hans Vossensteyn Leon Cremonini, MA 89:;-:8-:8 Kenmerk C:;HV::S

Upload: others

Post on 19-Mar-2020

3 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

Page 1: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

NIMAR evaluatierapport definitief.docx | 89:;-:8-:=

NIMAR na tweeëneenhalf jaar Evaluatieonderzoek van het Nederlands Instituut in Marokko, 89:G–89:; Dr. Don Westerheijden Prof. Dr. Hans Vossensteyn Leon Cremonini, MA 89:;-:8-:8 Kenmerk C:;HV::S

Page 2: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

1

Inhoud

! Samenvatting, belangrijkste conclusies en aanbevelingen 6 !.! Evaluatievraag !: Uitvoering plannen 34!5 en werkplan 34!8–34!: ; !.3 Evaluatievraag 3: Bijdrage aan tegengaan van radicalisering ; !.; Aanbevelingen ; !.C Slotconclusie evaluatoren 5

7 Introductie : 3.! Scope & context van de evaluatie G 3.3 Evaluatiekader G 3.; NIMAR: Missie, doelstellingen, werkplannen G

6 Onderwijs != ;.! Onderwijs – wo !4 ;.3 Onderwijs – hbo !! ;.; Onderwijskwaliteit !! ;.C Onderwijs op het gebied van de Islam !3 ;.5 Samenwerking met betrekking tot onderwijs !3 ;.8 Conclusies en aanbevelingen – Onderwijs !3

> Onderzoek & Valorisatie !> C.! Onderzoek en facilitering !C C.3 Valorisatie !C C.; Conclusies en aanbevelingen – onderzoek en valorisatie !5

B Bibliotheek !: 5.! Bevindingen !G 5.3 Conclusies en aanbevelingen – Bibliotheek !G

E Organisatie !F 8.! Organisatiestructuur !: 8.3 Bemensing !: 8.; Middelen !T 8.C Conclusies en aanbevelingen – organisatie !T

Bijlage ! Programma locatiebezoek NIMAR 7!

Bijlage 7 Overzicht van interviews 77

Bijlage 6 Samenstelling Maatschappelijke Adviesraad 76

Page 3: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs
Page 4: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

3

Samenvatting, belangrijkste conclusies en aanbevelingen

Evaluatievraag :: Uitvoering plannen 89:G en werkplan 89:[–89:; Van de taken om hoogwaardig onderwijs te bieden dat studenten van Nederlandse instellingen zal ondersteunen in hun intellectuele ontwikkeling tot zelfstandig kritisch denkende jonge men-sen is in de eerste tweeëneenhalf jaar van het NIMAR het bacheloronderwijs voor met name wo-studenten tot uitvoering gekomen (taken a en deel van b van de plannen in 89:G). Daarmee worden studenten uit diverse Nederlandse universiteiten bereikt, hoewel verdere diversifiëring van universitaire herkomst wordt nagestreefd. Hbo-studenten participeren vooral in het taal-onderwijs en in korte cursussen. Het NIMAR biedt Nederlandse studenten de bedoelde veilige locatie voor de bestudering van de taal, cultuur, godsdienst en samenleving van Marokko, de Arabische wereld en West-Afrika. Aan Marokkaanse, Nederlands en internationale onderzoekers worden goede faciliteiten ge-boden—daarvan wordt ook gebruik gemaakt (taak d). De opbouw van de bibliotheek is na personeelswisselingen weer duchtig ter hand genomen (taak f). Valorisatie is van de grond gekomen (taak e), zowel in combinatie met de onderzoeksfacilite-ring als voor wat betreft activiteiten met civil society organisaties. Financiële baten levert dit buiten het project ‘Building Bridges’ weinig op, terwijl de inspanning ervoor groter is dan NIMAR verwachtte of wenste. Dergelijke activiteiten kunnen goed tot het toekomstige bedrijfs-model van het NIMAR gaan behoren. Nog vrijwel niet ontwikkeld zijn:

a) Masteronderwijs (deel van taak b). De Universiteit Leiden heeft besloten om geen MA-onderwijs Arabisch te ontwikkelen omdat hiervoor onvoldoende middelen beschikbaar zijn.

b) Onderwijs voor professionals vanuit de Arabische wereld en Afrika (deel van taak b) c) Eigen onderzoek (bijdrage aan taak d, echter niet expliciet in de taakstelling vermeld).

Hoewel geen expliciete taak van het NIMAR in 89:G, blijken de activiteiten op het gebied van interculturele samenwerking een zeer positieve uitstraling te hebben op de betrekkingen tus-sen Nederland en Marokko. Dit wordt weerspiegeld in de nauwe samenwerking met de Ne-derlandse ambassade in Rabat.

Evaluatievraag 8: Bijdrage aan tegengaan van radicalisering De afgesproken outputs in het projectplan (zie ook taak c) zijn in grote lijnen uitgevoerd.1 Voor een dergelijk beladen onderwerp lijkt dit ons te voldoen aan de projectomschrijving.

Aanbevelingen Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs en faciliteren van onderzoek. Voor-bijgaand aan de overige punten van waardering die wij in de diverse paragrafen geformuleerd hebben, bevelen wij het NIMAR aan om in de komende jaren de nog niet ontwikkelde taken meer prioriteit te geven, voor zover de middelen dat toelaten. Voor de diverse taken bevelen wij daartoe vooral aan:

1 Wij hebben de output niet tot op het niveau van aantallen deelnemers aan studiereizen en dergelijke bezien. Ook is het ons in deze korte tijd niet mogelijk om outcomes en impacts ervan te evalueren.

Page 5: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

4

Onderwijs

In de komende jaren:

• Meer prioriteit voor de ontwikkeling van onderwijs op het masterniveau • Meer prioriteit voor de ontwikkeling van hbo-onderwijs • Meer gebruikmaking van de kansen voor samenwerking met Marokkaanse universiteiten Daarnaast lijkt ons wenselijk:

• Meer coherentie te brengen in de studie-ervaring voor studenten in de minor door de ‘rode draad’ van begin af aan duidelijk te maken en door meer consistentie af te spreken met lokale gastdocenten

• Studenten te werven vanuit een groter aantal Nederlandse hogeronderwijsinstellingen • Mogelijkheden te onderzoeken om studenten een groter aandeel te laten betalen van de

kosten voor bijvoorbeeld excursies en huisvesting zonder de onmiddellijke betalingen te verhogen, bijvoorbeeld via gespreide terugbetalingsregelingen na hun terugkeer in Neder-land

• Mogelijkheden te blijven onderzoeken om de partnerschappen met hogescholen uit te brei-den

• Samenwerking met Université Mohammed V te continueren door de formele overeenkomst op het niveau van de Faculteit Geesteswetenschappen te hernieuwen.

Onderzoek en valorisatie

Voor wat betreft het Bridging Gaps-project, zie ons antwoord op de tweede evaluatievraag. Wij bevelen daarnaast aan:

• Maak de betrokkenheid van NIMAR-stafleden bij onderzoek meer zichtbaar als prestatie van het NIMAR, bijvoorbeeld via de eigen website

• Het zou wenselijk zijn om van bezoekende onderzoekers vaker tegenprestaties te vragen in de zin van bijvoorbeeld lezingen, co-publicaties, of samenwerking in (vervolg-) onder-zoeksprojecten

• Zoals in geesteswetenschappen gebruikelijk, is valorisatie voor het NIMAR voor een groot deel een kwestie van communiceren met de samenleving; het zou wenselijk zijn dat het NIMAR in de komende jaren meer capaciteit kan vrijmaken voor communicatie

• Daarnaast verdient het aanbeveling om te onderzoeken of iemand met de functie van com-mercieel directeur vanuit bestaande valorisatietaken meer tegemoetkomingen in de kosten van gebruikers kan verwerven (studenten, hogeronderwijsinstellingen, onderzoekers, part-ners in de maatschappij) en nieuwe valorisatietaken kan acquireren

• Het is aan te bevelen dat het NIMAR regelmatig deelneemt aan grotere onderzoekspro-jecten op haar specialisatieterreinen, zoals nu al Museum and Heritage studies, Africa–Asia studies en Urban studies. Dit kan ook bijdragen aan een langetermijn-verdienmodel.

Bibliotheek

Onze aanbevelingen voor de goed functionerende bibliotheek zijn:

• Het zou voor onderzoekers maar vooral ook voor studenten wenselijk zijn om meer bronnen (digitaal) beschikbaar te krijgen in Rabat en meer persoonlijke ondersteuning te krijgen bij het zoeken ernaar

• Het zou ook wenselijk kunnen zijn om een catalograaf aan te stellen.

Page 6: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

5

Organisatie

• Voor de doorontwikkeling van het NIMAR is dit een goed moment om tot een meer speci-fieke formulering van langetermijnstrategie en -doelstellingen te komen, als kader voor de jaarlijkse werkplannen. Het NIMAR acht het huidige portfolio breed en onevenwichtig voor een academisch instituut; het is echter niet aan ons maar aan het NIMAR en de Universiteit Leiden om keuzes te maken voor de toekomstige balans tussen onderwijs, uitbreiding van onderzoek en de valorisatietaken. Het lijkt ons dat een zekere mate van aandacht voor NIMARs rol in de bilaterale betrekkingen – Marokko is een belangrijke internationale (han-dels-)partner van Nederland – in de positionering en in het business model thuishoort.

• Ongeacht de te bereiken balans tussen de diverse strategische taken van het NIMAR zou een communicatiestrategie (bijvoorbeeld ook over hoe NIMARs wetenschappelijke activiteit zichtbaar kan worden gemaakt) onderdeel van de nieuwe planning moeten uitmaken.

• Voor stabiele ontwikkeling van het instituut zijn een helder businessmodel en bekostigings-structuur nodig. Daarbij moet een balans worden gezocht tussen een basisinfrastructuur vanuit de Ministeries van OCW en Buitenlandse Zaken voor onderwijssamenwerking en culturele bilaterale betrekkingen, de bijdragen vanuit de Universiteit Leiden voor collectie-vorming en onderwijs, andere universiteiten en hogescholen die hun studenten een bezoek laten brengen aan het NIMAR, vergoedingen voor onderzoeks- en valorisatiediensten als-mede betrokkenheid bij externe onderzoeks- en dienstenprojecten.

• Het NIMAR kan overwegen betrokken te willen worden bij verschillende onderzoekspro-jecten aansluitend bij haar thema’s (zoals Museum & Heritage studies; Africa–Asia studies; Urban studies) waarbij onderzoekers voor een deel van hun tijd bij het NIMAR deelnemen aan valorisatieactiviteiten.

Slotconclusie evaluatoren Voor zover de taken van het NIMAR voor de lange duur vastliggen, en daarmee de noodzaak van een langdurig functionerende Nederlandse aanwezigheid van het hoger onderwijs in Ma-rokko gegeven is, achten wij het gepast dat de ministers van Onderwijs, Cultuur en Weten-schappen en van Buitenlandse Zaken ook voor de lange termijn verantwoordelijkheid voor de bekostiging van een dergelijke functie op zich nemen. Het nut van het NIMAR, dat deze taken in de eerste tweeënhalf jaar van zijn hernieuwde bestaan voortvarend heeft aangepakt, heb-ben wij in dit evaluatieonderzoek vanuit diverse bronnen kunnen vaststellen. Het NIMAR heeft in de eerste tweeëneenhalf jaar van zijn bestaan voortvarend een groot deel van de vele in 89:G toebedachte taken opgestart, al zijn nog niet alle onderdelen van de grond gekomen. Naast de directe academische taken is de positieve bijdrage aan de interculturele samenwer-king en betrekkingen tussen Nederland en Marokko een belangrijk resultaat. De haalbaarheid van continuering van het huidige activiteitenportfolio en eventuele uitbreiding van enkele taken zal in de komende jaren goed moeten worden afgewogen in een realistisch businessplan.

Page 7: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs
Page 8: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

7

: Introductie

:.: Scope en context van de evaluatie Het nieuwe Nederlands Instituut in Marokko (NIMAR) is in 89:G geïnitieerd als doorstart van het toen bijna tien jaar oude NIMAR, met een nieuwe structuur en opdracht. Organisatorisch is het een onderdeel van de Faculteit Geesteswetenschappen van de Universiteit Leiden, maar het NIMAR heeft de opdracht meegekregen om ‘een belangrijke bijdrage te leveren aan het gehele hoger onderwijs (incl. het HBO), aan de internationalisering van het hoger onderwijs en aan maatschappelijke vraagstukken. Tevens moet het NIMAR uitwerking geven aan het project “Tegengaan van radicalisering door het bieden van een islamitisch kader en het ont-plooien van Countering Violent Extremism”.’ In de toekenningsbrief aan de Universiteit Leiden (::-;-89:G) heeft de minister van OCW aangekondigd dat op basis van een evaluatie binnen vier jaar een besluit wordt genomen over continuering van de subsidie na juni 89:S.

:.8 Evaluatiekader De centrale vraag van de evaluatie luidt:

In hoeverre heeft het NIMAR uitvoering gegeven aan de activiteiten en zijn de doelen gerealiseerd die zij heeft opgenomen in het plan ‘Naar een nieuw instituut in Marokko’ en de uitwerking daar-van zoals beschreven in het werkplan NIMAR 89:[–89:;?

Tevens wordt in de offertevraag door het ministerie OCW de vraag gesteld:

In hoeverre heeft het NIMAR uitvoering gegeven aan het projectvoorstel ‘Tegengaan van radica-lisering door het bieden van een islamitisch kader en het ontplooien van Countering Violent Ex-tremism’?

Het voorliggende evaluatieonderzoek beoogt bovenstaande vragen te beantwoorden. Deze interim-evaluatie is uitgevoerd in drie fasen: :. Documentstudie 8. Locatiebezoek aan NIMAR, Rabat, 89:;-::-:8/:= (programma in Bijlage :) =. Interviews met diverse betrokkenen (overzicht van geïnterviewden in Bijlage 8) De documentstudie is gebaseerd op de gegevens aangedragen door of via het Ministerie van OCW bij de offerteaanvraag, te weten:

• Zelfstudie NIMAR 89:[-89:; • Plan van de Universiteit Leiden ‘Een nieuw Nederlands Instituut in Marokko’, 89:G • Brief toekenning NIMAR, Minister Bussemaker van OCW, 89:G-:9-:G • Concept werkplan NIMAR 89:[-89:; • Projectvoorstel ‘Tegengaan van radicalisering door het bieden van een islamitisch kader en

het ontplooien CVE (Countering Violent Extremism) activiteiten’ • Jaarplannen NIMAR 89:t, 89:;, 89:S (concept) • Jaarverslagen NIMAR 89:[, 89:t • Brief Maatschappelijke Adviesraad aan Minister OCW, 89:;-:9-9G

:.= NIMAR: Missie, doelstellingen, werkplannen Het ‘nieuwe’ NIMAR is de doorstart van een eerder NIMAR, dat toentertijd bestond als Neder-lands Instituut in het Buitenland (NIB), onder de hoede van het koepelbestuur van de NWIB (Nederlandse Wetenschappelijke Instituten in het Buitenland) met de Radboud Universiteit in Nijmegen als penvoerder. De nieuwe constructie in 89:G werd een instituut van de Universiteit

Page 9: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

8

Leiden met een uitgebreider takenpakket, waarvoor de minister van OCW een subsidie toe-kende, samen met het departement voor Buitenlandse Zaken, van € [99.999 per jaar, in totaal € 8,w miljoen voor de periode juni 89:G tot en met juni 89:S, als verhoging van de onderwijs-opslag voor de Universiteit Leiden. Toegezegd werd tevens continuering van de financiering na een positief evaluatieresultaat uiterlijk vier jaar na de start (Toekenningsbrief, 89:G-9;-::). Dit evaluatieonderzoek draagt bij aan die beslissing van de minister van OCW. De toekenningsbrief van de minister bouwde voort op het plan, ingediend door de Universiteit Leiden, ‘Een nieuw Nederlands Instituut in Marokko’ (maart 89:G). Dit plan schetste een missie voor het NIMAR dat ‘meer [wilde] betekenen voor Nederland’ dan het eerdere NIMAR, met nadruk op een grote onderwijstaak, maar ook onderzoek en valorisatie, alsmede bibliotheek-taken. De lijst van taken wordt gereflecteerd in de evaluatievragen en in de structuur van de werkplannen van het NIMAR sinds 89:[. De oorspronkelijke formulering luidde:

a) Het bieden van hoogwaardig onderwijs dat Marokkaans-Nederlandse jongeren zal onder-steunen in hun intellectuele ontwikkeling tot zelfstandig kritisch denkende jonge mensen en in positieve zin zal bijdragen aan hun identiteitsvorming en opstelling tegenover de Ne-derlandse samenleving;

b) Het bieden van hoogwaardig BA- en MA-onderwijs, als veilige locatie voor de bestude-ring van de taal, cultuur, godsdienst en samenleving van Marokko, de Arabische wereld en West-Afrika waardoor onder meer de ontwikkeling van selectieve tweejarige taalge-richte MA-opleidingen bedoeld voor de vorming van Arabisten wordt mogelijk ge-maakt; en als locatie voor onderwijs gericht op professionals vanuit de Arabische wereld en Afrika;

c) Het organiseren van toegesneden activiteiten gericht op de vorming van Islamitisch kader in Nederland;

d) Het faciliteren van wetenschappelijk onderzoek, door het bijdragen aan een produc-tieve gemeenschap van onderzoekers, daarbij aansluitend bij de profilering van het onder-zoek van de Universiteit Leiden en andere Nederlandse universiteiten;

e) Het bijdragen aan valorisatie, door kennis over Marokko en de regio te dissemineren ten behoeve van onder meer ondernemers, overheidsinstanties, juristen, NGO’s, journalisten en aan de Nederlandse culturele diplomatie;

f) De bibliothecaire functie, door bij te dragen aan de nationale collectievorming over Ma-rokko en de Arabische wereld, in nauwe samenspraak met de Leidse Universitaire Biblio-theken.

In de werkplannen van het NIMAR werden deze taken nader uitgewerkt in concrete voorne-mens en activiteiten. Daarvan wordt jaarlijks verslag gedaan. De belangrijkste wijzigingen en aanvullingen daaruit zijn: In de jaarplannen 89:t, 89:;, en 89:S worden enkele aanvullende voornemens en activiteiten toegevoegd:

• Aanstellen van een nieuwe hbo-coördinator. Volgens het Jaarverslag 89:t was dit nog niet gebeurd bij gebrek aan een geschikte kandidaat. Inmiddels zijn echter twee deeltijdaanstel-lingen gerealiseerd: structureel een onderwijsassistent die zich vooral op hbo-studiereizen richt; daarnaast een tijdelijke functie in Nederland om contacten met hogescholen te onder-houden en samen met hen een aantal onderwijsactiviteiten te ontwikkelen (summer schools, werkweken).

• De directeur meer tijd voor onderzoek geven • Talent activeren via studieprogramma’s, korte studietours, en onderzoekssupervisie, etc. • Alle docenten laten voldoen aan de eisen voor de Basis Kwalificatie Onderwijs (89:S). • Naast Arabisch zal vanaf academiejaar 89:;–89:S ook Frans als optie worden aangeboden

als taalverwervingsvak binnen de minor, om een bredere groep studenten aan te spreken.

Page 10: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

9

Het NIMAR dient een belangrijke bijdrage te leveren aan de internationalisering van het Ne-derlandse hoger onderwijs. Op basis van de zojuist gerefereerde taakstellingen onderscheidt het NIMAR daarom zes taken. De zelfstudie was gestructureerd in een hoofdstuk per taak, plus een hoofdstuk over de organisatie van het Instituut, te weten: :. Academisch onderwijs 8. Hoger beroepsonderwijs =. Onderwijs op het gebied van de Islam w. Onderzoek G. Bibliotheek [. Valorisatie t. Organisatie Onze evaluatie zal die indeling in grote lijnen volgen. Aan het eind van elke paragraaf vermel-den wij onze conclusies, punten van waardering en aanbevelingen.

Page 11: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

10

8 Onderwijs

8.: Onderwijs – wo Het NIMAR verzorgt bacheloronderwijs over Marokko in de vorm van twee programma’s: de minor sociale wetenschappen in het najaar, en het semester Arabische taalverwerving in het voorjaar.

¨ Rabat-semester Arabisch (voorjaarssemester) - Het programma onderwijst Modern Standaard Arabisch (MSA) en gesproken Arabisch,

meer specifiek de Marokkaanse variant (Darija). - Dit omvat een buitenlandverblijf in het tweede semester van het tweede jaar van de

BA-opleidingen Arabisch in Nederland. - Het is een buitenlandverblijf in het derde jaar van de bachelor Oriëntaalse talen en

communicatie: Arabisch van de Hogeschool Zuyd in Maastricht. - het semester Arabisch taalverwerving in het voorjaar is uitgebreid tot twee varianten,

één met vooral taalverwerving en daarnaast een culturele component, de andere (ge-naamd ‘Marokkaanse taal en samenleving’) met naast taalverwerving en cultuur ook onderzoeksvaardigheden.

- Dit onderwijs is voor studenten van Nederlandse wo- en hbo-instellingen (als aanschui-fonderwijs) gratis toegankelijk, behoudens een bescheiden vergoeding voor specifieke materiële kosten.

¨ Bachelor-minor ‘Culture and Society of Morocco’ (najaarssemester) - Dit vak bestaat uit twee delen:

o Onderwijs over Marokkaanse taal & cultuur, alsmede inleiding op het veldwerk. Deels wordt het onderwijs gegeven door Marokkaanse gastdocenten (case stu-dies), deels door Nederlandse gastdocenten (methodologie)

o Veldstudie (individueel of in kleine groepjes), met wekelijkse feedback-sessies met een docent

- NIMAR moedigt de vorming van gemengde hbo/wo-groepen aan voor veldstudies. Om studenten interculturele ervaring op te laten doen, organiseert NIMAR wekelijkse ontmoe-tingen met Marokkaanse studenten en zijn er wekelijks verplichte excursies naar steden en organisaties. Bovendien moeten studenten in hun veldwerk Marokkaans Arabisch gebruiken in interviews, vaak in samenwerking met Marokkaanse studenten. In 89:t en 89:; namen ruim =9 studenten deel aan het onderwijs in het najaarssemester (de minor) nadat dit in 89:[ met ruim 89 student startte; in het voorjaarssemester (de taalcursus) variëren de aantallen sinds 89:[ van [ tot :t. In het najaarssemester vormen studenten van de Universiteit Leiden tot nu toe de grootste groep, al zijn er ook van andere instellingen af-komstig, zowel van universiteiten als hogescholen. In het voorjaarssemester studeert (bijna) de helft van de deelnemers aan de Hogeschool Zuyd (Zelfstudie, p. [=-[w). NIMAR is actief voor nieuwe doelgroepen van studenten. Zo wordt voor studenten die Arabisch niet als hoofdvak hebben, een alternatieve invulling aan het onderwijs gegeven met een ander accent in hun veldonderzoek. Ook worden koppelingen gemaakt met onderwijs in Leiden om belangstelling te wekken voor het NIMAR (Zelfstudie, p. ::–:8). Ook worden korte cursussen en zomerscholen aangeboden. Onderwijs in de mastercyclus werd in het werkplan (p. S) wel voorzien, maar is nog niet in uitvoering genomen. De Universiteit Leiden heeft besloten om geen tweejarig masteronderwijs

Page 12: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

11

Arabisch te ontwikkelen wegens onvoldoende middelen. Studenten met een begeleider in Ne-derland worden wel bij hun scriptieonderzoek gefaciliteerd. Plannen om een en ander uit te breiden tot een ‘field school’ voor bachelor- en masterstudenten worden ontwikkeld in samen-werking met Nederlandse en Marokkaanse universiteiten (Zelfstudie, p. :8).

8.8 Onderwijs – hbo Voor het hbo geldt momenteel dat studenten zonder extra kosten kunnen deelnemen aan het reguliere onderwijsaanbod (‘aanschuifonderwijs’). Tijdens ons locatiebezoek waren er geen hbo-studenten in het NIMAR, zodat we deze groep niet hebben kunnen spreken. Het NIMAR schrijft in zijn Zelfstudie dat het programma ‘Arabische taalverwerving’ ook wordt gevolgd door een aantal studenten van de opleiding Oriëntaalse Talen en Culturen: Arabisch aan de Hogeschool Zuyd in Maastricht. Ook aan de minor ‘Culture and Society in Morocco’, nemen gevorderde en gemotiveerde studenten uit het hbo deel. Daarnaast volgen hbo-stu-denten onderwijs in het kader van een vak of summer school (zoals in juli 89:t over ‘Sustai-nable Business in Africa’ in samenwerking met de Haagse Hogeschool) en faciliteert het NIMAR stages alsmede een groot aantal studiereizen en bezoeken van hbo-opleidingen. Gesprekken zijn volgens het NIMAR in volle gang over clustering van studiebezoeken van hbo-studenten in de vorm van werkweken en summer schools rond vier thema’s (lerarenop-leiding; zorg en verpleging; international business & management; erfgoed & musea). De inbreng van hbo-studenten wordt door het NIMAR zeer gewaardeerd, vandaar bijvoorbeeld de voorkeur voor gemengde wo/hbo-groepen in het veldonderzoek in de minor. Hbo-onderwijs heeft een ander karakter dan wo-onderwijs; dit beaamt het NIMAR (Zelfstudie, SWOT, p. SG) en wordt door enkele van onze geïnterviewden expliciet aan de orde gesteld. De Zelfstudie ziet daarom een partnerschap zoals ontwikkeld met de Haagse Hogeschool en AVANS als het beste model (p. :=). Voor wat betreft het taal- en cultuuronderwijs ervaart bij-voorbeeld de Hogeschool Zuyd niet zozeer het onderscheid wo–hbo als wel de verschillende startniveaus in talenkennis van studenten uit verschillende instellingen en leerjaren. Herhaalde pogingen om een voltijds hbo-coördinator aan te stellen om tot een structureel on-derwijsaanbod te komen en stagiaires te begeleiden zijn tot nu toe niet geslaagd (Jaarverslag 89:t, p. [); wel heeft een tijdelijke medewerker geïnventariseerd welke behoeften hogescho-len hebben en of die uitvoerbaar zijn (Bijlage t bij Zelfstudie). Tot nu toe bleken de behoeften te divers en de mogelijkheden (onder andere financieel) te gering. In plaats van een hbo-co-ordinator zijn twee deeltijdaanstellingen gerealiseerd: structureel in Rabat een onderwijsassis-tent die zich vooral op studiereizen door hogescholen richt; daarnaast de eerdergenoemde tijdelijke medewerker in Nederland.

8.= Onderwijskwaliteit De kwaliteit van het onderwijs en toetsing wordt gemonitord door de opleidings- en examen-commissies van Midden-Oostenstudies van de Universiteit Leiden. Evaluaties door studenten worden georganiseerd door het ICLON en worden digitaal afgenomen (Zelfstudie, p. ::). Evaluaties worden ook uitgevoerd halverwege cursussen om aanpassingen mogelijk te ma-ken. De documentatie van NIMAR, alsmede interviews met studenten tijdens het locatiebe-zoek, laten zien dat het bacheloronderwijs door studenten als goed gewaardeerd wordt. Studenten die wij tijdens ons locatiebezoek ontmoetten, spraken zich positief uit over hun mo-gelijkheden om feedback te geven. De toegankelijkheid van docenten werd geprezen. Hoewel de balans tussen vaste docenten en gastdocenten gewaardeerd werd, leidde het grote aantal docenten bij studenten wel tot ervaringen van gebrek aan samenhang in het onderwijs. Het onderwijs werd als intensief ervaren.

Page 13: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

12

Studenten meldden ons dat zij moeite hadden om alle gewenste en in Leiden aanwezige lite-ratuur te verkrijgen: een onlineverbinding met de universiteitsbibliotheken in Leiden was niet altijd beschikbaar en zou ook niet vaak helpen bij gebrek aan gedigitaliseerde bronnen. Di-verse bronnen over Marokko waren alleen fysiek in Leiden te lenen maar niet in Rabat. De literatuur in de Nationale Bibliotheek in Rabat is vaak alleen in het Arabisch of Frans verkrijg-baar, wat voor vele studenten ook een barrière lijkt te zijn.

8.w Onderwijs op het gebied van de Islam Zoals in de Zelfstudie vermeld (p. :w), is er over onderwijs op het gebied van de Islam veel overleg gevoerd in de afgelopen tweeëneenhalf jaar, waaruit is gebleken dat er weinig feitelijke belangstelling is voor een rol van het NIMAR in zulk onderwijs, ondanks dat onder andere het NIMAR en de Maatschappelijke Adviesraad succesvol zijn geweest in het creëren van open-heid voor medewerking daaraan in de Marokkaanse overheid. Deze delicate kwestie ligt momenteel meer in het handelingsterrein van de Nederlandse poli-tiek, en mogelijk de ambassade, dan dat van het NIMAR initiatief kan worden verwacht. In de SWOT-analyse heeft het NIMAR zijn afhankelijkheid van wisselend Nederlands beleid reeds als bedreiging benoemd (Zelfstudie, p. S=).

8.G Samenwerking met betrekking tot onderwijs Het NIMAR werkt samen met Marokkaanse hogeronderwijsinstellingen, vooral de Université Mohamed V, bijvoorbeeld in een programma Museum Heritage Studies. Geïnterviewden in deze universiteit betoonden zich positief over de samenwerking met NIMAR, de Universiteit Leiden en overig Nederlands hoger onderwijs, bijvoorbeeld ook in een Erasmus-plus-pro-gramma (zie Zelfstudie, p. :8). Samenwerking met Université Mohammed V is neergelegd zo-wel in een formele overeenkomst op universiteitsniveau als op het niveau van de faculteit Geesteswetenschappen. Bovendien zou de Université Mohamed V graag een officiële samen-werkingsovereenkomst aangaan over Teaching Arabic as a Foreign Language (TAFL). Ook aan Nederlandse kant bestaat volgens onze interviews belangstelling voor uitbreiding van de uitwisselingsmogelijkheden voor studenten, liefst met gesloten beurs om het voor Nederlandse én Marokkaanse studenten haalbaar te maken. Opmerkelijk voor de evaluatoren was dat Marokkaanse gastdocenten door het NIMAR vrijwel altijd via persoonlijke netwerken werden uitgenodigd, zonder vastgelegde strategie. Deze werkwijze blijkt goed te voldoen.

8.[ Conclusies en aanbevelingen – Onderwijs Wij constateren dat het NIMAR binnen enkele jaren het bacheloronderwijs goed heeft opge-start en dat de grootste groepen studenten van de Universiteit Leiden en de Hogeschool Zuyd afkomstig zijn, naast kleinere aantallen uit vele en zeer diverse Nederlandse hogeronderwijs-instellingen. Op dit gebied maakt het NIMAR zijn opdracht voor het gehele Nederlandse hoger onderwijs waar, hoewel verdere toename van diversiteit in de herkomst van studenten nastre-venswaardig blijft. Masteronderwijs is nog vrijwel niet tot ontwikkeling gekomen. Onderwijs op het gebied van de Islam ligt momenteel meer in het handelingsterrein van de Nederlandse politiek dan dat van het NIMAR initiatief kan worden verwacht. Prijzenswaardig achten wij de inzet van het NIMAR om studenten diepgaand kennis te laten maken met het leven in Marokko, met name door huisvesting bij gastgezinnen. Ook is de re-latieve betaalbaarheid van het onderwijs, inclusief de verplichte excursies, vermeldenswaard.

Page 14: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

13

Voor de komende jaren bevelen wij het NIMAR aan met betrekking tot onderwijs:

• Meer prioriteit voor de ontwikkeling van onderwijs op het masterniveau • Meer prioriteit voor de ontwikkeling van hbo-onderwijs • Meer gebruikmaking van de kansen voor samenwerking met Marokkaanse universiteiten Daarnaast lijkt ons wenselijk:

• Meer coherentie te brengen in de studie-ervaring voor studenten in de minor door de ‘rode draad’ van begin af aan duidelijk te maken en door meer consistentie af te spreken met lokale gastdocenten

• Studenten te werven vanuit een groter aantal Nederlandse hogeronderwijsinstellingen • Mogelijkheden te onderzoeken om studenten een groter aandeel te laten betalen van de

kosten voor bijvoorbeeld excursies en huisvesting zonder de onmiddellijke betalingen te verhogen, bijvoorbeeld via gespreide terugbetalingsregelingen na hun terugkeer in Neder-land

• Mogelijkheden te blijven onderzoeken om de partnerschappen met hogescholen uit te brei-den

• Samenwerking met Université Mohammed V te continueren door de formele overeenkomst op het niveau van de Faculteit Geesteswetenschappen te hernieuwen

Page 15: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

14

= Onderzoek & Valorisatie

=.: Onderzoek en facilitering De onderzoekstaak van het NIMAR is geformuleerd als ‘Het faciliteren van wetenschappe-lijk onderzoek, door het bijdragen aan een productieve gemeenschap van onderzoekers…’ In de eerste jaren heeft het NIMAR gewerkt aan het opbouwen van netwerken (onder andere met de Université Mohamed V in Rabat), en van naamsbekendheid onder onderzoekers in Nederland maar ook van daarbuiten, zodat zij erin geïnteresseerd raken om bij het NIMAR onderzoek te komen doen in Marokko/Maghreb/(Noordelijk) Afrika. Internationale onderzoe-kers die wij tijdens ons locatiebezoek spraken, uitten zich zeer positief over het NIMAR en de geboden onderzoeksfaciliteiten. Een benadrukte dat het NIMAR, onder andere met zijn bibli-otheek, een unieke positie innam sinds de sluiting en herstart van het Franse onderzoeksin-stituut, het Centre Jacques Berque (CJB). Er worden niet systematisch tegenprestaties van gastonderzoekers verwacht, zoals het geven van een cursus, gezamenlijk publiceren, etc. Het verzorgen van gastcolleges komt regelmatig voor en zo te horen is er potentieel om meer bijdragen van hen te verkrijgen. Op vijf terreinen in de geestes- en sociale wetenschappen en de rechtsgeleerdheid wordt pro-grammatisch nadruk gelegd (Zelfstudie, p. :G en Bijlage ;). Ook worden seminars en lezingen georganiseerd en werkt het NIMAR mee aan de organisatie van wetenschappelijke bijeen-komsten met andere instellingen en netwerken (Zelfstudie, Bijlage S, pp. ;G-;[). Zulke faciliterende activiteiten liggen dicht aan tegen valorisatie van onderzoek (zoals de acti-viteiten samen met civil-societyorganisaties aantonen; Zelfstudie p. :S) en bieden tevens ge-legenheid om actief te zijn in culturele diplomatie. Voor wat betreft het eigen onderzoek van stafleden van het NIMAR is de capaciteit zeer be-perkt: zowel de hoogleraar-directeur als de overige academisch geschoolde medewerkers zijn de afgelopen jaren vooral druk geweest met onderwijs en met de opbouw van het Instituut. Formeel heeft slechts één staflid, de directeur, een 9,8 fte onderzoekszaak. Voor zover NIMAR-stafleden aan onderzoek toekwamen, is dat vooral ondergebracht in insti-tuten en netwerken aan de Universiteit Leiden (Zelfstudie, p. :G). Dit wordt door de Universiteit en door het NIMAR positief gewaardeerd wegens de goede inbedding en wegens de garantie van kwaliteitsbewaking via de gebruikelijke (SEP-)procedures. Geïnterviewden van de Université Mohamed V achtten de intensiteit van gezamenlijk onder-zoek minder dan zij zouden wensen. Zij willen graag via het NIMAR in internationale onder-zoeksprojecten participeren.

=.8 Valorisatie De specifiek als valorisatie aangeduide activiteiten van het NIMAR richtten zich in de eerste jaren vooral op de dienstverlening aan het Ministerie van Buitenlandse Zaken in het kader van een project op het terrein van islam (‘Bridging Gaps’) en het tegengaan van extremistisch ge-weld (CVE). ‘Bridging Gaps’ bestaat uit twee onderdelen, namelijk studiereizen over islam en activiteiten om gewelddadig extremisme tegen te gaan (Zelfstudie, p. :;). Vanaf voorjaar 89:[ zijn de studiereizen voor diverse Nederlandse doelgroepen tweemaal per jaar uitgevoerd, veelal on-der begeleiding van de directeur van het NIMAR en andere deskundigen. Het tweede onder-deel van ‘Bridging Gaps’, het opbouwen van kennis over gewelddadig extremisme en effec-tieve antiterrorismestrategieën bij wetenschappers en professionals, bestaat uit drie

Page 16: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

15

expertmeetings in 89:t–89:S, waarbij Nederlandse en Marokkaanse deskundigen kennis uit-wisselen. Daarnaast faciliteert het NIMAR de komst van Marokkaanse CVE-deskundigen naar Nederland (Zelfstudie, p. :;) Daarnaast verzorgt het NIMAR onder andere diverse activiteiten met aspecten van civil society alsmede publieks- en culturele diplomatie (Zelfstudie, p. :S). Ook wordt medewerking verleend aan het organiseren van studiereizen voor Nederlandse hogeronderwijsinstellingen en derge-lijke.

=.= Conclusies en aanbevelingen – onderzoek en valorisatie Wij concluderen dat het NIMAR veel inzet heeft getoond voor zijn faciliterende rol met betrek-king tot onderzoek. Eigen onderzoek van stafleden van het NIMAR is in deze eerste jaren weinig van de grond gekomen en is nog minder via het NIMAR zelf en haar website zichtbaar. Wij kunnen ons voorstellen dat dit voor medewerkers van een universitair instituut op den duur niet bevredi-gend is. NIMARs academisch profiel zou beter uitgedragen kunnen worden door onderzoek niet alleen via de Universiteitsbibliotheken, de algemene website van de Universiteit Leiden of privé-web-pagina’s van medewerkers bekend te maken, maar er ook via de site van het NIMAR meer publiciteit mee te zoeken. Daarnaast zou vermelding in publicaties van gastonderzoekers die door een verblijf bij het NIMAR tot stand gekomen zijn standaard kunnen worden. De activiteiten voor valorisatie in het kader van tegengaan van radicalisering hebben ten min-ste in grote lijnen,2 en voor wat betreft de expertbijeenkomsten met enige vertraging, uitvoering gegeven aan de activiteiten in het projectvoorstel dienaangaande. Voor een dergelijk beladen onderwerp lijkt dit ons te voldoen aan de projectomschrijving. Er bestaat spanning tussen de benadrukking van positieve elementen in de relatie Nederland–Marokko die deel uitmaakt van de cultuurdiplomatieke rol van het NIMAR enerzijds en ander-zijds de beladen projecten rond tegengaan van radicalisering en CVE, waarin juist de minder positieve elementen in die relatie naar de voorgrond worden gehaald. Er bestaat potentieel eveneens enige spanning tussen de rol van het NIMAR om open discus-sies over voor Marokko moeilijke onderwerpen in wetenschappelijke kringen of met civil soci-ety organisaties te faciliteren—veelal met de gewaardeerde steun van de ambassade—en de nabijheid tot diezelfde ambassade, die het openbaar bespreken van al te beladen onderwer-pen kan bemoeilijken. Wij waarderen hoe het NIMAR fraaie faciliteiten heeft opgebouwd en netwerken heeft gevormd met Marokkaanse, Nederlands en internationale onderzoekers, die van die faciliteiten gebruik maken. Aanbevelingen die wij uit een en ander met betrekking tot onderzoek en valorisatie afleiden:

• Maak de betrokkenheid van NIMAR-stafleden bij onderzoek meer zichtbaar als prestatie van het NIMAR, bijvoorbeeld via de eigen website

• Het zou wenselijk zijn om van bezoekende onderzoekers vaker tegenprestaties te vragen in de zin van bijvoorbeeld lezingen, co-publicaties, of samenwerking in (vervolg-)onder-zoeksprojecten

2 Wij hebben de output niet tot op het niveau van aantallen deelnemers aan studiereizen en dergelijke bezien. Ook is het ons in deze korte tijd niet mogelijk om outcomes en impacts ervan te evalueren.

Page 17: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

16

• Zoals in geesteswetenschappen gebruikelijk, is valorisatie voor het NIMAR voor een groot deel een kwestie van communiceren met de samenleving; het zou wenselijk zijn dat het NIMAR in de komende jaren meer capaciteit kan vrijmaken voor communicatie

• Daarnaast verdient het aanbeveling om te onderzoeken of iemand met de functie van com-mercieel directeur vanuit bestaande valorisatietaken meer tegemoetkomingen in de kosten van gebruikers kan verwerven (studenten, hogeronderwijsinstellingen, onderzoekers, part-ners in de maatschappij) en nieuwe valorisatietaken kan acquireren

• Het is aan te bevelen dat het NIMAR regelmatig deelneemt aan grotere onderzoekspro-jecten op haar specialisatieterreinen, zoals nu al Museum and Heritage studies, Africa–Asia studies en Urban studies. Dit kan ook bijdragen aan een langetermijn-verdienmodel.

Page 18: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

17

w Bibliotheek

w.: Bevindingen De bibliotheekfunctie van het NIMAR is uitzonderlijk, omdat ze een ‘vooruitgeschoven post’ is van de Leidse universiteitsbibliotheken in de Maghreb, die geacht wordt bij te dragen aan de nationale collectievorming over Marokko en de Arabische wereld. Door personeelswisseling was de staf van de bibliotheek enige tijd niet op volle sterkte, maar ‘[d]e in de zomer van 89:; aangestelde opvolger werkt deze achterstand [in acquisitie] voortvarend weg’ (Zelfstudie, p. :t). Het bestand omvat een handbibliotheek in het pand van NIMAR, maar de meeste in-spanning gaat naar het kopen van boeken voor de Leidse universiteitsbibliotheken. De Facul-teit Geesteswetenschappen stelt jaarlijks circa € w9.999 beschikbaar voor deze bibliotheekac-quisities. Het meeste dat wordt geacquireerd en bij het NIMAR in Rabat staat, gaat ook naar Leiden. Er wordt momenteel gewerkt aan integratie van de catalogus van het NIMAR met die in Leiden. Dit maakt het materiaal beter toegankelijk voor studenten en bezoekers. Deze integratie gaat langzaam en zal de bibliothecaris in feite vooral in vakantieperiodes moeten doen. Digitale bronnen over Marokko en de Maghreb zijn nog schaars. NIMAR onderzoekt de mogelijkheden om een bijdrage te leveren aan verbetering van de situatie, in samenwerking met lokale en commerciële partners. Onderzoekers waarderen vooral de goed geoutilleerde werkplekken van het NIMAR. Studen-ten die wij spraken, zeiden soms last te hebben van het gebrek aan lokaal beschikbare litera-tuur. Daarnaast zouden zij meer persoonlijke ondersteuning door de bibliothecaris bij zoekop-drachten nodig hebben.

w.8 Conclusies en aanbevelingen – Bibliotheek De bibliotheek vervult haar functie zoals omschreven in de plannen van het Instituut, ondanks het feit dat het moeilijk is om een catalograaf aan te stellen. Daarmee draagt ze tevens bij aan het functioneren van het NIMAR voor onderwijs, onderzoek en valorisatie. Onze aanbevelingen zijn:

• Het zou voor onderzoekers maar vooral ook voor studenten wenselijk zijn om meer bronnen (digitaal) beschikbaar te krijgen in Rabat en meer persoonlijke ondersteuning te krijgen bij het zoeken ernaar

• Het zou ook wenselijk kunnen zijn om een catalograaf aan te stellen.

Page 19: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

18

G Organisatie

G.: Organisatiestructuur Het NIMAR is een instituut dat onderdeel is van de Faculteit Geesteswetenschappen (FGW) van de Universiteit Leiden. De FGW draagt zo de verantwoordelijkheid voor inhoud en kwaliteit van het onderwijs en onderzoek van het NIMAR. De Faculteit Geesteswetenschappen is ook de eenheid waaronder de financiële rekenschap van het NIMAR valt. De Directeur van het NIMAR rapporteert daarom aan de decaan van de Faculteit Geesteswe-tenschappen. Er vindt tweemaal jaarlijks overleg plaats met het College van Bestuur van de Universiteit Leiden. Daarnaast is er frequent overleg tussen de directeur NIMAR en de decaan en portefeuillehouder bedrijfsvoering van de Faculteit Geesteswetenschappen. Tegelijkertijd bekleedt de Directeur van het NIMAR al sinds 899S de positie van onderwijsat-taché aan de Nederlandse ambassade in Rabat. Dat was een noodzakelijke constructie om een instituut als het NIMAR in Marokko juridisch mogelijk te maken. Deze constructie bleek tevens gunstig uit te werken op de bilaterale betrekkingen tussen Nederland en Marokko op het terrein van onderwijs en culturele uitwisseling. Het instituut wordt begeleid door een Maatschappelijke Adviesraad. De opgave van de Maat-schappelijke Adviesraad is om de directeur van adviezen te voorzien, in het bijzonder op het terrein van maatschappelijke dienstverlening en valorisatiebeleid. In de Maatschappelijke Ad-viesraad hebben zeven personen zitting (zie Bijlage =), die gezamenlijk kunnen zorgen voor verbindingen met perspectieven van hoger onderwijs (wo en hbo), diplomatie, politiek en de Marokkaanse gemeenschap in Nederland. De Maatschappelijke Adviesraad vergadert twee-maal per jaar—de traditie is nog jong dus zou naar behoefte kunnen veranderen. Bij gelegen-heid heeft met name de voorzitter tussentijds contact met het NIMAR of besluitvormers erom-heen (zoals Faculteit, CvB Universiteit Leiden, ambassade).

G.8 Bemensing De staf van het NIMAR is pas sinds midden 89:t ‘min of meer’ op volle sterkte (Zelfstudie, p. 88). Het Instituut bestaat eind 89:; uit tien medewerkers in Rabat (S,w fte; Zelfstudie, p. [:-[8). Daarmee kan krap aan de behoeften van het NIMAR worden voldaan; in de voorgaande hoofdstukken is gebleken dat men nog niet aan alle taken heeft kunnen toekomen. NIMAR noemt een medewerker voor externe communicatie een prioritair gemis (Zelfstudie, p. 88). Alle medewerkers, met uitzondering van de directeur, zijn in dienst van de ambassade. De lokale, ondersteunende staf is aangesteld door de ambassade, tegen lokaal salarisniveau. Het NIMAR ondervindt problemen bij het aanstellen van stafleden: ‘In het verleden vond een aantal geselecteerde kandidaten uit Nederland de geboden arbeidsvoorwaarden desondanks niet voldoende om een positie te aanvaarden.’ (p. 88). Voor onderwijs wordt, naast de drie eigen docenten/onderwijscoördinatoren, tevens gebruik gemaakt van freelance docenten en gastdocenten van Marokkaanse universiteiten en univer-siteiten buiten Marokko, waaronder Nederlandse. De staf van het NIMAR kenmerkt zich door diversiteit en vormt zo een weerspiegeling van de Nederlandse samenleving (Zelfstudie, p. ::). Voor loopbaanontwikkeling van de medewerkers is aandacht mogelijk sinds midden 89:t. Jaarlijks worden functioneringsgesprekken gehouden, waarbij het model van de Universiteit Leiden wordt gehanteerd. De positie van de directeur is complex. Hij is fulltime directeur bij het NIMAR, maar deels ook attaché bij de ambassade, waar hij wekelijks deelneemt aan het stafberaad. Daarnaast is hij

Page 20: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

19

ingebed in de Faculteit Geesteswetenschappen van de Universiteit Leiden, waar hij bijvoor-beeld diverse promovendi begeleidt, hetgeen niet op het conto van het NIMAR wordt bijge-schreven. Diverse geïnterviewden prezen de directeur voor de wijze waarop hij zijn vele rollen weet te vervullen.

G.= Middelen

Huisvesting in Rabat

De huisvesting is sinds : maart 89:t ‘een goed geoutilleerd en representatief nieuw pand’ in Rabat (Zelfstudie, p. ;, ::, 88). Het pand biedt voldoende ruimte aan het zittende personeel, bezoekende studenten, gastonderzoekers en de vele evenementen die er door het NIMAR worden geïnitieerd.

Financiën

De Universiteit Leiden begrootte in 89:G dat het NIMAR per jaar € [88.999 zou benodigen. De Minister kende dit bedrag bij de toewijzingsbrief van :: oktober 89:G toe, in totaal € 8,w miljoen, afkomstig van de ministeries van OCW en Buitenlandse Zaken. Een probleem dat betrokkenen ervaren is dat de bekostiging door Buitenlandse Zaken vanwege daar geldende regels aan projecten gekoppeld moet zijn, terwijl een wetenschappelijk instituut bestendige capaciteit no-dig heeft qua faciliteiten en personeel om zijn basistaken uit te voeren, zonder die voortdurend aan kortdurende projecten te moeten aanpassen. Projectfinanciering kan bovenop een basis-bekostiging komen, maar zou niet de basis moeten vervangen. Personele kosten en de kosten van huisvesting (inclusief beveiliging ervan) vallen hoger uit dan begroot. De Faculteit Geesteswetenschappen legde daarom sinds 89:G per jaar circa € :99.999 in geld bij en is bereid dat te blijven doen mits de overheid subsidiëring continueert (Zelfstudie, p. 8=). Naast € :99.999 van de Faculteit Geesteswetenschappen, is er ook nog € w9.999 extra beschikbaar voor acquisitie voor de bibliotheek (Zelfstudie, p. :t). Bovendien zijn er bijdragen in natura van de Faculteit via het beschikbaar stellen van werkplekken, facili-teiten en ondersteunende diensten, die niet op geld gewaardeerd zijn, maar die jaarlijks tien-duizenden euro’s zouden belopen. De Universiteit Leiden heeft ook bijgedragen aan de huis-vesting van het NIMAR, ICT-diensten en beveiliging. Het NIMAR heeft vrijwel geen middelen uit overige bronnen verworven (Zelfstudie, p. 8=). De ‘Bridging Gaps’-subsidie zou als overige middelen aangemerkt kunnen worden; deze komt echter na 89:; ten einde. Hiervoor zouden vervangende projecten moeten worden gevonden. De uitgebreidere cultuurbudgetten van OCW voor de ambassade zou hiertoe perspectief kun-nen bieden, bijvoorbeeld in combinatie met het thema Museum & Heritage. Het huidige budget wordt door het NIMAR en door de Faculteit Geesteswetenschappen krap geacht voor de huidige taken. Uitbreiding van taken vereist meer middelen, zowel financieel als in deskundigheid/personeel (bijvoorbeeld voor hbo-onderwijs, communicatie).

G.w Conclusies en aanbevelingen – organisatie Het NIMAR toont zich zeer tevreden over zijn huisvesting. Stationering in Rabat van hooggeschoold universitair personeel voor korte tijd, wegens de korte gegarandeerde levensduur van het NIMAR, is een struikelblok. De levensvatbaarheid van het NIMAR op de lange termijn is daarom nu al een punt van aandacht in de Faculteit Geesteswetenschappen. De hoogte van het budget van de facto (exclusief bijdragen in natura en exclusief de inciden-tele bijdragen voor de verbouwing van het NIMAR) circa € tG9.999 per jaar voldoet krap voor het veelzijdige portfolio van de huidige taken. Dat de bijdrage aan de financiering door het

Page 21: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

20

Ministerie van Buitenlandse Zaken alleen voor afzonderlijke projecten kan plaatsvinden in plaats van voor het Instituut als zodanig, zoals ons verteld is, maakt het in ‘Den Haag’ alles-behalve eenvoudig om continuering van het huidige budgetniveau te garanderen. De haal-baarheid van continuering van het huidige activiteitenportfolio en eventuele uitbreiding van enkele taken zal derhalve goed moeten worden afgewogen in een realistisch businessplan. Wij waarderen hoe de opbouw van het NIMAR qua faciliteiten relatief vlot tot een nu zeer bevredigend niveau is gebracht. De personeelsformatie is eveneens vrijwel op sterkte voor de huidige taken. De multifunctionele en talentvolle inzet van de directeur van het NIMAR is ver-meldenswaardig. Tevens waarderen wij hoe de Universiteit Leiden het penvoerderschap van het NIMAR heeft opgepakt en heeft ondersteund met een serieuze financiële (en natura) bij-drage; de Universiteit Leiden is bereid die bijdragen voort te zetten. Aanbevelingen met betrekking tot de organisatie:

• Voor de doorontwikkeling van het NIMAR is dit een goed moment om tot een meer speci-fieke formulering van langetermijnstrategie en -doelstellingen te komen, als kader voor de jaarlijkse werkplannen. Het NIMAR acht het huidige portfolio breed en onevenwichtig voor een academisch instituut; het is echter niet aan ons maar aan het NIMAR en de Universiteit Leiden om keuzes te maken voor de toekomstige balans tussen onderwijs, uitbreiding van onderzoek en de valorisatietaken. Het lijkt ons dat een zekere mate van aandacht voor NIMARs rol in de bilaterale betrekkingen – Marokko is een belangrijke internationale (han-dels-)partner van Nederland – in de positionering en in het business model thuishoort.

• Ongeacht de te bereiken balans tussen de diverse strategische taken van het NIMAR zou een communicatiestrategie (bijvoorbeeld ook over hoe NIMARs wetenschappelijke activiteit zichtbaar kan worden gemaakt) onderdeel van de nieuwe planning moeten uitmaken.

• Voor stabiele ontwikkeling van het instituut zijn een helder businessmodel en bekostigings-structuur nodig. Daarbij moet een balans worden gezocht tussen een basisinfrastructuur vanuit de Ministeries van OCW en Buitenlandse Zaken voor onderwijssamenwerking en culturele bilaterale betrekkingen, de bijdragen vanuit de Universiteit Leiden voor collectie-vorming en onderwijs, andere universiteiten en hogescholen die hun studenten een bezoek laten brengen aan het NIMAR, vergoedingen voor onderzoeks- en valorisatiediensten als-mede betrokkenheid bij externe onderzoeks- en dienstenprojecten.

• Het NIMAR kan overwegen betrokken te willen worden bij verschillende onderzoekspro-jecten aansluitend bij haar thema’s (zoals Museum & Heritage studies; Africa–Asia studies; Urban studies) waarbij onderzoekers voor een deel van hun tijd bij het NIMAR deelnemen aan valorisatieactiviteiten.

Page 22: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

21

Bijlage : Programma locatiebezoek NIMAR

Maandag !3 november

S::G Vertrek van hotel naar NIMAR met dienstwagen (Rachid Chounounou) S:=9 – :9:99 Ontvangst en rondleiding op NIMAR door Léon Buskens en Sarah Michiel :9:99 – ::::G Opening conferentie erfrecht (i.s.m. De Helling) :::=9 Gesprek met bibliothecaris Koen De Cuyper :8:99 Gesprek met visiting researchers Max Rousseau en Beatriz Tomé Alonso :8:=9 Lunch met coördinatoren onderwijsprogramma’s Karim Laaraj en Yara Maljers :w:99 – :w:wG Gesprek met Hare Excellentie de ambassadeur Désirée Bonis :G:99 – :[:99 Gesprek met studenten :t:99 Ontmoeting met decaan El Hani en professor Kaddouri op Universiteit Mohammed V 89:99 Diner bij Le Pietri met deelnemers conferentie erfrecht

Dinsdag !; november

:9:99 Gesprek met Managementteam NIMAR: Léon Buskens en Sarah Michiel :8;99-:8:wG Gesprek met Emiel de Bont, plaatsvervangend Chef de Poste bij de Nederlandse ambassade te Rabat :=:99 Vertrek met taxi naar Casablanca

Page 23: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

22

Bijlage 8 Overzicht van interviews

Universiteit Leiden, Faculteit Geesteswetenschappen

Mark Rutgers, decaan Menno Tuurenhout, directeur bedrijfsvoering

Maatschappelijke Adviesraad NIMAR

Ahmed Aboutaleb, burgemeester Rotterdam Ron Bormans, voorzitter CvB Hogeschool Rotterdam

Hogeschool Zuyd

Jeanette Oostijen, directeur Faculteit International Business and Communication Pieter Koene, docent Arabisch en stagecoördinator, Faculteit International Business and Communication

Page 24: NIMAR na tweeëneenhalf jaar...Het NIMAR heeft in zijn eerste tweeëneenhalf jaar hard gewerkt om zich te vestigen, zowel in fysieke zin (staf, huisvesting) als voor wat betreft onderwijs

23

Bijlage = Samenstelling Maatschappelijke Adviesraad

Ahmed Aboutaleb Voorzitter, burgemeester van Rotterdam Zohra Acherrat Psychiater, Amsterdam

Désirée Bonis Ambassadeur in Marokko

Ron Bormans Voorzitter College van Bestuur, Hogeschool Rotterdam

Marjo Buitelaar Hoogleraar Hedendaagse Islam, Rijksuniversiteit Groningen Ali Eddaoudi Hoofd, dienst islamitische geestelijke verzorging, Ministerie van

Defensie

Ben Knapen Lid Eerste Kamer (CDA)