verslag van p-taak 1portfolioharoldbouwknegt.wikispaces.com/file/view/versl… · web viewniet...

Verslag van P-taak 1 Beeld van het beroep

Oriëntatie op het onderwijs, leraarschap en op jezelf.

Namen: Harold Bouwknegt

Vak: Beroepsvoorbereiding

Opleiding: Leraar wiskunde

Docent: Loek Goor

Datum: 27/10/2011

Inhoudsopgave

1 P-taak 1, verslag/ Leraar wiskunde / Harold Bouwknegt27-10-2011

Onderwerp Blz.Inleiding 2Inhoudsopgave 3Beeld van jezelf 4Beeld van het beroep 5Beeld van het onderwijs 7Reflectie 8

Bijlagen

Beeld van jezelf 9 Bijlage1: CV 10Bijlage2: Motivatiebrief 11Bijlage3: Beeld van weekindeling 12Bijlage4: Zelftesten 21Bijlage5: Competentie analyse 26Beeld van het beroep 36 Bijlage6: Dag van de Leraar 36Bijlage7: Interview met een docent 37Bijlage8: Student die leraar wilde worden 41Bijlage9: Leraar, wat een wereldbaan 42Bijlage10: Puzzel van 3-luik 43Beeld van het onderwijs 45 Bijlage11: Verslag presentatie 45Bijlage12: Zesjescultuur 49Bijlage13: Lerarentekort 52Bijlage14: Onderwijs in Nederland 53Bijlage15: Verslag schoolbezoek 54

Inleiding

Het werken aan de P-taak was een interessante opdracht. Juist omdat je een beeld moet vormen sta je open voor allerlei zaken waar je straks in het werkveld ook mee te maken krijgt. De verschillende onderwerpen (jezelf, leraar, onderwijs) waren erg verschillend om


aan te werken. Beeld van mijzelf had ik al wel en daar heb ik dus weinig aan veranderd. Als was de opdracht om een weekindeling te maken wel erg boeiend om de analyseren. Het beeld van het onderwijs had ik niet echt, en die heb ik nu dus redelijk gevormd. Je verdiepen in veel verschillende niveaus vond ik bijzonder leerzaam. Ik moet eerlijk zeggen dat ik het beeld van het havo en vwo ook veranderd heb. Ik heb het in het verleden als leerling meegemaakt en heb het nu van een andere kant bekeken. Dit was niet alleen leerzaam, maar ik vond het nog leuk ook.

Ik zag er erg tegenop om bezig te gaan met de verslaglegging van zowel de deelproducten als de verslaglegging van de P-taak. Taalvaardig ben ik niet goed onderlegd en ik heb veel moeite om mijn gedachten op papier te zetten. Ondanks deze barrière denk ik dat ik het er goed heb afgebracht. Er staat een product waar ik met plezier en trots op terug kijk.

Het werken aan de P-taak bestaat verschillende uren waar je tijd in steekt. Dat betekend dat de uren die je in het lokaal zit meerekent, de uren van het school bezoek en de uren die je gewerkt hebt aan het verslag en deelproducten.Ik denk dat als ik alles optel ik zo rond de 60 uur zit. Dit is niet voldoende geweest, omdat het vak beroepsvoorbereiding uit 3 Ec’s bestaat. Desondanks denk ik dat het eindproduct er niet onder lijdt.

Ik heb de deelproducten met zorg gekozen. Ik heb er goed over na gedacht welke producten ik zal kiezen om mee aan de slag te gaan. Wel was het zo dat een aantal producten verplicht waren, maar je hebt zelf veel vrijheid om de rest van de producten te kiezen.

Beeld van mijzelf

Ik heb een goed zelfbeeld. Ik heb in het verleden veel situaties gereflecteerd en geëvalueerd. Hierdoor ben ik mij bewust van mijn sterke en mijn zwakke punten. Vooralsnog zal ik mij de


komende 4 jaar moeten ontwikkelen volgens de competenties uit de competentiebibliotheek. Deze bibliotheek is een hulpmiddel om mij een beter leraar te laten worden dan ik nu al ben. Vervolgens zal ik mijn motivatie voor het beroep uitlichten en mijn persoonlijkheid laten zien doormiddel van de persoonlijkheidstest die ik gedaan heb.

Competentie analyseDe competenties in de competentiebibliotheek zijn voorwaarde om mij af te laten studeren als volwaardig leraar. Ik heb de Quickscan gedaan die op lerarenweb stond en deze scores betekenis gegeven. Waar ik mij als eerste op moet richten is de sociale omgang met collega’s en leerlingen. Uit de test kwam naar voren dat ik mij weinig aantrek van kritiek of tips van buitenstaanders. Toch zal ik dat moeten doen wil ik mijzelf blijven ontwikkelen als leraar. Waar ik mij ook op moet richten is het didactisch handelen. Wat uit de test naar voren kwam is dat ik op zich wel goede kennis heb van de didactiek, maar het kan altijd beter. En dit vind ik als leraar een van de belangrijkste competenties.

Motivatie voor studie en beroepIn de bijlage staat ook een motivatiebrief waarin ik duidelijk maak hoe graag ik dit beroep wil uitoefenen. Ik ben bijzonder gemotiveerd om goede leerkracht wiskunde te worden. Ook kun je uit de beroepskeuze testen zien dat mij interesses liggen bij werken met mensen en werken in de exacte wetenschap. Deze combinatie is dus ideaal voor het volgens van deze studie.

PersoonlijkheidstestIn de persoonlijkheidstest kwam naar voren dat ik niet erg zorgvuldig ben en weinig zelfdiscipline heb. Dit weet ik van mijzelf en kan daar dus aan gaan werken. Ook in het eerste jaar zal de prioriteit liggen bij het werken aan zelfdiscipline en het zorgvuldig werken.Wat de positieve punten zijn uit de test zijn: verandering, ideeën en improvisatie. Dit zijn essentiële dingen om het zowel mijzelf als het onderwijs te verbeteren. Ik vind dat je als leraar creatief moet omgaan met de lesstof. Ook kan ik goed improviseren. In dit beroep kom je altijd situaties tegen die je niet hebt voorbereid. Dan zul je als leraar moeten kunnen improviseren.

Beeld van het beroep


Het beeld wat ik heb van het beroep is zeer gunstig. Ik heb nu echt een beeld van het vak leraar wat me aantrekt om ook dat beroep uit te oefenen. Het beeld wat ik heb van een leraar is met name van wat een leraar allemaal doet op een dag. Ik denk dat het belangrijkste van wat een leraar doet is:-Les geven-Vergaderen-Toetsen maken/nakijken-Mentor takenDit is globaal het beeld van wat ik heb bij een leraar. Uiteraard zijn er nog veel andere activiteiten die een leraar doet. Echter die bespreek ik niet, om de reden dat ik het belangrijkste wil uitlichten.

Les gevenDit is de eerste taak van de leraar. Hier is een leraar voor aangenomen en dit is wat zijn hoofdtaak moet zijn. Het lesgeven bestaat natuurlijk niet alleen uit het staan voor de klas. Er komt meer bij kijken dan je denkt. De lessen zullen moeten voorbereid worden. Ook deze lessen zullen moet bijdragen aan een groter geheel. Je zult er dus voor moeten zorgen dat de lessen passen in de context van een jaar- of periodeplanning. Nadat de les gegeven is, is het handig om de les na te kijken. Wat kan er beter bij de volgende les en wat kan ik misschien beter achterwege laten. Dit is ook wat Johan Kranen (leraar Frans, Novalis college) tegen mij zij. In het filmpje waarin een maatschappij lerares reclame maakt voor het vak, word daar ook iets gezegd over orde houden. Dit is natuurlijk ook een onderdeel van het lesgeven. Nu denk ik dat je al een punt gepasseerd bent als je orde moet houden. Ik denk dat als je geboeid verteld en kinderen enthousiast houdt voor het vak waarin je lesgeeft dat je weinig orde hoeft te houden.

VergaderenOp de puzzel die ik gemaakt heb, staat ook op een kinderlijke manier getekend dat er vergaderd moet worden. Een leraar kan over alles vergaderen. En in veel verschillende teams zal er vergaderd moeten worden. Een vergadering in het teams van de wiskundesectie kan het bijvoorbeeld gaan over wat er precies aan bod moet komen in de lessen, welke onderwerpen lichten we op en welke minder. Ook word er vergaderd in een team van 1e jaars leraren bijvoorbeeld. Als er gesproken moet worden over een leerling dat er dubieus voorstaat aan het eind van het jaar. Rapportenvergaderingen zijn dan een middel om toch doen te besluiten de leerling over te laten gaan. Zo kan een leraar in veel verschillende vergaderingen deelnemen.

ToetsenHet kenmerk van een leraar is dat hij veel moet nakijken. Zeker in toetsweken zal het voor moeten komen dat een leraar wel van 5 klassen a 25 leerlingen per klas een toets moet nakijken. Dan niet te denken aan verslagen die nagekeken moet worden.Niet alleen zal een toets nagekeken moeten worden, deze toets zal ook gemaakt moeten worden. Ik heb zelf niet echt een beeld van hoe in een team toetsen opgesteld worden. Of 1 leraar van de sectie dat doet of dat ieder een toets maakt voor zijn klas. Dit ben ik vergeten te vragen aan Johan Kranen. Uit mijn eigen ervaringen als leerling zag ik veel leraren al


toetsen nakijken tijdens de lessen. Op het moment dat leerlingen zelfstandig werken zou dit inderdaad een geschikt moment zijn om na te kijken.

Mentor TakenBijna elke leraar die tegenwoordig in het onderwijs zit heeft er een taak naast als mentor. Wat is een mentor en wat zijn de taken van een mentor, vroeg ik aan Johan Kranen. Hij verteld dat taken van een mentor zijn dat je een leerling helpt bij zaken die niet te maken hebben met dingen die in de klas gebeuren. Dit zou kunnen zijn als een leerling thuis problemen heeft of als een leerling gepest word. Ook is het de bedoeling dat je hierin je mentor leerlingen begeleidt.


Beeld van het onderwijs

In het beeld wat ik van het onderwijs heb zijn een aantal zaken die ik belangrijk vind. Een belangrijk punt is dat ik vind dat de leraren efficiënt te werk moeten kunnen gaan. Als docent een taak dubbel moet doen of als meerdere docenten dezelfde taak apart uitvoeren is dit zonde van de tijd geld en energie. Ook moet het onderwijs kloppend zijn. Hiermee bedoel ik te zeggen dat leerlingen niet tegen zaken aan moeten lopen die de directie/ organisatie van de school of regering niet of onvoldoende uitvoeren. Voorbeeld hiervan is een lokaal dubbel geroosterd en een klas geen les kan volgen.

Leraren tekortDit is een groot probleem in Nederland. Ook in het verslag dat ik geschreven heb staat wat de consequenties kunnen zijn van dit leraren tekort. De druk van de leraar kan oplopen tot een druk waarbij leraren een klas van 50 soms 60 leerlingen in het vmbo les moeten geven. Dit is een probleem waar elke school mee te kampen krijgt. Ook een consequentie is dat dat scholen onbevoegde lesgevers voor de klas haalt. De kwaliteit en de lessen gaan hier op achteruit.

Kwaliteit van het onderwijsDe kwaliteit van het onderwijs in Nederland staat ook mede door het bovengenoemde probleem onder druk. Niet alleen de druk wordt uitgevoerd door dit probleem maar het andere probleem is dat er van bovenaf word gestuurd dat de leerlingen beter moeten presteren. In het artikel dat ik van commentaar heb voorzien staat dat we af moeten van de zesjescultuur. Als er één leerkracht voor de klas staat van 60 leerlingen, kan naar mijn mening niet voldoende individuele aandacht uitgaan naar de leerlingen om hier van af te zien.

OnderwijssysteemIn Nederland hebben wij een prachtig onderwijsstelsel opgebouwd. In Nederland is het mogelijk dat een jong gezin uit een 3e wereldland naar Nederland komt, en zijn kind af ziet studeren aan het hoger onderwijs. In het filmpje zie je veel diversiteit van onderwijsvormen. Dit kan zijn: het montesorie onderwijs, dalton onderwijs, volwassenonderwijs en basisonderwijs. Het is typische nnederlands om zich niet vast te houden aan een onderwijssysteem wat nationaal word gehanteerd, maar de vrije keus te laten aan de burgers waar ze zelf behoefte aan hebben.


Reflectie

De P-taak heeft mij nieuwe inzichten gegeven in het werkveld waar ik straks als leerkracht in terecht kom. Ik denk dat ik een duidelijk beeld heb gekregen wat een leraar doet en wat voor bijdrage ik kan leveren aan het onderwijs hier in Nederland.Ik ben enorm nieuwsgierig geworden naar het werkveld. Ik kan niet wachten tot de stages beginnen en ik daadwerkelijk voor de klas mag staan. De P-taak heeft mij hierin veel nieuwe motivatie en ambitie gegeven.

Ik denk dat ik de P-taak uiteindelijk goed heb uitgevoerd. De producten zijn helder en overzichtelijk geworden en ik denk dat een lezer van dit verslag een duidelijk beeld heeft waar ik op dit moment sta en wat voor opvattingen ik over het beroep en het onderwijs heb.

Wat ik de volgende keer ander zou doen is de p-taak anders beginnen. Ik ben nu maar ergens begonnen en gedurende de P-taak wijzer geworden wat de bedoeling is van de P-taak. De volgende keer zal ik iets meer tijd nemen om de P-taak van te voren te bekijken. Dan heb ik misschien iets meer zicht op waar ik naar toe moet. Ik ben er nu ingevlogen en gaande weg wijzer geworden.

Wat ik volgende keer hetzelfde zou doen is met de zelfde instelling de P-taak beginnen. Ik ben er met een open houding in gegaan en dat heeft me veel nieuwe informatie opgeleverd. Als je met een kritische houding deze opdracht zal beginnen denk ik dat je veel minder zal opsteken van wat er allemaal op je afkomt. Ik heb met name een goed beeld van het onderwijs gevormd en dat zou mij niet gelukt zijn zonder een open houding denk ik.

Ik denk dat ik mijn weg gevonden heb die ik wil bewandelen. Ik heb in het verleden veel nagedacht over welke kant ik op wil en waar ik straks aan het werk wil. Deze P-taak is een duidelijk bewijs geworden dat ik op de goede weg zit.


Persoonlijke gegevens

Naam: BouwknegtVoornamen: Hans, Hendrik, JanAdres: Saffierstraat 24Postcode / Woonplaats: 9743 LH GroningenTelefoon: 0522 - 492296Mobiel: 06 - 19971147E-mail: [email protected]: 17-10-1987Geboorteplaats: NijeveenNationaliteit: NederlandseRijbewijs BBurgerlijke staat: OngehuwdBurgerservicenummer: 1946.93.247

Opleidingen

2011-heden HBO, Noordelijke hogeschool Leeuwarden (diploma niet behaald) Leraar Wiskunde

Leeuwarden

2009-2011 HBO, Hanzehogeschool Groningen (Diploma niet behaald) Groningen2004-2008 MBO, Friesland college (diploma behaald) Heerenveen2000-2004 VWO, CSG Dingstede (diploma niet behaald) Meppel

Cursussen

2006-2008 Cursus trainingsleer volleybal 2006-2008 Cursus Sportmassage

Werkervaring

2009-heden Deli XL Rogat Branche: Groothandel Horeca Functie: Magazijn medewerker Werkzaamheden: De functie bestaat uit het ordenen van verschillende . Voltijd/deeltijd: Deeltijd, 12 uur per week Adres: Industrieweg 14 Postcode: 7949 AK Rogat Telefoon: 0522 - 444210 Referenties: Adrie Bouwknegt, personeelsmanager 2008-2009 Uitzendbureau Slager Industriële Dienstverlening Staphorst Branche: Industriële dienstverlening Functie: Bouwvakker Werkzaamheden: Als bouwvakker ben je breed inzetbaar voor assisteren bedrijfsleider,

met als takenpakket: metselen, storten fundering, stellen en afbreken. Voltijd/deeltijd: Deeltijd, 32 uur per week Adres: Achthoevenweg 8 Postcode: 7951 SK Staphorst Telefoon: 0522 - 461884 Referenties: Jannes de Lange, PersoneelsmanagerStages


Openbare basisschool Commissaris Gaarlandt Nijeveen

Gedurende 1 jaar stage gelopen als gymnastiek leraar

School B openbare basisschool voor Daltononderwijs Steenwijk Gedurende 1 jaar stage gelopen als

gymnastiek leraar

CBS de Roerganger Heerenveen Gedurende 1 jaar stage gelopen als

gymnastiek leraar

Automatiseringskennis

MS Word: UitgebreidMS Excel: UitgebreidMS Outlook: UitgebreidOrstat2000: GemiddeldSPSS: Gemiddeld

Talen

Nederlands: MoedertaalEngels: Gemiddelde beheersing in spreken, verstaan en lezen

Harold BouwknegtSaffierstraat 249743 LH Groningen

Noordelijke hogeschool Leeuwarden. t.a.v. Dhr. L. Goor


Rengerslaan 108917 DD Leeuwarden

Groningen, 23 november 2011

Betreft: Motivatie voor docent wiskunde

Geachte meneer Goor,

Via de website van de NHL heb ik vernomen dat de hogeschool studies aanbied om leraar wiskunde te worden. Graag zou ik middels deze brief mijn motivatie duidelijk willen maken om deze studie te volgen. In het verleden heb ik een leraar opleiding afgerond op MBO niveau. In deze scholing heb ik relatief brede basiskennis op verscheidene gebieden als didactiek, lesgeven en communiceren opgedaan. Uiteraard ben ik nog niet bevoegd en acht ik mijzelf niet in staat om wiskunde lessen te geven. Daarom zou ik graag deze studie willen volgen om zo een betere leraar te worden. Via deze weg zoek ik naar een meer uitdagende studie die in het verlengde van mijn vooropleiding en interesses ligt.

In de studieomschrijving staat dat de ideale kandidaat omschreven staat als communicatief vaardig, in staat goed met jongeren om te gaan en goed bent in wiskunde. Deze eigenschappen zijn mij op het lijf geschreven. In mijn stages en als volleybaltrainer heb ik steeds ervaren dat ik communicatief goed onderlegd ben en dat ik goed in staat ben met jongeren om te gaan. Daarnaast denk ik dat er binnen deze studie erg veel mogelijkheden zijn om mij specifiek te blijven ontwikkelen en mij een betere leraar te maken. Ook kan ik zeggen dat ik goed ben in wiskunde. Op de middelbare school stond ik in mijn laatste jaar gemiddeld een 8.

Van nature ben ik een harde werker, denk ik zeer abstract en heb ik aanleg voor lesgeven. Ik ben mij er van bewust dat ik nog veel nieuwe dingen moet leren om zowel een betere lesgever te worden als beter te worden in het vakgebied. Ik hoop dat ik deze studie bij de NHL kan volgen. Door mijn actieve houding en enthousiasme en door de affiniteit die ik met wiskunde heb, denk ik dat ik zeer geschikt ben voor deze studie.

Bijzonder graag zou ik in een persoonlijk gesprek met u mijn motivatie van de studie wiskunde leraar bespreken. Ik hoop daarvoor van u een uitnodiging te ontvangen.

Met vriendelijke groet,

Harold Bouwknegt

Beeld van weekindeling

Week 36 – 37Vrijdag 9 September – Donderdag 15 September


Door: Harold BouwknegtOpleiding: Leraar wiskundeJaar: 1Docent: Mhr, GoorDatum: 9 September 2011

Vrijdag 09-09-2011

Tijd Activiteit Tijd Activiteit02:30

Slapen 17:00 Volleyballen

03:00


03:30


04:00

Slapen 18:30 Douchen, boodschap


04:30

Slapen 19:00 Koken, eten, tv

05:00

Slapen 19:30 Eten, tv, afruimen

05:30

Slapen 20:00 afwassen

06:00

Slapen 20:30 Tv kijken

06:30


07:00

Tas inpakken 21:30 Tv kijken

07:30

Met de bus 22:00 Tv kijken

08:00

Met de trein 22:30 Tv kijken

08:30


09:00


09:30

College 00:00 Tv kijken

10:00

Wc, drinken 00:30 Tv kijken

10:30

College 01:00 slapen

11:00


11:30


12:00

College

12:30

Mediatheek

13:00

Met de bus

13:30

Met de trein

14:00

Met de trein

14:30

Met de bus

15:00

Koffie, mailen

15:30

Tas inpakken

16:00

Volleyballen

16:3 Volleyballen


0

Zaterdag 10-09-2011


slapen 17:00 volleyballen

03:00


03:30


04:00


04:30


05:00


05:30


06:00

slapen 20:30 Douchen, nazitten

06:30

slapen 21:00 In de bus

07:00


07:30


08:00

slapen 22:30 eten

08:30


09:00



09:30

slapen 00:00 Naar de stad

10:00

slapen 00:30 stappen

10:30

Wakker worden 01:00 stappen

11:00

ontbijten 01:30 stappen

11:30

Tas inpakken 02:00 stappen

12:00

Met de bus

12:30

Verzamelen team

13:00

In de bus

13:30

In de bus

14:00

In de bus

14:30

Koffie, in de bus

15:00

In de bus

15:30

omkleden

16:00

warmlopen

16:30

volleyballen

Zondag 11-09-2011



stappen 17:00 Koken, eten, tv

03:00

stappen 17:30 Eten, tv, afruimen

03:30

Terug naar huis 18:00 Bezig voor school

04:00

Slapen 18:30 Bezig voor school

04:30


05:00


05:30


06:00


06:30


07:00


07:30


08:00


08:30


09:00


09:30


10:00

Slapen 00:30 Slapen

10:30

Slapen 01:00 Slapen

11:00

Slapen 01:30 Slapen

11:30

Slapen 02:00 Slapen

12:00

Slapen

12:30

ontbijten

13:00

Tv kijken

13:30

douchen

14:00

Bezig voor school


14:30

Bezig voor school

15:00

Bezig voor school

15:30

Bezig voor school

16:00

Tv kijken

16:30

Tv kijken

Maandag 12-09-2011


Slapen 17:00 Met de trein

03:00

Slapen 17:30 Met de bus

03:30

Slapen 18:00 Koffie, mailen

04:00

Slapen 18:30 Tas inpakken

04:30


05:00


05:30


06:00


06:30


07:0 Tas inpakken 21:30 Douchen, naar huis


007:30

Met de bus 22:00 Koken, eten, tv

08:00

Met de trein 22:30 Eten, tv, afruimen

08:30

Met de trein 23:00 Bezig voor school

09:00

Met de bus 23:30 Bezig voor school

09:30

College 00:00 Bezig voor school

10:00


10:30


11:00

College 01:30 Slapen

11:30


12:00

College

12:30

Eten, drinken

13:00

Eten, drinken

13:30

College

14:00

College

14:30

College

15:00

College

15:30

College

16:00

Met de bus

16:30

Met de trein


Dinsdag 13-09-2011


Slapen 17:00 Met de trein

03:00


03:30


04:00


04:30


05:00


05:30


06:00


06:30


07:00


07:30


08:00


08:30

Met de trein 23:00 Slapen

09:00

Met de bus 23:30 Slapen

09:30


10:00


10:30


11:00


11:30


12:0 College


012:30

Eten, drinken

13:00

Eten, drinken

13:30

College

14:00

College

14:30

College

15:00

College

15:30

Met de bus

16:00

Met de trein

16:30

Met de trein

Woensdag 14-09-2011



03:00

Slapen 17:30 Tas inpakken

03:30


04:00


04:30



05:00


05:30


06:00


06:30

Slapen 21:00 Douchen, naar huis

07:00


07:30


08:00


08:30


09:00


09:30

ontbijten 00:00 Tv kijken

10:00

Tv kijken 00:30 Slapen

10:30

douchen 01:00 Slapen

11:00

Bezig voor school 01:30 Slapen

11:30

Bezig voor school 02:00 Slapen

12:00

Eten, Tv kijken

12:30

Eten, Tv kijken

13:00

Tv kijken

13:30

Bezig voor school

14:00

Bezig voor school

14:30

Bezig voor school

15:00

Bezig voor school

15:30

Bezig voor school

16:00

Bezig voor school

16:30

Koken, eten, tv


Donderdag 15-09-2011


Slapen 17:00 wachten

03:00


03:30


04:00


04:30


05:00


05:30


06:00


06:30


07:00


07:30


08:00


08:30


09:00


09:30



10:00

Met de bus 00:30 Slapen

10:30


11:00


11:30


12:00

College

12:30

College

13:00

Eten, drinken

13:30

Eten, drinken

14:00

College

14:30

College

15:00

College

15:30

Met de bus

16:00

Met de trein

16:30

Met de trein

Week indeling

Ik heb een week lang bijgehouden hoe mijn week eruit ziet. Omdat er veel activiteiten zijn die je minder dan 5 minuten doet zoals tanden poetsen, snacken, naar je mail kijken of naar de wc heb ik die eruit gehaald. Zodoende heb ik een weekindeling per 30 minuten gemaakt.


Ook heb ik verschillende activiteiten samengevoegd zoals recreatief computeren en tv kijken. En onder bezig voor school versta ik uiteraard: huiswerk maken, dingen die geregeld moeten worden en het voorbereiden van presentaties.

Totaal beeld van mijn week

activiteit Totaal uren Gemiddeld per dag

slapen 54 ½ uur 7.79 uur

Tv kijken 26 uur 3.71 uur

School gerelateerd

28 ½ uur 4.07 uur

volleybal 15 uur 2.14 uur

reizen 21 uur 3.00 uurTabel: Meest voorkomende activiteiten

AnalyseIk vind dat ik over het algemeen voldoende slaap heb, ongeveer 8 uur per dag is het gemiddelde aantal uren slaap dat een ieder nodig heeft. Als ik zie dat ik gemiddeld 3.5 uur televisie kijk of achter de computer zit vind ik dat wel erg veel. Die tijd zal ik wel nodig hebben om meer aan school te doen. Daar besteed ik 28 ½ uur aan terwijl dit er eigenlijk 40 moeten zijn. Ook vind ik het wel schokkend dat ik 3 uur op een dag aan het reizen ben.

Zelftesten

In de 2 jaar dat ik Toegepaste psychologie heb gestudeerd heb ik veel zelfkennis testen gemaakt. Dit was mooi voordelig, want als ik deze testen articuleer zou maken zou ik een vermogen kwijt zijn. Uit een lijst van ongeveer 10 testen heb ik 3 relevante testen uitgekozen die ik nader ga toe lichten. De testen die ik gebruikt heb zijn:-De Neo-Pi R test


-De HIT test-De ABIV 92 test

*De Neo-Pi-R testDeze test is een zelfkennis test gebaseerd op de Big 5. De Big 5 zijn 5 persoonlijkheidsdimensies die de persoonlijkheid weergeven. De persoonlijkheids dimensies zijn: extraversie vs introversie, goedaardig vs kwaadaardig, mate van zorgvuldigheid, emotionele stabiliteit vs neuroticisme en de mate van openheid voor ervaringen/ intellect/ creativiteit.

*De HIT testHit test is een test die de interesse van de cliënt scoort . Uit de test komt naar voren waar je interesses liggen. Een voorbeeld is werken met dieren en planten of werken in de handel.

*De ABIV 92 testDit is een test die scoort wel vakgebied je interesseert. Het kan zijn dat je muziek, sport of sociale wetenschap interessant vind. Dit is een professionele test die veel gebruikt word bij middelbare scholieren die een studiekeuze moeten maken. Of mensen die een ander beroep willen doen.

Waarom deze 3 testenIk heb deze 3 testen gekozen, omdat hierin naar voren komt hoe ik ben en van welke interesses ik hou. Hierin kan ik gelijk mijn motivatie laten zien waarom ik deze keuze gemaakt heb. Uit de HIT test komt bijvoorbeeld naar voor dat ik graag met mensen wil werken. Als je straks voor de klas staat zul je veel met mensen moeten werken. Of dit nou de leerlingen, collega’s of ouders zijn, ik wil er graag mee werken.De score ABIV 92 test laat duidelijke zien dat ik van exacte wetenschap hou. Dit is een van de redenen waarom ik voor een studie wiskunde gekozen heb. Ik vind het een mooi vaak en ben enorm geïnteresseerd er meer van te weten.Ik heb de NEO-Pi R test gekozen, omdat dit laat zien dat ik vrij kan denken en dat ik creatief van aard ben. Ondank dat de testscore laat zien dat zorgvuldigheid of netjes werken niet in mijn persoonlijkheid zit, zal ik hier veel aan moeten werken het toch op een acceptabel niveau te krijgen. Ditzelfde geldt voor hartelijkheid en socialiteit. Dit zijn ook punten waar ik veel aan moet werken.

De NEO-PI-R test


De HIT test


De ABIV 92 test


Competentie analyse

In de competentie bibliotheek staat beschreven wat de competenties inhouden. Ik zat te dubben wat de beste manier was om inzicht te krijgen in mijn goede en slechte competentie. Een docent rade aan om eens op www.lerarebweb.nl te kijken. Daar stond een Quickscan test die precies de competenties weergeven die ook in de competentiebibliotheek staan. Er zitten veel voordelen aan deze test. Een voorbeeld hiervan is dat je direct inzicht krijgt waar je verbeterpunten liggen. Een nadeel is dat je in de praktijk niet precies kan zien wat daar anders moet doen om de competentie te beheersen. Een ander voordeel is dat scores enorm uitgebreid zijn. De competentie zijn bij complexe competenties zelfs onderverdeeld.

Persoonlijke scoreMijn persoonlijke score was zeer verassend. Ik wist dat ik de sociale competenties nog niet helemaal beheerste. Maar deze scores veraste mij ondank deze kennis. De reflectie score viel mij wel mee. Met name dat ik mij flexiebel kan opstellen wat de school of werkgever van mij vraagt en bereid ben hieraan te werken. Iets waar ik nog wel wat meer aan kan werken is de tips die ik van collega’s of buitenstaanders krijg. Deze tips mag ik wel wat meer opvolgen of meer mee doen.Op het didactische component scoor ik wel redelijk goed. Toch is het niet 100 procent en zal ik dus ook hier wat meer aan moeten werken. Wel heeft dit een mindere prioriteit dan de component samenwerken. Hetzelfde geldt voor de component pedagogisch handelen. Deze is wel voldoende maar kan uiteraard nog verbeterd worden.


Competentiebibliotheek

1 Interpersoonlijk competent1.1a Ik beheers sociale en communicatieve vaardigheden zoals gespreksvaardigheden

luistervaardigheden, feedbackvaardigheden1.1b Ik kan sociale interacties in een klas herkennen en verklaren1.2a Ik schep een klimaat voor samenwerking met de leerlingen en tussen de leerlingen onderling1.2b Ik spreek leerlingen aan op ongewenst gedrag en stimuleer gewenst gedrag1.3a Ik maak leerlingen medeverantwoordelijk voor een goed werken leefklimaat in de klas

2 Pedagogisch competent2.1a Ik heb een beeld van de leef- en belevingswereld van 12-18 jarigen2.2a Ik stem mijn taalgebruik en omgangsvormen af op mijn leerlingen2.2b Ik stimuleer zelfstandigheid en initiatief van leerlingen2.2c Ik herken en houd rekening met verschillen tussen leerlingen2.3a Ik signaleer ontwikkelings- of gedragsproblemen bij leerlingen en laat zien dat ik hiermee in mijn

onderwijs rekening houd

3 Vakinhoudelijk & didactisch competent3.1a Ik kan onderwijsactiviteiten voorbereiden en uitvoeren waarbij ik de vakinhoudelijke en

didactische keuzes die ik gemaakt heb onderbouw 3.2a Ik kan evaluatiemiddelen (proefwerken, enquêtes e.d.) ontwerpen en gebruiken om te bepalen of

leerlingen voldoende hebben geleerd en of mijn onderwijs effectief is geweest3.2b Ik maak bij mijn onderwijs gebruik van moderne middelen, waaronder ICT3.2c Ik laat zien dat ik bij het ontwerpen en uitvoeren van mijn onderwijs rekening houd met verschillen

tussen de leerlingen3.3a Ik kan eventuele leerproblemen bij leerlingen signaleren en laat zien dat ik daar in mijn onderwijs

rekening mee houd4 Organisatorisch competent4.1a Ik kan plannen en structureren4.2a Ik maak werkbare afspraken met de leerlingen en hanteer die consequent4.2b Ik organiseer de praktische kant van mijn onderwijs (leermiddelen, ICT, inrichting lokaal etc.) effectief

en efficiënt4.3a Ik houd voor mijn onderwijs een lange termijn planning aan die bij de leerlingen bekend is en waar zij

hun eigen planning op kunnen afstemmen

5 Competent in het samenwerken met collega's5.1a Ik kan – in verschillende rollen – samenwerken in een team5.2a Ik geef en ontvang collegiale feedback5.2b Ik ontwikkel samen met collega’s (al dan niet vakoverstijgend) onderwijsmateriaal en ben betrokken bij

het gebruik daarvan5.3a Ik werk met collega’s samen aan de ontwikkeling en verbetering van mijn school

6 Competent in het samenwerken met de omgeving6.1a Ik heb een globaal beeld van de verschillende partijen waarmee de school contact

onderhoudt6.2a Ik heb met ouders van leerlingen en andere betrokkenen contact over het functioneren van die

leerlingen6.2b Ik ben op de hoogte van maatschappelijke ontwikkelingen en geef die een plaats binnen mijn onderwijs6.3a Ik neem op een constructieve manier deel aan verschillende vormen van overleg met mensen en

instellingen buiten de school

7 Competent in reflectie en ontwikkeling7.1a Ik kan reflecteren op mijn eigen professionele ontwikkeling en studiegedrag7.2a Ik maak gebruik van feedback van leerlingen en collega’s om mezelf als docent te ontwikkelen7.2b Ik kan een onderzoek opzetten en uitvoeren t.b.v. mijn eigen professionele ontwikkeling7.3a Ik stem mijn professionele ontwikkeling af op ontwikkelingen in de school7.3b Ik kan wat ik als docent doe en wil verantwoorden vanuit een goed doordachte visie op het beroep en

mijn taken in de uitoefening daarvan


Interpersoonlijk competent

1.1 Hij maakt contact met de leerlingen en hij zorgt ervoor dat zij contact kunnen maken met hem en zich op hun gemak voelen.score:

53%

1.2 Hij geeft de leerlingen leiding maar geeft ze ook verantwoordelijkheid en een eigen inbreng.score:

60%

1.3 Hij schept een goed klimaat voor samenwerking met de leerlingen en tussen de leerlingen onderlingscore:

76%

1.4 Opvattingen over de kwaliteit van interpersoonlijk handelenscore:

46%


Pedagogisch competent

2.1 Hij vormt zich een goed beeld van het sociale klimaat in een groep, van het individuele welbevinden van de leerlingen en van de vorderingen die zij maken op het gebied van zelfstandigheid en verantwoordelijkheid.2.1.1 Hij signaleert processen die bedreigend kunnen zijn voor een constructief groepsproces.2.1.2 Hij signaleert of leerlingen zich emotioneel goed genoeg voelen om actief te kunnen meedoen aan leer- en groepsprocessenscore:

72%

2.2 Hij ontwerpt op basis daarvan een plan van aanpak of een bepaalde benadering om de leerlingen te begeleiden naar een veilig en harmonisch leef- en werkklimaat en om hun sociaal-emotionele en morele ontwikkeling te bevorderen.score:

50%

2.3 Hij voert dat plan van aanpak of die benadering uit.2.3.1. Hij hanteert methodieken, waardoor hij bijdraagt aan een veilig en constructief groepsklimaat in de klas (ook kleine groepen)2.3.2 Hij biedt de leerlingen de gelegenheid om zelfstandig te werken.score:

60%

2.4 Hij evalueert dat plan van aanpak of benadering en stelt zonodig bij, voor de hele groep en ook voor individuele leerlingen2.4.1 Hij gaat na welke aspecten van zijn pedagogisch handelen gericht op een positief en harmonieus sociaal klimaat verbeterd of juist geconsolideerd/uitgebouwd kunnen worden.2.4.2 Hij gaat na welke aspecten van zijn pedagogisch handelen gericht op individueel welbevinden verbeterd of juist geconsolideerd/uitgebouwd kunnen wordenscore:

43%

2.5 Hij signaleert problemen en belemmeringen in de sociaal-emotionele en morele ontwikkeling van leerlingen en stelt, eventueel samen met collega's, een passend plan van aanpak of benadering op.score:

70%

2.6 Opvattingen met betrekking tot pedagogisch handelenscore:

63%


Vakinhoudelijk en didactisch competent

3.1. Hij vormt zich een goed beeld van de mate waarin de leerlingen de leerinhoud beheersen en de manier waarop ze hun werk aanpakken.3.1.1 Hij vormt zich een goed beeld van de mate waarin de kinderen de leerinhoud beheersen.3.1.2 Hij vormt zich een goed beeld van de manier waarop kinderen hun werk aanpakken.score:

73%

3.2. Hij ontwerpt op basis daarvan leeractiviteiten die voor de leerlingen uitvoerbaar zijn en die hen aanzetten tot zelfwerkzaamheid.3.2.1 Kan een globale didactische uitwerking maken van een programma leeractiviteiten voor korte termijn (les, dag) en langere termijn (week, maand, jaar), passend binnen een grotere leerlijn en aansluitend op hoe leerlingen zich ontwikkelen.3.2.2 Kan een concrete cursorische of thematische invulling geven van een beoogde leer- en ontwikkelingslijn.3.2.3 Kan begeleidingsarrangementen met een verschillende sturingsintensiteit (wat betreft zelfstandigheid) voorbereiden aansluitend op leerling-; taak en situatiefactoren.score:

77%

3.3. Hij voert die activiteiten samen met de leerlingen uit.3.3.1 Kan speel- en leeractiviteiten qua inhoud en gevolgde aanpak gebruiken in alledaagse situaties als basis voor instructie- en begeleidingsactiviteiten.3.3.2 Kan een doelgerichte instructie geven die bijdraagt aan de verwerving van inhouden en van een positieve en zelfstandige leerhouding.3.3.3 Kan aansluitend op wat leerlingen aan het doen zijn passende begeleiding geven die gericht is op de verwerving van leerinhouden, het gebruik van zelfstandige leergewoonten en een positieve leerhouding.score:

78%

3.4. Hij evalueert die activiteiten en de effecten ervan en stelt ze zonodig bij, voor de hele groep maar ook voor individuele leerlingen.3.4.1 Productevaluatie: kan aan de hand van gestandaardiseerde of methodegebonden toetsen en aan de hand van zelf opgegeven taken een (betrouwbare en valide) inschatting maken van de beheersing van leerinhouden door leerlingen.3.4.2 Procesevaluatie: kan gebruikmakend van een (vak)didactisch en pedagogisch kader de onderdelen van zijn onderwijsaanpak evalueren en op basis daarvan zijn aanpak bijstellen.score:

80%


3.5 Hij signaleert leerproblemen en –belemmeringen en stelt, eventueel samen met collega’s, een passend plan van aanpak of benadering op.score:

76%

3.6 Opvattingen met betrekking tot vakinhoudelijk en didactisch handelenscore:

62%

Organisatorisch competent


4.1 Hij hanteert op een consequente manier concrete, functionele en door de kinderen gedragen procedures en afspraken.4.1.1 Hij signaleert en superviseert het functioneren van regels, routines en procedures. Hij leest dit af aan de continuïteit, doelmatigheid, zelfstandigheid en zelfredzaamheid waarmee individuele en groepen leerlingen deelnemen aan (speel)leeractiviteiten.4.1.2 Hij hanteert tijdens de lessen op een consequente manier concrete, functionele en door de kinderen gedragen procedures en afspraken.score:

87%

De leraar gebruikt organisatievormen, leermiddelen en leermaterialen die leerdoelen en leeractiviteiten ondersteunen.4.2.1 Hij plant het gebruik van organisatievormen die leerdoelen en leeractiviteiten in organisatorische ondersteunen.4.2.2 Hij zet organisatievormen, leermiddelen en leermaterialen zo in dat leerdoelen en leeractiviteiten in organisatorische zin worden ondersteund.score:

92%

4.3 Hij houdt een planning aan die bij de kinderen bekend is en gaat adequaat om met tijd.score:

87%

4.4 Opvattingen met betrekking tot organisatorisch handelenscore:

60%

Competent in samenwerken met collega's


5.1 Hij deelt informatie die voor de voortgang van het werk van belang is met collega's en maakt gebruik van de informatie die hij van collega's krijgt.score:

40%

5.2 Hij levert een constructieve bijdrage aan verschillende vormen van overleg en samenwerken op school.score:

53%

5.3 Hij geeft en ontvangt collegiale consultatie en intervisiescore:

26%

5.4 Hij levert een bijdrage aan de ontwikkeling en verbetering van zijn school.score:

66%

5.5 Opvattingen met betrekking tot samenwerken met collega'sscore:

23%

Competent in samenwerken met omgeving


6.1 Hij geeft op een professionele manier aan ouders en andere belanghebbenden informatie over de leerlingen en hij maakt gebruik van de informatie die hij van hen krijgt.score:

36%

6.2 Hij neemt op een constructieve manier deel aan verschillende vormen van overleg met mensen en instellingen buiten de school.score:

26%

6.3 Hij verantwoordt zijn professionele opvattingen over en werkwijzen met leerlingen aan de ouders en andere belanghebbenden en past in gezamenlijk overleg zonodig zijn werk met die leerling aan.score:

60%

6.4 Opvattingen met betrekking tot samenwerken met de omgevingscore:

36%

Competent in reflectie en ontwikkeling


7.1 Hij werkt planmatig aan de ontwikkeling van zijn bekwaamheid op basis van een goede analyse van zijn competentiesscore:

76%

7.2 Hij stemt de ontwikkeling van zijn bekwaamheid af op het beleid van de school.score:

75%

7.3 Hij maakt bij de ontwikkeling van zijn bekwaamheid gebruik van informatie van leerlingen en collega's en ook van collegiale hulp in de vorm van bijvoorbeeld intervisie en supervisie.score:

28%

Dag van de leraar


De dag van de leraar is een begrip geworden en is afgeleid van de internationale variant “World teachers day”. De dag van de leraar valt in de nationale onderwijsweek. Op deze dag word ook de leraar van het jaar bekend gemaakt. De dag van de leraar heeft ook een eigen site: http://www.dagvandeleraar.nl/. hier kun je alles vind wat er over deze dag bekend is. De dag van de leraar is een mooie aanleiding om de leraren in het zonnetje te zetten.

Leraar van de dag verkiezingDoelstelling van de verkiezing Leraar van het Jaar is kwaliteiten van leraren in het primair, voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs zichtbaar en bespreekbaar te maken en het leraarschap op een positieve manier in beeld te brengen. De verkiezing van de Leraar van het Jaar richt zich daarom op die leraren die in staat zijn hun omgeving te overtuigen van hun kwaliteiten, die hierover in gesprek durven en kunnen gaan en die weten te inspireren. De titel ‘Leraar van het Jaar' is dan ook een erkenning voor het vakmanschap van drie individuele leraren, maar tegelijkertijd ook voor de beroepsgroep als geheel. Bron: website

WebsiteDe website is een leuk initiatief om meer informatie over deze dag te verkrijgen. De website is actueel en leuk opgebouwd. Wel vind ik dat er erg veel gespitst is over de verkiezing en over de wedstrijd van de beste leraar. Ik zou eigenlijk wel willen zien dat er wat meer informatie over de leraar zelf opkomt. Dat een leraar zijn dag verteld, of een leuk interview met een docent. Zelfs bij het nieuws staat veel informatie over de wedstrijd. Als je de dag van de leraar wilt uitlichten, vind ik ook dat je wat meer informatie over de leraar kan verstrekken.

Nationale onderwijsweekIn 2003 was de eerste nationale onderwijs week gelanceerd. De initiatiefnemers van deze week vonden dat er een uiteenlopend beeld ontstond bij de gewone burgers over de mensen die in deze sector aan het werk zijn. Juist om meer inzicht te krijgen van wat de mensen in deze sector nou allemaal doen, ontstond het idee van de nationale onderwijsweek. Bij mensen in deze sector hebben we het natuurlijk niet alleen over de leraren maar ook over de directeuren en pedagogische begeleiders.

Eigen motivatieHet is natuurlijk altijd leuk om een dag te hebben waar jij als toekomstig docent in het zonnetje wordt gezet. Een bouwvakker heeft bijvoorbeeld geen bouwvakkers dag en een kapper geen kappersdag. Juist dit soort initiatieven vormt een beeld bij mensen waar de leerkracht vandaag de dag voor staat. Ik denk dat je juist met dit soort initiatieven het beroep leerkracht beter op de kaart kunt zetten.

Interview met een docent


http://www.dagvandeleraar.nl/

Ik heb een interview gehouden met een docent Frans. Zijn naam is Johan Kranen en geeft les op het Novalis College. Hieronder staat het interview uitgewerkt. De introductie heb ik niet meegenomen. Belangrijkst hieruit is dat ik hem mocht tutoyeren.

Ik begreep dat je lesgeeft, kun je daarover iets vertellen?

Ja hoor, ik geef les in het vakgebied Frans, ik doceer momenteel op het Novalis college de klassen 1-3 havo en vwo en de klassen 1 en 2 van het vmbo.

Geef je al die klassen les?

Hoe bedoel je?Sorry, geef je alle klassen van vmbo 1,2 en havo vwo 1,2, en 3 les.

Nee we zijn in totaal met 3 leraren Frans. En geven alle 3 les in de onderbouw. De andere 2 leraren geven ook in de bovenbouw les.

Mag ik vragen waarom jij geen lessen verzorgt in de bovenbouw?

Ik heb er geen behoefte aan. Ondanks dat ik daarvoor ook geen bevoegdheid heb is mij wel gevraagd de lessen te verzorgen, maar ik daar geen behoefte aan.

Wat trekt jou dan juist aan bij de onderbouw?

De onwetendheid van de leerlingen. Juist in de eerste klassen hebben de meeste leerlingen nog nooit een Frans woord


gehoord. Het geeft mij enorm veel voldoening om ze juist in de beginfase te ontwikkelen.

Even iets anders, Hoe ben je erop gekomen om leraar te worden?

Ik vond Frans altijd al een mooie taal. Ik ging vroeger ook met mijn ouders op vakantie naar Frankrijk. Na de havo ben ik met een goede vriend een half jaar in Frankrijk wezen werken. Na dat halve jaar wilde ik eigenlijk iets met die taal gaan doen. Zodoende ben ik leraar geworden.

Wat trekt je juist zo aan, aan het vak leraar?

Tja, dat is een leuke vraag. Ik vind het enorm leuk leerlingen iets bij te brengen van mijn taal. Als ik de leerlingen al zie binnenkomen heb ik er al zin in.

Hoeveel tijd ben je ongeveer kwijt per week.

Nou ik word voor 32 uur betaald. Maar ik ben toch wel al gauw 50 uur in de week met mijn werk bezig.

Waar gaat al die tijd inzitten?

Buiten het lesgeven heb je veel tijdrovende dingen. Elke les bereid ik voor en kijk ik wat ik het volgende uur anders kan doen. Daarnaast vergaderingen en studieplanningen. In


toetsweken moet je veel nakijken. Enz.

Vind je dat niet erg om 50 uur te werken terwijl je minder word betaald?

Je moet het zo zien. Iemand die een baan heeft van 40 uur per week werkt heeft geen 13 weken vakantie. Uiteindelijk maakt het denkt mij niet zoveel uit.

Ben je ook mentor van een aantal leerlingen

Ja ik heb ook een mentor klas.

Wat is een mentor en wat zijn de taken van een mentor?

Een mentor is een ruim begrip voor aanspreekpunt van leerlingen en ouders. Ook heb je de verantwoording als mentor om een leerling te begeleiden bij schoolse zaken die niet in de klas vallen, maar ook zaken thuis.

Kun je hier een voorbeeld van noemen?

Bijvoorbeeld studiekeuze in hogere jaars. Maar ook als je jezelf niet helemaal happy voelt, of als er thuis wat aan de hand is. Ik heb een keer een leerling mee gemaakt die bij me kwam omdat haar vader haar mishandelde.

Ow, dat is minder.Ja dat klopt.

Wat zijn je leukste ervaringen als leraar tot nu toe?

Nou excursies vind ik


altijd heel leuk. Vorig jaar bijvoorbeeld zijn we met de 3e klas naar zweden geweest op schoolreis. Dat zijn wel erg leuke ervaringen om mee te maken.Wat ik ook er leuk vind is tegen het einde van het jaar om de leerlingen die afscheid nemen van school tegen te komen.

Heb je misschien ook nog tips voor mij?

Hmmm. Ik zou gewoon doorgaan met wat je doet. Als je plezier in het vak hebt, straal je het vanzelf over op de leerlingen die zien dat wel.

Dank je.Alsje.

Mag ik je danken voor het interview?

Een student die leraar wilde worden.


Dit is een eigengemaakte strip over een student die zich er lekker makkelijk af probeert te maken door leraar te worden. Helaas pakt dit voor hem anders uit.

“Staat op een schijfje” deze word hardcopy overhandigd

Leraar een wereldbaan


Bij het surfen van het leraar en leuk stuitte ik op het volgende filmpje:http://www.youtube.com/watch?v=3DFlI8WdGhADit is een reclame filmpje gemaakt door een lerares die graag haar baan aan wilde prijzen bij haar leerlingen. Ik vond het zelf een grappig filmpje en leuk bedacht.

Waarom ik dit filmpje uitgekozen heb, is omdat ik dit kernmerkend vind voor de tijd waarin we nu leven. Vaak wordt leraar gezien als een beroep wat niet aantrekt bij de jeugd. Dit is deels waar, maar wat deze lerares probeert te doen is het vak in een andere context te plaatsen. Wat ik jammer vind in dit filmpje is dat de leerlingen meest voor de hand liggende antwoorden geven. Dit is jammer en doet naar mijn mening onder aan de kern van de boodschap.

Leraar is ook een wereldbaan. Zegt ze als grote kernmerk geeft ze dat leraren 13 weken vakantie hebben. Dit is leuk, maar een beetje onrealistisch om met dit argument leerlingen over te halen voor dit beroep te kiezen.Er zou ongetwijfeld een betere methode zijn om leerlingen bewust te maken bij de taken van een leraar. Ik vind het goed dat ze het op deze manier probeert. Dit soort initiatieven zullen nodig zijn om het leraren tekort op te vullen.

Puzzel 3-luik


http://www.youtube.com/watch?v=3DFlI8WdGhA

Ik heb een puzzel gemaakt die weergeeft hoe ik vind dat een student die leraar wil worden zich moet ontwikkelen. Deze 3 luik geeft de 3 factoren weer die hij goed voor ogen moet houden. Deze factoren zijn:-Beeld van zichzelf-Beeld van het onderwijs-Beeld van het leraarschapIk bezit helaas niet de kwaliteiten van een grote tekenaar. Desondanks geeft deze puzzel toch een duidelijk beeld van hoe ik de ideale leraar zie en hoe je als leraar moet blijven ontwikkelen.

Beeld van zichzelfIk vind dat je als leraar jezelf ook moet blijven ontwikkelen om alles op orde te krijgen/ houden. Uiteraard veranderd het onderwijs met de jaren mee en zul je zelf ook mee moeten veranderen. Als je als leraar een dubbel leven lijdt kun je niet optimaal functioneren voor de klas.

Beeld van het leraarschapAan het begin van de studie zullen met mij veel studenten zijn die denken dat je als leraar alleen voor de klas staat. Niets is minder waar, want het leraarschap houdt meer in dan alleen voor de klas staan. Je zult moeten vergaderen, administratief werken, voorbereiden, evalueren en overleggen met collega’s of ouders. De puzzel laat zien dat niet alleen voor de klas staan nodig is voor het vak.

Beeld van het onderwijsHet onderwijs veranderd elk jaar weer. Vaak veranderen er kleine situaties en soms veranderen er grote situaties. Bijvoorbeeld bij de invoering van de 2e fase of invoering van het vmbo. Als je als leraar niet flexibel bent, zul je voor veel verassingen komen te staan


Verslag presentatie

De presentatie die ik met een 4tal andere studenten heb gedaan ging over een deel van het onderwijssysteem in Nederland. Wij hebben ervoor gekozen om de richting Havo/ Vwo uit te lichten. Mijn persoonlijke motivatie hiervoor was dat ik al een tijd van de middelbare school af ben in de tussentijd een MBO opleiding heb gedaan en ook een aantal lessen op het vmbo gegeven. De richting van Havo/ Vwo is voor mij het langst geleden en zat niet erg vers meer in mijn geheugen.

Havo/ VwoVwo staat voor “Voorbereidend wetenschappelijk onderwijs”. Een afgeronde Vwo opleiding geeft toegang tot een universitaire opleiding of een Hbo opleiding. Bij sommige Hbo studies kun je met een afgeronde Vwo opleiding een verkort traject volgen. Ongeveer 20% van de Nederlandse basisschool leerlingen stroomt door naar het Vwo. Het Vwo bestaat uit 2 stromingen namelijk Het atheneum en het gymnasium.Havo staat voor “Hoger algemeen voortgezet onderwijs” en verschaft toegang tot een Hbo studie. Havo is het op één na hoogste middelbareschool niveau van Nederland. Met een overgangsbewijs van Havo 3 naar Havo 4 is een scholier toelaatbaar op het Mbo. Ongeveer 20% van de middelbare scholieren volgt de Havo.Zowel de Havo als het Vwo bestaan uit 2 fases. De 1e fase zijn de eerste 3 jaren van de middelbare school. De 2e fase is voor Havo de laatste 2 jaren en voor het Vwo de laatste 3 jaren. Voordat een scholier de 2e fase ingaat wordt het voor de keus gesteld om een profielkeuze te maken. Er zijn 4 verschillende profielen waaruit een scholier kan kiezen:-Natuur en Techniek (N&G)-Natuur en Gezondheid (N&G)-Economie en Maatschappij (E&M)-Cultuur en Maatschappij (C&M)Naast de profielen heeft de scholier een vrije deel. De scholier kan in dit vrije deel vakken kiezen waar hij of zij ook examen in kan doen.Afhankelijk van het profiel kan men doorstromen naar het Hbo of de universiteit. Afhankelijk omdat men niet elke studie kan kiezen op basis van de afgeronde opleiding. Een scholier zal een aansluitend profiel gevolgd moeten hebben om de studie te kunnen doen.

De presentatie De presentatie die we als 5 tal hebben gehouden ging niet alleen over het onderwijs systeem maar ook over de school die we met zijn vijven hebben bezocht. De presentatie verliep vlot en soepel. Wel waren er een aantal vragen achteraf over de vraag waarom we voor deze opzet hebben gekozen. Het publiek vond dat we een groot verschil vertoonden in de wijze van de onderwerpen. Een onderwerp werd bijzonder goed uitgediept terwijl het andere onderwerp erg oppervlakkig bleef.

Mijn ervaringenMijn eigen ervaringen over dit type onderwijs is zeer positief. Ik heb zelf ook in de 1e fase gezeten en veel opgestoken van de verschillende vakken. Wel vind ik dat er nog factoren zijn die wellicht verbeterd of anders kunnen. Een voorbeeld hiervan is dat de diversiteit in de vakken misschien iets minder breed kunnen. In voorgaande jaren was het voor een Vwo scholier een voorwaarde dat je in 3 verschillende taalvakken examen moest doen. Hetzelfde


geldt voor exacte vakken. Met de komst van de nieuwe 2e fase is dit al een stuk verbeterd. Gelukkig is het onderwijs in Nederland nog steeds in ontwikkeling. Mijn eigen ervaringen over de presentatie waren goed. Ik vond dat de presentatie een goede opzet had en dat we elk onderwerp wel aan bod hebben laten komen. De een werd niet zo goed uitgediept als de ander, maar kwam wel aan bod. Ook speelt het mee dat elk onderwerp een andere spreker had. Dit zou ook kunnen verklaren waarom een onderwerp dan wel of dan niet aantrekkelijk was om naar te luisteren.


6-jes cultuur

De zesjes cultuur is een begrip van de laatste tijd. Steeds vaker wordt dit woord aangehaald. Met name politici vinden dat de zesjes cultuur opgeschort moet worden naar een excellente cultuur.Het onderstaande artikel uit de volkskrant van 17 juli 2010 geeft een duidelijk signaal af aan leerlingen van de middelbare school. Als je niet vanaf het begin al je best doet kun je misschien niet terecht bij de studie naar je keuze. Is het niet wat te grote druk die je op jonge leerlingen legt al van zo vroeg af aan? En wat voor dokters wil je uiteindelijk aan je ziekenbed? Een dokter die een 10 voor Latijn heeft? Of een dokter die goed kan opereren.

Ik ben meestal wat wantrouwig bij dit soort kranten berichten. Hier word meer afgebeeld dat een leraar weer op zijn plek hoort te zitten en te onderwijzen. De motivatie moet uit de leerlingen zelf komen en dat leerlingen moeten excelleren om goed een beroep uit te kunnen oefenen. De taak die de politiek op dit soort zaken kan hebben is zorgen voor een streng examenbeleid.

Uiteraard ben ik het met minister plasterk eens dat het niveau van het onderwijs omhoog moet. En dat het onderwijs altijd verbeterd moet worden. Maar willen we echt naar een cultuur toe waarin alleen het beste goed genoeg is. Er zijn altijd kinderen die niet de beste zijn. En niet iedereen kan goed zijn in elk vak. Ik denk dat je het landelijke kennis niveau juist omhoog tilt door de minder goede leerlingen te onderwijzen. Dan zullen de beste nog steeds de beste zijn alleen op een hoger niveau.

Goed vind ik dat er een selectie plaats vind dat er een selectie plaats vind aan de poort. En ik ga met de comissie-Veerman mee over dat dit een betere methode zou zijn. Een geslaagde student die aan het eind van zijn studie met zijn diploma in zijn hand en zegt: “eitje, dit zou iedereen kunnen doen” moeten we ook niet willen.

“De neiging tot matiging begint al op de basisschool, waarbij veel scholieren – vooral allochtonen – een schooladvies krijgen onder hun niveau”Dit is een uitspraak die ik niet zo zie zitten om 2 redenen. De eerste reden is: dat we echt niet moeten willen om de kinderen van de basisschool zoveel druk op te leggen. Laat kinderen gewoon kind zijn en niet na school 4 uur per dag huiswerk laten maken, omdat ze dan straks een betere baan zullen krijgen. De tweede reden is: Als de overheid de leerkrachten van het basisonderwijs nou niet zoveel administratieve druk op zou leggen met o.a. het kindvolg systeem. Dan zouden de leerkrachten misschien meer tijd hebben om de kinderen beter en fatsoenlijker te onderwijzen. En in ieder geval meer tijd te hebben om de kinderen te enthousiastmeren.


Zesjescultuur17/07/10, 00:00

Duizenden aankomende eerstejaars studenten zitten dezer dagen ontmoedigd op de bank. Afgewezen; uitgeloot voor de studie van hun keuze. De willekeur van het lotingssysteem laat deze jongeren berooid achter met hun ambitie en leerdrift....

Dit jaar streden 37.500 studenten om 25 duizend studieplaatsen waarvoor een loting geldt. Alleen al voor de studie geneeskunde, waarvoor een numerus fixus van 2.850 studenten geldt, meldden ruim 8.000 kandidaten zich aan. Maar ook voor studies als rechten, tandheelkunde, psychologie, communicatie en journalistiek moet in sommige gevallen worden geloot.

De tragiek van het lotingssysteem roept opnieuw de vraag op of selectie op basis van motivatie, intellect en interesse voor het vakgebied geen betere methode is om studentenaantallen te beperken. De commissie-Veerman, die op verzoek van minister Plasterk (Onderwijs) het stelsel van universiteiten en hogescholen doorlichtte, pleitte dit voorjaar al voor selectie aan de poort. Veerman wil af van de zesjescultuur in het onderwijs. Studenten moeten meer worden uitgedaagd en het onderwijs moet zich veel sterker profileren. Het huidige financieringsstelsel dat de instellingen prikkelt zoveel mogelijk studenten aan te trekken en met een diploma af te leveren, moet op de schop omdat het deze zesjescultuur alleen maar in de hand werkt, zo constateerde Cees Veerman.

Duidelijk is dat er in het onderwijs meer ruimte moet komen voor excellentie. Het lotingssysteem dat ooit in het leven is geroepen om iedereen gelijke kansen op hoger onderwijs te geven, voorziet niet in deze behoefte. Steeds meer instellingen vervangen loting door selectie om te voorkomen dat ongemotiveerde studenten afhaken. Ook voor de studie geneeskunde ligt een wetsvoorstel om voortaan studenten te selecteren op kwaliteiten als motivatie en empathisch vermogen – niet onbelangrijk voor een dokter in de spreekkamer.

Selectie aan de poort is altijd op veel weerstand gestuit omdat het de keuzevrijheid en brede toegankelijk van het hoger onderwijs in de weg zou staan. Sinds de invoering van de basisbeurs in 1986 staat niets de toegankelijkheid meer in de weg. Het aantal studenten evenals het aantal studierichtingen is sindsdien explosief gestegen, terwijl de onderwijsuitgaven samen met de kwaliteit van het onderwijs steeds verder daalden. Studenten klagen over overvolle collegezalen, slechte docenten en weinig inspirerende onderwijsprogramma’s.

Met de beoogde toegankelijkheid in combinatie met permanente bezuinigings- en vernieuwingsdrang is het Nederlandse onderwijs internationaal vergeleken afgekoerst op een vaste plek in de middenmoot. Een plek die Nederland zich als kenniseconomie niet kan veroorloven. Het kan nooit de bedoeling zijn geweest om met bredere toegankelijkheid de kwaliteit van het onderwijs uit te hollen en slechtere professionals af te leveren. Daar is niemand bij gebaat.


De typisch Nederlandse voorliefde voor middelmatigheid – doe maar gewoon dan doe je al gek genoeg – motiveert jongeren niet te excelleren. De neiging tot matiging begint al op de basisschool, waarbij veel scholieren – vooral allochtonen – een schooladvies krijgen onder hun niveau. Negatieve selectie vindt dus al eerder plaats dan bij de poort van de universiteit.

Die trend moet worden gekeerd. Selectie aan de poort van het hoger onderwijs is een probaat middel om jongeren van jongs af aan te stimuleren boven de middelmoot uit te stijgen. Wie later een goede dokter, jurist of journalist wil worden, moet niet worden beloond voor het behalen van zesjes.


Lerarentekort

De komende 10 jaar verlaat 75% van de docenten het onderwijs, terwijl er maar weinig nieuwe docenten bijkomen. Docenten ervaren nu al een hoge werkdruk.Nieuwe ict-mogelijkheden in onderwijs

Om ervoor te zorgen dat de werkdruk niet verder oploopt en de kwaliteit gewaarborgd blijft, moet het onderwijs anders worden georganiseerd. Bijvoorbeeld door een deel van de lessen te vervangen door onderwijs op afstand (e-learning), zelf lesmateriaal te ontwikkelen, meer onderwijsondersteunend personeel in te schakelen, over te stappen op een ander onderwijsconcept en gebruik te maken van nieuwe ICT-mogelijkheden zoals digiborden en animaties. Dit moet er ook toe leiden dat het vak van docent aantrekkelijker wordt. Zodat meer mensen docent willen worden en docenten langer in het vak werkzaam blijven.

Beroep leraar aantrekkelijker maken Om het vak van leerkracht aantrekkelijker te maken, heeft het kabinet hetActieplan Leerkracht van Nederland geïntroduceerd. Dit actieplan is gericht op:-versterkomg van de positie van de leraar: via een beroepsvereniging of meer medezeggenschap;-een beter carrièreperspectief voor leraren door 'opscholing', bijvoorbeeld van tweedegraads naar eerstegraads bevoegdheid;-een betere beloning: meer hogere leraarsfuncties, grotere salarisstappen en de opleiding, ervaring en prestaties meenemen in de beloning;-meer invloed op de inhoud van de lessen, onder meer via online lesmateriaal Wikiwijs waarbij docenten zelf lesmateriaal kunnen ontwikkelen, aanvullen en corrigeren.

Docenten aantrekkenNaast het Actieplan Leerkracht van Nederland om het vak van docent aantrekkelijker te maken, zijn er ook allerlei maatregelen om meer docenten aan te trekken. De educatieve minor is daar een voorbeeld van. Dit is een 2-jarige universitaire studie waarna afgestudeerden van de universiteit hun eigen vak mogen doceren in de theoretische leerweg van het vmbo en de onderbouw van de havo en het vwo. Deze nieuwe studie maakt onderdeel uit van de kwaliteitsagenda voor het opleiden van leraren 2008-2011.

Tijd docenten effectiever besteden Een groot deel van het kwantitatieve tekort is op te lossen door het onderwijs anders vorm te geven. Leraren besteden nu ongeveer de helft van hun tijd aan het lesgeven en het begeleiden van leerlingen, de andere helft is voor niet-lesgevende taken zoals nakijken en vergaderen. Door het inzetten van onderwijsondersteunend personeel, andere roosters en meer ICT in het onderwijs is het mogelijk om docenten te ontlasten van deze taken. Zij ervaren hierdoo minder werkdruk ervaren en kunnen meer tijd aan hun leerlingen besteden Bron:Rijksvoorlichtingsdienst

Onderwijs in Nederland


Dit is een filmpje gemaakt over het onderwijs in Nederland. Dit is een filmpje over de verschillende onderwijstypen. Hierin laat ik kort een aantal verschillende onderwijstypen in Nederland zien.

“Staat op een schijfje” deze word hardcopy overhandigd

Bezoek aan Pieter jerles montessorischool


Ik heb samen met 4 medestudenten een middelbareschool bezocht. Dit hebben we uit het oogpunt gedaan om het HAVO/VWO uit te lichten in het Nederlands onderwijssysteem. We zijn een dag meegelopen met een wiskunde docent. In dit korte verslag kun je onder andere lezen, hoe onze dag eruit heeft gezien, wie de docent is met wie we meegelopen hebben en hoe de lessen eruit zagen.

De meeloopdagBij onze aankomst op school was het allereerst even zoeken naar de koffiekamer. De docent waar we met mee zouden lopen was nog niet gearriveerd, want we waren ruim op tijd. Eenmaal in de koffiekamer aangekomen en na een aantal koffie gedronken te hebben, kwam meneer Ba er al snel aan. Mahmoet Ba was daar nu al voor de 3e jaar docent en wilde daar nog vele jaren blijven werken. De eerste les die we samen met hem gevolgd hebben was een rekenles voor de 1e klas Havo/Vwo. Omdat er in 2014 een examenonderdeel rekenen word gegeven, worden hier nu ook lessen in gegeven. Dit gebeurt op deze school met een computerprogramma, daarom kreeg elke leerling aan het begin van de les een laptop om op te werken. De begeleiding van de leerlingen was met name individueel gericht. De leerlingen hadden zelf via het programma uitgelegd gekregen hoe hoe je de sommen moet maken. En de docent liep eigenlijk alleen naar het kind toe wanneer het kind niet verder kwam. Wel gaf hij een korte klassikale uitleg over negatieve getallen, omdat het programma deze stof niet behandelde.De tweede les verliep eigenlijk net als de eerste, omdat dit ook een 1e jaars Havo/Vwo klas was. Enig verschil was dat er in deze les ook 4e jaars Vmbo leerlingen zaten die extra wiskunde les wilden. Zij wilden komend jaar doorstromen naar de Havo. De begeleiding was dus wat afwisselender. Ook ging een 2 tal medestudenten een les volgen bij een andere wiskunde docent. Die gaf op het zelfde tijdstip les en wilde ook wel een aantal studenten mee laten lopen. In de Pauze hebben we Mahmoet Ba een aantal vragen gesteld over hoe hij zijn lessen ervaarde en hoe hij hier terecht gekomen is. De laatste les die we gevolgd hebben was een wiskunde les van Vmbo 4. Mahmoet Ba gaf ook deze les. Deze les was opgebouwd uit 2 delen. Het eerste gedeelte besprak hij het huiswerk voor deze les. Hij vroeg welke vragen onduidelijk waren en behandelde deze. Wel zij hij bij sommige vragen dat ze beide met dezelfde methode opgelost moesten worden dus behandelde hij 1 van de 2 vragen. Het tweede gedeelte van de les was zelfstandig werken. De leerlingen konden verder werken uit het boek. Als je iets niet begreep mocht je overleggen met medeklasgenoten of naar het bureau van de docent lopen.Na deze les hadden we afscheid genomen van de docent en hebben we in de groep de relevante ervaringen van die dag besproken. Ook hebben we een aantal richtpunten opgehaald die we belangrijk vonden bij het onderwijsvorm die we die dag gezien hadden.

Mahmoet BaMahmoet heeft net als wij gestudeerd aan de NHL. Hier heeft hij ook precies 4 jaar over gedaan en hij is gelijk na het laatste jaar gebleven op school waar hij zijn LIO-stage heeft gedaan. Hier werd hij naar 1 jaar uitkozen door de leerlingen als “beste docent”. Hier was hij trots op en vertelde hier met vee plezier over. Wel wilde hij het de komende periode wat rustiger aandoen gezien zijn thuis situatie. Hij was in verwachting van een kind en dit had op dit moment de hoogste prioriteit. Wel zat hij eraan te denken om een 1e graads opleiding te volgen als het thuis wat rustiger werd.


Tijdens zijn studie zag hij veel studenten afvallen en nog zonder diploma lesgeven. Hij waarschuwde ons hiervoor en rade ons aan eerst onze diploma te halen en dan pas een baan aan te nemen. Hij sprak uit ervaring dat veel medestudenten na de 3e jaars stage een baan aangeboden kregen en deze aannamen. Vervolgens hebben ze de studie tot op heden nog niet afgerond.Hij gaf ook op meerdere scholen les. In deze tijd, zo vertelde hij, dat veel scholen niet een volledige baan aanbieden. En dat je als je bij een school zou blijven je maar 2 of 3 dagen voor de klas kon staan.

Pieter jerles montessorischool

Het onderwijs op de schoolOp de school waar we hebben meegelopen werd lesgegeven in de stijl van Montesorieonderwijs. Dit onderwijs richt zich op de natuurlijke en noodzakelijke drang van de leerlingen zelf. De bedoeling van montesorie onderwijs is dat de kinderen aan het begin van de dag zelf kiezen waar ze die dag mee bezig gaan. De leerkracht observeert de leerlingen dan en geeft de benodigde materialen om de kinderen in die behoefte te voorzien. Wat nog meer kenmerkend is voor montesorie onderwijs is dat meerdere leeftijdsgroepen in hetzelfde lokaal zitten.Wat ik die dag zelf gezien heb wat terugkomt in deze visie is dat inderdaad de leerlingen zelf de keuze hebben om ergens aan te schuiven als ze daar behoefte aan hebben. Dat de 4e jaars Vbmo leerlingen in het lokaal mochten zijn om hier te werken aan moeilijkere wiskunde. Wat ik niet heb terug gezien is dat leerlingen zelf de keuze hebben wat ze uiteindelijk precies doen. Zowel bij de 1e klas Havo/Vwo als bij 4e jaars Vmbo moeten ze wel allemaal de opdrachten doen die worden opgegeven. De kinderen hebben niet de keus voor een ander programma of een andere studiewijzer. Dit vond ik tegenstrijdig met het uitgangspunt van montesorieonderwijs.


verslag van p-taak 1portfolioharoldbouwknegt.wikispaces.com/file/view/versl… · web viewniet...

Documents