059 godsdienstsociologie

31
http://www.tangali.net Publicatie 059 Alhaaj Mohamed Juzoef Tangali Qadri

Upload: prof-mohamed-juzoef-tangali-phd

Post on 21-Jul-2016

263 views

Category:

Documents


3 download

DESCRIPTION

 

TRANSCRIPT

Page 1: 059 godsdienstsociologie

http://www.tangali.net

Publicatie 059

Alhaaj Mohamed Juzoef Tangali Qadri

Page 2: 059 godsdienstsociologie

Copyright © M.J. TangaliAmsterdam, 17 april 2010

1e drukUitgever: Stichting Noorani Islamic Research Institute

E-mail: [email protected]: www.tangali.net

Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaargemaakt door druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijzedan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uit-gever.

No part of this book may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means without written permissionfrom the publisher.

Page 3: 059 godsdienstsociologie

Alle lof aan Allah, vrede en Salawāt voor de HeiligeProfeet Mohammed sallallaaho alaihi wa sallam, zijnnobele Sahāba (metgezellen) en zijn verheven fami-lie radi Allaho anhum.

1. Inleiding (godsdienst)sociologie

Sociologie is de studie van de manier waarop men-sen de (fundamentele) problemen van het samenle-ven kunnen oplossen: wie hoort bij wie, wie is debaas van wie, wie doet wat en wie krijgt wat? Metandere woorden sociologie is de wetenschappelijkeleer over de menselijke samenleving en haar ver-schijnselen. Daarbij staan vooral de inrichting enveranderingen daarvan, evenals problemen en soci-ale conflicten centraal.

Binnen de sociologie bestudeert Godsdienstsociolo-gie de relatie tussen godsdienst en de manieren (in-vloed) van de samenleving.

De sociologie als wetenschap ontstond in de 18eeeuw door:- Veranderingen die stuk voor stuk sociale proble-

men met zich meebrachten die bestudeerd moes-ten worden (industriële revolutie, verstede-lijking, ontstaan stedelijk proletariaat, centralisa-

Page 4: 059 godsdienstsociologie

tie, bureaucratisering, en verval feodale structu-ren).

- De bestaande sociale orde verloor zij vanzelf-sprekendheid, waardoor nieuwe vragen over deaard en de verandering van de samenleving naarvoren kwam zoals (1) de ontdekking van eenzelfstandige sociale werkelijkheid – civil society(2) het geloof in de wetenschap (3) de wetenschapstimuleert vooruitgang – maakbare samenleving.

Vanaf de renaissance (15e – 16e eeuw) komt de ont-mythologisering van het wereldbeeld op gang. Tij-dens de reformatie (16e eeuw) komt onder invloedvan het calvinisme de begrippen als rationele zelfbe-heersing, spaarzaamheid, discipline en calculatie opde voorgrond. De verlichting (eind 17e –eind 18eeeuw) is een vervolg hierop waarin men zich vooralbekommerd om het opruimen van wat men als duis-ter bijgeloof en vooroordeel ziet.

2. Islamitische Sociologie

2.1 Individu en de maatschappij

Een basisprincipe van de islamitische sociologie isdat de islam een perfecte harmonie bepaalt tussenhet individu en de samenleving. Een ander uniek

Page 5: 059 godsdienstsociologie

kenmerk van de islam is dat het een evenwicht stelttussen individualisme en collectivisme. Het gelooftin de individuele persoonlijkheid van de mens enheeft iedereen persoonlijk verantwoording verschul-digd aan Allah. Het garandeert de fundamentelerechten van de mens en staat niet toe dat daaraangeknoeid wordt. Het maakt het tot een goede ont-wikkeling van de persoonlijkheid van de mens, eenvan de belangrijkste doelstellingen van het onder-wijsbeleid. Het maakt niet eens de opvatting dat demens zijn eigenheid moet verliezen in de maatschap-pij. Aan de andere kant wekt het ook een gevoel vansociale verantwoordelijkheid in de mens op, organi-seert de mens in een samenleving en een Staat enmoedigt het individu aan in te spelen op de socialegoed.

2.2 Mannen en vrouwen

De Heilige Qur’aan bevestigt dat het menselijk ras isontstaan uit Adam. In de Heilige Qur’aan staat ookdat mannen en vrouwen geestelijk gelijken zijn voorAllah. Dit blijkt uit het volgende vers:

Page 6: 059 godsdienstsociologie

“Voorwaar, de moesliems en de moesliema’s en de gelovigemannen en vrouwen, de gehoorzame mannen en vrouwen,de waarachtige mannen en vrouwen, de standvastigemannen en vrouwen, de mannen en de vrouwen die nede-rig zijn, de mannen en de vrouwen die aalmoezen geven,de mannen en de vrouwen die vasten, de mannen en devrouwen die hun kuisheid bewaren, de mannen en devrouwen die Allah vaak gedenken - voor zulken heeftAllah vergiffenis en een grote beloning bereid.” Surahal_Ahzaab (33) vers 35

Maar de Heilige Qur’aan geeft ook de verschillentussen mannen en vrouwen aan. Zo staat in de Heili-ge Qur’aan:

Page 7: 059 godsdienstsociologie

“Mannen zijn voogden over de vrouwen omdat Allah deenen boven de anderen heeft doen uitmunten en omdat zijvan hun rijkdommen besteden. Deugdzame vrouwen zijndus zij, die gehoorzaam zijn en heimelijk bewaren, hetgeenAllah onder haar hoede heeft gesteld. En degenen, van wiegij ongehoorzaamheid vreest, wijst haar terecht en laathaar in haar bedden alleen en tuchtigt haar. Als zij u dandaarna gehoorzamen, zoekt geen weg tegen haar. Waarlijk,Allah is Verheven, Groot.” Surah an_Nisa (4) vers 34

2.3 Patriarchalisme

Islamitische samenlevingen in sommige streken zijnvaak patriarchaal, dat wil zeggen dat de vrouwen deneiging hebben te worden gedomineerd door man-nen. Van vrouwen wordt verwacht dat ze kinderenkrijgen, en degenen die geen kinderen kunnen krij-gen worden constant door angst geconfronteerd datde man een andere vrouw zal zoeken. De vrouw die

Page 8: 059 godsdienstsociologie

alleen meisjes baart zal ook proberen religieuze hulpte zoeken en misschien zelfs medische hulp. Maar demeeste mannen weten niet dat het Allah is die be-paald of de vrouw een meisje of een jongen gaatbaren.

3. Ontwikkelingen in Nederland

Nederland bevindt zich keer op keer midden in eenontwikkelingstraject en kent verschillende gods-diensten en levensbeschouwelijke groeperingen. Deislam neemt binnen deze godsdiensten en levensbe-schouwelijke groeperingen een belangrijke plaats in.Deze paper gaat voornamelijk over islamitische or-ganisaties die hun oorsprong hebben in Suriname.

4. Wat is de oorsprong van de Surinaamsemoesliemgemeenschap?

De Surinaamse moesliemgemeenschap heeft haar'roots' in India. Ruim 130 jaar geleden werden devoorouders van de huidige populatie door Engelsekolonisten als gastarbeiders in landbouw naar Suri-name gebracht. Aan hen werd verteld dat de reis,heen en terug, inclusief arbeid ruim drie maandenzou duren. Echter dit was een leugen. De enkele reisduurde ruim zes maanden. Veel moesliems die in

Page 9: 059 godsdienstsociologie

Suriname waren aangekomen en arbeid hadden ver-richt wilden niet meer terugkeren naar India, omdatde mogelijkheden voor levensonderhoud in het gast-land Suriname beter waren. Een deel is van de gast-arbeiders zijn wel teruggekeerd.

Toen deze moesliems in Suriname waren aangeko-men hadden zij ook hun godsdienst de islam meege-nomen. Onder hen bevonden zich ook islamkenners,maar niet in de ruimste zin des woord. Daarom is ineen vroeg stadium een afgezant, van MujaddidImam-e-Ahle Sunnat Hazrat Shah Ahmed RazaKhan Barelvi radi Allahu anho, Muballigh-e-IslamHazrat Abdul Aliem Siddiqui en zijn zoon Qaid-e-Ahle Sunnat Shah Ahmed Noorani Siddiqui radiAllahu anhum naar Suriname geweest. Nadien heeftMaulana Shah Ahmed Noorani de moesliemge-meenschap van Suriname altijd terzijde gestaan,zelfs tot de grote emigratie van een deel van demoesliems in 1973-1974 naar Nederland. Onder lei-ding van Maulana Noorani is in Suriname ondertoentertijd de grootste moskee van het Caraïbischgebied gebouwd.

Na de emigratie naar Nederland hadden demoesliems ook behoefte aan moskeeën. Doch dezewas niet aanwezig en werd godsdienstbeoefening in

Page 10: 059 godsdienstsociologie

pakhuizen, woningen en dergelijke verricht. In 1973werd in Amsterdam de Netherland Islamic Society(NIS) Ahle Sunnat (Noori moskee) opgericht. Heteerste doel van deze organisatie was een moskee metminaretten te bouwen in Amsterdam, wijk Venser-polder. Voor de bouw was al een kavel door ge-meente Amsterdam toegewezen, echter wegenscommunicatieproblemen tussen Arabische finan-cierders en later interne relationele problemen kwamde bouw niet tot stand.

5. Wat zijn godsdienstige organisaties?

Ruim gedefinieerd wordt onder godsdienstige orga-nisaties verstaan ‘alle organisaties, groeperingen enbewegingen, die een vormgeving zijn van gods-dienst, ofwel alle eenheden van mensen die op basisvan of rondom godsdienst zijn gegroepeerd’, (Dek-ker, pag. 49).

Bovengenoemde definitie interpreteer ik veel ruimerdoor te stellen dat godsdienstige organisaties institu-ten zijn die als primaire doel hebben de godsdienst-gemeenschap van faciliteiten (studie, erediensten,etc.) te voorzien en daar waar nodig is sociaal-maat-schappelijke bijstand te verlenen.

Page 11: 059 godsdienstsociologie

5.1 Welke rechtsvormen hebben de moskeeën?

Een moskee heeft slechts één bestaansreden en dat is‘het Huis van Allah Ta'ala’. Doch de organisatie dieeen moskee in stand houdt kan verschillende rechts-vormen hebben voor beheer. Zo komen verenigin-gen en stichtingen voor als rechtspersoon.

5.2 Waarom splitsen moskeeorganisaties zichen wat zegt de Shari'ah daarover?

Moskeeorganisaties splitsen zich doordat de be-windvoering indruist tegen principes van geestelijkeleiders. Veel geestelijke leiders willen hun stempeldrukken in landen waar zij nog geen voet aan bodemhebben. Dit zijn niet alleen wereldse marketeers inmystiekgewaad, maar ook zogenaamde imams dieerop uit zijn verwaarloosde jongeren aan zich tebinden waarbij sommige de intentie hebben metgeweld terrein te winnen. Dit brengt wrijving binnenbestaande moskeeorganisaties tussen deze onbezon-nen beïnvloedde jongeren en bezonnen moskeebe-zoekers. Een andere factor is de politieke macht diesommige mannen naar zich willen toetrekken en bijgeen succes opruien en een aparte organisatie gaanstichten.

Page 12: 059 godsdienstsociologie

Gelukkig hebben de Surinaamse moesliemorganisa-ties geen rol voor wereldse imams en mystici die alsgeestelijke leiders leidinggeven aan de organisaties.De Surinaamse moesliemgemeenschap is wat datbetreft alert.

5.3 De Heilige Qur’aan en Shari’ah zeggen overcorrupte leiders:

“En O mijn aanbidders! Geef volledig maat en gewicht ingerechtigdheid en reduceer niet de dingen die aan demensen toekomen, en pleeg geen ondeugd in het land, doorcorruptie te veroorzaken.” Soera Hud (11), vers 85

Allah’s Boodschapper sallallaaho alaihi wa sallam zei:“Hij die iets ziet van zijn leider wat onjuist is, laathem geduldig zijn met de leider, want degene dieafsplits van de Jama’ah (zelfs met een handbreedte)en komt te overlijden, overlijd als Jaahiliyyah”, en ineen andere overlevering staat “dan heeft hij de dooi-er van de islam van zijn nek weggegooid.” Hadith -Al-Bukhari en Muslim

Page 13: 059 godsdienstsociologie

6. Godsdienst en samenleving

Onder godsdienstigheid verstaan we alle eenhedenvan mensen (organisaties, groeperingen en bewegingen)die op basis van of rondom godsdienst zijn gegroe-peerd.

De godsdienstige organisatievorming is te beschou-wen als institutionalisering van godsdienstigheid.Dit is het proces waarbij bepaalde gedragsvormenalgemeen gangbaar worden. De vaste patronen dieontstaan in de interactie tussen mensen noemen weinstituties.

Godsdienstige organisaties hebben dezelfde ken-merken en zijn onderworpen aan dezelfde mecha-nismen als alle organisaties. Organisaties zijndoelgerichte samenwerkingsverbanden.

7. Vier typen van godsdienstige organisaties, in-gedeeld naar de criteria van McGuire:a. Kerk: heeft exclusieve waarheidsclaim en een

positieve houding t.o.v. de dominante maat-schappij. Voorbeeld de katholieke kerk.

b. Sekte: heeft exclusieve waarheidsclaim engeen positieve houding t.o.v. de maatschap-pij. Voorbeeld: Quackers en Mormonen.

Page 14: 059 godsdienstsociologie

c. Denominatie: heeft geen exclusieve waar-heidsclaim, positieve houding t.o.v. de maat-schappij. Voorbeeld: de meeste kerken inAmerika.

d. Cult: heeft geen exclusieve waarheidsclaim,geen positieve houding t.o.v. maatschappij:voorbeeld: beweging rond Jomanda.

Godsdienstige bewegingen zijn een collectieve po-ging om op basis van religieuze overtuigingen ver-anderingen (vernieuwingen, revitalisering, herstel) tebewerkstelligen in individuen, kerken en andergodsdienstige organisaties en/of maatschappij alsgeheel. Over het ontstaan van deze bewegingen zijnverschillende theorieën met verschillende accenten.

Deze accenten zijn:- maatschappelijke omstandigheden. (crisis,

economische onrust, armoede)- Charismatische leidersfiguur- De personen die zich tot een beweging voelen

aangetrokken. (bijv. door relatieve deprivatie)

In de verklaringen is een reductionistische elementsterk aanwezig: het religieuze handelen heeft in feitegeen eigen waarde, maar wordt louter gezien als eenuitdrukking van sociale of psychische behoefte.

Page 15: 059 godsdienstsociologie

O’Dea onderscheidt drie niveaus aan het institutio-naliseringproces: het intellectuele-, het culturele- enhet organisatorische niveau.

Voorwaarden voor ‘succes’ van godsdienstige bewe-gingen en organisaties in het algemeen lijken te zijn(Stark):

a. nieuwe inzichten en praktijken, die echterniet teveel haaks staan op bestaande vormen.

b. Een gematigde spanningsverhouding met deomgeving.

c. Sterk leiderschap.d. Hoge mate van betrokkenheid van de leden.e. Effectieve methoden om anderen te rekrute-

ren.f. Opbouw van een hecht sociaal netwerk, dat

echter niet te geïsoleerd mag staan t.o.v. debuitenwereld.

Een belangrijk aspect van de godsdienstige organisa-ties en bewegingen is het leiderschap. We onder-scheiden vier typen gezag:

a. Legaal: gebaseerd op geloof in onpersoonlijkenormen en regels.

b. Traditioneel: gebaseerd op geloof in de heilig-heid en onaantastbaarheid van overgeleverde

Page 16: 059 godsdienstsociologie

normen en regels. Bijvoorbeeld een gods-dienst die door een priesterkaste geleid wordt.

c. Charismatisch: gebaseerd op geloof in de uit-zonderlijke kwaliteiten van een persoon. Bij-voorbeeld bij profetische bewegingen of deBhagwan.

d. Functioneel of professioneel: gebaseerd op ge-loof in de specifieke deskundigheid van be-paalde personen.

Geen organisatie kan bestaan zonder de betrokken-heid en inzet van de leden van deze organisatie. Demotivering van de bestaande aanhang en de rekrute-ring van nieuwe aanwas is daarom van groot belang.Deze aanwas kan een organisatie bereiken door na-tuurlijke aanwas, georganiseerde geloofsoverdracht,jongeren vertrouwd te maken met de bijzonderhe-den van de godsdienst, door middel van rituelen vaninwijding en deze jongeren een plek in de religieuzegroepering te geven, missionaire activiteiten (be-kendheid verwerven, interesse opwekken, emotio-neel raken van potentiële leden en een situatiecreëren waarin deze personen voor een keuze ge-steld worden).

Hechte groepsvorming is een middel om de motiva-tie van de leden op peil te houden of zelfs te vergro-

Page 17: 059 godsdienstsociologie

ten en daarmee de binding van die leden aan deorganisatie of beweging.

Godsdienstige groeperingen kunnen aan menseneen identiteit en referentiekader verschaffen, toege-spitst op het godsdienstig leven. Bovendien geven zijmensen de gelegenheid te participeren in als zinvolervaren godsdienstige rituelen en praktijken. Gods-dienstige groepering kunnen gezien worden als vor-men van institutionalisering van godsdienstig leven.O’Dea schetst een vijftal dilemma’s bij de institutio-nalisering van godsdienst:

a. Het dilemma van de gemengde motivatieb. Het symbolische dilemma (objectivering t.o.

vervreemding)c. Het dilemma van bestuurlijke aard (ingewik-

keldheid en vervreemding)d. Het dilemma van afbakening (concrete defini-

tie t.o. vervanging van de letter door geest)e. Het dilemma van macht (bekering t.o. dwang)

Groepsvorming is ook noodzakelijk voor mensenom hun godsdienstig leven, hun godsdienstige ge-dragingen en opvattingen in stand te houden. In ditverband is het door Berger geïntroduceerde begripgeloofwaardigheid structuur van belang. Geloof-

Page 18: 059 godsdienstsociologie

waardigheid structuur is een verzameling mensen,procedures en geestelijke processen die ingesteldzijn op de taak een specifieke definitie van de werke-lijkheid te laten voortbestaan. Deze dynamiek heeftop hoogst beslissende wijze te maken met elke gods-dienstige verklaring omtrent de wereld, omdat dievormen van verklaring door hun aard zelf niet on-dersteund kunnen worden door onze eigen zintuig-lijke ervaring en daarom hoogst afhankelijk zijn vande sociale ondersteuning.

8. Modernisering van de samenleving

8.1 Modernisering

Voordat gesproken kan worden over het begrip mo-dernisering wordt eerst stilgestaan bij de toedrachtvan modernisering. Door de jaren heen heeft demens zich primitief in stand gehouden door de ge-bruiken en gewoonten van hun eigen volkscultuur.Naarmate de islam zich verder van het Arabischeschiereiland naar het Westen verspreide brachten deArabieren intellectuele eigendommen mee. Deze in-telligentie is verkregen uit de schriftelijke bronnende Heilige Qur’aan en de Ahadith (Tradities van deHeilige Profeet Mohammed, rede zij met hem).

Page 19: 059 godsdienstsociologie

"Hij (Allah Almachtige) leert (mensen) de pen te ge-bruiken (het basis fundament voor kennis); en leert demens hetgeen hij niet weet (een Goddelijke roeping vooronderzoek en uitbreiding van wetenschap, zodat het levengeleid wordt op orthodoxe [soennie] wijze én gehoorzaam-heid aan het Allahs Behagen)." Surah al ‘Alaq (96) vers4-5

Wij constateren uit bovenstaande ayaat (verzen), datkennis een fundamenteel vereiste is om de menselij-ke omstandigheid verder te ontwikkelen. Deze ken-nis heeft ertoe geleid dat de mensheid doorwetenschappelijk onderzoek steeds verder in techni-sche-, economische-, politieke-, culturele ontwikke-ling i.c. modernisering en sociale cohesie terechtkwam.

De auteurs Dekker en Stoffels schrijven in hun boekdat modernisering ertoe geleid heeft, dat de plaats,aard en betekenis van godsdienst in de samenlevinggrondig is gewijzigd. En dit klopt ook als wij naar deontwikkeling van de islamitische godsdienst in zo-

Page 20: 059 godsdienstsociologie

wel het Westen als het Oosten bestuderen. Verderblijkt uit het boek van genoemde schrijvers, dat ver-anderingen in de politieke structuur ook als gevolgvan modernisering is voortgekomen.

Oudste perspectief op de modernisering (Verlich-ting), wordt in dit proces voorgesteld als een ideolo-gische revolutie, dus is modernisering een endogeenen rechtlijnig proces, triomf van de rede.

Sociologisch perspectief op modernisering

Het maatschappelijke veranderingsproces waarbijinstituties tot stand zijn gekomen en kenmerkendzijn voor de moderne samenleving hebben de vol-gende kenmerken.· opkomst van de nationale staten· opkomst van de markt economie· verbreiding van een verstedelijkt samenlevings-

patroon· afbrokkeling van het traditionele religieuze we-

reldbeeld (het ontstaan van verschillende stro-mingen in de monotheïstische wereldreligieszoals de stromingen Ahmadia, Qadianie, AhleQur’aan, de Vrije Metselaargroep, Katholiek enPinkstergemeente).

Page 21: 059 godsdienstsociologie

Kortom, het begrip modernisering verwijst in eersteinstantie naar het geheel van samenhangende maat-schappelijke veranderingen die hebben plaatsgevon-den. Deze veranderingen hebben de overgang totstand gebracht van de traditionele standenmaat-schappij (adel, geestelijken en boeren) naar de mo-derne maatschappij met kantoorfuncties e.d. Echter,bij de Hindoes is deze kastenindeling nog blijvenvoortbestaan.

9. Differentiatie

Differentiatie is een hoofddimensie van modernise-ring en leidt tot een complexe samenleving met ei-gen waarden, normen en functies. Hierbij wordtonderscheid gemaakt tussen sociale - en waardendifferentiatie.

Sociale differentiatie is het proces waarbij sociale een-heden worden ontbonden in deeleenheden die vaakals individueel een eigen leven met specifieke func-ties gaan leiden.

Bij waarden differentiatie groeien de samenlevingssec-toren niet alleen structureel, voor wat betreft vorm-geving, maar ook cultureel voor wat betreft dewaarden uit elkaar.

Page 22: 059 godsdienstsociologie

Differentiatieproces leidt ertoe, dat godsdienst in desamenleving zijn overkoepelende positie verliest envoornamelijk teruggedrongen wordt naar één sa-menlevingsdomein, te weten de religieuze.

Voorbeelden van toenemende differentiatie zijn:· de specialisering die plaats vond in nieuwe fa-

brieken na de industriële revolutie waardoor ta-ken werden uitgesplitst en nieuwe functiesontstonden;

· de toename van functies ten gunste van centrali-sering en bureaucratisering én

· het verzelfstandigen van het onderwijs en deziekenzorg

10. Rationalisering

Rationalisering is een andere hoofddimensie van hetmoderniseringsproces. Deze hangt samen met detechnische- en economische ontwikkeling, met detoenemende interdependentie binnen de samenle-ving en met de daarmee gegeven noodzaak tot plan-ning en control. In de moderne samenleving vraagtmen zich af of het bereiken van bepaalde doeleindenbinnen het arbeidsproces (op basis van planning &control) ook efficiënter kan. Weber noemt deze ge-dachtegang doel rationeel.

Page 23: 059 godsdienstsociologie

Industrialisatie omvat niet alleen een verandering inproductietechniek, maar ook een verandering in deproductieorganisatie (het fabrieksyteem en het logis-tieke systeem waarbij de mens als arbeidskapitaaleen belangrijke rol speelt). In het fabriekssysteemgaan mechanisatie en arbeidsdeling hand in handover, tevens betekent het een scheiding tussen wo-nen en werken.

De ideeën van Taylor (de goeroe van de wetenschap-pelijke bedrijfsvoering = scientific management)leidde tot een verdere rationalisering van het ar-beidsproces.

11. Individualisering

Individualisering wordt omschreven als het proceswaarbij mensen losraken en zich losmaken van detraditionele verbanden zoals familie, lokale gemeen-schap en de kerk én in toenemende mate zelf kunnenbepalen hoe zij hun leven vorm willen geven. Doorhet proces van individualisering staan allerlei van-zelfsprekendheden ter discussie, namelijk door toe-name van keuzevrijheid en keuzedwang. Denkhierbij bijvoorbeeld niet alleen aan materialismemaar ook het zoeken van een levenspartner of hungodsdienstbeleving.

Page 24: 059 godsdienstsociologie

Wij constateren dat vooral in de metropool met zijnnieuwe mogelijkheden voor anonimiteit en zijn se-gregatie van levenssferen (door functionele differen-tiatie en specialisatie) nieuwe vormen vanindividualisering kunnen ontstaan. Aan een anonie-me voorbijganger onthullen mensen soms meer danaan hun naasten.

12. Postmoderne samenleving

Het voorvoegsel ‘post’ in postmodern geeft aan detijd die na de moderne tijd aanbreekt.

Volgens Bauman was het communisme de moderni-teit in zijn meest uitgesproken vorm en betekendehet failliet gaan van het communisme ook het faillis-sement van de moderniteit als zodanig. In Bauman’spostmoderne visie heeft het einde van het commu-nisme niets te maken met Verlichtingswaarden ofidealen, maar alles met hedonistische behoeften(consumptieve behoefte van de mens). In het moder-niseringsproces zit volgens Bauman een inherentgevaar van totalitarisme.

Kenmerkend voor de postmoderne kunst en archi-tectuur is het op speelse wijze herintroduceren enmengen van historische stijlen. Met een voorkeur

Page 25: 059 godsdienstsociologie

voor het eclecticisme, de neiging om verschillendestijlen te versmelten tot iets nieuws (pastiche, pot-pourri). Verder verwerpt men het onderscheid tus-sen high culture en low culture.

Voor postmodernisten is de actieve maatschappijeen antiutopie, omdat control en consensus juistverwerpelijk zijn als toekomstbeeld, pluriformiteit,verscheidenheid en dus als vrijheid wordt bena-drukt (van het planning denkend naar marktden-ken). De kritiek op het postmodernisme is, dat een‘anything goes-filosofie’ tot wetenschappelijk en cul-tureel nihilisme leidt.

De godsdienstsociologie denkt na over de toekomstuit nieuwsgierigheid en om eventueel te kunneninterveniëren. In de postmoderne visie kent de sa-menleving geen omvattende ontwikkeling, geenrichting en zeker geen vooruitgang. Het einde vande wereld is nabij.

13. Secularisatie

Inhoudelijk gezien heeft de term ‘secularisatie’ be-trekking op veranderingen in de betekenis en deplaats van godsdienst en samenleving. Concreter: opeen proces waardoor (aspecten van) het leven en

Page 26: 059 godsdienstsociologie

samenleven van de mensen onttrokken wordt aan deoverheersing of begeleiding van godsdienstige insti-tuties en symbolen. Het secularisatieproces wordtvaak gekoppeld aan het moderniseringsproces.Hieruit kunnen we, mede op basis van onderzoekconcluderen: ‘De secularisatiehypothese waarinwordt verondersteld dat de moderne samenlevingeen geseculariseerde is in de zin dat het religieuswaardencomplex minder verbonden is met de overi-ge waardendomeinen kunnen we bevestigen’.

Secularisatie kunnen we omschrijven als het vermin-deren van de betrokkenheid op een als transcendentervaren werkelijkheid. Concreter gezien, wil ze han-teerbaar zijn kunnen we deze omschrijving in eendrietal deelvragen opsplitsen:

a) Secularisatie als vermindering van de godsdienstig-heid van mensen, hierbij valt te denken aan eenverminderde kerkelijkheid en kerkelijke activi-teit.

b) Secularisatie als beperking van de reikwijdte van degodsdienst, de optredende ontzuiling en deconfes-sionalisering is hiervan een symptoom. Verzelf-standiging en individualisering spelen hierbijook een grote rol. Godsdienst wordt steeds meereen privéaangelegenheid.

Page 27: 059 godsdienstsociologie

c) Secularisatie als aanpassing van de godsdienst, hier-bij bedoelt men dat de godsdienst zich aanpastaan de ontwikkelingen binnen de samenleving.

Uit het bovenstaande kunnen we heel het veld be-strijken van veranderingen met betrekking tot degodsdienst: (1) het individuele leven, (2) de samenle-ving, (3) de godsdienstige systemen.

13.1 Vermindering van de godsdienstigheid

a) Godsdienst is veranderd van objectieve nood-zaak in subjectieve keuze.

b) De veranderde positie, marktpositie, van gods-dienst en kerk in de samenleving. De kerk is ineen concurrerende positie terecht gekomen. Dekerk moet nu meer naar buiten treden.

13.2 Beperking van de reikwijdte van de gods-dienst

a) Het differentiatieproces. Het godsdienstige enkerkelijk leven is een afzonderlijke samenle-vingssector geworden. Kaufmann spreekt in ditverband over de ‘verkerkelijking van het christen-dom’: de godsdienst trekt zich als het ware terug

Page 28: 059 godsdienstsociologie

uit de wijdere samenleving en sluit zich op bin-nen de kerkelijke sector van de samenleving.

b) Het privatiseringsproces. De godsdienst concen-treert zich in toenemende mate in de persoonlijkewereld van de mensen. Hierdoor zal de gods-dienst een geringere reikwijdte hebben en duseen minder belangrijke plaats innemen in hetleven en het samenleven van mensen.

c) De werking van godsdienst verandert. De na-druk is steeds meer komen te liggen op de ver-troostende werking van de godsdienst en deuitdagende werking, om mensen te motiveren totsociaal engagement, ervan is verzwakt.

13.3 Aanpassing van de godsdienst

a) Het accepteren of zelfs bevorderen van het pro-ces van privatisering van de godsdienst, waar-door ook in het kerkelijk leven het geloof naast ofsoms zelf tegenover de rest van het (samen)levenkomt te staan, kan gezien worden als een aanpas-sing aan de processen van differentiatie en seg-mentatie in de samenleving en in het leven vande mensen.

b) Een verschuiving van orthodoxie naar ethicalis-me. Daarmee bedoelt men dan een verschuivingvan een situatie waarin de nadruk wordt gelegd

Page 29: 059 godsdienstsociologie

op godsdienstige en kerkelijke leerstellingen, inde richting van een situatie waarin de ethischeopvattingen en het gedrag meer beklemtoondworden.

c) Aanpassingen zien we ook in de inhoud van deleer, in de ideologie, waarbij de nadruk meerkomt te liggen op het hier en nu, op de mens enop de mens in déze wereld. We zouden dezeveranderingen kunnen aanduiden met de term‘horizontalisering’.

14. Feitelijke ontwikkeling

Godsdienst en kerk zijn minder constituerend ge-worden voor het samenleven en de samenlevingsin-richting. Dit blijkt uit de volgende verschijnselen:

· Functieverlies van de kerk, denk bijvoorbeeldaan de vroegere armenzorg.

· Ontzuiling.· Aard van de kerken als organisaties, de kerken

verliezen hun monopolypositie betreffendewaarden en levens.

· Moskeeën nemen hun positie in voor de bijdra-ge aan de verzorgingsstaat.

Page 30: 059 godsdienstsociologie

Geraadpleegde literatuur

· Dekker, G. en H.C. Stoffels, Godsdienst en Sa-menleving, een introductie in de godsdienstsocio-logie, 2005.

· Dam, N.H. van en J.A. Marcus, Een praktijkge-richte benadering van Organisatie en Manage-

ment, 3e druk, 1999.· Heilige Qur'aan

· Robbins, S.P., Organizational Behavior, 9Th edi-tion, 2001.

· Sahih Bukhari en Sahih Muslim· Wijsman, E., Psychologie & Sociologie, 1992· Wilterdink, N. en B. van Heerikhuizen, Sa-

menlevingen, 1989

Page 31: 059 godsdienstsociologie