17-7-20141 het paard als therapeut therapeutisch paardrijden: werkt het eigenlijk wel? jelle drost
TRANSCRIPT
04/12/23 1
Het paard als therapeut
therapeutisch paardrijden:
werkt het eigenlijk wel?
jelle drost
Waarom paarden als spiegel?
• Een paard kan niet liegen.
• Een paard (ver)oordeelt niet.
• U kunt een paard niet controleren.
• Een paard leeft in het NU moment.
• Een paard is heel duidelijk in zijn communicatie.
Paarden gebruiken geen woorden om te communiceren. Ze gebruiken hun lichaamstaal. Hun lichaamstaal kan niet verkeerd geïnterpreteerd worden. Ze is heel duidelijk. Er bestaat geen verwarring. Er zijn geen misverstanden. U weet meteen waar u staat.
Denk hier even over na … heeft u ooit een menselijke coach ontmoet die niet kan liegen, die niet (ver)oordeelt, die niet gemanipuleerd kan worden, die altijd in het NU moment leeft en die altijd duidelijk is in zijn communicatie?
04/12/23 4
Onderzoek en effectmeting
• Dijkstra, A. (2010)Effectonderzoek naar Equitherapie bij
jongeren in een residentiele hulpverlening. Groningen, Rijksuniversiteit Groningen
•Huitema, E. (2011)Pilot Equitherapie. Leeuwarden,
Stichting Zorgpks
Chiron Fryslan (www.chiron-fryslan.nl)
04/12/23 5
Effectmeting
• Geen uitval (zorgtrouw)
• Probleemreductie
• Doelrealisatie
• Cliënttevredenheid
• Kwaliteit van bestaan
Onderzoeksresultaten
• Positieve ontwikkeling (0 < 1)• Plezierige ervaring• Toename zelfvertrouwen
04/12/23 7
Conclusie en discussie
• Onderzoeksgroepen te klein• Therapie te kort• Doelgroepen definiëren • Methodiekafbakening • Doelafstemming doelgroep en methodiek• Observatieprotocol
04/12/23 8
Fasen tijdens therapieChiron Fryslan (www.chiron-fryslan.nl)
• Contact maken• Poetsen en opzadelen• Warming-up • Werken• Wensoefening• Verzorgen en beloning geven• Afscheid nemen
trefwoord lopen wijken afstand longeren loswerkenfysiotherapie
controle x x x xlichaamshouding x x xnon-verbaal x x x x xcommuniceren x x x x xzelfvertrouwen x x x x ximpulsregulatie x x xemoties x x xleidersrol xinstructies xsoc. Vaardigheden x xontspannen xvertrouwen x
trefwoord lopen wijken afstand longeren loswerken fysiotherapie
controle x x x x
lichaamshouding x x x
non-verbaal x x x x x
communiceren x x x x x
zelfvertrouwen x x x x x
impulsregulatie x x x
emoties x x x
leidersrol x
instructies x
soc. vaardigheden x x
ontspannen x
vertrouwen [email protected]
Doelstellingen Praktijk EquiTrust
Doelgroepen [email protected]
• Gedragsproblemen• Schoolgerelateerde problematiek• Opvoedingsproblemen• Angst / faalangst• Sociaal emotionele problematiek• ADHD (hyperactiviteit)• ADD (o.a. slechte concentratie, niets kunnen afmaken) • NLD (Niet verbale leerstoornis)• Autisme (Asperger, PDD-NOS)
Wie maakt contact?
Onderzoeksinstrumenten
• Strengths and Difficulties Questionnaire (SDQ)
• Goal Attainment Scaling (GAS)
Strengths and Difficulties Questionnaire (SDQ)Vragenlijst Sterke Kanten en Moeilijkheden
• 25 vragen• Verschillende leeftijdsgroepen (3-4; 4-16; 11-16)• Follow-up versies• Ouders, leerkrachten en jongere (alleen 11-16 jr.)
• Houdt rekening met gevoelens van anderen• Aardig tegen jongere kinderen• Is snel angstig• Heeft veel zorgen• Wordt gepest door andere kinderen
(www.sdqscore.net)
12-04-23 14
Goal Attainment ScalingYperen, T. van & Steege, M. van der (2007)Voor het goede doel. Amsterdam: SWP
• Meten van doelrealisatie
• Hulpverlener en cliënt spreken indicatoren af• Hulpverlener en cliënt stellen normen vast• Met indicatoren en normen evalueren na afgesproken tijd• Scores:
- 1: situatie ongunstiger 0: situatie als bij start+ 1: situatie gunstiger, maar doel niet gehaald+ 2: situatie veel gunstiger, doel gehaald
Goal Attainment Scale
GAS 1e beoordelaar 2e beoordelaar 3e beoordelaar 4e beoordelaar
+2 (bereikt)
+1 (stap op weg)
0 (beginsituatie)
-1 (achteruitgang)
12-04-23 17
Techniek van het doelen stellen
• Zo concreet mogelijk
• Aansluitend bij de wensen en mogelijkheden en krachten van cliënt en hun omgeving
• Productdoelen (toetsbare eindtermen)
• Procesdoelen (werkpunten)
• Middelen en onderbouwing
• Evaluatie/toetsing
• Eenvoudig en overzichtelijk
12-04-23 18
SMARTIES
• S - Specifiek• M - Meetbaar• A - Aanvaardbaar• R - Realistisch• T - Tijdgebonden• I - Inspirerend• E - Eigen aandeel • S - Samenwerken
Factor en percentage effect(Lambert, 1992)
• Cliënt- en omgevingsfactoren 40%
• Algemeen werkzame factoren 30%
• Placebo-effect 15%
• Methodiek 15%
Algemeen werkzame factoren
• Onderling gerelateerd
• Drie invalshoeken:- cliënt (kind, jongere, volwassene, gezin)- interventie (methode, techniek, theorie)- uitvoering (werker, organisatie)
Algemeen werkzame factoren
• Aansluiten bij motivatie van de cliënt
• Goede structurering van de interventie
• Aansluiting type interventie en probleem client
• Professionaliteit van de hulpverlener
• Programmatrouw
• Goede kwaliteit relatie cliënt-hulpverlener
• Goede werkomstandigheden hulpverlener
12-04-23 22
Houding Therapeut
• De cliënt is de moeite waard
• Echte betrokkenheid tonen
• Richten op wat goed gaat
• Respect voor perspectief cliënt
• Kennis en informatie geven
• Vertrouwen in veranderbaarheid
• Inspelen op krachten van cliënt
• Terugval zien als noodzakelijke heroriëntatie doelen en werkwijze
12-04-23 24