downloaden (pdf, 5.93mb)
TRANSCRIPT
Onafhankelijk vakblad voor lassen, lijmen en snijden | Nummer 2 - februari 2014
Aandacht voor de Techni-ShowEngineering Critical AssessmentEen les in metallurgie
In deze editie o.a.
www.vakbladlastechniek.nlUitgaveISSN 0023-8694Lastechniek wordt uitgegeven in opdracht van het Nederlands Instituutvoor Lastechniek (NIL) en het Belgisch Instituut voor Lastechniek (BIL).RedactieBert de Jong, Fleur Maas, Rolf Mul, Leo Vermeulen, Bart Verstraeten,Margriet Wennekes, Henk ZandvlietEindredactieMargriet Wennekes, Leo Vermeulen (techniek)UitgeverBert de Jong - T +31 (0)71 589 56 44Advertentie-exploitatieCon-Sell, Rolf MulT 06 12 50 90 58 - E [email protected] Barendse, Ruud van Bezooijen, Tim Blok, Marijke Damen, Leen Dezillie, Rob Helmich, Marcel Hermans, Michel van ‘t Hof, Piet van der Horst, Michael Jak, Pieter Keultjes, Marco Kraaijeveld,Maurice Mol, Ed Mulder, Johan Schelfhorst, Frank Smit, Wil van der Stap, Erik Steenkist, Gregor Tokarenko, Fred Vasquez,Adriaan Visser
AdressenNederlands Instituut voor LastechniekPostbus 190 - 2700 AD ZoetermeerT 088 400 85 60 - E [email protected] - www.nil.nl
Belgisch Instituut voor Lastechniek vzwTechnologiepark 935 - B-9052 Zwijnaarde, BelgiëT +32 9 292 14 05 - F +32 9 292 14 01, E [email protected] - www.bil-ibs.be
OPUS communicatie-ontwerpFruitweg 24 j - 2321 GK Leiden, T 071 589 56 44 - F 071 541 41 50E [email protected] het verzenden van grote bestanden kunt u gebruik maken van:https://vakbladlastechniek.wetransfer.com
AbonnementenVoor particulieren in Nederland € 62,50 op privé-adres, voor bedrijvenin Nederland per abonnement. Voor studenten en senioren geldt in Nederland een speciaal tarief.
Voor abonnementen in België kunt u contact opnemen met [email protected] zijn excl. BTW.
Lastechniek verschijnt tien keer per jaar en wordt toegezonden aandeelnemers van het Nederlands Instituut voor Lastechniek (NIL) en hetBelgisch Instituut voor Lastechniek (BIL) en andere geïnteresseerdenen belanghebbenden in de verbindingstechniek. Voor vragen overabonnementen kunt u terecht bij het NIL. Het abonnement geldt voor een geheel jaar. Opzeggingen per aan-getekend schrijven vóór 1 oktober van het lopende jaar.
Verzendadres wijzigen? Stuur dan het etiket met verbeterd adres retour.Alle advertentiecontracten worden afgesloten conform de regels voorhet Advertentiewezen gedeponeerd bij de rechtbanken in Nederland.
Ontwerp en lay-outOPUS communicatie-ontwerp, Leiden.
Hoewel de informatie gepubliceerd in deze uitgave zorgvuldig is uitgezocht en waar mogelijk gecontroleerd, sluiten de uitgever en de redactie uitdrukkelijk iedere aansprakelijkheid uit voor eventuele onjuistheden en/of onvolledigheid van de verstrekte gegevens.
©2014 - Overname van artikelen is slechts mogelijk na verkregen schriftelijke toestemming van de uitgever.
Colofon
Volg LASTECHNIEK op twitter:
@VBLASTECHNIEK
U heeft het misschien al opgemerkt: het NIL-logo in de in-houdsopgave van dit blad is op subtiele wijze aangepast.Tachtig jaar geleden, om precies te zijn op 28 september1934, werd de Nederlandse Vereniging voor Lastechniek(NVL) opgericht, de voorloper van het NIL. Het bereikenvan deze mijlpaal willen we niet ongemerkt voorbij latengaan. In alle uitingen van het NIL zal het hele jaar doorop gepaste wijze aandacht worden besteed aan dit his-torische feit. Op 25 juni wordt het 80-jarig jubileum offici-eel gevierd in het Louwman Museum, het bekendeautomuseum in Den Haag.2014 wordt voor het NIL dus een bijzonder jaar, met een aantal bijzondere evenementen.
In de vorige uitgave van Lastechniek heeft u al kunnenlezen dat Henk Bodt per 1 januari de nieuwe president isvan de EWF. Zoals gebruikelijk wordt de eerstvolgendebijeenkomst van de EWF gehouden in het land van her-komst van de nieuwe president. In Nederland dus, methet NIL als gastheer. Op het programma staat onder an-dere een feestelijke bijeenkomst in mei op het ss Rotter-dam, waarbij alle aangesloten EWF-vertegenwoordigersaanwezig zullen zijn. Een ander groot evenement dit jaar is de NIL Verbin-dingsweek. Voor de tweede maal wordt deze vakbeursgeorganiseerd in de Evenementenhal te Gorinchem, enwel op 4, 5 en 6 november. Parallel aan de vakbeurs zalook het bekende NIL/BIL Lassymposium plaatsvinden.Voor jonge lastalenten is er bovendien de tweede editievan de Lage Landen Laswedstrijden, de lasinterland tus-sen Vlaamse en Nederlandse deelnemers.En welke vmbo’er mag zich dit jaar de beste aankomendeBMBE- of MIG/MAG-lasser van Nederland noemen? Ditwordt beslist in de finales van de inmiddels bekende NILLaswedstrijden voor vmbo-scholieren, die in maart wor-den gehouden op het Summa College in Hapert.
Kortom, voor ons ligt een jubileumjaar met vele bijzon-dere activiteiten. Daarnaast gaan alle reguliere werk-zaamheden natuurlijk gewoon door. Het NIL-team wordtbij al deze activiteiten ondersteund door vele vrijwilligersen externe vakspecialisten. Zo is het NIL al 80 jaar de ver-bindende schakel voor de las- en lijmtechniek. Laten wedaarop toosten!
Henk Zandvlietdirecteur Nederlands Instituut voor Lastechniek
Een toost op80 jaar NIL
LASTECHNIEK VOORWOORD - febr uar i 2014
KUHN last de onderdelen voor haar landbouw-
machines met lasrobotsystemen van Valk Welding.
Johan Brandes: “Valk Welding denkt mee in de ontwikkeling en levert niet
alleen de lasrobots, lasdraad en draadtransportsystemen, maar ook alles
eromheen, zoals offl ine programmering, nazorg en operator trainingen.
En omdat ze daar heel goed in zijn, levert ons dat continuïteit en een
hoge productiviteit.”
Zorgt dat het hele lasproces optimaal verloopt
Service, training en parts dicht bij huis
Specialisten op las- en robotgebied
Complete systemen uit één hand
Snel en eenvoudig te programmeren
“Totaalpakket Valk Welding
levert ons continuïteit”
Valk Welding [email protected]
tel. 078 69 170 11 www.valkwelding.com
Johan Brandes, team coach parts:
Inhoud #2 februari 2014
LASTECHNIEKwordt uitgegeven door OPUS communicatie-ontwerp in opdracht van het Nederlands Instituut voor Lastechniek en het Belgisch Instituut voor Lastechniek
www.vakbladlastechniek.nl
04 Vanuit de verbindingswereld
12 Engineering Critical Assessment
16 Invloed van legeringselementen op de
stuctuur en eigenschappen van lasmetaal
20 Een sterk staaltje, deel 2
24 Laskennis opgefrist 8; Thermisch gutsen
De semi-narrow-gap-
lasnaadvoorbewerking,
die door middel
van frezen werd
aangebracht, is identiek
voor zowel langs- als
rondnaden, waarbij
alleen de diepte in
afhankelijkheid van
de plaatdikte varieert. 20 24
30
Coverfoto: William Opheij bij Caterpillar
26 Verandering van toorts
28 Lasserkwalificaties en het classificeren
van beklede elektroden
30 Nieuwe rubriek: VAKTROTS
33 Willem de Welder
34 Brancheregister
Net als de inmiddels bekende rubriek Laskennis Opgefrist, is ook deze editie van Lastechniek op een aantal punten
opgefrist. Het maken van Lastechniek is wat ons betreft nooit een routinematige klus en daarom blijven we naden-
ken over hoe het anders en beter kan. Bij het doorbladeren van het blad komt u de nieuwigheden vanzelf tegen. Deze
betreffen niet alleen een aantal aanpassingen in de vormgeving. We vonden het tijd om de bekende rubriek ’De las-
ser van de maand’ op een andere manier in te vullen. In gesprekken met lassers merkten we dat er altijd wel een ver-
haal te vertellen is over een bijzonder project of werkstuk waaraan de lasser gewerkt heeft en waar hij of zij extra trots
op is. Die vaktrots hebben we nu als uitgangspunt gekozen voor deze rubriek, die is omgedoopt tot VAKTROTS. Nog
steeds staat dus een lasser centraal, maar dan net een beetje anders. Veel leesplezier!
De makers van Lastechniek
12
Tweejaarlijkse prijsDe Benelux Aluminium Award voor Duurzaam Renove-ren is een tweejaarlijkse prijs, die gezamenlijk is uitge-schreven door het Aluminium Centrum en de VerenigingMetalen Ramen en Gevelbranche (VMRG) in Nederland,het Aluminium Center Belgium en de Federatie van Alu-minium Constructeurs (FAC) in België. Partnerorganisa-ties Slimbouwen, AluEco, VAS-Vereniging AluminiumSysteemleveranciers en anderen ondersteunen deAward organisatie.Er worden Awards toegekend in de categorieën Wo-ningbouw en Utiliteitsbouw. Tevens zijn extra prijzen tewinnen voor onderscheidende toepassingen voor Ge-vels & Daken, Deuren & Ramen en Energie-efficiency.
PrijswinnaarsIn de categorie Woningbouw werd de Award toegekendvoor het project Studio Amsterdam (voormalig GAK-kan-toor). In de categorie Utiliteitsbouw (bedrijfsgebouwen)gingen de Awards naar het Kenniscentrum in Roeselare(voormalig bankgebouw) en het Dreamhouse te Rotter-dam.
Naast de Awards werden er vier extra prijzen uitgereiktin de categorieën Energy-efficiency (GasTerra – Gronin-gen); Gevels & Daken (Rijksmuseum – Amsterdam);Ramen & Deuren (Woonhuis – Brugge); Ramen & Deu-ren in historische gebouwen (TETUM II – Enschede).
www.aluminium-award.eu
Tijdens een feestelijke bijeenkomst op vrijdag 13 de-cember 2013 zagen veel kandidaten hun laskaderop-leiding bekroond met een IWT- of IWE-diploma.Daarmee hebben zij een internationaal erkend diplomaop zak. De diploma-uitreiking was georganiseerd doorWTT Lasopleidingen en Linde Gas Benelux en vondplaats bij Linde in Schiedam. De diploma’s werdenzoals gebruikelijk uitgereikt door Henk Zandvliet, di-recteur van het Nederlands Instituut voor Lastechniek.
GESLAAGD!
Bij de branchevereniging SNS (Samenwerkende Nederlandse Staalbouw) in Nieuwegein, werden op 18 decem-ber jl. vijftien Europees erkende diploma’s van de opleiding ‘Lascoördinator niveau B en/of S’ officieel overhan-digd aan de geslaagde cursisten. Verder werd uitgebreid stilgestaan bij de werkzaamheden en verantwoor-delijkheden van de lascoördinator, met de insteek: je hebt nu je diploma; hoe nu verder in de praktijk?
Drie renovatieprojecten bekroond met Benelux Aluminium Award
LASTECHNIEK LASTECHNIEK
4 5
BERICHTEN - febr uar i 2014
Op de vakbeurs GEVEL 2014 die van 22-24 januari inAhoy te Rotterdam werd gehouden, ontvingen verte-genwoordigers van drie renovatieprojecten de Bene-lux Aluminium Award voor Duurzaam Renoveren 2013.De winnaars ontvingen de trofee met bijbehorend cer-tificaat uit handen van Fred Schoorl, directeur van deBond van Nederlandse Architecten BNA.
Foto: Sebastian van Damme
febr uar i 2014
6
De Techni-Show wordt dit jaar gehouden van 11 tot en met 14 maart 2014 in de Jaarbeurs Utrecht. Dit tweejaar-lijks evenement biedt het grootste platform voor de maakindustrie van de Benelux, met innovaties, presentatiesen workshops op het gebied van industriële productietechnieken, verwerking en bewerking van metalen en kunst-stoffen. Het expositieprogramma bestaat onder andere uit machines voor verspanende en niet-verspanende bewerking,meettechniek-vision, verbindingstechnieken, productieautomatisering, werkplaatstechniek, en informatie- en ken-nisoverdracht. In aanvulling op het brede expositieprogramma biedt de Techni-Show een uitgebreid inhoudelijkprogramma met uiteenlopende activiteiten, zoals guided tours, themaroutes, seminars, Vakkanjerwedstrijden ende uitreiking van de Techni-Show Innovatie Awards.
Techni-Show 2014:
Guided toursOm het beursbezoek nog efficiënter te plannen kunnenbezoekers zich onder andere aanmelden voor guidedtours. Onder leiding van een expert uit een bepaald deelvan de metaalbewerking, bezoeken ze gericht een aan-tal exposanten die geselecteerd zijn aan de hand vanhun innovatieve producten voor een bepaalde toepas-sing. Denk hierbij aan bijvoorbeeld laserlassen. Bezoe-kers die liever zelfstandig hun weg zoeken, kunnen viaExpoMatch heel eenvoudig een aantal themaroutes sa-menstellen.
ESEFGelijktijdig met de Techni-Show vindt de vakbeurs ESEFplaats. ESEF is in Nederland de vakbeurs op het gebiedvan toeleveren, uitbesteden en engineering. Dé vraagvan de maakindustrie is: doe ik het zelf of laat ik hetdoen? De combinatie van ESEF en Techni-Show pre-senteert de alternatieven voor een kwalitatief en volledigaanbod.
Techni-Show Innovatie Awards Wie heeft het meest innovatieve product, wie levert debeste dienst en welke innovatie is het meest geliefd bijhet publiek? De Techni-Show Innovatie Award is in hetleven geroepen als onderscheiding voor de beste inno-vaties in de metaalindustrie. De prijs wordt uitgereikt tij-dens de vakbeurs op 11 maart 2014. Er zijn tiengenomineerden:
Vakbeurs voor industriële productietechniek
7
Cellro B.V. Xcelerate automatiseringsrobot voor klein seriewerkCloos Benelux B.V. Qirox Sparematic voor het automatisch wisselen van stroomgeleiders en
gasmondstukken in een lasrobotcelCNC-Consult & Automation B.V. 3D-metaalprinterDibalex B.V. CNC Ponseenheid voor verwerkers van bandstaalMorris Solutions V.O.F. MORRIS ANGLECHECK handschoen met ingebouwd hoekmeetsysteemRenishaw Benelux B.V. AM250 lasermeltingmachineResato International B.V. Flex-zone waterstraalsnijmachineTRUMPF Nederland B.V Brightline Fiber vastestoflaserWila E2M voor het wisselen van (zware) buiggereedschappenYamazaki Mazak Nederland B.V. INTEGREX i-100 BARTAC-S vijfassige draaifreesmachine
Vakkanjers BeroepenwedstrijdenTijdens de Techni-Show 2014 vinden er vijf Vakkanjerfi-nales plaats. De technici van de toekomst binden metelkaar de strijd aan op het gebied van CNC-draaien,CNC-frezen, Robotica, Mechatronica en CAD-tekenen.Dertig aanstormende vakmensen strijden om de Ne-derlandse titel en (mogelijk) tickets naar EuroSkills 2014in Lille. Publiek is elke beursdag van harte welkom om de Vak-kanjers aan het werk te zien in Hal 7, standnummersA130/A110/B130/B110.
BeursinformatieOpeningstijden:Dinsdag 11 maart: 10:00 - 17:30 uur Woensdag 12 maart: 10:00 - 17:30 uur Donderdag 13 maart: 10:00 - 21:00 uur Vrijdag 14 maart: 10:00 - 17:30 uurLocatie: Jaarbeurs Utrecht, hal 7 t/m 12De toegang is gratis.
www.technishow.nl
Qirox Sparematic voor het automatisch wisselen van stroomgeleiders en gasmondstukken in een lasrobotcel
Brightline Fiber vastestoflaser
LASTECHNIEK BERICHTEN - febr uar i 2014 LASTECHNIEKfebr uar i 2014
98
De jaarlijkse bijeenkomst van de redactieadviesraad op 15 januari jl. heeft weer veel waardevolle inzichten ensuggesties voor een nieuwe jaargang Lastechniek opgeleverd. Maar liefst 24 deelnemers hebben belangelooseen ochtend in Leiderdorp besteed aan het meedenken over themanummers, vaste rubrieken en vormgeving.
3M Nederland B.V. Veiligheid, persoonlijke bescherming 10.A010ABB Robotics Industriële robots 11.D040Air Liquide Welding Nederland B.V. Las- en snijtechnieken 10.A006Air Products Nederland B.V. Beschermgassen 10.C009Airtec Pneumatiek 10.C050Ambrell B.V. Inductieverwarming 10.B046Art en Reno Polijsten betonvloeren 10.C073Cellro B.V. Flexibele automatisering 11.D024Cibo N.V. Schuurmaterialen 10.A041Cloos Benelux Lasapparatuur en robottechnologie 10.G014C-Techniek Afzuiging en filtering 10.A048Delta Application Technics bvba Machines voor verwerken lijmen, kitten, etc. 10.A023DE-STA-CO Benelux B.V. Handling tools 10.F010FANUC Benelux Fabrieksautomatisering, robots 11.C008FARO Benelux B.V. Meettechnologie 11.C079Gasflesopslag.nl Website voor oplossingen gasflesopslag 10.E008Globe-Europe B.V. Schuur- en slijpmiddelen 10.E007Goebel BV Schroef- en Verbindingstechniek Bevestigingsmaterialen 10.C055Henkel Nederland B.V. Verlijming, afdichting, oppervlaktebehandeling 10.E012Interlas B.V. Lasapparatuur, opleidingen en advies 10.C010International Trade en Equipment B.V Klemmen 10.F015ITW Welding Products B.V. Lasapparatuur en toevoegmaterialen 10.A026Jeveka B.V. Bevestigingsartikelen 10.D030KEMPER B.V. Lasrookafzuiging 10.B054Kobout B.V. Bevestigingsmaterialen 10.C051Kuka Automatisering & Robots N.V. Automatisering, robots 11.D048Laskar Puntlastechniek Weerstandlassen, apparatuur en advies 10.A011Laspartners Multiweld B.V. Lastechniek, advies, apparatuur en beschermingsmiddelen 10.A046Lastechniek Europa B.V. Lastechniek, apparatuur, advies en opleidingen 10.A016Lomboser SA Manipulatoren 10.E011Lorch Lastechniek B.V. Lasapparatuur 10.C023Lutec Luchttechniek B.V. Ventilatie- en afzuigsystemen 10.A074Maiburg Schuurtechniek Schuurmaterialen en lijmtechniek 10.A019Migatronic Nederland B.V. Lasapparatuur, accessoires, veiligheid 10.C052Nederman Nederland Luchtfiltering en resourcemanagement 10.D010Omco Air Treatment N.V. / S.A Afzuiging en luchtfiltering 10.H016Onkenhout & Onkenhout B.V. Bevestigingsmaterialen 10.B040PFERD-Rüggeberg B.V. Frees-, slijp- en schuurgereedschappen 10.D050Pipeq Pipework Equipment Bevel- en snijmachines voor pijp en buis 10.B073Plymovent Industrial Solutions B.V. Afzuiging en luchtfiltering 10.C074Railtechniek van Herwijnen B.V. Kranen, railsystemen 11.F065ROHRMAN Schweißtechnik GmbH Lastoortsen en lashelmen 10.D051Rolan Robotics B.V. Lasrobots en handlingrobots 11.B028Saint-Gobain Abrasives B.V. Slijp- en schuurapparatuur 10.C038SPEEDY BLOCK Srl Klemmen 10.G015STODT Toekomsttechniek Applicatiecentrum, opleiding en advies 11.C017Stäubli Benelux NV Robots 11.B014Studco International B.V Stiftlastechniek 10.A029Suhner Abrasive Expert AG Slijpmachines oppervlaktebewerking 10.F011Tyrolit N.V. Gereedschappen voor slijpen, snijden, zagen, boren 10.E022Valk Welding B.V. Lasautomatisering, lasbenodigdheden, advies 10.C022Vebru Import Export Groothandel Lasapparatuur en gereedschappen 10.B073Ven Fasteners B.V. Bevestigingsmaterialen en lijmen 10.B015Victor Technologies Apparatuur voor lassen, snijden en slijpen 10.F007Visser Las/snijtechniek Las- en snijapparatuur 10.A054VLH Welding Group Las- en snijapparatuur 10.B026WD-40 Company Nederland Smeermiddelen 10.A001Welding Company NV/SA Installatie, verhuur en reparatie lastoestellen 10.B010Wortelboer B.V., Th. Machines en gereedschappen voor pijpleidingsystemen 10.B006YASKAWA Benelux B.V. Motoman industriële robots 11.A028
ExpertsDe redactie van vakblad Lastechniek mag zich sindseind 2011 verheugen in de enthousiaste medewerkingvan een nieuw opgerichte redactieadviesraad. Eenvaste kern van ruim twintig experts uit diverse branchesheeft daarin zitting. Een enkeling is afgehaakt, maarieder jaar sluiten zich ook weer nieuwe mensen aan.Aan het begin van het jaar komt de redactieadviesraadbij elkaar om samen met de kernredactie ideeën uit tewisselen aan de hand van een terugblik en een voor-uitblik.
Betrokken en enthousiastMet grote betrokkenheid en openheid is tijdens de jaar-lijkse bijeenkomst besproken hoe we er samen voorkunnen zorgen dat we een kwalitatief goed vakblad blij-ven maken dat voldoet aan de wensen en eisen van dedoelgroep. Wat gaat goed, wat kan beter en welkenieuwe ideeën leven er? Deze vragen zijn op een con-structieve manier met elkaar besproken aan de handvan de afgelopen jaargang. Daarnaast is er vooruitge-blikt. De thema’s voor het nieuwe jaar zijn besproken,waarbij diverse leden spontaan hun medewerking heb-ben toegezegd. Kortom, een veelbelovend begin vaneen nieuw jaar Lastechniek.
De data en locaties voor de finales van de VakkanjerWedstrijden zijn bekend. De eindstrijd is dit jaar verdeeld overvier verschillende evenementen, in Utrecht (tweemaal), Rotterdam en Den Haag. In totaal verschijnen 85 Vak-kanjers – techniektalenten van ROC’s en bedrijven – aan de aftrap, in zeventien wedstrijdvakken.
Ticket EuroSkillsDe kampioenen van de VakkanjerWedstrijden kunnenzich mogelijk plaatsen voor EuroSkills, het Europeeskampioenschap voor jonge vakmensen. Dit evenementvindt plaats in Lille, van 2 tot en met 4 oktober 2014.
Data en locatiesDe finales van de VakkanjerWedstrijden 2013/2014 vin-den plaats op de volgende locaties:•
•
•
•
Op vrijdag 21 maart is in de Fokker Terminal eveneensde finale van de Junior VakkanjerWedstrijden en JuniorVakkanjerWedstrijden Instalektro, direct gevolgd doorde prijsuitreiking (16.00 uur). De prijsuitreiking voor alle wedstrijdvakken begint vervolgens om 20.00 uur.
www.devakkanjers.nl
Uitstekende bijeenkomst redactieadviesraad Lastechniek2014Ter voorbereiding op uw bezoek aan de Techni-Show kunt u in onderstaand overzicht zien welke exposanten ophet gebied van verbindingstechniek aanwezig zullen zijn in Hal 10 van de beursvloer. Daarnaast is een selectieopgenomen van exposanten op het gebied van productieautomatisering (Hal 11).
EXPOSANTEN VERBINDINGSTECHNIEK
VSK Beurs, Jaarbeurs Utrecht - 3 t/m 7 februari(Koude- en Luchtbehandelingstechniek)Techni-Show, Jaarbeurs Utrecht - 11 t/m 14 maart(CAD-tekenen, CNC-draaien, CNC-frezen, Mecha-tronica, Robotica)RDM Campus, Rotterdam - 17 t/m 19 maart(Lassen MIG/MAG/BMBE, Lassen TIG, Machine-bankwerken Fijnmechanisch, Onderhoudsmontage,Plaatconstructie)Fokker Terminal, Den Haag - 19 t/m 21 maart(Elektrotechniek, Industriële Automatisering, Land-bouwmechanisatie, Metalen Dakdekken, Sanitaireen Verwarmingstechniek, Telematica/Infra)
Vier finales voor Vakkanjers
LASTECHNIEK BERICHTEN - febr uar i 2014 LASTECHNIEKfebr uar i 2014
10
ITW WELDING PRODUCTS
levert een uniek en volledig producten programma
uit een aantal marktleidende merken. Het assortiment
omvat lastoevoegmaterialen, lasmachines, accessoires
en inductieve verwarming apparatuur.
Miller lasapparatuur
Miller is wereldwijd de marktleider op het gebied van
lasapparatuur. Miller staat al meer dan 80 jaar garant
voor uitstekende laseigenschappen, vooruitstrevende
innovatieve lasboogprocessen en bovenal ultieme
betrouwbaarheid!
Zeer uitgebreid pakket lastoevoegmaterialen
Keuze uit de vooraanstaande merken Elga, Hobart,
McKay en Trimark biedt u de mogelijkheid het juiste
lastoevoegmateriaal te selecteren voor elke specifieke
toepassing variërend van hoogwaardige verbindings-
lassen tot reparatie en oplassen.
ITW Welding Products BV
Edisonstraat 10
NL-3261 LD Oud-Beijerland
T +31 (0)186 641 444
F +31 (0)186 640 880
www.itw-welding.com
ITW WELDING PRODUCTS
Kennis en Passie voor Lassen
FORTUNE 200ITW Welding Products BV is onderdeel van Illinois
Tool Works Inc. (ITW), met ongeveer 800 business
units. ITW maakt deel uit van de “Fortune 200-lijst”
van Amerikaanse beurs genoteerde ondernemingen.
Vakkundige technische ondersteuning staat voor u klaar
Onze diensten en producten zijn gebaseerd op
“Quality and Know-How in Welding”.
ITW Welding Products biedt u een bekwaam team
van technische adviseurs. Zij kunnen u adviseren
en begeleiden op het gebied van efficiënte proces-
en productkeuze, het ontwikkelen van lasprocedures,
training en kwalificatie van lassers.
Geïnteresseerd in onze mogelijkheden?
Onze verkooporganisatie evenals zorgvuldig geselecteerde
dealers met gedegen vakkennis staan voor u klaar voor
ondersteuning en aanschaf van lasapparatuur en
lastoevoegmaterialen.
Bel ons op: Tel. 0186 641 444.
Wij zijn u graag van dienst!
Additive manufacturingHet thema voor de 2014 editie is additive manufacturing.Dit thema wordt verder uitgewerkt in presentaties vanuitde industrie en de onderzoekswereld, een kennismarkt,labdemo’s en een rondetafeldiscussie.
Laserinnovatieprijs TwenteNet als vorig jaar zal de Laserinnovatieprijs uitgereiktgaan worden. De Universiteit Twente, Syntens en Ken-nispark Twente ondersteunen de Koninklijke Metaalunieen het Laser Applicatie Centrum bij het opzetten van deLaserinnovatieprijs Twente. Doelstelling is aan te tonendat er meerdere mogelijkheden zijn om geld te verdie-nen met moderne lasertechniek. Alle bedrijven die mo-derne lasertechniek succesvol toepassen kunnen zichaanmelden. De jury nomineert drie bedrijven die tijdenshet Industrial LaserEvent 2014 een presentatie zullengeven. Uit deze drie bedrijven wordt een winnaar geko-zen. Geïnteresseerde bedrijven kunnen zich opgevenvia [email protected] onder vermelding van “PrijsvraagIndustrial LaserEvent”.
www.industrial-laserevent.nl
Op dinsdag 15 april 2014 wordt de zevende editie van het Industrial LaserEvent georganiseerd in Enschede. HetLaserEvent is een eendaags symposium dat op de Universiteit Twente wordt gehouden. Op het symposium komenkennisinstellingen, leveranciers en gebruikers samen om informatie uit te wisselen over de nieuwste ontwikkelin-gen op het gebied van materiaalbewerking met lasertechnologie.
15 April 2014: Industrial LaserEvent 2014Het evenement op het gebied van laser materiaalbewerking
3-daagse Workshop ASME Sectie IX Van der Valk Eindhoven | 9, 17 en 24 april 2014 | 09.00 - 16.00 uur
Voor meer informatie over deze en andere workshops: www.nil.nl
advertentie
LASTECHNIEK BERICHTEN - febr uar i 2014
Assessment
schap gebaseerde acceptatiecriteria bij toenemende mate
van complexiteit van de installatiefase en gebruiksfase van
pijpleidingen niet meer voldoende zijn om de integriteit
van een pijpleiding te waarborgen.
Elastisch of plastischAfhankelijk van het gevraagde onderzoek kunnen er twee
soorten ECA’s worden onderscheiden. Op ‘elastische con-
dities’ gebaseerde ECA’s worden toegepast bij installaties
en bij het leggen van pijpleidingen waarbij geen plastische
(permanente) vervorming optreedt, bijvoorbeeld pijplei-
dingen die volgens de zogenaamde ’S-Lay’- en ‘J-lay’-me-
thoden zijn gelegd.
aterialen in de olie- en gasindustrie worden
blootgesteld aan steeds zwaardere condities. In
de vorige editie van Lastechniek kwam dit naar
voren in het artikel over de aanleg van offshore pijplei-
dingen. Deze condities leiden tot een hogere materiaalbe-
lasting, met als gevolg grotere risico’s van corrosie, erosie
en materiaaldegradatie. Element Materials Technology is
gespecialiseerd in het testen en kwalificeren van materia-
len die in contact komen met steeds agressievere milieus,
zoals die zich voordoen tijdens het boren en bij de pro-
ductie in de olie- en gasindustrie. Daarbij wordt gebruik-
gemaakt van breuktaaiheidstesten, Engineering Critical
Assessment (ECA) en andere gespecialiseerde testen. Om
het gamma aan breukmechanische testen te verbreden
wordt er momenteel een Breukmechanisch Laboratorium
in Houston (Texas) gebouwd, dat naar verwachting eind
2014 operationeel zal zijn. Dit artikel richt zich vooral op
de toepassing van ECA in de offshore-industrie.
Fitness for ServiceEen ‘Engineering Critical Assessment’ ofwel ECA is een
op breukmechanica gebaseerde ‘Fitness for Service’-me-
thode (FFS) om het effect van een ‘flaw’ (onvolkomenheid,
fout of scheur) in een constructie te bepalen met betrek-
king tot de resulterende integriteit van deze constructie.
Traditioneel worden ECA-methoden voor velerlei toepas-
singen gebruikt, waaronder de beoordeling van onvolko-
menheden of scheuren die tijdens een inspectie zijn
aangetroffen. Een ECA kan gebruikt worden om een in-
stallatie in bedrijf te houden, waarbij een FFS-benadering
gebruikt wordt om de grootte van inspectie-intervallen te
bepalen, en om te bepalen of en wanneer een constructie
gerepareerd of vervangen dient te worden. Ook tijdens het
fabricageproces kunnen ECA-methoden worden ingezet,
bijvoorbeeld wanneer de kerfslagwaarden en mechanische
eigenschappen van basismateriaal of lasmetaal niet aan de
nominale eisen voldoen. Het effect van de gemeten para-
meters kan met een FFS-benadering geduid worden.
door Andy Barron, vertaald door Jan Peter van Houten en Erwin de Rijcke
Engineering Critical Assessment (ECA) is een methode die steeds vaker wordt ingezetom te beoordelen of een gevonden onvolkomenheid een bedreiging vormt voor de integriteit van een constructie. De methode wordt veel toegepast in de olie- en gas-industrie, zoals bij de aanleg van offshore pijpleidingen.
Vermijden onnodige lasreparatiesECA-methoden maken tegenwoordig steeds vaker deel uit
van het fabricageproces. In het bijzonder bij het lassen van
pijpleidingen wordt ECA toegepast als alternatief voor een
beoordeling op basis van oudere, op goed vakmanschap
(‘good workmanship’) gebaseerde, tamelijk willekeurige
acceptatiecriteria voor lasfouten. Door gebruik te maken
van ECA wordt het mogelijk om de gehele levenscyclus
van de pijpleiding in beschouwing te nemen.
Gemechaniseerd lassen kan leiden tot ondiepe fouten of
scheuren, maar van een dusdanige lengte dat deze tot af-
keur zouden leiden indien er gebruikgemaakt zou worden
van traditionele, op goed vakmanschap gebaseerde crite-
ria. Dergelijke ondiepe fouten geven echter minder vaak
aanleiding tot reparatie wanneer ze beoordeeld worden
volgens FFS of met behulp van geautomatiseerd ultrasoon
testen (Automatic Ultrasonic Testing, AUT), waarmee de
exacte hoogte van de fouten nauwkeurig gemeten kan
worden. Het geautomatiseerd lassen heeft hierdoor tot een
verschuiving geleid van het gebruik van traditionele eisen,
gebaseerd op goed vakmanschap, naar het gebruik van op
FFS gebaseerde criteria. Hiermee worden onnodige lasre-
paraties, waarbij gerepareerde posities toch vaak een
zwakke plek in een constructie blijven, zo veel mogelijk
vermeden.
Integriteit pijpleidingBij het lassen van offshore-pijpleidingen kunnen in theo-
rie de acceptatiecriteria van lasonvolkomenheden ver-
ruimd worden, hoewel dit uiteindelijk niet altijd mogelijk
zal blijken. De ECA-procedure is gebaseerd op de condi-
ties tijdens de installatiefase en de gebruiksfase van de
pijpleiding. Een toenemende complexiteit van deze fasen
kan leiden tot zeer uitgebreide FFS-benaderingen die daar-
mee zelfs tot strengere acceptatiecriteria kunnen leiden
dan de criteria gebaseerd op goed vakmanschap. Dit
strookt met de leidraad van FFS, dat op goed vakman-
Engineering Critical Assessment
Het Mechanisch Test- en Onderzoekslaboratorium van Element Materials Technology in Breda
12 13
ECA’s gebaseerd op ‘plastische condities’ worden toege-
past wanneer het materiaal wel aan plastische deformatie
blootgesteld wordt, bijvoorbeeld bij het afrollen (‘reeling’)
van een pijpleiding van een haspel.
Voor het gegeven projecttype moeten alle parameters in
de ECA worden meegenomen die aanleiding kunnen
geven tot statische of wisselende spanningen aan een fout,
waardoor respectievelijk scheurgroei of vermoeiings-
scheurgroei zou kunnen optreden. Bij een ECA-beoorde-
ling van een pijpleiding moeten minimaal vier stadia
worden beschouwd, waarbij in elk stadium meerdere ge-
compliceerde belastingcondities kunnen optreden.
1. Spanningen in de installatiefaseBeschouwing van het effect van een initiële fout op mogelijke brosse breuk of taai bezwijken.
2. Vermoeiing in de installatiefaseMogelijke groei van een initiële fout als gevolg van (cyclische) installatiecondities.
3. Vermoeiing tijdens de gebruiksfaseMogelijke groei van na de installatie aanwezige fouten als gevolg van (cyclische) gebruikscondities.
4. Spanningen in de gebruiksfase aan het einde van de levensduurBeschouwing van het effect van een na de gebruiksfase aanwezige fout met betrekking tot brosse breuk of taaibezwijken.
M
LASTECHNIEK HET BEPALEN VAN ACCEPTATIECRITERIA - febr uar i 2014 LASTECHNIEKfebr uar i 2014
De analyse van brosse breuk of plastisch bezwijken wordt
uitgevoerd door twee sets vergelijkingen gelijktijdig op te
lossen (zie figuur 1). Afhankelijk van de input ofwel uit-
gangscondities van het project en de resultaten van het
mechanisch testen van basismateriaal en lasmetaal, zal
breuk of taai bezwijken het maatgevende proces voor het
falen blijken te zijn. De te gebruiken uitgangscondities van
het project moeten zorgvuldig gekozen worden: ze moeten
realistisch zijn, maar ook rekening houden met een ‘worst
case scenario’ (in het ergste geval), zodat de ECA-analyse
conservatieve resultaten oplevert. De hieruit berekende
toegestane foutgrootten kunnen dan gebruikt worden zon-
der verdere willekeurige veiligheidsfactoren.
De kwaliteit en de reproduceerbaarheid van de mechani-
sche en breukmechanische testen is eveneens essentieel
voor het ECA-proces. Behalve de gewone lasmethode-
kwalificaties (LMK) is voor het ECA-proces ook een ver-
dere karakterisering van de eigenschappen van het
uitgangsmateriaal en het lasmetaal benodigd. Het testen
van dergelijke specifieke mechanische eigenschappen en
het uitvoeren van breuktaaiheidstesten is normaal ge-
sproken voorbehouden aan gespecialiseerde testlaborato-
ria, bij voorkeur als deel van een geïntegreerde ECA-test-
en analyseafdeling.
De toelaatbare grootte van de lasfouten wordt bepaald
door de meest beperkende installatiefase of gebruiksfase,
of door een combinatie van beide, gezien over de gehele le-
vensduur. De interactie tussen de verschillende stadia kan
complex zijn.
14 15
InputparametersVaak wordt gebruikgemaakt van een vereenvoudigde ge-
combineerde benadering voor het bepalen van de ECA-
inputparameters. Hoewel dit minder analysewerk met zich
meebrengt, kan dit vaak leiden tot veel te conservatieve
acceptatiecriteria, en daarmee tot onnodig veel lasrepara-
ties. In complexe gevallen wordt dan ook aanbevolen zeer
nauwkeurig naar de opeenvolgende fasen te kijken. Om
het ECA-proces en de daaruit volgende toegestane fout-
grootte te optimaliseren, kan het nodig zijn om de ge-
bruiksfase van de pijpleiding in de diverse complexe
gebruikscondities onder te verdelen.
Voordat de volgens de ECA toegestane foutgrootten ge-
bruikt kunnen worden als acceptatie-
criteria, is als laatste stap een correctie
nodig vanwege de onzekerheid in de
AUT-meting (uncertainty of measure-
ment, ‘UcOM’). Het AUT-systeem
wordt normaal gesproken in een aparte
validatieprocedure getoetst. De moge-
lijkheid dat een te kleine lasfoutgrootte
wordt gevonden moet vervolgens wor-
den ingecalculeerd in de lasfoutacceptatiecriteria. Door-
gaans wordt er 1,0 mm afgetrokken van de uit de ECA
resulterende toegestane diepte van de lasfouten.
Wanneer de combinatie van de inputparameters en het
ECA-proces tot extreem grote toegestane foutgrootten
leidt, is het goed om te beseffen dat volgens BS 7910:2005
het ECA-proces aanvullend is aan, en zeker geen vervan-
ging kan zijn van, goed vakmanschap.
De auteur, Andy Barron, is een internationaal erkend expert metmeer dan dertig jaar ervaring op het gebied van vermoeiing enbreukmechanica. Andy is werkzaam als Global Fatigue en Frac-ture Mechanics Specialist bij Element Materials Technology enis verantwoordelijk voor de verdere ontwikkeling van Enginee-ring Critical Assessments (ECA), vermoeiing en breukmecha-nica, voor klanten in de olie- en gasindustrie.
De toelaatbare grootte van de lasfouten wordt bepaald door
de meest beperkende installatiefase of gebruiksfase, of door
een combinatie van beide, gezien over de gehele levensduur.
LASTECHNIEK HET BEPALEN VAN ACCEPTATIECRITERIA - febr uar i 2014
www.binzel-benelux.com
T E C H N O L O G Y F O R T H E W E L D E R ’ S W O R L D
De nieuwe E3® wolfraamelektroden:
Een uitgekiende blend van oxidesgarandeert uitmuntende prestaties.
■ De beste ontstekings- en herontstekingseigenschappen■ Bruikbaar voor zowel DC als AC TIG-lassen■ Hoge belastbaarheid■ Geringe slijtage van de elektrodepunt
dé keuze voor de toekomst.
Kemppi’s ArcInfo is een cloud gebaseerd analysesysteem voor lasgegevens welke eenvoudig is in gebruik en van grote waarde is voor uw lasproductie of lastraining. De lasparameters zijn een cruciale factor in laskwaliteit. Lasstroom, lasspanning, draadsnelheid, lassnelheid, warmte-inbreng en andere parameters zijn ook van invloed op de las-efficiëntie en kosten. ArcInfo zet ruwe data in één formaat dat gemakkelijk te begrijpen en te gebruiken is.
Neem voor meer informatie contact op met uw Kemppi dealer of bezoek www.kemppi.nl
www.kemppi.nl
ArcInfo – de snelle manier om lasgegevens te analyseren
Analysesysteem voor lasgegevensvoor de lasindustrie
taal is een ijzer-koolstoflegering. Hoe hoger het
koolstofgehalte, hoe sterker het staal. Naast kool-
stof bevat staal als legeringselementen mangaan en
silicium. Afhankelijk van het gebruik van staalschrot bij
de staalproductie en afhankelijk van het toegepaste erts,
bevat staal kleine hoeveelheden koper, chroom, mo-
lybdeen, nikkel en andere elementen. Als verontrei-
nigingen zijn altijd geringe hoeveelheden zwavel en
fosfor aanwezig.
De mechanische eigenschappen van een lasverbin-
ding moeten overeenkomen met de eigenschappen
van het basismateriaal. Dit houdt in dat ook het las-
metaal een ijzer-koolstoflegering moet zijn. Het te
lassen basismateriaal heeft een kneedstructuur, maar
de las heeft een gietstructuur. Om de gewenste kerf-
taaiheid in de las te verkrijgen, zal het koolstofge-
halte van het lasmetaal altijd lager moeten zijn dan
het koolstofgehalte van het basismateriaal. Er moet
immers ook rekening worden gehouden met de mate
van opmenging tussen basis- en lasmetaal. Om te
voldoen aan de gewenste sterkte-eigenschappen zal
het lasmetaal wat meer legeringselementen bevatten
dan het basismetaal. Naast legeringselementen, zoals nik-
kel voor de gewenste kerftaaiheid, worden ook carbide-
en nitridevormende elementen toegevoegd. Al die elemen-
ten beïnvloeden de structuur en daarmee de eigenschap-
pen van het lasmetaal.
Stolling van de las: basisbegrippenOm de invloed van diverse legeringselementen op de ei-
genschappen van de las goed te kunnen interpreteren,
worden eerst enkele basisbegrippen behandeld over de
stolling van de las en de segregatie van legeringselementen.
Ook de vorming van de structuur in de las onder niet-
evenwichtsomstandigheden wordt besproken. De afkoe-
ling van de las en de warmte-beïnvloede zone verloopt
namelijk zo snel dat de structuurvorming niet meer ver-
klaarbaar is aan de hand van het toestandsdiagram (even-
wichtsdiagram). CCT- of nog beter: PTAT-diagrammen,
zijn nodig om de structuur in de lasverbinding te kunnen
duiden.
De chemische samenstelling van een lasverbinding wordt
bepaald door de mate van opmenging tussen het toevoeg-
materiaal en het basismateriaal. In een vloeibare las treden
vloeistofstromingen op die in het algemeen zorgen voor
een volledige opmenging van lasmetaal en basismateriaal.
Met andere woorden: een vloeibare las heeft een uniforme
chemische samenstelling. Echter, aan de smeltlijn is in een
dunne laag de stroomsnelheid praktisch gelijk aan nul. In
deze zogenoemde stilstaande laag (stagnant layer) komt
de samenstelling van het vloeibare metaal overeen met die
van het basismateriaal. De stolling van de las begint in
door Theo Luijendijk, TU Delft en Luijendijk Advisering; Fred Neessen en Harm Meelker, Lincoln Electric Nijmegen
De mechanische eigenschappen van een lasverbinding moeten overeenkomen met die van het basismateriaal. In een reeks van artikelen wordt besproken hoe diverse legeringselementen de structuur en eigenschappen van het lasmetaal beïnvloeden.
Invloed van legeringselementen op destructuur en eigenschappen van lasmetaal
Deel 1 - De vorming van de structuur van de las
16 17
Figuur 1 Epitaxiale kiemvorming en groei van kolomvormige kristallen aan de smeltlijn. De kristallen buigen af in de richting van de temperatuurgradiënt en er treedt competitieve groei op. [3]
Figuur 2 Structuur van warmgewalst staal met banen ferriet en perliet. [3]
Figuur 3 Het CCT-diagram van ongelegeerd constructiestaal. [2]
deze stilstaande laag en er worden geen nieuwe kristallen
gevormd; de stolling vindt plaats op de bestaande kristal-
len van het basismateriaal. Deze manier van groeien van
de kristallen aan de smeltlijn wordt epitaxiale groei ge-
noemd. Door de hoge temperatuurgradiënt (snelle afkoe-
ling) vormen zich kolomvormige kristallen. De
groeisnelheid van deze kolomvormige kristallen is
afhankelijk van hun kristallografische richting.
Met andere woorden: niet alle kristallen groeien
even snel uit in de las. Er treedt tijdens voorgaande
stolling vergroving van de structuur op, doordat
bepaalde kristallen naburige kristallen over-
groeien, omdat hun oriëntatie gunstiger is. De ko-
lomvormige kristallen, meestal dendrieten, richten
zich naar de temperatuurgradiënt en buigen in het
midden van het lasbad af naar boven. Op deze
manier ontstaat de kenmerkende macrostructuur
van een lasbad. In figuur 1 is de competitieve groei
(vergroving van de structuur) van de kolomvor-
mige kristallen te zien bij sterke vergroting, even-
als de afbuiging van de kristallen in de richting van
de veranderende temperatuurgradiënt.
De stolling verloopt dus via vorming en groei van kolom-
vormige kristallen. De vorming van aparte kristallen in
het midden van de las treedt slechts zelden op. Alleen bij
zeer hoge warmte-inbreng en hoge voorwarmtemperatu-
ren moet hier rekening mee worden gehouden.
De grootte van de kolomvormige kristallen hangt af van
de afkoelsnelheid (warmte-inbreng en plaatdikte). Bij on-
derpoederlassen worden daarom grotere kristallen ge-
vormd dan bij het lassen met beklede elektrode en bij het
MAG-lassen.
Ferrietstructuren bij langzame afkoelingVoor constructiestaal, dat zelden een hoger koolstofge-
halte heeft dan 0,2 %, zet de austeniet zich bij voort-
gaande afkoeling om in ferriet. De maximale oplosbaar-
heid van koolstof in ferriet bij de eutectoïdische tempera-
tuur is gelijk aan 0,022 % C. Ongelegeerd constructiestaal
bevat aanzienlijk meer koolstof dan deze 0,022 %. Dit be-
tekent dat naast de overgrote hoeveelheid ferriet, altijd een
geringe hoeveelheid perliet in het constructiestaal aanwe-
zig is. Bij afkoeling van het staal vanuit het austenietgebied
zal voor een staal met een koolstofgehalte van 0,2 %, be-
neden een temperatuur van circa 900 °C, ferriet gevormd
worden aan de austenietkristalgrenzen. De ferriet die dan
ontstaat heeft een veelhoekige structuur en wordt poly-
gonale ferriet genoemd. Bij hogere afkoelsnelheden groeit
de ferriet voornamelijk uit langs de austenietkristallen;
deze ferrietvorm wordt korrelgrensferriet genoemd. De
ferriet die gevormd wordt boven de eutectoïdische tempe-
ratuur wordt pro-eutectoïdische ferriet genoemd. Bij
voortgaande afkoeling ontstaat ten slotte perliet, en de uit-
eindelijke structuur bij kamertemperatuur bestaat uit fer-
rietkristallen met een geringe hoeveelheid perliet (figuur
2). De perliet ligt in banen, wat het gevolg is van het
warmwalsen van het materiaal in één richting.
S
LASTECHNIEK METALLURGIE - febr uar i 2014 LASTECHNIEKfebr uar i 2014
32
De figuren 4 t/m 6 zijn ontleend aan IIW-document IX-1247-82, Compendium of weld microstructures andmechanical properties. In dit artikel wordt de IIW-aan-duiding van structuren gebruikt:AC zijplaatferriet
(ferrite with aligned MAC)AF naaldferriet
(acicular ferrite)GF korrelgrensferriet
(grain boundary ferrite)PF polygonale ferriet
(intergranular polygonal ferrite)FC cementiet inclusief perliet
(ferrite carbide aggregate)
VerantwoordingHet idee om aan deze serie van artikelen te beginnenwerd geboren tijdens een gesprek bij Lincoln Electricin Nijmegen. Als basis voor deze artikelenreeks dienende publicaties van G. M. Evans. Hij heeft zijn artikeleneind jaren zeventig, begin jaren tachtig van de vorigeeeuw geschreven, maar ze zijn nog steeds actueel. Dr. Evans was hoofd van de metallurgie-afdeling vande onderzoeksafdeling van Oerlikon. Het onderzoekdat Evans heeft uitgevoerd maakte onderdeel uit vaneen gezamenlijk onderzoekprogramma van Subcom-missie II-A van het International Institute of Welding.
Literatuur1. Metaalkunde, deel 1, Delftse Universitaire Pers (1996),
ISBN 90-407-1281-6.2. Lastechnologie, G. den Ouden, VSSD (1990),
ISBN 90 6562 0877.3. IIW-document IX-1247-82, Compendium of weld
microstructures and mechanical properties.
Ferrietstructuren bij snelle afkoeling in een lasDoor de hoge afkoelsnelheid kan voor de structuurvor-
ming in de las geen gebruik gemaakt worden van het toe-
standsdiagram, maar moeten we overschakelen op
CCT-diagrammen. In de las heerst een temperatuurgra-
diënt. Om de structuurontwikkeling goed te kunnen be-
schrijven, moeten in principe meerdere CCT-diagrammen
gebruikt worden, waarbij vanaf verschillende temperatu-
ren wordt afgekoeld. Om die reden heeft TNO het PTAT-
diagram voor een lasverbinding ontwikkeld. Figuur 3 is
een CCT-diagram van een ongelegeerd ferritisch lasme-
taal. De temperatuur waarop wordt afgekoeld bedraagt
voor de hoge afkoelsnelheden 1250 °C en voor de lagere
afkoelsnelheden 1275 °C.
Het gearceerde gebied in figuur 3 geeft de afkoelomstan-
digheden weer bij het onderpoederlassen. Bij langzame af-
koeling vormt zich polygonale ferriet (gebied 4 in figuur
3), en bij lagere temperatuur wordt perliet gevormd (ge-
bied 5). Bij hogere afkoelsnelheid ontstaat in de las eerst
korrelgrensferriet (gebied 1) en bij nog hogere afkoelsnel-
heden worden vervolgens zijplaatferriet en naaldferriet ge-
vormd (gebieden 2 en 3). In de figuren 4 tot en met 6 is
aangegeven hoe deze ferrietvormen eruitzien. Bij hoge af-
koelsnelheden, tot slot, wordt martensiet gevormd (gebied
6 in figuur 3). De martensiet-starttemperatuur ligt voor
dit ongelegeerde lasmetaal bij circa 475 °C. Let wel, in on-
gelegeerd lasmetaal, waarin geen kleine hoeveelheden mo-
lybdeen, chroom of nikkel zitten, wordt geen bainiet
gevormd. Naast de fasen die worden gevormd bij de di-
verse afkoelsnelheden, is in het onderste deel van figuur 3
ook de hoeveelheid van de gevormde fasen aangegeven bij
afkoeling tot kamertemperatuur.
De vorming van korrelgrensferriet in de las is ongunstig
voor de kerftaaiheid. Scheuren in de las lopen meestal via
de korrelgrenzen van de vaak grove korrelgrensferriet. Zij-
plaatferriet wordt ook wel aangeduid als hoog-bainiet of
Widmannstättenferriet, maar dat is in principe onjuist.
Zijplaatferriet ontstaat om de diffusieweg van koolstof te
verkleinen en op de korrelgrenzen bevindt zich vaak een
tweede fase (martensiet, austeniet en ook carbiden). De
lengte van de platen verhoudt zich tot de breedte ervan als
20:1. Zijplaatferriet is eveneens ongunstig voor de kerf-
taaiheid van de las. Naaldferriet ten slotte, die als gunstig
wordt beschouwd voor de kerftaaiheid van de las, heeft
een lengte-breedteverhouding die varieert van 3:1 tot 10:1,
en ontstaat in het midden van de austenietkorrels. Niet-
metallische insluitsels zoals oxiden, carbiden en nitriden
treden op als kiem voor de vorming van de naaldferriet.
Om die reden wordt aan lasmetaal vaak titaan toege-
voegd.
Segregatie van legeringselementenVoor veel toestandsdiagrammen van technische metaalle-
geringen geldt dat de oplosbaarheid van een bepaald le-
geringselement in het vloeibare metaal groter is dan in de
vaste fase. De eerst stollende fase bevat minder legerings-
elementen dan de bij lagere temperatuur ontstane fase. Dit
houdt in dat de kern van de dendrieten minder legerings-
elementen zal bevatten dan de rand. Door diffusie van le-
geringselementen in de vaste fase kan een herverdeling
(egalisatie) van de legeringselementen optreden. De af-
koelsnelheid in een las is echter meestal zo hoog dat de
diffusietijd te kort is om voor een volledige herverdeling
van de legeringselementen te zorgen. In een las kan ook op
macroschaal segregatie optreden, doordat de legerings-
elementen zich ophopen aan de randen van de stengel-
vormige kristallen. Met name het element zwavel
segregeert sterk, en kan in het midden van de las warm-
scheuren veroorzaken als gevolg van de vorming van
laagsmeltende ijzer-mangaan-zwavelverbindingen. Naast
de sterke segregatie van zwavel treedt in mindere mate se-
gregatie van fosfor op. Met de segregatie van mangaan en
silicium hoeft in een las geen rekening te worden gehou-
den.
Nu bekend is hoe de stolling in een las verloopt en welke
ferrietstructuren bij verschillende afkoelsnelheden ont-
staan, kan deze kennis gebruikt worden om de invloed
van diverse legeringselementen op de vorming van de
structuur in de las te verklaren. Die kennis is belangrijk,
omdat de structuur bepalend is voor de mechanische ei-
genschappen van het lasmetaal. In het eerste vervolgarti-
kel zal de invloed van mangaan worden besproken, en
vervolgens de invloed van koolstof bij verschillende man-
gaangehaltes. De reeks wordt vervolgd met de invloeden
van silicium, nikkel, chroom, molybdeen en microlege-
ringselementen als titaan, niobium, vanadium en borium.
Figuur 4 Cementiet (FC), perliet (P) en polygonale ferriet (FP). [3] Figuur 5 Naaldferriet (AF) en korrelgrensferriet (GF).[3] Figuur 6 Zijplaatferriet (AC) en martensiet (M). [3]
18 19
advertentie
Workshop
Na vele jaren trouwe dienst is de Europese norm NEN-EN287-1 vervangen door de internationale norm NEN-EN-ISO 9606-1. De nieuwe norm voor het kwalificeren vanlassers voor smeltlassen in staal is in oktober 2013 in Ne-derland ingevoerd. Alle nieuwe lasserskwalificaties die-nen te worden afgenomen volgens deze nieuwe norm.Om vlot met de norm te kunnen werken organiseert hetNIL een praktische workshop waarin alle aspecten vandeze nieuwe norm worden behandeld.
Locatie, data en tijd van deze workshop
Locatie AC Restaurant Utrecht, De Meern Data 2 april of 15 mei 2014Tijd 10:00 - 16:00 uur
Locatie AC Restaurant ‘t Harde, ‘t Harde Data 10 april of 5 juni 2014Tijd 10:00 - 16:00 uur
Locatie Van der Valk Eindhoven, EindhovenData 16 april of 12 juni 2014Tijd 10:00 - 16:00 uur
Meer informatie vindt u op: www.nil.nl
Lasserskwalificatiesvolgens NEN-EN-ISO 9606-1
LASTECHNIEK METALLURGIE - febr uar i 2014 LASTECHNIEKfebr uar i 2014
Standaard M-101 Structural Steel Fabrication Edition 5.
Deze standaard vereist dat lasprocedures voor staal - met
een minimum gespecificeerde rekgrens van 355 MPa - ge-
kwalificeerd moeten worden volgens ISO 15614-1, waar-
bij de additionele eisen uit de NORSOK-standaard in acht
moeten worden genomen. Een van deze aanvullende eisen
is dat er CTOD-testen voor het lasmetaal en de warmte-
beïnvloede zone (HAZ) moeten worden uitgevoerd, daar
waar de nominale lasdoorsnede 50 mm overschrijdt. Deze
testen voor de verschillende staalsoorten hoeven echter
niet uitgevoerd te worden indien deze resultaten al in een
eerder stadium, tijdens de staalkwalificatie, voor de rele-
vante dikte, testtemperatuur en warmte-inbreng zijn be-
paald. De CTOD-testen voor het lasmetaal moeten op de
grootste dikte (binnen 10 %) en met de hoogste warmte-
inbreng gelast worden.
Tabel 1 toont de door Sif Group bv behaalde CTOD-
waarden voor het lasmetaal.
n de vorige editie van Lastechniek, het themanummer
‘Offshore’, is besproken welke staalsoorten zijn toege-
past in het ontwerp van de jacket legs voor het Mari-
ner-project. De fabricage van de componenten van jacket
legs wordt gekenmerkt door gebruik van dikwandig plaat-
materiaal, grote lasvolumes en grote laslengtes. Op grond
hiervan is onderpoederlassen het meest geschikte en eco-
nomische lasproces. In dit artikel wordt nader ingegaan
op de benodigde lasmethodekwalificaties en enkele las-
technische aspecten tijdens de uitvoering.
Lasprocessen en lastoevoegmaterialenSif Group bv beschikt over een uitgebreide database met
bestaande lasmethodekwalificaties. Voor dit project moes-
ten er desondanks vijftien nieuwe lasprocedures worden
opgesteld, vanwege de grote verscheidenheid in staal-
soorten, levertoestanden en lasnaadvormen. De lasproce-
dures moesten gekwalificeerd worden volgens NORSOK,
Sif Group bv produceert de ‘jacket legs’ voor het grootschalige mariner olieveld, gele-gen in de Noordzee. Een beschrijving van dit project, de staalkeuze en bijbehorendenormen zijn besproken in deel 1 van dit artikel (Lastechniek #12/1). In dit tweede deel gaat de auteur in op de uitvoering en lastechnische details.
door William Lafleur
Een sterk staal(tje) 2
Voor het S500-staal werd een CMn1Ni¼Mo-gelegeerde
draad ingezet om de minimale rekgrens met bijbehorende
kerf- en breuktaaiheid te kunnen garanderen. Er was uit-
eindelijk maar liefst 21.000 kg van deze lasdraad nodig
om al het S500-staal te kunnen lassen.
Op grond van de zeer strenge kwaliteitseisen werd daar-
naast een hoogbasisch laspoeder gekozen met een gega-
randeerd laag waterstofgehalte volgens ISO 14174-A: S A
FB 1 55 AC H5.
De semi-narrow-gap-lasnaadvoorbewerking, die door
middel van frezen werd aangebracht, is identiek voor
zowel langs- als rondnaden, waarbij alleen de diepte in af-
hankelijkheid van de plaatdikte varieert. Deze lasnaad-
vorm wordt gekenmerkt door een zeer nauwkeurige en
reproduceerbare maatvoering, hetgeen vereist is om het
productiepotentieel van het onderpoederlasproces volle-
dig te benutten.
Dankzij innovatieve ontwikkelingen is het anno 2014 mo-
gelijk om maar liefst vier rondnaden tegelijkertijd te lassen
met één lasautomaat. De neersmeltsnelheid die gereali-
seerd kan worden door deze lasautomaat bedraagt een in-
drukwekkende 4 x 30 = 120 kg/uur, waarbij de bediening
door slechts één operator kan plaatsvinden.Tabel 1 CTOD-waarden voor het lasmetaal in de gelaste toestand
Figuur 1Schematische weergave van de door Sif toegepaste OP-varianten.
Figuur 2a Macro van een semi-narrow-gap-lasverbinding, lasproces 121-4. Figuur 2b Semi-narrow-gap.
Uitvoering en lastechnische details van hetStatoil Mariner Field Development Project
Aanduiding Samenstelling Minimale Aanduiding Lasdikte Test- CTOD-waardelasdraad rekgrens lasproces (mm) temperatuur lasmetaal 2)
(MPa) volgens ISO 4063 (°C) (mm)
ISO 14171-A: CMn ≥ 460 -10°CS46 6 FB S3Si
ISO 14171-A: CMn1Ni¼Mo ≥ 500 -10°CS50 6 FB S0
1) Aanvullende lasmethodekwalificaties, vereist voor het Mariner-project.2) Eis: min. 0,25 mm CTOD bij een ontwerptemperatuur van Td = -10°C.
121-2121-3121-4121-1121-3121-4
125135120 1)
100 1)
100100 1)
0,674,012,720,711,181,55
0,554,512,480,611,151,43
1,524,502,030,510,721,32
I
20 21
Figuur 3 Rondnaadlasautomaat met vier laskoppen.
Zoals besproken in deel 1, moet het staal bij voorkeur ook
geschikt zijn om een hoge mate van productiviteit te rea-
liseren. Het overgrote deel van de lasverbindingen werd
gelast met het onderpoederlasproces (OP-proces), waar-
bij relatief dunne massieve draden (Ø 2,5 mm) werden in-
gezet. Door gebruik van een dunnere draad wordt een
hoge stroomdichtheid en daarmee een hoge neersmelt-
snelheid bereikt.
LASTECHNIEK HET LASSEN VAN HOGESTERKTESTALEN - febr uar i 2014 LASTECHNIEKfebr uar i 2014
werd de node can inwendig van bufferlagen voorzien. Ver-
volgens werden deze bufferlagen gedeeltelijk afgedraaid
op een carrouseldraaibank. Dit gebeurde zodanig dat de
onrondheid in zijn geheel werd weggewerkt en er een per-
fecte diametertolerantie werd verkregen.
De stiffener werd als een complete ring uit plaatmateriaal
gesneden (zonder stuiknaden) en aansluitend werd de las-
naadvoorbewerking aangebracht door machinale bewer-
king. De uitwendige diameter van ringstiffener is gelijk
aan de gemeten inwendige diameter van de romp ter
plaatse van de bufferlagen, waardoor een zeer goede fit-up
werd verkregen.
Bufferlagen worden niet alleen noodzakelijk geacht voor
een goede maatvoering, maar zij absorberen bovendien
spanningen in dikterichting en bevorderen de aanvloeiing
van de lasrupsen.
Beheersen hoekverdraaiingDe lasprocedure beïnvloedt de mate van vervorming
(hoekverdraaiing) vooral door het aantal laslagen en de
warmte-inbreng die ermee samenhangt. Aangezien een las-
Specifieke toepassingenEen specifieke en kritische toepassing betrof het lassen van
de jacket leg ‘knuckle’ met een nominale dikte van 120
mm. Ook deze lasverbinding werd grotendeels met het
OP-proces gelast. Zoals echter blijkt uit detail A in figuur
5, is de lasvorm niet meer rotatiesymmetrisch, waardoor
het volgen van de lasnaad problematisch was. De eerste en
grotere zijde werd OP-gelast. De tegenzijde werd gegutst,
geslepen en vervolgens met een basische hoogrendement-
elektrode tegengelast (lasproces nr. 111).
Het ontwerp van de Mariner jacket legs voorzag in een
veelvoud van inwendige verstevigingsringen op vrij korte
afstand van elkaar. Deze stiffeners, gepositioneerd ter
hoogte van de knooppunten (node cans) met de dwars-
verbanden (bracings), moesten volledig doorgelast wor-
den. Gezien de enorme spanningen die tijdens fabricage
en in bedrijf op dit punt samenkomen, worden hoge eisen
gesteld aan het staal, de lasprocedure, het niet-destructief
onderzoek, de toleranties en het lasuiterlijk.
Voor het lassen van deze stiffener- (node can) verbindin-
gen werd een speciale methodiek toegepast. Allereerst
Figuur 4Outer leg sectie met verstevigingsringen
Figuur 6Lasnaadvoorbewerking (boven) en krachten-verloop (hiernaast).
Figuur 7 Outer-leg-sectie met machinaal bewerkte bufferlagen en verstevigingsringen.
Figuur 8 Typische lasdoorsnede van een verstevigingsring.
Figuur 5 Knuckle sectie van de outer legs.
22 23
procedure meestal vooraf wordt gekozen op grond van
vereiste kwaliteit of gewenste productiviteit, heeft de las-
ser tijdens de uitvoering weinig invloed meer om in dat
kader de vervorming te beperken. Ook zijn de lasvolgorde
en het lasproces erop gericht om evenwicht te bewerk-
stellingen in de thermische spanningen ten opzichte van
de neutrale lijn van de lasverbinding.
Door de machinale voorbewerking en nauwkeurige sa-
menbouw kon, afgezien van de grondlaag, het OP-las-
proces worden ingezet. De doorgaans noodzakelijk
geachte tegenbewerking (met het thermisch gutsproces)
kon eveneens worden voorkomen, wat een positief effect
had op de arbeidsomstandigheden, de laskwaliteit en de
beheersbaarheid van de hoekverdraaiing.
Gebalanceerd (om en om) lassen is een effectieve methode
om hoekverdraaiing in een meerlaagse lasverbinding tij-
dens de uitvoeringsfase te beheersen. Gebalanceerd lassen
was echter tijdrovend en gezien de afmetingen van de node
cans niet praktisch. Daarom werd een asymmetrische las-
naadvorm toegepast, waarbij het grootste lasvolume (t2)
aan de tweede zijde werd gelegd (zie figuur 6). Hierbij
werd rekening gehouden met het feit dat het eerder neer-
gesmolten lasmetaal weerstand zou bieden tegen vervor-
ming door de volgende laslagen, zodat de mate van
vervorming per rups zou afnemen naarmate de naad ver-
der gevuld werd.
De grotere krimp van de tweede zijde bleek de vervorming
door het lassen van de eerste zijde (t1) in belangrijke mate
op te heffen en er werd uiteindelijk slechts een geringe
mate van hoekverdraaiing gemeten, die binnen de NOR-
SOK-eis van ± 5 mm bleef.
Inmiddels zijn de eerste outer legs volgens planning op-geleverd.
Ingebouwde verstevigingsring
LASTECHNIEK HET LASSEN VAN HOGESTERKTESTALEN - febr uar i 2014 LASTECHNIEKfebr uar i 2014
GutsprocessenHet gutsen kan worden uitgevoerd met de volgende ther-
mische processen:
• autogene vlam• beklede elektrode• koolboog• plasmaboog
In de tabel hieronder zijn de thermische gutsprocessen
weergegeven in relatie tot de te gutsen materialen en de
toepassingsmogelijkheden.
VeiligheidBij het gutsen is het belangrijk dat de gutser afdoende be-
schermende maatregelen neemt. Dat is nodig omdat het
gutsen berust op het met geweld wegblazen van gesmolten
metaal over soms aanzienlijke afstanden. Daarom moet
niet alleen gedacht worden aan de veiligheid van de gut-
ser, maar ook die van de overige werknemers. Naast per-
soonlijke beschermingsmiddelen voor de gutser, zoals
beschermende kleding, gelaatsbescherming en veiligheids-
laarzen is het belangrijk dat er gezorgd is voor een guts-
stofafzuiging en het verwijderen van alle brandbare
materialen in de directe omgeving.
Industriële toepassingHet thermisch gutsen werd aanvankelijk ontwikkeld voor
het verwijderen van het materiaal van de tegenzijde van
een lasrups, het verwijderen van hechtlassen of andere tij-
delijke lassen en het verwijderen van lasonvolkomenhe-
den. Figuur 1 illustreert de waarde van het uitgutsen van
de tegenzijde van gelaste verbindingen. In figuur 2 is te
zien op welke manieren onvolkomenheden worden ver-
wijderd voordat de reparatielas kan worden gelegd.
VoorbeeldenHet gutsproces heeft bewezen succesvol te kunnen wor-
den toegepast. Hierdoor heeft het een groot spectrum aan
toepassingen in de mechanische industrie. Voorbeelden
van deze toepassingen zijn:
•
•
•
•
Het thermisch gutsen is tevens geschikt voor het efficiënt
verwijderen van tijdelijke voorzieningen tijdens het lassen,
zoals hechtbruggen, koppelstukken, hijsoren en tijdelijke
hechtlassen gedurende de verschillende stadia van fabri-
cage en constructie.
Deze aflevering in de rubriek 'Laskennis opgefrist' is een bewerking van 'Job Knowledge for Welders Part 8' uitTWI Connect (TWI Ltd, Cambridge, UK), geactualiseerd in 2013.
WerkwijzeBij het gutsen wordt het materiaal plaatselijk verwarmd
en gesmolten, waarna het wordt verwijderd; meestal door
het weg te blazen. Normaal gesproken wordt bij het gut-
sen een autogene vlam of een elektrische boog toegepast
om het metaal snel tot smelten te brengen. De druk van de
vlam of de druk van de ontstane gaskegel wordt tevens
gebruikt om het gesmolten metaal weg te spuiten.
Het vergt veel oefening om bij het gutsen een groef met
een specifieke afmeting te verkrijgen, zeker ten aanzien
van de diepte en de breedte ervan. Wanneer een gutser het
proces niet voldoende beheerst, ontstaat een groef met een
onregelmatig en ruw verloop.
Het thermisch gutsen vormt een belangrijke stap bij de fabricagevan gelaste onderdelen. Het wordt onder meer gebruikt voor hetsnel verwijderen van ongewenst metaal.
Laskennis opgefrist
Thermisch gutsen
8
24 25
Thermisch proces Toepassingsmogelijkheden Metalen
Autogeen gutsen
Gutsen met beklede elektrode
Koolbooggutsen
Gutsen met de plasmaboog
Gutsen
Gutsen
Gutsen
Gutsen
Groeven maken Oppervlak afbranden Aanschuinen
Groeven maken Aanschuinen
Groeven maken Aanschuinen
Groeven maken Aanschuinen Afbranden
Laag koolstofhoudende staalsoorten,koolstof-mangaan-constructiestaalsoor-ten, staal voor drukvaten (max. koolstof-gehalte 0,35 %) laaggelegeerd staal(max. 5 % Cr), gietijzer (indien voor-verwarmd tot 400 - 450°C)Laag koolstofhoudende staalsoorten,koolstof-mangaan-constructiestaalsoor-ten, staalsoorten voor drukvaten, laag-gelegeerd staal, corrosievast staal,gietijzer, legeringen op nikkelbasisLaag koolstofhoudende staalsoorten,koolstof-mangaan-constructiestaalsoor-ten, staal voor drukvaten, laag en hoog-gelegeerd staal, gietijzer, legeringen opnikkelbasis, koper en koperlegeringen,kopernikkellegeringen, aluminium Aluminium, corrosievast staal
Primair* Afgeleid
*) Alle processen kunnen ook worden gebruikt voor het snijden en scheiden van metalen. Voorverwarming is afhankelijk van het materiaal dat wordt gegutst.
Tabel 1 Diverse gutsprocessen en toepassingsmogelijkheden
Figuurl 1: Typische uitgegutste tegenzijden van gelaste verbindingen.
Figuurl 2: Verwijdering van lasonvolkomenheden voor een reparatielas.
reparatie en onderhoud van constructies, zoalsbruggen, grondverzetinstallaties, graafinstallaties,spoorwegmaterieel, schepen, offshoreconstructies,pijpen en opslagtanks;het verwijderen van scheuren en onvolkomenhe-den, zoals gietgallen in gietwerk, zowel in ferrole-geringen als in non-ferrolegeringen;het voorbewerken van plaatranden voor het lassen;het verwijderen van overtollig materiaal, zoals ver-stijvingsruggen, hijsoren en opkomers en gietlopenbij gietstukken, overtollig lasmetaal, tijdelijke on-dersteuningsstrippen en boutresten;het slopen van constructies op locatie, enzovoort.
LASTECHNIEK LASKENNIS OPGEFRIST | THERMISCH GUTSEN - febr uar i 2014 LASTECHNIEKfebr uar i 2014
oor leveranciers van lasapparatuur en -toebehoren
is het van belang om te weten op welke manier de
keuze voor een bepaald merk tot stand komt. En
heeft een klant eenmaal gekozen voor een bepaald merk,
dan is het zaak ervoor te zorgen dat hij dit merk trouw
blijft. “Merkentrouw is het verschijnsel, dat een consu-
ment, al dan niet door inspanningen van de producent, in
zulke mate een voorkeur voor een merk ontwikkelt, dat
hij trouw is aan dit merk en derhalve geen andere merken
koopt of gebruikt”, aldus een definitie op Wikipedia.
Op de lasafdeling van Caterpillar Work Tools B.V. in ’s-
Hertogenbosch werd al jaren gewerkt met een bepaald
merk lastoorts. Er was zonder meer sprake van merken-
trouw. Dit artikel beschrijft hoe het bedrijf ruim ander-
half jaar geleden toch de overstap maakte naar een ander
merk toorts en hoe deze omschakeling tot stand kwam.
Zwaar laswerkBij Caterpillar Work Tools B.V. wordt veel zwaar en lang-
durig laswerk verricht. Het bedrijf produceert voorzet-
stukken, zoals graafbakken, grijpers, scharen en crushers
voor graafmachines die worden ingezet in de weg- en wa-
terbouw en de mijnbouw. Deze fabricage vraagt om las-
apparatuur en lasgereedschappen die onder andere goed
bestand zijn tegen een hoge inschakelduur. De lastoortsen
die men al jaren gebruikte, bleken veel reparatie nodig te
hebben. Peter Boeijen, directeur van Las-
traga/Cryogas, komt sinds jaar en dag als
adviseur en leverancier van lastechnische
producten bij Caterpillar over de vloer.
“Telkens als ik hier kwam, zag ik een
enorme box met lastoortsen die gerepa-
reerd moesten worden. Ik begreep dat de
reparatiekosten steeds verder toenamen
en dat de toortsen ook na reparatie vaak
niet goed functioneerden. Bovendien wer-
den er massa’s slijtonderdelen verbruikt.”
26 27
door Margriet Wennekes; fotografie William OpheijWie bepaalt met welk merk gereedschapeen lasser werkt? Is dat de bedrijfsleiding,
de afdeling inkoop, de lastechnicus of lasbaas? Speelt de persoonlijke voorkeur
van de lasser een rol? En hoe is het gesteld met de merkentrouw in de laswereld? Een praktijkvoorbeeld.
‘Verandering van toorts ...
V
WeerstandHet lag voor de hand om te onderzoeken of het anders
kon, maar het introduceren van een verandering in de
vorm van een ander merk lastoorts stuitte op weerstand.
Jan Schapendonk, medewerker Technische Dienst, en al
tien jaar werkzaam bij Caterpillar, weet daar alles van:
“De oude kern van lassers wilde geen verandering. Las-
sers, lassersbaas en de afdeling inkoop waren het goed met
elkaar eens. Lassers zijn conservatief. Als je al twintig jaar
een bepaald type toorts gebruikt, moet je al met een hele
verbetering komen om mensen te overtuigen.”
Er kwam verandering in het inkoopbeleid toen Gerrit-Jan
Leeijen in 2008 als Hoofd Technische Dienst werd aange-
steld en in gesprek ging met Peter Boeijen en Piet van der
Horst, adviseur namens Binzel Benelux.
Leeijen: “De afdeling inkoop bepaalde voorheen in grote
lijnen wat er ingekocht werd. Als er een dealer kwam,
werd vooral gekeken naar de aanschafprijs. Maar uit een
proef die we in het bedrijf gedaan hebben, bleek dat een
duurdere toorts zichzelf al snel terugverdiende doordat er
bespaard kon worden op reparatiekosten en slijtonder-
delen.” Boeijen: “Minstens zo belangrijk als de kosten-
plaats is dat de lasser op de werkvloer er ook voor gaat en
de nieuwe toorts accepteert. En ook de technische dienst
moet er ervaring mee hebben.”
Twee weken op proefBesloten werd om twee handlastoortsen gedurende twee
weken op proef te laten gebruiken door de lassers. Maar
niet nadat de nodige instructies waren gegeven en onder
de voorwaarde dat er uitsluitend originele slijtonderdelen
gebruikt zouden worden. Boeijen: “Twee lastoortsen, tien
contacttipjes en twee gasmondstukken, meer lieten we niet
achter. Een week later bleek dat er pas vier contacttips ver-
vangen waren. Dat was het moment waarop we wisten
dat het goed zat, want voorheen gingen er veel meer slijt-
onderdelen doorheen.” Piet van der Horst: “We hebben
van tevoren duidelijk uitgelegd hoe om te gaan met de
toorts en de slijtonderdelen. Dat heeft ook meegespeeld
om de proef tot een succes te maken. Alleen zeggen dat
een bepaalde toorts de beste is, helpt niet. Je moet infor-
matie meegeven die belangrijk is voor de lasser en voor de
technische man, dan kom je verder.”
Dat de proef met de nieuwe lastoortsen slaagde, is mede
te danken aan de begeleiding door Peter Boeijen en de te-
rugkoppeling naar de mensen van Abicor Binzel. Van der
Horst: “Al snel kwam bijvoorbeeld naar voren dat er voor
het lassen van grotere lengtes bij Caterpillar behoefte was
aan een toorts met een langere zwanenhals. Die aanpas-
sing is toen door ons gemaakt.”
Honderden meters laswerkEr is een enorme verscheidenheid aan lastoortsen op de
markt, van veel verschillende merken. Hoe bepaal je
daarin de juiste keuze? Peter Boeijen legt uit: “Vergelijk
het maar met het kiezen van een auto. Je moet je eerst af-
vragen: waar ga je hem voor gebruiken? Als je hem vooral
nodig hebt om er boodschappen mee te doen, koop je na-
tuurlijk geen dure Rolls Royce. En als je vooral snelheid
wilt maken, koop je geen mooie toerauto. Voor lastoort-
sen geldt eigenlijk hetzelfde: er zijn vele typen toortsen op
de markt, maar ze hebben allemaal hun eigen toepas-
singsgebied. Je moet dus kijken waarvoor de toorts wordt
ingezet en hoe hij wordt ingezet.” Bij Caterpillar wordt
vooral gevraagd om zwaar productiewerk. “Het gaat om
honderden meters laswerk, waarbij er maandelijks tonnen
lasdraad worden verbruikt. Er wordt niet af en toe een
paar minuten gelast, maar telkens 15, 20 minuten achter
elkaar, met korte rustperiodes van 5 minuten. De toorts
moet bestand zijn tegen deze hoge inschakelduur; een
goede koeling is dus belangrijk.” Van der Horst: “We had-
den bij de introductie van de nieuwe lastoorts in dit bedrijf
een beetje het geluk dat we onze toortsen net hadden aan-
gepast. De koeling was verbeterd en we hadden de con-
tacttiphouder aangepast, waardoor een hogere
belastbaarheid en langere standtijd gerealiseerd konden
worden.”
Aanzienlijke kostenbesparingDe introductie van de nieuwe lastoorts is ongeveer ander-
half jaar geleden in gang gezet. Inmiddels heeft Caterpil-
lar op bijna alle lasmachines de oude lastoortsen
vervangen. Hoewel de nieuwe lastoortsen en ook de bij-
behorende slijtonderdelen ten opzichte van het vorige
merk duurder zijn in aanschaf, heeft de overgang uitein-
delijk toch geleid tot een aanzienlijke kostenbesparing
voor het bedrijf. Jan Schapendonk: “Vooral de slijtonder-
delen gaan veel langer mee. Dat lijken kleine onnozele din-
gen, maar daar gaat misschien nog meer geld in om dan in
de toortsen zelf. Die slijtonderdelen werden hier vroeger
met bergen verspeeld.”
Maar ook de reparatiekosten zijn drastisch omlaag ge-
gaan. Dat komt niet alleen doordat er veel minder vaak
defecten zijn; ook de manier waarop de lassers met de
nieuwe toortsen omgaan is verbeterd. Jan Schapendonk:
“Vroeger kwamen er maandelijks 30 tot 40 defecte toort-
sen in de reparatiebak, zonder dat bekend was wat er pre-
cies mis mee was. Nu moet de lasser bij het inleveren van
een defecte toorts vertellen wat er aan de hand is. Als je
weet om welke storing het gaat, kun je deze sneller ver-
helpen. De reparaties kunnen we bij deze toortsen zelf uit-
voeren; dat hoeft niet meer door een extern bedrijf gedaan
te worden.”
Piet van der Horst, Jan Schapendonk en Peter Boeijen
LASTECHNIEK LASTOORTSEN, EEN PRAKTIJKVOORBEELD - febr uar i 2014 LASTECHNIEKfebr uar i 2014
vervallen en werd vervangen door EN-ISO 2560: Indeling
van beklede elektroden voor booglassen met de hand van
ongelegeerd en fijnkorrelig staal. In deze norm worden
alle elektroden ingedeeld die gebruikt kunnen worden bij
het lassen van ongelegeerd en fijnkorrelig staal, tot een
rekgrens van maximaal 500 MPa (N/mm²). Dus ook elek-
troden waarvan het lasmetaal tot enkele procenten nikkel
en/of wat molybdeen bevat, behoren tot deze groep.
Volgens de EN-ISO 2560-A krijgt elke elektrode een co-
dering die is opgebouwd uit een aantal symbolen. Ach-
tereenvolgens komen achter de letter E aanduidingen voor
de sterkte van het lasmetaal, dus de rekgrens en trek-
sterkte die minimaal gehaald moeten worden. Verder zijn
er aanduidingen voor de kerftaaiheid, de chemische sa-
menstelling, het type bekleding, het rendement, de polari-
teit bij het lassen, de laspositie en het waterstofgehalte dat
het lasmetaal maximaal mag bevatten.
ASME/AWSIn Europa wordt ook gewerkt met de Amerikaanse nor-
men ASME en AWS. Beide zijn wat de elektrodencodering
betreft gelijk. Vooral in de offshore-industrie zijn deze nor-
men ingeburgerd. De aanduidingen zijn kort maar krach-
tig. De Baso 100 bijvoorbeeld, krijgt de aanduiding
E7016. Het lasmetaal van deze elektrode voldoet aan de
volgende eis: minimaal 70 k.s.i. (kilo pounds per square
inch) treksterkte. Dit is omgerekend: 70 x 6,9 = 483 MPa.
Het daaropvolgende cijfer 16 geeft aan dat het gaat om
een elektrode zonder ijzerpoeder in de bekleding, dus het
betreft geen hoogrendementelektrode, met minimaal 27
Joule kerftaaiheid bij – 30 °C. Figuur 2 geeft de codering
volgens de AWS A5.1 weer. Het is dit cijfer 16 dat in de
nieuwe NEN-EN-ISO 9606-1 is opgenomen om de be-
klede elektrode te karakteriseren waarmee de lasproef is
uitgevoerd en waarmee het bijbehorend geldigheidsgebied
is weergegeven.
29
e vertrouwde Europese norm voor het kwalificeren
van lassers, de NEN-EN 287-1, is vervangen door
de internationale norm NEN-EN-ISO 9606-1. In
Lastechniek # 9 van 2013 is een leidraad opgenomen
waarin de belangrijkste wijzigingen zijn toegelicht. Zo is
basismateriaal vervangen door lastoevoegmateriaal. Dit
betekent dat het lastoevoegmateriaal als essentiële varia-
bele in de vorm van een toevoegmaterialengroep (FM) is
opgenomen, inclusief een bijbehorend geldigheidsgebied.
De groepsindeling voor toevoegmaterialen is voorname-
lijk gebaseerd op het soort staal waarvoor het toevoeg-
materiaal bedoeld is. Naast deze groepsindeling moet ook
het soort toevoegmateriaal worden opgenomen. Dit ge-
beurt op de manier zoals dat ook in de NEN-EN 287-1
was geregeld, met een afkortingsletter. Zo wordt bijvoor-
beeld de letter B gebruikt voor basisch toevoegmateriaal,
R voor rutiel en S (Solid) voor massieve draden en staven.
In de nieuwe NEN-EN-ISO 9606-1 wordt naast deze let-
ter speciaal voor beklede elektroden ook een nummer toe-
gekend. Bij nadere bestudering blijkt dat dit nummer
afkomstig is uit de AWS-classificatie voor beklede elek-
troden.
Kopkleur en coderingNaast de kopkleur zijn elektroden tegenwoordig voorzien
van een bestempeling met een codering op de bekleding.
Als voorbeeld de Conarc 49C, een elektrode waarmee in
alle posities gelast kan worden. Deze is voorzien van een
grijze kopkleur en een bestempeling: 7018-1/Conarc 49C.
Verouderde en nieuwe normenDe Nederlandse norm NEN 1062 is al jaren geleden ver-
vallen. Hetzelfde lot ondergingen de overige Europese nor-
men, zoals de Franse norm NFA 81-309, de Britse norm
BS 639 en de Duitse norm DIN 1913. In plaats daarvan-
kwam de Europese norm EN 499. Sinds 2002 is ook deze
door Fred Neessen en Leo Vermeulen
28
Vanaf eind 2013 wordt de NEN-EN-ISO 9606-1 gebruikt voor het kwalificeren van lassers.Een belangrijk verschil met zijn voorloper, de NEN-EN 287-1, is dat het toevoegmateriaal alsessentiële variabele is opgenomen, inclusief een bijbehorend geldigheidsgebied. Dit artikel geeft uitleg over de classificatie van beklede elektroden.
E 46 4B 3 2 H5
E beklede elektrode46 een minimum rekgrens van 460
MPa en een treksterkte van 530- 680 MPa
4 een minimum kerftaaiheid van 47 Joule bij - 40 °C
(Een aanduiding voor de chemischesamenstelling wordt hier niet opge-geven, omdat er geen nikkel of mo-lybdeen aanwezig is.)B basische elektrode3 rendement tussen 105 % en
125 % en zowel lasbaar op gelijk- als wisselstroom
2 lasbaar in alle posities, behalve verticaal neergaand
H5 een maximaal waterstofgehalte in het neergesmolten lasmetaal van 5 ml/100 g.
Ter illustratie
Lasserkwalificatiesen het classificeren van beklede elektroden
D
Classificatie volgens EN-ISO 2560-A
Classificatie volgens AWS A5.1
NEN-EN- ISO 9606-1 EN UW TOEVOEGMATERIAAL - febr uar i 2014LASTECHNIEK LASTECHNIEKfebr uar i 2014
3130
LASTECHNIEKfebr uar i 2014VAKTROTS - febr uar i 2014LASTECHNIEK
FT staat voor ‘Tools for Technology’. Het bedrijf,
met vijftien man personeel, is gespecialiseerd in het
ontwerpen en bouwen van verspanings- en monta-
gemachines, lasmallen en robotica. “Het mooie van een
kleine vestiging is dat ik hier alles zie ontstaan. Vanaf de
tekentafel tot en met het eindproduct ben ik overal bij be-
trokken. Ook de veelzijdigheid van het werk spreekt me
aan. Wij hebben hier geen seriewerk, alles is enkelstuks.”
Enthousiast laat Twan in de werkplaats zien waaraan hij
zoal gewerkt heeft. “Dat varieert van een handlasmal tot
de gelaste steunen voor een meerspillige verspaningsma-
chine. Daarbij gaat het om steuntjes van 100 gram tot aan
zware steunen van 300 kg.” Hoewel zijn bedrijf is gespe-
cialiseerd in lasmallen en montagemallen, gebruikt Twan
voor het lassen van onderdelen zelf geen mallen, omdat
het hier gaat om enkelstuks productie. “Lasmallen zijn pas
noodzakelijk bij grotere aantallen.”
Lassen en lassen is tweeIn de vitrinekast en op de foto’s aan de wand zijn nog veel
meer tools en machines te zien waaraan hij heeft meege-
werkt, maar Twan vindt het moeilijk te zeggen waar hij
het meest trots op is. “We maken hier zoveel verschillende
dingen, en elk product is uniek. Maar een heel mooi pro-
ject is toch wel de meerspillige verspaningsmachine die we
pas gemaakt hebben voor het frezen van aluminium giet-
stukken.” Het gaat om gietstukken die door de verspa-
ningsmachine volautomatisch worden bewerkt. De
gietstukken zijn kleine onderdelen voor de nokkenas van
een auto. “Er zijn vijf verschillende soorten. De machine
herkent via een visionsysteem het type gietstuk en voert
vier bewerkingen uit in minder dan drie seconden.” Ver-
volgens laat Twan zien waar de steunen zitten die hij voor
deze machine gelast heeft. “Ik probeer een steun zo te las-
sen dat een frezer het ook makkelijker heeft. Die steunen
worden extern bewerkt. Hoe beter de las, hoe minder
werk de frezer heeft. Dus als de frezer belt en zegt dat er
maar een halve millimeter af hoeft om hem haaks te krij-
gen, terwijl er gerekend was op twee millimeter, doet mij
dat goed als lasser. Ik streef er altijd naar om met mini-
male kosten een perfect resultaat te bereiken.” Volgens
Twan is goed laswerk een kwestie van interesse, ervaring
en gevoel. “Iedereen kan lassen, dat geloof ik stellig, maar
lassen en lassen is twee. Pas als je de achtergrond kent van
een lasapparaat en weet wat krimp doet, dan kun je goed
laswerk leveren.”
Passie overdragenEr zijn ook projecten waar weinig laswerk aan zit, maar
waarvoor Twan wel veel montagewerk heeft gedaan. Zo
heeft hij de productielijn gemonteerd voor het samenstel-
len van de onderstellen van een bekend merk kinderstoel-
tjes. Dan vertelt hij trots: “Het toeval wil dat ik vorig jaar
vader ben geworden van een drieling; ik heb dus zelf ook
drie van die stoeltjes aangeschaft.”
Het enthousiasme dat Twan heeft voor zijn vak probeert
hij ook over te brengen op jongeren. Dat doet hij op de
werkvloer door jonge stagelopers te begeleiden. “Mijn
werk is mijn hobby; iets zien ontstaan uit een stuk ijzer is
voor mij het mooiste wat er is. Het doet me plezier als ik
iets van die passie kan overdragen.”
door Margriet Wennekes
Twan Caris (36) werkte vijftien jaar als onderhoudsmonteur, toen het bedrijf waar hij werk-zaam was zijn Nederlandse vestiging sloot en naar het buitenland verhuisde. Hij hoefde nietlang te zoeken naar een nieuwe baan: de volgende dag al kon hij aan de slag bij TFT inAsten. Hier werkt hij sinds vijf jaar met veel plezier als lasser en monteur.
“Als lasser ben ik overal bij betrokken:vanaf de tekentafel tot en
met het eindproduct.”
T
Als jonge oudere ga ik met mijn tijd mee en ik plog. Alsu niet weet wat dat inhoudt, dan loopt u toch echt ach-ter en gaat u niet met uw tijd mee. Ploggen is niets an-ders dan fotobloggen. Op je website doe je verslag vanje bezigheden gedurende de afgelopen dag met teksten foto’s. Bloggen is uit en ploggen is in. Dat ploggenmoet je natuurlijk niet te vroeg doen, want de lezers vanje plog moeten je van ‘s morgens vroeg tot ‘s avondslaat kunnen volgen. Je begint met een foto van je ont-bijt, het uitzwaaien door je familie en daarna leg je dereis naar je werk vast. Daar aangekomen maak je eenfoto van je werkomgeving, je collega’s en een selfie inlastenue.
‘Selfie’ is het woord van het jaar 2013. Wat een afschu-welijk woord en toch opgenomen in De Dikke Van Dale.Als je nou een foto van jezelf zou schrijven als eenzelfje, dan klinkt het nog een beetje Nederlands. Leukervind ik de omschrijving van Kees van Kooten: een oto-foto. Je kunt het woord van links naar rechts en vanrechts naar links lezen. Dat heet een palindroom, leukom te weten toch? Ik ga verder met mijn plog. Elke gemaakte las leg ikvast met mijn smartphone, dat is een mooie aanvullingop de via de stroombron vastgelegde lasparameters.Het koffiedrinken en de lunch worden ook vereeuwigd,evenals de reis naar huis. Foto’s van de kaartavond enhet doorzakken in de kroeg mogen natuurlijk niet ont-breken, evenmin als alle andere vrijetijdsbestedingen.
Of toch niet alle? Om elf uur ‘s avonds begin ik dan metmijn plog en probeer die afgerond te hebben voor mid-dernacht. Je kunt ook nog een stap verdergaan en eencompleet videoverslag maken van je bezigheden en jeomgeving. Een videoverslag heet dan een vlog. Blog,plog en vlog, vieze woorden eigenlijk. Een vlog is welwat indringender dan een blog, maar misschien krijg jedan meer volgers, en daar gaat het toch om? Wat be-weegt iemand om zijn onbenullig bestaan voor langeretijd vast te leggen? Is het zelfspot of narcisme, of is hetbedelen om aandacht? Alsof iemand is geïnteresseerdin al die grijs-grauwe staalconstructies met hoeklassenen stompe lassen.
Ploggen is echt iets voor snobs, mensen die toch al hunhele hebben en houden via Instagram, Pinterest of Fa-cebook op het internet zetten. Als je nog mocht twijfe-len over de interesse voor je plog, dan kun je altijd nogeen poll starten. Je volgers kunnen dan aangeven of zeje plog waardevol vinden. Dan kun je beslissen of jeermee doorgaat of niet. Wat ik allemaal van dit allesvind? Natuurlijk maak ik geen plogs en ik heb ook geenblog. Het ernaar zoeken heeft dus geen zin.
Ploggen
Lastechniek #3
Voor redactionele bijdragen en advertenties kunt u ons bellen071 589 56 44 of e-mailen: [email protected]
verschijnt begin maart en gaat overOnderwijs & Opleidingen
LASTECHNIEKfebr uar i 2014
33
Tevens heeft Revamo de mogelijkheid om onderdelen te herstellen of te claddenmet de “reguliere” lasmethoden zoals TIG- en MIG/MAG-lassen. Door het uitge-breide machinepark is het mogelijk om tevens de verschillende onderdelen opmaat na te bewerken.
LasercladdenAan dit scala van mogelijkheden gaat in 2014het lasercladden toegevoegd worden. Dit is eenuitbreiding die naadloos aansluit bij de huidigetoepassingen van Revamo en voor nieuwe op-lossingen gaat zorgen. Bij het lasercladden is hetmogelijk om een zeer hoge kwaliteitslaag aan tebrengen met een minimale opmenging van hetbasismateriaal. Door de geringe warmte-inbrengis er op de meeste onderdelen ook geen sprakevan vervorming en er is een minimale WBZ aan-wezig. Met een minimale opmenging wordt ookde kwaliteit van de cladlaag gewaarborgd.
KennissessiesRevamo vindt het belangrijk dat u goed op de hoogte bent en blijft van de nieuw-ste technologieën en mogelijkheden. Daarom organiseren wij kennissessies opmaat gemaakt voor uw bedrijf met als doel om uw engineers, projectmanagers enonderhoudsverantwoordelijken up-to-date te houden aangaande alle innovatieveontwikkelingen en mogelijkheden om slijtage te sturen. Tijdens een kennissessiezullen diverse mogelijkheden van de verschillende processen verder worden uit-gediept aan de hand van praktijkvoorbeelden. Op onze nieuwe website zijn de diverse slijtagevormen verder uitgewerkt en heb-ben we al een aantal casestudies staan.
Wij willen graag onze know-how aan een breed publiek voorstellen, daaromnemen we deel aan de volgende beurzen:
Wij hopen u te mogen ontvangen tijdens een van de beursdagen.
ESEF11 t/m 14 maart 2014
Jaarbeurs UtrechtHal 2 - Stand B050
Materials 201416 en17 april 2014
NH Conference Centre Koningshof, VeldhovenStand 37
Al sinds jaar en dag is Revamo bekend door het aanbrengenvan slijtvaste lagen door middel van thermisch coaten. Door middel van HVOF, draadspuiten, plas-maspuiten en vlamspuiten kan Revamo een zeer grote diversiteit aan coatings aanbrengen om slij-tage te sturen. Een groot voordeel van het aanbrengen van een thermische coatinglaag is dat deaanhechting plaatsvindt door een exothermische reactie of door diffusie. De structuur van het ba-sismateriaal blijft daardoor veelal intact en bij de meeste processen zal geen vervorming van hetonderdeel plaatsvinden.
COLUMN
Henkel Benelux Adhesive TechnologiesT +32 (0)2 421 25 59F +32 (0)2 421 25 99E [email protected]
Henkel is wereldmarktleider op het vlakvan oplossingen voor lijmen, afdichtenen oppervlaktebehandeling.
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E [email protected]
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E [email protected]
ADVIES en CONSULTANCY AFZUIGINSTALLATIES ENLUCHTBEHANDELING
GEAUTOMATISEERD SNIJDEN
LASACCESSOIRES
LASAPPARATUUR ENANDERE TOEBEHOREN
Air Liquide Welding Nederland B.V.Rudonk 6b - 4824 AJ BredaPostbus 6902 - 4802 HX BredaT 076 541 00 80 - F 076 541 58 96E [email protected]
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
AIB-Vinçotte Nederland B.V.Takkebijsters 8 - 4817 BL BredaPostbus 6869 - 4802 HW BredaT 076 571 22 88 - F 076 587 47 60E [email protected]
Air Liquide Welding Nederland B.V.Rudonk 6b - 4824 AJ BredaPostbus 6902 - 4802 HX BredaT 076 541 00 80 - F 076 541 58 96E [email protected]
Air Liquide Welding Nederland B.V.Rudonk 6b - 4824 AJ BredaPostbus 6902 - 4802 HX BredaT 076 541 00 80 - F 076 541 58 96E [email protected]
Zekeringstraat 33 - 1014 BV AmsterdamT +31 (0)20 556 35 55E [email protected] 18 - 4824 GN BredaT +31 (0)76 5424 300E [email protected]
Locaties Benelux: Amsterdam, Antwerpen, Beek, Breda,Hengelo, Rotterdam, Veendam.
Exova B.V.Hofweg 5 - 3208 LE SpijkenisseT 0181 61 71 44E [email protected]. Nemostraat 12 - 7821 AC EmmenT 0591 61 85 55E [email protected]
CHEMISCHE METAAL-OPPERVLAKTEBEHANDELING
Henkel Benelux Adhesive TechnologiesT +32 (0)2 421 25 59F +32 (0)2 421 25 99E [email protected]
Henkel is wereldmarktleider op het vlakvan oplossingen voor lijmen, afdichtenen oppervlaktebehandeling.
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E [email protected]
Nederman Nederland BVWiekenweg 33 - 3815 KL AmersfoortPostbus 2646 - 3800 GD AmersfoortT 033 298 81 22 - F 033 298 80 24E [email protected]
ATTC B.V.Leeuweriklaan 24 - 3704 GR ZeistT 030 225 95 00 - F 030 225 95 01E [email protected]
Slijtdelen voor snijprocessen: plasma,autogeen, laser.Slijtdelen voor lasprocessen: MIG, TIG,OP. Las- en snijtoortsen
KEURINGEN
HoofdkantoorDukdalf 11 - 9206 BE DrachtenPostbus 505 - 9200 AM DrachtenT 0512 52 40 08E [email protected]
Kwaliteitsmanagement |Lasconsultancy | Inspectie
Drachten | Zutphen | Rotterdam
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E [email protected]
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E [email protected]
LASTOORTSEN MIG
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
Air Liquide Welding Nederland B.V.Rudonk 6b - 4824 AJ BredaPostbus 6902 - 4802 HX BredaT 076 541 00 80 - F 076 541 58 96E [email protected]
LAS- EN SNIJTOORTSEN
LASTOEVOEGMATERIALEN
MANIPULATOREN ENMECHANISATIE
MECHANISATIE EN AUTOMATISERING
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
Dumeta import / export B.V.Marconistraat 26 - 7575 AR OldenzaalT 0541 53 33 69 - F 0541 53 33 71E [email protected]
ATTC B.V.Leeuweriklaan 24 - 3704 GR ZeistT 030 225 95 00 - F 030 225 95 01E [email protected]
Slijtdelen voor snijprocessen: plasma,autogeen, laser.Slijtdelen voor lasprocessen: MIG, TIG,OP. Las- en snijtoortsen
ATTC B.V.Leeuweriklaan 24 - 3704 GR ZeistT 030 225 95 00 - F 030 225 95 01E [email protected]
Slijtdelen voor snijprocessen: plasma,autogeen en laser.Slijtdelen voor lasprocessen: MIG, TIGen OP. Las- en snijtoortsen
Zekeringstraat 33 - 1014 BV AmsterdamT +31 (0)20 556 35 55E [email protected] 18 - 4824 GN BredaT +31 (0)76 5424 300E [email protected]
Locaties Benelux: Amsterdam, Antwerpen, Beek, Breda,Hengelo, Rotterdam, Veendam.
Exova B.V.Hofweg 5 - 3208 LE SpijkenisseT 0181 61 71 44E [email protected]. Nemostraat 12 - 7821 AC EmmenT 0591 61 85 55E [email protected]
Henkel Benelux Adhesive TechnologiesT +32 (0)2 421 25 59F +32 (0)2 421 25 99E [email protected]
Henkel is wereldmarktleider op het vlakvan oplossingen voor lijmen, afdichtenen oppervlaktebehandeling.
LIJMEN
Lorch Lastechniek B.V.Postbus 5 - 2200 AA NoordwijkT 071 362 56 27 - F 071 362 38 85E [email protected]
Magnatech International B.V.De Amer 24 - 8253 RC DrontenT 0321 38 66 77 - F 0321 31 41 65E [email protected]
LASKWALIFICATIES/CERTIFICERING
34 35
Exova B.V.Hofweg 5 - 3208 LE SpijkenisseT 0181 61 71 44E [email protected]. Nemostraat 12 - 7821 AC EmmenT 0591 61 85 55E [email protected]
ONDERZOEK
Materiaal Metingen Testgroep B.V.MME GroupRietdekkerstraat 16 - RidderkerkPostbus 4222 - 2980 GE RidderkerkT 0180 48 28 28 - F 0180 46 22 40E [email protected]
Zekeringstraat 33 - 1014 BV AmsterdamT +31 (0)20 556 35 55E [email protected] 18 - 4824 GN BredaT +31 (0)76 5424 300E [email protected]
Locaties Benelux: Amsterdam, Antwerpen, Beek, Breda,Hengelo, Rotterdam, Veendam.
Exova B.V.Hofweg 5 - 3208 LE SpijkenisseT 0181 61 71 44E [email protected]. Nemostraat 12 - 7821 AC EmmenT 0591 61 85 55E [email protected]
NDO/DO ONDERZOEK
ONDERHOUD EN NIEUWBOUWINSPECTIE
3P Project Services B.V.Nijverheidsweg 4 - 4854 MT BavelT 0161 43 85 00 - F 0161 43 85 01E [email protected]
Totaalproject in inspectie, lastechnischeondersteuning en projectmanagement
Hoofdkantoor Dukdalf 11 - 9206 BE Drachten Postbus 505 - 9200 AM Drachten T 0512 52 40 08E [email protected]
Kwaliteitsmanagement |Lasconsultancy | Inspectie
Drachten | Zutphen | Rotterdam
De Groot Lasopleidingen B.V.Weidehek 24 - 4824 AS BredaT 076 541 07 20 - F 076 542 72 95E [email protected]
Lastechnische opleidingen, adviseringen certificering.
LASTECHNIEK BRANCHEREGISTER - febr uar i 2014 LASTECHNIEKfebr uar i 2014
For every type of future offshore foundations
Sif Works
Sif Group bv | Postbus 522 | 6040 AM Roermond | T +31 475 385 777 | F +31 475 318 742 | E [email protected] | www.sif-group.com
Ø 10 meter and 1500 ton
water foundations Ø 1,5 - 3,0 meter
foundations
foundations
7-Cs
.nl
SIF3
020
ROBOTS EN ROBOTISERING
SNIJDEN
ATTC B.V.Leeuweriklaan 24 - 3704 GR ZeistT 030 225 95 00 - F 030 225 95 01E [email protected]
Slijtdelen voor snijprocessen: plasma,autogeen en laser.Slijtdelen voor lasprocessen: MIG, TIGen OP. Las- en snijtoortsen
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
VOORBEWERKINGSAPPARATUURVOOR PIJP EN PLAAT
WARMTEBEHANDELING
Delta Heat Services B.V.Scheelhoekweg 2 - 3251 LZ StellendamPostbus 52 - 3250 AB StellendamT 0187 49 69 40 - F 0187 49 68 40E [email protected]
• Elektrisch voorwarmen en gloeien• Inductie verwarmen• Stationaire gloeiovens• Mobiele gloeiovens• Uitdrogen beton / coatings• Verhuur / verkoop• Advisering
PLASMASNIJDEN
ATTC B.V.Leeuweriklaan 24 - 3704 GR ZeistT 030 225 95 00 - F 030 225 95 01E [email protected]
Slijtdelen voor snijprocessen: plasma,autogeen en laser.Slijtdelen voor lasprocessen: MIG, TIGen OP. Las- en snijtoortsen
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
ORBITAAL EN APPARATUUROPLEIDINGEN EN CURSUSSEN
De Groot Lasopleidingen B.V.Weidehek 24 - 4824 AS BredaT 076 541 07 20 - F 076 542 72 95E [email protected]
Lastechnische opleidingen, adviseringen certificering.
Hogeschool Utrecht, Centrum voor Natuur & Techniek en ROC Midden NederlandNIL erkende opleidingen voor alle niveau’s en processen. • International Welding Engineer (IWE/ LPI)
• International Welding Technologist (IWT/ MLT)
• Verkorte combinaties van IWT met Inspectie en
keuring mogelijk.
• Lastechnisch construeren, Workshop lasnormen,
Lasopleidingen MIG/MAG, BMBE, TIG, Autogeen,
Laskwalificalties/ certificeringen, SMLT
Ook cursussen op gebied van Materia-len, Procestechnologie, Onderhoud &Inspectie, Engineering, Bedrijfskunde(hbo, post-hbo en masterniveau).
Meer informatie CvNT Lenneke KokT 088 481 88 88E [email protected]
Meer informatie ROC Joost ZijderveldT 030 754 69 03E [email protected]
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
Magnatech International B.V.De Amer 24 - 8253 RC DrontenT 0321 38 66 77 - F 0321 31 41 65E [email protected]
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E [email protected]
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E [email protected]
Rolan Robotics B.V.De Corantijn 6 - 1689 AP ZwaagPostbus 135 - 1620 AC HoornT 0229 24 84 84 - F 0229 27 27 07E [email protected]
WEERSTANDLASSEN
Laskar Puntlastechniek B.V.Avelingen West 26 - 4202 MS GorinchemPostbus 3604 - 4200 EB GorinchemT +31 (0)183 61 88 88F +31 (0)183 66 61 01E [email protected]
Puntlas- en ProjectielasmachinesRolnaadlas- en Stuiklasmachines
Puntlaselektroden | ComponentenStiftlasmachines en bouten
Automatisering en mechaniseringTraining, onderhoud en Verhuur
PUNTLASSEN
Laskar Puntlastechniek B.V.Avelingen West 26 - 4202 MS GorinchemPostbus 3604 - 4200 EB GorinchemT +31 (0)183 61 88 88F +31 (0)183 66 61 01E [email protected]
Puntlas- en ProjectielasmachinesRolnaadlas- en Stuiklasmachines
Puntlaselektroden | ComponentenStiftlasmachines en bouten
Automatisering en mechaniseringTraining, onderhoud en Verhuur
STIFTLASSEN
Laskar Puntlastechniek B.V.Avelingen West 26 - 4202 MS GorinchemPostbus 3604 - 4200 EB GorinchemT +31 (0)183 61 88 88F +31 (0)183 66 61 01E [email protected]
Puntlas- en ProjectielasmachinesRolnaadlas- en Stuiklasmachines
Puntlaselektroden | ComponentenStiftlasmachines en bouten
Automatisering en mechaniseringTraining, onderhoud en Verhuur
36
LASTECHNIEK BRANCHEREGISTER - febr uar i 2014
ER VALT NOG GENOEG TE LEREN
LASTECHNIEK VERBINDT ONS.Lastechniek/Engineering Materialen
Onderhoud & Inspectie
www.cvnt.nl
U HEEFT EEN IWT-DIPLOMA (MLT) EN WILT INSPECTIE- EN KEURINGSTECHNIEKEN LEVEL 2 (IKT2) VOLGEN?
LPI/IWE START 21 JANUARI 2014
INFORMEER!