opleiden en bevorderen van deskundigheid een continu proces · voor de adviestaken kan worden...
TRANSCRIPT
1
Opleiden en bevorderen van deskundigheid
een continu proces
Medisch management FMMU, medTzorg en FMMU advies
Mei 2015
2
Accreditatie Is een garantie dat een product of dienst voldoet aan bepaalde eisen. Wordt
door een onafhankelijke partij uitgegeven.
Bijzondere doelgroepen
huisartsenzorg
Bijzondere doelgroepen zijn: personen die geen of moeilijk toegang hebben tot
reguliere huisartsenzorg of gespecialiseerde huisartsenzorg nodig hebben zoals:
gedetineerden (ook jeugd en TBS), vreemdelingen, ouderen, verstandelijk
gehandicapten en verslaafden.
Competentie
Competentieprofiel
Is een geïntegreerd geheel van kennis& inzicht, vaardigheden en attitudes. Het is
het vermogen om hiermee beroepstaken die essentieel zijn voor functie of rol,
adequaat te verrichten.
Is uitgeschreven op blz. 12
DKB =
deskundigheidsbevordering
alle activiteiten die worden gerealiseerd d.m.v. onderwijs, opleidingen en
uitwisseling van intercollegiale kennis.
FTO’s farmacotherapeutisch overleg.
ICT intercollegiale toetsing.
Kwaliteitsmanagement het continu optimaliseren van de kwaliteit van een product of een proces.
Leverancier van zorg Artsen die medische zorg leveren in opdracht van het bedrijf.
Multidisciplinaire zorg Het afstemmen van afspraken en behandelplannen tussen diverse disciplines.
Zorgprofessional Iemand die hoogwaardige, kwalitatieve, en betrouwbare zorg naar de wensen,
behoeften, normen, waarden en gewoontes van de cliënten nastreeft.
Wet BIG Wet beroepen individuele gezondheidszorg.
Hybride positie Zorgprofessional werkzaam in een context waarbij hij geen
organisatieverantwoordelijkheid of belang heeft.
ICT Intercollegiale toetsing.
FTO Farmacotherapeutisch overleg.
Casuïstiek bespreking Bespreken van, soms discutabele situaties, waarbij de zorgprofessional
betrokken is of is geweest.
3
Inhoud
1. Inleiding ........................................................................................................................................... 5
1.1 Leeswijzer ................................................................................................................................ 6
2. Missie en visie.................................................................................................................................. 6
2.1 Visie op onderwijs; visie op DKB ............................................................................................. 6
3. Beleid op deskundigheidsbevordering ............................................................................................ 7
3.1 Verantwoordelijkheid voor opleiden en DKB .......................................................................... 7
3.2 Bevoegd en bekwaam ............................................................................................................. 7
3.3 Doelstelling van de DKB ........................................................................................................... 8
3.4 Doelgroep van de DKB ............................................................................................................. 8
4. De huidige en toekomstige situatie op het gebied van DKB ........................................................... 8
4.1 Algemeen huidige situatie ....................................................................................................... 8
4.2 Huidig aanbod DKB voor professionals die (gaan) werken voor het bedrijf .......................... 8
4.2.1 Enquête ............................................................................................................................... 9
4.3 Toekomstig aanbod ............................................................................................................... 10
4.4 Wijze van aanbieden ............................................................................................................. 10
4.5 Ontwikkelingen ...................................................................................................................... 11
5. Het bedrijf als kenniscentrum ....................................................................................................... 11
6. Langetermijnperspectief van DKB. ................................................................................................ 12
7. Het programma deskundigheidsbevordering 2015/2016 ............................................................. 12
7.1 Algemene inleiding ................................................................................................................ 12
7.2 Competentieprofiel voor de zorgprofessional werkzaam voor het bedrijf........................... 12
7.3 Instrumenten om input en informatie te krijgen over vereiste & gewenste DKB ................ 13
8. Opzet van de deskundigheidsbevordering ( DKB ) 2015 & 2016 .................................................. 14
8.1 Organisatie en accreditatie van DKB ..................................................................................... 15
8.2 E-learning modules ................................................................................................................ 15
8.3 Standaard thema’s ................................................................................................................ 15
8.4 Maatwerktrajecten ................................................................................................................ 16
8.5 Opleidingstraject: Forensische geneeskunde 2016 ............................................................... 16
9. Uitgeschreven programma 2015 ................................................................................................... 18
9.1 INSTAPMODULES VOOR: ....................................................................................................... 18
9.2 VOEDING EN VOCHTWEIGERAAR .......................................................................................... 19
9.3 ZEDENONDERWIJS ................................................................................................................. 20
9.4 LIJKSCHOUW .......................................................................................................................... 21
4
9.5 VERSLAVINGSZORG ............................................................................................................... 22
9.6 OPLEIDING IN HET KADER VAN ADVIES HOREN EN BESLISSEN ............................................. 23
Bijlage 1 ................................................................................................................................................. 24
Bijlage 2: ................................................................................................................................................ 25
Bijlage 3 ................................................................................................................................................. 25
Bijlage 4 Mindmap ................................................................................................................................ 25
5
1. Inleiding De FMMU en haar zusterbedrijven staan voor het leveren van verantwoorde huisartsenzorg, of hier
aan gerelateerde zorg. Dit wordt gedaan door zorgverleners die voldoen aan het competentieprofiel
dat in samenwerking tussen het bedrijf met de klant is opgesteld of contractueel is opgesteld; Dit
betekent dat er aandacht en inzet nodig is voor het op peil brengen en houden van de kennis van de
uitvoerende zorgprofessionals .
Naast de taken die de FMMU en zijn zusterbedrijf medTzorg hebben, is er ook nog een andere tak nl.
die van FMMU advies. De omvang van de werkzaamheden voor dit bedrijf zal een steeds grotere
plaats gaan innemen. De adviesfunctie richt zich op individuele zorgvoorzieningen waarbij sociaal
geneeskundigen een grote rol spelen. Voorbeelden zijn : de beoordeling voor een hoger vervoer
budget en beoordelingen voor de IND. Dit is ook de reden waarom ook een stukje advies wordt
opgenomen in dit beleidsstuk.
Voor het uitvoeren van curatieve taken is naast de registratie als arts, ook een registratie als
huisarts(HA) vereist. Voor de adviestaken kan worden volstaan met de registratie als basisarts doch
onder supervisie van een sociaal geneeskundige of huisarts.
Naast de noodzakelijke eisen is het vanuit samenwerkingsperspectief absoluut van belang dat de
arts tevens in staat is om te coachen, kennis over te dragen aan elkaar en verpleegkundigen en/of
verzorgenden en zo nodig te sturen op de kwaliteit in de uitvoering van de zorg. Dit in een context
waar de arts geen organisatieverantwoordelijkheid heeft. De arts werkt immers in opdracht van het
bedrijf. Tevens is de samenwerking tussen de diverse gespecialiseerde zorgprofessionals ( AVG/SOG )
zeer gewenst afhankelijk van de instellingen waar men werkzaam is.
De laatste jaren zijn er diverse momenten geweest waarin wij onze zorgprofessionals nascholing /
deskundigheidsbevordering hebben aangeboden. De frequentie en de wijze waarop dit werd
aangeboden en hoe hier gebruik van werd gemaakt, is wisselend geweest. Afgelopen jaar is de
nascholing vervlochten in een congres. Het wordt nu tijd om stil te staan en na te denken wat wij als
bedrijf te bieden hebben, te bieden willen hebben op gebied van deskundigheidsbevordering en
hierover te brainstormen. Wat sluit het beste aan bij de kennis die wij als organisatie belangrijk
vinden, maar ook zeker waar liggen behoeftes van onze zorgprofessionals zelf. Wat wij als bedrijf
belangrijk vinden wordt in de missie en visie beschreven
De activiteiten die we in dit stuk gaan benoemen betreffen bij- en nascholingsactiviteiten voor het
werkveld van de FMMU & MEDTZORG en FMMU advies1. Deze activiteiten wordt
deskundigheidsbevordering genoemd2
Professionals die dit onderwijs doorgaans volgen zijn: (huis) artsen, Specialist Ouderengeneeskunde
( SOG ), artsen verstandelijk gehandicapten ( AVG), psychologen & psychiaters, verpleegkundigen, en
verpleegkundig specialisten.
NB. Een evaluatie van de nascholingsbehoeften van het management en kantoormedewerkers valt
binnen dit document buiten deze beschouwing .
1 Dit wordt op de volgende pagina’s het bedrijf genoemd. 2 vervolgens genoemd DKB
6
1.1 Leeswijzer
In hoofdstuk 2 wordt de missie en visie beschreven. Een verklarende woordenlijst is eveneens toegevoegd, zodat het voor iedereen duidelijk is wat de definities zijn die in dit document worden bedoeld. Aan de orde komt achtereenvolgens:
- De visie op onderwijs en deskundigheidsbevordering - Beleid op DKB door het bedrijf - De huidige situatie op het gebied van DKB; en toekomst - Het bedrijf als kenniscentrum - Langetermijnperspectief van DKB. - Bijlage programma deskundigheidsbevordering 2015/2016
2. Missie en visie
Het bedrijf levert huisartsgeneeskundige zorg in multidisciplinair verband aan bijzondere doelgroepen naar tevredenheid van de personen waarvoor de klant de zorgplicht heeft. Het bedrijf adviseert over de te leveren zorg en zorgvoorzieningen. Het bedrijf staat voor patiënt- /klantgerichtheid, efficiënt en effectief handelen en innoverende zorg. Het bedrijf zal met haar kwaliteitsmanagement voldoen aan de wettelijke en vastgelegde eisen van de opdrachtgevers maar ook aan hun verwachtingen. Zij zal maatschappelijk verantwoord ondernemen met aandacht voor mens, maatschappij en milieu. Het onderdeel advies van het bedrijf zet in op doelgroepen waarbij wordt geacht een gedegen advies uit te brengen.
2.1 Visie op onderwijs; visie op DKB
Leidende principes:
- al onze zorgprofessionals ( gecontracteerd of verbonden aan het bedrijf via een
functionele werkrelatie ) worden uitgenodigd tot DKB
- DKB is een ( inter ) actief proces
- professional heeft eigen verantwoordelijkheid t.a.v. DKB
- professional is bereid kennis en vaardigheid te delen ( social learning )
- de werkomgeving nodigt uit tot leren
- het bedrijf heeft een sturende en toezichthoudende verantwoordelijkheid op onderhoud van
DKB
Het bedrijf wil zich, naast de individuele behoeften t.a.v. onderwijs die onze professionals hebben,
richten op onderwijs ontwikkelingen waarbij het accent ligt op:
- de context van een niet alledaagse omgeving
- connecties die de professional heeft met zijn omgeving
- de positie van de leverancier van zorg ( =arts zonder organisatieverantwoordelijkheid)
- de rol van de arts als hulpverlener, coach en adviseur
- specifieke zorg gericht op bijzondere doelgroepen
7
Als kenniscentrum, hetgeen het bedrijf pretendeert te zijn, maken wij het verschil vanwege :
- het doorgronden van de complexiteit van de diverse doelgroepen met hun problematiek ;
- de verplichting die wij hebben t.o.v. de afspraken met onze klanten ;
- de aanwezigheid van kennis m.b.t. de wet en regelgeving die specifiek gericht is op die
diverse doelgroepen.
Dit brengt met zich mee dat wij ons continu bewust moeten zijn van de verbijzondering van ons
onderwijsaanbod, extra aandacht moeten hebben voor ethische reflectie en ruimte moeten creëren
om samenwerkende ketenpartners toe te laten tot ons onderwijsaanbod.
3. Beleid op deskundigheidsbevordering
3.1 Verantwoordelijkheid voor opleiden en DKB
Het medisch management , gedelegeerd door de directie van het bedrijf, bepaalt de minimale kwaliteit van de toekomstige zorgprofessional die intenties heeft voor het bedrijf te werken. Daarnaast stelt het bedrijf zich als kenniscentrum op en dient als kweekvijver voor studenten van diverse universiteiten in Nederland. De begeleiding van de student, ligt bij de sociaal geneeskundige, de organisatieverantwoordelijkheid bij het medisch management. Het medisch management is opdrachtgever voor ondersteuning en het faciliteren hiervan. DKB gebeurt waar mogelijk vraag gestuurd en op basis van behoeften afgestemd op het soort werkzaamheden die Het bedrijf voor haar klanten uitvoert.
Uitgangspunten - Het bedrijf garandeert leveranciers van zorg DKB die minimaal per jaar minimaal 12
accreditatiepunten opleveren - Zij richt zich niet op de individuele nascholing als professional . Deze worden vastgesteld
door de registratie commissies en ingevuld door de zorgverlener zelf. - Zij richt zich op kennis en competenties vereist voor het leveren van verantwoorde zorg voor
de doelgroepen waarvoor gewerkt wordt. - Zij richt zich op werken om in teamverband met andere professionals verantwoorde zorg te
leveren - Zij richt zich op taakdelegatie met behoud van controle waar mogelijk
3.2 Bevoegd en bekwaam
Het bedrijf als opdrachtgever verwacht van zijn leveranciers van zorg3 dat zij eigen verantwoordelijkheid nemen voor het bijhouden van zijn/haar deskundigheid. Ten aanzien van bekwaamheid en bevoegdheid voorziet de wet BIG. Bevoegdheid in het kader van de wet BIG : is de erkenning dat kennis en vaardigheden zijn verkregen door het succesvol volgen van een erkende opleiding aan een door VWS erkend opleidingsinstituut en deze bevoegdheid door periodieke toetsing( accreditatie) te actualiseren. Artsen hebben op grond van de Wet BIG zelfstandige bevoegdheid. Als zij bekwaam zijn mogen zij op eigen gezag een indicatie stellen en een voorbehouden handeling uitvoeren. Onder bepaalde
3 Daar waar wordt gesproken over leveranciers van zorg wordt bedoeld alle artsen in loondienst of gecontracteerd en verpleegkundig ( en ) specialisten indien deze in loondienst zijn
8
voorwaarden mogen zij een opdracht geven aan een niet zelfstandig bevoegde b.v. een verpleegkundige, om de voorbehouden handeling uit te voeren. Ook tandartsen en verloskundigen zijn zelfstandig bevoegd bepaalde voorbehouden handelingen te verrichten als zij bekwaam zijn. De handelingen moeten wel binnen het in de Wet BIG omschreven deskundigheidsgebied liggen. Bekwaamheid in het kader van de wet BIG is het vermogen om in bepaalde situaties een handeling correct uit te voeren. Dit valt niet te bepalen aan de hand van een diploma maar moet in de praktijk worden beoordeeld. Men moet competent zijn.
3.3 Doelstelling van de DKB
Doelstelling is om de kwaliteit van de zorg in de instellingen, waar het bedrijf werkzaamheden
verricht, te verbeteren en expertise rondom de zorg aan de bijzondere doelgroepen te delen.
Doelstelling voor de functie advies is om de kwaliteit van het advies mensgericht en uitlegbaar te
laten zijn
3.4 Doelgroep van de DKB
De doelgroep bestaat uit huisartsen, SOG en AVG, basisartsen, artsen i.o. , sociaal en justitieel
geneeskundigen, studenten geneeskunde, verpleegkundigen en verpleegkundig specialisten die voor
het bedrijf medische of verpleegkundige zorg leveren, of in relatie staan tot het bedrijf.
Professionals die dit onderwijs doorgaans volgen zijn: (huis) artsen, Specialist Ouderengeneeskunde
en AVG artsen, psychologen en psychiaters, verpleegkundigen, verpleegkundig specialisten.
4. De huidige en toekomstige situatie op het gebied van DKB
4.1 Algemeen huidige situatie
- Artsen volgen het introductieprogramma . Dit doen zij in de eerste instantie voor het cluster
of instelling waarvoor zij gaan werken, zowel voor de planbare als niet planbare zorg
- Artsen die langere periode voor ons gaan werken kunnen de opleiding justitieel
geneeskundige gaan volgen
- Alle artsen wordt ICT aangeboden evenals FTO’s. Deze zijn wel/niet in combinatie met
artsenoverleggen.
- Casuïstiek bespreking.
- Artsen worden uitgenodigd en nemen deel aan DKB op basis van behoefte ( bijvoorbeeld:
ben ik werkzaam in deze doelgroep of heb ik hier voldoende kennis over )
- Artsen werken doorgaans als zelfstandige ( freelance ) . Als het gaat om de verplichting tot
het volgen van DKB staat het bedrijf zwak.
- Het bedrijf beschikt over een beperkte instellingsaccreditatie en kan zelf scholingen
accrediteren. Ook is Het bedrijf geaccrediteerd voor het aanbieden van scholing aan
verpleegkundigen ( zie verder hoofdstuk 7 )
4.2 Huidig aanbod DKB voor professionals die (gaan) werken voor het bedrijf4
1. introductieprogramma op maat; face tot face. Voordeel is verder kennis te maken met de
nieuwe arts en hem/haar de gelegenheid te geven vragen te stellen, te verdiepen en te
4 Ook professionals die in relatie staan met de FMMU en samen werken met onze artsen worden van harte uitgenodigd deel te nemen aan de DKB activiteiten.
9
oriënteren op dat moment. Hulpmiddel hierbij is het extranet waar alle onderliggende
documenten te vinden zijn.
Na het gevolgde programma is er een moment van het lezen van naslagwerk en het
verwerken van de nieuwe informatie. Grootste nadeel van dit individueel samenzijn is de
enorme tijdsinvestering ( 2 á 3 uur per persoon x 60 per jaar incl. voorbereiding)
2. standaard modules met kennis die vereist is om werkzaamheden goed te kunnen uitvoeren.
Deze worden doorgaans aangeboden als kennisverrijking en hebben geen/weinig interactief
karakter
- Verstandelijk Gehandicaptenzorg
- Ouderenzorg
- Forensisch onderzoek
- verslavingszorg
- psychiatrische problematiek
- Infectieziekten in instellingen
- samenwerken in een team; multidisciplinaire zorg
- vertrouwensartsen
3. maatwerk nascholing
Deze wordt jaarlijks en toegespitst op actuele onderwerpen c.q. actuele behoeften; dit kan in de
vorm van avond/middag of dag nascholing in de vorm van een seminar of congres
4.2.1 Enquête
In April 2015 heeft er een schriftelijke enquêtering plaatsgevonden onder artsen die werkzaam zijn
voor Het bedrijf ; de uitkomsten zijn gedeeltelijk verwerkt in dit beleidsdocument; Door de matige
respons (38%) kan men spreken van waarneembare trends en niet van harde feiten. Daarbij is maar
een doelgroep ( artsen ) geënquêteerd en geeft dit dus een beperkt beeld van behoeften en is niet
objectief.
De trends:
1. Er is duidelijke behoefte aan DKB m.b.t. onze doelgroepen 2. Een groot deel van de artsen geeft aan dat ze DKB wensen over ethiek en levensbeëindiging;
training van personeel en coaching wordt in meerderheid niet gewenst 3. Financiële bijdrage wordt door 50% als geen bezwaar gezien mits het niet meer is als € 75,-- 4. Koppeling van nascholing aan andere overleg( Artsenoverleg / ICT/FTO) scoort +/- 50% voor /
tegen 5. Extranet is bekend, wordt gebruikt en voldoet . 6. Nascholing in de vorm van Congres scoort hoog !
10
4.3 Toekomstig aanbod
Er is een meerjarenplan ( hoofdstuk 7 ) waarin het beleid over DKB in stappen wordt beschreven,
met SMART doelstellingen, die per jaar worden geëvalueerd. Dit plan zal deel uitmaken van het A 3
jaarplan van het bedrijf.
Deels zullen deze DKB programma’s georganiseerd worden voor samenwerkingspartners; deze
activiteiten zullen in de budgettering commercieel ingestoken worden en georganiseerd worden
vanuit het bedrijf.
1. Het introductieprogramma is gedigitaliseerd voor de doelgroep van de gesloten justitiële
settingen van het bedrijf; het aanbod vindt plaats in een beveiligde omgeving als E-learning
programma. Er is achteraf telefonisch contact met de arts om het programma nog eens door
te spreken en eventuele vragen te beantwoorden. 1 x per 3 maanden wordt er een
terugkomstbijeenkomst georganiseerd voor nieuwe artsen. Iedere arts moet het programma
voor aanvang van de werkzaamheden hebben gezien. Belangrijk hulpmiddel hierbij is het
extranet. Groot voordeel is de tijdsinvestering , dus kostenbesparing. Omgerekend zal het
gedigitaliseerde programma zich binnen 2 jaar terug verdienen. Ander voordeel is dat het
programma , indien men in het bezit is van een BIA , geaccrediteerd kan worden.
2. t.a.v. de intervisie ( ICT ) zal dit blijven zoals het is ; toegespitst of de specifieke problematiek.
Dit is geaccrediteerd en staat o.l.v. een erkende kwaliteit consulent.
3. Casuïstiek besprekingen en FTO’s zullen veel meer collectief moeten worden aangeboden en
in combinatie met de artsen overleggen. Deze zullen ook geaccrediteerd5 zijn.
4. Maatwerkconcepten zullen steeds vaker gedifferentieerd worden aangeboden voor bepaalde
doelgroepen met o.a. Triage workshops voor verpleegkundigen in de specifieke instellingen
bijvoorbeeld:TBS klinieken , detentiecentra, ouderenzorg e.d. Maatwerkscholing t.b.v. de
AWBZ doelgroep b.v. epilepsie, palliatieve zorg e.d. Klinische lessen individueel op de locaties
of collectief gehouden per doelgroep b.v. TBS
Voor de afdeling advies zal er aan de hand van de aard van de werkzaamheden modulaire
concepten worden aangeboden.
5. Een opleiding forensische geneeskunde bij een definitieve gunning beslissing t.b.v.
arrestantenzorg.
6. DKB op de locatie op basis van vraag en aanbod. Voorbeeld is de vraag vanuit de universiteit
naar artsen met ervaring die een college geven over het werken in de gevangenissen. Ander
voorbeeld is de vraag vanuit verpleeghuizen naar specifieke scholing voor verpleegkundigen
en verzorgende.
4.4 Wijze van aanbieden
Er zal steeds vaker gestreefd worden naar de ontwikkeling van losse modules die voor diverse
doelgroepen kunnen worden ingezet. Op dit moment is de module triage een goed voorbeeld; de
module is gestart in 2013 voor de TBS klinieken en de detentiecentra, hierna is hij aangepast voor de
arrestantenzorg, op dit moment wordt de module aangeboden aan een verpleeghuis van het Leger
des Heils.
5 Zie ook hoofdstuk 7
11
Ook zullen de losse modulen als bouwstenen voor een traject kunnen gaan dienen. Uitgangspunt zal
altijd thematisch zijn. ( zie onderstaande afbeelding )
THEMA
INFECTIEZIEKTEN
SOA/HIV PREVENTIE EN
BESTRIJDING
SPECIFIEKE DOELGROEP
NORO VIRUS
HEPATITUS ABC FTO’S
EXOTEN
4.5 Ontwikkelingen
E-learning
Blended learning
Nascholing op maat vanuit vaste thema’s
Efficiënter gebruik / inzet van ExtraNet
Forensische opleiding
DKB met betrekking tot justitiële vraagstukken
Opleiding in kader Horen en Beslissen
Aandacht voor Triage/ samenwerking en DKB voor teams, Multidisciplinair
Welke prikkels kunnen we gebruiken om de artsen te stimuleren tot DKB ?
5. Het bedrijf als kenniscentrum Een definitie van een kenniscentrum is lastig te omschrijven: instelling of bedrijfsonderdeel waar het onderzoek naar een verschijnsel( lees zorg voor bijzondere doelgroepen) of de ontwikkeling van nieuwe technologie geconcentreerd is. Het bedrijf pretendeert een kenniscentrum te zijn gebaseerd op langdurige ervaring ten aanzien van specifieke zorgvraagstukken en doelgroepen. Er zijn gegevens zoals casuïstiek en data voorhanden maar hier wordt vooralsnog geen analyse of onderzoek op los gelaten. Dit houdt in dat we als bedrijf een deskundige en professionele mening kunnen geven. Daarnaast tracht het bedrijf een brug te slaan tussen arbeidsmarkt ( weten wat er speelt ), opleidingen ( bijvoorbeeld huisartsenopleiding en coassistenten ) en ervaringen uit de dagelijkse praktijk. Dit alles vertaalt het bedrijf naar activiteiten t.a.v. DKB Het bedrijf wil met andere samenwerkingspartners producten en diensten ontwikkelen en kennis delen om de toegankelijkheid en de kwaliteit van zorg aan haar cliënten te verbeteren. Tevens doen wij doorlopend nieuwe ervaringen op die zich onderscheiden van de reguliere zorgvraagstukken. Voorbeelden van die specifieke zorgvraagstukken zijn; kennis t.a.v. vreemdelingenzorg ( dreigende uitzetting &voeding en vocht weigeraars ) gebruik van (multiple ) psychofarmaca, verslaving, aspecten rondom veiligheid en het werken in een justitiële omgeving enz. Naast de kennis en ervaring die Het bedrijf heeft beschikt zij ook over naslagwerk op het extranet die , vooral nieuwe artsen veel houvast geeft binnen zijn/haar werkzaamheden.
12
6. Langetermijnperspectief van DKB. Lange termijn perspectief is niet verkeerd maar moet flexibiliteit en meebewegen niet in de weg
staan. Per jaar of per 2 jaar zal Het bedrijf het programma t.a.v. deskundigheid wegen en de
activiteiten afstemmen op de doelstellingen ( wat wil je bereiken ) en kwaliteitscriteria ( hoe wil je dit
bereiken ) in relatie tot de klantenpopulatie.
Voor accreditatie voor huisartsen en verpleegkundigen kan men terecht bij de regionale en landelijk
vastgestelde kwaliteitsorganisaties ( LHV ) voor huisartsen en de beroepsverenigingen voor
verpleegkundigen ( o.a. V&VN ). Het bedrijf heeft hiervoor een instellingsaccreditatie.
Het is echter de bedoeling dat voor komende jaren ook de SO en AVG artsen hun punten kunnen
krijgen ( scholing buiten vakgebied )
Voor wat betreft de registratie voor de huisartsen geldt dat de uren die de huisartsen werken voor het
bedrijf op dit moment niet volledig worden meegeteld:
Voor de toekomst is het oprichten van een WAGRO zinvol om alle scholing die nu onder de WDH vallen
te kunnen accrediteren.
7. Het programma deskundigheidsbevordering 2015/2016
7.1 Algemene inleiding
De laatste jaren zijn er diverse momenten geweest waarin wij onze zorgprofessionals nascholing
hebben aangeboden. De frequentie en de wijze waarop de nascholing werd aangeboden en hoe hier
gebruik van werd gemaakt, is wisselend geweest. Afgelopen jaar ( 2014 ) is de bijscholing
vervlochten in een congres. Het wordt nu tijd om stil te staan en na te denken wat wij als bedrijf te
bieden ( willen ) hebben op gebied van DKB en hierover te brainstormen. Wat sluit het beste aan bij
de kennis die wij als organisatie belangrijk vinden, maar ook zeker waar liggen behoeftes van onze
zorgprofessionals zelf? Wat wij als bedrijf belangrijk vinden is in de missie en visie beschreven.
De activiteiten die we in dit stuk gaan benoemen betreffen alle DKB activiteiten voor het werkveld
van de FMMU, medTzorg en FMMU advies.
7.2 Competentieprofiel voor de zorgprofessional werkzaam voor het bedrijf
competenties zijn: 1. Kunnen samen werken
Omschrijving: Samen met anderen de activiteiten richten op een gemeenschappelijk doel. Het gezamenlijke resultaat op de eerste plaats stellen en zich daarvoor volledig inzetten. Een goede onderlinge sfeer bevorderen.
2. Goed kunnen communiceren Omschrijving: Alle verbale en non-verbale communicatie tussen huisarts en patiënt of collega tijdens diverse contacten met als doel het initiëren en onderhouden van een constructieve dialoog en het zorgdragen voor een medisch verantwoorde en indien mogelijk, gezamenlijke besluitvorming.
3. Kennis hebben van de organisaties ( organisatiesensitiviteit ) Omschrijving: organisatiebewustzijn inzicht in hoe een organisatie feitelijk werkt.
4. Zelfinzicht hebben en kunnen reflecteren
13
Omschrijving: De eigen sterke kanten, zwakheden en begrenzingen kennen en deze niet overschatten of onderschatten. Dit ook kunnen benoemen en eventueel
5. Inzicht hebben in competenties van andere disciplines Omschrijving: Inzicht hebben in het opleidingsniveau, de bekwaamheid en bevoegdheid van medebehandelaars en dat van assisterende zorgverleners
6. Kunnen adviseren Omschrijving: Adviseert gevraagd en ongevraagd, met oog voor de medische consequenties van het advies, met in achtneming van het medisch beroepsgeheim aan de instelling (in brede zin) of derden
7. Kunnen coachen Omschrijving : In staat zijn om in de rol van arts medewerkers te stimuleren en te begeleiden in hun ontwikkeling. De vaardigheden die coachen mogelijk maken zijn onder andere: luisteren, feedback geven, sensitiviteit, openheid en geduld.
8. Kunnen aansturen ( functioneel ) Omschrijving: de arts neemt inhoudelijk de regie, geeft functioneel richting aan, en zorgt voor taakverdeling en voor afstemming van activiteiten.
9. Kennis hebben van specifieke problematiek6 Omschrijving: kennis hebben van specifieke problematiek in instellingen.
7.3 Instrumenten om input en informatie te krijgen over vereiste & gewenste DKB ( een * geeft aan dat dit al wordt gehanteerd )
Introductieprogramma voor alle startende artsen bij de FMMU en medTzorg*
Digitaal
Mondeling* per telefoon
Kwartaal bijeenkomst
Evaluatieformulier na 3 maanden werken*
Entreetoets startende arts
- elke startend arts legt bij aanvang werkzaamheden een entreetoets afhankelijk van de uit te
voeren werkzaamheden b.v.
ANW diensten in clusters met een diverse populatie patiënten
Spreekuur DJI instellingen
Dagdienst spoeddienst Utrecht
Spreekuur ouderenzorg, en/of GGZ instelling
- Na 1 jaar wordt entreetoets herhaald ; indien deze toets met een gewenste score is
afgesloten is dit deel afgerond
Voortgangstoets ervaren huisarts (meer dan 1 jaar werkzaam in onze organisatie)
- Elke jaar wordt een voortgangstoets gemaakt waarin relevante nieuwe ontwikkelingen zijn
opgenomen
Input tijdens artsenoverleg*
6 Zie ook hoofdstuk 4
14
- Op het artsenoverleg is nascholing een vast agendapunt: gevolgde nascholing, gewenste
nascholing en aanwezigheid bij nascholingsactiviteiten; dit levert informatie op m.b.t.
nascholingsprogramma, behoefte voor nascholing voor het volgend jaar en over
betrokkenheid van de artsen bij de nascholing.
Input door ICT bijeenkomsten *
Jaarlijkse enquête “ opleiden” *
- Conform 2015 wordt er jaarlijks geënquêteerd.
Ontwikkelingen bij instellingen vanuit klant leverancier overleg en directieoverleg*
- Tijdens reguliere overleg met de instellingen is nascholing een vast agendapunt
Ontwikkelingen bij beroepsverenigingen*
- M.b.t. beleid en deskundigheid : LHV, NHG, Verenso, NVAVG , GGZ en verslavingszorg
Input door klachtafhandeling en calamiteitencommissies*
Ontwikkelingen n.a.v. veranderende of uitbreiding van werkzaamheden
8. Opzet van de deskundigheidsbevordering ( DKB ) 2015 & 2016 Doorgaans hanteert het bedrijf standaard thema’s van waaruit maatwerk geleverd kan worden.
Deze staan in relatie tot het al eerder beschreven competentieprofiel . Deze gaat over het hebben
van kennis van specifieke problematiek in instellingen waar onze artsen werkzaam zijn.
De instellingen waar we het dan over hebben zijn alle gesloten justitiële instellingen, politiebureaus,
ouderenzorg, verstandelijk gehandicaptenzorg en verslavingszorg ( GGZ ). De werkzaamheden die
worden gedaan door de leveranciers van medische zorg, betreffen planbare zorg zoals spreekuren,
niet planbare zorg zoals spoedzorg overdag en in ANW en advieswerk.
Op een gestructureerde wijze wordt na een inleiding van een themadeskundige (ingebrachte)
casuïstiek besproken om zo te komen tot een beter inzicht in eigen handelen en tot een betere
afstemming in het gemeenschappelijk handelen. Hierbij zullen de bestaande richtlijnen en
protocollen en de kennis en kunde van de deskundigen een richtlijn zijn bij het kritisch kijken naar en
beoordelen van elkaars handelen en denken. Ter ondersteuning worden power point presentaties
gebruikt.
Naast vakinhoudelijke kennis komen ook competenties op het gebied van communicatie en
samenwerken aan bod. Tevens worden er in relatie tot het onderwerp, aspecten benoemd die
betrekking hebben op de diverse ( bijzondere ) patiëntenpopulatie.
Bij de DKB met een klinisch onderwerp zal farmacotherapie geïntegreerd worden in het onderwijs.
Hierbij is een apotheker aanwezig voor de inbreng van nieuwe ontwikkelingen op het gebied van de
farmacotherapie. Tevens zal hij/zij dienen als deskundige tijdens de casuïstiekbespreking. FTO zal in
deze periodes ook collectief worden georganiseerd.
15
8.1 Organisatie en accreditatie van DKB
Omdat de activiteiten van het bedrijf over een groot deel van Nederland verspreid zijn, is gekozen
om de onderwijs activiteiten door het hele land te organiseren. In overleg met de sprekers en
docenten worden aanvullende referenties opgegeven en hand-outs verspreid.
Het onderwijs vindt hoofdzakelijk plaats in de avonduren, meestal van 18.30 tot 21.45 uur. Het
programma wordt vooraf gegaan door een' inloop' waar broodjes e.d. te verkrijgen zijn. Deelnemers
dienen zich vooraf in te schrijven via de mail. Ter ondersteuning wordt gebruik gemaakt van
literatuur en wordt gerefereerd naar de standaarden van het NHG, www.artsennet.nl
Voor een DKB moment wordt 1 punt per uur aan accreditatie aangehouden of aangevraagd. De
FMMU is opgenomen in het kwaliteitsregister van de V&VN. Dus ook voor verpleegkundigen is de
scholing geaccrediteerd.
Op de volgende pagina's wordt de opzet van de avonden besproken met de verschillende thema's
en, voor zover op dit moment bekend, de begeleiding en vakinhoudelijke deskundigen.
8.2 E-learning modules Het introductieprogramma en de module epilepsie wordt medio 2015 als digitale module
aangeboden. MedTzorg heeft voornemens om meerdere modules te realiseren en deze ook ter
accreditatie aan te bieden.
De eisen t.a.v. het accrediteren van e-learning modules is besproken tijdens de visitatie op 19-03-
2015. Het rapport is als concept ontvangen. Kaders die noodzakelijk zijn voor het uitbreiden van de
accreditatie zijn opgevraagd.
8.3 Standaard thema’s
Infectie ziekten ,inbegrepen de preventie en bestrijding ;
Psychiatrische ziektebeelden en gedragsproblematiek;
Gedragsproblematiek in relatie met ouderen en verstandelijk gehandicapten
Verslavingsproblematiek en middelengebruik , inbegrepen risico’s en therapie beleid
Wet en regelgeving in het kader van geestelijke gezondheidszorg en de zorg voor arrestanten en gedetineerden;
( multi) farmacie bij bijzondere doelgroepen en onder bijzondere omstandigheden;
(h)erkennen van diverse letsels zowel somatisch (zichtbaar en niet zichtbaar) als psychisch en/of psychiatrisch;
Bijzondere aspecten van eerste lijns geneeskundige zorg bij gedetineerden en arrestanten.
De adviesrol van de huisarts richting de leiding van een PI en de politie.
De opzet van scholing 2015 zal voornamelijk scholing op maat zijn. Wat is scholing op maat?
Scholing op maat wil zeggen dat de klant kan aangeven waar behoeftes liggen m.a.w. wat er geleerd
moet worden . Scholing op maat wil ook zeggen dat Het bedrijf hiaten aangeeft bij de klant die de
behoeften of noodzaak onderschrijft aan deskundigheidsbevordering . t.a.v. dit laatste kan zij samen
met de klant een leertraject uitstippelen.
16
Voorwaarde is dat:
1. scholingsbehoefte en tijdsinvestering het uitgangspunt vormen voor het leertraject.
2. De inhoud van het leertraject is direct toepasbaar in de werksituatie, niet pas na de cursus.
Maatwerkscholing zoals Het bedrijf wil aanbieden zal hoofdzakelijk bestaan uit leertrajecten die
specifiek zijn voor de doelgroepen ( zie ook missie en visie )
8.4 Maatwerktrajecten
In een van de bijlagen is middels een mind map structuur aangegeven welke leertrajecten er geschikt
zijn voor beide bedrijven, voor welke doelgroepen, in welke ( werk ) omgeving en de verbindingen
die er kunnen zijn tussen de bovengenoemde items. De mindmap is bedoeld als voorbeeld en uit te
smeren over meerdere jaren.
Onderwerpen die in 2015 zeker aan bod komen zijn:
1. Triage ( deze scholing wordt niet uitgewerkt omdat dit buiten de BIA valt )
voor verpleegkundigen binnen de verpleeghuis en verstandelijk gehandicapten sector
voor verzorgenden en agogisch opgeleide in de VG sector
voor verpleegkundigen in de arrestantenzorg
2. Instapmodule voor SOG en AVG
3. Vreemdelingen
4. Zedenonderwijs
5. Lijkschouw
6. Advies verlenen
7. Verslavingszorg
Hiernaast willen wij in de loop van 2015 een seminar organiseren waarin een thema centraal staat .
Voorbeeld zou kunnen zijn:
- Chronische ziekten binnen een gesloten setting met als onderwerpen:
CDM als proces weggezet ( b.v. metabool syndroom, diabetes, CVRM )
Betrokken disciplines verantwoordelijkheden en bevoegdheden
( hoofd ) behandelaarschap
Farmacie
Bovenstaande maatwerktrajecten kunnen roulerend worden aangeboden in diverse regio’s in het
land. Op de volgende pagina’s zijn de onderwerpen verder uitgeschreven.
8.5 Opleidingstraject: Forensische geneeskunde 2016 Uitbreiding van arrestantenzorg is voorlopig gegund volgens een aanbestedingsproces, echter het
forensisch medisch onderwijs is niet het niveau en de kwaliteit, die mag worden verwacht in een
moderne hoog ontwikkelende westerse samenleving.
Het bedrijf kan de kwaliteit van dienstverlening wel aanbieden, maar ook zij kampt met het probleem
van een kwalitatief onvoldoende forensisch medische opleiding in Nederland.
17
Er is een initiatief vanuit het bedrijf om samen met de Society of the Apothecaries of London een
strategische joint venture aan te gaan. Het doel is te komen tot Forensch Medische Opleiding in ons
land op academisch/post academisch niveau. Daarbij wordt gedacht aan een PPS constructie, waarbij
een Faculteit van een Nederlandse Universiteit de uitvoerder wordt van het curriculum.
De doelstelling van deze 2 jarige opleiding is om artsen voldoende kennis en vaardigheden aan te
leren op het gebied forensische geneeskunde, zodat zij/hij politie en justitie op dit gebied kan
ondersteunen bij de opsporing en tevens slachtoffers op de juiste wijze medisch kan behandelen.
Tevens wordt kennis overgedragen en vaardigheden aangeleerd voor eerstelijns zorg bij arrestanten
en gedetineerden.
Bovenstaande opleiding zal bij een definitieve gunning, verder worden ontwikkeld en uitgeschreven.
18
9. Uitgeschreven programma 2015
9.1 INSTAPMODULES VOOR:
- SPECIALISTEN OUDEREN GENEESKUNDE
- ARTSEN VERSTANDELIJK GEHANDICAPTEN
Datum: nader te bepalen, na augustus 2015
Huisartsen van medTzorg worden ingezet in de avond- nacht- en weekenddiensten binnen
verpleeghuizen en instellingen voor verstandelijk gehandicapten. De generieke kennis die de
huisartsen hebben om deze zorg goed te kunnen borgen is niet volledig toereikend. Door middel van
instapmodules worden de huisartsen bekend gemaakt met de specifieke problematiek en zorg
rondom deze zorgcategorie
Doelgroep: AVG en SO werkzaam in diverse instellingen in Nederland
Locatie : diverse
Te hanteren evident based richtlijnen en procedures
NHG standaarden
Coördinator: Jeanne van der Pasch
Avondonderwijs ( sprekers nog verder in te vullen )
18.30-19.00 uur Inloop met broodjes
18.30-20.00 uur onderwijs
20.00-20.15 uur Pauze
20.15-21.30 uur onderwijs
21.30-21.45 uur evaluatie
Leerdoelen:
Algemene informatie over mensen met een verstandelijke beperking.
Bijzondere aspecten van de zorgverlening aan mensen met een verstandelijke beperking.
Veel voorkomende problemen in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking.
Enkele syndromen uitgelicht.
Praktische adviezen op instellingen niveau
Literatuur en overige informatie:
1. www.kinderneurologie.eu
2. www.nvavg.nl
3. Medische zorg voor patiënten met een verstandelijke beperking, Prelum, Houten, 2014
4. Patiënten met een verstandelijke beperking; AccreDidact, 6-2011
5. Lezing: “Bepaal uw eigen handicap!”, ‘s HeerenLoo, 2009
6. tv uitzending Zembla, VARA, 01-04-2015
19
Datum: 23 of 29 juni 2015 ( is nog niet zeker )
9.2 VOEDING EN VOCHTWEIGERAAR
“ kan en wil ik hier aan mee werken“
Inleiding
Voedselweigering als machtsmiddel wordt overwegend gebruikt door mensen in een afhankelijke positie, zoals gedetineerden en asielzoekers. Accent zal liggen op de rol en positie van de vertrouwensarts en de behandelaar en hoe die zich t.o.v. elkaar verhouden. Dilemma’s zullen worden besproken .
Doelgroep artsen van de FMMU en medTzorg
Locatie : Utrecht
Te hanteren evident based richtlijnen en procedures
Literatuur van de Johannes Wier stichting
Afspraken gemaakt met het GCA
Coördinator: Riet Verhoogt
Avondonderwijs ( sprekers nog verder in te vullen )
18.30-19.00 uur Inloop met
broodjes
18.30-20.00 uur onderwijs Door Rinse Meijer
20.00-20.15 uur Pauze
20.15-21.30 uur onderwijs Casuistiek bespreken met
een andere vertrouwensarts
Martijn Ruiten
21.30-21.45 uur evaluatie
Leerdoelen:
- Artsen zijn op de hoogte van de samenwerking met ketenpartners ten aanzien van voedsel
en vochtweigeraars; zij zijn in staat om deze te vertalen naar de praktijk.
- Artsen zijn in staat specifieke problematiek te herkennen en de betrokkenen te adviseren en
te wijzen op de consequenties
- Artsen kunnen kritisch kijken naar eigen handelen en denken in de uitoefening van hun
beroep.
Literatuur en overige informatie:
20
Datum: 23 juni 2015
9.3 ZEDENONDERWIJS
Doelgroep: alleen artsen die in de dagdienst en ANW Utrecht West/Oost werken.
Organisatoren:
- Satish Moekoet (tevens coördinator)
- Politie ( zeden ) en recherche Utrecht (Gijs Houben)
- Verpleegkundige ( naam volgt)
Algemeen:
Toepassing van aangepaste praktische werkwijze. Deze scholing is uitsluitend voor artsen die
regelmatig met zedenonderzoek te maken hebben.
Deze wordt gehouden samen met vertegenwoordigers van andere betrokken instanties
(zedenpolitie, forensische opsporing ). De avond op het gebied van het zedenonderzoek zal vooral
bestaan uit het doornemen van voorbereide casus aan de hand van de bestaande richtlijnen.
Locatie: bureau Paardenveld Utrecht
18.00-18.30 uur Inloop met broodjes
18.30-20.00 uur onderwijs
20.00-20.15 uur Pauze
20.15-21.30 uur onderwijs
21.30-21.45 uur evaluatie
Leerdoelen:
- Artsen zijn op de hoogte van de nieuwe zedenset en zijn in staat om deze toe te passen in de
praktijk:
Materiaal: hoe wordt de zedenset gebruikt.
Waar de handeling plaatsvindt en wie er bij betrokken zijn.
- Artsen zijn op de hoogte van de samenwerking met ketenpartners:
Zedenrecherche.
- Artsen kunnen kritisch kijken naar eigen handelen en denken in de uitoefening van hun
beroep.
-
Protocollen en standaarden:
NHG-standaard 02: Hormonale anticonceptie en overtijdbehandeling.
MOSS Protocol ( te vinden op het Extranet van de FMMU ).
Literatuur en verwijzingen:
Cohen B.A.J., Holtslag H., Smitshuijzen R. Ph., Tenhaeff A.G. en de Waal L.P. Sexueel geweldsmisdrijf
In: Forensische geneeskunde, Van Gorcum, Assen, 2004.
Site: www.nederlandsforensischinstituut.nl
21
Datum: 31 augustus 2015
9.4 LIJKSCHOUW
Inleiding:
Het vaststellen van de dood kan door eenieder (met enig gezond verstand) geschieden. Als men als
arts of hulpverlener (verpleegkundige) en ook als burger niet overtuigd is van irreversibel overlijden
dient een reanimatiepoging te worden ondernomen c.q. te worden voortgezet.
Op het moment dat de dood wordt vastgesteld treden automatisch de bepalingen van de Wet op de
lijkbezorging in werking. Er ontstaat dan een 'nieuwe' juridische en feitelijke situatie met mogelijk
vergaande en soms onverwachte en onvermoede consequenties.
Het accent binnen deze scholing zal liggen op:
• Context van de schouw
• Doel en uitvoering
• Wet en regelgeving
Doelgroep: alleen artsen die voor de FMMU en medTzorg werken
Coördinator : Riet Verhoogt
Locatie: bureau Paardenveld Utrecht
18.00-18.30 uur Inloop met broodjes
18.30-20.00 uur onderwijs
20.00-20.15 uur Pauze
20.15-21.30 uur onderwijs
21.30-21.45 uur evaluatie
Leerdoelen:
- Artsen zijn op de hoogte van de termen en begrippen m.n. natuurlijk en niet natuurlijke
dood
- De gang van zaken na overlijden
- Overlijden minderjarigen e/o gedetineerden
- Omgaan met nabestaanden
- Artsen kunnen kritisch kijken naar eigen handelen en denken in de uitoefening van hun
beroep.
Protocollen en standaarden: nog invullen
Literatuur en verwijzingen: nog invullen
22
Datum: oktober 2015 ( datum nog vast te stellen )
9.5 VERSLAVINGSZORG
“GHB binnen een justitieel kader”
Inleiding:
Doelgroep: alleen artsen die voor de FMMU werken
Coördinator : Riet Verhoogt
Locatie: bureau Paardenveld Utrecht
18.00-18.30 uur Inloop met broodjes
18.30-20.00 uur onderwijs Gert van Riel
20.00-20.15 uur Pauze
20.15-21.30 uur onderwijs Apotheker
21.30-21.45 uur evaluatie
Leerdoelen:
- Artsen zijn op de hoogte van de consequenties van het gebruik van GHB
- Artsen zijn op de hoogte van insluitingsgevaar t.a.v. een GHB verslaafde
- Artsen kunnen kritisch kijken naar eigen handelen en denken in de uitoefening van hun
beroep.
Protocollen en standaarden: nog in te vullen
Literatuur en verwijzingen: nog in te vullen
23
Datum: Modules van deze scholing zijn uitgesmeerd vanaf maart 2015 t/m oktober 2015
9.6 OPLEIDING IN HET KADER VAN ADVIES HOREN EN BESLISSEN
n.b. dit wordt bewust een opleiding genoemd zorgprofessionals hebben nooit eerder een
soortgelijke opleiding gevolgd.
Inleiding:
Het eerste hoormoment van asielzoekers door de IND, is cruciaal voor het verloop van hun
asielprocedure. De asielzoeker heeft doorgaans al een heel traject achter de rug die zowel zijn
psychische als fysieke situatie heeft beïnvloed.
Onderwerpen van de modules ( deze zijn uitgeschreven op de volgende pagina’s ) :
De verplichte introductie door IND over procedures
Het verplicht bijwonen van een hoormoment IND
Psychische en psychiatrische aandoeningen bij asielzoekers
Juridische Aspecten van Horen en Beslissen
Culturele verschillen in de beleving van ziekte
Tropische infectie ziekten en TBC
Doelgroep: basisartsen en verpleegkundigen die als medisch/verpleegkundig adviseur
gecontracteerd zijn voor FMMU advies
Het onderwijs is bedoeld voor artsen. Daarnaast is een groot deel van de modules dusdanig ingericht, dat ze toegankelijk zijn voor verpleegkundigen met een ruime klinische ervaring. Ten behoeve van dit onderdeel van Het bedrijf is een onderwijs programma opgesteld voor de
medische advisering van de IND.
Coördinator : John van Meeteren en Satish Moekoet
Locatie: Diverse in heel Nederland en breidt zich uit naar de overige locaties die zijn aangewezen
voor Horen en Beslissen
Leerdoelen:
De doelstelling van de onderwijs in het kader van Horen en Beslissen is: - het vermeerderen van de kennis op het gebied van aandoeningen, ziekten en gebreken, die
niet standaard voorkomen in de eerstelijns geneeskundige zorg in ons land. - het verbeteren van de juridische kennis op grond van de context waarbinnen de medische
adviezen moeten worden uitgevoerd.
Protocollen, richtlijnen en standaarden :
Literatuurgebruik, richtlijnen en procedures : zelf ontwikkeld op basis aanbesteding IND
24
Bijlage 1 Onderstaande module behoeft uitgebreide toelichting vanwege het feit dat dit nieuwe
ontwikkelingen zijn in de werkzaamheden die Het bedrijf advies is aangegaan met de IND.
Module 1: De verplichte introductie door IND over procedures. ‘ Meeloop stage met IND’.
Deze module zal in overleg met de IND worden opgezet en uitgevoerd. Met de IND worden
door zorg van bureau kwaliteitszorg data, locaties en aantallen afgesproken. Presentielijsten
worden naar de IND gestuurd en na de bijeenkomst aan ons geretourneerd.
Module 2: Verplicht bijwonen van “ Gehoren” bij de IND. Met de IND worden door zorg van
bureau kwaliteitszorg data, locaties en aantallen afgesproken. Presentielijsten worden naar
de IND gestuurd en na de bijeenkomst aan ons geretourneerd.
Module 3: Psychische en psychiatrische bij asielzoekers. Het leerdoel van deze module is
artsen en verpleegkundige bewust te maken van de psychische en psychiatrische afwijkingen
en -ziektebeelden, die voor kunnen komen bij asielzoekers. Het gaat daarbij om psychische
en psychiatrische trauma’s als gevolg van (oorlogs)geweld, marteling of seksueel geweld,
waarvan men direct of indirect slachtoffer van is geworden. Tevens wordt aandacht besteed
aan het feit, dat dit op basis van culturele of religieuze achtergrond soms op een andere, ons
niet of minder bekende wijze wordt geuit en beleefd. Ook moet aandacht worden besteed
aan het feit dat culturele taboe’s en schaamte een rol kunnen spelen. Het onderwijs vindt
plaats in de vorm van een hoorcollege.
Module 4: Juridische Aspecten van Horen en Beslissen. Er wordt aan artsen en
verpleegkundigen inzicht verschaft in de jurdische aspecten van het uitbrengen van een
medisch advies. Tijdens een hoorcollege wordt uitgelegd, tevens aan de hand van
voorbeelden, wat wordt verwacht bij het uitbrengen van een helder en eenduidig advies in
het kader van horen en beslissen. De cursisten moet duidelijk worden gemaakt wat het
belang is van een goed uitgebracht advies zonder subjectieve lading en niet voor tweeërlei
uitleg vatbaar. Gezocht kan worden naar net afgestudeerde juristen voor het geven van de
module.
Module 5: Cursus culturele verschillen in de beleving van ziekte en afwijkende
morbiditeitspatronen buiten NL, inbegrepen erfelijke aandoeningen. Diagnoses en ziekten
beelden kunnen per land en cultuur verschillend zijn. Deze verschillen kunnen ontstaan om
genetische redenen, door gedrags- en cultuurpatronen, door andere eetgewoonten en
voedingspatronen en door blootstelling aan omgevingsfactoren. Om die reden zijn
morbiditeitspatronen soms (sterk)afwijkend van wat in ons land gebruikelijk is. De module
wordt gegeven in de vorm van een hoorcollege. Het leerdoel is, mede aan de hand van
voorbeelden, de artsen en verpleegkundigen bewust te maken van bovengenoemde
verschillen. Tevens wordt duidelijk gemaakt op welke wijze men zich het beste kan
voorbereiden op groepen vluchtelingen uit een bepaalde regio of land.
Module 6: Cursus tropische infectie ziekten en TBC. Veel asielzoekers zijn afkomstig uit
regio’s met (tropische) infectieziekten en waar TBC een endemische ziekte is. Dit kan een
gevaar opleveren voor de volksgezondheid en specifiek de medewerkers van de IND. De
module geeft in de vorm van een hoorcollege inzicht in de symptomen en het klinisch beeld
en - -beloop van de meest voorkomende en de meest bedreigende (tropische)
infectieziekten.
25
Voor de bijscholing zal gebruik worden gemaakt van kwartaalbijeenkomsten, waarbij telkens ook een medewerker van de IND welkom is. In deze bijenkomsten zullen de nieuwste ontwikkelingen op het werkterrein worden besproken. Daarnaast zal telkens een goed voorbereid thema worden uitgediept. De thema’s worden mede vastgesteld op basis van de behoeften van de artsen en de verpleegkundigen, het COA en aan de hand van de ontwikkeling van de vluchtelingen stromen met de bijbehorende morbiditeitspatronen.
Bijlage 2: Opleiding Forensische geneeskunde ( is afhankelijk van de definitieve gunning )
Bijlage 3 Implementatieplan beleidsstuk ( nog maken )
Bijlage 4 Mindmap Mindmap hoe de scholing eruit gaat zien is al toegevoegd
26