wi1808th1/citg - lineaire algebra deel 1homepage.tudelft.nl/v9r7r/wi1808th1/college...
TRANSCRIPT
1Challenge the future
WI1808TH1/CiTG - Lineaire algebra deel 1
College 2
12 september 2016
2Challenge the future
Samenvatting Hoofdstuk 1.1
• De som van twee vectoren wordt gegeven door
𝒖 + 𝒗 = 𝑢1 + 𝑣1, 𝑢2 + 𝑣2 .
• De scalaire vermenigvuldiging van scalair 𝑐 met vector 𝒗 wordt
gegeven door
𝑐𝒗 = 𝑐 𝑣1, 𝑣2 = 𝑐𝑣1, 𝑐𝑣2 .
• Een vector 𝒗 is een lineaire combinatie van vectoren 𝒗1, 𝒗2, … , 𝒗𝑘als er constanten 𝑐1, 𝑐2, … , 𝑐𝑘 zijn zodat 𝒗 = 𝑐1𝒗1 + 𝑐2𝒗2 +⋯+
𝑐𝑘𝒗𝑘.
3Challenge the future
Samenvatting Hoofdstuk 1.2
• Het inproduct tussen vectoren 𝒖 en 𝒗 in ℝ𝑛 wordt gegeven door
𝒖 ⋅ 𝒗 = 𝑢1𝑣1 + 𝑢2𝑣2 +⋯+ 𝑢𝑛𝑣𝑛.
• De lengte van vector 𝒗 in ℝ𝑛 wordt gegeven door
𝒗 = 𝒗 ⋅ 𝒗 = 𝑣12 + 𝑣2
2 +⋯+ 𝑣𝑛2.
• De afstand d(𝒖, 𝒗) tussen vectoren 𝒖 en 𝒗 in ℝ𝑛 wordt gegeven
door d 𝒖, 𝒗 = 𝒖 − 𝒗 .
• De hoek 𝜃 tussen twee niet-nul vectoren 𝒖 en 𝒗 in ℝ𝑛 kan worden
berekend doorcos 𝜃 =
𝒖 ⋅ 𝒗
𝒖 𝒗.
4Challenge the future
Programma vandaag
Hoofdstuk 1.2
• Orthogonaliteit
• Projecties
Hoofdstuk 1.3
• Lijnen en vlakken
5Challenge the future
Orthogonaliteit
Definitie
Twee vectoren 𝒖 en 𝒗 in ℝ𝑛 zijn orthogonaal als 𝒖 ⋅ 𝒗 = 0.
De nulvector 𝟎 is orthogonaal met elke vector 𝒗 in ℝ𝑛.
Voorbeeld
Vectoren 𝒖 = [1,1, −2] en 𝒗 = [3,1,2] zijn orthogonaal, want
𝒖 ⋅ 𝒗 = 3 + 1 − 4 = 0.
6Challenge the future
Stelling van Pythagoras
Stelling
Voor alle vectoren 𝒖 en 𝒗 in ℝ𝑛 geldt dat
𝒖 + 𝒗 2 = 𝒖 2 + 𝒗 2
dan en slecht dan als 𝒖 en 𝒗 orthogonaal zijn.
Bewijs
𝒖 + 𝒗 2 = 𝒖 ⋅ 𝒖 + 2 𝒖 ⋅ 𝒗 + 𝒗 ⋅ 𝒗
= 𝒖 2 + 2 𝒖 ⋅ 𝒗 + 𝒗 2
= 𝒖 2 + 𝒗 2
7Challenge the future
Projecties
8Challenge the future
Projecties
𝒑 = 𝒑 𝒖,
𝒖 =1
‖𝒖‖𝒖, 𝒑 = 𝒗 cos 𝜃 = 𝒗
𝒖 ⋅ 𝒗
𝒖 ‖𝒗‖
9Challenge the future
Definitie
Als 𝒖 en 𝒗 vectoren in ℝ𝑛 zijn en 𝒖 ≠ 𝟎, dan wordt de projectie van
𝒗 op 𝒖 gegeven door
proj𝒖 𝒗 =𝒖 ⋅ 𝒗
𝒖 ⋅ 𝒖𝒖.
Projecties
10Challenge the future
• Lijnen in ℝ2 en ℝ3
• Vlakken in ℝ3
• Normaalvorm
• Algemene vorm
• Parametervoorstelling
• Afstand tussen punten, lijnen en vlakken
Hoofdstuk 1.3
11Challenge the future
Lijn ℓ heeft vergelijking 2𝑥 + 𝑦 = 0.
Lijnen in ℝ2
12Challenge the future
Lijn ℓ heeft vergelijking 2𝑥 + 𝑦 = 0.
Normaalvorm
2𝑥 + 𝑦 =21
⋅𝑥𝑦 = 𝒏 ⋅ 𝒙 = 0
met 𝒏 de normaalvector.
Normaalvorm
13Challenge the future
Lijn ℓ heeft vergelijking 2𝑥 + 𝑦 = 0.
Parametervoorstelling
𝑥𝑦 =
𝑡−2𝑡
Parametervoorstelling
14Challenge the future
Lijn ℓ heeft vergelijking 2𝑥 + 𝑦 = 0.
Parametervoorstelling
𝑥𝑦 =
𝑡−2𝑡
= 𝑡1−2
= 𝑡𝒅
met 𝒅 de richtingsvector.
Parametervoorstelling
15Challenge the future
Lijn ℓ heeft vergelijking 2𝑥 + 𝑦 = 5.
Lijnen in ℝ2
16Challenge the future
Lijn ℓ heeft vergelijking 2𝑥 + 𝑦 = 5.
Het punt 𝑃 = (1,3) ligt op lijn ℓ.
Normaalvorm
𝒏 ⋅ 𝒙 − 𝒑 = 0 → 𝒏 ⋅ 𝒙 = 𝒏 ⋅ 𝒑
21
⋅𝑥𝑦 =
21
⋅13
= 2𝑥 + 𝑦 = 5
Normaalvorm
17Challenge the future
Definitie
De normaalvorm van de vergelijking van lijn ℓ in ℝ2 is
𝒏 ⋅ 𝒙 − 𝒑 = 0 of 𝒏 ⋅ 𝒙 = 𝒏 ⋅ 𝒑
met 𝒑 een punt op ℓ en 𝒏 ≠ 𝟎 een normaalvector voor ℓ.
De algemene vorm van de vergelijking van lijn ℓ is
𝑎𝑥 + 𝑏𝑦 = 𝑐
met 𝒏 =𝑎𝑏
een normaalvector voor ℓ.
Normaalvorm
18Challenge the future
Lijn ℓ heeft vergelijking 2𝑥 + 𝑦 = 5.
Het punt 𝑃 = (1,3) ligt op lijn ℓ.
Parametervoorstelling
𝒙 − 𝒑 = 𝑡𝒅 → 𝒙 = 𝒑 + 𝑡𝒅
𝑥𝑦 =
13
+ 𝑡1−2
𝑥 = 1 + 𝑡 en 𝑦 = 3 − 2𝑡 zijn de
parametrische vergelijkingen met 𝑡
een parameter.
Parametervoorstelling
19Challenge the future
Definitie
De parametervoorstelling van de vergelijking van lijn ℓ in ℝ2 of ℝ3
is
𝒙 = 𝒑 + 𝑡𝒅
met 𝒑 een punt op ℓ en 𝒅 ≠ 𝟎 een richtingsvector voor ℓ.
De vergelijkingen die corresponderen met de componenten van de
parametervoorstelling heten de parametrische vergelijkingen van ℓ.
Parametervoorstelling
20Challenge the future
Voorbeeld
Vind een parametervoorstelling van de lijn ℓ in ℝ3 door de punten
𝑃 = (−1,5,0) en 𝑄 = 2,1,1 .
• Punt 𝒑 op lijn ℓ: punt 𝑃
• Richtingsvector 𝒅: vector 𝑃𝑄 =3−41
Dit geeft 𝒙 = 𝒑 + 𝑡𝒅 =−150
+ 𝑡3−41
.
Parametervoorstelling
21Challenge the future
Vlakken in ℝ3
22Challenge the future
Vlakken in ℝ3
23Challenge the future
Definitie
De normaalvorm van de vergelijking van een vlak 𝒫 in ℝ3 is
𝒏 ⋅ 𝒙 − 𝒑 = 𝟎 of 𝒏 ⋅ 𝒙 = 𝒏 ⋅ 𝒑
met 𝒑 een punt op 𝒫 en 𝒏 ≠ 𝟎 een normaalvector voor 𝒫.
De algemene vorm voor de vergelijking van 𝒫 is 𝑎𝑥 + 𝑏𝑦 + 𝑐𝑧 = 𝑑
met 𝒏 =𝑎𝑏𝑐
een normaalvector voor 𝒫.
Vlakken in ℝ3
24Challenge the future
Definitie
De normaalvorm van de vergelijking van een vlak 𝒫 in ℝ3 is
𝒏 ⋅ 𝒙 − 𝒑 = 𝟎 of 𝒏 ⋅ 𝒙 = 𝒏 ⋅ 𝒑
met 𝒑 een punt op 𝒫 en 𝒏 ≠ 𝟎 een normaalvector voor 𝒫.
Opmerking: parallelle vlakken hebben dezelfde normaalvector(en).
Vlakken in ℝ3
25Challenge the future
Definitie
De parametervoorstelling van de vergelijking een vlak 𝒫 in ℝ3 is
𝒙 = 𝒑 + 𝑠𝒖 + 𝑡𝒗
met 𝒑 een punt op 𝒫 en 𝒖 ≠ 𝟎 en 𝒗 ≠ 𝟎 niet parallelle
richtingsvectoren voor 𝒫.
De vergelijkingen die corresponderen met de componenten van de
vectorvorm heten de parametrische vergelijkingen van 𝒫.
Vlakken in ℝ3
Participant LeadersPoints Participant Points Participant
6 13B9C3 5 13BA5D
6 16C32B 5 13BAA1
6 16C348 5 13BAEC
6 18EAEA 5 16C36B
6 18EB91 5 18EA2C
6 1D61C4 5 18EA5B
6 1D624D 5 1D6181
6 62A8D0 5 1D624E
5 13B9BE 5 1D62A9
5 13BA44 4 13B96E