wetgeving & en practische gevolgen van ladingzekering in de bouw door ing.-lic. w.van praet...
TRANSCRIPT
WETGEVING & EN PRACTISCHE GEVOLGEN VAN LADINGZEKERING
IN DE BOUWDoor Ing.-lic. W.Van Praet
Technisch adviseur bij het opstellen van het KB Ladingzekering voor het kabinet van FOD Mobiliteit
Belgisch vertegenwoordiger in de werkgroep Ladingzekering van de Europese Commissie
Belgisch vertegenwoordiger bij het Europees Normalisatie-instituut CEN
Lesgever ladingzekering voor de vakbekwaamheid chauffeur
[email protected] © 2011
0495 21 32 43
Gevolgen
Bij wegcontrole: o.a.- Boete voor ladingzekering- Boete voor andere overtredingen- Overladen van de lading op andere voertuig- Niet tijdig op de werf: verhaalBij ongeval: o.a- Met schade: verhaal- Met overlijden: veroordeling van de bedrijfsleider
Tegengehouden bij wegcontrole voor ladingzekering Ladingzekering onvoldoende+ geen geldig keuringscertificaat voor de oplegger+ rij- en rusttijden overschreden+ overgewicht op de assen
Transportbedrijf veroordeeld voor overlijden bij ongeval tijdens lossen als gevolg van ontoereikende ladingzekering
Historiek en achtergrond van ladingzekering
Duitsland: VDI2700Duitsland: VDI2700
Europa (CEN): EN12195-1 (2003)
Europa (CEN): EN12195-1 (2003)
Duitsland (CEN): EN12195-1
Duitsland (CEN): EN12195-1
Initiatief: Duitsland
Initiatief: Duitsland
Initiatief Scandinavië/ Europese Commissie
European Best Practise Guidelines for cargo
securing on road transport (2006)
European Best Practise Guidelines for cargo
securing on road transport (2006)
KB Ladingzekering van 27.04.2007 KB Ladingzekering van 27.04.2007
EN12195-1EN12195-1
IMO/ILO/ UNECE-guidelines
IMO/ILO/ UNECE-guidelines
Initiatief: Minister/Kabinet Mobiliteit
IMO/ILO/ UNECE-guidelinesIMO/ILO/ UNECE-guidelinesInitiatief: IMO
Europa (CEN): EN12195-1 (2011)Europa (CEN): EN12195-1 (2011)
Initiatief: deelnemers werkgroep EBPG
KB ladingzekering
• Eisen inzake ladingzekering
1. Elke ladingseenheid moet vormstabiel zijn2. De transporteur heeft recht op informatie3. De lading moet zodanig gezekerd zijn dat de lading niet kan schuiven
of kantelen, rekening houdende met de heersende transportkrachten
4. Ladingzekering berekenen volgens de Europese Richtlijn inzake code van goede praktijk is altijd OK
5. Er zijn 4 methoden om ladingzekering technisch uit te voeren. Deze methoden kunnen alleen of gezamenlijk ingezet worden
METHODES VOOR LADINGZEKERINGTransportkrachten die op VOERTUIG inwerken
Zwaartekracht 1 GRemkracht van voertuig = 0,8 G
Centrifugaalkracht in bocht = 0,5 GWindkracht
Vering
Transportkrachten die op lading inwerkenZwaartekracht 1 G
Aandrijving door omgezette remkracht = 0,8 GCentrifugaalkracht in bocht = 0,5 G
WindkrachtVering
Vormstabiliteit
• Elke ladingseenheid moet vormstabiel zijn.• Vormstabiliteit moet bewezen kunnen worden door
- statische hellingstest (26°) - dynamische test
Er kan vooraf nagegaan worden voor elk type van paletbelading of deze weerstaan aan de krachten die tijdens transport optreden door de palet over een hoek van 26° te brengen zonder dat in de twee haaks gelegen richtingen er een belangrijke vervorming of verschuiving van de lading tot buiten het paletgabarit plaats vindt
26°
© safetyconsult.be
Voorbeeld uit de bouwwereld
VERHINDEREN VAN SCHUIVEN VAN LADING
• METHODE 1: VERHOGEN VAN DE WRIJVINGSWEERSTAND TUSSEN LADING EN LAADVLOER tot een waarde waarbij de wrijvingskracht gelijk of groter wordt dan de aandrijvingskracht van 0,8 G voorwaarts en 0,5 G zij- en achterwaarts
• Technische uitvoering: door gebruik van antislipmatten:
- In België: bij voldoende antislipmatten, spanriemen alleen nog ter voorkoming van wandelen en kantelen van de lading.
- In Duitsland: bij voldoende antislipmatten, altijd nog
steeds een spanriem per paletsectie
Verhoging van de wrijvingskracht doet de restkrachten verminderen
VERHINDEREN VAN SCHUIVEN VAN LADING
• METHODE 2: DE KRACHTEN DIE OP DE LADING INWERKEN DOORGEVEN AAN VOLDOENDE STERKE OBSTAKELS IN DE LAADRUIMTE
• Technische uitvoering: - voertuigen met L- of XL-certificaat (alle wanden zijn dan verstevigd). - verstevigd kopschot - steunbok - stijlen• KRACHTEN DOORGEVEN betekent: geen lege ruimte tussen lading
onderling en tussenlading en wand. (uitzondering: in de breedte wordt in totaliteit max. 8cm toegelaten) (momenteel een courante overtreding)
• Technische uitvoering– opvullen met vormvast materiaal (paletten, stuwkussens, …)– opvangen met obstakels (spanriemen, stangen, …)
Insluiten van de lading door voldoende sterke wanden
VERHINDEREN VAN KANTELEN VAN LADING
• METHODE 3: DE KRACHTEN DIE OP DE LADING INWERKEN OPVANGEN EN VIA VOLDOENDE STERKE VERBINDINGSLIJNEN DOORGEVEN AAN DE LAADVLOER
• Technische uitvoering: - spanriemen, kettingen, etc… (het is de materiaalsterkte die hier belangrijk is. Gemiddelde LC-waarde: 2000 daN enkel en 4000 daN bij rondsjorring) - verschillende geometrische verbindingspatronen zijn mogelijk (direct verbinden, diagonaal sjorren, kopsjorren, …) - verbinding met de laadvloer bij voorkeur via ankers (die zelf ook voldoende sterk moeten zijn .
Opvangen van restkrachten door voldoende sterke spanlijnen
LC = Lashing capacity
Geeft aan hoeveel trekkracht deze spanriem kan verdragen tussen de twee uiteinden
Hier: 2000 daN
STF = Standard Tension Force
Geeft aan hoeveel trekkracht maximaal op deze spanriem kan gezet worden bij het maximaal aanspannen van de spanratel
Hier: 320 daN
SHF = Standard Hand Force
De normale handkracht die nodig is om de ratel aan te spannen.
Hier: 50 daN
VERHINDEREN VAN SCHUIVEN VAN LADING
• METHODE 4: DE KRACHTEN DIE OP DE LADING INWERKEN OPVANGEN DOOR VELE KLEINE WRIJVINGS-KRACHTEN TE CREËREN VIA KLEINE NEERWAARTSE KRACHTEN DIE AANGELEGD WORDEN DOOR HET NEERSJOREN VAN EEN SPANRIEM OVER DE LADING
• Technische uitvoering: - spanriemen - het is niet de maximale spankracht van een spanriem die telt, maar wel de maximale kracht die met de ratel kan aangelegd worden (= STF-waarde)
- de STF-waarde is beperkt (gemiddeld ca. 400 daN) en hiervan
kan gemiddeld slechts ongeveer de helft nuttig worden in rekening gebracht
Verhogen van de wrijvingsweerstand door neersjorren (weinig doeltreffend)
Geen verhoging van de wrijvingsweerstand Geen insluiting door wanden Restkrachten worden niet opgevangen door spanlijnen Neersjorren te
verwaarlozen