de onderwijsvisie - breitner academie › media › lichtingen › docs › ...de manier waarop het...

74
De onderwijsvisie van het Grafisch Lyceum Utrecht in de praktijk. Auteur: Helene Hendrika van Essen Amstel 142 3961 HM Wijk bij Duurstede Klas: VT4B Studentnummer : 100615513 Telefoon: 06 57 76 70 65 Naam onderzoeksbegeleider: Emiel Heijnen Datum van inlevering: 11 april 2016 Naam opleiding : Academie voor Beeldende Vorming – Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten

Upload: others

Post on 27-Jun-2020

5 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

Page 1: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

D o o r

H e l e n e H e n d r i k a v a n E s s e n

De onderwijsvisie van het Grafisch Lyceum Utrecht in de praktijk. Auteur: Helene Hendrika van EssenAmstel 142 3961 HM Wijk bij DuurstedeKlas: VT4BStudentnummer : 100615513

Telefoon: 06 57 76 70 65Naam onderzoeksbegeleider: Emiel HeijnenDatum van inlevering: 11 april 2016 Naam opleiding : Academie voor Beeldende Vorming – Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten

Page 2: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

“De samenleving vraagt nieuwe onderwijsvormen en het is goed dat zoveel docenten daarnaar zoeken”

- Monique Volman

Page 3: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Inhoud

Hoofdstuk 1 : Inleiding1.1 De aanleiding van het onderzoek 41.2 De probleemstelling 5 1.3 Mijn doelstelling 7 1.4 De relevantie van het onderzoek 7 1.5 Onderzoeksvragen 81.6 De methode 8 1.7 Leeswijzer 9

Hoofdstuk 2 : Dit is MOP 102.1 De opzet van het vak MOP De kenmerken Mijn MOP lessen

Hoofdstuk 3 : De ervaringen van de leerlingen en de docenten 123.1 De persoonsgerichte pijler 12 3.2 De toekomstgerichte pijler 14 3.3 De praktijkgerichte pijler 173.4 Excentriek en Intrinsiek motiveren 18

Hoofdstuk 4 : Conclusie en aanbevelingen 20

Bijlagen B1 Dankwoord 24B2 Kritische reflectie 25B3 Literatuurlijst 27 B4 Interviewlijst docent 28 B5 Interviewlijst studenten 31B6 Interview getranscribeerd docent 34 B7 Interview getranscribeerd studenten 41 B8 Codebomen student & docent 56B9 Observaties lessen MOP 70B10 Het Vulkaanmodel 72

3

Page 4: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

H1Inleiding1.1 Aanleiding van het onderzoek

Het Grafisch Lyceum in Utrecht is een school voor grafimedia. Leerlingen en docenten hebben affiniteit met vormgeven, technologie, interactie en ondernemen. Het merendeel van de vakken wordt op de traditionele manier gegeven. Dit houdt in dat de docent vaak een kennisoverdrager is en voor de klas staat terwijl de leerlingen luisteren of werken. Denk aan de lessen: Nederlands, Engels, en wiskunde maar ook Adobe Illustrator en Photoshop.

De praktijkgerichte vakken zijn een stuk vrijer voor de leerlingen, maar zijn nog steeds erg docentgestuurd. De leerling bewandelt een pad dat van te voren is uitgestippeld door de docent en er wordt een eindproduct verwacht met de bijbehorende vastgestelde eisen. Er is echter een vak dat zichzelf hierin onderscheidt. Namelijk het vak: My Own Project, dat binnen de school wordt afgekort tot MOP. Gedurende dit onderzoek zal ik de afkorting MOP blijven gebruiken. Het vak MOP is een vak dat drie jaar geleden als experiment is ontstaan en inmiddels in het curriculum van het Grafisch Lyceum is opgenomen. Tijdens deze lessen zijn de leerlingen vrij om zelf iets te gaan leren dat tijdens de studie Interactief Vormgeven niet aan bod komt. Denk aan het leren maken van huisstijlen, filmpjes monteren of maken van logo’s. De voorwaarden zijn dat het project dat de leerling kiest studiegerelateerd is én moet worden goedgekeurd door de docent.

De docent kijkt samen met de leerling of het project zinnig is, of het binnen een tijdsbestek van 9 weken haalbaar is en of het aansluit bij de opleiding. Hij of zij doet dat door middel van een gesprek met de leerling, die een plan van aanpak heeft opgesteld met de ideeën voor het eventuele eindproduct. Deze gesprekken vinden in de eerste of de tweede les plaats.

Er is daarnaast geen vast schema of model waar deze lessen aan moeten voldoen en de focus ligt vooral op het proces en het kunnen verwoorden van de leeropbrengst aan het einde van de 9 weken. Dit is één blok en een schooljaar bestaat uit 4 blokken (periodes). Het vak en de didactische methode (of het ontbreken daarvan) van My Own Project gaf mij de aanleiding om te gaan onderzoeken hoe MOP aansluit bij de visie van de school. Vooral omdat het erg afwijkt van de andere lessen die tijdens de opleiding Interactief Vormgeven aan bod komen, die dus op de traditionele manier gegeven worden.

Page 5: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

1.2 De probleemstelling

De docent heeft tijdens de les MOP een meer coachende rol dan een zogenaamde traditionele docent. Dit wil zeggen dat de docent niet langer voor de klas staat en enkel informatie geeft die de leerling tot zich moet nemen. De manier van lesgeven tijdens MOP is anders omdat de docent tijdens de les participeert. Daarnaast spreekt de docent iedere leerling individueel aan per week om te kijken hoe de leerling er voor staat. De leerling wordt op deze manier gecoacht. Deze manier van lesgeven is vernieuwend binnen het Grafisch Lyceum Utrecht, maar wekt naast enthousiasme ook vragen bij mij op.

Volman en Simons hebben al veel geschreven over het nieuwe leren en het sociaal constructivisme. Deze twee visies op onderwijs gaan er van uit dat je leerlingen zo veel mogelijk moet activeren om eigen kennis te construeren, aansluitend bij wat zij al weten en kunnen. De leerlingen hoeven dit niet alleen te doen, maar samen met medeleerlingen en de docent, zodat het hen dwingt actief te zijn. Het onderwijzen wordt hierdoor het creëren van een leeromgeving waarin leerlingen worden gestimuleerd, geholpen en begeleid in het samenwerken met anderen (Volman, 2006; Simons, 2000).

Voor een kleine vakschool zoals het Grafisch Lyceum Utrecht, waar leerlingen worden opgeleid om klaar te zijn voor het bedrijfsleven van de grafische industrie, is het interessant om te zien of het vak MOP daar een bijdrage aan kan leveren. Deze visie is geformuleerd door een werkgroep bestaande uit docenten van ieder team, teamleiders Patrick Baas en Marjolein de Jager en Muriël Jansen van Open View Consult. Het Strategisch Beleidsplan en de invoering van het hernieuwde Kwalificatiedossier voor het MBO gaven de aanzet voor de ontwikkeling van een nieuwe visie op onderwijs. Hieronder zijn de drie pijlers van de vernieuwde onderwijsvisie te zien:

Toekomstgericht onderwijs Studenten worden opgeleid tot nieuwsgierige vakmensen voor de creatieve industrie. Er wordt veel aandacht besteed aan de communicatieve en sociale vaardigheden van de studenten. We prikkelen nieuwsgierigheid en stimuleren creativiteit en flexibiliteit. We vinden het belangrijk dat studenten fouten maken.

Praktijkgericht onderwijsStudenten worden voorbereid op hun latere loopbaan. De inhoud van het beroepsonderwijs wordt ingevuld in nauw overleg met de creatieve industrie. Realistische praktijkopdrachten zijn hier een onderdeel van. Studenten en docenten zijn samen verantwoordelijk voor het individuele leerproces. 5

Page 6: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Persoonsgericht onderwijs De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn tempo en leerstijl. Onze studentbegeleiding en de leeromgeving zijn erop gericht dat elke student zich maximaal kan ontwikkelen. De docent is een rolmodel. Hij inspireert, motiveert en leert de student het beste uit zichzelf te halen. Door bewuste keuzes te maken over de manier waarop hij de lesstof overdraagt en door het creëren van een prettig groepsklimaat.

De drie pijlers geven duidelijk aan op de toekomst gericht te zijn en vormen de basis van het onderwijs op het Grafisch Lyceum Utrecht (Baas, De Jager & Jansen,2015). Daarnaast heeft de vernieuwde onderwijsvisie veel overeenkomsten met het nieuwe leren. Het nieuwe leren is een visie die onderwijskundig wortelt in het sociaal constructivisme (Dolmans, 2012). Termen zoals: zelfstandig leren, zinvol leren, geïnspireerd leren, zelfverantwoordelijk leren, levensecht leren en coöperatief leren behoren allen tot het nieuwe leren. Al deze varianten van leren hebben als doel de leerlingen actiever en met meer eigen betrokkenheid op te laten bouwen (Volman, 2006). Daarnaast wil men aansluiten bij de (authentieke) wensen en behoeften van de leerlingen en levensechte (authentieke) leeromgevingen creëren.

Deze termen over het nieuwe leren zie ik terug in de visie van het Grafisch Lyceum Utrecht. Zo staat er bijvoorbeeld in de pijler ‘toekomstgericht’ dat er nieuwsgierigheid geprikkeld wordt en creativiteit en flexibiliteit worden gestimuleerd. En om nog een voorbeeld te geven: In de pijler ‘praktijkgericht’ wordt aangegeven dat realistische praktijkopdrachten een onderdeel van de opleidingen zijn en docent en leerlingen samen verantwoordelijk zijn voor het individuele leerproces. De termen zelfverantwoordelijk, levensecht, zinvol, zelfstandig en geïnspireerd leren (Volman, 2006) zijn dus ook van toepassing op de vernieuwde onderwijs visie van het Grafisch Lyceum Utrecht.

De Bruijn (2007) schrijft dat er juist door het nieuwe leren meer problemen ontstaan. En dat de gevolgen hiervan dan ook pijnlijk zichtbaar zijn. Er is kritiek op twee punten, namelijk: het ideologische karakter van de beoogde onderwijsvernieuwingen en het feit dat het nieuwe leren het onderwijsniveau in gevaar zal brengen omdat er niks meer van leerlingen geëist zou worden. De critici van het nieuwe leren noemen het nieuwe leren een onderwijskundige ideologie wijzen er op dat het niet wetenschappelijk onderbouwd is . Ook stelt De Bruijn dat veel docenten er niet voor zijn opgeleid om als coach te fungeren tijdens de lessen en weinig individuele interesse tonen.

Page 7: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

1.3 Mijn doelstelling

Met dit onderzoek wil ik te weten komen hoe het vak MOP in de praktijk werkt en hoe de leerlingen het vak ervaren. De resultaten die hier uitkomen wil ik aanbieden aan de school met daarin een antwoord of de vernieuwde onderwijsvisie terugkomt bij het vak MOP. Hiermee wil ik een aanbeveling doen aan het Grafisch Lyceum Utrecht. Ik hoop met dit onderzoek meer inzicht te krijgen in een andere manier van lesgeven en hoop zo de verschillen te ervaren tussen de traditionele rol van de docent en de coachende rol van de docent.

1.4 De relevantie van het onderzoek

Het onderzoek is grotendeels ontstaan vanuit mijn eigen interesse voor het nieuwe leren en onderwijsvernieuwing. Het vak MOP paste daar in mijn ogen goed bij omdat het overeenkomsten met elkaar heeft. Daarnaast kan het onderzoek voor het Grafisch Lyceum Utrecht waardevol zijn om te bepalen of de vernieuwde visie wel terugkomt in de lessen van My Own Project. Vooral omdat het vak zo anders is dan de andere vakken binnen de opleiding Interactief Vormgeven. Andere scholen kunnen hier ook informatie uit halen en nagaan of hun eigen visie aansluit bij die van het nieuwe leren. Bussemaker (2015) stelt dat onderwijsinstellingen zichzelf responsief zullen moeten opstellen naar de omgeving en docenten de ruimte moeten geven om zo het onderwijs van de toekomst vorm te geven. MOP kan een inspiratiebron zijn voor andere docenten en opleidingen die zouden willen werken met een andere, vernieuwende manier van lesgeven. Vooral voor beeldende docenten is dit onderzoek relevant, omdat het bij beeldende vakken makkelijker is af te wijken van de gegeven methode. En het eventueel als experiment toegepast kan worden. Omdat ik de periode na afloop van dit onderzoek opnieuw het vak MOP ga geven is het voor mij als docent relevant om te zien wat ik kan veranderen in mijn aanpak en participatie in de lessen. Ik hoop aan het einde van mijn onderzoek een advies aan te bieden aan het Grafisch Lyceum Utrecht waarin de resultaten en ervaringen van het vak MOP naar voren komen. Ook zal ik een uitspraak doen over de mate waarin de vernieuwde onderwijsvisie terug te zien is in de les.

7

Page 8: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

1.5 Onderzoeksvragen

Hoofdvraag

Hoe komt de vernieuwde onderwijskundige visie van het Grafisch Lyceum Utrecht terug bij het vak MOP?

Deelvragen

Hoe verloopt het proces van MOP en hoe ervaren leerlingen dit?Hoe ervaren docenten het vak MOP?

1.6 De methode

ActieonderzoekDe methode die ik heb gebruikt voor mijn onderzoek is een actieonderzoek. Een actieonderzoek kenmerkt zich doordat de onderzoeker samen met de betrokkenen een nieuwe aanpak ontwikkelt en uitprobeert. Na afloop wordt er geëvalueerd en gereflecteerd. De onderzoeker is een participerend lid en voert het onderzoek samen met de betrokkenen uit. Daarnaast is de onderzoeker in gesprek met collega’s. Het verloop van het onderzoek wordt beïnvloed door zowel de onderzoeker als de deelnemer (Wester, Renckstorf, & Schepers, 2004). Omdat ik zelf tijdens de lessen participeer en ik samen met de leerlingen de les vormgeef, is een actieonderzoek een relevante manier van onderzoeken. Daarnaast ben ik niet de enige docent in deze periode en ben ik regelmatig in dialoog met een andere collegadocent die dit vak ook geeft aan dezelfde klas.

ObservatiesTijdens het onderzoek observeerde ik wekelijks leerlingen tijdens mijn lessen. Deze data verzamelde ik in een Exeldocument waarbij ik heb gelet op de individuele vorderingen van de leerlingen. Daarnaast maakte ik iedere week een korte samenvatting van de les, vatte ik opvallendheden samen en maakte ik een overzicht van de gekozen projecten. Deze observaties vulde ik na afloop van de les in. Om het overzichtelijk te houden voor mijzelf werkte ik met verschillende kleurblokken. De kleur groen betekende dat de leerling goed op weg is. De kleur rood betekende dat de leerling vastliep en de kleur oranje was een twijfelgeval.

InterviewsVoor het afnemen van de interviews maakte ik gebruik van een topicinterview. Een topicinterview wordt gebruikt in kwalitatief onderzoek en met name bij onderzoeksmethoden als individuele interviews en groepsinterviews. De topiclijst

Page 9: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

wordt gebruikt als geheugensteun en leidraad om het interview vorm te geven (Wester, Renckstorf, & Schepers, 2004). De interviewvragen zijn geformuleerd in de taal die overeenkomt met het referentiekader van de respondenten. De namen van de geïnterviewde leerlingen worden geanonimiseerd in verband met hun privacy. Na afloop van de interviews worden de uitkomsten geanalyseerd. Er ontstaan thema’s die ik rangschikte in een codeboom.

De respondenten werden geselecteerd door middel van een rondvraag in de les. Hierbij stel ik leerlingen de vraag om mee te werken aan mijn onderzoek. Omdat ik verschillende leerlingen wilde interviewen mocht iedereen in de klas zich voor het interview aanmelden. Voor de medewerking aan het onderzoek kregen de leerlingen een tegoedbon cadeau. Het topicinterview bestaat uit 3 thema’s en 17 vragen. Het audiomateriaal is opgenomen met een iPhone 5s in een aparte ruimte binnen de school. Tot slot is er een topicinterview afgenomen met collega Susan Au die ook de lessen MOP heeft gedraaid. Deze vragen zijn vrijwel hetzelfde als de vragen aan de leerlingen, maar meer toegespitst op de docent.

Uitkomsten analyserenDe uitkomsten van mijn onderzoek werden deductief geanalyseerd. Dit houdt in dat er op basis van de drie pijlers werd gekeken in hoeverre de observaties en interviews hiermee overeenkomen. De thema’s die hieruit zijn ontstaan zullen de leidraad vormen in hoofdstuk 2 van mijn onderzoeksverslag.

1.7 Leeswijzer

In hoofdstuk 2 wordt benoemd wat de opzet van het vak MOP is, hoe ik dit als docent heb aangepakt en wat mijn beweegredenen daar voor waren. In hoofdstuk 3 ga ik verder in op de ervaringen van de leerlingen en die van mij en mijn collegadocent. Alle drie de pijlers komen aan bod en worden besproken aan de hand van de interviews en observaties. Aan het einde van iedere pijler is een korte samenvatting. Tot slot ga ik in op de manier waarop de leerlingen gemotiveerd worden en wat voor een effect dit heeft voor leerling en docent. In de eindconclusie doe ik mijn aanbevelingen aan de school en zal ik antwoord geven op mijn hoofd en deelvragen.

9

Page 10: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

H2 Dit is MOP.2.1 De opzet van het vak MOP

De kenmerkenHet vak MOP wijkt af ten opzichte van de andere vakken die de leerlingen Interactief Vormgeven volgen. Er is geen vaste planning, iedereen bepaalt zelf wanneer en wat hij of zij maakt en de focus ligt vooral bij het proces in plaats van het eindproduct. In 9 weken tijd (één periode) werken de leerlingen aan een gekozen project. Dit traject is voor iedere leerling anders en uniek. In week 1 bedenken de leerlingen een onderwerp, gaan daar vervolgens mee aan de slag en in week 9 is de presentatieronde. De lessen worden 1.5 uur per week gegeven. In totaal heeft de leerling dus 12 uur de tijd om binnen school er aan te werken. Er wordt tijdens MOP geen huiswerk gegeven. Hier is de leerling zelf verantwoordelijk voor.

Mijn MOP-lessenDe periode dat ik de lessen MOP gaf duurde 8 weken in verband met de assessmentweek. De leerlingen hadden dus één week minder dan gewoonlijk. Bij de start van les één heb ik mijzelf voorgesteld. Ik heb de leerlingen aangegeven dat ik een leraar in opleiding ben en dat ik tijdens de lessen verslaglegging zal doen van het vak en de klas. Met als doel er achter te komen of de onderwijs visie van het Grafisch Lyceum Utrecht is terug te zien bij het vak MOP. Ik heb aangegeven dat er bij de les MOP alles mogelijk is en er niet iets gemaakt hoeft te worden gebonden aan een computer of Interactief Vormgeven. Dit laatste was een risico omdat ik wist dat mijn collega Susan Au dit wel als eis stelde. Uiteindelijk waren er drie leerlingen die van dit pad hebben afgeweken. Ik was niet de enige docent. Er waren lessen waarbij mijn collega Susan Au ook het vak MOP aan klas 2IV2 heeft gegeven. Dit omdat mijn lessen in elkaar overliepen en de klas anders een uur zonder docent zou zitten.

Iedere les startte ik door de groep te vragen “Hoe is het er mee?” “Wie loopt er vast?” En regelmatig kwamen er gelijk vingers omhoog. Ik gaf geen enkele les een stappenplan. Dit liet ik open voor de leerlingen om te kijken of ze daarmee konden omgaan. Ik wilde de leerlingen hiermee minder het gevoel geven in een klaslokaal te zitten maar meer in een werkplaats waar mooie dingen gemaakt worden. Mijn eigen enthousiasme werkte daarbij ook mee, vaak heb ik leerlingen tips gegeven

Page 11: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

naar leuke websites, of handige apps en filmpjes. Om de periode af te sluiten was er een presentatieronde. Hierin lieten de leerlingen het gemaakte proces en eventuele eindproduct zien. Aan de presentatie had ik de volgende eisen gesteld:

De leerling laat een proces zien.De leerling zorgt dat het gemaakte proces en product er representatief uitzien.De leerling kan gemaakte keuzes en tegengekomen problemen goed verwoorden.

Iedere docent beoordeelt anders tijdens de lessen MOP. Ik heb er deze periode voor gekozen om de focus te leggen op het proces, de presentatie en tot slot het eventuele eindproduct. Bij de start van de eerste les heb ik duidelijk genoemd dat het eindproduct geen vereiste was en dat het vooral ging om het kunnen benoemen van het leerproces en het goed kunnen presenteren van het proces of het eventuele product. Ik heb de klas opgesplitst in twee groepen, die ik willekeurig heb samengesteld. Ook heb ik er voor gekozen de leerlingen elkaar te laten beoordelen. Dit deden zij aan de hand van een post-it met daarop een tip en top voor iedere leerling. Na afloop van de presentaties nam ik deze notities in en typte ik dit voor iedere leerling uit, waarna ze de feedback per e-mail ontvingen.

MOP is voor mij een nieuwe manier van lesgeven, waar ik al tijden over fantaseerde tijdens mijn andere stages. Dit omdat ik een gebrek aan individuele coaching en autonomie miste tijdens de lessen die ik gaf. Het is dan ook geen verrassing dat ik hier “ja” op heb gezegd toen ik de kans kreeg de lessen MOP te gaan geven. De eerste periode heb ik meegelopen met collega Susan Au om kennis te maken met het vak.

11

Page 12: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

H3 Ervaringen van de leerlingen en de docent.

De uitkomsten van dit hoofdstuk zijn tot stand gekomen door de observaties en in-terviews deductief te analyseren. De drie pijlers van de onderwijsvisie zijn de leidraad geweest. Hieruit zijn thema’s ontstaan. Sommige thema’s pasten onder verschillende pijlers. Ik heb een keuze gemaakt welke thema’s het beste bij de desbetreffende pijler pasten. Naast de thema’s heb ik zelf nog een ander thema ontdekt, namelijk het ex-trinsieke en intrinsieke motiveren van leerlingen. Dit zal apart worden besproken.

3.1 Persoonsgerichte pijler.

In de persoonsgerichte pijler ligt de nadruk op de leerbehoefte van de leerling. De leerling moet zichzelf binnen de school maximaal kunnen ontwikkelen en de docent is daarbij een rolmodel. Ook staat er in de pijler dat de docent bewuste keuzes maakt in de manier waarop hij of zij de lesstof overdraagt. De waarnemingen die ik deed met leerlingen zijn als volgt: Beau gaf aan het persoonsgerichte niet te ervaren omdat hij de lessen erg massaal vindt en hij soms de docent een paar lessen achter elkaar niet had gesproken. Ook Johan was het daar mee eens en zei daar over: “Ja ik weet niet, er wordt gewoon héél vaak klassikaal uitgelegd.” De andere geïnterviewde leerlingen gaven hetzelfde probleem aan. Klassikale uitleg bij MOP wordt als negatief ervaren. Wat hiervan de reden is, was niet uit de geanalyseerde data te achterhalen en vraagt dus om een vervolgonderzoek.

Het vak MOP werd regelmatig in de wandelgangen omschreven door leerlingen als “Oh MOP even lekker niks doen.” Dit merkte ik enkele keren op in de pauzes. Beau liet merken dat hij dit heel erg vond en zei daar over: “Ja precies ja, ik vind soms dat het hier een beetje is van, dat het niet uitmaakt of je je best heb gedaan, als je maar aanwezig bent geweest.” Als docent vond ik dit natuurlijk erg om te horen. Ik heb er deze periode mijn best voor gedaan dit de leerlingen niet meer te laten ervaren door de keuze te maken de aanwezigheid niet mee te nemen in het eindcijfer om zo dit probleem van onrechtvaardigheid te voorkomen.

Ik legde de focus tijdens de lessen MOP vooral op het stimuleren en prikkelen van

Page 13: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

de studenten en probeerde aan de hand van tussentijdse gesprekjes te peilen hoe de leerlingen met hun project bezig waren. Wat volgens collega Susan Au wel een lastig punt is, is om als docent onzichtbaar te blijven omdat je tijdens het feedback geven soms te veel je mening doordrukt en het uiteindelijk meer jouw project wordt dan dat van de leerling. Het feit dat de leerling zichzelf vaak niet gezien voelt, kan dus komen doordat de docent er voor kiest de leerling zo veel mogelijk zelf te laten oplossen en laat werken vanuit een gedreven oplossingsgerichte houding. Dit is de methode waarmee Susan te werk gaat. Ik koos er voor om de leerlingen iedere week te spreken om zo de leerlingen het gevoel te geven dat ik er voor ze was. “De student moet aan het einde het gevoel hebben dat ze het zelf hebben gemaakt,” gaf Susan aan. . Ze vertelde dat ze het soms moeilijk vond als zij veel had bedacht, maar dat de leerlingen na afloop met trots tegen klasgenoten zeiden “Kijk dit heb ik gemaakt!.” “Maar uiteindelijk is dat wel het doel van het vak” zegt ze. “Als docent moet je onzichtbaar zijn.” Het feit dat Susan de leerling het gevoel wil geven het project zelf afgerond te hebben is naar mijn mening een goede methode. Ik heb dit zelf ook toegepast binnen mijn lessen, al ben ik wel van mening dat je daarbij niet de leerling alles zelf hoeft te laten uitzoeken.

Tijdens de eindpresentaties experimenteerde ik met de didactiek. Ik wilde de leer-lingen allemaal aan bod laten komen in een veilige kleine omgeving. Regelmatig gaf ik in de lessen aan de focus niet te veel op de eindpresentatie te leggen, maar meer op het proces. Feedback stond centraal bij mij. Collega Susan Au denkt hetzelfde over presenteren. Ze vertelde dat ze niets om de manier van presenteren of de kwaliteit van de presentatie geeft, omdat ze niet wil dat er stress ontstaat bij de leerlingen. Het gaat om de inhoud en niet om de flitsende PowerPointpresentatie. Veel leerlingen gaven aan dat ze het fijn vonden dat we zo relaxt met de presentaties om gingen. Su-san vertelde dat de leerlingen het enorm waardeerden. Wij waren het er samen over eens dat MOP een ‘menselijk’ vak is waarbij de leerlingen veel vrijheid hebben. Zo mogen leerlingen van Susan best even naar buiten om te roken als ze geen inspiratie hebben. “Het is normaal om een off-day te hebben,” vertelde ze.

De studenten waren bij mij in de les ook vrij om even wat eten te halen in de su-permarkt, naar buiten te lopen of een rondje door het gebouw te maken. Bij andere vakken mag dit meestal niet en wordt de focus gelegd op gedisciplineerd en plaats-gebonden werken. Presentaties moeten flitsend zijn en mooi vormgegeven. Het hele pakket telt mee. Het feit dat het bij MOP net even anders gaat is voor veel leerlingen verfrissend. “Ze waarderen dat echt enorm!” “ Je kan niet iedere dag een Rambo zijn,” zegt Susan.

De leerlingen gaven aan dit menselijke aspect ook te ervaren. “Ehm nou, ik vind het heel leuk, want je wordt heel vrij gelaten in je opdrachten.” “Je kan zelf echt kiezen, waar je je zeg maar in wil verbeteren en wat je heel erg leuk vindt,” zegt Joy. Het feit dat je bij MOP ook fouten mag maken en daar niet op wordt afgerekend, werd ook enkele keren als prettig aangegeven. “Je mag bij het vak MOP zeker fouten maken. Het

13

Page 14: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

is de bedoeling dat je een proces laat zien, zolang jij maar veel stappen gemaakt heb en waarvan je natuurlijk veel geleerd hebt dan is het gewoon voldoende,” zegt Hans. “En het is gewoon natuurlijk hartstikke leuk als er een mooi project uitkomt, maar als iets niet goed is dan is het helemaal niet erg.”

Ook zeiden de leerlingen dat de docent vaak niet over alle kennis beschikt om ieder project goed te ondersteunen. Met name het gebrek aan kennis op het gebied van coderen is een probleem. De leerlingen gaven aan dat het er uiteindelijk op neerkomt informatie te moeten vragen aan een andere docent, maar die heeft dan vaak geen tijd. Uiteindelijk loste dit probleem zichzelf op. Veel leerlingen kozen ervoor bij de lessen MOP om gebruik te maken van tutorials via Youtube. Dit wordt als positief ervaren. Leerlingen lieten merken dat het fijn werkt, omdat je het terug kan kijken en niet plaats- en tijdgebonden ben. Naarmate de weken vorderden merkte ik dat de hulpvraag van de leerling naar mij toe minder werd en dat het argument :“Het staat ook op internet” vaak werd gegeven.

3.2 Toekomstgerichte pijler.

In de toekomstgerichte pijler ligt de focus op het prikkelen en inspireren van de leerlingen. Er worden sociale en communicatieve vaardigheden aangeleerd en creativiteit en flexibiliteit worden gestimuleerd. Studenten mogen fouten maken. De docent coacht de leerling in het proces.

Figuur 1 : Pinterest pagina van Susan Au

Page 15: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Dat de docent als coach fungeert, is typerend voor MOP en past daarom goed binnen het kader van het nieuwe leren. De leertheorie van het nieuwe leren stelt dat kennisoverdracht, zoals men dit zichzelf lang heeft voorgesteld, niet mogelijk is, omdat mensen actief kennis construeren door nieuwe informatie te interpreteren vanuit kennis die ze al hebben en vanuit eerdere ervaringen(Volman, 2006).

Ik heb de leerlingen individueel begeleid tijdens het werkproces naar het eindproduct waar ze zelf voor hebben gekozen. Door mijn persoonlijke inspiratiebronnen te tonen en leerlingen bekend te maken met handige websites en boeken, zorgde ik voor een aanzet tot het maken van een goed product. Ook collega Susan pakte dit zo aan. “Bij de lessen MOP heb ik daarom mijn best gedaan om de leerlingen continu geprikkeld te houden door middel van eigen ervaringen te benoemen, voorbeelden te geven en mensen zo autonoom mogelijk te laten werken” zegt ze. Susan gebruikte hiervoor haar eigen Pinterest pagina (Zie figuur 1) waar ze de nodige inspiratiebronnen op verzamelt. Dat de leerlingen dit gebruiken werd bevestigd door Joy. “Nou meestal bij de eerste MOP les stuurt Susan een Pinterest pagina, daar heeft ze allemaal inspiratie op staan voor MOP dus dan ben ik daar een beetje op aan het kijken.” Aanvullend gaf ze aan dat er wel een nadeel aan vastzit. Namelijk dat veel mensen dan hetzelfde gaan doen. Ze zegt “Maar meestal als mensen al zo’n project doen dan wil ik ook niet hetzelfde doen, dus dan zit ik een beetje op Google te kijken wat ik bijvoorbeeld met Photoshop nog wil doen.”

De leerlingen zijn zich er van bewust dat MOP een goed voorbeeld is van hoe het later in de praktijk ook zal gaan en dat ze uiteindelijk ook zelf zullen moeten plannen, bedenken en uitvoeren. Zo gaf Johan aan: “En wat ik altijd heel fijn vind, is dat ik nu bijvoorbeeld met iemand heb samengewerkt en dat geeft toch ook wel een beetje het gevoel van wat je later in een bedrijf ook hebt.” Dat de leerlingen ook in duo’s mochten werken was voor mij en Susan geen probleem. Juist omdat je hiermee een realistische praktijkervaring creëert, keurden wij dit goed. Joy gaf in het interview aan de afgelopen periode fotografie geoefend te hebben en dat heel erg leuk vond. Het motiveerde haar om iets te doen wat haar op dit moment in haar leven interesseerde, iets wat ze bij andere vakken mist. Beau gaf aan dat hij MOP een praktijkgericht vak vindt. “Eh ja als ik het op mezelf zou betrekken voor later dan vind ik het meer praktijkgericht, want bij Photoshop leer je buttons maken en misschien dat ik helemaal er niks meer mee doe later …. “

Monique Volman zegt daar over dat het voor een leerling vaak moeilijk voor te stellen is wat ze later met de aangeleerde stof moeten doen. Het leren op school is los komen te staan van hetgene waar het jongeren op wil voorbereiden. Denk aan participeren, mee kunnen doen in de samenleving, een beroep, politiek, de buurt, de cultuur of in de sport. Aansluitend geeft ze aan dat een gebrek aan transfer hierdoor te verklaren is. Als je aan wat je leert geen eigen betekenis kunt geven en als het maken van de toepassingsslag aan jou wordt overgelaten, is wat je leert vaak niet langer houdbaar dan tot aan het proefwerk of het examen (Volman, 2006).

15

Page 16: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Bij MOP is het voor de leerlingen niet lastig voor te stellen wat ze met de aangeleerde stof moeten doen omdat de leerlingen zelf bepalen wat ze leren en dus nadenken over het nut ervan. De leerlingen gaven tijdens MOP betekenis aan eigen werk door middel van een project wat hen aansprak. Beau gaf aan dat hij het vak toekomstgericht vond omdat hij zelf alles kan indelen. Ook gaf Joy aan dat ze MOP bij de toekomst vond passen omdat veel mensen nog niet weten wat ze in de toekomst willen doen en bij MOP er achter kunnen komen wat hen nog meer interesseert. Aanvullend gaf ze aan dat ze het vak bij de opleiding vond passen. Alle geïnterviewden bevestigden dit. Ook Susan Au gaf aan dat MOP een waardevolle toevoeging voor de opleiding is. Ze zei hierover: “Ja, want ik denk dat je als mens of als creatieveling zijnde er goed aan doet om breed te zijn, het is goed om mee te kunnen praten ook als IV-er.” “Aansluitend gaf ze aan dat ze MOP niet een vak vindt, maar een lesmethode. Niet specifiek geschreven voor Interactief Vormgeven. “Wat mij betreft kan het hele onderwijs zo zijn.” zegt ze. Jet Bussemaker (2015) schrijft in haar kamerbrief over haar visie op het MBO dat wij niet leren voor een bepaalde loopbaan, maar leren voor steeds veranderend werk.Vanuit mijn eigen praktijkervaring zie ik dit ook terug. MOP zou dus een belangrijk vak kunnen zijn voor de toekomst omdat het een vak is dat open staat voor verandering en aanpassing van de leerling en docent.

3.3 Praktijkgerichte pijler.

In de praktijkgerichte pijler staat dat leerlingen worden voorbereid op hun latere loopbaan. Realistische praktijkopdrachten zijn hier een onderdeel van. De leerling en docent zijn samen verantwoordelijk voor het individuele leerproces. Er ontstonden tijdens de lessen MOP projecten met een variatie in onderwerp en techniek. Een duo creëerde een huisstijl voor een fictief bedrijf, een andere leerling borduurde verder op het coderen van de portfolio voor zijn website en er werden zelfs analoge fotoseries geschoten. De leerling die de fotoserie maakte liep aanvankelijk het meeste vast en heeft 5 weken lang weinig in de les gedaan. Uiteindelijk haalde hij een van de hoogste cijfers. Omdat ik zijn zelfstandigheid en de kwaliteit van zijn werk hoog waardeerde. De leerlingen gaven betekenis aan datgene wat hen het meeste interesseerde op dat moment. Beau zegt daar over tijdens het interview: “Maar stel je wil juist meer de vormgeving kant op, dan kan je daar juist bij MOP meer in uitbreiden.” Tijdens MOP is er de vrijheid om zelf te kiezen.

Dat kiezen kunnen de leerlingen goed. In mijn observaties komt duidelijk naar voren dat de meeste leerlingen prima een onderwerp kunnen bedenken en zichzelf daar toe kunnen zetten. Bij de ene leerling duurde het wat langer om op te starten dan bij de ander, maar ik heb daar geen probleem van gemaakt omdat het doel van het vak is zelfstandig aan je eigen project te werken en je naar mijn mening dus ook het vermogen moet hebben om te plannen en aan de slag te gaan. Toch gaven veel

Page 17: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

leerlingen aan tijdens de lessen dat zelfstandig werken wel lastig is omdat demotivatie soms ook aan de orde is. De leerlingen die gedemotiveerd waren voor het vak MOP hadden vaak een gebrek aan inspiratie of waren erg afgeleid. Dit kwam naar voren tijdens de eindpresentaties toen ik de vraag stelde waar demotivatie vandaan kwam. Als oplossing gaven de leerlingen in de interviews aan dat ze het fijn vinden als er een tussentijdse reflectie is, omdat de werkdruk dan omhoog gaat. Die stok achter de deur maakt het makkelijker om te plannen. Mijn collega Guido Romeijn, die de huidige periode MOP geeft, past dit ook toe. Ik ben tot de conclusie gekomen dat ik de laatste periode waarin ik MOP opnieuw geef, dit ook ga toepassen. Ik zou om de 3 weken een tussentijdse check uitvoeren om te kijken waar iedereen staat en zou dit ook mee nemen in de beoordeling. Ik ben benieuwd of de resultaten dan omhoog gaan omdat de werkdruk en controle dan meer aanwezig is.

Uit de werkwijze van Guido Romeijn ontstond het experiment om de laatste 3 lessen groepjes te maken die elkaar het gemaakte werk lieten zien. Hans zegt hier over: “En zoals nu bij de laatste periode hadden we ook dat we een paar keer aan het einde van de les samen gingen zitten en dat motiveert dan toch ondanks dat je vrij bent. Je kunt namelijk zomaar uitgekozen worden.” “Dus je hebt wel een soort van hele lichte spanning in de klas dat je wel iets op tijd af hebt.” Ook voor mijzelf is het een prettige manier om te controleren hoe mensen er voor staan. Zo hoef ik niet tijdens de lessen alle leerlingen persoonlijk aan te spreken, wat als storend werd ervaren, maar is er een geselecteerd groepje dat presenteert terwijl de rest verder werkt.

Tijdens de eindpresentaties heb ik de groep opgedeeld in 2 groepen, die in twee rondes aan elkaar presenteerden. Dit deden we in een kring rondom een tafel waar de leerling die mocht presenteren zijn of haar laptop op kon zetten. Bij groep 1 werkte ik met de tip en topmethode. De leerlingen vonden dit een fijne manier van werken omdat ze nu ook zelf goed moesten nadenken over wat zij van het werk van een ander vonden. Na afloop heb ik alle tip en top notities in genomen en heb ik deze voor iedere leerling uit getypt. De feedback werd als waardevol ervaren.

Groep twee vond de tip en topwerkvorm niet nodig en bij deze groep heb ik hem dan ook niet toegepast. Opvallend was dat er in deze groep weinig feedback aan elkaar werd gegeven in de vragenronde. De leerlingen in groep 2 leken dit vooral eng te vinden en waren terughoudend in tegenstelling tot groep 1. Alle leerlingen maakten gebruik van een laptop tijdens het presenteren. Populair waren de Powerpoint- of Keynotepresentaties. Ik heb tijdens de lessen MOP gewerkt met het geven van cijfers. Ik ben tot de conclusie gekomen dat werken met een OVG-systeem bij dit vak voor de leerlingen niet prettig is. Door middel van een cijfer kan de leerling zichzelf beter plaatsen binnen de groep en meer inzicht krijgen in hoe hij of zij er voor staat. Ook vertelden de leerlingen meer aan een cijfer te hebben, om zo beter hun positie te kunnen inschatten ten opzichte van medestudenten. Het OVG-systeem werd omschreven als minder waardevol. Johan gaf in het interview aan dat het hem stoort

17

Page 18: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

dat hij 8 weken hard werkt en dat andere klasgenoten snel wat in elkaar flansen en dan een hetzelfde cijfer krijgen als hij. Ik heb hem uitgelegd dat het mij om het resultaat gaat omdat dit in de praktijk ook zo is. Welk proces je doormaakt is niet relevant. Ook niet als je als leerling vast loopt en de eerste weken wat anders doet. Zolang de leerling dit maar kan aangeven en verantwoorden.

Uit mijn observaties kon ik opmerken dat een realistische praktijkopdracht veel waardevoller is voor een leerling dan het afvinken van een schema dat door een docent is vormgegeven. Vaak is 9 weken ook te lang. Het bijkomende probleem is dat veel leerlingen de eerste 4 tot 5 weken niets doen en pas aan het einde van de periode alles in elkaar gaan zetten. Susan Au vertelde dat ze dit heeft opgelost door haar MOP lessen in twee delen te splitsen. De leerlingen die het lastig vinden kunnen 2 projecten doen, waarvan 4 weken voor één project. De leerlingen die hier geen moeite mee hebben werken vaak 9 weken door. “Sommige leerlingen kunnen zichzelf helemaal verliezen in een project,” vertelde Susan.

3.4 Extrinsiek en Intrinsiek motiveren

Een van de opvallendste kenmerken van het vak MOP was de manier van motiveren. Tijdens MOP wordt er intrinsiek gemotiveerd. Dit is anders dan de methode die ik bij andere vakken toepas. Als ik mijn rol tijdens MOP vergelijk met mijn rol tijdens een les Vormgeven (wat ik in die periode als les gaf de uren na het vak MOP) kan ik een groot verschil in werkdruk opmerken. Zo had ik bij de lessen Vormgeving een veel langere aanloop nodig om op te starten, de groep stil te krijgen en de aandacht te behouden. Naar aanleiding van dit probleem hebben mijn collega Guido Romeijn en ik “Het Vulkaanmodel” ontwikkeld. (Zie figuur 2) Dit heb ik uitgewerkt als illustratie om zo visueel aan te geven wat wij bedoelen met het verschil in werkdruk.

Daarnaast waren de resultaten bij het vak Vormgeven niet verrassend omdat de opdracht duidelijke eisen had. Ook was de houding van de studenten minder enthousiast. Bij MOP was dit anders. Doordat ik bijna geen voorbereidingstijd had en minder werkdruk ervaarde, voelde ik me prettiger en had ik meer energie. Hierdoor kon ik de leerlingen ook beter individueel begeleiden en gaf ik ze meer persoonlijke aandacht. Monique Volman zei in haar oratie dat motivatie de afgelopen jaren steeds meer gezien wordt als het resultaat van de interactie tussen de leerlingen en de leeromgeving en dus ook als beïnvloedbaar. Aanvullend zegt zij hierover dat de self-determination theorie van Deci en Ryan laat zien dat je taakwaardering kunt bevorderen door leerlingen meer autonomie te laten ervaren. Dit doe je door ze keuzemogelijkheden te bieden. Verder zei ze dat de goal theory laat zien dat het goed is om inzet en resultaat op school apart te beoordelen en te belonen, omdat dat leerlingen stimuleert om taakdoelen in plaats van egodoelen na te streven. Dat wil

Page 19: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

zeggen: leren omdat je iets wil beheersen in plaats van leren omdat je wil scoren. Als we kijken naar Het Vulkaanmodel en kijken bij het kopje ‘extrinsiek motiveren’ dan zien wij een voorbeeld van een les waarbij de docent iedere start van de les pieken moet maken. Dit resulteert in een lage leeropbrengst, minder energie zowel bij docent als leerling en het is ongezond door het tekort aan rustmomenten gedurende de dag. Bij het kopje ‘intrinsiek motiveren’ zien we dat er een constante flow in de les is. De leeropbrengst is hoger en het stressniveau is lager. Dit model is geïnspireerd op de Wet van Yerkes-Dodson.

Cherry (2014) is psychologie expert en schrijft dat het bij de Wet van Yerkes-Dodson er om gaat dat stress niet per se slecht is, maar dat je het alleen nodig hebt voor taken waarvoor je je erg moet inspannen zoals een examen. Als stress iedere dag aan bod komt (in dit geval in de vorm van het overschakelen en voorbereiden van lessen) heeft het nadelige effecten. Intrinsieke motivatietheorieën gaan er vanuit dat leerlingen van nature gemotiveerd zijn om te leren. Extrinsieke motivatietheorieën gaan er van uit dat er een volwassen persoon bij nodig is. Doordat er tijdens MOP gebruik wordt gemaakt van de intrinsieke motivatietheorie is dit voor docent en leerling prettiger. Dit werd bevestigd door mijn eigen ervaring, die van mijn collega Susan Au weg en Guido Romeijn, maar ook uit de interviews met de leerlingen. Ze gaven aan dat het zeer prettig is dat je je eigen gang mag gaan en zelf mag kiezen waarvoor je leert.

Figuur 2 : Het Vulkaanmodel

19

Page 20: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Over het algemeen komt de visie van het Grafisch Lyceum Utrecht terug in het vak MOP, maar niet in elke pijler. Ook ben ik tot de conclusie gekomen dat de pijlers van het Grafisch Lyceum Utrecht veel op elkaar lijken. Zo zag ik in mijn analyse veel overeenkomsten tussen de pijlers ‘toekomstgericht’ en ‘praktijkgericht’. Uit mijn onderzoek is ook gebleken dat deze manier van lesgeven een groot verschil is voor het welzijn van de docent in vergelijking met de traditionele manier van lesgeven.

De pijler ‘toekomstgericht’ zie ik tijdens de lessen MOP het meeste terug. Tijdens mijn interviewsessies na afloop van de reeks lessen met enkele leerlingen uit klas 2IV1, heb ik de vraag gesteld of ze MOP zouden willen omschrijven met het idee in hun achterhoofd het aan iemand uit te leggen die het Grafisch Lyceum Utrecht niet kent. Daaruit kwam vooral naar voren dat het een vak is gekenmerkt door veel vrijheid, zelfsturing, creativiteit en een docent als coach. De leerlingen zijn tijdens de lessen MOP erg zelfstandig en denken na over hun proces en manier van werken. Uit de presentaties is gebleken dat ze goed feedback aan elkaar kunnen geven en een eigen leerproces goed kunnen verwoorden en presenteren.

De pijler ‘praktijkgericht’, die veel overeenkomsten heeft met de toekomstgerichte pi-jler, is ook volledig aan bod gekomen tijdens de lessen MOP. De leerling zoekt tijdens MOP continu naar oplossingen voor problemen waar hij of zij tegen aan loopt. Dat kan demotivatie zijn, wat wordt opgelost door inspiratie te zoeken en iets te doen wat je heel erg leuk vindt, of het maken van een lastig project waar veel tijd in gaat zitten. De variatie in de manieren van werken is tijdens MOP alom aanwezig en dat is de kracht van het vak. Iedere leerling leert op zijn of haar eigen manier, wat overeen-komt met de visie van het sociaal-constructivisme en het nieuwe leren.

De Bruijn (2007) schreef dat veel docenten er niet voor zijn opgeleid om als coach te fungeren tijdens de lessen en weinig individuele interesse tonen. Dit is tijdens de MOP-lessen van mij en Susan Au niet door de leerlingen en onszelf ervaren. De leerlingen gaven aan dat een docent als coach heel prettig is omdat je door MOP juist zelfstandiger wordt en daarvoor in de plaats vrijheid en mogelijkheden krijgt. Susan en ik hadden regelmatig gesprekken over nieuwe onderwijsmethoden en we waren beiden van mening dat een les zoals MOP heel waardevol kan zijn, omdat een leerling aan zijn of haar eigen kennis kan werken door iets nieuws te bedenken of kennis uit

H4 Conclusie.

Page 21: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

te breiden. Dit mits de student wel geprikkeld wordt door de leeromgeving en de docent.

De ‘persoonsgerichte’ pijler kwam deels aan bod. De leerlingen hadden enkele punten van kritiek. Zo kan het voor een leerling lastig zijn om te plannen en telkens een nieuw project te verzinnen. Daarnaast zijn de omstandigheden in de les niet altijd ideaal. Denk hierbij aan drukke lokalen of leerlingen die gamen en daarmee overlast veroorzaken. Het risico van deze methode is dat het niet bij iedere leerling past en dit soms om didactische aanpassingen van de docent vraagt. Ik heb dit in de vorm van tussentijdse gesprekjes gedaan om zo de druk wat op te hogen voor de klas. Susan Au experimenteerde door sommige leerlingen 2 projecten te laten maken in 9 weken in plaats van een lang project.

Voor mij is MOP een waardevol vak binnen de opleiding Interactief Vormgeven omdat het de leerlingen een kans biedt zelfstandig te worden, zichzelf ergens in te verliezen en iets nieuws te leren. De visie van het nieuwe leren en het sociaal constructivisme is duidelijk terug te zien in de drie pijlers van de onderwijsvisie en komt bij MOP perfect tot zijn recht. Dit is een belangrijk gegeven. Naar mijn mening is het huidige onderwijs achterhaald en sluit niet aan bij het nieuwe leren. Leerlingen functioner-en het beste als ze zelf invulling kunnen geven aan een eigen leerproces (Volman, 2006). Dit betekent dus ook dat de leerling er zelf achter moet komen wat zijn of haar manier van werken is en wat er wel en niet werkt tijdens het realiseren van een project. Als docent laat je dus de controle en verantwoording over de gemaakte producten en het proces los.

De visie van het Grafisch Lyceum Utrecht is naar mijn mening een mooi uitgangspunt voor het aanbieden van onderwijs. Het feit dat de persoonsgerichte pijler niet 100% aan bod is gekomen tijdens de MOP-lessen is echter geen probleem omdat deze zichzelf heeft vervangen in de vorm van het maken van Youtubetutorials wat uitein-delijk ook als positief werd ervaren. De docent die tijdens MOP les geeft, is vrij om zijn of haar eigen manier van lesgeven te bepalen en bepaalt zelf de focus van de les, maar blijft meer op de achtergrond om zo de leerling het gevoel te geven alles zelf gedaan te hebben. Als docent MOP is het belangrijkste doel leerlingen te prikkelen door middel van goede voorbeelden in de vorm van eigen inspiratie, ervaring uit de praktijk of door middel van een interessante presentatie.

Vervolgonderzoek of aanbevelingen

Als vervolg onderzoek zou ik het Grafisch Lyceum Utrecht twee ideeën willen aan-bevelen. Ten eerste om te onderzoeken of de onderwijsvisie ook terug te zien is bij de andere vakken van de opleiding Interactief Vormgeven. Het lijkt mij interessant en nuttig om de verschillen naast elkaar te leggen en te onderzoeken waar het bij andere vakken aan ontbreekt (of juist niet). Er zit aan de MOP-methodiek wel een

21

Page 22: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Indien dit experiment daadwerkelijk uitgevoerd gaat worden, is het raadzaam te over-leggen met de docent omdat de methode om veel aanpassing vraagt.

Daarnaast beveel ik het Grafisch Lyceum Utrecht aan onderzoek te doen naar de werkdruk van docenten en de onderlinge verschillen in hoe men hier mee omgaat.Tijdens MOP kwam ik er achter dat mijn werkdruk en rol heel anders waren en een positiever effect op mijn gemoedstoestand hadden dan bij een vak zoals Vormgeving. Het is interessant om er achter te komen of andere collega’s dat ook ervaren en wat er eventueel aan te doen is.

“Whenever you think you can or think you can’t, either way you are right.

(Henry Ford)”

- Rhonda Byrne, The Secret

Page 23: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Bijlagen

23

Page 24: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Bijlage B1 : Dankwoord

In dit stukje wil ik alle mensen bedanken die hebben mee gewerkt aan de totstandkoming van dit onderzoek. Daarbij wil ik als eerste mijn dankbaarheid uitspreken naar mijn begeleider Emiel Heijnen, mijn stagebegeleider Guido Romeijn en Susan Au. Mijn scriptiegroepje vanuit de academie : Marjolein Strikwerda, Boris van der Aardweg Veerle Swaalf en Iida Malviina Snoek.

Alle studenten uit klas 2IV2. Collega’s Emiel Seine, Nicky Heijnen en mijn collega’s van het team Interactief Vormgeven. Hans en Yolanda van Haaren voor het nalezen en helpen met mijn grammatica. Femke van Veelen en Thea van Opzeeland voor de laatste check.

En natuurlijk mijn vriend Jesper die mij door de lastige tijden heeft gesleept tijdens deze opleiding. Tot slot wil ik mijn laatste dankwoord uitbrengen aan mijn vader en moeder.

Dank jullie wel voor het geloof in mijn talent. Zonder jullie was dit niet gelukt.

Kim

Page 25: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Bijlage B2 : Kritische reflectie

Mijn onderzoek begon wat stroef. Ik vond het lastig een goed onderwerp te bedenken. In de afgelopen vier jaar van de opleiding had ik veel moeite met het schrijven van essays en ik was onzeker over mijzelf. Naarmate ik tijdens mijn stage meer te weten kwam over de vernieuwde onderwijsvisie tijdens de studiedagen, begon eigenlijk pas het balletje te rollen.

De onderwijsvisie van het Grafisch Lyceum Utrecht sprak mij aan omdat ik overeenkomsten zag met de visie van het nieuwe leren en die van het sociaal constructivisme. Dit zijn visies die mij gedurende mijn studie hebben bezig gehouden omdat ik tijdens mijn voorgaande stages regelmatig tegen frustraties en problemen aan liep en ik in de visie van het nieuwe leren een oplossing zag. Toen bleek dat ik in periode twee zou worden ingezet bij het vak MOP zag ik een mogelijkheid om de onderwijsvisie van het Grafisch Lyceum Utrecht onder de loep te nemen en te kijken of deze bij het vak MOP zou terugkomen. Daarnaast wilde ik experimenteren met een andere manier van lesgeven.

Ik ben er gedurende dit onderzoek achter gekomen dat een meer leerling gestuurde manier van lesgeven meer bij mij past, zoals ik van tevoren vermoedde. Ik voelde mij als coach veel prettiger en neem dit ook mee in de toekomst van mijn werk binnen het Grafisch Lyceum Utrecht. Deze zomer start ik als Junior docent en onderwijsontwikkelaar bij het team Crossmedia. Hier is ruimte voor innovatie en ik zal dan ook weer samenwerken met Susan Au, die ook bij het team Crossmedia is aangesloten.

Ik heb tijdens mijn onderzoek veel contact gehad met mijn begeleider Emiel Heijnen en heb zijn feedback toegepast tijdens het schrijven van dit onderzoek. Ik had hier veel aan. Daarnaast heb ik de hulp van klasgenoten ingeschakeld om kritisch met mij mee te kijken en mij te corrigeren. Ik heb gemerkt dat ik vaker om hulp moet vragen omdat ik op deze manier nog meer leer. Zo ging dit tijdens de MOP lessen hetzelfde. Ik heb vaak gesprekken gehad met mijn collega Susan Au. Ze gaf mij tips en voorbeelden van hoe zij de lessen aanpakte. Door continu in contact te blijven met klasgenoten, begeleider, en collega’s kon ik goed en vlot werken. Het onderwerp bleef hierdoor leven, wat resulteerde in nieuwsgierigheid en een gevoel van verantwoordelijkheid. Mijn kracht is het plannen van mijn tijd. Ik heb geprobeerd twee keer per week aan mijn onderzoek te werken en de deadlines van inleveren te behalen. Dit is gelukt.

Daarnaast heb ik veel plezier gehad in het onderzoeken. Het heeft mij een spiegel voorgehouden omdat ik nu precies weet wat wel of niet bij mij past en ik nu nog beter mijn eigen visie op onderwijs kan benoemen. Dit vond ik daarvoor lastig.

25

Page 26: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Echter had ik wel veel moeite met het analyseren van de data. Ik kreeg vaak de feedback dat de structuur niet klopte en dat ik zinnen niet goed formuleerde omdat ik te moeilijk nadenk. Ook was ik mezelf er tijdens het schrijven nog meer van bewust geworden dat mijn grammatica niet in orde is. Ik heb besloten om na de opleiding een cursus schrijven te gaan volgen gericht op artikelen, ook omdat ik een blog heb die ik meer wil laten uitgroeien met professionele content.

Ik ben tevreden met mijn onderzoek. Ik heb mijn hoofd-en deelvragen kunnen beantwoorden door middel van mijn eigen onderzoeks-data. Dit geeft een goed gevoel en ik mag er trots op zijn. Dit onderzoek heeft mij ook de inspiratie gegeven om in de toekomst nog meer onderwerpen binnen het Grafisch Lyceum Utrecht te onderzoeken omdat het naar mijn idee heel waardevol is.

Kim

Page 27: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Bijlage B3 : Literatuurlijst

Baas, P., Jager, M. de, & Jansen, M. (2015). Onderwijsvisie 2015. Geraadpleegd van https://medewerkers.intranet.glu.nl/onderwijsvisie-2015

Bruijn, I. de. (2007, oktober). Het Nieuwe Leren: Een poging tot nuancering [Onderzoek]. Geraadpleegd van https://wwwnte.nl/elan/onderzoek/archief/publicaties/elandoc/2008/IMME-HetNieuweLeren.pdf

Bussemaker, J. (2015, 14 september). Een responsief mbo voor hoogwaardig vakmanschap [Brief]. Geraadpleegd van https://www.rijksoverheid.nl/binaries/rijksoverheid/documenten/kamerstukken/2015/09/14/kamerbrief-met-visie-op-mbo/kamerbrief-met-visie-op-mbo.pdf.

Cherry, K. (2014, 15 december). What Is the Yerkes-Dodson Law? Geraadpleegd van http://psychology.about.com/od/yindex/f/yerkes-dodson-law.htm

Dolmans, D. H. J. M. (2012, 27 juni). Innoveren om beter te leren [Inaugural speech]. Geraadpleegd van http://pub.maastrichtuniversity.nl/0fd862e9-3c92-4b24-b82c-921fa67cc007

Simons, P. R. J. (2000). Competentieontwikkeling : van behaviorisme en cognitivisme naar sociaal-constructivisme: epiloog [Epiloog]. Geraadpleegd van http://dspace.library.uu.nl/handle/1874/6831

Volman, M. (2006). Het 'nieuwe leren' : oplossing of nieuw probleem? [pdf]. Geraadpleegd van http://scholar.google.nl/scholar_url?url=http://dspace.library.uu.nl/bitstream/handle/1874/187506/289-312-1-PB.

Wester, F., Renckstorf, K. & Scheepers, P. (2006). Onderzoekstypen in de communicatiewetenschap. Alphen aan den Rijn: Kluwer

27

Page 28: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Bijlage B4 : Interviewlijst student

Interviewvragen Student

Topic interview

Hoofdvraag: Hoe komt de onderwijsvisie van het GLU terug bij het vak MOP?

Start interview:

- Voorstellen van mezelf en de intentie van het interview

- De student iets over zichzelf laten vertellen, leeftijd, klas, etc.

Ervaring tijdens MOP.Vraag 1 Het vak MOP is anders dan andere vakken binnen het GLU en heeft veel weg van het zelfstandig leren, zinvol leren, geïnspireerd leren, zelfverantwoordelijk leren, levensecht leren en coöperatief leren. Al deze varianten van leren vallen onder het begrip “Het nieuwe leren” dat het doel heeft om leerlingen actiever en met meer eigen betrokkenheid kennis op te laten bouwen. (Volman, 2006)

Vraag 1 Hoe heb je het vak MOP ervaren?

(Sub-vragen om uit te diepen)

Vraag 1.1 Zou je een aantal kenmerken van het vak MOP kunnen noemen? Beeld je in dat je het vak MOP omschrijft aan iemand die het GLU niet kent.

Page 29: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Vraag 1.2 Zijn dit positieve of negatieve kenmerken? Kan je toelichten welke je positief of negatief ervaart en waarom? Wat zou jij tegen die persoon zeggen over het vak MOP?

Vraag 1.3 Zijn de behaalde resultaten bij het vak MOP aan de goede of matige kant? Of misschien zelfs slecht. Motiveer je antwoord.

De praktische zaken :

Vraag 2.1 Mop duurt 9 weken, is dit te lang of te kort? Motiveer je antwoord met een voorbeeld.

De onderwijsvisie van het GLU.Vraag 3 De visie van het GLU is gebaseerd op drie pijlers. Toekomst gericht onderwijs, praktijk gericht onderwijs, en persoonsgericht onderwijs. Als je deze 3 termen zo hoort, vind je dit dan bij de school passen? Leg uit waarom. (Grafisch Lyceum Utrecht, 2015).

(Sub-vragen om uit te diepen per pijler )

Pijler 1 Toekomstgericht

Vraag 3.1 Vind je dat het vak MOP bijdraagt aan jouw toekomst? Kun je dit uitleggen?

Vraag 3.2 Heb je het gevoel dat je op het GLU communicatieve en sociale vaardigheden leert? En mag je fouten maken? Leg aan de hand van je persoonlijke ervaring uit of je het hier wel of niet mee eens bent.

Vraag 3.3 Op basis waarvan maak jij de keuze voor een project onderwerp? Is de invloed van de klas en docent daarbij aan de orde? Of juist niet?

Vraag 3.4 Ervaar je dat je meer actiever bent tijdens de lessen MOP? 29

Page 30: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Pijler 2 Praktijkgericht

Vraag 4 Is het vak praktijkgericht?

Vraag 4.1Is het meer of minder praktijkgericht dan andere vakken?

Vraag 4.2 Heb je het gevoel dat je samen met de docent verantwoordelijk bent voor het leer proces tijdens MOP? En neem je meer verantwoordelijkheid dan bij andere vakken?

Pijler 3 Persoonsgericht

Vraag 5 “De docent is tijdens het vak MOP meer een coach dan een kennisoverdrager”. Wat vind je hier van? Leg uit waarom je dit vind en benoem eventueel voorbeelden om je mening te onderbouwen.

Vraag 5. In de persoonsgerichte pijler waar MOP zichzelf het meeste op focust staat beschreven dat de student begeleiding en leeromgeving van het GLU er op zijn gericht het beste uit zichzelf te halen. Voelt dit voor jou zo? Leg uit waarom wel of niet. (Grafisch Lyceum Utrecht, 2015).

Slotvragen

Vraag 6 Vind je dat de lessen MOP wat toevoegen aan de opleiding? Leg uit waarom wel of niet?

Vraag 6.1 Wat ontbreekt er aan MOP waardoor het nog meer tot een succes zou kunnen zijn?

Page 31: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Bijlage B5 : Interviewlijst docent

Interviewvragen Docent

Topic interview

Hoofdvraag: Hoe komt de onderwijsvisie van het GLU terug bij het vak MOP?

Start interview:

- Voorstellen van mezelf en de intentie van het interview

- Docent iets over zichzelf laten vertellen, naam, etc.

Ervaring tijdens MOP.Vraag 1 Het vak MOP is anders dan andere vakken binnen het GLU en heeft veel weg van het zelfstandig leren, zinvol leren, geïnspireerd leren, zelfverantwoordelijk leren, levensecht leren en coöperatief leren. Al deze varianten van leren vallen onder het begrip “Het nieuwe leren” dat het doel heeft om leerlingen actiever en met meer eigen betrokkenheid kennis op te laten bouwen. (Volman, 2006)

Vraag 1 Hoe ervaar jij als docent het vak MOP?

(Sub-vragen om uit te diepen)

Vraag 1.1 Zou je een aantal kenmerken van het vak MOP kunnen noemen? Beeld je in dat je het vak MOP omschrijft aan iemand die

31

Page 32: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

het GLU niet kent.

Vraag 1.2 Zijn dit positieve of negatieve kenmerken? Kan je toelichten welke je positief of negatief ervaart en waarom? Wat zou jij tegen die persoon zeggen over het vak MOP?

Vraag 1.3 Zijn de behaalde resultaten bij het vak MOP aan de goede of matige kant? Of misschien zelfs slecht. Motiveer je antwoord.

De praktische zaken :

Vraag 2.1 Mop duurt 9 weken, is dit te lang of te kort? Motiveer je antwoord met een voorbeeld.

De onderwijsvisie van het GLU.Vraag 3 De visie van het GLU is gebaseerd op drie pijlers. Toekomst gericht onderwijs, praktijk gericht onderwijs, en persoonsgericht onderwijs. Als je deze 3 termen zo hoort, vind je dit dan bij de school passen? Leg uit waarom. (Grafisch Lyceum Utrecht, 2015).

(Sub-vragen om uit te diepen per pijler )

Pijler 1 Toekomstgericht

Vraag 3.1 Vind je dat het vak MOP bijdraagt aan de toekomst van de leerlingen? Kun je dit uitleggen?

Vraag 3.2 Heb je het gevoel dat de leerlingen op het GLU communicatieve en sociale vaardigheden leren? En mogen leerlingen fouten maken? Leg aan de hand van je persoonlijke ervaring uit of je het hier wel of niet mee eens bent.

Vraag 3.3 Op basis waarvan maken de leerlingen een keuze voor een project? Is de invloed van de klas of de docent (van jou) daarbij van invloed?

Page 33: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Vraag 3.4 Ervaar je dat leerlingen actiever zijn tijdens MOP?

Pijler 2 Praktijkgericht

Vraag 4 Is het vak praktijkgericht?

Vraag 4.1Is het meer of minder praktijkgericht dan andere vakken?

Vraag 4.2 Heb je het gevoel dat je samen met de leerling verantwoordelijk bent voor het leer proces tijdens MOP?

Pijler 3 Persoonsgericht

Vraag 5 “De docent is tijdens het vak MOP meer een coach dan een kennisoverdrager”. Wat vind je hier van? Leg uit waarom je dit vind en benoem eventueel voorbeelden om je mening te onderbouwen.

Vraag 5. In de persoonsgerichte pijler waar MOP zichzelf het meeste op focust staat beschreven dat de student begeleiding en leeromgeving van het GLU er op zijn gericht het beste uit zichzelf te halen. Voelt dit voor jou zo? Leg uit waarom wel of niet. (Grafisch Lyceum Utrecht, 2015).

Slotvragen

Vraag 6 Vind je dat de lessen MOP wat toevoegen aan de opleiding? Leg uit waarom wel of niet?

Vraag 6.1 Wat ontbreekt er aan MOP waardoor het nog meer tot een succes zou kunnen zijn?

33

Page 34: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Bijlage B6 : Interview getranscribeerd docent

Transcriberen interview Afstudeerscriptie : Helene Hendrika van Essen

Datum: 22 maart 2016 Locatie: Grafisch Lyceum UtrechtOpname start : 15:30

Geïnterviewde:Susan Au

Start interview

Kim: “Hallo welkom ik ben Kim”. “Vertel even wie je bent en wat je binnen het Grafisch Lyceum doet.” “En ehm welke klassen je les geeft.”

Susan: “Ik ben Susan Au, binnen het grafisch lyceum doe ik verschillende dingetjes, ik geef les in de vakken vormgeven, my own project en ehm voor dit jaar was dat het.”

Susan: “En daarnaast heb ik als taak veel dingen in de PR, innovatie en PR achtige dingen zoals de organisatie van de open dag.” “En ehm ……..”

Kim: “Je hoeft niet alles op te noemen hoor het is meer dat je gewoon een beeld heb van wat je doet.”

Susan: “Ja, ja oja ook nog eh het organiseren van excursies en eh dat soort dingen.”

Kim: “Ik ga een aantal vragen stellen die te maken hebben met het vak my own project.” “En ik heb al een aantal leerlingen hier over geïnterviewd.” “Dit is het laatste interview van de reeks en ik ga gewoon beginnen.”

Kim: “Het vak my Own project is anders dan andere vakken binnen het grafisch lyceum Utrecht en heel veel weg van het zelfstandig leren, zinvol leren, geïnspireerd leren, zelf verantwoordelijk leren, levensecht leren, en coöperatief leren.” “Al deze varianten van leren vallen onder het nieuwe leren dit heeft het doel om leerlingen met keer eigen betrokkenheid kennis op te laten doen.” ‘Als je dit zo hoort hoe ervaar jij als docent het vak my own Project?

Susan: “Nou de dingen die je net opnoemde dat is zeer herkenbaar in de lessen die ik geef.” “En er zitten verschillende aspecten in die lessen.” “Sommige studenten beginnen met het nadenken over van wat wil ik en wat vind ik leuk om te doen en je gaat dus uit van je eigen inspiratie.” “En vervolgens kies je iets uit om uit te zoeken en daar ga je je in verdiepen en je moet ehm een uitdaging zoeken dus het mag ook niet zomaar iets leuks zijn.” “ Gaande weg dan denk je hoe ga ik dit verder uit breiden, in het begin zie je dat het vaak een worsteling is en dan is er ineens een soort omslag waarin de studenten een soort energie kick krijgt en dan gaat het ineens snel en word het heel leuk.”

“En tijdens de lessen zorg ik er voor dat de studenten met elkaar informatie delen, ze moeten eigenlijk heel vaak kruis bestuift worden.” “Althans daar zorg ik voor.” “Ik laat dat gebeuren.” “En hmm daar zit wat in dat interessant is.”

“Vervolgens krijg je een soort van hoogtepunt van leren, dat blijft dan tot het einde aan het einde zorg ik er voor dat studenten de kennis met elkaar gaan delen.” “Ik zet ze in groepjes van acht en laat ze vertellen over wat ze hebben geleerd, wat viel mee of tegen en welke bronnen heb je geraadpleegd?” “En je resultaten laat je dan zien.”

“Een minipresentatie over je project en andere studenten kunnen mee kijken eigenlijk is dat altijd leuk en altijd interessant en eh het is eigenlijk , ik maak vrijwel nooit mee dat een student niet mee doet.” “En studenten komen met tips of eh andere dingetjes wat zij hebben gedaan en of … de studenten die zelf presenteert komt zelf met tips hoe je het de volgende keer zou kunnen doen.”

Kim: “Ze kunnen goed feedback geven dus?”

Susan: “Ja , ja zeker.”

Page 35: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Kim: “Dat vond ik zelf tenminste.”

Susan: “Omdat je het in groepjes van acht doet is het een veilige omgeving, en studenten moeten luisteren maar willen ook luisteren vak dat ervaar ik dan.” “En dat heeft voor mij een absolute meerwaarde en het zijn eigenlijk bijna twee dingen die lessen op zich en dat laatste stukje dat je dan elkaar de kennis deelt.”

“En ik geef ze ook altijd de gelegenheid om de les voordat ze presenteren de tijd om terug te halen wat ze de afgelopen acht weken hebben gedaan.” “Zet het op papier wat er is gebeurd en dan leer je ook.”

“En door dat in de laatste les te repeteren en te vertellen, daar leer je ook van en je geeft het door er zitten zo veel leer momenten in.” “Ik vind het echt heel gaaf.”

Kim: “Ehm even kijken zou je een aantal positieve en negatieve kenmerken kunnen noemen en kan je ook toelichten waarom?”

Susan: “Ja, positieve dingen heb ik denk ik net al verteld er zit wel een negatief ding bij, waarvan ik zelf wel … daar ben ik wel onzeker over is dat de student die deze leervorm … ja dat het niet past bij de leerling.” “Want die vinden het soms nogal moeilijk om ehm zichzelf lerende te houden.”

Kim: “De vrijheid?”

Susan: “Ja zeker ze kunnen niet met de vrijheid omgaan om in negen weken een project te doen want negen weken is echt heel erg ver weg voor ze.” “Dus ik heb de periode nu ook door twee gedeeld dus 2 keer 4.” “ En ik merk dat ze dat veel fijner vinden.” “Dus na vier weken mogen ze zeggen van ik ga door of begin aan wat anders.”

Kim: “Oh dat mag, je mag nu ook twee dingen doen?”

Susan: “Ja twee korte projecten of een lange, dus aan het eind moet je wel kunnen zeggen wat je heb geleerd want het kan niet zo zijn dat je vier weken heb zitten niksen en dan vervolgens zegt ja ik heb een project gedaan en eh dat was het.”

“Ze moeten echt al die weken kunnen naar vertellen en ik weet dat de meeste mensen gewoon door gaan maar het is voor de leerlingen heel fijn om even een evaluatie moment te hebben en dan moeten ze ook even in groepjes van acht bij elkaar zitten en vertellen wat ze aan het doen zijn en dat is wel in de plaats van die wekelijkse korte presentaties die doe ik dan niet meer ik ben vooral aan het zoeken.”

Kim: “Ja dat doe ik ook , vind je de resultaten bij MOP aan de goede of slechte kant?”

Susan: “Hm het is lastig om te zeggen goed of slecht omdat het vooral ook in het leertempo zit, een student die helemaal niks weet van programmeren maar dat wel wil leren kan hele kleine stapjes maken en misschien is dat voor een programmeur op HBO niveau die zou echt lachen, waar ben je nou mee bezig haha.”

“Voor die student zou dat een goede instap zijn voor naar de volgende periode. Dus ik denk dat het gesprek met die student heel belangrijk is dat je elke week blijft vragen van hoe gaat het.” “En welke stappen doe je en hoe zit je er in?” “Als die student enthousiast blijft dan maakt het me niet uit als die kleine stappen maakt of grote.”

“Het gaat er om hoe je er in zit.” “En het blijft zo, dat is ook negatief aan my own project of lastig dat je ook wel eens voor de gek gehouden kan worden.” “Wat jij ook wel eens heb gehad dan gebruiken ze dat zelfde ook gewoon bij een ander vak.” “En dat maak ik af en toe wel eens mee en als ik dat eenmaal door heb dan benoem ik dat ook zo.” “Zo van volgens mij doe je dat bij andere vakken ook?” “En dan moet die student dat ook toegeven.” “En dan vraag ik wel van ik wil dat je er een draai aan gaat geven waardoor het dan iets nieuws word of dat je er energie in stopt.”

“Maar het is niet erg als je van hetzelfde onderwerp uit gaat.” “Dus dat is wel een valkuil.”

Kim: “Oké even kijken MOP duurt negen weken vind je dit te lang of te kort?”

Susan: “Eigenlijk te lang op zich maakt t niet uit hoe lang een project duurt het kan ook een dag duren.” “Voor de student die goed kan plannen maakt het niet uit, maar het gaat niet om het plannen het gaat om ervaring op doen, de manier waarop je leert en in dit vak vind ik het niet belangrijk dat je kan plannen dus dan wil ik ook niet dat studenten gaan plannen dus dan heb ik zoiets van dan bepaal ik wel voor jou vier weken dan hebben we even een break en dan gaan we verder.”

Kim: “Ik merkte wel dat de mensen die wel goed kunnen plannen dat die vaak wel betere resultaten hadden omdat ze toch iedere week een soort van plan hadden dus ze maakte wel grotere sprongen.”

35

Page 36: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Susan: “Dat durf ik niet te zeggen, want je heb ook studenten die heel erg fanatiek zijn en gewoon gegrepen zijn door een bepaald onderwerp maar die ook helemaal niet kunnen plannen maar gewoon blijven doorgaan.” “Die zal dus als het ware de tijd vergeten, en die leren enorm veel meer dan die student die heel goed kan plannen.”

Kim: “Ja dat is wel zo ja.”

Susan: “Dus ik durf dat niet te zeggen ….” “Want hoe heet die jongen nou ..... oja NAAM STUDENT die is gewoon een hert aan het maken in 3D.”

Kim: “Echt waar?”

Susan: “Ja die is echt helemaal verslaafd!” “Ik zij het vorige week nog tegen hem je bent verslaafd he?!” “En toen was het van ja.”

“Dat is toch te gek”

Kim: “Ah dat is echt heel leuk.”

Susan: “Ik krijg ook een kick als ik er naar kijk gewoon heel leuk.”

Kim: “Waarin maakt hij het eigenlijk?”

Susan: “Ja in een 3D programma ik weet de naam niet.”

Kim: “Oh dan moet ik even komen kijken dat vind ik wel leuk!”

Susan: “Het is echt zo gaaf , ja … ja en het is ook echt een mooi hert , lacht ja ja haha.”

Kim: “Oh is het ook echt realistisch?”

Susan: “Ja!” “Ja echt super gaaf!” “Die jongen is zichzelf helemaal aan het verliezen hij gaat helemaal op in wat hij doet en dan denk ik ja planning nou ja die gaat er gewoon voor.” “Weetje die hoeft niet te plannen want hij kan niet meer stoppen!”

Kim: “Hij hoeft gewoon geen planning.”

Susan: “Nee!” “En de eerste paar weken issie wel aan het worstelen geweest … hij begon toen met eh hoe heet dat .. die driehoekjes?”

Kim: “Lowpoly?”

Susan: “ Ja, en daar issie gewoon vanaf.”

Kim: “Nou leuk om te horen bij mij maakte hij een website dus dit is wel een hele andere kant.” “Bijzonder dat hij dan zo die omslag maakt.”

Susan: “Daar kan ik echt van genieten, ja jeetje.”

Kim: “Ja dat vind ik ook leuk ja.”

Kim: “Ehm de vernieuwde onderwijsvisie van het GLU is gebaseerd op drie pijlers , toekomstgericht, praktijk gericht en persoonsgericht.” “Als je deze drie termen hoort vind je dit dan bij de school passen?”

Susan: “Of dit bij ons huidige onderwijs past?”

Kim: “Ehm ja.”

Susan: “Even los van MOP he?”

Kim: “Ja.”

Susan: “In ieder geval weinig toekomstgericht vind ik.”

Kim: “Want?”

Susan: “Ehm, stilte ik denk dat ehm de vorm die wij hanteren als onderwijsvorm dat ehm ….. ik ga het even anders formuleren.” “Ik denk dat wij met een andere onderwijsvorm veel meer uit de studenten kunnen halen dan dat we nu doen.”

“Wat er nu gebeurd is dat studenten eerst 6 weken niks doen en dan de laatste drie weken gaan

Page 37: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

knallen.” “En dan halen ze een zes en dan nou ja geen inspiratie of iets.” “Ja weetje gewoon aftikken dat is het.”

Kim: “Hoe kan dit anders?” “Wat zou er moeten gebeuren om dit wel te hebben?” “Dat leerlingen gemotiveerd zijn want dat kwam in de visie heel erg naar voren dat ze willen dat leerlingen heel gemotiveerd zijn.” “En dat de school een inspirerende leeromgeving is.” “En dat leerlingen continu geprikkeld worden.” “Maar dat is dus niet zo?”

Susan: “Het is hele-maaaaal niet zo!”

Kim: “Daar gaat het dus wel een beetje mis …”

Susan: “Nee het is helemaal niet zo, nou ja kijk ik denk wel hmmm dat wij een hoop kunnen bieden maar de student is natuurlijk omgeven door een hele rijke wereld.” “En nu maak ik in de lessen gebruik van de wereld van de student zelf, ik vraag of dat zij iets tofs weten.” “Ik laat de student bewust zijn van waar zij door geprikkeld worden.” “En dan stimuleer ik ze om zelf het te gaan leren van wat zij interessant vinden.”

Kim: “Wat zij interessant vinden op dat moment?”

Susan: “Ja, wat ze op dat moment willen maar dat is een dat kan.” “Je kan het op die manier doen maar je kan ook als school studenten enorm prikkelen door dingen aan te bieden.” “Ik vind ehm, … nouja een stap is bijvoorbeeld De Kwekerij.” “Jij geeft die colleges in de college zaal en een presentatie waar bij de studenten aan het einde van de presentatie je staan op te wachten!” “Met oh dat is echt geweldig Kim.” “Dan heb je studenten geprikkeld.”

Kim: “Ja en ze zeiden trouwens, dat ze dit van meerdere docenten willen.”

Susan: “Ja precies, en dat is dus mijn idee geweest van de hele Kwekerij, het is een soort springplank naar buiten en naar binnen.” “Het is een tussenvorm.” “Een schakel zeg maar.”

Susan: “Want die wilde ik de hele tijd creëren.” “En ik vind nu dat het toen wel gelukt was.” “En dat is die prikkeling van buiten af.” “En ehm dat moet er veel meer in.” “Dat is nog veel te weinig.”

Susan: “Er worden nu nog lessen gegeven van grafisch gewoon met print , en tijdschriften enzo dan denk ik jongens dat is sowieso bijna dood aan het gaan maareh dat kun je bij IV niet meer verkopen.”

Kim: “Nee absoluut niet nee.”

Susan : “Toch?” “Tenminste voor IV … praten we niet even over het hele GLU … dat kan echt niet meer.”

Susan: “Dus ik denk dat we zwaar achterliggen op dat gebied.”“En je merkt dat ook aan de studenten die al een op gegeven moment zoiets hebben van … die zakken weg.” “Maar toch vragen we ons met zn allen af waarom studenten niet mee doen?” “Ja …?”

Kim: “Ja daar heb je het antwoord al een beetje ….”

Kim: “Maar vind je dat het vak My Own Project iets bijdraagt aan de toekomst van de student?”

Susan: “ Ja, in die zin .. op didactisch gebied je leert student zelf leren dus … zelfstandig worden en die student heeft na een aantal weken echt ploeteren krijgt die een succes ervaring en als je elke keer dat moment creëert he van je zegt tegen je student, je kan het wel!”

“Dus zo pak je iets aan als je iets wil leren, en dan op een gegeven moment dan kan de student ook zonder jou streven.” “Zonder begeleiding kan die ook leren.” “En wat dat betreft is dat voor de carrière is dat eh goed.” “Voor de school carrière maar ik denk ook voor later.” “Dat je dingetjes snel kan oppakken en de zelfstandigheid.”

Kim: “Ja in het bedrijfsleven.”

Susan: “En eh, of in de praktijk, op praktijk gebied denk ik dat het ook een bijdrage heeft in die zin dat studenten breder kijken dan alleen iv.” “Kijk sommige studenten die houden zich een periode netjes aan een beetje web doen en zo.” “Dat kan maar wat ik nu mee maak is dat studenten gaan tekenen , studenten gaan fotograferen , video maken en dat ehmm, op het moment dat je later gaat werken of eh, het maakt niet uit wat voor netwerk je zit , je kan op verschillende vlakken mee praten.” “Dat is echt een meerwaarde.” “Dan dat je alleen maar bot eh web web web kan.”

“Dus ik denk zeker wel dat het iets bijdraagt aan de toekomst van de studenten.”

37

Page 38: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Kim: “En heb jij het gevoel dat de leerlingen binnen het GLU communicatie en sociale vaardigheden leren?”

“Ja in bepaalde zin sociale vaardigheden wel ook wel communicatieve hoor.” “Bij My own project ….”

Kim: “Nou ja met presenterne?”

Susan: “Ik zeg wel … ik geef niks om die presentatie het hoeft niet met een flitsende Powerpoint het gaat om de inhoud.” “Je moet duidelijk kunnen delen.” “Dat vind ik belangrijk en roep ik altijd en dan moeten ze lachen.” “Ja al rap je het haha maakt mij niet uit.” “Als het maar duidelijk over komt.” “En dat is ook wel grappig want bij andere lessen moet het heel erg strak en daar geef ik dan weer niks om maar dat vinden ze juist verfrissend.” “Dat vinden ze leuk dat ik daar dan niks om geef.” “Want ik wil niet dat daar stress door komt, of dat het een beperking word.” “Als iemand een heel gaaf project heeft, kom maar dan, niet dat je enthousiasme daardoor word weggenomen.” “Of dat het allemaal perfect moet worden , nee helemaal niet.”

“Daarom leg ik altijd de nadruk op doe niks aan die presentatie ik wil dat je met inhoud komt.”

Kim: “Op basis waarvan maken de meeste leerlingen een keuze voor een project?” “Is daarbij de invloed van de klas of docent aan de orde?”

Susan: “Ehm bijna nooit eigenlijk, nee de eerste les is het wel lastig want dan ehm, dan vinden ze het eng, dus dan … wat ik dan doen is dat ik mijn eigen inspiratie laat zien op Pinterest en dat is gewoon open en daar mogen studenten op kijken, en dan zeg ik van nou dit is mijn inspiratie.” “En dan eh nou laat ik wat zien en dan vinden ze dat heel cool en dan breng ik ze op gang.” ‘En vervolgens zeg ik en nu jullie, wat is jullie inspiratie?”

Kim: “Dus je begint met inspiratie?”

Susan: “Ja, ik stel me ook kwetsbaar op want eigenlijk is het ook een vak waarbij je jezelf kwetsbaar moet opstellen.” “En dan wil dat ze gaan graven in hun eigen inspiratie of iets wat je nou altijd al had willen maken of doen ga dat nu eens doen.”

“Nou en dan vinden ze dat natuurlijk dood eng want ja dan moet je het gaan laten zien he … sommige studenten beginnen dan en de studenten die dat niet kunnen daar ga ik een gesprek mee aan.”

Kim: “Hoe komt dat?”

Susan: “Nou nee niet hoe komt dat, meer van waar zit jij meestal in , wat zijn je hobbies, ik ga dan helpen.” “Om je omgeving te verkennen.” ‘En dan komt er vaak wel iets uit en dan eh probeer ik daar zo min mogelijk dat het mijn project word.”

Kim: “Ja inderdaad, want dat is moeilijk dat je niet te veel eje eigen adviezen / en mening laat merken.”

Susan: “Eigenlijk lukt het altijd wel , je probeert dan wel iets te sturen in het begin , te leren denken, kijken …”“Maar dat is dus wel belangrijk aan die begeleiding dat je als docent ben je onzichtbaar.” ‘De student moet aan het einde het gevoel hebben dat ze het zelf hebben gemaakt.” “En daar baal ik soms zelf van , en dat is eigenlijk gewoon arrogant dat ze dan “Yes het is gelukt!” en dat ik denk dan ja maar ik heb 9 weken eh … gesproken al die lessen denk je dat ik eh …

“Dat had ik vooral met de expo dat de studenten helemaal: Yeahhhh we hebben het gedaan riepen en dat ik dacht ja maar ik dan?” “Maar later denk ik dit is de bedoeling , dat ze het gevoel hebben dat ze het zelf hebben gedaan.”

Kim: “Ik snap het wel, het is ook wel een soort van erkenning ofzo je heb heel hard je best gedaan en dan lijkt het alsof een ander alles heeft gemaakt.”

Susan: “ Ja maar dat is juist het goede er aan.”

Kim: “Maar bij MOP moet dat.”

Susan: “Ja je moet onzichtbaar zijn als docent uiteindelijk.” “En daarom moet je invloed als docent minimaal zijn.”

Kim: “Ja een soort geest die er tussen door eh .. hahah.”

Kim: “Ehm we gaan door heb je het gevoel dat leerlingen bij my own project actiever zijn dan bij andere lessen? “

Page 39: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Susan: “Ja.” “En dit is iets wat ik nog een keer wil onderzoeken hoe die leersnelheid dan is.” “Maar ze zijn wel sierue sen actief en gedreven.” “En op een gegeven moment gaan ze ook zelf analyseren ze worden helemaal kritisch dan.” “En dat zie ik liever dan dat ze bij vormgeven eerst zes weken lang er bij zitten van we hoeven het niet in te leveren.”

Kim: “Nee dat vind ik ook irritant … even kijken vind jij het vak MOP een praktijk gericht vak?”

Susan: “Eh ja , ja ik vind het wel praktijk gericht ja.”

Kim: “En heb jij het gevoel dat je samen met de leerling verantwoordelijk ben voor het leer proces of is de leerling dat zelf?”

Susan: “Nee, ik ben ook verantwoordelijk, is een hele belangrijke rol die begeleidende rol.”

Kim: “Ja je participeert tijdens die les zelf ook als docent.”

Susan: “Ja dat is ook het leuke aan die rol.”

Kim: “Ik vind persoonlijk de rol van coach prettiger dan zender zijn.”

Susan: “Ja.”

Kim: “De volgende vraag sluit daar bij aan, de docent is tijdens MOP meer een coach dan een kennisoverdrager wat vind je van deze rol en benoem waarom je dat vind.”

Susan: “*denkt lang na* ja ergens vind ik dit ook wel weer lastig omdat eh ik ben een docent die eh veelzijdig is en ik kan op veel dingen reageren dus eigenlijk speel ik vals.” “Want eigenlijk mag ik niks zeggen over vormgeef dingen maar op het moment dat iemand tekent en dan ja dan ga ik daar toch inhoudelijk op begeleiden.”

Kim: “Ik doe dat ook wel dat gaat automatisch dat komt ook door je achtergrond.”

Susan: “Ja, ja ja en ik kan bijvoorbeeld niet iemand begeleiden in codes of zo dus dan, althans inhoudelijk niet ik begeleid de student wel en heb er gesprekken mee en ik vraag hoe is het ten opzichte van vorige week.”

Kim: “Maar je kan de code niet oplossen?”

Susan: “Nee, nee dat kan ik niet.” “Nou ja en ik kan wel tegen de student zeggen van ik weet dat Peter heel goed kan coderen loop eens naar hem toe.” “Dus in die zin klopt die rol wel.”

Kim: “Ik vind MOP een heel menselijk vak bij andere vakken word vaak veracht dat je iedere les kan knallen en wat kan maken, en bij MOP is het dat je er mee om leert gaan dat je af en toe gewoon een kut dag heb en dat je dan de hele dag geen zak doet.” “En vervolgens jezelf oppakt.”

Susan: “Ja ja, precies.” “En ze waarderen ENORM dat ik dat goed vind.” Zoals naam student heeft 7 weken staan tekenen en wilde wat anders doen even op de computer inspiratie doen.” “Ik vind dat helemaal prima, ga je gang.” “Ze waarderen dat echt enorm je kan niet iedere dag een rambo zijn.” “En inderdaad dat menselijke aspect dat je dan als een student geen inspiratie heeft dan zeg ik ga even buiten een rondje lopen ga even roken of zo.” “Wat doe je hier dan?” “Als het niet lukt dan moet je even lekker naar buiten gaan en dat ehm … de volgende les gaan ze twee keer zo hard en nou ja prima toch!”

“Je heb niks verloren in die zin.”

Kim: “Even kijken … vind jij dat de leeromgeving van het GLU er op zijn gericht dat de leerling het beste uit zichzelf kan halen?” “En hoe voelt dat voor jou?”

Susan: “Het is niet helemaal perfect , er zou natuurlijk veel meer faciliteiten kunnen zijn.”

Kim: “Zoals?”

Susan: “Nouuuu jaaa ehhh, nog meer printers maar ook wat gadgets , oculus rift , iPad enzo, en zoals naam leerling die tekend gewoon met een paar HB potloden ja … weetje die plakt gewoon wat tegen de muur aan en dat is ook niet echt heel erg eh ideaal.

“Ik denk ook wel dat onze student heel erg scherm gericht is , en natuurlijk heel mooi dat studenten van ons analoge foto’s gaan maken , dat zijn ze aan het doen en die geef ik dan de mogelijkheid elke les naar buiten te gaan.” “Als je gedreven ben dan wil je toch elke keer dat doen?”

Kim: “Ja dan moet je als docent daar ook vertrouwen in hebben.”

39

Page 40: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Susan: “Ja precies ja.” “ Dus het mag wel stimulerender.”

Kim: “Oke laatste twee vragen vind je dat MOP iets toevoegt aan de opleiding interactief vormgeven?”

Susan: “Ja, want ik denk dat over een tijdje je als mens of als creatieveling zijnde is het gewoon goed om breed te zijn.” “Het is goed om mee te kunnen praten, ook als IV.” “Dat een, en wat ook ik bij de eerstejaars zie die gaan bij mop web leren omdat ze dat lastig vinden.”

“Het is ook niet echt een vak … het is meer een lesmethode.” “Het is niet perse geschreven voor IV … wat mij betreft kan het hele onderwijs zo zijn.”

Kim: “Ja dat heb ik ook haha, oke laatste vraag!” “Wat ontbreekt er aan mop waardoor het nog meer een succes zou kunnen zijn?”

Susan: denkt lang na “Ik ben wel tevreden zoals het gaat, best wel.” “Maar dat is ook de vorm hoe ik het doe ik doe het zoals ik het wel.” “Facilitair hebben we het over gehad dat kan beter en … misschien een ander ritme dan een keer per week misschien twee keer.”

Einde interview

Page 41: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Bijlage B7 : Interview getranscribeerd studenten

Transcriberen interview Afstudeerscriptie : Helene Hendrika van Essen

Datum: 3 februari 2016 Locatie: Grafisch Lyceum UtrechtOpname start : 12:30

Geïnterviewde:Lotte Meijer

Start interview

Kim: “Oké hij neemt op”. “Ehm je weet al wie ik ben, ik ben Kim.” En uhm, vertel even wat je naam is, hoe oud je bent, en in welke klas je zit.”

Lotte “Nou ik ben Lotte Meijer, ik ben 18 jaar en zit in 2iv1.”

Kim: “Oke.” “Nou we gaan nu beginnen met het interview, um, het eerste rubriekje, zo noem ik het even, heet: je ervaring tijdens MOP.”

Kim: “En vraag een is met een introductie.”

Kim: “Daar staat; Het vak MOP is anders dan de andere vakken binnen het GLU, en heeft veel weg van zelfstandig leren, zinvol leren, geïnspireerd leren, zelf verantwoordelijk leren, levensecht leren of coöperatief leren.” “Al deze varianten van leren vallen onder een bepaald begrip.” “Dit word het nieuwe leren genoemd.” “Dit heeft als doel om leerlingen actiever en met meer eigen betrokkenheid kennis te laten opbouwen.” “Een onderwijs deskundige heeft dat onderzocht.”

Kim: “Vraag 1; hoe heb jij het vak MOP ervaren?”

Lotte: “Ehm, nou ik vind het heel leuk want je wordt heel vrij gelaten in je opdrachten.” “Je kan zelf echt kiezen, waar je je zeg maar in wil verbeteren wat je heel erg leuk vind.”

Kim: “Hmhm” knikt

Lotte: “Ja dat vind ik wel fijn.” Lacht

Kim: “Oke”.

Kim: “ Zou je een aantal kenmerken van het vak MOP kunnen noemen?” “En beeld je dan in dat je het omschrijft aan iemand die het GLU niet kent.”

Lotte: “Gewoon, woorden?” “Kenmerken?”

Kim: “Ja, omschrijf het vak.” “Ik ken het niet!”

Lotte: “Oke, nou het is creatief, en um eh je hebt je eigen vrijheid, je krijgt veel vrijheid, ontwikkelen, want je ontwikkeld jezelf in veel dingen, ja dat denk ik haha.”

Kim: “Oke, is goed.”

Kim: “Uhm even kijken, zijn het positieve of negatieve kenmerken?” “ En kan je toelichten sorry ik versprak me wat jij positief of negatief ervaart?”

Lotte: “Hmmmmmm.””Nou dat van net was eigenlijk allemaal positief.” “En negatief, ik denk … bijvoorbeeld met Photoshop tutorial, in de eerste had ik dat gedaan met MOP, en bij sommige

41

Page 42: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

technieken had Susan daar geen verstand van.” “Dus dan zit je zelf ook een beetje vast en moet je naar een andere docent.” “Wat op zich wel logisch is …” “Maar dat is soms een beetje lastig.”

Kim: “Ja”.

Kim: “Uhm, volgende.”

Kim: “Zijn de behaalde resultaten bij MOP aan de goede of de matige kant?” “Of misschien zelfs heel erg slecht?” “Motiveer je antwoord.”

Lotte: “Bij mij, mijn resultaten?”

Kim: “ Ja, het mag over jezelf gaan maar ook over de klas.” “Als je daar uitspraken over kan doen.”

Lotte: “Uhm, nou ik heb wel goede cijfers terug gekregen van MOP.” “En ik weet wel bij sommige mensen die laten het dan een beetje liggen.” “Want dan denken ze, oooh het is toch maar MOP.” “Dus dan doen ze het niet.” “Dus dan halen ze bijvoorbeeld dingen van internet of zo.” “Dat weet ik wel.” “Maar ik weet de cijfers natuurlijk niet.”

Kim: “Nee.”

Kim: “Um oke, nu over de praktische zaken.” “Mop duurt negen weken.” “Vind je dit te lang of te kort?” “Kan je daarbij je antwoord motiveren waarom?”

Lotte: “Nou ligt aan je project.” “Met die Photoshop tutorials had ik dat ik het wel lang vond.” “Nou ja per les kan je wel een ding doen.” “Met filmpjes van Youtube.” “Op een gegeven moment dacht ik toen wel ik ben er nu een beetje klaar mee.”

Lotte: “Maar met de vorige periode, toen was ik ook met de expo en zo bezig.” “Toen heb ik thuis ook wel veel gedaan maar toen had ik het wel echt nodig haha.”

Lotte: “Dat verschild gewoon per project denk ik.”

Kim: “Ja en misschien ook wel per periode?”

Lotte: “Ja, ja ja.”

Kim: “Oke, um volgende hoofdstuk gaat over de onderwijs visie van het GLU.” “Dat klinkt heel ingewikkeld.”

Kim: “Maar ik ga nu uitleggen wat het is.” “Vraag 3.”Kim: “De visie van het GLU is gebaseerd op drie pijlers, toekomst gericht onderwijs, persoonsgericht onderwijs en praktijk gericht onderwijs.” “Als je deze drie termen zo hoort.” “Vind je ze bij het GLU passen?” “En leg uit waarom?”

Lotte: “Emmmm ja dat denk ik wel?”

Kim: “Ja?” “Zal ik ze anders nog een keer opnoemen?”

Lotte: “Ja is goed.”

Kim: “Je hebt toekomst gericht, praktijk gericht en persoonsgericht.”

Lotte: “Ja, ja dat past wel bij de school.” “Ik denk ook wel, met MOP kan je meer je eigen ... zeg maar voor de toekomst … ja ik weet niet haha, tenminste niet iedereen weet wat ie hierna wil gaan doen …”

Lotte: “ Maar stel je wil juist meer de vormgeving kant op.” “Dan kan je daar juist bij MOP meer uitbreiden.” “Een wil je meer coderen dan kan je dat weer doen.” “Of fotografie of wat dan ook.”

Lotte: “Dus dat is wel toekomst gericht.”

Kim: “En vind je dat het vak MOP bijdraagt aan je toekomst?” “Kan je dat uitleggen?”

Lotte: “Ummmmm ja!” “Want nou kijk bijvoorbeeld afgelopen periode heb ik fotografie gedaan, dat vind ik zelf heeeel leuk om te doen.” “Ik weet natuurlijk niet of ik dat later wil gaan doen, maar wel meer mee willen doen.” “Dat lijkt me wel heel leuk.”

Kim: “Heb je het gevoel dat je op het GLU, sociale en communicatieve vaardigheden leert?” “Dus mag je hier fouten maken?” “Leg uit aan de hand van een persoonlijke ervaring of je het hier wel of niet mee eens bent?”

Page 43: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Lotte: “Nou bij MOP bijvoorbeeld, dan hoef je niet perse tot een eindresultaat te brengen, het gaat meer om je voortgang en wat je leert.” “Daar gaat t bij MOP om.”

Kim: “Dus meer het proces.”

Lotte: “Dus dan mag je sowieso wel fouten maken en als iets niet lukt dan heb je het in ieder geval geleerd.”

Kim: “Ja.”

Kim: “Vraag drie punt drie, op basis waarvan maak jij een keuze voor een project onderwerp?” “ Is daarbij de invloed van de klas of de docent aan de orde?” “Of juist helemaal niet?”

Lotte: “Nou meestal bij de eerste MOP les stuurt Susan een Pinterest pagina, daar heeft ze allemaal inspiratie op staan voor MOP dus dan ben ik daar een beetje op aan het kijken.”

Lotte: “ Maar meestal dan als mensen al zo’n project doen dan wil ik ook niet hetzelfde doen.” “Dus dan zit ik een beetje op Google te kijken wat ik met Photoshop nog wil doen.” “En nu wou ik met fotografie wat doen omdat ik dat leuk vind.”

Kim: “Vraag drie punt vier, ervaar je dat je actiever bent tijdens de lessen MOP?”

Lotte: “De afgelopen periode niet, maar toen was ik er ook niet.” Lacht “Maar bij MOP vind ik het leuk dat je je eigen dingen zeg maar kan maken.”

Lotte: “Dus dan wordt je ook enthousiast.” “Zoals bijvoorbeeld bij web, het hangt wel af van de persoon maar ik vind web veeeel minder leuk.” “Dus dan ben ik ook minder actief”.

Kim: “En vind jij het een praktijk gericht vak?”

Lotte: “Dat ligt een beetje aan je project denk ik wat je kiest.”

Kim: “En als je MOP zou vergelijken met andere vakken, is MOP dan meer of minder praktijk gericht?”

Lotte: “Ehm nou het is wel meer zelfstandig.” “Want het is echt je eigen ding.” “Dus wat dat betreft is het meer je eigen ding denk ik?”

Lotte: “Ja haha weet ik niet zo goed.”

Kim: “Vraag vier punt twee, heb je het gevoel dat je samen met de docent verantwoordelijk ben voor het leerproces tijdens MOP?” “En neem je door het vak MOP meer verantwoordelijkheid tijdens andere lessen?”

Lotte: “Nou dat leer proces dat licht meer bij jezelf.” “Want jij kiest er voor wat je wil leren.” Lotte: “Wat was de vraag precies?”

Kim: “Ehm of je meer verantwoordelijkheid heb bij andere vakken door MOP.” “Dus in het kader van zelfstandigheid.”

Lotte: “Ehm ja misschien …” “Weet ik eigenlijk niet zo goed.”

Kim: “Misschien nooit over na gedacht?”

Lotte: “Nee eigenlijk niet, bijvoorbeeld bij web dan heb ik al snel zoiets van dat doe ik thuis wel.” Lacht

Kim: “Ehm even kijken hoor, vraag zes …”Kim: “ De docent is tijdens MOP meer een coach dan een kennisoverdrager wat vind je hier van?” “Leg uit waarom je dit vind, en je kan ook een voorbeeld noemen om je mening te onderbouwen.”

Lotte: “Nou ik vind dat wel fijn, want je heb nu zeg maar de eigen controle over je project, dus je kan zelf eh er voor kiezen hoe je je onderzoek wil doen, hoe veel je wil maken.”

Lotte: “Dus ik vind het wel fijn want de docent komt langs en vraagt wat je doet, je heb niet echt een schema.”

Kim: “Duidelijk.”

Kim: “Vraag vijf punt een, in de persoonsgerichte pijler uit de visie van het GLU staat dat de leerling bij MOP het beste uit zichzelf kan halen, voelt dit voor jou zo?”

43

Page 44: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Lotte: “Ik denk dat het per persoon verschild, mijn afgelopen project was leuk om aan te werken, dan wil je er alles uit halen maar bij sommige mensen ligt het ook aan de motivatie en als je het niet leuk vind …”

Kim: “Vind jij dat deze lessen wat toevoegen aan de opleiding?”

Lotte: “Ja en ook aan jezelf want je kan bijvoorbeeld een programma kiezen waarmee je niet goed kan werken en daar kan je dan goed in worden met MOP.”

Kim: “Even kijken, dit is de aller laatste vraag.”

Kim: “ Wat ontbreekt er aan MOP waardoor het nog meer een succes zou kunnen zijn?”

Lotte: “Ehmmmmmmm”

Kim: “Ja slotvraag hahaha”

Lotte: “Ik zou het niet weten.”

Kim: “Als je niks weet hoef je niet wat te zeggen hoor.”

Lotte: “Nee ik vind het wel goed zoals het gaat dus zou het niet weten.” Lacht

Kim: “Nou dank je wel!”

Transcriberen interview Afstudeerscriptie : Helene Hendrika van Essen

Datum: 3 februari 2016 Locatie: Grafisch Lyceum UtrechtOpname start : 12:48

Geïnterviewde:Max van Veen

Start interview

Kim : “Vertel even wie je bent, hoe oud je bent en wat je doet”. Max: “Ik ben Max ik ben achttien jaar oud en zit in 2iv1.” Kim: “Oke, en we gaan weer met vraag een beginnen.”

Kim: “ Het vak My Own Project is anders dan andere vakken binnen het GLU.” “En heeft veel weg van het zelfstandig leren, zinvol leren, geïnspireerd leren, zelfverantwoordelijk leren, levensecht leren, en coöperatief leren.”

Kim: “Als deze varianten vallen onder het begrip; het nieuwe leren.” “En dat heeft het doel om leerlingen actiever en met meer eigen betrokkenheid kennis te laten opdoen.”

Kim: “En dat heeft een onderwijs wetenschapper onderzocht.”

Kim: “Vraag een; hoe heb jij het vak MOP ervaren?”

Max: “Ja ik vind het een leuk vak.” “Maar ook best wel saai worden omdat we het te vaak hebben vind ik.”

Kim: “Hmhm”.Max: “Dus op een gegeven moment is het heel lastig om een nieuw project te vinden.”

Kim: “Dus je heb het ervaren als, soms wel lastig?”

Max: “Ja.”

Page 45: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Kim: “Oke.”

Kim: “Volgende vraag zou je een aantal kenmerken kunnen noemen van het vak MOP en beeld je daarbij in dat je het vak uitlegt aan iemand die het GLU niet kent.”

Max: “Nou, creatief.”

Kim: “Hmhm.” Knikt

Max: “Je mag zelf dingen verzinnen.”

Kim: “Hmhm.” Knikt

Max: “Ja je kan je eigen weg in gaan, en zelf dingen verzinnen.”

Max: “Je bepaald zelf wat je wil leren.”

Kim: “Zijn er positieve of negatieve kenmerken?” “En kan je toelichten welke je positief of negatief ervaart en waarom?”

Max: “ Nou het negatieve dus te vaak, om een project te verzinnen.” “En het positieve is dat je zelf kan kiezen wat je wil leren.”

Kim: “Ja.”

Max: “Dus je kan zelf je onderwerp kiezen.”

Max: “En je kan ook nog aan andere vakken werken waarbij je ook nog wat wil leren.”

Kim: “Volgende vraag, zijn de behaalde resultaten bij het vak MOP aan de goede of matige kant, of misschien wel heel slecht?” “Motiveer je antwoord.”

Max: “Ik vind het eigenlijk wel goed gaan.”

Kim: “Ja?”

Max: “Ja.”

Kim: “En uh in de klas, denk je dat het goed gaat?” “ Het kan beter?”

Max: “Bij sommige wel en bij sommige niet.”

Kim: “Nee dat hangt van de student af.”

Max: “Ja dat vooral.” “Ook de inzet.”

Kim: “Uhm waar was ik … hier.” “MOP duurt negen weken, is dit te lang of te kort?”

Max: “Dat ligt dan ook dan net aan je project.” “Bij sommige is het te lang en bij anderen is het weer te kort.”

Kim: “Dus eigenlijk zou je dan een project moeten hebben wat negen weken echt zou duren?”

Max: “Ja.”

Kim: “Of acht, met de presentatie er bij.”

Max: “Ja.”

Kim: “Oke … “

Stilte

Max: “Of juist meerdere kleine projecten.”

Kim: “Ja maar dat gebeurd alleen niet zo heel veel?” “Volgens mij?”

Max: “Nee, lijkt mij niet.”

Kim: “Vraag drie, deze gaat over de visie van het GLU.”

45

Page 46: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

“De visie van het GLU is gebaseerd op drie pijlers, toekomst gericht onderwijs, praktijk gericht onderwijs en persoonsgericht onderwijs.” “Als je deze drie termen hoord, vind je dat dan bij de school passen?”

Max: “Ja dat denk ik wel maar persoonsgericht dat merk ik zelf niet echt.”

Kim: “Nee?”

Max: “Maar dat komt omdat het altijd aan de hele klas is gericht, dus persoonsgericht niet echt.”

Kim: “Dus je vind het niet individueel?”

Max: “Nee.”

Kim: “Oke.”

Kim: “Heb je daar een voorbeeld van?” “Of hoe merk jij dat in de les?”

Max: “Ja ik weet niet er word gewoon heel vaak klassikaal uitgelegd.” “En dan kan je wel gewoon vragen stellen maar verder word er niet echt veel, ...”

Kim : “Oke.”

Max: “Een beetje gewoon de standaard wat je bij normale scholen ook heb.”

Kim: “Ja.”

Kim: “Vind je dat het vak MOP iets bijdraagt aan jou toekomst?”

Max: “Ja zeker, je kan dus zeg maar zelf je vakken kiezen.” “Zoals ik net ook al zij.”

Max: “En je kan dan zeg maar zelf beter worden in dingen.”

Kim: “Uhhh vraag drie punt twee, heb je het gevoel dat je op het GLU communicatieve en sociale vaardigheden leert.” “En mag je fouten maken?” “Leg aan de hand van je persoonlijke ervaringen uit of je het er wel of niet mee eens ben.”

Max: “Ja je mag altijd fouten maken.” “En je krijgt ook weer tips hoe je dingen weer kan aanpassen.”

Kim: “Hmhm.”

Kim: “Vraag drie punt drie, op basis waarvan maak jij de keuze voor een project onderwerp?” “Is hierbij de invloed van de klas, of de docent aan de orde?”

Max: “Eerst kijk ik wat ik zelf lastig vind.” “Of waar ik extra aandacht aan wil besteden.” “En als ik het echt niet weet vraag ik aan studenten wat ze dan doen.”

Max: “Zoals afgelopen periode hebben Oscar en ik het samen gedaan.”

Kim: “Ervaar je dat je meer actiever ben tijdens de lessen MOP?”

Max: “Nee dat niet echt.” “Gewoon even actief.”

Kim: “Hetzelfde als bij andere vakken?”

Max: “Ja.”

Kim: “Vind je het vak praktijk gericht?”

Max: “Dat is een lastige vraag … “

Stilte

Max: “Ja denk het wel.” “Want je leert natuurlijk ook dingen te doen die je later ook weer nodig heb.”

Kim: “En vind je dit meer of minder praktijk gericht dan andere vakken?”

Max: “Ik denk dat dat ook wel gelijk staat.”

Page 47: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Kim: “Uhm next.”

Kim: “Heb je het gevoel dat je samen met de docent verantwoordelijk bent voor het leer proces tijdens MOP?” “En neem je hierdoor meer verantwoordelijkheid bij andere vakken?”

Max: “Ik denk dat het leer proces vooral bij jezelf ligt, wat je zelf nog wil doen.” “En de docenten helpen je daar wel mee.”

Max: “Maar verder ook niet zo veel …” verontwaardigd

Kim: “Ja.”

Max: “En dit is volgens mij ook wel gelijk als bij andere vakken.” “Dus het ligt vooral aan je eigen inzet.”

Kim: “De docent is tijdens het vak MOP meer een coach dan een kennisoverdrager.” “Wat vind jij hier van?” “Leg uit waarom je dit vind aan de hand van een voorbeeld.”

Max: “Nou sommige docenten weten niet zo veel over andere vakken.” “Maar soms kan het je wel weer motiveren.” “Soort van coach.”

Kim: “In de zin van; als ik bijvoorbeeld niet weet hoe je moet Javascripten, dan ga je het zelf uitzoeken?”

Max: “Ja dan moet je het zelf uitzoeken.”

Kim: “Vraag vijf, in de persoonsgerichte pijler waar MOP zichzelf het meeste op focust, staat beschreven dat de leeromgeving van het GLU erop is gericht om het beste uit jezelf te halen.”

Kim: “Voelt dit zo voor jou?” “Leg uit wel of niet.”

Max: “Ik denk het meeste wel want je wil jezelf toch wel bewijzen.” “Om een zo hoog mogelijk cijfer te halen.” “Maar dat doet bijna elk vak.”

Kim: “En de leeromgeving van de school, zorgt die er voor dat je het beste uit jezelf kan halen?”

Max: “Soms niet, dan is het wel erg druk in de klas.”

“Dus dan word je ook afgeleid.”

Kim: “Vind je dat de lessen MOP iets toevoegen aan de opleiding?”

Max: “Ja het voegt wel wat toe omdat je …. Ja eigenlijk een beetje dezelfde vraag, je kan jezelf gewoon focussen op een onderwerp.” “Dus dan voegt dat toch wel wat toe aan je onderwerp.”

Kim: “En de laatste vraag.” “Wat ontbreekt er een MOP waardoor het nog meer een succes zou kunnen zijn?”

Max: “Dat we om de periode MOP hebben en niet elke periode.”

Kim: “Meer balans?”

Max: “Ja.”

Kim: “Oke, dank je wel.”

Max: “Geen dank.”

47

Page 48: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Transcriberen interview Afstudeerscriptie : Helene Hendrika van Essen

Datum: 3 februari 2016 Locatie: Grafisch Lyceum UtrechtOpname start : 13:10

Geïnterviewde:Oscar de Haan

Kim: “Stel jezelf even voor, wie ben je en hoe oud ben je?”

Oscar: “Ik ben Oscar de Haan, ik ben zeventien jaar oud en zit in klas 2IV1.”

Kim: “Oké, vraag een.”

Kim: “Het vak MOP is anders dan andere vakken binnen het GLU en heeft veel weg van het zelfstandig leren, zinvol leren, geïnspireerd leren , zelf verantwoordelijk leren, levens echt leren, en coöperatief leren.” “Al deze varianten van leren vallen onder het begrip het nieuwe leren.” “Dat het doel heeft om leerlingen actiever en met meer eigen betrokkenheid kennis op te laten bouwen.” “Hoe heb jij het vak MOP ervaren?”

Oscar: “Leuk, je heb je eigen vrijheid.” “Ik bedoel, je heb gewoon een vak en dan kan je zelf kiezen wat je wil doen.”

Oscar: “En je kan natuurlijk een heel leuk iets kiezen en waar je heel veel motivatie mee hebt zeg maar.” “En dan kan je gewoon lekker er voor gaan zeg maar.” “En dan kan je gewoon lekker leuk mooie projecten in elkaar zetten.”

Kim: “Ehm, vraag een punt een; zou je een aantal kenmerken van het vak MOP kunnen noemen?” “Beeld in dat je het omschrijft aan iemand die het GLU niet kent.”

Oscar: “Nou het is zeg maar gewoon een vak op het GLU zeg maar.” “Waarin je zeg maar, zo’n coach heb, docent.” “Die je een beetje begeleid zeg maar.” “En je mag zelf kiezen wat je wil gaan doen.” “Je kan bijvoorbeeld kiezen voor een eigen huis stijl maken, of bijvoorbeeld iets van Photoshop tutorial.” “Je kan dus kiezen wat je leuk vind.” “Maar bijvoorbeeld ook iets waar je beter in kan worden.” “Dat hangt helemaal van jezelf af.” “En uh, ja dat is eigenlijk het vak.” “En daar mag je een hele periode over doen en aan het einde heb je een presentatie en dan krijg je een cijfer.”

Kim: “Oké, duidelijk.”

Kim: “Zijn dit positieve of negatieve kenmerken?” “En kan je toelichten welke je …. Verslikt “Hahahaha.” “Je positief of negatief ervaart en waarom?”

Oscar: “Um ik vind het wel positief, eigenlijk allebei.” “Positief omdat je natuurlijk lekker zelf kan kiezen wat je kan doen.” “Je kan lekker werken aan je eigen vak.”

Kim: “De vrijheid?”

Oscar: “Ja de vrijheid natuurlijk.” “Negatief is wel dat je natuurlijk een docent heb.” “En zoals ik al zij is het meer een coach dan dat ze er wat meer van weet.”

Kim: “Ja.”

Oscar: “En wat Lotte ook al zij in het vorige interview, dat je dan naar andere docenten toe moet gaan.” “Dus misschien is het handiger dat de docenten dan afwisselen met elkaar.” “Dus dat is misschien wel een tip.”

Kim: “Goeie!”

Kim: “Uhmmmm, even kijken hoor … zijn de behaalde resultaten bij het vak MOP aan de goede of matige kant?” “Of misschien heel slecht?” “Motiveer je antwoord.”

Oscar: “Algemeen of bij mij?”

Kim: “Mag allebei, als je daar iets over kan zeggen.”

Oscar: “Bij mij wel eh goed, omdat ik er altijd voor ga, goede resultaten.” “In de klas hangt het er natuurlijk vanaf wat de inzet is.” “Dus de motivatie van de leerlingen, wat hun project is.”

Page 49: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Oscar: “Hangt er dus vanaf of hen project wel of niet leuk is, ehh haha!”

Kim: “Haha!”

Oscar: “Ja, dat hangt er toch vanaf haha.”

Kim: “Ja inderdaad.”

Kim: “Um ja, MOP duurt negen weken vind je dit te lang of te kort?” “Misschien kan je een voorbeeld geven?”

Oscar: “Uhm ja dat hangt er vanaf hoe lang je project duurt.” “Ik bedoel als jij eh er voor kiest om een doel te stellen van Photoshop tutorial en je zegt ik wil vier tutorial maken, dan red je binnen drie a vier weken.”

Oscar: “En dan hou je die andere weken over en dan ga je lekker niks doen, maar als je een project kiest wat bijvoorbeeld een huisstijl is dan heb je wel de tijd nodig.”

Kim: “Ja.”

Kim: “Oké, we gaan nu door naar de onderwijs visie.” “Vraag drie.”

Kim: “De visie van het GLU is gebaseerd op drie pijlers; toekomst gericht onderwijs, praktijk gericht en persoonsgericht.” “Als je deze drie termen zo hoort, vind je dit dan bij de school passen?” “En leg uit waarom.”

Oscar: “Nou toekomst gericht zeker want eh je leert natuurlijk allemaal dingen die je later in het dagelijks leven gaat werken.”

Oscar: “Nou persoonsgericht , uh ja een klein beetje …” “Wat Max ook tegen je zij in het vorige interview, het is meer klassikaal dan dat je echt persoonsgericht krijgt.” “Dus je kan wel dingen vragen aan de docent, en dan komt ie je even helpen, maar ja voor de rest is het niet echt van hoe gaat het er mee, waar sta je nu?”

Kim: “Hmhm.”

Oscar: “Wat nog meer?”

Kim: “Praktijkgericht.”

Oscar: “Praktijkgericht, ja zeker, ik bedoel eh dat heb je gewoon later nodig alles wat je hier leert.”

Kim: “Vind je dat het vak iets bijdraagt aan jou toekomst?” “Kan je dat uitleggen.”

Oscar: “Zeker, als je bijvoorbeeld , nou ja eh heel makkelijk, Photoshop tutorial kiest , dus de tools die je in Photoshop kan leren, die je dan zelf een beetje kan ondervinden door tutorial te volgen, die kan je dan weer gebruiken als je iets voor Photoshop moet maken.”

Oscar: “En het zelfde ook met huisstijl maken , ik bedoel dan leer je ook in stappen werken , hoe en wat.” “Qua opzet en zo en dat heb je ook later nodig als je dat besluit te doen.”

Kim: “Hmhm.”

Kim: “Vraag drie punt twee; heb je het gevoel dat je op het GLU communicatieve en sociale vaardigheden leert?” “En mag jij hier fouten maken?” “Leg aan de hand van jou persoonlijke ervaring uit of je het hier wel of niet mee eens ben.”

Oscar: “Je mag eh, bij het vak MOP zeker fouten maken, het is de bedoeling dat je een proces laat zien, zolang jij maar veel stappen gemaakt heb en waarvan je natuurlijk veel geleerd heb dan is het gewoon voldoende.”

Oscar: “En het is gewoon natuurlijk hartstikke leuk als een mooi project uit komt , maar als iets niet goed is dan is het helemaal niet erg.”

Kim: “Nee, het is geen verijsde?”

Oscar: “Nee.”

Kim: “Ehm, waar was ik?”

Kim: “Oja, vraag drie punt drie; op basis waarvan maak jij de keuze voor een project onderwerp?”

49

Page 50: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

“Is de invloed van de klas en de docent daarbij van invloed of juist niet?”

Oscar: “Nee, ik kies gewoon lekker voor mezelf.” “Ik kies meestal gewoon wat ik leuk vind, en je kan bijvoorbeeld ook kiezen waar je beter in wil worden.” “Maar het meeste kies ik gewoon wat ik leuk vind om te doen want dan heb je de meeste inzet en motivatie.”

Kim: “Ja.”

Kim: “Ervaar je dat je meer actiever bent tijdens deze lessen?”

Oscar: “Eh dat hangt er natuurlijk vanaf wat voor een project je kiest.” “Ik bedoel als je bijvoorbeeld de les vormgeven vergelijkt met een normale les wat ik ook heel leuk vind om te doen heb je evenveel motivatie.”

Kim: “Ehm vind je het vak praktijk gericht?”

Oscar: “Zeker, alles wat je hier leert , zoals de vorige vraag ook, heb je gewoon later nodig.” “Je kan er gebruik van maken.”

Kim: “Ja.”

Kim: “Is MOP meer praktijkgericht dan andere vakken die je heb?”

Oscar: “Um ja, even kijken lastige vraag.” “Uhm, naja tuurlijk je kan de leuke dingen kiezen en je kunt ook dingen waar je beter in wil worden , dus als die handige dingen die je er vanuit op steekt kan je weer voor de praktijk gebruiken.” “Maar de vakken die je bijvoorbeeld hier op school heb zoals vormgeven en web enzo, dat is ook handig voor de praktijk.” “Dus ik denk dat het eigenlijk wel gelijk is.”

Kim: “Vraag vier punt twee; heb je het gevoel dat je samen met de docent verantwoordelijk bent voor het leer proces tijdens MOP?” “En neem je hier meer verantwoordelijkheid dan bij andere vakken?”

Oscar: “Ehm nou ja samen met de docent, die kijkt natuurlijk een beetje , af en toe van eh wat heb je allemaal gemaakt, het moet af, komt af en toe even langs.” “En ja verantwoordelijkheid bij andere vakken, ja dat is eigenlijk wel een beetje het zelfde?”

Oscar: “Gewoon lekker je ding doen.” “Zorgen dat je gewoon de deadline haalt.”

Kim: “Um vraag vijf; de docent is tijdens MOP meer een coach dan kennisoverdrager, wat vind je hier van?” “En benoem eventueel voorbeelden om je mening te onderbouwen.”

Oscar: “Ja ze is meer een coach, ik bedoel eh ik heb het dan nu even over Susan maar eh, Kim natuurlijk as well haha.”

Kim: “Jeeeej hahaha!”

Oscar: “Ja Kim heeft dan wel meer eh hoe heet dat, meer ervaring met Photoshop en zo.” “En al die programma’s”. “En zoals Susan ja die heeft niet heel veel ervaring er mee.” “Dus ze is meer een coach van; hoe gaat het er mee?”

Oscar: “En wat heb je allemaal gemaakt?” “Maar niet echt van, wat een mooie techniek ofzo want dat kan ze natuurlijk allemaal niet zien.”

Oscar: “Dus het is handig als je dan allemaal verschillende docenten heb.”

Kim: “Ja.”

Oscar: “Die dan ook kunnen kijken of de techniek een beetje goed is en niet alleen hoe het er uit ziet.”

Kim: “Ja, goeie.”

Kim: “Uhm even kijken hoor, vraag vijf.”

Kim: “In de persoonsgerichte pijler waar MOP zichzelf het meeste op focust staat beschreven dat student begeleiding en de leeromgeving van het GLU er op zijn gericht om de student het beste uit zichzelf te laten halen.” “Voeld dit voor jou zo, waarom wel of niet?”

Oscar: “Ja zeker, je haalt het beste uit jezelf als de vakken leuk genoeg zijn.” “Dan ga je er gewoon voor ja.”

Kim: “En eh de begeleiding, bij andere vakken, of het gebouw, dus de leeromgeving?”

Page 51: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Oscar: “Ja de begeleiding is gewoon goed, ik bedoel er wordt lekker klassikaal uitgelegd, en als je vragen heb kan je gewoon naar de docent toe.” “Locatie is prima, ik bedoel, het is vlak bij het station dus je snapt wel wat ik bedoel.’

Kim: “Ja.”

Kim: “Ehm, vind je dat de lessen MOP wat toevoegen aan deze opleiding?”

Oscar: “Um zeker, ik bedoel je kan zoals ik eerder heb aan gegeven alles wat je leert kan je weer in de toekomst gebruiken natuurlijk.”

Kim: “Yes.”

Kim: “De allerlaatste vraag, wat ontbreekt er aan MOP waardoor het nog meer succes zou kunnen worden?”

Oscar: “Nou zoals ik al zij; meer afwisselende docenten is toch denk ik wel een grote tip.”

Kim: “Oke, dank je wel!”

Einde interview

Transcriberen interview Afstudeerscriptie : Helene Hendrika van Essen

Datum: 4 februari 2016 Locatie: Grafisch Lyceum UtrechtOpname start : 13:00

Geïnterviewde:Tim Winter

Start interview

Kim: “Ik ga beginnen met de vraag, wil je even vertellen hoe je heet en wie je bent en in welke klas je zit?”

Tim: “Ik ben Tim Winter, ik zit eh in klas 2iv1, en ik ben achttien jaar oud.”

Kim: “Oke dank je wel.”

Kim: “Nou zoals ik al zij, we beginnen eerst over de ervaring tijdens MOP.” “Vraag een heeft een korte introductie.”

Kim: “Het vak MOP is anders dan andere vakken binnen het GLU en heeft veel weg van het zelfstandig leren, zinvol leren, geïnspireerd leren, zelf verantwoordelijk leren, levensecht leren en coöperatief leren.” “Al deze varianten van leren vallen onder het begrip het nieuwe leren, wat als doel heeft om leerlingen met meer eigen betrokkenheid en actiever kennis op te laten bouwen.” “En dit heeft een van de betere wetenschappers op het gebied van onderwijs onderzocht.”

Kim: “Hoe heb jij MOP ervaren?”

Tim: “Nou afgelopen periode vond ik het vak MOP leuker dan de vorige periodes.” “Ik vond het project wat ik had uit gekozen wat ik ook veel leuker dan vorige perioden.”

Tim: “En wat ik altijd heel fijn vind, is dat ik nu bijvoorbeeld met iemand heb samen gewerkt en dat geeft toch ook wel een beetje een gevoel wat je later in een bedrijf ook heb.” “Dat je op zo’n manier moet gaan werken.”

Kim: “Ja.”

Tim: “En dat soort dingen vind ik wel fijn.” “En ook dat je bij MOP wat meer eigen inbreng in die samenwerking heb, zonder dat je echt een opdracht volgt, verplicht door de leraar.”

51

Page 52: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Kim: “Hmhm.”

Kim: “Vraag een punt een; zou je een aantal kenmerken van het vak MOP kunnen benoemen en beeld je in dat je het vak MOP omschrijft aan iemand die het GLU niet kent.”

Tim: “Ehhhh, ja … ik eh, kan het eigenlijk alleen maar omschrijven als dat je helemaal je eigen inbreng er aan kan geven.” “Het is heel vrij.” “Ehmmmmmm …… je kan zelf je eigen planning maken.” “En eh, ja en je kan eigenlijk zelf alles bedenken.” “Alleen heb je dan een leraar die alles controleert en na gaat of het goed gaat.”

Tim: “En verder kan je zelf bij allemaal eh bronnen informatie vinden.”

Kim: “Oké.”

Kim: “Vraag een punt twee; vind jij het positieve of negatieve kenmerken en kan je toelichten wat je positief of negatief ervaart en waarom?” “Wat zou jij dus tegen die fictieve persoon zeggen over het vak MOP?”

Tim: “Ehhh dat de vrijheid , eh dat heeft voordelen en nadelen.” “Bij een vak met een opdracht moet je echt die opdracht doen en bij MOP kan het een beetje zijn dat mensen halverwege de periode , dat ervaar ik zelf ook een beetje, dat je dan eh minder uiteindelijk doet dan eigenlijk moet omdat je niet echt een duidelijke structuur heb van dat moet ik elke les doen.”

Tim: “Als wat je bijvoorbeeld bij andere lessen heb, maar verder vind ik het wel weer fijn dat je zelf eigenlijk wel je tijd in kan delen.” “En dat kan bij andere vakken een stuk minder.”

Kim: “Klopt.”

Kim: “Vraag een punt drie; zijn de behaalde resultaten bij het vak MOP aan de goede of de matige kant?” “Motiveer je antwoord en dit kan over jezelf gaan of over de klas gaan, als je daar wat over kan zeggen.”

Tim: “Ja wat ik vaak bij , bij mezelf zijn de resultaten , ik heb allemaal zevens en hoger gehad voor MOP.” “Ik dacht maar een zes.” “En eigenlijk ben ik daar tevreden mee, al vind ik soms wel dat eh als ik dan een project maak , of als ik naar anderen kijk in de les , dan denk ik wel dat heel veel projecten gewoon heel vaak werk is wat bij andere lessen al is gemaakt.”

Tim: “Dus dat het niet helemaal meer van hunzelf is, en ik denk wel dat sommige mensen het niet meer een uitdaging vinden.” “Maar dat het cijfer dan alsnog wel hoog is.” “Dus ik vind de resultaten best hoog maar ik heb vaak niet het idee dat mensen wat nieuws hebben geleerd.”

Kim: “Jaja, precies.”

Kim: “Dus er zal meer onderscheid in moeten zijn?”

Tim: “Ja.”

Kim: “Tussen de mensen die helemaal niks doen , of mensen die doorwerken?”

Tim: “Ja precies!.”

Kim: “Oke nu wat vragen over de praktische zaken.”

Kim: “Het vak MOP duurt negen weken, vind je dit te lang of te kort?” “En kan je dat motiveren?”

Tim: “Nou, ik vond het eerst altijd te lang duren,…”

Kim: “Ja, waar lag dat aan?”

Tim: “Omdat we heel veel lessen, eh ja vaak kwam Susan maar een keer langs, en maakte ze een rondje en bleef ze bij iedereen heel lang zitten en dan kwam ze soms niet eens een paar lessen bij mij.” Verontwaardigd

Tim: “En dan kwam ze ineens wel langs, en zoals nu bij de laatste periode hadden we ook dat we een paar keer aan het einde van de les samen gingen zitten en dat motiveert dan toch ondanks dat je vrij bent , je kan namelijk zomaar uitgekozen worden.” “Dus je heb wel een soort van hele lichte spanning in de klas dat je wel iets op tijd af heb.”

Kim: “Ja.”

Tim: “Dus dat vind ik wel eh ….”

Page 53: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Kim: “Dat iemand tussentijds even komt checken, maar je weet niet wanneer?”

Tim: “Nee precies.”

Kim: “Oke, dus ja een soort van stress die je dan beetje heb.” “Zovan ik moet wat laten zien ..”

Tim: “Ja en het maakt niet zo zeer uit wat je laat zien want je houd je aan je eigen planning.”

Kim: “Oke, ja.”

Kim: “Oke we gaan nu door naar het hoofdstuk, zo noem ik het even, de onderwijs visie van het GLU.” “De visie van het GLU is gebaseerd op drie pijlers, deze zijn toekomst gericht onderwijs, praktijk gericht onderwijs, en persoonsgericht onderwijs, als je deze drie termen zo hoort, vind je dit dan bij de school passen?”

Tim: “Eh bij de school, bedoel je dan dat ik het echt ervaar?”

Kim: “Ehmmmmmm, ja het is hoe jij het zelf interpreteert, zeg maar de school heeft een visie gemaakt, en daar is eigenlijk alles wat jij leert daar op gebaseerd, dus het GLU vind toekomst gericht onderwijs belangrijk, praktijk gericht en persoonsgericht.”

Tim: “Ja ik vind niet, wat ik zelf ervaar dat het persoonsgericht niet , niet heel erg want je zit toch heel massaal en heel vaak spreek ik docenten nog niet eens een paar lessen achter elkaar , dus de andere twee vind ik wel echt vooral praktijk want bijna alles is praktijk bijna geen theorielessen of toetsen waarvoor je moet leren.”

Tim: “Dus het persoonsgerichte kan wel veel beter.”

Kim: “Ja dit heb ik meer gehoord gister.” “Dat is wel opvallend.”

Kim: “Ehm, vind jij dat het vak MOP iets bijdraagt aan jou toekomst?” “En kan je dat uitleggen?”

Tim: “Ehmmmm nou zeker weten want eigenlijk, ik heb in het eerste jaar vooral tutorials gevolgd, van Photoshop en Illustrator enzo, en het voordeel van MOP is dat je zelf lekker kan kiezen wat je wil leren.” “En later wil je misschien ook wel die tools gebruiken die je dan kan leren, dus dat is wel echt ene pluspunt.”

Kim: “Ehm vraag drie punt twee; heb je het gevoel dat je op het GLU communicatieve en sociale vaardigheden leert?” “En mag je hier fouten maken?” “Kan je aan de hand van een persoonlijke ervaring dit uitleggen?”

Tim: “Nou fouten maken , ik denk dat je dat sowieso wel kan, en fouten worden hier op school niet echt gestraft, overigens vind ik wel soms dat als je fouten blijft maken dat het dan wel gestraft kan worden.”

Tim: “En soms vind ik ook dat als je in de cijfer beoordeling kijkt en je kijkt wat mensen doen, tijdens de lessen, dat klinkt dan heel lullig maar dan zit ik tien weken lang hartstikke hard aan iets te werken, en dan zie ik een jongen naast me negen weken gamen en een week hard werken, en ik heb dan zo ongelofelijk veel meer gemaakt, … en hij heeft dan 0,5 lager dan ik?” “Dan denk ik, hoe … dat soort dingen snap ik niet?” verontwaardigd

Kim: “Waar dat op is gebaseerd?”

Tim: “Ja precies, ja ik vind soms dat het hier een beetje is van het is meer of je op deze school je best heb gedaan of niet, en of je aanwezig bent geweest.” “Maar er wordt zo ongelofelijk veel gegamed in de les!”

Kim: “Ja …”

Tim: “En ik irriteer me daar zo erg aan dat ze alleen maar zitten te klikken , dan denk ik ja weetje we zitten wel op school en dan is het niet echt motiverend als mensen hard aan het werk zijn hier ofzo.”

Kim: “Klopt haha.”

Kim: “Op basis waarvan maak jij de keuze voor een project, is daarbij de invloed van de klas of de docent aan de orde?”

Tim: “Eh nou niet van de klas, en de docent helpt me soms wel op weg, van wat voor onderwerp ik zou kunnen kiezen.” “Maar vaak weet ik eigenlijk al de periode er voor , dat ik denk als k bij week acht zit heb ik er meestal wel genoeg van, overigens was dat deze periode niet zo.”

53

Page 54: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Tim: “Want ik vond echt, ik had een heel leuk project en ehm en vaak weet ik dan al wel dat ik liever dat wil doen en dat ik dan de volgende periode wil doen.”

Kim: “Dus je bedenkt het al tijdens MOP, dat je dat de volgende periode wil doen?”

Tim: “Ja of bijvoorbeeld tijdens andere lessen denk ik van nou dit zal ik wel graag willen leren dan kan ik dat tijdens MOP doen.”

Kim: “Ja.”

Kim: “Ehm volgende vraag; ervaar je dat meer actief bent in de les MOP?”

Tim: “Neuh … vind ik niet echt meer dan bij anderen?”

Kim: “Vraag vier, vind jij MOP praktijk gericht?”

Tim: “Ja, heel erg.” “Ik denk ook dat het veel toekomst gericht is omdat je zelf kiest wat je wilt leren, en waar je later ook in verder gaat.” “En dat je dat helemaal zelf kan indelen.”

Kim: “Ja dat is zeker zo.”

Kim: “En vind je MOP meer of minder praktijk gericht dan bijvoorbeeld andere vakken die je heb?”

Tim: “Eh ja als ik het op mezelf zou betrekken voor later dan vind ik het meer praktijk gericht, want bij Photoshop leer je buttons maken, en misschien dat ik helemaal er niks meer mee doe later …. “

Kim: “Omdat het maar een onderdeel is?”

Tim: “Ja vooral veel eenzijdige dingen.”

Kim: “Duidelijk.”

Kim: “Vraag vier punt twee; heb je het gevoel dat je samen met de docent verantwoordelijk bent voor het leer proces tijdens MOP?” “En neem je ook meer verantwoordelijkheid bij andere vakken door MOP?”

Tim: “Nee ik neem niet meer verantwoordelijkheid bij andere vakken door MOP, en heb ook niet het gevoel dat je daar altijd zelf verantwoordelijk voor ben , bij alles.”

Tim: “Het is heel erg als de leraar, dat ook moet doen ik bedoel je zit niet op een basis school , je moet het gewoon zelf voor elkaar hebben , dat is zo.”

Kim: “Ja.”

Kim: “Vraag vijf; de docent is tijdens het vak MOP meer een coach dan een kennisoverdrager, wat vind jij hier van?” “Leg uit waarom je dit vind en benoem eventueel voorbeelden om je mening te onderbouwen.”

Tim: “Eh ik vind dat eh , nou ja ik snap het , dat het een coach is en dat vind ik ook heel goed, alleen vaak ervaar ik dat niet zo.” “Omdat ik heel vaak de docent niet spreek.” “En we hebben het ook nooit over een planning.”

Tim: “Dat ik het op tijd afkrijg ofzo, dus het is niet echt dat het stimuleert.” “En ik vind ook, het is natuurlijk een coach maar eigenlijk vind ik ook dat er een docent , of verschillende docenten elke periode iets met MOP doen.” “En dat je ook een beetje een project kan kiezen waar die docent dan wat van weet.”

Tim: “Want bij Susan , die verwijst je alleen maar door naar andere leraren, en dan denk ik ja dat is zonde , dat stimuleert totaaal niet, ik heb persoonlijk helemaal geen zin om overal rond te lopen en mailen en dan na school nog met leraren afspreken enzo.”

Kim: “Daar hebben ze zelf ook geen tijd voor hoor.” “Meestal.” Haha

Tim: “Nee, inderdaad en dan moet je tijdens andere lessen naar de docent en die is dan ook geïrriteerd van ja, vraag maar aan de docent waar je les van heb …”

Kim: “Ja ik heb dit meer gehoord, gister ook zelfde eigenlijk.” Kim: “Het valt wel op inderdaad.”

Kim : “Even kijken hoor we zijn bijna bij het einde, vind jij dat de lessen MOP iets toevoegen aan je opleiding?”

Page 55: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Tim: “Ja zeker weten , ook omdat je veel specifieker dingen doet dan bij andere lessen.”

Kim: “Dus je zou het wel missen als je het niet zou hebben?”

Tim: “Ja, het is heel vrij en daar hou ik echt van.” “Alleen moet je er wel mee om kunnen gaan.”

Kim: “Ja dat is zeker zo, dit is een soort test eigenlijk haha.”

Kim: “Nou en dan nu de aller laatste vraag; wat ontbreekt er aan MOP waardoor het nog meer een succes zou kunnen zijn?”

Tim: “Sowieso denk ik meer docenten, over de periode verschillend ook een andere docent, dat zou het meer een succes kunnen maken.” “En ik denk dat je tussentijds wel gewoon iets af moet hebben , ik denk dat er dan veel meer resultaat langs komt.”

Kim: “Dus een soort tussentijdse beoordeling?”

Tim: “Ja, soort van tussentijds ja!” “Dat hebben we bij andere vakken ook wel eens.” ‘Dat je halverwege de periode wat laat zien.”

Tim: “Ik denk als dat je dat doet, dat mensen dan veel meer een tijdsdruk voelen.”

Tim: “In onze klas ook, als zo’n moment er aan komt gaat iedereen stressen.”

Kim: “Dus eigenlijk … je zou bijvoorbeeld drie van die momenten kunnen pakken?”

Tim: “Ja, en daarom is het ook goed als Susan in de les groepjes bij elkaar neemt en elkaar laat zien wat je aan het doen ben.” “Dat heeft ze ook door gezet, dat vond ze goed van jou.” “Dat je aan het einde van de les met een aantal mensen ging zitten.”

Tim: “En dat stimuleert ook weer.”

Kim: “Nou dat was het dank je wel!”

55

Page 56: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Bijlage B8 : Codeboom docent en student

Page 57: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

57

Page 58: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn
Page 59: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

59

Page 60: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn
Page 61: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

61

Page 62: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn
Page 63: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

63

Page 64: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn
Page 65: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

65

Page 66: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn
Page 67: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

67

Page 68: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn
Page 69: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

69

Page 70: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Bijlage B9 : Observaties lessen MOP

Page 71: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

71

Page 72: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Bijlage B10 : Het Vulkaan model

Page 73: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

73

Page 74: De onderwijsvisie - Breitner Academie › media › lichtingen › docs › ...De manier waarop het onderwijs is aangeboden is afhankelijk van de leerbehoefte van de student, zijn

Helene Hendrika van EssenAmsterdamse Hogeschool voor de Kunsten