de verborgen stad publicatie 2008

36

Upload: kosmopolis-utrecht

Post on 22-Mar-2016

221 views

Category:

Documents


3 download

DESCRIPTION

2 p. 19-26 wijk-columns p. 6 gespreksleiders Chris Keulemans en Soula Notos p. 8-17 verslagen van de wijkgesprekken p. 27-35 bijlage artikel Soheila Najand 3 4 de spreekwoordelijke Radio Trottoir. Zo leken de levensverhalen van autochtone Hoogravenaren meer dan verwacht op die van hun allochtone buren. Zo bleek juist in zogenaamde Vogelaarwijken de organisatiegraad van (allochtone) jongeren hoog te liggen. 5

TRANSCRIPT

2

INHOUD

p. 4 voorwoord

p. 6 gespreksleiders Chris Keulemans en Soula Notos

p. 8-17 verslagen van de wijkgesprekken

p. 19-26 wijk-columns

p. 27-35 bijlage artikel Soheila Najand

3

De Verborgen Stad In het voorjaar van 2007 staken debatcentrum Tumult en Kosmopolis Utrecht hun hoofden bij elkaar. Beide instellingen organiseren op eigen wijze ontmoetingen tussen burgers in Nederland. Maar hoe nu konden we een reeks ontmoetingen tussen zogenaamde experts en gewone burgers organiseren die twee van de meest in het oog springende aspecten van globalisering, migratie en internet, als onderwerp zou hebben? Hoe konden we meer te weten komen over de invloed die migratie en internet hebben op het leven van Utrechters? Hoe zouden we die verborgen stedelijke ontwikkelingen over het voetlicht kunnen krijgen?

Volgens ons was daar meer één manier voor: de wijken in en het gesprek aangaan. Er verschijnen immers genoeg expertstudies over globalisering, maar hoe dat verschijnsel ingrijpt in het leven van Peter in Lombok of Afshin in Hoograven, dat blijft vaak onbekend. En juist dát wilden Kosmopolis en Tumult met deze reeks in kaart brengen. Hoe gaan Utrechters om met de veranderende werkelijkheid; met de mogelijkheid hier te wonen maar ook in een ander land actief in de samenleving mee te doen; met het gegeven in twee landen te mogen stemmen; met de kans met de hele wereld te kunnen communiceren; met de spannende vraag hoe het leven van je buurvrouw eruit zag voor ze je buuf werd? Het wekken van nieuwsgierigheid en het zoeken naar antwoorden op die vragen kunnen ons helpen iets te zeggen over sociale cohesie, over hechting aan je leefomgeving, over cultureel burgerschap, over de manier, kortom, waarop wereldburgers in Utrecht samenleven.

Onze leefwereld lijkt kleiner geworden door de globalisering. Tegelijkertijd ontdekten we dat er werelden in de wijken zijn die we niet kennen en misschien ook niet willen kennen? Wijken als exotisch ontdekkingsgebied, of als tropische vogeltjes in een kooitje, zoals iemand het verwoordde, leuk voor de liefhebber, maar verder overbodig. Uit die paradox: de wereld is dichtbij maar de wijk veraf, kwamen een aantal interessante gezichtspunten voort. Zo was de Lombox-website met 3000 hits per dag een landelijke succestory maar Lombok wijkbewoners halen intussen nog steeds hun nieuwtjes van de straat,

4

de spreekwoordelijke Radio Trottoir. Zo leken de levensverhalen van autochtone Hoogravenaren meer dan verwacht op die van hun allochtone buren. Zo bleek juist in zogenaamde Vogelaarwijken de organisatiegraad van (allochtone) jongeren hoog te liggen.

Soheila Najand’s begrip van Nieuw Cultureel Burgerschap vatte deze inzichten samen: deze tijd vraagt om burgers die zich in meerdere culturele settings kunnen uiten en mensen en ideeën aan zich kunnen binden. Dit verschijnsel manifeert zich makkelijker in wijken dan op nationaal niveau. Wij wilden het alledaagse gesprek koppelen aan theoretische inzichten en gingen daarmee een experiment aan. Dat experiment, met de wijk als lab, als levend organisme, als ontmoetingsplek, moet vooral doorgaan. We waren verrast door de activiteiten, de ideeën en de mensen in de verschillende wijken. Een Verborgen Stad die meer deel wordt van ‘onze’ dagelijkse blik. Een blik die de toekomst positief tegemoet ziet, want wat een slapende vulkaan aan mooie initiatieven vonden we in de Verborgen Stad. Wij kunnen niet wachten tot die vulkaan tot uitbarsting komt en het koude angstige klimaat met warmte overstroomt. Friso Wiersum en Josien Pieterse, debatcentrum Tumult Nancy Jouwe, Kosmopolis Utrecht

5

De gespreksleiders Chris Keulemans en Soula Notos

We hebben aan de gespreksleiders van de Verborgen Stad, publicist Chris Keulemans en stand-up comédienne Soula Notos, een aantal vragen gesteld naar aanleiding van de wijkgesprekken. Is hun beeld van de wijken veranderd, wat was opvallend, hebben deze gesprekken nut en wat kan er beter of anders?

Als Amsterdammer kent Chris Keulemans niet alle hoeken en gaten van Utrecht. Hij heeft de gesprekken in Kanaleneiland, Lombok en Leidsche Rijn meegemaakt. De bewoners van Kanaleneiland hebben bij hem voor een grote verrassing gezorgd: “Opwekkend om te zien hoeveel uiteenlopende mensen elke dag bezig zijn om hun plek leven in te blazen.” Over Lombok zegt hij: “Interessant om te zien hoe een actieve sfeer in een buurt ook nieuwkomers, vaak hoger opgeleid, activeert. Dat ze aanvoelen dat ze hier niet zomaar kunnen komen wonen zonder iets terug te geven.”

En wat hem opviel aan Leidsche Rijn: “Leidsche Rijn leek moeite te hebben de juiste vrijheid te bieden aan bewoners met initiatief. In een nieuwe buurt is alles meer gereguleerd dan in een oude. Tegelijk is het duidelijk dat er genoeg inwoners zijn die in de toekomst meer zullen organiseren.” Keulemans kreeg de indruk uit alle gesprekken dat er meer beweging is dan je verwacht, en dat mensen eerder erkenning nodig hebben dan begeleiding, dat positieve aandacht belangrijker is dan institutionele steun. Hebben dit soort wijkgesprekken nut? “Ja, als het de positieve aandacht oplevert. Nee, als het er om gaat nieuwe contacten mogelijk te maken. De meest actieve en mondige bewoners kennen de mensen al die ze moeten kennen om hun werk te kunnen doen.” Het vooraf aanbieden van een duidelijk doel van de bijeenkomsten zou kunnen helpen, en zorgen voor de aanwezigheid van media, nuttige

6

vertegenwoordigers van verwante organisaties. Zulke bijeenkomsten moeten sociale winst opleveren volgens Keulemans: “Het delen van verhalen is een begin, maar niet voldoende.”

De Utrechtse stand-up comédienne Soula Notos was aanwezig bij alle gesprekken en kende met name Leidsche Rijn erg slecht. Ze heeft haar beeld over de wijk bijgesteld: “Als ik mensen zo over hun woongenot hoor praten, kan ik niet anders dan mijn beeld bijstellen.” Wat ze als heel positief heeft ervaren in de andere wijken waren de actieve mensen met hun initiatieven, hun wil om hun omgeving prettig in te richten. En dat het met name het doorzettingsvermogen van de actieve bewoners is waardoor projecten worden opgezet en volbracht. Maar dat het wel vaak bij projecten blijft, zonder structureel karakter. “Wat ik erg leuk vind, is de intergenerationele dialoog die in ieder geval bij Kanaleneiland plaats vond. Leuk om te zien hoe iedereen na het debat met elkaar in gesprek raakte. Dat mensen dus op welke manier dan ook altijd contact met elkaar zoeken. Mensen zijn bereid om iets te doen.” Notos is van mening dat dit soort wijkgesprekken zeker nut hebben, dat het in een wijk uiteindelijk om de dialoog gaat, voorbij de beeldvorming. En dat dat zeker in de laatste paar gesprekken goed naar voren kwam: de wijkbewoners waren zelf aan het woord en niet de deskundigen uit andere steden. Wat kan er anders/beter? “Wat ik miste, was natuurlijk meer publiek, maar vooral meer diversiteit onder het publiek: qua leeftijd, etniciteit, milieu. Ik denk dat het concept wat beeldender en concreter moet zijn.” Notos woont al 17 jaar in Utrecht, maar heeft door de gesprekken de stad beter leren kennen, de initiatieven die gepresenteerd zijn waren allemaal nieuw voor haar: “dat zijn lichtpuntjes in wijken waar ik niet zo veel mee heb. Hoe meer ‘bekenden’ hoe vertrouwder een wijk wordt. ‘De wijk dat ben jij’, hoe vreselijk dat ook klinkt, toch is het zo.”

7

De Verborgen Stad 1 Kanaleneiland – 26 september 2007 Locatie: restaurant Van Dijk, Marco Pololaan, Kanaleneiland, Utrecht Thema: beter burgerschap: hebben we als burger alleen maar aandacht voor onze eigen culturele groep of kijken we verder? Aan tafel: Mohamed Boukiour van Amazigh TV (een internetzender voor Marokkanen met een Berberse achtergrond), Soheila Najand, directeur InterArt en Bart Snels, directeur Wetenschappelijk Bureau Groen Links. Gespreksleiders: Soula Notos, stand-up comedian en Chris Keulemans, publicist. verslag: Simone Best Soheila Najand begint deze avond met een verhaal over de nieuwe culturele burger (zie de bijlage achterin voor het hele verhaal). “Veel immigranten komen ongevraagd in andere landen terecht. In die landen leven veel bevolkingsgroepen langs elkaar heen. In het Westen houden mensen uitsluiting in stand, mede doordat de buitenstaander niet direct contact kan maken. De kenniseconomie is de oorzaak van de complexe samenlevingen die ontstaan.

Mijn advies: zoek overeenkomsten en ga de confrontatie aan.” Bart Snels reageert op Najands verhaal: “Bij alle mensen zie je problemen door de veranderende samenleving waarin globalisering en individualisme een grote rol speelt. We voelen ons niet meer makkelijk in een

groep. De vraag is: wat voor iemand wil ik zijn?” Keulemans brengt in dat mensen zich vrij voelen als ze mogen kiezen waar ze bij horen. Boukiour vult aan: “In feite willen mensen vooral zichzelf zijn. Iedereen wil een plek in de cultuur. Op internet zie je ook dat mensen groeperen, dat is een belangrijk signaal.” “Ik ben niet gekomen voor deze verhalen, maar ik ben gekomen om te praten over de problemen in Kanaleneiland,” reageert een bezoeker uit de zaal. “Het

8

is niet concreet. Integreren hoeft voor mij ook niet. Het probleem in deze wijk is de kloof tussen ouderen en jongeren. Niet tussen allochtonen en autochtonen.” Verschillende voorbeelden van activiteiten en samenwerkingsverbanden passeren de revue: De Stichting van en voor jongeren heeft groepen ouderen en jongeren bij elkaar gebracht. Het Home Coming festival, een festival om je weer thuis te laten voelen in de wijk na de zomer. Het Blend-It festival waarbij allerlei verschillende culturen samenwerken. De Huurdersvereniging Kanaleneiland heeft 180 portiekgesprekken gevoerd met als doel het thuisgevoel te bevorderen. Volgens aanwezigen is er in Kanaleneiland niet meer aan de hand dan ergens anders maar worden sommige dingen verkeerd begrepen door de politiek. Snels: “Ik bespeur zoveel optimisme hier, en denk dan bij mezelf: kom op! Bemoei je met de politiek!” De reacties: “Er wordt niet écht naar ons geluisterd.” Meneer Hoogenberg van de Huurdersvereniging: “We verwachten

gewoon dat de corporaties en politici een keer luisteren. We horen steeds: prima plannen, we hadden het niet beter kunnen verzinnen, maar sorry ze hebben geen prioriteit.” De avond wordt afgesloten met de vraag wat de bewoners van de avond vonden?

“Positief, dat had ik niet verwacht.” Een wijkbewoner reageert: “Maar dat is iedere keer als we bijeen komen! We zijn heel positief.” Bovendien kunnen ze het theoretische verhaal van Najand dankzij dit gesprek nu goed plaatsen binnen hun dagelijkse praktijk.

9

De Verborgen Stad 2 Lombok – 24 oktober 2007 Locatie: Atrium Hart van Lombok, Kanaalstraat, Utrecht Thema: Virtueel burgerschap en draadloze identiteit: E-mail, sms en chat zijn nieuwe vormen van communicatie. Er zijn mensen die bang zijn dat hierdoor het persoonlijk contact afneemt. Klopt dat? Aan tafel: Gabriel Heinrichs, docent interaction design aan de HKU, Daan van Geijswijk, initiatiefnemer van Intribes, een organisatieadviesbureau, Robin Berg, oprichter Lombox.nl en Restlan Aykaç, secretaris van de Ulu moskee aan de Kanaalstraat. Wijkcolumnist: Peter Hagenaar, oprichter van het Museumcafé. Gespreksleiders: Soula Notos, stand-up comedian, en Chris Keulemans, publicist. verslag: Simone Best Gabriel Heinrichs houdt een inleiding over de rol van internet in de wijk. Kan internet helpen een wijkgevoel te realiseren? Hij noemt voorbeelden van sites als www.webindewijk.nl en www.buurtlink.nl die dit als doel hebben. Eerstejaars HKU-studenten zijn de wijk ingegaan en hebben een digitale graffitimuur bedacht, een interactieve wijkgids en een virtuele soap, waarbij je de wijk in moet om de ontknopingen te achterhalen. Volgens Restlan Aykaç laat internet zien hoe klein de wereld is geworden. Voor hemzelf en de moskee kan hij zeggen dat er met name behoefte is aan concrete info over de ramadan en gegevens over de moskee voor op de site. De website Lombox.nl, opgericht door Robin Berg, blijkt een bekende site onder de aanwezigen. Een bewoner over het nut van deze site voor haar: ‘Ik krijg de nieuwsbrief en zie met name wat ik gemist heb aan activiteiten. Het is niet zo dat ik de deur niet meer uit hoef, het een vervangt het ander niet.’ De site is ontstaan toen Berg hoorde dat bewoners vaak ergens wonen en niet weten dat er actieve bewonersgroepjes zijn. Via de site kunnen ze er dan achter komen en gaan op elkaar af. Het verschil tussen een wijkkrant en Lombox.nl: de site heeft geen redactie, alles gaat via de bewoners, 3.000 bezoekers per dag. ‘Mr Lombok’ Peter Hagenaar, oprichter van het Museumcafé, is van mening dat de straat ondanks de nieuwe technologieën nog steeds een onmisbare schakel is als ontmoetingsplek. ‘Je hoort dingen die je via internet niet te weten zou zijn gekomen: het radio-trottoir, mensen willen elkaars reactie

10

zien.’ Hagenaar roemt internet om de structurering van discussies die anders zouden kunnen verzanden in oeverloos gebabbel. Van Geijswijk reageert op het verhaal: ‘Door internet zien de mensen waar ik het platform voor heb gemaakt elkaar juist meer, in plaats van minder. Ze spreken ook vaker af in real life.’ Aykaç: ‘Het liefst spreek ik face to face met mensen, het zou kunnen via internet, maar voor echte info en een gesprek met diepgang staat de deur altijd open.’

Een bezoeker geeft aan dat ze in Ondiep woont waar ze graag een site voor zou willen zien. Ze kan moeilijk contact maken in de wijk. Een medewerker van Mitros geeft aan dat de kracht van Lombox hem ook zit in het feit dat de afzender anoniem is. Iemand zonder belang. Bewoners voelen zich vrij om op de site te

reageren. Hagenaar voegt nog toe dat zo’n site de geschiedenis uit de wijk een impuls kan geven.

11

De Verborgen Stad 3 Overvecht – 27 november 2007 Locatie: Stefanuskerk, Overvecht, Utrecht Thema: burgerschap en stemrecht: Burgers met een niet-NL nationaliteit mogen niet landelijk stemmen, maar hebben soms wel kiesrecht in eigen stad. Hoe ging men hier vroeger en elders mee om? Aan tafel: Marlou Schrijver, historica, Rocco Benevento, hoofdredacteur Migrantenrecht, Laure Michon, politicoloog IMES, UvA, Dick de Soeten van Bewonersplatform Overvecht en de wijkraad. Wijkcolumnist: rapper Pax, artistiek leider Stichting Habek en wijkbewoner Gespreksleiders: Soula Notos, stand-up comedian en Friso Wiersum, debatprogrammeur van Tumult verslag: Vanetta Smit Volgens Marlou Schrijver zijn migranten van oudsher zelf altijd heel actief geweest. Soula Notos vraagt wat de relatie is met betrekking tot burgerschap. Schrijver: “Burgerschap kan op veel manieren gedefinieerd worden, het gaat er om dat je een plaats in de samenleving wil. Door naar nationaliteit te organiseren, sluit je burgers buiten.” Rocco Benevento bepleit in zijn column dat stemrecht uiteindelijk zal bijdragen aan de participatie van nieuwe burgers. Immers, een sterke rechtspositie leidt tot integratie. ‘Uitbreiding van het stemrecht aan vreemdelingen’, zo eindigt hij zijn pleidooi. “Elke stem is waardevol”, zegt politicologe Laure Michon. Er zijn helaas weinig cijfers over kiesgerechtigden naar nationaliteit. De opkomst varieert sterk en verschilt van stad tot groep. In 2006 is de opkomst onder migrantengroepen gestegen. “Het leggen van een link tussen stemrecht en participatie geldt alleen in een ideale situatie. Momenteel is de situatie erg zorgwekkend, men voelt zich niet thuis,” aldus Michon. Rapper Pax is van mening dat stemrecht en leven in de wijk Overvecht totaal los van elkaar staan, ‘er is een strijd tussen vertrouwen en angst. De rol van de media is te groot, te eenzijdig en de overheid neemt de rechtstaat niet serieus genoeg.’ Hij bepleit dat het politieke programma gecombineerd moet worden met straatwijsheid. Het draagvlak van niet-stemmers hebben we hard nodig, maar dan moeten ze de politiek wel leren en kunnen kennen.

12

Er wordt verwezen naar het Overvechtse project Van binnen naar buiten, dat minister Ella Vogelaar van Wonen, Wijken en Integratie ‘dé Parel van Integratie 2007’ noemt. ‘367 huishoudens in flats werden bezocht om het contact tussen bewonersgroepen te vergroten. Zo worden mensen bereikt die niet zelf hulp zoeken of niet weten waar ze terecht kunnen met vragen. Dit leidde tot ontmoeting, dialoog en toenadering tussen de verschillende bewonersgroepen.’(www.nicis.nl). Wat is de rol van het Bewonersplatform Overvecht hierin? Voorzitter Dick de Soeten vertelt dat het platform wijkbreed opereert, het gaat er om wat de wijk wil, in plaats van de politiek. Hij geeft ook aan dat niet iedereen in de wijk vertegenwoordigt dan wel bereikt kan worden. Migrantenzelforganisaties zijn benaderd om de informatie van deze bijeenkomsten terug te koppelen naar de achterban. “Veel migranten zijn actief in de wijk.” Laure Michon betoogt: “Integratie is ook nodig om te participeren. Waarom zou je participeren als je je niet geïntegreerd voelt?” Yves Vermeulen, namens Mitros, werpt de vraag op of burgerschap uiteindelijk niet veel belangrijker is dan stemrecht? De avond wordt afgesloten met een oproep van een wijkbewoner om collectief in actie te komen tegen de sloop van flats in Overvecht. Friso Wiersum concludeert: “Hier komen de besproken onderwerpen van vanavond mooi samen in deze oproep tot actief burgerschap.”

13

De Verborgen Stad 4 Hoograven – 23 januari 2008 Locatie: Bibliotheek Hoograven, Smaragdplein, Utrecht Thema: Levensverhalen: Welke invloed heeft de persoonlijke geschiedenis van bewoners op de wijk? Aan tafel: Shirin ali Mohammad, dichteres en betrokken bij moedercentrum Stabij, Mohammed al Dahri, bewoner, Petra van Buchem en Marjolein van de Kemp van het project Door kinderen bekeken, Peter Sprangers, secretaris van de Historische Kring Tolsteeg en een panel van Jan Bloemkolk, ouderencentrum de Barkel, Anita Afshar van het moedercentrum Hoograven en Jos Bours, toneelschrijver van STUT. Wijkcolumnist: Vanetta Smit, bewoner Gespreksleiders: Soula Notos, stand-up comedian en Friso Wiersum, debatprogrammeur van Tumult verslag: Irene de Pous Is het verhaal van de wijk een optelsom van de levensverhalen van de inwoners, of heeft de wijk een eigen verhaal? Een eenduidig antwoord bleek daar niet op te geven. Maar het is belangrijk in de wijk elkaars verhalen te kennen, en de wijk speelt op haar beurt een belangrijke rol in het levensverhaal van velen. Het leven van Shirin ali Mohammad, dichteres en betrokken bij het moedercentrum de Stabij, is getekend door oorlog en vlucht. Vier jaar geleden kwam ze in contact met het moedercentrum. Nu vertelt ze haar verhaal op allerlei plekken, voor vluchtelingenwerk, Turkse, Griekse, Nederlandse vrouwen. Op straat is ze onderhand een bekend gezicht. “Dat is ook de bedoeling van deze avond” zegt debatleider Wiersum. “Dat de verhalen op straat en in de wijk worden verteld op straat en in de wijk.” Om de daad bij het woord te voegen vertelt bewoner Mohammed al Dahri over hemzelf en de wijk. Over Hoograven zegt hij het volgende: “Het contact is goud, de buurtbewoners zijn oude bekenden, het is ‘een fijne, veilige, sfeervolle wijk’.” In de bibliotheek hangen grote posters met foto’s van moeders, die door hun kinderen zijn gemaakt. Petra van Buchem is initiatiefnemer van het project Door kinderen bekeken. Met een hele groep enthousiaste ouders werkten ze aan dit project: foto’s van moeders en een boekje met verhalen over de moeders. Marjolein van de Kemp vertelt hoe dit de relatie tussen de ouders

14

veranderde: “Het leverde veel nieuwe gespreksstof op en je leert mensen veel beter kennen.” Wijkbewoonster Vanetta Smit is op zoek gegaan naar de identiteit van de wijk. Resultaten: er is niet zoveel te beleven, de wijk heeft zelfs geen website. Ze mist een plek waar nieuwe verhalen worden gemaakt en oude verteld. Jan Bloemkolk van het ouderencentrum legt uit dat verhalen voor ouderen van groot belang zijn om herinneringen te behouden en zich prettig te voelen in de wijk. Bloemkolk hoort dagelijks waardevolle verhalen, maar vertelt ook dat het soms lastig is er de ruimte voor te vinden in de drukte. Jos Bours van STUT heeft zijn beroep gemaakt van de verhalen van anderen. “We proberen mensen te bereiken die normaal geen toegang hebben tot instellingen.” Van al die verhalen schrijft Bours dan een stuk. De bewoners spelen uiteindelijk zelf het stuk. “Het geeft je vertrouwen als jouw levensverhaal aandacht en respect krijgt. Zo’n stuk haalt mensen bij elkaar. Het maakt stenen leefbaar als je elkaars verhalen kent.” Het vertellen van verhalen kan dus voor begrip zorgen, voor cohesie in de wijk. “Maar waar kunnen de verhalen verteld worden?” De cultuurmakelaar van de gemeentebibliotheek houdt zich aanbevolen. Ook werd er in de pauze hier en daar al wat gebrainstormd over een website.

15

De Verborgen Stad 5 Leidsche Rijn – 27 februari 2008 Locatie: Forum ’t Zand, Leidsche Rijn, Utrecht Thema: Veranderingen in Nederland: Hoe hebben nieuwe culturen elkaar wederzijds beïnvloed? Staan om zes uur de aardappelen op tafel of zitten we om acht uur aan de couscous? Aan tafel: Hans Stotijn, architect en bewoner, Judith Metz, voorzitter van woonvereniging ’t Groene Sticht, Ben Younes Bahkani, hoofdredacteur van De Karavaan, Piet Barendse, ‘Leidsche Rijn-verkenner’ Wijkcolumnist: Wouter de Heus, journalist Gespreksleiders: Soula Notos, stand-up comedian en Chris Keulemans, publicist verslag: Aliza Tekofsky De slagzin van Leidsche Rijn: ‘waar mensen plezierig wonen’, lijkt niet uit de lucht geplukt. Hans Stotijn vertelt: “Het mooie is dat ik enerzijds mijn woonwensen kan realiseren die in andere wijken niet te realiseren zijn, en tegelijk toch alle stedelijke voorzieningen van Utrecht dichtbij heb.” Andere

bewoners onderschrijven dit. In de column van Wouter de Heus komt naar voren dat de oorspronkelijke idealen met betrekking tot milieu en historie in de wijk niet zo voorbeeldig gerealiseerd zijn. Judith Metz, voorzitter van woonvereniging 't Groene Sticht, kan zich hierin vinden. 't Groene Sticht is een

sociale woon- en werkbuurt waar mensen samenwonen met zeer diverse achtergronden. Een van de dingen die Metz wel graag meer zou willen zien in de wijk is ruimte voor echte natuur – er is wel groen te vinden, maar natuur is iets anders. Ook een levendige horecasector ontbreekt nog. De vraag is echter of bewoners wel van een groter aanbod gebruik zullen maken.

16

Ben Younes Bahkani, hoofdredacteur van Utrechts multiculturele tijdschrift De Karavaan. 29% van de bewoners is van niet-westerse afkomst en een ruime meerderheid is jonger dan 42 jaar. Bahkani wil graag berichten over gebeurtenissen in Leidsche Rijn, maar dan moeten er wel activiteiten zijn om te

verslaan. Hier nu lijkt weer een imagoprobleem op te spelen: er zijn volgens de aanwezigen juist heel veel activiteiten, ook voor en door allochtone bewoners, maar buitenstaanders houden toch het idee dat Leidsche Rijn een wijk is waar “niets gebeurt”. Piet Barendse gaat op zoek naar oningevulde ruimtes waar culturele activiteiten plaats zouden kunnen vinden. Dit is moeilijk: er zijn weinig ruimtes die nog niet een bestemming hebben en waar een creatieve invulling aan gegeven kan worden. Barendse wil zich vooral richten op mogelijkheden die op korte termijn te realiseren zijn, naast de plannen voor langere termijn. Een museum zou prima in de culturele infrastructuur kunnen passen, maar komt niet in de plaats van andere voorzieningen zoals theaterruimte. De verschillende voorzieningen brengen immers ook verschillende dynamiek met zich mee en zijn daardoor niet tegen elkaar in te ruilen. Leidsche Rijn komt uit het gesprek van vanavond naar voren als een wijk waarin gepoogd is zowel de voordelen van de stad als de ruimtelijkheid van een buitengebied te combineren. Het compromis dat zo is ontstaan maakt de meeste bewoners tevreden, maar de wens om beide elementen nog sterker terug te zien is er ook. Buitenstaanders zijn vaak verrast als ze de voordelen van de wijk in termen van woongenot leren kennen. Ook op (multi-)cultureel gebied gebeurt er al meer dan men veelal denkt. De komende jaren zullen nog meer initiatieven genomen worden om de wijk tot een completere en levendiger woonomgeving te maken. Wellicht dat de jongste wijk van Utrecht in de toekomst het beste van stad en land nog beter bij elkaar kan brengen. De bewoners die vanavond aanwezig waren tekenen ervoor.

17

18

COLUMNS Pax, artistiek leider Stichting Habek de Verborgen Stad: Overvecht - Burgerschap en identiteit Wat betekent stemrecht voor Overvechters? Minder dan de Gouden Kooi, minder dan Idols. Minder dan Playstation 3 of XBOX 360. Minder dan een goede baan of geld verdienen op straat. Er is voor een Overvechter over het algemeen weinig verband te leggen tussen het stemgedrag van het volk en het leven in de wijk. De lokale overheid, okee, die komt nog wel eens langs in de Steef om te zien waar ze in investeert, en daar ben ik blij mee, evenals met de investering zelf. Maar onthoudt de Overvechter Minister Vogelaar die een half-Marokkaanse jurk draagt op Prinsjesdag en zegt dat de Islam op den duur ook zal behoren tot ‘de Nederlandse traditie’, net als het Jodendom en het Christendom? Of onthoudt de Overvechter menneke Wilders die de Koran wil verbieden net als Mein Kampf en die de homofiele ex-moslim de enige goede moslim lijkt te vinden. Er is een strijd tussen vertrouwen en angst gaande en door de opiniepeilingpolitiek van de dag zijn we volledig overgeleverd aan de grillen en de onwetendheid van dat deel van het Nederlandse volk dat besluit mee te doen met enquêtes, terwijl de harde werkers en wetenschappers met visie te druk zijn om vragen te beantwoorden. Wijst onderzoek uit dat het volk zus wil, dan verandert het partijprogram zus, indien zo, dan zo. Het grillige volk is op haar beurt weer overgeleverd aan de media. Beeldvorming over individuen, schandalen, provocaties, hier en daar een passionele inhoudelijke uitspraak: ze moeten de richting bepalen. Wie van de Overvechters, of de Nederlanders for that matter leest een partijprogramma en baseert daar, na vergelijkend onderzoek van pamfletten, zijn of haar stem op? En, nog veel belangrijker, wat gebeurt er in de 4 jaar dat er niets landelijks te stemmen valt? Hoe kunnen de Overvechters eigenlijk duidelijk maken hoe ze er zelf over denken, afgezien van wachten op een extreme situatie waarin onvrede zich in opstandig gedrag manifesteert? Hoe ver zijn we in Nederland verwijderd van brandende auto’s en molotov cocktails? Nou, tenzij morgen het broertje van Mustafa wordt doodgeknuppeld door de politie vanwege een steen door een ruit, is Overvecht daar voorlopig niet.

19

Daarvoor neemt men gelukkig de rechtsstaat niet serieus genoeg. Tegenover het niet luisteren, staat namelijk het niet in de weg lopen. Er wordt veel coke gedeald in Overvecht. 200 meter van het politieburo vandaan, bijvoorbeeld. Elke nacht. Maar niet tussen Overvechters onderling. Nee, Coke is een elitedrug. Rijke studenten en zware zakenlui en succesvolle entertainers. En natuurlijk 1 op de zoveel 40 uur werkende zielen en taxibesturende workaholics. Zo is het ook met de stem van het volk; het is een elitedrug. Met Geert en Rita als überjunks. Natural born killers, verslaafd aan politiek geweld. De machtige mensen willen stemmen winnen om machtig te blijven of nog machtiger te worden. Maar voor deze drug wordt niet betaald. En zo is zijn we niet getrouwd, zegt Mustafa. Die overigens stukken beter geïntegreerd is, dan zijn plichtsgetrouwe, welwillende maar niet stemgerechtigde vader. Wil men dan niet meedenken over hoe het land het best bestuurd kan worden? Tuurlijk wel. Sterker nog, zo zwart wit is het niet. Er zijn ook betrokken Overvechters. Net als betrokken Kanaleneilanders (Zoals Geert Wilders een paar jaar geleden) en betrokken Lombokkers (Zoals Rita Verdonk een paar jaar geleden). Het is niet voor niets dat Utrecht de hoogste concentratie literair schrijvers kent. Het Utrechtse leven spreekt tot de verbeelding. Je vindt hier wat onze samenleving tekent: tegenstellingen, spanningen, en kansen. Denk je dat niemand hier zijn ei kwijt wil? HA! Niemand herkent zijn eigen ei in de Haagse poppenkast, omdat er niet samen wordt nagedacht. Er wordt een scala van keuzes gepresenteerd, waar de burger niets aan heeft. Ik kijk principieel geen televisie meer, ik neem het tegenwoordig niemand meer kwalijk als hij principieel niet meer stemt. Het is voor velen hetzelfde verhaal: zappen van het ene inhoudsloze programma naar het andere. Vroeger nam ik het mensen wel kwalijk als ze niet gingen stemmen. Vroeger, toen ik nog dacht dat het in stand houden van de gevestigde orde de enige mogelijke vorm van democratie was. Vroeger, toen ik me nog niet realiseerde dat een blanco stem geen proteststem is, maar praktisch een stem voor de grote partijen. Nu is het tijd voor de landelijke politiek om de mensen serieuzer te nemen, maar genoeg eigen inhoud te hebben om zelf serieus genomen te worden. Zo veel mogelijk mensen op zo veel mogelijk manieren bij de politiek betrekken en tegelijk een zo eerlijk mogelijk program schrijven op basis van de eigen politieke expertise gecombineerd met de straatwijsheid van het volk; op

20

de vlakken waar het volk het nodig acht en op vlakken waar zijn politieke verantwoordelijkheden hem noodgedwongen brengen. Voor de boys en dames op zolder en op straat, kan ik u vertellen, ligt het net even anders. We willen graag stemmen, maar zoeken expertise in het oerwoud van roddels en reclame dat ‘campagne’ heet. Er gaat meer geld in om, het gaat meer over personen, meer zoals in Amerika. En oh, wat hebben ze daar een politiek hoogtepunt bereikt. Ik ben Pax. Ik ben artistiek leider van Stichting Habek. Wij zetten ons in voor hiphop in de traditioneel progressieve zin. Emancipatie is onze kernwaarde. Muziek en dans van betekenis is ons grootste goed. Wij prijzen ons gelukkig met het land waar we in wonen. Maar we wuiven geen vlag. Want wij zijn hier niet gekomen door het soort taferelen dat je vandaag in Den Haag ziet. Wij zijn hier gekomen door slimme mensen met hun hart op de goede plek, en een beetje door VOC en slavernij natuurlijk. Maar daar hoeven wij ons nu niet schuldig over te voelen. Wel over de politieke steun aan de oorlog in Irak, wel over het belastinggeld dat wordt verspild aan de kamervragen van menneke Wilders, wel over het feit dat we mensen die al JKJKLJLK jaar in Nederland wonen maar geen Nederlands paspoort hebben, niet mogen stemmen tijdens landelijke verkiezingen. We kunnen ons niet veroorloven om ze te negeren. We hebben dat draagvlak nodig. Maar voor we ze in het electorale keurslijf persen moeten we vooral eens goed naar ze luisteren. Maar, bij Habek beginnen we bij onszelf. Wat weten wij eigenlijk? We willen best stemmen, maar eerst maar eens van gedachten wisselen met de broeders en zusters. Nodig een paar experts uit, en een paar politici, en laat de waarheid maar eens boven tafel komen, dan maak ik een weloverwogen keuze voor het gebruik van mijn stem. En ik gebruik mijn stem. Met of zonder stemrecht. Als je alle mensen in Nederland stemrecht geeft, moet je natuurlijk nog afwachten of de opkomst ook daadwerkelijk stijgt. Want ik vrees dat we een verse immigrant heel wat uit te leggen hebben voor hij het nut van zijn stem kan inzien. Hoe dan ook, ik geloof in intelligente sociale oplossingen en ik heb nog steeds wel een greintje geloof in de PvdA. Dus mij vind je wel weer bij die stembus. Maar vooral, omdat ik de alternatieven erger vindt. Niet omdat ik zo blij ben, met hoe het nu gaat.

21

Ik ben een geboren en getogen Utrechtse Column door Vanetta Smit Ik ben een geboren en getogen Utrechtse, al geloven een hoop mensen mij niet vanwege mijn accent (Dan hoef ik daar tenminste niets meer over te zeggen...) ‘Uteregs’ spreken kan ik al helemaal niet. Ik woon hier al mijn hele leven en dat maakt het soms lastig vergelijken.... Want wat maakt Utrecht nu zo Utrechts? Wat maakt Hoograven nu Hoograven? Tussen neus en lippen door.... Toen mij gevraagd werd om vanavond een verhaaltje te houden, was mijn antwoord meteen ja. Op deze manier zou ik een ingang hebben om daadwerkelijk op onderzoek te kunnen gaan in de wijk, en contact kunnen hebben met andere bewoners en horen over het reilen en zeilen in Hoograven. Ik zou daarna vast ook niet meer verlegen zijn of twijfelen om mensen op straat ‘goeiedag’ te zeggen. Deze zoektocht werd echter bruut gestaakt, zodra bleek dat ik mijn verhaal zou vertellen vanuit het perspectief van een ‘ongebonden’ wijkbewoner, iemand die (nog) geen tot weinig binding heeft met zijn wijk. Wat maakt Hoograven dan nu Hoograven? (Schouderophalend) Wat ik wel weet, is dat ‘wijken’ nog nooit zo hot zijn geweest. Denk aan de huidige vrouwelijke minister die probleemwijken op een zodanige manier aan zich verbindt dat ze zelfs haar naam hebben gekregen... (de Vogelaarwijken). Ik woon nu bijna 30 jaar in deze stad, maar tot een paar jaar geleden had ik nog nooit van sommige (reeds lang bestaande) wijken en hun (nieuwe) namen gehoord. Zou dit misschien de verbondenheid met de wijk moeten vergroten? Hoograven kende ik wel, met haar geschiedenis een bekende wijk in Utrecht. De wereldberoemde, Utrechtse architect Rietveld heeft hier zelfs iets in de melk te brokkelen gehad. Ik vind het belangrijk om mij verbonden te voelen met de plek waar ik woon. En waarom? Om me er thuis te voelen, door te weten wat er leeft in mijn omgeving, contact te hebben. Ik ging op onderzoek uit. Maar op een paar punten ging dit mis: Ruim een jaar geleden kwam ik hier wonen en vroeg mij af: wat valt er in Hoograven allemaal te beleven? Behalve een fantastisch gerenoveerd winkelcentrum waar je kan winkelen op de maat van de muziek, viel het mij eigenlijk een beetje tegen... Alle bekende en onbekende, nieuwe wijken in Utrecht hebben een eigen website. Zelfs Lunetten heeft er een! Met alle

22

respect overigens... Maar Hoograven niet hoor. Hier laat men een gedegen kans liggen en hoop ik dat iemand zich bij deze opwerpt om een eerste aanzet hiertoe te geven. Ik sluit me meteen aan! Aan de andere kant, bij politieberichten staat er dan ook weinig over Hoograven. Lekker rustig hier, dat is wel eens anders geweest. Ook hebben we een geweldig enthousiaste historische kring, trouwens. Omdat de wijk ook een fascinerende geschiedenis heeft. Maar smeuïge Utrechtse gebeurtenissen op buurtlink.nl bijvoorbeeld, gaan alleen maar over de pioniersproblemen in Leidsche Rijn, waar de lantaarnpalen niet werken. Mag Hoograven dan misschien wat minder bescheiden? Wegens dit gebrek aan informatie op een website, belandde ik ook nog eens in een identiteitscrisis, want woonde ik nu in Hoograven of in Tolsteeg? Tolsteeg klinkt namelijk wel sjieker, omdat het dichter tegen het centrum aangeplakt zit en zelfs mensen van buiten Utrecht deze naam kennen. Op mijn zoektocht naar de identiteit van mijn wijk antwoordde het CBS (Centraal Bureau voor de Statistieken) dat ik in Tolsteeg woon. Een Utrechtse taxichauffeur die mij op een avond naar huis bracht, vertelde me dat ik in Hoograven woon. Ondanks dat ik mijn gegevens van het CBS met hem uitwisselde, ontaardde dit zowat in een ruzie. Ik hoop deze taxichauffeur dan ook nooit meer tegen te komen.... Mijn zoektocht ging verder, op zoek de identiteit van de wijk en mijn (mogelijke) connectie hiermee. Op een gegeven moment bedacht ik me wat er voor mij in deze wijk ontbreekt. Namelijk een plek waar (nieuwe) verhalen ontstaan. Een plek waar mensen zich verzamelen, of je nu Utrechter of een overgelopen Amsterdammer of Sterrenwijker bent, een ontmoetingsplek. Bij deze maak ik ook van de gelegenheid gebruik om, naast het bepleiten van een website van de wijk, eveneens te pleiten voor een kroeg, een café waar je niet verlegen hoeft te zijn om hier naar binnen te lopen en waar je met je bezoek naar toe kan, maar ook na een muzikale wandeling door het winkelcentrum. En...volgens mij kan je hier goud geld mee verdienen! Ondanks dat ik die desbetreffende avond boos was op de taxichauffeur omdat hij niet luisterde naar wat ik hem vertelde, had hij wel gelijk. Ik woon in Hoograven. Een wijk waar mensen elkaar wel soms ‘goeiedag’ zeggen op straat. En ik dus ook. Als ik durf....Waar men in het winkelcentrum wel een praatje met je probeert aan te knopen....Uit interesse of nieuwsgierigheid wellicht.

23

Net zoals ik nu weet dat het niet de naam is die mensen met de wijk verbindt, het is haar geschiedenis, de anekdotes en de gedeelde toekomst. En daarmee is mijn persoonlijke zoektocht op papier in ieder geval ten einde.... Dit doet me nu beseffen dat ik misschien toch wel meer geïntegreerd ben in mijn wijk dan ik op voorhand zelf dacht. De wil is er om goed voor mijn wijk te zijn, maar dan wil ik wel de verhalen leren kennen. Dus meneer de taxichauffeur, kom maar op, u weet tenslotte waar ik woon!

24

Het verborgen Leidsche Rijn door Wouter de Heus Freelance journalist en columnist voor verschillende media en nieuwsdiensten Ik heb vanaf begin 1999 veel geschreven over Leidsche Rijn, de stad in wording. Teveel misschien. Over het ontdekken van Romeinse schepen, kilometers Limesweg, wachttorens, muntschatten en verlande rivierarmen. Over het fascinerende leven dat hier ooit heeft plaatsgevonden. Voor en tijdens de Romeinen. In de diepe donkere middeleeuwen onder Friezen en de Franken. Over de slag op de Hoge Woerd in 1303. Hoe de bisschop werd vermoord en zijn troepen zich via de Groenedijk moesten terugtrekken naar het Domplein. Dat was in de tijd dat hier her en der een nieuwbouwwoning stond. Later ging het veel over de bouw van mooie nieuwe woningen. Het gebrek aan wegen en voorzieningen. En nu, nu gaat het meestal over het leven in een nieuwe stad. Wat gaat goed, maar vaker, wat gaat fout. En de laatste tijd gaat het nog meer over bomen. Het kappen van bomen. Nu Leidsche Rijn goeddeels is voltooid ligt er nog 1 grote opgave: hoe naaien we de losse nieuwbouw aan de bestaande stad. En dat gaat niet zonder pijn. Duizenden van de laatste bomen worden op dit moment omgemaaid voor de laatste woonwijkjes tussen binnenstad en Leidsche Rijn. Voor wegen, viaducten en HOV. Ik merk dat zoiets veel mensen pijn doet, en ik vorm daarop geen uitzondering. Leidsche Rijn werd van de tekentafel geschoten als duurzame milieuwijk. Wadi’s, grijs water, autowasplaatsen. Een wijk die zou worden ingepast in het schitterende oude landschap. Respectvol, duurzaam en toekomstvast. Tja, die mooie visievolle schetsen uit 1995 bestaan nog maar deels. Het gaat nu om winstmaximalisatie, productieoptimalisatie. Ziet u windmolentjes, duizenden daken met zonnecellen? Ik niet. Ziet u de afdruk van de Romeinse weg door uw woonwijk? Ik af en toe. Fragmentarisch en truttig in asfalt. Hier en daar moet een roestige plaat op de grond aangeven waar de machtige Romeinse wachttorens stonden. Het geweldige Castellum terrein van de Hoge Woerd wordt dan wel ingericht, maar delen worden bebouwd met woningen en wegen worden aangelegd door het Rijksmonument. Hele stroken van wat ooit het Leidsche Rijn Park zou worden, krijgen truttige villa’s. Zelfs het Jac. P. Thijsselint is uitgevoerd in gitzwart asfalt en ook voor dat lint vallen rond dit moment 500 bomen. Het belangrijkste cultuurhistorische gegeven van Leidsche Rijn, de restgeul van de Oude Rijn, wordt her en der toch dicht gekieperd. Bewaren en zichtbaar maken, was ooit het devies. In het slechtste geval leggen we er bruggen overheen. Nee, het

25

duurzame, toekomstgerichte stadsdeel is niet meer in de handen van de bedenkers, van de pioniers die tien jaar geleden gepassioneerd met ‘hun’ stadsdeel bezig waren. Natuurlijk, dat geldt nog wel voor een enkeling, maar die enkeling kreeg zoveel nieuwe buren met andere noden, dat hij of zij amper boven het gekrakeel van alledag uitkomen. Toch ben ik nog steeds een fan van deze nieuwe stad, maar aj, wat is er tijdens de rit veel losgelaten van al die mooie vergezichten. Leidsche Rijn heeft nog veel goede kwaliteiten, maar ze liggen meer verborgen dan ik had gehoopt. Het zou goed zijn om, nu we bijna starten met de laatste stukken van deze stad, we nog een keer kijken of het een ietsje pietsje beter kan. Das beter, voor later!

26

BIJLAGE

Nieuw culturele burgers worden niet geboren maar gecreëerd door Soheila Najand Tussen individu en collectief In tijden van verwarring en onbehagen is het goed om terug te keren naar de basis en een aantal fundamentele vragen te stellen: In wat voor wereld willen we leven? Welke verantwoordelijkheden willen we dragen? Welke rechten en plichten horen daarbij en welke waarden? Deze vragen, ruim 200 jaar geleden geformuleerd door Immanuel Kant, zijn actueler dan ooit, maar hoe beantwoorden we ze vandaag de dag? Allereerst door te kijken naar de complexe wereld waarin we nu leven. Het is een wereld die permanent in verandering is als gevolg van ingrijpende processen zoals globalisering, wereldwijde migratie, postmodern individualisme en digitalisering van informatie en communicatie. Niets is zeker, alleen de acceptatie van het feit dat we in een voortdurend veranderende wereld leven kan nog enig houvast bieden. Maar hoe komen we binnen deze context tot een samenleving waarin iedereen zich veilig en verbonden voelt? Wat houdt de boel bij elkaar? In Nederland en vooral in de steden leven talloze culturen bijeen, af te lezen aan een grote diversiteit aan religies, gewoonten, muziekstijlen, eetculturen etc. Maar deze veelkleurigheid betekent niet voor iedereen een verrijking van het bestaan; de diversiteit ondermijnt eerder de sociale cohesie en doet de gevoelens van onveiligheid en onbehagen toenemen. Hoewel Nederland in het verleden bekend stond als een tolerant land wat betreft migranten en culturele veranderingen, is daar vandaag de dag niet veel meer van te bespeuren. De roep om oude normen en waarden getuigt van een toenemende paniek. Tegen beter weten in grijpen bestuurders en beleidsmakers naar instrumenten die niet langer toepasbaar zijn in deze tijd. Maar we zullen moeten erkennen dat de samenleving zodanig veranderd is, dat oude normen en waarden niet langer afdoende zijn om de vragen van Kant te beantwoorden. Begrippen als identiteit, democratie en zelfs vrijheid van meningsuiting moeten binnen de veranderende context opnieuw worden gedefinieerd.

27

Hoe kunnen we de sfeer van paniek ombuigen naar een positieve houding ten aanzien van de toekomst? In debatten rondom multiculturele vraagstukken wordt culturele diversiteit vaak als het probleem en integratie als de oplossing gedefinieerd. Maar is culturele diversiteit werkelijk het probleem en is inmiddels niet voldoende bewezen dat de huidige integratiemethoden het gewenste effect missen? Naar mijn overtuiging ligt de kern van diversiteit niet in de veelheid van culturen en moet het gevoel van onbehagen en het gebrek aan sociale cohesie vooral gezien worden in het licht van het postmoderne individualisme. Binnen deze vorm van individualisme is geen eenheid meer mogelijk omdat de werkelijkheid wordt bepaald door wat een individu kan verdragen. Verschillen tussen individuen en tussen groepen worden meer dan ooit benadrukt als iedereen onbeschroomd zijn mening kan ventileren. De roep om integratie impliceert het opgeven van de eigen autonomie en dat is nu juist wat de postmoderne mens niet kan accepteren. Hij laat zich zijn keuzevrijheid niet ontnemen. Daarom ligt voor mij de uitdaging in het vinden van een evenwicht tussen individuele vrijheid enerzijds en sociale cohesie anderzijds. Een evenwicht tussen ‘ik denk dus ik ben’, het adagium van Descartes dat de bakermat van het westerse denken vormt, en ‘wij zijn dus ik ben’, waarmee vele niet-westerse culturen opgroeien. Pas als we tot een dergelijk evenwicht in staat zijn, kan er een nieuwe vorm van gemeenschap, van eenheid tot stand komen die identiteitsontwikkeling niet in de weg staat. De implicatie van deze nieuwe benadering, waarin het individu niet langer zonder meer centraal staat, kan zowel bevrijdend als bedreigend zijn. Bedreigend omdat gemeenschapszin nogal eens wordt verward met totalitair denken en ten onrechte wordt gekoppeld aan terrorisme en fundamentalisme. Bevrijdend omdat het besef dat vrijheid niet een individuele aangelegenheid maar een maatschappelijk concept is, kan leiden tot het opnieuw formuleren van omgangsvormen en het ontwikkelen van sociale relaties ondanks en dankzij de vele verschillen. Het is dan ook zaak om nu te werken aan de kwaliteit van het toekomstige burgerschap en aan nieuwe vormen van sociale cohesie. Nieuw cultureel burgerschap Om de ontwikkeling van nieuwe vormen van sociale cohesie te bevorderen, lanceerde InterArt drie jaar geleden de term nieuw cultureel burgerschap. Nieuw cultureel burgerschap is een onderzoek naar de wijze waarop individuen en groepen in deze tijd van globalisering en culturele meervoudigheid maatschappijveranderingen en culturele vernieuwing kunnen vormgeven, naar de wijze waarop postmodern individualisme verenigd kan

28

worden met collectieve verantwoordelijkheid en culturele diversiteit. Met nieuw cultureel burgerschap bedoelen we niet de aansluiting van nieuwe Nederlanders en ook niet een gezamenlijke culturele identiteit. Nieuw cultureel burgerschap neemt juist diversiteit als uitgangspunt. De onzekerheid van de continue veranderingen vormt een inspiratiebron voor het realiseren van andere samenlevingsvormen waarbinnen plaats is voor verschillende opvattingen van groepen en individuen. Het doel is verwerkelijking van autonomie van het individu in relatie tot anderen, dus binnen een sociale context. Gebrek aan kennis van de ander en onzekerheid over (h)erkenning door de ander creëert angst en belet ontplooiing van het individu. Autonomie kent een passieve en een actieve kant; een passieve toegang tot cultuur en democratische processen en een actief recht op de productie ervan, oftewel het zelf mede vormgeven van de eigen leefomgeving. Een autonome burger is in mijn optiek dan ook niet alleen consument maar tevens producent. Binnen het nieuw cultureel burgerschap geeft iedereen op eigen wijze inhoud aan de vernieuwing van cultuur en maatschappij maar altijd gerelateerd aan een collectieve verantwoordelijkheid, voorbij de grenzen van het liberale individualisme. Immers, als individuen de verantwoordelijkheid voelen voor hun rol in een proces zal de betrokkenheid bij het eigen leefklimaat en de wil om problemen op te lossen groter zijn. Gedeeld burgerschap betekent een gevoel van gedeelde lotsverbondenheid voor de toekomst. Een nieuw cultureel burger ontwikkelt zijn (culturele) identiteit binnen een pluriforme en internationaal georiënteerde samenleving. Hij zal binnen een oneindige hoeveelheid ideeën, meningen en opvattingen zijn eigen positie moeten bepalen en tevens open moeten staan voor anderen en moeten communiceren met anderen. Dit vergt een nieuwe, creatieve benadering van het begrip burgerschap. Want samenhang tussen mensen is niet meer vanzelfsprekend, we behoren niet meer automatisch tot een groep; een dorp, stad of land. Erfgoed, familie, de directe leefomgeving of nationaliteit bieden niet het houvast van vroeger. We zijn allemaal wereldburgers. Via satelliettelevisie en internet staan we voortdurend in verbinding met de hele wereld, maar we kennen onze eigen buurman niet. Als gevolg van een ver doorgevoerd individualisme staan velen er bedroevend alleen voor. Daarom is het van belang dat we onze huidige waarden herdefiniëren, op zoek gaan naar verborgen waarden en tevens de vaardigheden of competenties inventariseren die mensen nu en in de toekomst nodig hebben om elkaar te kunnen begrijpen en waarderen.

29

Passies en talenten Wat zijn de competenties die een nieuw cultureel burger nodig heeft om kunnen functioneren in de huidige complexe samenleving en daarin gelukkig te kunnen zijn? Om te beginnen zijn dat autonomie, flexibiliteit en inzetbaarheid, competenties die ook al jaren door het bedrijfsleven worden gevraagd. Maar vanuit de economie wordt autonomie enkel gezien als zelfstandigheid, zonder maatschappelijk referentiekader. Daarom herdefinieer ik het begrip op basis van zelfstandigheid, authenticiteit en echtheid, binnen de context van maatschappelijke verantwoordelijkheid en permanente bewustwording. Ook in flexibiliteit schuilt een gevaar want het kan van mensen moderne slaven maken. Flexibiliteit definieer ik vanuit persoonlijke nieuwsgierigheid, openheid en bereidheid om te veranderen. Inzetbaarheid moet voor mij een gevolg zijn van interne discipline, doorzettingsvermogen en individuele passie. Belangrijk is hierbij op te merken dat deze competenties de leegte kunnen vullen die is ontstaan door het verdwijnen van opvoedmethoden op basis van religieuze of humanistische overtuiging. Nu kunnen individuen zelfstandig een controlefactor realiseren zoals bijvoorbeeld tijdsbesef. 1 Een andere belangrijke competentie is het stimuleren en coachen van passies omdat daarmee geïnspireerde, gemotiveerde en betrokken mensen worden gecreëerd. Werken of studeren zonder dat je hart er ligt, maakt je verveeld, of erger nog, gefrustreerd en rancuneus. Een samenleving van burgers die vanuit hun eigen nieuwsgierigheid en hartstocht tot maximale prestaties komen, is in ieders belang. Een andere belangrijke eigenschap is het vermogen om goed te communiceren en daarmee zich te kunnen inleven en te kunnen reflecteren. Tijdsbesef tenslotte, is een competentie die sterk samenhangt met de komst en snelle groei van moderne technologie. Nieuwe, digitale technologie is een complex nieuw element in onze samenleving waarmee oudere generaties geen of weinig ervaring hebben Omdat de elementen die zorgden voor een duidelijk besef van tijd zijn weggevallen, onder meer door de afname van intermenselijke relaties, wordt extreem veel tijd besteed aan internet, computergames, mobiele telefonie etc. Mensen (vooral kinderen en jongeren) hebben bij het zich eigen maken van digitale technologie extra aandacht nodig om tijdsbesef als een competentie te ontwikkelen.

1 De ontwikkeling van nieuwe technologie heeft geleid tot problemen onder jongeren. Hun gebrek aan intermenselijke relaties heeft ertoe geleid dat ze hun gevoel voor tijd verliezen. Hun individualiteit neemt zo af door game- en chatsessies, dat ze niet merken dat ze moe zijn en de tijd compleet vergeten.

30

Diverse instituties zijn bij uitstek geschikt deze competenties aan burgers bij te brengen. Immers, een nieuw cultureel burger wordt niet geboren maar wordt gecreëerd. Burgers moeten dus worden opgevoed in de ruimste betekenis van het woord.2 Deze opvatting vindt in de politiek steeds meer gehoor en discussies over de sociaal-maatschappelijke en opvoedkundige taken van leerkrachten, decanen, buurtwerkers, imams en de overheid zelf zijn niet nieuw. In het verleden is burgerschap vooral bevorderd door het onderwijs met in de meeste landen een afgedwongen taaleenheid. Volgens mij is het echter noodzakelijk dat de overheid, veel meer dan nu het geval is, het burgerschapsconcept op actieve wijze bepleit en faciliteert, in het onderwijs maar ook in de culturele sector en de media. In het onderwijs zou het nieuw cultureel burgerschap een belangrijk thema moeten zijn, vooral omdat het hier om kinderen en jongeren gaat. Maar de opleidingen luisteren bijna uitsluitend naar het bedrijfsleven waarmee het onderwijs louter voorbereiding op de arbeidsmarkt geworden. De persoonlijke ontwikkeling, de verwerkelijking van de autonomie van het individu is volledig ondergesneeuwd geraakt. Talenten en passies die niet passen bij de eisen van het bedrijfsleven worden nauwelijks herkend en gestimuleerd. Maar het nalaten van het coachen van passies kan leiden tot onverschillige, verveelde burgers. Als wij niet in jongeren geloven, hoe moeten ze dan in zichzelf geloven? We maken ongeïnspireerde mensen van ze en klagen vervolgens over hun gebrek aan motivatie. We moeten samen met jongeren zoeken naar toereikende middelen om van hen bewuste, autonome burgers te maken die zich gekend voelen in deze maatschappij en zich er maximaal voor kunnen en willen inzetten. De jeugd is het kapitaal van de maatschappij en behoeft onze bescherming. Ons recht op autonomie behelst eveneens de plicht autonomie bij iedereen te bevorderen. Een samenleving van burgers die vanuit hun eigen nieuwsgierigheid en hartstocht tot maximale prestaties komen, is in ieders belang. Het volstaat niet om jongeren wegwijs te maken in de niet aflatende informatiestroom door ze te leren wat Google is. Maar de vraag waar al deze informatie toe leidt en wat we ermee moeten, blijft onderbelicht. Terwijl juist die competentie een cruciale is, gezien het feit dat de media ons overspoelen en zelfs manipuleren met informatie, wat het ontwikkelen van een eigen visie bemoeilijkt.

2 De jeugd van tegenwoordig moet met meer instrumenten opgevoed worden dan hun voorgangers vanwege de toegenomen complexiteit van de context.

31

Kunst en cultuur creëren de nieuwe burgers Maar als het onderwijs het laat afweten, hoe moeten dan de nieuw cultureel burgers getraind, geïnspireerd en gefaciliteerd worden? Volgens InterArt is hier een belangrijke rol weggelegd voor kunst en cultuur. Kunst en cultuur betekenen inspiratie, ontplooiing en welbevinden van het individu. In een cultureel diverse wereld heeft kunst volgens mij ook een grote collectieve betekenis. Want vanuit de kunsten wordt gereageerd op maatschappelijke, culturele, politieke en economische aspecten van de ontwikkelingen in de wereld. Kunst biedt een haast onbegrensd kader om ervaringen te interpreteren en om zich maatschappelijk te engageren. En de waarden die in de kunsten worden uitgedragen staan eens niet (helemaal) in het teken van functionaliteit en economische rendabiliteit. Zo speelt kunst de rol van het geweten van een maatschappij en roept zij op tot bezinning en reflectie. Ik ben van mening dat kunst autonomie faciliteert. Naast het bieden van context en kennis biedt kunst mensen ruimte om zelf te ontdekken, zelf na te denken, zelf betekenis te geven en te produceren. Kunst biedt ruimte om talenten en passies boven te krijgen die noodzakelijk zijn voor de verwerkelijking van autonomie. Ik ben er daarom van overtuigd dat het oefenen van de verbeelding, door te kijken naar kunst en door zelf kunst te maken, bijdraagt aan een beter begrip van de wereld en een stimulans vormt in het verwezenlijken van autonomie van het individu. Kunst en cultuur bieden inspiratie, kennismaking met de ander en het andere. We hebben kunst nodig, of in de woorden van Oscar Wilde: ‘Kunst was niet geboren als de mens zichzelf en de wereld zou begrijpen.’ Dat geldt nu meer dan ooit. Kunst is een vrij domein, dat op voorhand niemand uitsluit. Het functioneert als een openbare ruimte, waar mensen met elkaar in contact treden; waar toenadering kan ontstaan, maar ook discussie en confrontatie. Per definitie gaat kunst over de verhouding tussen mensen en hun wereld en de verhouding tussen mensen onderling. Via kunst kunnen verschillen op cultureel, sociaal en maatschappelijk niveau inzichtelijk en begrijpelijk worden gemaakt. In een wereld waar vele waarheden en opvattingen naast elkaar bestaan, is kunst een belangrijk middel bij het vinden van individuele waarheden en de ontwikkeling van identiteiten. Kunst en cultuur zijn in mijn optiek dan ook al lang geen luxe meer. De verbeelding maakt de tongen los, roept nieuwsgierigheid op, nodigt uit tot vragen, discussie, stellingname en reflectie. De onderzoekende houding die eigen is aan kunstenaars kan mensen aan het denken zetten over hun eigen positie en die van anderen in de maatschappij. Het kan mensen ertoe aanzetten om met elkaar in contact te treden, elkaar te leren begrijpen en

32

respecteren, zodat ze zich langzamerhand weer deelgenoot voelen van één gemeenschappelijke samenleving. Vroeger vormden religie en ideologie de bindende factoren in de openbare ruimte maar nu is daar geen sprake meer van. Nu zijn het de commercie en de politiek die de openbare ruimte claimen maar zij voegen geen werkelijke betekenis, geen verdieping toe. Terwijl dat nu juist zo hard nodig is in de huidige maatschappij. Alleen via investering en verdieping in de maatschappelijke context kunnen wij onszelf en de wereld rondom ons weer begrijpen Momenteel ontstaat er door politieke ingrepen bepaalde stemmingen of sferen die ons weliswaar mobiliseren en verbinden waar die ons achteraf een onaangenaam gevoel geven, alsof we zondermeer gebruikt zijn. Op dit historische moment kunnen kunst en cultuur een cruciale rol gaan spelen bij de bevordering van processen van bewustwording, identiteitsvorming en culturele vorming zodat onze betrokkenheid niet misbruikt wordt en onze binding in de samenleving niet beschadigd wordt. De kunst- en cultuursector moet in het hart van de maatschappij gepositioneerd worden. Naast de kennismaking met verschillende culturen en culturele uitingen is het vooral belangrijk dat we ook onze eigen individuele en collectieve identiteit vormen binnen een maatschappelijke context. Kunst en cultuur kunnen door het organiseren van confrontaties conflicten voorkomen. Kunst en cultuur kunnen met het organiseren van nieuwe rituelen een gezamenlijke geschiedenis en een collectief geheugen laten ontstaan. Kunst en cultuur zijn onmisbaar. Gemeenschapskunst Als kunst en cultuur zo´n cruciale rol gaan spelen in het maatschappelijk leven, zal een nieuwe infrastructuur nodig zijn. Aan echte topkunstenaars, waarvan er in een klein land als Nederland nooit echt veel zullen zijn, moet alle ruimte geboden worden. Zij zijn volledig autonoom maar niet vrijblijvend. Iedere samenleving heeft een eigen elite nodig, gevormd door avantgardisten die de samenleving vooruit trekken en tegelijk een spiegel voorhouden. Zij zijn in staat om een uiterst kritische houding aan te nemen en ons wakker te schudden, om ons via hun werk de tijdgeest te doen begrijpen, en om ons te leren om anders naar de wereld te kijken. Het is van groot belang om serieus te investeren in deze groep en hen zodoende een historische rol te laten spelen. Naast deze kleine groep van topkunstenaars bestaat een grote groep mensen die vanuit hun onderzoekende houding en vermogen om creatieve processen te ontwikkelen de samenleving in staat stelt om een individuele en collectieve identiteit te vormen. Deze mensen zijn in feite cultuurproducenten, maar soms leiden hun inspanningen ook tot kunst. Deze groep speelt op dit

33

moment ook een historische rol. Wat deze ontwikkeling echter belemmert, is onze traditionele neiging om waardeoordelen te vellen over kunst en de maatschappelijke positionering van de kunst. De huidige traditie die rondom kunst bestaat weerhoudt ons ervan om naar de rol van kunst en cultuur als noodzaak te kijken. Omdat kunst met een grote K meer waardering oogst, probeert ook iedereen die niet in staat is om kwalitatieve kunst te produceren erkenning te krijgen. Daarom is het nu noodzakelijk om dit waardeoordeel los te laten en ruimte te bieden aan kunst en cultuur om hun historische rol te kunnen spelen. Deze ontwikkeling zal leiden tot een herdefiniëring van de bestaande infrastructuur. De verhouding tussen de kunst- en cultuursector en het onderwijs zal veranderen en beide sectoren zullen zich ook actiever verhouden tot de media. Deze drie sectoren zullen nieuwe culturele burgers op een andere manier faciliteren om de nodige ontwikkelingen door te maken. Het kunstvakonderwijs zal in zo’n proces hele andere studenten en kunstenaars opleiden,. Binnen de nieuwe infrastructuur zullen geëngageerde kunstprojecten, ook wel gemeenschapskunst genoemd, dan ook steeds belangrijker worden. In principe vallen onder gemeenschapskunst alle vormen van kunstbeoefening die vanuit de gemeenschap ontstaan en door die gemeenschap zelf worden uitgevoerd met de bedoeling om publiekelijk en met artistieke kwaliteit uiting te geven aan wat er in die gemeenschap leeft. De samenwerking die karakteristiek is voor deze kunstvorm draagt bij aan de integratie tussen de deelnemers onderling en stimuleert ook betrokkenheid bij de eigen leefomgeving en bij democratische processen. Projecten betrekken deelnemers bij het creatief oplossen van (probleem)situaties en moedigt contact tussen participanten onderling aan. Door communicatie en samenwerking die de omgeving vullen met verhalen, verwijzingen en referenties kan gemeenschappelijkheid of cohesie ontwikkeld worden zodat de burgers/bewoners zich verbinden aan de plek, aan elkaar en aan de tijd en zich kunnen ontwikkelen tot nieuwe culturele burgers. InterArt is in Arnhem en daarbuiten al geruime tijd bezig met het ontwikkelen van gemeenschapskunstprojecten waarin richting wordt gegeven aan nieuw cultureel burgerschap. InterArt wil kunst en cultuur inzetten bij de totstandkoming van zowel een nieuwe grammatica van communicatie als nieuwe vormen van sociale cohesie. Belangrijk hierbij is de artistieke rol van de kunstenaar, een rol die binnen de gemeenschapskunst vaak onderbelicht blijft of zelfs afwezig is. Alleen de kunstenaar is in staat om een concept te ontwikkelen op basis waarvan hij een proces initieert dat de deelnemers kan

34

meevoeren, uitlokken en motiveren. Zo ontstaat een interessant onderzoeksproces waarvan het resultaat, dat door de kunstenaar van een artistiek filter wordt voorzien, niet bij voorbaat vaststaat. Het proces kan leiden tot cultuurproductie of tot kunstproductie, of anders gezegd: er kan sprake zijn van kunst als doel of kunst als middel. Kunst die het vak zelf verder ontwikkelt fungeert als doel en kunst die cultuur vormt fungeert als middel. In sommige gevallen bereikt cultuur ook de doelstelling van kunst, oftewel: het eindproduct van het proces heeft dezelfde kwaliteit als kunst. InterArt nodigt kunstenaars uit als autonome kunstenaars. Het zijn kunstenaars die hun autonomie vertalen in gemeenschapskunst en zichzelf en hun publiek zien als ruw materiaal voor het proces waarbij ze hun eigen conceptuele en leidende rol behouden en als onderzoekers of waarnemers reageren op basis van hun individuele houding. interArt beschouwt beide typen als gelijkwaardig, die onafscheidelijke zijn en beiden bijdragen aan de ontwikkeling van kunst. De tijd van vrijblijvendheid is voorbij. We moeten met elkaar op zoek naar nieuwe waarden, en naar verborgen waarden, die ons met elkaar verbinden. Omdat niemand het antwoord weet op alle vragen waarvoor de veranderde maatschappij ons stelt, doet de overheid er goed aan om het domein van de kunst te faciliteren en om het onderwijs en de samenleving tot een groot laboratorium te maken waar vragen gesteld kunnen worden en denkprocessen geactiveerd kunnen worden. Zo kan een historisch moment ontstaan waarin kunst en cultuur een cruciale rol gaan spelen bij het vormen van een nieuwe samenleving.

35

De Verborgen Stad is georganiseerd door: Debatcentrum TUMULT Domplein 24 3512 JE Utrecht T: 030 2332430 E: [email protected]: www.tumultdebat.nl

Kosmopolis Utrecht Domplein 24 Postbus 532 3500 AM Utrecht T: 030-2393892 W: www.kosmopolisutrecht.nl

Mitros W: www.mitros.nl

36