het meten van kritische performantie ......1 1. inleiding customer loyalty wordt wereldwijd aanzien...

74
UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2011 – 2012 HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE INDICATOREN EN KLANTLOYALITEIT: HOE IS BELANGRIJKER DAN WAT! Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master of Science in de Toegepaste Economische Wetenschappen Bart Putteman onder leiding van Prof. dr. Bart Larivière en Arne De Keyser

Upload: others

Post on 26-Jul-2020

1 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

Page 1: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

UNIVERSITEIT GENT

FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE

ACADEMIEJAAR 2011 – 2012

HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE

INDICATOREN EN KLANTLOYALITEIT: HOE IS

BELANGRIJKER DAN WAT!

Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van

Master of Science in de Toegepaste Economische Wetenschappen

Bart Putteman

onder leiding van

Prof. dr. Bart Larivière en Arne De Keyser

Page 2: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

II

Page 3: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

III

UNIVERSITEIT GENT

FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE

ACADEMIEJAAR 2011 – 2012

HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE

INDICATOREN EN KLANTLOYALITEIT: HOE IS

BELANGRIJKER DAN WAT!

Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van

Master of Science in de Toegepaste Economische Wetenschappen

Bart Putteman

onder leiding van

Prof. dr. Bart Larivière en Arne De Keyser

Page 4: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

IV

- NO PERMISSION

Ondergetekende verklaart dat de inhoud van deze masterproef niet mag geraadpleegd en/of

gereproduceerd worden.

Bart Putteman

Page 5: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

V

Woord vooraf

Vooraleer deze thesis te lezen en te begrijpen, wil ik enkele mensen speciaal bedanken. In de eerste

plaats zou ik mijn begeleider Arne De Keyser heel erg willen bedanken. Zijn inspanningen en

waardevolle bijdragen hebben er mede voor gezorgd dat deze masterproef naar een hoger niveau

getild werd. Ook mijn promotor Prof. Dr. Bart Larivière heeft me altijd bijgestaan met zijn kritische

geest. Daarnaast zou ik ook mijn vrienden, ouders en familie willen bedanken. Zij waren mijn rots in

de branding bij moeilijke momenten en hebben mij goed geholpen bij het verzamelen van de

enquêtes. Ten slotte wil ik ook alle respondenten bedanken. Zonder hen zou dit onderzoek niet

plaatsgevonden kunnen hebben.

Deze masterproef beschouw ik als de ultieme afsluiter van een interessante vierjarige opleiding

Toegepaste Economische Wetenschappen. Met deze studie hoop ik een waardevolle bijdrage te

kunnen leveren aan de bestaande literatuur.

Page 6: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

VI

Inhoudsopgave

1. Inleiding ........................................................................................................................................... 1

2. Theorie ............................................................................................................................................ 6

2.1 WAT? ............................................................................................................................................. 6

2.1.1 Niet-vergelijkende kritische performantie indicatoren van SOW ........................................ 13

2.1.2 Vergelijkende kritische performantie indicatoren van SOW................................................ 14

2.2 HOE? ............................................................................................................................................ 15

2.2.1 De meetmethoden ............................................................................................................... 17

3. Methodologie ................................................................................................................................ 21

3.1 Steekproef ................................................................................................................................... 21

3.2 Procedure ................................................................................................................................... 21

3.3 Maatstaven .................................................................................................................................. 22

3.4 Reliability ..................................................................................................................................... 23

3.5 Afhankelijke variabele ................................................................................................................. 24

3.6 Controlevariabelen ...................................................................................................................... 24

4. Data analyse en bevindingen ........................................................................................................ 24

4.1 Data controle ............................................................................................................................... 24

4.2 Analyse ........................................................................................................................................ 25

4.2.1 Correlaties ............................................................................................................................ 25

4.2.2 Regressie .............................................................................................................................. 37

5. Conclusies ...................................................................................................................................... 38

5.1 Discussie ...................................................................................................................................... 38

5.2 Management- en andere implicaties .......................................................................................... 40

5.3 Beperkingen en toekomstig onderzoek ...................................................................................... 42

6. Referenties .................................................................................................................................... 44

Page 7: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

VII

Lijst tabellen

Tabel A: De vier verschillende meetmethoden ....................................................................................... 4

Tabel B: KPI's in vroegere Share-of-Wallet studies ................................................................................. 8

Tabel C: Overzicht definities voornaamste KPI's ................................................................................... 12

Tabel D: De vier verschillende meetmethoden: uitgebreid .................................................................. 19

Tabel E: WAT en HOE: synthese ............................................................................................................ 20

Tabel F: Cronbach alfa en correlaties .................................................................................................... 23

Tabel G: Controlevariabelen .................................................................................................................. 24

Tabel H: De vier meetmethoden: praktisch .......................................................................................... 25

Tabel I: Correlatietabel niet-vergelijkende methode (hoofdwinkel) .................................................... 27

Tabel J: Correlatietabel absoluut directe methode ............................................................................... 28

Tabel K: Correlatietabel absoluut indirecte methode ........................................................................... 29

Tabel L: Correlatietabel indirecte ranking ............................................................................................. 30

Tabel M: Correlaties van de verschillende meetmethoden per KPI ..................................................... 31

Tabel N: Correlaties met SOW van hoofdwinkel ................................................................................... 34

Tabel O: Stepwise regressie .................................................................................................................. 37

Tabel P: Value disciplines van Treacy en Wiersema .............................................................................. 40

Afkortingen

SOW = Share-of-Wallet

KPI = Kritische Performantie Indicator

AD = Absoluut Direct

AI = Absoluut Indirect

RD = Ranking Direct

RI = Ranking Indirect

H = Hoofdwinkel

T = Tweede winkel

Page 8: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

1

1. Inleiding

Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en

lange-termijn succes. De reden hiervoor is dat loyaliteit leidt tot hogere verkopen en opbrengsten,

het oprichten van entry-barrières, het verlagen van de wervingskosten van klanten, en het

verminderen van de gevoeligheid van klanten voor acties van concurrenten (Brexendorf, Mühlmeier,

Tomczak en Eisend 2010). Aldus is loyaliteit van groot belang voor zowel management als academici

(Keiningham, Aksoy, Cooil en Andreassen 2008), en kan het een strategisch voordeel zijn in moeilijke

economische tijden waar gevochten wordt om de consument. Dit gecombineerd met toegenomen

operationele kosten en afnemende winstmarges (Babakus en Yavas, 2008), zorgt ervoor dat

klantloyaliteit één van de belangrijkste agendapunten van veel managers vormt. Dit wordt

aangetoond door de ‘Conference Board 2010 CEO Challenge Survey’ (Barrington 2010). Dit

onderzoek peilt naar de topprioriteiten bij managers wereldwijd, en klantloyaliteit en klantretentie

worden op de vierde plaats gescoord wat betreft de ‘challenges’ voor de toekomst in het

bedrijfsleven. Daarnaast is brand loyalty en het onderzoek ernaar ook van groot belang voor

marktonderzoeksbureaus. Elk jaar geven bedrijven miljoenen dollars uit aan marktonderzoekbureaus

om de brand loyalty na te gaan. Dit onderzoek maakt dan ook de kernactiviteit uit van veel van

dergelijke onderzoeksbureaus (Bennet en Rundle-Thiele 2005).

Sinds decennia investeren bedrijven veel geld in het meten en verbeteren van klantloyaliteit. Enkele

voorbeelden: de 16 grootste Europese retailers besteedden in 2000 alles samen meer dan 1 miljard

dollar aan loyaltyprojecten (Reinartz en Kumar 2002), de ‘loyalty-marketing’ industrie in de

Verenigde Staten wordt geschat op tien miljard dollar en men heeft ook vastgesteld dat in de

Verenigde Staten ongeveer 1.3 miljard Amerikanen actief betrokken zijn bij een of ander

loyaliteitsprogramma. In het Verenigd Koninkrijk wordt geschat dat ongeveer 92% van de

consumenten deelnemen aan een loyaliteitsprogramma (Berman 2006).

We kunnen dan ook concluderen dat klantloyaliteit van groot belang is voor het management van

een bedrijf of organisatie, en dat de nodige middelen worden geïnvesteerd om die loyaliteit te

stimuleren.

Ondanks het feit dat er door bedrijven veel geld wordt uitgegeven aan het meten en het verbeteren

van de klantloyaliteit gaat deze in het algemeen toch sterk achteruit (Clancy, 2001; Bennett en

Rundle-Thiele, 2005). Klanten worden steeds meer gedefinieerd als zijnde polygaam loyaal ten

opzichte van twee à drie decennia geleden (Uncles, Ehrenberg en Hammond 1995; Uncles, Dowling

en Hammond 2003; Rust, Lemon en Zeithaml 2004; Bennet en Rundle-Thiele 2005). Het

Page 9: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

2

loyaliteitsprogramma van Kraft Foods illustreert deze tendens erg goed. Kraft Foods is het grootste

etens- en drankwarenbedrijf van Noord-Amerika, en haar producten hebben hun intrede gedaan in

99% van alle huishoudens. Kraft definieert een loyale klant als iemand die meer dan 70% van zijn

aankopen in een bepaalde productcategorie bij één enkel merk doet gedurende de laatste drie jaar.

Drie decennia geleden was het percentage van Kraft’s klanten dat voldeed aan deze beschrijving

gemiddeld 40%. Vandaag ligt dit ongeveer rond de 15% (Zabin en Brebach 2004). Dit fenomeen

kunnen we bestempelen als de ‘loyaliteitscontradictie’: ondanks de toegenomen uitgaven voor het

meten en verbeteren van klantloyaliteit gaat deze loyaliteit toch achteruit. De belangrijkste redenen

zijn de economische ontwikkelingen en toegenomen concurrentie (Keiningham, Vavra, Aksoy, en

Wallard 2005). Klanten worden dus meer en meer als polygaam loyaal aanzien, dit is “loyal to a

portfolio of brands in a product category” (Uncles, Dowling en Hammond, 2003, p 297).

‘Is loyaliteit dan dood?’, is de vraag die men zich kan stellen. Zeker is dat loyaliteit in de zin van

klantretentie (blijft de klant? Ja/Nee) niet langer genoeg is om de waarde van een klant te bepalen.

Omwille van het fenomeen van polygame loyaliteit is het namelijk niet voldoende om louter en

alleen te gaan kijken naar retentie (Coyles en Gokey 2002). In deze tijd waar multi-brand en multi-

provider loyaliteit de nieuwe dominante logica vormen, is de focus op het ‘klantaandeel’ of de

‘Share-of-Wallet’ de belangrijkste. De focus op ‘share’ van een klant is vandaag zeer belangrijk. De

vraag die men zich als bedrijf of organisatie vandaag moet stellen is niet meer ‘hoe de klantretentie

verhogen’ maar veeleer ‘welk aandeel van de klant zijn uitgaven wordt uitgegeven bij mijn bedrijf of

organisatie, en hoe kan ik dit aandeel beïnvloeden/verhogen?’. De loyale klant van vandaag wordt

gedefinieerd als een klant die jou als bedrijf of organisatie een groter deel van zijn uitgaven in een

bepaalde productcategorie geeft, in vergelijking met de concurrentie.

Aangezien het meten van klantloyaliteit door klantretentie onvoldoende blijkt omwille van het feit

dat klanten polygaam loyaal zijn, moet men de loyaliteit nu dus op een andere manier meten. De

populaire methode om (polygame) klantloyaliteit te meten is Share-of-Wallet (SOW). Cooil,

Keiningham, Aksoy en Hsu (2007, p 68) definiëren SOW als volgt: “the percentage of money a

customer allocates in a category that is assigned to a specific firm”. Vele auteurs zijn het er over eens

dat SOW een betere manier is dan klantretentie om klantloyaliteit te gaan meten (Jones en Sasser

1995; Keiningham, Perkins-Munn en Evans 2003; Perkins-Munn, Aksoy, Keiningham en Estrin 2005;

Cooil et al 2007). Ook in de praktijk wordt SOW door veel managers verkozen boven klantretentie als

maatstaf van klantloyaliteit (Cooil et al 2007; Larivière 2012). Share-of-Wallet is een sterkere

maatstaf van behavioral loyalty dat niet alleen de uitgaven bij het eigen bedrijf maar ook bij de

concurrentie in rekening brengt, en het wordt dikwijls verkozen door managers en academici om

behavioral loyalty te operationaliseren (Cunningham 1956; Cunningham 1961; Brody en Cunningham

Page 10: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

3

1968; Wind 1970; Bowman, Farley, en Schmittlein 2000; Bowman en Narayandas 2004; Keiningham,

Vavra, Aksoy en Wallard 2005b;). Daarom veranderen de marketingspecialisten hun focus nu meer

en meer van retentie naar Share-of-Wallet (Cooil et al 2007). In hun McKinsey report zeggen Coyles

en Gokey (2002) dat een focus op zowel klantretentie als klantloyaliteit tien keer meer waarde

oplevert dan dat men enkel retentie in beschouwing neemt. Men stelt dus een link vast tussen

klantloyaliteit en winstgevendheid (Hallowell 1996; Rowley en Dawes 1999).

We weten nu hoe we de klantloyaliteit gaan meten (namelijk via SOW) maar wat bepaalt nu die

klantloyaliteit. Wat zijn de kritische performantie indicatoren (KPI) van klantloyaliteit? En hoe gaan

we deze KPI’s meten? “Het wat en het hoe”.

Als belangrijkste KPI van SOW komt klanttevredenheid naar voor (Silvestro en Cross 2000; Mägi

2003; Keiningham et al 2003, 2005; Bowman en Narayandas 2004; Perkins-Munn et al 2005;

Baumann, Burton en Elliott 2005; Cooil et al 2007; Ahearne, Jelinek en Jones 2007; Babakus en Yavas

2008; Larivière 2011). Daarnaast vinden we in de literatuur ook nog andere KPI’s van klantloyaliteit:

onder andere trust, commitment (affective, calculative en normative), locational convenience, cost-

revenue perception en tangibles.

Er is echter ook de vraag op welke manier we de KPI’s van SOW het best kunnen meten. Hier komt

de toegevoegde waarde van deze studie aan bod. In de meerderheid van de SOW studies werden de

KPI’s gemeten op een niet-vergelijkende manier. Dit is dus zonder enige vorm van concurrentie in

rekening te brengen. Echter, het op die manier meten heeft verschillende beperkingen waardoor het

niet-vergelijkend meten van KPI’s, SOW slechts in beperkte mate voorspelt (Verhoef 2003).

Het probleem met niet-vergelijkende maatstaven is dat zij competitieve producten of bedrijven niet

in rekening brengen (Barnard en Ehrenberg 1990; Olsen 2002). Een hoge klanttevredenheid is aldus

geen garantie op een hoge SOW aangezien hoge klanttevredenheid bij een bepaald bedrijf hoge(re)

tevredenheid bij de concurrentie niet uitsluit (Mägi 2003; Verhoef 2003). Er is met andere woorden

geen ‘competitive benchmark’, wat bij vergelijkend meten wel het geval is. Ten tweede kan zich ook

een mildheideffect voordoen. Mensen geven eigen scores op een enquête, volgens hun

persoonlijkheid, gemoedstoestand etc. Wat voor de één een 8/10 is, is voor de ander een 10/10. Om

dit effect te zuiveren, is het beter om alle scores relatief ten opzichte van de concurrentie te maken

en dus vergelijkend te gaan meten. De superioriteit van het gebruik van vergelijkende maatstaven

wordt ook ondersteund door het Elaboration Likelihood Model van Petty en Cacioppo (1986).

Vergelijkend meten laat mensen meer nadenken wat maakt dat men meer betrokken is. Vergelijkend

meten zorgt ook voor een meer realistische setting (cfr. In een supermarkt wordt men ook

geconfronteerd met alle merken op een rij, en moet men vooraf of terplekke een vergelijking

Page 11: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

4

maken). Dit geeft de mogelijkheid om toekomstig gedrag beter te voorspellen. Ten slotte is het

logisch dat men aan het meten van SOW, wat op zich ook een vergelijkende maatstaf is, KPI’s koppelt

die op een vergelijkende manier zijn gemeten. Doorheen de laatste decennia hebben de loyalty-

metrics zich aangepast aan de omgeving (van klantretentie naar Share-of-Wallet), maar de daaraan

gekoppelde KPI’s zijn nooit aangepast aan de huidige leefwereld. Niet-vergelijkend meten kan een

mogelijks verkeerd beeld geven, gezien de klanten vandaag polygaam loyaal zijn en dus vergelijken.

Twee vragen moeten dus beantwoord worden in dit onderzoek: wat zijn de KPI’s die SOW drijven

en hoe kan men deze KPI’s het best gaan meten, op een manier waarop zij SOW het best

voorspellen?

De academische literatuur heeft opgeroepen om KPI’s op een vergelijkende manier te meten (Mägi,

2003). Ondanks dit gegeven hebben onderzoekers volgens ons grotendeels de invloed van

vergelijkende KPI’s genegeerd. Er zijn wel enkele uitzonderingen, drie in een B2B-setting (Wind 1970,

Bowman en Narayandas 2004, Ahearne et al. 2007) en één in een B2C-setting (De Keyser en Larivière

2010) die het effect van vergelijkende tevredenheid op SOW bestudeerd hebben. Echter, ofwel heeft

men nooit het verschil in voorspellingskracht van vergelijkend en niet-vergelijkend meten bestudeerd

(de drie studies in de B2B-setting), ofwel heeft men nooit meerdere vergelijkende meetmethodes in

de analyse betrokken (alle vier de bovenstaande studies). Wij voeren de eerste studie uit die (i)

verschillende vergelijkende maatstaven gebruikt in één studie, (ii) de predictieve waarde vergelijkt

van vergelijkende versus niet-vergelijkende maatstaven, (iii) de predictieve waarde vergelijkt van de

verschillende vergelijkende maatstaven onderling, en (iv) zich niet beperkt tot één specifieke

provider.

Het feit dat dit onderzoek vier methoden met elkaar vergelijkt levert de grootste toegevoegde

waarde van dit onderzoek. De vier methoden die we hier zullen onderzoeken worden in tabel A

weergegeven. In het theoriegedeelte wordt hier dieper op ingegaan.

Tabel A: De vier verschillende meetmethoden

Niet-vergelijkend Vergelijkend

1

Absoluut Ranking

Indirect 2 3

Direct 4

Page 12: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

5

Het vervolg van deze studie ziet er als volgt uit. Eerst wordt er een overzicht gegeven van de

literatuur waarop deze studie gebaseerd is. Vervolgens wordt het kwantitatieve onderzoek en de

resultaten van dat onderzoek beschreven. Ten slotte worden nog een conclusie en de beperkingen

van deze studie geformuleerd.

Page 13: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

6

2. Theorie

Share-of-Wallet is een maatstaf die gebruikt wordt om (polygame) klantloyaliteit te meten. Het is

een comparatieve maatstaf die aangepast is aan de huidige bedrijfswereld, een bedrijfswereld die

bestaat uit meerdere concurrerende bedrijven. Om deze maatstaf zo goed mogelijk te voorspellen

zijn twee aspecten belangrijk.

2.1 Welke KPI’s beïnvloeden Share-of-Wallet? ‘WAT?’

2.2 Hoe meet je deze KPI’s? ‘HOE?’

2.1 WAT?

Talloze bedrijven verzamelen klantendata via enquêtes waar in vele gevallen klantentevredenheid

centraal staat, aangevuld met een aantal subdimensies van die tevredenheid (bv. relationele

tevredenheid, tevredenheid levering, tevredenheid product, tevredenheid verpakking, etc.) (Griffin,

Gleason, Preiss en Shevenaugh 1995; Morgan, Anderson en Mittal 2005; Morgan en Rego 2006). Het

meten van deze key performance indicators (maatstaven die gebruikt worden om te observeren hoe

goed de onderneming het doet door de ogen van de klant) kosten bedrijven jaarlijks veel geld: de

‘loyalty-marketing’ industrie in de Verenigde Staten wordt geschat op tien miljard dollar en men

heeft ook vastgesteld dat in de Verenigde Staten ongeveer 1.3 miljard Amerikanen actief betrokken

zijn bij een of ander loyaliteitsprogramma (Berman 2006). Ook in Europa, stelt men het grote belang

van loyaliteitsprogramma’s vast. Geschat wordt dat ongeveer 92% van de consumenten in het

Verenigd Koninkrijk deelnemen aan een loyaliteitsprogramma (Berman 2006). Daarnaast besteedden

de 16 grootste Europese retailers in 2000 alles samen meer dan 1 miljard dollar aan loyaltyprojecten

(Reinartz en Kumar 2002). Managers spenderen dus met andere woorden heel veel geld aan

loyaliteitsonderzoek. Het verzamelen van deze data heeft een dubbel doel. Ten eerste worden deze

KPI’s dikwijls gebruikt om de activiteiten van de onderneming op continue of periodieke basis na te

gaan (Keiningham et al 2007). Zo worden klanttevredenheidscores dikwijls geïncorporeerd in

balanced scorecards. Op die manier fungeren ze dikwijls als niet-financiële maatstaf om (CEO)-

bonussen te berekenen (Ittner, Larcker en Rajan 1997) wat hun potentiële impact op

(management)verloning dus groot maakt. De tevredenheidscores zijn op die manier dus direct

gelinkt met de verloning van managers (Berman 2006). Ten tweede worden deze KPI’s ook gemeten

op continue nationale basis. Bijvoorbeeld, de American Customer Satisfaction Index (ACSI)

weerspiegelt tevredenheidscores voor 10 economische sectoren, 45 industrieën (inclusief de online

handel), meer dan 225 bedrijven en meer dan 200 federale of lokale overheidsdiensten. Op die

manier krijgt men een indicatie van de economische prestaties van zowel de individuele bedrijven als

Page 14: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

7

van de macro-economie. Andere voorbeelden van nationale tevredenheidsindexen zijn: Swedish

Customer Satisfaction Barometer (SCSB), Norwegian Customer Satisfaction Barometer (NCSB),

Extended Performance Satisfaction Index (EPSI Rating) voor een steekproef van Europese landen,

Turkish Customer Satisfaction Index (TMME), Colombian Customer Index Value (CIV), United

Kingdom’s National Customer Satisfaction Index-UK (NCSI-UK), Customer Satisfaction Index of

Singapore (CSISG).

Gegeven de grootte van de survey en loyalty-industrie, is het dus van kapitaal belang om de juiste

maatstaven op te nemen in deze onderzoeken. WAT is dus heel belangrijk.

Voorgaande academische literatuur heeft een aantal KPI’s voorafgaand aan loyaliteit (retentie, SOW,

etc.) gemeten. In tabel B wordt een overzicht gegeven van de Share-of-Wallet studies die in het

verleden werden uitgevoerd en de KPI’s die daarbij gebruikt werden. Daarna geven we een kort

overzicht van de definities van de voornaamste KPI’s.

Page 15: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

8

Tabel B: KPI's in vroegere Share-of-Wallet studies

Afhanke-

lijke

variabele

Kritische Performantie indicatoren

Customer

behavior

Gelinkt met het bedrijf Relatief t.o.v. concurrenten

Bron SOW Overall

SAT

SAT

dim

SQ

dim

Trust Commitment Cost/price

perceptie

Relationship

quality

Switching

costs

Andere Comparative

satisfaction

Attractveness

alternatives

Andere

Company Sales

person

Enis, Paul

1970

X* Image of favorite stores

Image of least-liked

stores

Image of patrons of

favorite stores

Image of patrons of

least-liked stores

Wind,

1970

X X Attitude relative

to an ideal source

East,

Patricia,

Wilson,

Lomax

1995

Shopping pleasantness

Macintosh,

Lockshin,

1997

X X X X Purchase intention

Store attitude

East et al,

1998

X Attitude to the store

group most used

Ahearne et

al, 1999

X X Attractiveness

salesperson

Likeability salesperson

Communication ability

salesperson

Expertise salesperson

* SOW is slechts één van de drie maatstaven gebruikt in de Enis-Paul index

Page 16: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

9

Afhanke-

lijke

variabele

Kritische Performantie indicatoren

Customer

behavior

Gelinkt met het bedrijf Relatief t.o.v. concurrenten

Bron SOW Over

all

SAT

SAT

dim

SQ

dim

Trust Commitment Cost/price

perceptie

Relationship

quality

Switching

costs

Andere Comparative

satisfaction

Attractveness

alternatives

Andere

Company Sales

person

Silvestro,

Cross, 2000

X X* Service value

Babin,

Attaway,

2000

X Shopping affect Shopping

value

East et al,

2000

X Attitude to the store group

most used

Bowman,

Das

Narayandas,

2001

X X Perceived fairness

Disconfirmation

Perceived Quality

De Wulf et al,

2001

X X** Direct mail

Preferential treatment

Interpersonal

communication

Tangible rewards

Perceived relationship

investment

Product category

involvement

Consumer relationship

proneness

X

Mägi, 2003 X X Shopping orientation

Keiningham

et al, 2003

X X

Verhoef 2003 X X X*** X

*Algemene tevredenheid bij zowel consumenten als werknemers werd gemeten ** Relationship quality bestaat uit drie componenten: relationship satisfaction, commitment, trust

*** Affective commitment werd gebruikt

Page 17: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

10

Afhanke-

lijke

variabele

Kritische Performantie indicatoren

Customer

behavior

Gelinkt met het bedrijf Relatief t.o.v. concurrenten

Bron SOW Over

all

SAT

SAT

dim

SQ

dim

Trust Commitment Cost/price

perceptie

Relationship

quality

Switching

costs

Andere Comparative

satisfaction

Attractveness

alternatives

Andere

Company Sales

person

Bowman,

Das

Narayandas,

2004

X X X X X X

Perkins-

Munn et al,

2005

X X X X Brand image

Keiningham

et al, 2005

X X

Baumann et

al, 2005

X X X Access

Meet expectations

Role requirement

Switching benefits

Motivation to comply

Banking knowledge

Confidence in Judgment

Attitudinal differentiation

Ahearne et

al, 2007

X X X

(salesperson

satisfaction)

Trust

Diligence

Inducements

Empathy

Sportsmanship

X

Wirtz et al,

2007

X X* Attitudinal loyalty Attractiveness of

loyalty programs

Cooil et al,

2007

X X

Leenheer et

al, 2007

X X Service level

Van Doorn,

Verhoef,

2007

X X

*Switching costs tussen loyaliteitsprogramma’s

Page 18: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

11

Afhanke-

lijke

variabele

Kritische Performantie indicatoren

Customer

behavior

Gelinkt met het bedrijf Relatief t.o.v. concurrenten

Bron SOW Overall

SAT

SAT

dim

SQ

dim

Trust Commitment Cost/price

perceptie

Relationship

quality

Switching

costs

Andere Comparative

satisfaction

Attractveness

alternatives

Andere

Company Sales

person

Larivière,

2008

X X X X X X Overall Service Quality X

Ailawadi,

Pauwels,

Steenkamp

2008

X Price consciousness

Shopping enjoyment

Babakus,

Yavas,

2008

X X Interaction quality

Merchandise

quality

Relative perceived

value

Palmatier

et al, 2009

X X X Gratitude based

reciprocal behavior

De Keyser,

Larivière,

2010

X X X X* X Locational convenience

Tangibles

X X Trust (company)

Commitment**

Cost/revenue

perceptive

Locational

convenience

Tangibles

Larivière et

al, 2011

X X

Larivière et

al, 2012

X X X**

* Affective en calculative commitment werd gebruikt ** Affective, normative en calculative commitment werd gebruikt

Page 19: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

12

Tabel C: Overzicht definities voornaamste KPI's

Definitie Bron

Satisfaction A consumer’s affective state resulting from an overall appraisal

of his or relationship with a retailer

Anderson en

Narus, 1990

Trust Confidence in a partner’s reliability and integrity Palmatier,

Jarvis,

Bechkoff en

Kardes 2009

Affective

commitment

An emotional attachment representing the customer’s desire to

continue the relationship because of the enjoyment of the

relationship; it develops through the degree of reciprocity or

personal involvement that a customer has with the company,

which results in higher levels of trust and commitment (Garbarino

en Johnson 1999; Morgan en Hunt 1994);

Larivière et al,

2012

Calculative

commitment

An attachment based on the self-interest stake in a relationship

(Gundlach, Achrol, and Mentzer 1995) representing the cold,

rational, economic-based dependence on product/service benefits

due to switching costs or a lack of choice (Allen en Meyer 1990;

Anderson en Weitz 1992; Geyskens et al. 1996);

Larivière et al,

2012

Normative

commitment

An attachment that derives from a person’s sense of moral

obligation towards the organization (Allen en Meyer 1990; Gruen

Summers, en Acito 2000); the degree to which an individual is

bonded to the organization on the basis of the felt obligation to

maintain the relationship with the organization predicated on the

congruence between values (Kelly, 2004; Brown, Lusch, en

Nicholson 1995; O’Reilly en Chatman 1986).

Larivière et al

2012

Locational

convenience

Involves approachability and ease of contact. It means:

-waiting time to receive service (e.g., at a bank) is not extensive;

-convenient hours of operation;

-convenient location of service facility.

Parasuraman,

Zeithaml, en

Berry 1988

Page 20: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

13

Price-

attractiveness

The satisfaction level with the costs and received revenues of

particular products or shops

Larivière et al

2012

Tangibles Include the physical evidence of the service:

-physical facilities;

-appearance of personnel;

-tools or equipment used to provide the service;

-physical representations of the service, such as a plastic credit

card or a bank statement;

-other customers in the service facility.

Parasuraman

et al 1988

Een onderscheid wordt gemaakt tussen KPI’s die op een vergelijkende en KPI’s die op niet-

vergelijkende manier werden gemeten.

2.1.1 Niet-vergelijkende kritische performantie indicatoren van SOW

In voormalig onderzoek werd vastgesteld dat klanttevredenheid positief correleert met SOW

(Silvestro en Cross 2000; Mägi 2003; Keiningham et al 2003, 2005; Bowman en Narayandas 2004;

Perkins-Munn et al 2005; Baumann et al 2005; Ahearne et al 2007; Cooil et al 2007; Babakus en Yavas

2008; Larivière 2011, 2012).

Ahearne, Gruen en Javis (1999) stelden vast dat de salesperson trust die verkopers uitstralen een

direct effect heeft op SOW. Ook indirect, via aankoopintenties en via de attitude die men heeft ten

opzichte van de winkel, hebben salesperson en store trust een invloed op SOW (Macintosh en

Lockshin 1997). De Keyser en Lariviere (2010) en De Wulf, Odekerken-Schröder, Lacobucci (2001)

vonden in dezelfde lijn een positieve relatie tussen trust en SOW. Palmatier et al (2009) vond geen

directe relatie tussen trust en SOW, echter wel indirect via commitment.

Een hoger niveau van affective, calculative en normative commitment leidt tot een hogere SOW

(Larivière 2012). Ook Verhoef (2003) en De Keyser en Larivière (2010) stelden dezelfde relatie vast

tussen affective commitment en SOW. De Keyser en Larivière (2010) constateerden dit ook voor

calculative commitment, echter in mindere mate. Palmatier et al (2009) stelde een direct effect vast

van commitment op SOW.

Page 21: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

14

Ook locational convenience wordt bevonden positief te correleren met SOW. Baumann et al (2005)

vonden in de setting retail banking een positieve relatie tussen locational convenience en SOW in

leningen van de bank. De Keyser en Larivière (2010) vonden in dezelfde setting echter geen relatie

tussen locational convenience en SOW. In de setting van supermarkten vonden ze echter wel een

positieve relatie tussen beide.

Larivière (2008) stelde een positief maar indirect verband vast tussen de cost-revenue perception die

klanten hebben, en SOW. Het indirecte effect verliep via klanttevredenheid en aankoopintenties.

Deze positieve relatie werd bevestigd door De Keyser en Larivière (2010). Zij vonden een positief

verband tussen de cost-revenue perception en SOW, in de setting van supermarkten en in mindere

mate in de setting van retail banking.

Ook de tangibles hebben een invloed op SOW. Zo constateerden De Keyser en Larivière (2010) in de

setting van retail banking, een positief verband tussen tangibles en SOW. Bij de supermarkten werd

dit echter niet vastgesteld.

2.1.2 Vergelijkende kritische performantie indicatoren van SOW

Bij het vergelijkend meten zal men op een directe of indirecte manier de competitie in rekening

brengen. De competitie fungeert aldus als benchmark.

Slechts weinig studies hebben vergelijkende tevredenheid ingebouwd in hun onderzoeksopzet.

Wind (1970), en Bowman en Narayandas (2004) vonden een positieve relatie tussen vergelijkende

tevredenheid en SOW, dit in een B2B context. Ook de Keyser en Larivière (2010) stelden een

positieve link vast tussen vergelijkende tevredenheid en SOW in de bank- en supermarktsector.

Ahearne et al (2007) echter constateerden geen positief verband in de farmaceutische sector tussen

vergelijkende tevredenheid met betrekking tot winkelbedienden, en SOW. Ook Babakus en Yavas

(2008) maakten gebruik van vergelijkende maatstaven bij de voorspelling van SOW. Zo

constateerden ze een positief verband tussen interaction quality en SOW. Ook voor merchandise

quality vonden ze een gelijkaardig verband.

De Keyser en Larivière (2010) vonden naast vergelijkende tevredenheid ook nog heel wat andere

vergelijkende KPI’s die positief correleren met SOW: Vergelijkende trust, vergelijkende cost-revenue

perception, vergelijkende affective en calculative commitment. Dit stelden ze vast zowel bij retail

banking als bij de supermarkten. Voor vergelijkende tangibles en vergelijkende locational

convenience vonden ze geen uitgesproken verband tussen de vergelijkende KPI en SOW.

Deze studie brengt alle maatstaven samen en gaat kijken welke de meest verklarende waarde heeft.

Page 22: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

15

2.2 HOE?

In de meerderheid van de SOW studies werden de KPI’s gemeten op een niet-vergelijkende manier.

Dit is dus zonder enige vorm van concurrentie in rekening te brengen. Zoals in de inleiding al werd

aangehaald zorgt deze manier van meten voor enkele fundamentele tekortkomingen van het

loyaliteitonderzoek. Het op die manier meten heeft namelijk verschillende beperkingen, waardoor

het niet-vergelijkend meten van KPI’s, SOW slechts in beperkte mate voorspelt (Verhoef 2003). Om

aan dit probleem het hoofd te bieden roept de literatuur dan ook op om klanttevredenheid op een

vergelijkende manier te gaan meten (Dick en Basu 1994; Olsen 2002; Mägi 2003).

“The nature of relative attitudes is likely to provide a stronger indication of repeat patronage than

the attitude toward a brand in isolation” Dick en Basu (1994, p. 101).

“It might be informative to use relative measures when predicting customer share, an argument

that corresponds with the point made by Dick and Basu (1994) concerning relative attitudes” Mägi

(2003, p.104)

Ook Van den Putte, Hoogstraten en Meertens (1996) erkennen dat vergelijkende maatstaven beter

zijn dan hun niet-vergelijkende tegenhangers; betere predicties kunnen gemaakt worden op basis

van het vergelijkend meten van attitudes.

Klantloyaliteit wordt in belangrijke mate gedetermineerd door de mate waarin klanten een bepaald

bedrijf verkiezen boven een concurrent van dat bedrijf (Rundle-Thiele en Mackay 2001). Preferenties

ten aanzien van een bepaald bedrijf worden aanzien als zijnde een superieure voorspeller van SOW

aangezien preferenties grotendeels gebaseerd zijn op de ervaringen en verwachtingen van klanten

(Keiningham et al 2007). Echter, het meten van preferenties vereist vergelijkend meten.

Niet-vergelijkende maatstaven brengen competitieve producten of bedrijven niet in rekening

(Barnard en Ehrenberg 1990; Olsen 2002). Dit kan problemen opleveren in de metingen: een hoge

klanttevredenheid is namelijk geen garantie op een hoge SOW aangezien hoge klanttevredenheid bij

een bepaald bedrijf hoge(re) tevredenheid bij de concurrentie niet uitsluit (Mägi 2003; Verhoef

2003). Er is met andere woorden geen ‘competitive benchmark’, wat bij vergelijkend meten wel het

geval is. Zo kan klant 1 een tevredenheidscore van 8 en klant 2 een tevredenheidscore van 7 geven

voor een bepaald bedrijf A. Op die manier zou je kunnen denken dat klant 1 meer tevreden is dan

klant 2. Echter, wanneer ook de tevredenheidscores gemeten worden voor een concurrent (bedrijf B)

dan komt bovenstaande conclusie op de helling te staan. Stel dat klant 1 een score van 9 en klant 2

een score van 6 toekent aan bedrijf B, dan kan er opgemerkt worden dat klant 1 eigenlijk minder

tevreden is over bedrijf A, relatief gezien ten opzichte van bedrijf B.

Page 23: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

16

Daarnaast kan zich ook een mildheideffect voordoen. Dit effect is eigen aan het invullen van schalen.

Zo kan iemand heel tevreden zijn over een bepaald bedrijf, maar bijvoorbeeld ‘uit principe’ niet meer

geven dan een 8 (op een schaal van 10), terwijl iemand anders die even tevreden is als de eerste

persoon, een 10 (op een schaal van 10) geeft omdat deze persoon guller is met punten. Men zou dan

verkeerdelijk kunnen denken dat klant 1 minder tevreden is dan klant 2. Wanneer men echter een

concurrent in de analyse betrekt en ook van dit bedrijf de tevredenheid zou bevragen, dan kan men

zo de gegeven tevredenheidscores beter analyseren. Indien klant 1 een 7 en klant 2 een 9 geeft voor

een tweede bedrijf, dan zien we dat beide personen relatief gezien ten opzichte van het tweede

bedrijf even tevreden zijn over het initieel bevraagde bedrijf (8-7 = 10-9 = 1). Op een analoge manier

zou men ook verkeerdelijk kunnen denken dat twee klanten even tevreden zijn over een bepaald

bedrijf, ondanks het feit dat hun tevredenheid relatief gezien ten opzichte van een concurrent van

dat bedrijf, verschilt.

De superioriteit van het gebruik van vergelijkende maatstaven wordt ook ondersteund door het

Elaboration Likelihood Model van Petty en Cacioppo (1986). Omwille van het gebrek aan literatuur in

ons vakdomein zullen we ons voor de achterliggende reden waarom vergelijkend meten beter is dan

niet-vergelijkend meten baseren op de literatuur die redenen aangeeft waarom vergelijkende

reclame beter is dan niet-vergelijkende reclame. Met vergelijkende reclame wordt reclame bedoeld

die impliciet of expliciet een concurrerend merk vernoemt waarbij men vermeldt dat het

concurrerende merk minder goed is dan het eigen merk op vlak van een bepaald attribuut (De

Pelsmacker, Geuens en Van den Bergh 2010).

De superioriteit van vergelijkende reclame steunt op het Elaboration Likelihood Model van Petty en

Cacioppo (1986). De vraag is of vergelijkende reclame “a person’s careful and thoughtful

consideration of the true merits of the information presented in support of an advocacy [central

route]” (Petty en Cacioppo 1986, p.125) bewerkstelligt.

Dröge (1989) bevestigt dat vergelijkende reclame in de meerderheid van de gevallen verwerkt wordt

via de centrale route en niet-vergelijkende reclame eerder via de perifere route. De voornaamste

redenen hiervoor zijn ten eerste dat vergelijkende reclame leidt tot hoge betrokkenheid (high

involvement). Hoge betrokkenheid zorgt ervoor dat mensen meer gaan nadenken over wat wordt

weergegeven in de reclameboodschap (Lutz 1984; Chaiken en Stangor 1987). Ten tweede benadert

vergelijkende reclame de twee informatiezoekende situaties van het lezen van vergelijkende

productinformatie en zelfs van het vergelijken van producten door trial. Beide situaties leiden tot het

centraal verwerken van informatie. (Fazio en Zanna 1977, 1981; Smiths en Swinyard 1983).

Page 24: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

17

Naar analogie met de bevindingen voor vergelijkende reclame zouden we ook voor ons onderzoek

dezelfde conclusies kunnen trekken. Vergelijkend meten zorgt ervoor dat mensen meer betrokken

zijn bij de meting. Hierdoor zal men meer gaan nadenken over wat gemeten wordt en zal het

vergelijkend meten dus meer waarheidsgetrouw zijn. Vergelijkend meten zorgt ook voor een

realistischere setting. In realiteit maken mensen voortdurend vergelijkingen tussen verschillende

alternatieven. Met behulp van het vergelijkend meten wordt dit praktisch overwegingproces

gesimuleerd en gestimuleerd. Hierdoor zal men informatie op een meer bewuste manier verwerken.

“Attitudes formed via the central route prove to be good predictors of later behavior and are fairly

resistant to other persuasive messages” (De Pelsmacker, Geuens en Van den Bergh 2010, P. 93).

Ten slotte is het logisch dat men aan het meten van SOW, wat op zich ook een vergelijkende

maatstaf is, KPI’s koppelt die op een vergelijkende manier zijn gemeten. In het algemeen kan men

dus zeggen dat men de maatstaven moet aanpassen aan de huidige leefwereld, een leefwereld die

bestaat uit meerdere concurrerende bedrijven.

2.2.1 De meetmethoden

Een onderscheid kan gemaakt worden tussen het vergelijkend en het niet-vergelijkend meten van

KPI’s.

Niet-vergelijkend

Aan de hand van het niet-vergelijkend meten wordt de KPI gemeten zonder daarbij enige vorm van

concurrentie in rekening te brengen. Zo kan er bijvoorbeeld gevraagd worden hoe tevreden men is

over een welbepaald bedrijf. Het niet-vergelijkend meten van KPI’s werd in de literatuur al uitgebreid

beschreven en onderzocht (Macintosh en Lockshin 1997; Ahearne, Gruen en Javis 1999; Silvestro en

Cross 2000; De Wulf, Odekerken-Schröder, Lacobucci 2001; Mägi 2003; Keiningham et al 2003, 2005;

Verhoef 2003; Bowman en Narayandas 2004; Perkins-Munn et al 2005; Baumann et al 2005; Ahearne

et al 2007; Cooil et al 2007; Babakus en Yavas 2008; Larivière 2008; Palmatier et al 2009; De Keyser

en Lariviere 2010; Larivière 2011, 2012; Larivière 2012).

Vergelijkend

Aan de hand van de vergelijkende meetmethode wordt een KPI relatief gemeten door de

concurrenten in de analyse te betrekken. Een onderscheid kan gemaakt worden tussen indirect en

direct vergelijkend meten.

Page 25: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

18

• Indirect

Het indirect vergelijkend meten brengt de concurrentie in rekening op een indirecte manier. Dit wil

zeggen dat men concurrenten in de analyse met elkaar gaat vergelijken, maar waarbij aan de

respondent nooit gevraagd wordt een directe vergelijking te maken tussen twee of meerdere

concurrenten. Er wordt dus bijvoorbeeld gevraagd hoe tevreden men is over elke concurrent waar

men klant is. Deze niet-vergelijkende scores worden vervolgens getransformeerd tot een

vergelijkende score.

Voorbeelden van indirect vergelijkend meten zijn vrij schaars in de literatuur (Wind 1970; Bowman

en Narayandas 2004; Ahearne et al 2007; Babakus en Yavas 2008; De Keyser en Larivière 2010).

Keiningham, Aksoy, Buoye en Cooil (2011) stellen dat het niet nodig is om concurrenten direct met

elkaar te vergelijken. Volgens dat onderzoek volstaat het de KPI’s van de verschillende concurrenten

indirect te meten. Nadien kan SOW berekend worden via de zogenaamde ‘Wallet Allocation Rule’,

die Keiningham et al. (2011) naar voor heeft gebracht.

• Direct

Het direct vergelijkend meten brengt de concurrentie in rekening op een directe manier. Dit wil

zeggen dat men concurrenten in de analyse met elkaar gaat vergelijken door op een directe manier

concurrenten tegenover elkaar af te wegen. Men kan dus bijvoorbeeld vragen hoe tevreden men is

over een bepaald bedrijf in vergelijking met een concurrent. Ook deze methode is slechts in weinig

gevallen onderzocht (Van den Putte 1996; Olsen 2002; De Keyser en Larivière 2010).

Deze studie is uniek in die zin dat zij vier meetmethoden onderling met elkaar gaat vergelijken op

hun voorspellingskracht ten aanzien van SOW. Tabel D geeft verdere informatie over de verschillende

manieren van meten die wij in ons onderzoek zullen testen.

Page 26: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

19

Tabel D: De vier verschillende meetmethoden: uitgebreid

SOW

HOE

NIET-

VERGELIJKEND

VERGELIJKEND

INDIRECT DIRECT

Absoluut (AI) Ranking (RI) Absoluut (AD)

W

A

T

Satisfaction

Locational

convenience

Price-

attractiveness

Tangibles

Service quality

Environmental

quality

Likeability

Trust

Affective

commitment

Calculative

commitment

Normative

commitment

Interaction

quality

Product quality

Brand image

Status

Expertise

Assurances

De KPI wordt

gemeten, zonder

daarbij enige

directe of

indirecte

vergelijking met

de competitie te

betrekken.

De KPI wordt gemeten voor

het eigen bedrijf, en voor

elke concurrent. De gemeten

scores voor de KPI van het

eigen bedrijf en van de

verschillende concurrenten

worden op een indirecte

manier met elkaar

vergeleken.

De KPI wordt gemeten

voor het eigen bedrijf,

en voor elke concurrent.

Op basis van de

gemeten scores voor de

KPI van de verschillende

concurrenten wordt een

ranking toegekend aan

het eigen bedrijf en aan

elke concurrent.

De score voor een

welbepaalde KPI, in

vergelijking met één of

meerdere concurrenten

wordt gemeten.

“Hoe tevreden

bent u over

kledijwinkel A?”

1 Helemaal

ontevreden –

7 Helemaal

tevreden

(7-punt)

“hoe tevreden bent u over

kledijwinkel A?”;

“hoe tevreden bent u over

kledijwinkel B?;

“hoe tevreden bent u over

kledijwinkel C?”

1 Helemaal ontevreden –

7 Helemaal tevreden

(7-punt)

BIirroi =

BIssi -� (BIssj)/(k − 1)�

�� ,

j ≠ i

BIirroi: indirecte score voor

winkel i

BIssi: directe score voor

winkel i

BIssj: directe score voor

winkel j

�: aantal winkels

Vb. kledijwinkel A = 4;

kledijwinkel B = 2;

eigen kledijwinkel = 5

5 - [(2+4)/2] = 2

Voorbeelden:

Van den Putte et al (1996)

Ahearne et al (2007)

“hoe tevreden bent u

over kledijwinkel A?”;

“hoe tevreden bent u

over kledijwinkel B?;

“hoe tevreden bent u

over kledijwinkel C?”

1 Helemaal ontevreden

7 Helemaal tevreden (7-

punt)

kledijwinkel A = 4;

kledijwinkel B = 2;

kledijwinkel C = 5

C > A > B

“in het algemeen, ben ik

minder/meer blij klant

te zijn bij kledijwinkel X

t.o.v. andere

kledijwinkel waar mijn

gezin klant is”

-3 veel minder –

+3veel meer (7-punt)

Voorbeeld:

Cooil et al (2007)

Voorbeeld:

De Keyser en Larivière

(2010)

Page 27: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

20

In het onderzoek zullen we twee zaken verder onderzoeken:

1. WAT: De studie brengt alle maatstaven samen en gaat na welke maatstaf de meeste

verklarende waarde heeft.

2. HOE: De studie brengt alle methodes (zie tabel D) samen en onderzoekt welke methode de

beste is en dus het beste SOW voorspelt.

Concreet zullen we via een survey klanten van (minstens twee) kledijwinkels een reeks key

performance indicators (de KPI’s van SOW) bevragen. Dit doen we zowel op een niet-vergelijkende

als op een vergelijkende (dus door de concurrentie in rekening te brengen) manier. Ook SOW wordt

gevraagd. Op die manier kunnen we nagaan welke KPI de meeste verklarende waarde heeft en welke

methode de beste is om deze KPI’s te meten.

In tabel E wordt een synthese weergegeven van het WAT en HOE van vorige SOW-studies. “X” geeft

weer dat de respectievelijke KPI in de literatuur al onderzocht is aan de hand van de respectievelijke

meetmethode. Uit deze tabel blijkt dat er nog heel wat gaten in de literatuur zijn. Deze studie

probeert deze leemte op te vullen.

Tabel E: WAT en HOE: synthese

SOW Niet-vergelijkend AI RI AD

Satisfaction X X X

Trust X X X

Affective

commitment X X X

Calculative

commitment X X

Normative

commitment X

Locational

convenience X X

Price-

attractiveness X X

Tangibles X X

AI: Absoluut indirect; RI: Indirecte ranking; AD: Absoluut direct

Page 28: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

21

3. Methodologie

3.1 Steekproef

De setting die in deze studie gebruikt wordt om de vier meetmethoden onderling met elkaar te

vergelijken is de sector van de kledijwinkels. De data met betrekking tot deze kledijwinkels werd

verzameld aan de hand van papieren enquêtes. De enquêtes werden afgenomen bij studenten

economie aan de Universiteit Gent. Deze studenten waren tussen 18 en 22 jaar oud. De studenten

werden gevraagd om hun enquête gedurende de hoorcolleges van een bepaalde les aan de

Universiteit Gent onmiddellijk in te vullen, zonder dat de respondenten daarbij van elkaar

afgezonderd werden. Op dergelijke manier werden twee hoorcolleges en dus twee groepen van

studenten gebruikt voor deze steekproef. Door ons enkel te richten op deze studenten werd een

homogene steekproef bekomen. In totaal werden 216 respondenten verzameld. Deze setting werd

gekozen omdat het met studenten mogelijk is om een grote homogene groep op korte termijn en

efficiënt te bereiken.

3.2 Procedure

Voorafgaand aan het invullen van de enquête werd er gevraagd of men klant was bij minstens twee

kledijwinkels. Enkel dan kan men de enquête op een juiste manier invullen aangezien het klant zijn

bij minstens twee winkels een vereiste is om de vergelijkende vragen van de enquête te kunnen

invullen. Vervolgens werd gevraagd aan de respondenten om hun hoofdwinkel (winkel waar men het

meeste kledij aankoopt) en tweede winkel (winkel waar men het tweede meeste kledij aankoopt ) te

noteren. Deze twee winkels werden dan gebruikt in het verdere verloop van de enquête.

Om de kwaliteit van de verzamelde gegevens te waarborgen werd de enquête afgenomen onder de

vorm van vier versies. Deze versies verschillen van elkaar in de volgorde waarin de KPI’s werden

bevraagd van respectievelijk de hoofdwinkel (H), tweede winkel (T), en de hoofdwinkel in vergelijking

met de tweede winkel (V): versie 1(HTV), versie 2 (THV), versie 3 (VHT) en versie 4 (VTH). Op die

manier wordt getracht om mogelijke systematische fouten, te wijten aan de volgorde waarmee H, T

en V bevraagd worden, te vermijden.

Van de 216 respondenten werden er 12 verwijderd uit de analyse omdat er te veel missing values

waren, of omdat zij de enquête onlogisch hadden ingevuld. Wat dit laatste betreft hanteerden we

volgende principes waaraan de gegevens moesten voldoen om als onlogisch beschouwd te worden:

(i) het onbekend zijn van SOW van de hoofdwinkel en/of de tweede winkel, (ii) de som van SOW van

Page 29: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

22

de hoofd- en de tweede winkel is groter dan 100%, (iii) SOW van de hoofdwinkel is kleiner dan SOW

van de tweede winkel.

3.3 Maatstaven

De verschillende maatstaven en constructen die in de enquête gebruikt werden hebben hun

oorsprong in de literatuur. Dit doen we om de validiteit te waarborgen. Aanpassingen van de

gebruikte items dienden wel te gebeuren. Zo moesten deze aangepast worden aan de specifieke

setting van kledijwinkels. Daarnaast moesten er van de items ook vergelijkende varianten gemaakt

worden. Zowel de vergelijkende als de niet-vergelijkende items werden op een 7-punt schaal

bevraagd. Een piloot-studie werd uitgevoerd om alle vragen te testen.

In Tabel F wordt een overzicht gegeven van de in dit onderzoek gebruikte maatstaven.

Page 30: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

23

Tabel F: Cronbach alfa en correlaties

Cronbach alfa en Correlaties van perceptuele maatstaven

Construct H T V

α Cor.1 α Cor.1 α Cor.1 Schaal Bron

Satisfaction .842 - .842 - .873 - 7-punt

Likert

Gustafsson, Johnson en Roos

(2005)

Locational

convenience2

-

.6494 - .6244 - .6994 7-punt

Likert

Larivière (2008)

Price-

attractiveness -

.5094

- .4044 - .4124 7-punt

Likert

Leenheer et al. (2007)

Tangibles - .4904 - .5154 - .2974 7-punt

Likert

Larivière (2008)

Service quality .938 - .927 - .928 - 7-punt

Likert

Larivière (2008)

Environmental

quality .923 - .934 - .896 -

7-punt

Likert

Dagger, Sweeney, Johnson

(2007)

Likeability³ - - - - - - 7-punt

Likert

Arne De Keyser

Trust .942 - .948 - .940 - 7-punt

Likert

De Wulf et al (2001)

Affective

commitment .900 - .886 - .818 -

7-punt

Likert

Jones, Fox, Taylor, Fabrigar

(2007)

Calculative

commitment - .6064 - .6014 - .5144 7-punt

Likert

Gustafsson et al (2005)

Normative

commitment .901 - .838 - .698 -

7-punt

Likert

Kelly, Stephen James (2004)

Interaction

quality .930 - .936 - .930 -

7-punt

Likert

Dagger et al (2007)

Product

quality .942 - .950 - .920 -

7-punt

Likert

Teas, R. Kenneth en Sanjee

Agarwal (2000)

Brand Image3 - - - - - - 7-punt

Likert

Status - .8264 - .8524 - .7994 7-punt

Likert

Kenneth Teas en Agarwal

(2000)

Expertise - .7624 - .7404 - .6794 7-punt

Likert

Larivière (2011)

Assurances - .5274 - .6304 - .5344 7-punt

Likert

Larivière (2011)

1 in geval van 2 items;

2 2de

item verwijderd; Voor verwijdering: Cronbach alfa: H .642; T .750 Vergelijkend .739

3 bestaat uit slechts 1 item

4 p < .00

Hoofdwinkel (H), tweede winkel (T), en de hoofdwinkel in vergelijking met de tweede winkel (V):

3.4 Reliability

De Cronbach alfa werd berekend voor de constructen indien het construct samengesteld was uit

minstens drie items. Indien het construct slechts uit twee items bestond werd de correlatie tussen

beide berekend. De kritieke grens die gehanteerd werd voor de Cronbach alfa was .60 (De

Page 31: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

24

Pelsmacker en Van Kenhove 2006, p.200). Enkel de constructen met een alfawaarde hoger dan deze

kritieke waarde werden behouden. Items werden verwijderd indien een verwijdering van deze items

de Cronbach alfa van het construct in kwestie fundamenteel kon laten stijgen (zie tabel F).

3.5 Afhankelijke variabele

Als afhankelijke variabele werd in deze studie gebruik gemaakt van het concept Share-of-Wallet

(SOW). Cooil et al (2007. p.68) definiëren dat als volgt: “the percentage of money a customer

allocates in a category that is assigned to a specific firm”.

Er werd gevraagd hoeveel procent van de totale kledingsaankopen de respondent doet bij

respectievelijk zijn hoofd- en tweede winkel. De respondent had tien keuzemogelijkheden (100%

verdeeld in tien gelijke delen) om SOW van de hoofd- en tweede winkel aan te duiden.

3.6 Controlevariabelen

Op basis van Mitall en Kamakura (2001), Cooil et al (2007), en Larivière et al (2011) werden twee

situationele en twee demografische controlevariabelen gebruikt. Tabel G geeft een overzicht.

Tabel G: Controlevariabelen

Controlevariabelen Beschrijving

Situationeel Tenure De duur van de relatie die de respondent heeft met

de kledijwinkel (in jaren)

Waarde/belang De waarde/belang dat door de respondent gehecht

wordt aan kledij (1 heel weinig – 7 heel veel)

Demografisch Expenses <100; 100 – 200; 201 – 300; >300 (maandelijks in €)

Geslacht Mannelijk of vrouwelijk

4. Data analyse en bevindingen

4.1 Data controle

In het totaal werden 216 respondenten ondervraagd. 12 respondenten werden uit de data-set

verwijderd omdat zij de enquête onlogisch hadden ingevuld of omdat er te veel missing values

waren. Op die manier werd een finale dataset bekomen van 204 respondenten.

Om de kwaliteit van de verzamelde gegevens te waarborgen werd de enquête afgenomen onder de

vorm van vier versies. Elke versie van de enquête werd in ongeveer gelijke aantallen bevraagd. De

invloed van de verschillende versies werd nagegaan aan de hand van verschillende testen. Om

mogelijke fouten te ontdekken binnen de SOW-, tenure- en belangrijkheidvragen, tussen de vier

Page 32: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

25

versies onderling, werd een One-way Anova uitgevoerd. Er werden geen significante verschillen

teruggevonden tussen de vier versies op .05 significantieniveau. Analoog werd voor de nominale

variabelen (geslacht, expenses) een χ2-test uitgevoerd. Opnieuw werden geen significante

verschillen gevonden tussen de vier versies onderling op .05 significantieniveau.

4.2 Analyse

Deze studie is uniek omdat zij vier meetmethoden onderling met elkaar vergelijkt op hun

voorspellingskracht ten aanzien van SOW. Deze vier meetmethoden komen echter niet allen

rechtstreeks uit de vragenlijst. Voor twee van de vier was nog een bijkomende bewerking nodig.

Tabel D in het theoriegedeelte geeft meer uitleg over wat elke meetmethode nu precies inhoudt.

Tabel H geeft een bijkomend overzicht van de vier methoden, hoe ze berekend worden en wat de

afkorting is van elke methode die we in het verdere verloop van deze masterproef zullen gebruiken.

Tabel H: De vier meetmethoden: praktisch

Niet-vergelijkend

Vergelijkend

Absoluut Indirect Ranking Indirect Absoluut Direct

Afkorting Hoofdwinkel = H

Tweede winkel = T

AI RI AD

Wijze van

berekening

Rechtstreeks uit de

vragenlijst

Per construct:

AI = H - T

Per construct:*

AI > 0: RI = 1

AI = 0: RI = 1,5

AI < 0: RI = 2

Rechtstreeks uit de

vragenlijst

* Gebaseerd op Keiningham (2011) waar de scores, die respectievelijk aan hoofd- en tweede winkel toegekend worden,

getransformeerd worden naar een ranking. Indien H beter scored dan T voor een bepaalde KPI wordt een 1 toegekend aan

H. Indien H minder goed scored dan T krijgt H een 2. Indien beide winkels even goed scoren wordt 1,5 toegekend aan beide

winkels.

In wat volgt bespreken we de volgende aspecten. Ten eerste gaan we de correlaties na tussen de

verschillende KPI’s (per methode) en tussen de verschillende methoden (per KPI). Ten tweede

bekijken we de correlaties tussen de verschillende KPI’s en SOW van de hoofdwinkel. Ten slotte

voeren we een stepwise regressie uit met als afhankelijke variabele SOW van de hoofdwinkel en als

onafhankelijke variabelen de verschillende meetmethoden (per KPI).

4.2.1 Correlaties

In onderstaande tabellen (I, J, K, L) worden de correlaties weergegeven tussen de verschillende KPI’s,

per meetmethode. Er kan opgemerkt worden dat er een significante correlatie bestaat tussen

sommige van de KPI’s, bv. tussen Trust_H en Satisfaction_H (r = .62, p <.01). Dit wijst op

multicollineariteit in de data-set. Deze hoge correlaties zijn logisch aangezien de KPI’s hetzelfde

Page 33: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

26

voorspellen, namelijk SOW. De multicollineariteit vormt echter geen probleem voor de analyse

omdat deze in belangrijke mate univariaat is.

.

Page 34: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

27

Tabel I: Correlatietabel niet-vergelijkende methode (hoofdwinkel)

** p < .01 (2-tailed)

* p < .05 (2-tailed)

Mean SD 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17

1.Satisfaction_H 5,13 0,84 1 .20**

.28**

.36**

.62**

.51**

.60**

.62**

.54**

.05 .31**

.45**

.62**

.53**

.51**

.44**

.37**

2. Loc. Conv. _H 4,79 1,24 .20**

1 .30**

.30**

.12 .18**

.14* .17

* .06 .09 .10 .15

* .09 .04 .01 .10 .14

3. Price-attr._H 4,76 1,10 .28**

.30**

1 .47**

.06 .19**

.20**

.21**

.08 .54**

.05 .03 .04 -.11 -.17* .02 .13

4. Tangibles_H 4,93 0,96 .36**

.30**

.47**

1 .38**

.38**

.36**

.40**

.24**

.25**

.16* .33

** .29

** .22

** .15

* .32

** .42

**

5. Serv. quality_H 4,62 1,13 .62**

.12 .06 .38**

1 .67**

.58**

.57**

.51**

-.12 .34**

.70**

.68**

.58**

.62**

.71**

.56**

6. Env.quality_H 4,55 1,15 .51**

.18**

.19**

.38**

.67**

1 .67**

.62**

.42**

-.09 .19**

.58**

.55**

.56**

.54**

.59**

.56**

7. Likeability_H 5,09 1,20 .60**

.14* .20** .36

** .58

** .67

** 1 .74

** .53

** .01 .27

** .49

** .58

** .51

** .47

** .50

** .49

**

8. Trust_H 4,88 1,10 .62**

.17* .21

** .40

** .57

** .62

** .74

** 1 .56

** .07 .39

** .55

** .61

** .56

** .51

** .55

** .43

**

9. Aff. Comm.._H 3,79 1,37 .54**

.06 .08 .24**

.51**

.42**

.53**

.56**

1 .23**

.55**

.40**

.49**

.43**

.40**

.40**

.33**

10. Calc. comm.._H 3,83 1,34 .05 .09 .54**

.25**

-.12 -.09 .01 .07 .23**

1 .18* -.06 -.13 -.22

** -.29

** -.08 .00

11. Nor. comm.._H 3,78 1,27 .31**

.10 .05 .16* .34

** .19

** .27

** .39

** .55

** .18

* 1 .31

** .33

** .33

** .31

** .27

** .19

**

12. Int. quality_H 4,13 1,23 .45**

.15* .03 .33

** .70

** .58

** .49

** .55

** .40

** -.06 .31

** 1 .60

** .54

** .55

** .77

** .66

**

13. Prod. quality_H 4,99 1,17 .62**

.09 .04 .29**

.68**

.55**

.58**

.61**

.49**

-.13 .33**

.60**

1 .72**

.71**

.62**

.51**

14. Brand image_H 4,56 1,35 .53**

.04 -.11 .22**

.58**

.56**

.51**

.56**

.43**

-.22**

.33**

.54**

.72**

1 .82**

.59**

.44**

15. Status_H 4,33 1,35 .51**

.01 -.17* .15

* .62

** .54

** .47

** .51

** .40

** -.29

** .31

** .55

** .71

** .82

** 1 .67

** .42

**

16. Expertise_H 4,33 1,18 .44**

.10 .02 .32**

.71**

.59**

.50**

.55**

.40**

-.08 .27**

.77**

.62**

.59**

.67**

1 .67**

17. Assurances_H 4,90 1,08 .37**

.14 .13 .42**

.56**

.56**

.49**

.43**

.33**

.00 .19**

.66**

.51**

.44**

.42**

.67**

1

Page 35: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

28

Tabel J: Correlatietabel absoluut directe methode

Mean SD

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17

1.Satisfaction_AD 0,79 0,99 1 -.12 -.09 .32**

.49**

.49**

.49**

.54**

.38**

-.25**

.20**

.49**

.58**

.40**

.42**

.39**

.39**

2. Loc. Conv. _AD 0,40 1,13 -.12 1 .10 .11 -.04 .06 -.02 -.27 -.07 .07 -.13 -.05 -.05 -.04 -.06 -.02 .06

3. Price-attr._AD 0,32 1,09 -.09 .10 1 .19**

-.18**

-.12 -.09 -.08 -.08 .51**

-.06 -.15* -.24

** -.30

** -.32

** -.13 .00

4. Tangibles_AD 0,25 0,69 .32**

.11 .19**

1 .32**

.27**

.26**

.38**

.14 .12 -.04 .27**

.23**

.15* .11 .20

** .40

**

5. Serv. quality_AD 0,52 1,06 .49**

-.04 -.18**

.32**

1 .59**

.56**

.60**

.33**

-.38**

.10 .78**

.64**

.58**

.62**

.63**

.42**

6. Env.quality_AD 0,40 1,09 .49**

.06 -.12 .27**

.59**

1 .61**

.44**

.30**

-.32**

.16* .56

** .53

** .38

** .43

** .41

** .40

**

7. Likeability_AD 0,74 1,20 .49**

-.02 -.09 .26**

.56**

.61**

1 .68**

.40**

-.17* .21

** .48

** .58

** .36

** .38

** .39

** .42

**

8. Trust_AD 0,61 1,00 .54**

-.02 -.08 .38**

.60**

.44**

.68**

1 .52**

-.14 .28**

.55**

.58**

.42**

.42**

.41**

.41**

9. Aff. Comm.._AD 0,33 0,78 .38**

-.07 -.08 .14 .33**

.30**

.40**

.52**

1 -.02 .42**

.40**

.37**

.39**

.44**

.25**

.23**

10. Calc. comm.._AD 0,14 1,04 -.25**

.07 .51**

.12 -.38**

-.32**

-.17* -.14 -.02 1 .03 -.29

** -.45

** -.40

** -.43

** -.24

** -.13

11. Nor. comm.._AD 0,15 0,75 .20**

-.13 -.06 -.04 .10 .16* .21

** .28

** .42

** .03 1 .23

** .16

* .13 .14

* .12 .15

*

12. Int. quality_AD 0,25 1,01 .49**

-.05 -.15* .27

** .78

** .56

** .48

** .55

** .40

** -.29

** .23

** 1 .58

** .50

** .56

** .72

** .43

**

13. Prod. quality_AD 0,53 1,20 .58**

-.05 -.24**

.23**

.64**

.53**

.58**

.58**

.37**

-.45**

.16* .58

** 1 .64

** .65

** .54

** .55

**

14. Brand image_AD 0,38 1,23 .40**

-.04 -.30**

.15* .58

** .38

** .36

** .42

** .39

** -.40

** .13 .50

** .64

** 1 .84

** .56

** .39

**

15. Status_AD 0,25 1,17 .42**

-.06 -.32**

.11 .62**

.43**

.38**

.42**

.44**

-.43**

.14* .56

** .65

** .84

** 1 .64

** .37

**

16. Expertise_AD 0,29 0,95 .39**

-.02 -.13 .20**

.63**

.41**

.39**

.41**

.25**

-.24**

.12 .72**

.54**

.56**

.64**

1 .56**

17. Assurances_AD 0,43 0,99 .39**

.06 .00 .40**

.42**

.40**

.42**

.41**

.23**

-.13 .15* .43

** .55

** .39

** .37

** .56

** 1

** p < .01 (2-tailed)

* p < .05 (2-tailed)

Page 36: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

29

Tabel K: Correlatietabel absoluut indirecte methode

Mean SD 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17

1.Satisfaction_AI 0,41 1,00 1 -.03 .03 .21**

.60**

.48**

.55**

.60**

.56**

-.24**

.34**

.50**

.56**

.47**

.48**

.48**

.34**

2. Loc. Conv. _AI 0,28 1,64 -.03 1 .19

** .22

** -.08 -.02 -.04 -.00 -.06 .05 .04 -.05 .01 .02 -.03 -.06 -.04

3. Price-attr._AI 0,02 1,30 .03 .19**

1 .27**

-.26**

-.19**

-.16* -.06 -.05 .62

** -.01 -.11 -.22

** -.34

** -.42

** -.24

** -.18

*

4. Tangibles_AI 0,15 1,02 .21**

.22**

.27**

1 .10 .14* .14

* .24

** .10 .04 -.01 .10 .14

* .08 -.01 .10 .09

5. Serv. quality_AI 0,26 1,46 .59**

-.08 -.26**

.10 1 .57**

.53**

.53**

.53**

-.39**

.32**

.71**

.61**

.58**

.63**

.72**

.50**

6. Env.quality_AI 0,20 1,45 .48**

-.02 -.19**

.14* .57

** 1 .66

** .55

** .46

** -.30

** .19

** .48

** .48

** .47

** .52

** .53

** .39

**

7. Likeability_AI 0,46 1,61 .55**

-.04 -.16* .14

* .53

** .66

** 1 .73

** .41

** -.31

** .22

** .41

** .54

** .44

** .53

** .47

** .45

**

8. Trust_AI 0,43 1,26 .60**

-.00 -.06 .24**

.53**

.54**

.73**

1 .44**

-.25**

.27**

.48**

.61**

.47**

.50**

.51**

.43**

9. Aff. Comm.._AI 0,44 1,31 .56**

-.06 -.05 .10 .53**

.46**

.41**

.44**

1 -.16* .36

** .45

** .44

** .45

** .45

** .38

** .28

**

10. Calc. comm.._AI -0,05 1,67 -.24**

.05 .62**

.04 -.39**

-.30**

-.31**

-.25**

-.16* 1 -.17

* -.23

** -.34

** -.50

** -.54

** -.37

** -.24

**

11. Nor. Comm..._AI 0,23 1,05 .34**

.04 -.01 -.01 .32**

.19**

.22**

.27**

.36**

-.17* 1 .30

** .30

** .24

** .20

** .33

** .24

**

12. Int. quality_AI 0,37 1,50 .50**

-.05 -.11 .10 .71**

.48**

.41**

.48**

.45**

-.23**

.30**

1 .46**

.46**

.43**

.68**

.49**

13. Prod. quality_AI 0,46 1,56 .56**

.00 -.22**

.14* .61

** .48

** .54

** .61

** .44

** -.34

** .30

** .46

** 1 .62

** .65

** .54

** .43

**

14. Brand image_AI 0,37 1,57 .47**

.02 -.34**

.08 .58**

.47**

.44**

.47**

.45**

-.50**

.24**

.46**

.62**

1 .78**

.58**

.36**

15. Status_AI 0,42 1,55 .48**

-.03 -.42**

-.01 .63**

.52**

.53**

.50**

.45**

-.54**

.20**

.43**

.65**

.78**

1 .67**

.36**

16. Expertise_AI 0,37 1,35 .48**

-.06 -.24**

.10 .72**

.53**

.47**

.51**

.38**

-.37**

.33**

.68**

.54**

.58**

.67**

1 .52**

17. Assurances_AI 0,27 1,38 .34**

-.04 -.18* .09 .50

** .39

** .45

** .43

** .28

** -.24

** .24

** .49

** .43

** .36

** .36

** .52

** 1

** p < .01 (2-tailed)

* p < .05 (2-tailed)

Page 37: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

30

Tabel L: Correlatietabel indirecte ranking

Mean SD 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17

1.Satisfaction_RI 1,34 0,42 1 -.10 -.04 .13 .41**

.34**

.45**

.47**

.40**

-.24**

.18**

.29**

.37**

.28**

.28**

.29**

.17*

2. Loc. Conv. _RI 1,42 0,41 -.10 1 .18**

.20**

-.10 .00 -.09 -.05 -.10 .12 .00 -.07 -.13 -.05 -.07 -.09 -.08

3. Price-attr._RI 1,49 0,45 -.04 .18**

1 .24**

-.21**

-.23**

-.22**

-.14* -.11 .60

** -.02 -.18

* -.27

** -.35

** -.34

** -.25

** -.13

4. Tangibles_RI 1,47 0,43 .13 .20**

.24**

1 .06 .16* .09 .14

* .05 .11 -.02 .03 .12 .10 .05 .13 .07

5. Serv. quality_RI 1,44 0,45 .41**

-.10 -.21**

.06 1 .38**

.45**

.35**

.40**

-.20**

.16* .47

** .42

** .37

** .37

** .45

** .31

**

6. Env.quality_RI 1,44 0,46 .34**

.00 -.23**

.16* .38

** 1 .62

** .43

** .23

** -.27

** .10 .28

** .44

** .35

** .48

** .38

** .25

**

7. Likeability_RI 1,38 0,41 .44**

-.09 -.22**

.09 .45**

.62**

1 .68**

.33**

-.26**

.22**

.28**

.48**

.45**

.49**

.38**

.32**

8. Trust_RI 1,35 0,43 .47**

-.05 -.14* .14

* .35

** .43

** .68

** 1 .44

** -.30

** .24

** .32

** .52

** .42

** .44

** .39

** .36

**

9. Aff. Comm.._RI 1,36 0,43 .40**

-.10 -.11 .05 .40**

.23**

.33**

.44**

1 -.18**

.32**

.38**

.35**

.36**

.24**

.29**

.18**

10. Calc. comm.._RI 1,50 0,44 -.24**

.12 .60**

.11 -.20**

-.27**

-.26**

-.30**

-.18**

1 -.12 -.20**

-.28**

-.44**

-.39**

-.25**

-.16*

11. Nor. comm.._RI 1,43 0,44 .18**

.00 -.02 -.02 .16* .10 .22

** .24

** .32

** -.12 1 .17

* .16

* .17

* .08 .06 .12

12. Int. quality_RI 1,42 0,45 .29**

-.07 -.18* .03 .47

** .28

** .28

** .32

** .38

** -.20

** .17

* 1 .36

** .33

** .31

** .41

** .33

**

13. Prod. quality_RI 1,37 0,44 .37**

-.13 -.27**

.12 .42**

.44**

.48**

.51**

.35**

-.28**

.16* .36

** 1 .54

** .53

** .42

** .33

**

14. Brand image_RI 1,41 0,42 .28**

-.05 -.35**

.10 .37**

.35**

.45**

.42**

.36**

-.44**

.17* .33

** .54

** 1 .63

** .41

** .28

**

15. Status_RI 1,38 0,44 .28**

-.07 -.34**

.05 .37**

.48**

.49**

.44**

.24**

-.39**

.08 .31**

.53**

.63**

1 .52**

.26**

16. Expertise_RI 1,37 0,42 .29**

-.09 -.25**

.13 .45**

.38**

.38**

.39**

.29**

-.25**

.06 .41**

.42**

.41**

.52**

1 .41**

17. Assurances_RI 1,42 0,44 .17* -.08 -.12 .07 .31

** .25

** .32

** .36

** .18

** -.16

* .12 .33

** .33

** .28

** .26

** .41

** 1

** p < .01 (2-tailed)

* p < .05 (2-tailed)

Page 38: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

31

In tabel M worden de correlaties weergegeven tussen de verschillende meetmethoden per KPI.

Tabel M: Correlaties van de verschillende meetmethoden per KPI

1 2 3 4

1.Satisfaction_H 1 .39** .56** -.46**

2.Satisfaction_AD .39** 1 .66** -.52**

3.Satisfaction_AI .56** .66** 1 -.78**

4.Satisfaction_RI -.46** -.52** -.78** 1

1 2 3 4

1. Locational Convenience. _H 1 .56** .70** -.55**

2. Locational Convenience. _AD .56** 1 .72** -.55**

3. Locational Convenience. _AI .70** .72** 1 -.76**

4. Locational Convenience. _RI -.55** -.55** -.76** 1

1 2 3 4

1. Price-attractiveness_H 1 .55** .66** -.62**

2. Price-attractiveness_AD .55** 1 .65** -.56**

3. Price-attractiveness_AI .66** .65** 1 -.85**

4. Price-attractiveness_RI -.62** -.56** -.85** 1

1 2 3 4

1. Tangibles_H 1 .34** .52** -.48**

2. Tangibles_AD .34** 1 .34** -.30**

3. Tangibles_AI .52** .34** 1 -.87**

4. Tangibles_RI -.48** -.30** -.87** 1

1 2 3 4

1. Service quality_H 1 .53** .65** -.52**

2. Service quality_AD .53** 1 .69** -.54**

3. Service quality_AI .65** .69** 1 -.79**

4. Service quality_RI -.52** -.54** -.79** 1

1 2 3 4

1. Environmental quality_H 1 .47** .59** -.47**

2. Environmental quality_AD .47** 1 .63** -.51**

3. Environmental quality_AI .59** .63** 1 -.83**

4. Environmental quality_RI -.47** -.51** -.83** 1

1 2 3 4

1. Likeability_H 1 .35** .63** -.55**

2. Likeability_AD .35** 1 .53** -.50**

3. Likeability_AI .63** .53** 1 -.86**

4. Likeability_RI -.55** -.50** -.86** 1

Page 39: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

32

1 2 3 4

1. Trust_H 1 .40** .56** -.50**

2. Trust_AD .40** 1 .52** -.45**

3. Trust_AI .56** .52** 1 -.81**

4. Trust_RI -.50** -.45** -.81** 1

1 2 3 4

1. Affective commitment_H 1 .52** .59** -.49**

2. Affective commitment_AD .52** 1 .51** -.42**

3. Affective commitment_AI .59** .51** 1 -.78**

4. Affective commitment_RI -.49** -.42** -.78** 1

1 2 3 4

1. Calculative commitment_H 1 .54** .65** -.56**

2. Calculative commitment_AD .54** 1 .54** -.47**

3. Calculative commitment_AI .65** .54** 1 -.82**

4. Calculative commitment_RI -.56** -.47** -.82** 1

1 2 3 4

1. Normative commitment_H 1 .40** .47** -.42**

2. Normative commitment_AD .40** 1 .26** -.21**

3. Normative commitment_AI .47** .26** 1 -.81**

4. Normative commitment_RI -.42** -.21** -.81** 1

1 2 3 4

1. Interaction quality_H 1 .59** .63** -.48**

2. Interaction quality_AD .59** 1 .70** -.53**

3. Interaction quality_AI .63** .70** 1 -.78**

4. Interaction quality_RI -.48** -.53** -.78** 1

1 2 3 4

1. Product quality_H 1 .46** .58** -.54**

2. Product quality_AD .46** 1 .68** -.58**

3. Product quality_AI .58** .68** 1 -.82**

4. Product quality_RI -.54** -.58** -.82** 1

1 2 3 4

1. Brand image_H 1 .59** .54** -.45**

2. Brand image_AD .59** 1** .56** -.50**

3. Brand image_AI .54** .56** 1 -.87**

4. Brand image_RI -.45** -.50** -.87** 1

1 2 3 4

1. Status_H 1 .60** .55** -.44**

2. Status_AD .60** 1 .55** -.47**

3. Status_AI .55** .55** 1 -.83**

4. Status_RI -.44** -.47** -.83** 1

Page 40: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

33

1 2 3 4

1. Expertise_H 1 .59** .55** -.44**

2. Expertise_AD .59** 1 .54** -.37**

3. Expertise_AI .55** .54** 1 -.80**

4. Expertise_RI -.44** -.37** -.80** 1

1 2 3 4

1. Assurances_H 1 .43** .54** -.47**

2. Assurances_AD .43** 1 .49** -.35**

3. Assurances_AI .54** .49** 1 -.82**

4. Assurances_RI -.47** -.35** -.82** 1

** p < .01 (2-tailed)

* p < .05 (2-tailed)

Bovenstaande correlaties (tabel M) zijn allemaal significant verschillend van nul. Dit is logisch

aangezien elke variabele eigenlijk eenzelfde KPI meet. Belangrijk is echter dat niet elke correlatie

even hoog is, aangezien de manier van meten verschillend is. Op die manier wordt duidelijk dat er

een verschil is in voorspellingskracht naargelang de meetmethode. De gedeelde variantie is lager dan

100%, wat er dus op wijst dat de verschillende meetmethoden een verschillend aandeel in de

variantie verklaren.

In tabel N wordt een overzicht gegeven van de correlaties tussen de verschillende KPI’s en SOW van

de hoofdwinkel (per methode), gerangschikt van groot naar klein (kolom 1). Men merkt op dat vier

van de vijf meest verklarende variabelen op een vergelijkende manier zijn gemeten. In kolom 2 wordt

de respectievelijke R² weergegeven. In kolom 3 ziet men de correlatie tussen de niet-vergelijkende

methode van de overeenkomstige KPI, en SOW van de hoofdwinkel. In kolom 4 wordt de

overeenkomstige R² gegeven. Aan de hand van kolommen 5 en 6 merken we dat het meten van KPI’s

op een vergelijkende manier een grotere voorspellingskracht heeft ten aanzien van SOW, althans

voor een aantal KPI’s (grijs gemarkeerd). Voor deze KPI’s geldt dat vergelijkende meten, SOW beter

voorspelt dan niet-vergelijkend meten en dat het dus beter is om deze op een vergelijkende manier

te meten. Zo geldt bv. voor de KPI’s Satisfaction en Affective commitment dat, indien zij op de

absoluut indirecte manier gemeten worden, zij 7% meer van de variantie van SOW verklaren dan dat

zij op de niet-vergelijkende manier gemeten zouden worden. Andere KPI’s die beter op een

vergelijkende manier worden gemeten, zijn: Tangibles, Trust, Normative commitment en Interaction

quality. Voor deze KPI’s geldt dus dat, indien zij op een niet-vergelijkende manier gemeten zouden

zijn, zij minder variantie in SOW zouden verklaren en SOW dus minder goed zouden voorspellen.

Deze KPI’s zouden ondergewaardeerd zijn als voorspellende factor van SOW indien zij niet-

vergelijkend gemeten worden. Door ze vergelijkend te meten wordt hun effect sterker.

Page 41: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

34

Tabel N: Correlaties met SOW van hoofdwinkel

1 2 3 4 5 6

Correlatie R² Overeenkomstige

correlatie van niet-

vergelijkende

methode

R² Verschil

in

correlatie

1 - 3

Verschil

in

2 - 4

Satisfaction_AI

.35** .12 .23** .05 .12 7.0%

Affect. Comm. _AI .32** .10 .18* .03 .14 7.0%

Satisfaction_AD .31** .10 .27** .07 .04 2.3%

Affect. Comm. _RI -.29** .08 .18* .03 .11 5.2%

Product quality_H .27** .07 .27** .07 0 0.0%

Assurances_H .27** .07 .27** .07 0 0.0%

Affect. Comm. _AD .25** .06 .18* .03 .07 3.0%

Expertise_H .25** .06 .25** .06 0 0.0%

Satisfaction_H .23** .05 .23** .05 -.04 0.0%

Interaction qual. _RI -.22** .05 .20** .04 .02 0.8%

Product quality_RI -.21** .04 .27** .07 -.06 -2.9%

Tangibles_AD .20** .04 .15* .02 .05 1.8%

Trust_AI .20** .04 .15* .02 .05 1.8%

Interaction qual. _H .20** .04 .20** .04 0 0.0%

Interaction qual. _AD .20** .04 .20** .04 0 0.0%

Interaction qual. _AI .20** .04 .20** .04 0 0.0%

Service quality_H .19** .04 .19** .04 0 0.0%

Environ. qual. _H .19** .04 .19** .04 0 0.0%

Norm. Comm. _AI .19** .04 - - - -

Trust_RI -.18** .03 .15* .02 .03 1.0%

Affect. Comm. _H .18* .03 .18* .03 0 0.0%

Status_H .18* .03 .18* .03 0 0.0%

Brand image_H .17* .03 .17* .03 0 0.0%

Satisfaction_RI -.16* .03 .27** .07 -.11 -4.7%

Service quality_AI .16* .03 .19** .04 -.03 -1.1%

Environ. qual. _AD .16* .03 .19** .04 -.03 -1.1%

Likeability_H .16* .03 .16* .03 0 0.0%

Product quality_AD .16* .03 .27** .07 -.11 -4.7%

Product quality_AI .16* .03 .27** .07 -.11 -4.7%

Expertise_AI .16* .03 .25** .06 -.09 -3.7%

Expertise_RI -.16* .03 .25** .06 -.09 -3.7%

Assurances_AD .16* .03 .27** .07 -.11 -4.7%

Tangibles_H .15* .02 .15* .02 0 0.0%

Trust_H .15* .02 .15* .02 0 0.0%

Trust_AD .15* .02 .15* .02 0 0.0%

Brand image_RI -.15* .02 .17* .03 -.02 -0.6%

Service quality_RI -.14

Service quality_AD .13

Environ. qual. _AI .13

Norm. Comm. _RI -.13

Assurances_AI .13

Tangibles_AI .12

Page 42: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

35

Likeability_AI .12

Brand image_AD .12

Brand image_AI .12

Likeability_RI -.11

Tangibles_RI .10

Status_AI .10

Expertise_AD .10

Calc. Comm. _RI .09

Price-attr. _AD .09

Loc. Conv. _H -.08

Environ. qual. _RI -.08

Likeability_AD .08

Status_AD .08

Status_RI -.08

Loc. Conv. _RI .07

Calc. Comm. _AI -.06

Price-attr. _H .05

Assurances_RI -.04

Calc. Comm. _H -.03

Price-attr. _RI .02

Loc. Conv. _AI .02

Norm. Comm. _H .02

Norm. Comm. _AD .02

Calc. Comm. _AD -.01

Price-attr. _AI .01

Loc. Conv. _AD .00

** p < .01 (2-tailed)

* p < .05 (2-tailed)

De toegevoegde waarde van deze studie ligt hem voornamelijk in het feit dat zij vier meetmethoden

onderling met elkaar vergelijkt. We hebben dan ook verschillende regressies uitgevoerd met als

onafhankelijke variabelen de verschillende meetmethoden (per KPI) en als afhankelijke variabele

SOW van de hoofdwinkel. Op die manier kunnen we de vier meetmethoden onderling op hun

voorspellende kracht vergelijken. Tabel O geeft een samenvatting weer van de resultaten van de

regressies die we uitgevoerd hebben. Deze regressies werden stepwise uitgevoerd.

Uit tabel O blijkt dat, om SOW te voorspellen, er KPI’s zijn die best op een niet-vergelijkende manier

(Service quality, Environmental quality, Likeability, Product quality, Brand image, Status, Expertise,

Assurances) gemeten worden, en dat er KPI’s zijn die best aan de hand van één (of meerdere)

vergelijkende meetmethoden (Satisfaction, Tangibles, Trust, Affective commitment, Normative

commitment, Interaction quality) gemeten worden. Voor Price-attractiveness, Locational

convenience en Calculative commitment geldt dat geen enkele meetmethode echt geschikt is.

Page 43: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

36

Daarnaast valt ook de grote verklarende waarde van Satisfaction op (R²adj = .15). Deze is toch

beduidend groter dan de R²adj bij de andere KPI’s.

Wanneer er gekeken wordt naar de vergelijkende meetmethoden onderling kan het volgende

opgemerkt worden. Van de drie meetmethoden blijkt dat de absoluut indirecte methode (bij vier

KPI’s) SOW het beste voorspelt, dit in tegenstelling tot de absoluut directe methode (één KPI) en de

indirecte ranking (twee KPI’s). Algemeen kan dus gezegd worden dat de absoluut indirecte methode

in de meerderheid van de gevallen de beste methode is.

Page 44: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

37

4.2.2 Regressie

Tabel O: Stepwise regressie

Afhankelijke variabele: SOW van de hoofdwinkel

KPI Niet-vergelijkend (H) Absoluut Direct Absoluut Indirect Ranking Indirect

β B t Sign. β B t Sign. β B t Sign. β B t Sign. R² R²adj

Satisfaction .58 1.11 5.61 .00 .30 1.34 2.87 .00 .16 .15

Loc. Conv.

Price-attr.

Tangibles .20 .55 2.89 .00 .04 .04

Serv. qual. .19 .32 2.79 .00 .04 .03

Env. Qual. .19 .32 2.8 .00 .04 .03

Likeability .16 .25 2.24 .03 .02 .02

Trust .20 .30 2.85 .00 .04 .03

Affect. Comm. .32 .47 4.86 .00 .11 .10

Calc. Comm.

Norm. Comm. .19 .34 2.73 .00 .04 .03

Interact. Qual. -.22 -.93 -3.19 .00 .05 .04

Prod. Qual. .27 .44 4.01 .00 .07 .07

Brand Image .17 .24 2.47 .01 .03 .03

Status .18 .25 2.60 .01 .03 .03

Expertise .25 .40 3.66 .00 .06 .06

Assurances .27 .47 3.99 .00 .07 .07

Page 45: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

38

5. Conclusies

5.1 Discussie

Het opzet van deze studie was tweevoudig. Ten eerste wouden we, net zoals in vorig

literatuuronderzoek al gedaan is, nagaan welke kritische performantie indicatoren een positieve

relatie vertonen met Share-of-Wallet. Dit is het wat. Ten tweede wouden we nagaan welke manier

van meten de beste is om SOW te voorspellen. Men kan KPI’s meten op een niet-vergelijkende

manier of via meerdere vergelijkende methodes. Deze studie onderzocht welke methode de hoogste

voorspellingskracht heeft ten aanzien van SOW. De uniekheid van deze studie ligt voornamelijk in dit

laatste aspect, het hoe.

Bedrijven spenderen veel geld aan het meten en verbeteren van klantloyaliteit en toch gaat deze in

het algemeen toch sterk achteruit. (Clancy 2001; Bennet en Rundle-Thiele 2005). Dit noemt men de

‘loyaliteitscontradictie’, te wijten aan de toegenomen polygame loyaliteit: ondanks toegenomen

investeringen door bedrijven in het meten en verbeteren van klantloyaliteit gaat de klantloyaliteit

toch achteruit. De vraag die men zich als bedrijf of organisatie vandaag moet stellen is niet meer ‘hoe

de klantretentie verhogen’ maar veeleer ‘welk aandeel van de klant zijn uitgaven wordt uitgegeven

bij mijn bedrijf of organisatie (SOW), en hoe kan ik dit aandeel beïnvloeden/verhogen?’.

Om SOW te kunnen beïnvloeden is het noodzakelijk om te weten welke KPI’s een positieve relatie

hebben met SOW en hoe men deze KPI’s het beste meet. In de meerderheid van de SOW studies

werden de KPI’s op een niet-vergelijkende manier gemeten, waardoor enige vergelijking met de

concurrentie uitgesloten werd. Echter, de beperkingen eigen aan het niet-vergelijkend meten van

KPI’s zorgen ervoor dat SOW slechts in beperkte mate voorspeld kan worden (Verhoef 2003).

Daarom roept men op om dergelijke KPI’s op een vergelijkende manier te meten (Dick en Basu 1994;

Olsen 2002; Mägi 2003). Betere predicties kunnen gemaakt worden op basis van het vergelijkend

meten van attitudes (Van den Putte et al 1996).

Slechts weinig studies hebben KPI’s op een vergelijkende manier gemeten, met uitzondering van

Wind (1970), Bowman en Narayandas (2004), Ahearne et al (2007) en De Keyser en Larivière (2010).

Echter, deze studies hebben nooit meerdere vergelijkende methodes in hun onderzoek gebruikt.

Deze studie is uniek in die zin dat zij vier meetmethoden –één niet-vergelijkende en drie

vergelijkende methodes, onderling met elkaar gaat vergelijken op hun voorspellingskracht ten

aanzien van SOW.

Page 46: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

39

Het eerste deel van de studie was erop gericht na te gaan welke KPI’s een positieve relatie hebben

met SOW. Met uitzondering van drie KPI’s hadden ze allemaal –via minsten één meetmethode, een

positieve relatie met SOW. De belangrijkste zijn Satisfaction en Affective commitment. De drie KPI’s

die niet significant correleerden met SOW zijn Price-attractiveness, Locational convenience en

Calculative commitment.

Het tweede deel van de studie had tot doel te onderzoeken welke meetmethode de beste is, in die

zin dat zij het best SOW voorspelt. Men kan concluderen dat voor sommige KPI’s vergelijkend meten

beter is dan niet-vergelijkend meten. Het gaat om de volgende: Satisfaction, Affective commitment,

Normative committment, Trust, Tangibles en Interaction quality.

Het vergelijkend meten van deze KPI’s zorgt voor een verhoging van de voorspellende waarde ten

aanzien van SOW. Dit wil dus zeggen dat het niet-vergelijkend meten van deze KPI’s, SOW minder

goed voorspelt dan vergelijkend meten. Indien zij op een niet-vergelijkende manier gemeten zouden

worden, zouden zij namelijk minder variantie in SOW verklaren en SOW dus minder goed

voorspellen. Deze KPI’s zouden ondergewaardeerd zijn als voorspellende factor van SOW indien zij

niet-vergelijkend gemeten worden. Door ze vergelijkend te meten wordt hun effect sterker.

Wat de beste (vergelijkende) meetmethode is voor deze KPI’s, hangt af van KPI tot KPI. Algemeen kan

wel gezegd worden dat de absoluut indirecte methode in de meerderheid van de gevallen de beste

methode is. Deze conclusie ligt in de lijn van de ‘Wallet Allocation Rule’ (Keiningham et al, 2011), die

zegt dat het apart meten van KPI’s, zonder een directe vergelijking tussen concurrenten te maken,

voldoende is.

Voor de andere KPI’s (andere dan Satisfaction, Affective commitment, Normative committment,

Trust, Tangibles en Interaction quality) geldt dat zij beter op een niet-vergelijkende manier gemeten

worden.

Opvallend is dat de KPI’s die het best op een vergelijkende manier gemeten worden gekarakteriseerd

worden door het feit dat zij betrekking hebben op de relatie die het bedrijf heeft met de klant. Deze

‘relationele’ KPI’s vallen onder één van de drie paden om marktleiderschap te bereiken (namelijk

customer intimacy) beschreven door Treacy en Wiersema (1993). Zij beschrijven drie ‘value

disciplines’ waardoor bedrijven superieure customer value kunnen creëren: product leadership,

operational excellence en customer intimacy. De bedrijven die het pad van product leadership volgen

streven naar het leveren van state-of-the-art producten en diensten. Operational excellence

daarentegen is gericht op het marktleiderschap op vlak van prijs en gemak. Customer intimacy ten

Page 47: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

40

slotte focust op klantgerichtheid, customization, een lange-termijn relatie met de klant, en

klantloyaliteit.

Er kan opgemerkt worden dat de KPI’s die het best op een vergelijkende manier gemeten worden,

die KPI’s zijn die vallen onder ‘customer intimacy’ (met uitzondering van tangibles). Satisfaction kan

bij elk van de drie ‘value disciplines’ ondergebracht worden. Deze KPI’s kunnen gekarakteriseerd

worden als zijnde relationeel (Palmatier, Dant, Grewal en Evans 2006), en dat is nu net wat customer

intimacy inhoudt.

De andere KPI’s –die vallen onder product leadership en operational excellence kunnen het best op

een niet-vergelijkende manier gemeten worden (met uitzondering van tangibles, en satisfaction dat

onder alle drie de value disciplines valt).

Tabel P: Value disciplines van Treacy en Wiersema

Customer Intimacy Product Leadership Operational Excellence

• Satisfaction • Satisfaction

• Satisfaction

• Trust

• Affective commitment

• Normative

commitment

• Interaction quality

• Tangibles

• Locational convenience

• Service quality

• Environmental quality

• Likeability

• Product quality

• Brand image

• Status

• Expertise

• Assurances

• Price-attractiveness

• Calculative

commitment

5.2 Management- en andere implicaties

Klantloyaliteit wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en

lange-termijn succes. Loyaliteit heeft dan ook de laatste decennia sterk aan interesse gewonnen,

aangezien het zo belangrijk is voor zowel management als academici (Keiningham et al. 2008). De

grote investeringen in klantloyaliteit die door vele bedrijven worden gedaan (Reinartz en Kumar

2002) en de ‘Conference Board 2010 CEO Challenge Survey’ (Barrington 2010) tonen dit aan. Omwille

van het fenomeen van polygame loyaliteit wordt het in deze tijd, waar multi-brand en multi-provider

Page 48: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

41

loyaliteit de nieuwe dominante logica vormen belangrijker om zich te richten op Share-of-Wallet. Het

is dus niet meer voldoende om enkel te gaan kijken naar klantretentie (Coyles en Gokey 2002).

Aangezien er zoveel afhangt van klantloyaliteit is het primordiaal om te weten welke de drijvers van

SOW precies zijn -de zogenaamde kritische performantie indicatoren, en wat de beste manier is om

deze KPI’s te meten, in die zin dat zij SOW het best voorspellen.

De Keyser en Larivière (2010) toonden reeds aan dat er heel wat KPI’s zijn die SOW voorspellen. Deze

studie heeft echter nog meer KPI’s in het onderzoek betrokken (onder andere enkele SERVQUAL

dimensies) die een positieve relatie hebben met SOW. Op die manier wordt het voor bedrijven

mogelijk om SOW nog beter te voorspellen.

Vorige loyaliteitstudies beperkten zich tot het niet-vergelijkend meten van KPI’s. Dit is dus zonder

enige vorm van concurrentie in rekening te brengen. Echter, het op die manier meten heeft

verschillende beperkingen waardoor het niet-vergelijkend meten van KPI’s, SOW slechts in beperkte

mate voorspelt (Verhoef 2003). Studies die wel vergelijkend meten van KPI’s in hun onderzoek

betrokken hebben zijn de volgende: Wind (1970), Bowman en Narayandas (2004), Ahearne et al.

(2007), De Keyser en Larivière (2010). Deze studies maken weliswaar gebruik van vergelijkend meten

maar zij beperken zich slechts tot één methode. Deze studie vergelijkt vier meetmethoden onderling

met elkaar.

Dit onderzoek toont aan dat het voor bepaalde KPI’s beter is om ze vergelijkend te meten:

Satisfaction, Affective commitment, Normative committment, Trust, Tangibles en Interaction quality.

De traditionele vragenlijsten, waar deze KPI’s op een niet-vergelijkende manier bevraagd worden

voorspellen wel een deel van SOW. Echter, hun effect wordt onderschat door ze niet-vergelijkend te

meten waardoor hun invloed wellicht als kleiner wordt beschouwd. Daarenboven blijkt dat er voor

deze KPI’s een verschil is in wat nu de beste manier van vergelijkend meten is. Algemeen kan men

zeggen dat de absoluut indirecte methode de beste is. Dit bevestigt aldus de opbouwmethode van de

‘Wallet Allocation Rule’ (Keiningham et al 2011), namelijk dat het apart meten van KPI’s, zonder een

directe vergelijking tussen concurrenten te maken, voldoende is.

Satisfaction is één van de meest gemeten KPI’s, zowel in de literatuur als in het loyaliteitsonderzoek

van vele bedrijven. Het niet-vergelijkend meten van deze KPI heeft grote gevolgen. Ten eerste zorgt

het niet-vergelijkend meten van klanttevredenheid voor een onderschatting van de voorspellende

kracht ten aanzien van SOW, in tegenstelling tot het vergelijkend meten van klanttevredenheid. Op

die manier kan SOW minder goed voorspeld worden. Ook de verloning van management, die dikwijls

Page 49: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

42

deels gebaseerd is op tevredenheidscores van klanten kan op die manier preciezer bepaald worden.

De bevindingen van deze studie hebben dus een belangrijke praktische impact.

Het is dus nodig om de traditionele vragenlijsten aan te passen in die zin dat de juiste vergelijkende

meetmethodes voor welbepaalde KPI’s geïntroduceerd moeten worden. Dit zorgt ervoor dat

managers SOW beter kunnen voorspellen wat een betere inschatting van de waarde van de klanten

mogelijk maakt. Ook zogenaamde national customer satisfaction indexen zullen op die manier

preciezer ingeschat kunnen worden. Daarenboven zal de verloning van managers, die vaak

gebaseerd is op klanttevredenheidscores in de balanced scorecard, accurater en meer realistisch

kunnen gebeuren.

Ook voor verder academisch SOW-onderzoek heeft deze studie gevolgen. Zo moet men in de

toekomst de verschillende vergelijkende maatstaven in gedachten houden.

5.3 Beperkingen en toekomstig onderzoek

Ondanks de grote bijdrage van dit onderzoek voor de loyaliteitsliteratuur zijn er toch een aantal

beperkingen eigen aan deze studie waarmee rekening gehouden moet worden.

Ten eerste beperkt deze studie zich tot slechts één industrie, namelijk tot die van de kledijwinkels.

Dit zorgt ervoor dat de veralgemeenbaarheid van de bevindingen beperkt is. Beter zou het zijn om

meerdere sectoren in de analyse te betrekken. Daarnaast bestond onze steekproef uit een

homogene groep economiestudenten van ongeveer dezelfde leeftijd. Ook dit beperkt de

veralgemeenbaarheid. Een meer heterogene steekproef zou deze beperking al voor een groot deel

opheffen.

Ten tweede had de steekproef van dit onderzoek een omvang van slechts 216 respondenten. Een

grotere steekproef zou de impact van mogelijke fouten verminderen en zou meer significante

resultaten kunnen opleveren.

Ten derde zou het goed zijn om dit onderzoek op een longitudinale basis te voeren. Op die manier

kunnen respondenten meermaals bevraagd worden doorheen een bepaalde periode. Zo kan

geobserveerd worden of veranderingen in KPI’s leiden tot veranderingen in SOW. Wij beperkten ons

echter tot cross-sectionele data.

Ten vierde is het nuttig om nog andere meetmethoden in het onderzoek te betrekken. Zo is het

mogelijk om KPI’s aan de hand van directe ranking op te meten. Omwille van de al lange enquête die

wij voor dit onderzoek gebruikt hebben, hebben we dit niet in de vragenlijst geïncorporeerd.

Page 50: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

43

Ten slotte hebben we ons in deze studie beperkt tot het vergelijkend meten van slechts twee

providers, namelijk de hoofdwinkel en de tweede winkel. In de toekomst kan dit nog verder

uitgediept worden door nog meer providers in de analyse te betrekken.

Page 51: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

44

6. Referenties

Ahearne Michael, Ronald Jelinek en Eli Jones (2007), “Examining the effect of salesperson service

behavior in a competitive context”, Journal of the Academy of Marketing Science, 35(4), 603-616

Ahearne Michael, Thomas W.Gruen en Cheryl Bruke Javis (1999), “If looks could sell: Moderation

and mediation of the attractiveness effect on salesperson performance”, International Journal of

Research in Marketing, 16(4), 269-284

Ailawadi Kusum L., Koen Pauwels en Jan-Benedict E.M. Steenkamp (2008), “Private-Label Use and

Store Loyalty”, Journal of Marketing, 72(6), 19-30

Anderson, James C. en James A. Narrus (1990), “A Model of Distributor Firm and Manufacturer Firm

Working Relationships”, Journal of Marketing, 54(1), 42-58

Babakus Emin en Ugur Yavas (2008), “Does customer sex influence the relationship between

perceived quality and share of wallet?”, Journal of Business Research, 61 (9), 974-981

Babin Barry J. en Jill S. Attaway (2000), “Atmospheric Affect as a Tool for Creating Value and Gaining

Share of Customer”, Journal of business research, 49(2), 91-99

Barnard Neil R. en Andrew S.C. Ehrenberg (1990), “Robust Measures of Consumer Brand Beliefs”,

Journal of Marketing Research, 27(4), 477-484

Barrington, L. (2010). CEO Challenge 2010: Top 10 Challenges (No. Research Report No. R-1461-10-

RR). New York (February).

Baumann, Chris, Suzan Burton, en Greg Elliott (2005), “Determinants of Customer Loyalty and Share

of Wallet in Retail Banking,” Journal of Financial Services Marketing, 9 (3), 231–248.

Bennet, Rebekah en Sharyn Rundle-Thiele (2005), “The Brand Loyalty Life Cycle: Implications for

Marketers”, Journal of Brand Management, 12(4), 250-263

Berman, B. (2006). Developing an Effective Customer Loyalty Program. California Management

Review, 49(1), 123-148.

Bowman Douglas en Das Narayandas (2001), “Managing Customer-Initiated Contacts with

Manufacturers: The Impact on Share of Category Requirements and Worth-of-Mouth Behavior”,

Journal of Marketing Research, 38(3), 281-297

Bowman en Das Narayandas (2004), “Linking Customer Management Effort to Customer

Profitability in Business Markets,” Journal of Marketing Research, 41 (November), 433- 447.

Bowman, D., Farley, J. U., en Schmittlein, D. C. (2000). “Cross-national empirical generalization in

business services buying behavior” Journal of International Business Studies, 31(4), 667−685.

Page 52: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

45

Brexendorf Tim Oliver, Silke Mühlmeier, Torsten Tomczak, Martin Eisend (2010), “The impact of

sales encounters on brand loyalty”, Journal of Business Research, 63, 1148-1155

Brody, R. P., & Cunningham, S. M. (1968). “Personality variables and the consumer decision process”

Journal of Marketing Research, 5(1), 50−57.

Chaiken, Shelly en Charles Stangor (1987), “Attitudes and Attitude Change”, Annual Review of

Psychologie, 38, 575-630

Clancy, K.J. (2001), “Save America’s dying brands”,

Marketing Management, 10, 36-44.

Cooil Bruce, Timothy L. Keiningham, Lerzan Aksoy en Michael Hsu (2007), “A Longitudinal Analysis of

Customer Satisfaction and Share of Wallet: Investigating the Moderating Effect of Customer

Characteristics”, Journal of Marketing, 71(1), 67-83

Coyles, Stephanie en Tim C. Gokey (2002), “Customer retention is not enough”, The Mckinsey

Quarterly, 2, 81-99

Cunningham RM (1956) “Brand loyalty—what, where, how much”, Harvard Business Review, 39,

116–138

Cunningham, R.M. (1961), “Customer Loyalty to Store and Brand,” Harvard Business Review, 39(6),

127-137.

Dagger, Sweeney, Johnson (2007), "A Hierachical Model of Health Service Quality: Scale

Development and Investigation of an Integrated Model", Journal of Service Research, 10(2), 123-142

De Keyser Arne en Larivière Bart (2010), Comparative Customer Satisfaction and Share-of-Wallet,

working paper

De Pelsmacker Patrick, Maggie Geuens en Joeri Van Den Bergh, Marketing Communications:

A European Perspective, Financial Times Prentice Hall, 14-jul.-2010

De Pelsmacker, Patrick en Patrick Van Kenhove (2007), “Marktonderzoek: methoden en

toepassingen”, Pearson Education Benelux, Amsterdam, 2de editie, p.200

De Wulf, Kristof, Gaby Odekerken-Schröder, and Dawn Iacobucci (2001), “Investments in

Consumer Relationships: A cross-country and cross-industry exploration,” Journal of Marketing, 65

(October), 33-50.

Dick Alan S. en Kunal Basu (1994), “Customer Loyalty: Toward an Integrated Conceptual

Framework”, Journal of the Academy of Marketing Science, 22(2), 99-113

Droge, Cornelia (1989), "Shaping the Route to Attitude Change: Central versus Peripheral Processing

through Comparative versus Non-comparative Advertising," Journal of Marketing Research, 26

(May), 193-204.

Page 53: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

46

East Robert, Harris Patricia, Gill Wilson en Wendy Lomax (1995), “Loyalty to supermarkets”, The

international Review of Detail, Distribution and Consumer Research, 5(1), 99-109

East Robert, Harris Patricia, Gill Wilson en Wendy Lomax (2000), “First-store loyalty and retention”,

Journal of Marketing Management, 16(4), 302-325

East Robert, Harris Patricia, Wendy Lomax, Gill Wilson en Kathy Hammond (1998), “Customer

Defection from Supermarkets”, Advances in Consumer Research, 25(1), 507-512

Enis Ben M. en Paul Gordon W. (1970), “ “Store loyalty” as a Basis for Market Segmentation”,

Journal of Retailing, 46(3), 42-56

Fazio, Russel H. en Mark Zanna (1977), “On the Predictive Validity of Attitudes: The Roles of Direct

Experience and Confidence”, Journal of Personality, 46 (december-maart), 228-43

Fazio, Russel H. en Mark Zanna (1981), “Direct Experience and Attitude Behavior Consistency”,

Advances in Experimental Social Psychology, 14, 161-202

Griffin, Abbie, Greg Gleason, Rick Preiss, Dave Shevenaugh. (1995), “Best practice for customer

satisfaction in manufacturing firms.” Sloan Management Review (Winter), 87–98.

Gustafsson, Anders, Michael D. Johnson en Inger Roos (2005), “The Effects of Customer Satisfaction,

Relationship Commitment Dimensions, and Triggers on Customer Retention”, Journal of Marketing,

68 (oktober), 210-218

Hallowell R. (1996), The relationship of customer satisfaction, customer loyalty, and profitability: an

empirical study, International Journal of Service Industry management, 7 (4), 27–42

Ittner, C., D. Larcker, and M. Rajan. 1997 “The choice of performance measures in annual bonus

contracts”, The Accounting Review, 72 (2), 231-255.

Jones, Fox, Taylor, Fabrigar (2007), "Service Customer Commitment and Response", Journal of

Services Marketing, 24(1), 16 - 28

Jones, Thomas O. en W. Earl Sasser Jr. (1995), “Why Satisfied Customers Defect,” Harvard Business

Review, 73 (November-December), 88-99

Keiningham Timothy L., Aksoy Lerzan, Bruce Cooil en Tor Wallin Andreassen (2008), “Linking

Customer Loyalty to Growth, Mit Sloan Management Review, 49(4), 50-58

Keiningham Timothy L., Aksoy Lerzan, Bruce Cooil, Tor Wallin Andreassen en Jay Weiner (2007),

“The value of different customer satisfaction and loyalty metrics in predicting customer retention,

recommendation, and share-of-wallet”, Managing Service Quality, 17(4), 361-384

Page 54: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

47

Keiningham Timothy L., Lerzan Aksoy, Alexander Buoye, en Bruce Cooil, Grow Your Share with the

Wallet Allocation Rule (2011), Harvard Business Review, oktober, , 89(10), 29-31

Keiningham Timothy L., Terry G. Vavra, Lerzan Aksoy and Henri Wallard (2005a), “Loyalty Myths:

Hyped Strategies That Will Put You Out of Business — And Proven Tactics That Really Work”,

Soundview Executive Book Summaries, 28(3), (3 parts), Part 3

Keiningham Timothy L., Tiffany Perkins-Munn en Heather Evans (2003), “The Impact of Customer

Satisfaction on Share-of-Wallet in a Business-to-Business Environment”, Journal of Service Research,

6(1), 37-50

Keiningham Timothy L., Tiffany Perkins-Munn, Lerzan Aksoy en Demitry Estrin (2005b), “Does

customer satisfaction lead to profitability? The mediating role of share-of-wallet”, Managing Service

Quality, 15(2), 172-181

Kelly, Stephen James (2004), “Measuring Attitudinal Commitment in Business-to-Business

Channels,” Marketing Intelligence & Planning, 22(6/7), 636-651

Kenneth Teas & Agarwal (2000), "The effects of extrinsic product cues on consumers' perceptions of

quality, sacrifice, and value", Journal of the Academy of Marketing Science, 28(2), 278-290

Larivière Bart (2008), “Linking Perceptual and Behavioral Customer Metrics to Multiperiod Customer

Profitability: a Comprehensive Service-Profit Chain Application”, Journal of Service Research, 11(3),

3-21

Larivière Bart, Bruce Cooil, Lerzan Aksoy en Timothy Keiningham (2011), “Does satisfaction matter

more if a multichannel customer is also a multicompany customer?”, Journal of Service

Management, 22(1), 39-66

Larivière Bart, Timothy L. Keiningham, Bruce Cooil en Lerzan Aksoy (2012), “A Longitudinal Analysis

of Customer Satisfaction, Relationship Commitment Dimensions, and Triggers on Share of Wallet”,

Working Paper

Leenheer et al. (2007),"Do loyalty programs really enhance behavioral loyalty? An empirical analysis

accounting for self-selecting members", International Journal of Research in Marketing, 24 (1), 31-47

Lutz, Richard J. (1984), “Affective and Cognitive Antecedents of Attitude towards the Ad: A

Conceptual Framework”, in Psychological Processes and Advertising Effects: Theory, Research and

Application, 45-63

Macintosh Gerrard en Lawrence S. Lockshin (1997), “Retail relationships and store loyalty: a multi-

level perspective”, International Journal of Research in Marketing, 14(5), 487-497

Mägi, Anne W. (2003), “Share of Wallet in Retailing: The Effects of Customer Satisfaction,

Loyalty Cards and Shopper Characteristics,” Journal of Retailing, 79 (2), 97–106

Mittal, Vikas and Wagner Kamakura (2001), “Satisfaction, Repurchase Intent, and Repurchase

Behavior: Investigating the Moderating Effect of Customer Characteristics,” Journal of Marketing

Research, 38 (February), 131–42

Morgan A. Neil en Rego Leotte Lopo (2006), “The Value of Different Customer Satisfaction and

Loyalty Metric in Predicting Business Performance”, Marketing Science 25(5), pp. 426–439

Page 55: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

48

Morgan, Neil A., Eugene W. Anderson, Vikas Mittal (2005), “Understanding firm’s customer

satisfaction information usage”. Journal of Marketing, 69(3) 131–151.

Olsen Svein Ottar (2002), “Comparative Evaluation and the Relationship between Quality,

Satisfaction and Repurchase Loyalty”, Journal of the Academy of Marketing Science, 30(3), 240-249

Palmatier Robert W., Cheryl Burke Jarvis, Jennifer R. Bechkoff en Frank R. Kardes (2009), “The role of

customer gratitude in relationship marketing”, Journal of Marketing, 73(5), 1-18

Palmatier Robert W., Rajiv P. Dant, Druvh Grewal en Kenneth R. Evans (2006), “Factors Influencing

the Effectiveness of Relationship Marketing: A Meta-Analysis”, Journal of Marketing, 70(4), 136-153

Parasuraman A., Zeithaml V.A. en Berry L.L. (1988), “SERCQUAL: A Multiple-Item Scale for Measuring

Consumer Perceptions of Service Quality”, Journal of Retailing, 64(1), 12-40

Perkins-Munn Tiffany, Lerzan Aksoy, Timothy L. Keiningham en Dimitry Estrin (2005), “Actual

Purchase as a Proxy for Share of Wallet”, Journal of Service Research, 7(3), 245-256

Petty, Richard E. and John T. Gacioppo (1986),”The Elaboration Likelihood Model of Persuasion”,

Advances in Experimental Social Psychology, 19

Reinartz Werner en Kumar V. (2002), “The Mismanegement of Customer Loyalty”, Harvard Business

Review, juli, 86-94

Rowley, J. & Dawes, J. (1999). Customer loyalty – a relevant concept for libraries? Library

Management, 20(6), 345-351.

Rundle-Thiele, S. and Mackay, M.M. (2001), “Assessing the performance of brand loyalty

measures”, Journal of Services Marketing, 15(6/7), 529-45

Rust, Roland T., Katherine N. Lemon, en Valarie A. Zeithaml (2004), “Return on Marketing: Using

Customer Equity to Focus Marketing Strategy”, Journal of Marketing, 68 (January), 109-127

Silvestro, Rhian and Stuart Cross (2000), “Applying the Service Profit Chain in a Retail

Environment,” International Journal of Service Industry Management, 11 (3), 244–68.

Smith, Robert E. en William Swinyard (1983), “Attitude-Behavior Consistency: The Impact of Product

Trial Versus Advertising”, Journal of Marketing Research, 20 (augustus), 257-67

Teas Kenneth R. en Agarwal Sanjeev (2000), “The Effects of Extrinsic Cues on Consumers’ Percetions

of Quality, Sacrifice, and Value”, Journal of the Academy of Marketing Science 28(2), 278-290

Treacy, M., & Wiersema, F. (1993), “Customer intimacy and other value disciplines”,

Harvard Business Review, 71(1), 84−93.

Page 56: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

49

Uncles, Mark D., Andrew Ehrenberg, en Kathy Hammond (1995), “Patterns of Buyer Behavior:

Regulatories, Models, and Extensions (in Stochastic Choice Phenomena)”, MarketingScience, 14(3),

71-78

Uncles, Mark D., Grahame R. Dowling, en Kathy Hammond (2003), “Customer Loyalty en Customer

Loyalty Programs”, Journal of Consumer Marketing, 20(4), 294-316

Van den Putte, Bas, J. Hoogstraten en R. Meertens (1996), “A comparison of behavioral alternative

models in the context of the theory of reasoned actions”, British Journal of Social Psychology, 35,

257-266

Van Doorn Jenny en Peter C. Verhoef (2007), “Critical Incidents and the Impact of Satisfaction on

Customer Share”, Journal of Marketing, 72(4), 123-142

Verhoef, Peter C. (2003), “Understanding the Effects of Customer Relationship Management

Efforts on Customer Retention and Customer Share Development,” Journal of Marketing, 67 (4), 30-45.

Wind Yoram (1970), “Industrial source loyalty”, Journal of Marketing Research, 7(4), 450-457

Wirtz Jochen, Anna S. Matilla en May Oo Lwin (2007), “How effective are Loyalty Reward Programs

in Driving Share of Wallet?”, Journal of Service Research, 9(4), 327-334

Zabin, Jeff and Gresh Brebach (2004), “The New Rules for Attracting, Retaining, and Leveraging

Profitable Customers”, Hoboken, NJ: John Wiley & Sons.

Page 57: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

I

Bijlages

Inhoudstafel bijlage

1. Apendix A:. Perceptual measures.................................................................................................... II

2. Apendix B. Vragenlijst..................................................................................................................... VI

Page 58: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

II

1. Apendix A:. Perceptual measures

Satisfaction

Nie

t-ve

rg

In het algemeen, hoe tevreden bent u over uw

hoofdwinkel?1

Gustafsson,

Johnson and

Roos (2005) In welke mate voldoet uw hoofdwinkel aan uw

voorafgaande verwachtingen? 2

In welke mate benadert uw hoofdwinkel uw ideale,

perfecte winkel?3 V

erg

In het algemeen, hoe tevreden bent u over uw

hoofdwinkel in vergelijking met uw tweede winkel?4

In welke mate voldoet uw hoofdwinkel veel minder/veel

meer aan uw voorafgaande verwachtingen in vergelijking

met uw tweede winkel?5

In welke mate benadert uw hoofdwinkel veel minder/veel

beter uw ideale, perfecte winkel in vergelijking met uw

tweede winkel?6

Locational

convenience

Nie

t-ve

rg De ligging van de filialen van mijn hoofdwinkel ten

opzichte van mijn woonplaats (thuisadres)1

Larivière (2008)

De ligging van de filialen van mijn hoofdwinkel ten

opzichte van mijn kot (indien van toepassing) 1

De bereikbaarheid van de filialen van mijn hoofdwinkel1

Ve

rg

9de ligging van de filialen van mijn hoofdwinkel ten

opzichte van mijn woonplaats (thuisadres) 7

9de ligging van de filialen van mijn hoofdwinkel ten

opzichte van mijn kot (indien van toepassing) 7 9de bereikbaarheid van de filialen van mijn hoofdwinkel7

Price-

attractiveness

Nie

t-

verg

De prijzen van de kledij in mijn hoofdwinkel1 Leenheer et al.

(2007) De speciale aanbiedingen (solden, eenmalige kortingen,

acties) in mijn hoofdwinkel1

Ve

rg 9de prijzen van de kledij in mijn hoofdwinkel7

9de speciale aanbiedingen (solden, eenmalige kortingen,

acties) in mijn hoofdwinkel7

Tangibles

Nie

t-

verg

Het aantal kassa's in mijn hoofdwinkel1 Larivière (2008)

De openingsuren van mijn hoofdwinkel1

Ve

rg 9het aantal kassa's in mijn hoofdwinkel7

9de openingsuren van mijn hoofdwinkel7

Service quality Nie

t-ve

rg De dienstverlening in mijn hoofdwinkel is uitstekend8 Larivière (2008)

De dienstverlening in mijn hoofdwinkel is uitgebreid8

De dienstverlening van mijn hoofdwinkel is van hoge

kwaliteit8

Ve

rg 10De dienstverlening van de winkel is uitstekend5

10De dienstverlening van de winkel is uitgebreid5 10De dienstverlening van de winkel is van hoge kwaliteit5

Page 59: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

III

Environmental

quality N

iet-

verg

Ik ben van mening dat de winkelruimte (rekken,

pashokjes, bewegingsruimte, etc.) van mijn hoofdwinkel

uitstekend is8

Dagger,

Sweeney,

Johnson (2007)

Ik ben onder de indruk van de kwaliteit van de

winkelruimte (rekken, pashokjes, bewegingsruimte, etc.)

van mijn hoofdwinkel8

De winkelruimte (rekken, pashokjes, bewegingsruimte,

etc.) van mijn hoofdwinkel is van hoge kwaliteit8 V

erg

10Ik ben van mening dat de winkelruimte (rekken,

pashokjes, bewegingsruimte, etc.) uitstekend is5 10Ik ben onder de indruk van de kwaliteit van de

winkelruimte (rekken, pashokjes, bewegingsruimte, etc.) 5 10De winkelruimte (rekken, pashokjes, bewegingsruimte,

etc.) is van hoge kwaliteit5

Likeability NV Het is aangenaam winkelen in mijn hoofdwinkel8 Arne De Keyser

V 10Het is aangenaam winkelen in de hoofdwinkel5

Trust

Nie

t-

verg

Mijn hoofdwinkel geeft me een gevoel van vertrouwen8 De Wulf,

Odekerken-

Schröder,

Iacobbuci

(2001)

Ik heb vertrouwen in mijn hoofdwinkel8

Mijn hoofdwinkel geeft me een betrouwbare indruk8

Ve

rg 10De winkel geeft me een gevoel van vertrouwen5

10Ik heb vertrouwen in de winkel5 10De winkel geeft me een betrouwbare indruk5

Affective

commitment

Nie

t-ve

rg Mijn hoofdwinkel heeft een grote persoonlijke betekenis

voor mij8

Jones, Fox,

Taylor, Fabrigar

(2007) Ik zou heel blij zijn om de rest van mijn leven klant te zijn

bij mijn hoofdwinkel8

Ik voel een sterke band met mijn hoofdwinkel8

Ve

rg

De winkel heeft een grote persoonlijke betekenis voor

mij5 10Ik zou heel blij zijn om de rest van mijn leven klant te

zijn bij de winkel5 10Ik voel een sterke band met de winkel5

Calculative

commitment

Nie

t-ve

rg Het is financieel gezien interessant om klant te zijn bij

mijn hoofdwinkel8

Gustafsson,

Johnson en

Roos (2005) Ik zou een financieel nadeel ondervinden als de relatie

met mijn hoofdwinkel zou eindigen8

Ve

rg

10Het is financieel gezien interessant om klant te zijn bij de

winkel5 10Ik zou een financieel nadeel ondervinden als de relatie

met de winkel zou eindigen5

Page 60: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

IV

Normative

commitment

Nie

t-ve

rg

Mijn band met mijn hoofdwinkel is voornamelijk

gebaseerd op onze gelijkheid van waarden (bv. Hip en

trendy, milieubewust) 8

Kelly, Stephen

James (2004)

Waar mijn winkel voor staat (bv. Hip en trendy,

milieubewust), is belangrijk voor mij8

De reden waarom ik mijn hoofdwinkel verkies boven

anderen, is hetgeen waarvoor de winkel staat8 V

erg

10Mijn band met de winkel is voornamelijk gebaseerd op

onze gelijkheid van waarden (bv. Hip en trendy,

milieubewust) 5 10Waar de winkel voor staat (bv. Hip en trendy,

milieubewust), is belangrijk voor mij5 10De reden waarom ik de winkel verkies boven anderen, is

hetgeen waarvoor de winkel staat5

Interaction

quality

Nie

t-ve

rg

De kwaliteit van de interactie met het personeel (hulp bij

het passen, vriendelijkheid, etc.) van mijn hoofdwinkel is

van een hoog niveau8

Dagger,

Sweeney,

Johnson (2007)

De interactie die ik heb met het personeel van mijn

hoofdwinkel is uitstekend8

Ik voel me goed over de interactie die ik heb met het

personeel van mijn hoofdwinkel8

Ve

rg

10De kwaliteit van de interactie met het personeel (hulp

bij het passen, vriendelijkheid, etc.) van de winkel is van

een hoog niveau5 10De interactie die ik heb met het personeel van de winkel

is uitstekend5 10Ik voel me goed over de interactie die ik heb met het

personeel van de winkel5

Product quality

Nie

t-ve

rg De kledij verkocht door mijn hoofdwinkel is van goeie

kwaliteit8

Teas, R.

Kenneth en

Sanjee Agarwal

(2000)

De kledij verkocht door mijn hoofdwinkel is duurzaam

(gaat lang mee) 8

De kledij verkocht door mijn hoofdwinkel is betrouwbaar8

Ve

rg

10De kledij verkocht door de winkel is van goeie kwaliteit5 10De kledij verkocht door de winkel is duurzaam (gaat lang

mee) 5 10De kledij verkocht door de winkel is betrouwbaar5

Brand image

NV De merken die mijn hoofdwinkel verkoopt hebben een

hoogstaand imago8

V 10De merken die de winkel verkoopt hebben een

hoogstaand imago5

Status

Nie

t-

verg

Mijn hoofdwinkel is een prestigieuze, hoog

aangeschreven winkel8

Kenneth Teas

en Agarwal

(2000) Mijn hoofdwinkel is een hoge kwaliteit-winkel8

Ve

rg 10De winkel is een prestigieuze, hoog aangeschreven

winkel5 10De winkel is een hoge kwaliteit-winkel5

Page 61: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

V

Expertise

Nie

t-ve

rg Het personeel van mijn hoofdwinkel is goed opgeleid en

gekwalificeerd8

Larivière 2011

Het personeel van mijn hoofdwinkel heeft een goede

kennis van het productassortiment8

Ve

rg

10Het personeel van de winkel is goed opgeleid en

gekwalificeerd5 10Het personeel van de winkel heeft een goede kennis van

het productassortiment5

Assurances

Nie

t-ve

rg De wachttijden (bediening, passen, afrekenen) in mijn

hoofdwinkel zijn over het algemeen beperkt tot een

minimum8

Larivière 2011

De afrekening/betaling in mijn hoofdwinkel gebeurt altijd

op een correcte, foutloze manier8

Ve

rg

10De wachttijden (bediening, passen, afrekenen) in de

winkel zijn over het algemeen beperkt tot een minimum5 10De afrekening/betaling in de winkel gebeurt altijd op

een correcte, foutloze manier5

1 gaat van 1: helemaal ontevreden tot 7: helemaal tevreden

6 gaat van -3: veel minder tot +3: veel beter

2 gaat van 1: voldoet veel minder tot 7: voldoet veel meer

7 gaat van -3: veel slechter tot +3: veel beter

3 gaat van 1: ver verwijderd tot 7: vrij dicht 8 gaat van 1: helemaal niet akkoord tot 7 helemaal akkoord

4 gaat van -3: helemaal ontevreden tot +3: helemaal tevreden 9 In het algemeen, als u uw hoofdwinkel VERGELIJKT met uw

tweede winkel, in welke mate bent u VEEL MINDER/VEEL

MEER tevreden over...?

5 gaat van -3: voldoet veel minder tot +3: voldoet veel meer 10 In welke mate voldoet uw hoofdwinkel MINDER/MEER

aan deze stellingen ten opzichte van uw tweede winkel?

Alles met betrekking tot de hoofdwinkel heeft ook betrekking op de tweede winkel

Page 62: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

VI

2. Apendix B. Vragenlijst

Page 63: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

VII

1. Gelieve aan te kruisen bij welke van de volgende kledingswinkels u geregeld kledij aankoopt voor

uzelf (aankopen die gebeuren samen met de ouders of betaald door ouders tellen ook mee) (u mag

meerdere opties aankruisen) (Kledij = EXCLUSIEF SCHOENEN)

Brooklyn Paleis

C&A Pimkie

Celio River Woods

E5-Mode S. Oliver

Esprit

Springfield

Hampton Bays Street One

H&M

Superdry

Galeria Inno Talking French

Jack&Jones Tommy Hilfiger

JBC UrbanOutfitters

Levi’s Vero Moda

Lola&Liza

WE

Massimo Dutti Zara

Mexx Zeb

New Look Overige (specifieer):

2. Welke van deze winkels beschouwt u als uw hoofdwinkel (winkel waar u het meeste kledij

aankoopt). (GELIEVE SLECHTS 1 winkel TE NOTEREN)

HOOFDWINKEL = ______________________________________

3. Welke van deze winkels beschouwt u als uw tweede winkel (winkel waar u het 2e meeste kledij

koopt). (GELIEVE SLECHTS 1 WINKEL TE NOTEREN)

TWEEDE WINKEL =_____________________________________

4. Volgende vragen peilen naar uw tevredenheid en algemene waarnemingen t.o.v. uw

HOOFDWINKEL

Helemaal

ontevreden

Helemaal

tevreden

4.1. In het algemeen, hoe tevreden bent u over uw

hoofdwinkel?

1 2 3 4 5 6 7

Voldoet veel

minder

Voldoet

veel meer

4.2 In welke mate voldoet uw hoofdwinkel aan uw

voorafgaande verwachtingen? 1 2 3 4 5 6 7

Ver

verwijderd Vrij dicht

4.3 In welke mate benadert uw hoofdwinkel uw ideale,

perfecte winkel? 1 2 3 4 5 6 7

Page 64: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

VIII

4.4. In het algemeen, hoe tevreden ben u over … ?

Helemaal

ontevreden

Helemaal

tevreden

de ligging van de filialen van mijn hoofdwinkel ten

opzichte van mijn woonplaats (thuisadres) 1 2 3 4 5 6 7

de ligging van de filialen van mijn hoofdwinkel ten

opzichte van mijn kot (indien van toepassing) 1 2 3 4 5 6 7

de bereikbaarheid van de filialen van mijn hoofdwinkel 1 2 3 4 5 6 7

de prijzen van de kledij in mijn hoofdwinkel 1 2 3 4 5 6 7

de speciale aanbiedingen (solden, eenmalige kortingen,

acties) in mijn hoofdwinkel 1 2 3 4 5 6 7

het aantal kassa’s in mijn hoofdwinkel 1 2 3 4 5 6 7

de openingsuren van mijn hoofdwinkel 1 2 3 4 5 6 7

4.5 In welke mate bent u akkoord met volgende stellingen?

Helemaal

niet akkoord

Helemaal

akkoord

De dienstverlening in mijn hoofdwinkel is uitstekend 1 2 3 4 5 6 7

De dienstverlening in mijn hoofdwinkel is uitgebreid 1 2 3 4 5 6 7

De dienstverlening van mijn hoofdwinkel is van hoge

kwaliteit 1 2 3 4 5 6 7

Ik ben van mening dat de winkelruimte (rekken,

pashokjes, bewegingsruimte, etc.) van mijn

hoofdwinkel uitstekend is

1 2 3 4 5 6 7

Ik ben onder de indruk van de kwaliteit van de

winkelruimte (rekken, pashokjes, bewegingsruimte,

etc.) van mijn hoofdwinkel

1 2 3 4 5 6 7

De winkelruimte (rekken, pashokjes, bewegingsruimte,

etc.) van mijn hoofdwinkel is van hoge kwaliteit 1 2 3 4 5 6 7

Het is aangenaam winkelen in mijn hoofdwinkel 1 2 3 4 5 6 7

Mijn hoofdwinkel geeft me een gevoel van vertrouwen 1 2 3 4 5 6 7

Ik heb vertrouwen in mijn hoofdwinkel 1 2 3 4 5 6 7

Mijn hoofdwinkel geeft me een betrouwbare indruk 1 2 3 4 5 6 7

4.6 In welke mate bent u akkoord met volgende stellingen?

Helemaal

niet akkoord

Helemaal

akkoord

Mijn hoofdwinkel heeft een grote persoonlijke

betekenis voor mij 1 2 3 4 5 6 7

Ik zou heel blij zijn om de rest van mijn leven klant te

zijn bij mijn hoofdwinkel 1 2 3 4 5 6 7

Ik voel een sterke band met mijn hoofdwinkel 1 2 3 4 5 6 7

Het is financieel gezien interessant om klant te zijn bij

mijn hoofdwinkel 1 2 3 4 5 6 7

Ik zou een financieel nadeel ondervinden als de relatie

met mijn hoofdwinkel zou eindigen 1 2 3 4 5 6 7

In het algemeen heeft mijn hoofdwinkel een goede

reputatie 1 2 3 4 5 6 7

Mijn hoofdwinkel komt goed over in de media (tv,

krant, online sociale media, etc.) 1 2 3 4 5 6 7

Mijn hoofdwinkel is een sterke speler in de markt van

kledijwinkels 1 2 3 4 5 6 7

Gelieve uw hoofdwinkel nogmaals te noteren: _____________________

Page 65: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

IX

Mijn band met mijn hoofdwinkel is voornamelijk

gebaseerd op onze gelijkheid van waarden (bv. hip en

trendy, milieubewust)

1 2 3 4 5 6 7

Waar mijn hoofdwinkel voor staat (bv. hip en trendy,

milieubewust), is belangrijk voor mij 1 2 3 4 5 6 7

Helemaal

niet akkoord

Helemaal

akkoord

De reden waarom ik mijn hoofdwinkel verkies t.o.v.

anderen, is hetgeen waarvoor de winkel staat 1 2 3 4 5 6 7

De kwaliteit van de interactie met het personeel (hulp

bij het passen, vriendelijkheid, snelheid, etc.) van mijn

hoofdwinkel is van een hoog niveau

1 2 3 4 5 6 7

De interactie die ik heb met het personeel van mijn

hoofdwinkel is uitstekend 1 2 3 4 5 6 7

Ik voel me goed over de interactie die ik heb met het

personeel van mijn hoofdwinkel 1 2 3 4 5 6 7

4.7 In welke mate bent u akkoord met volgende stellingen?

Helemaal

niet akkoord

Helemaal

akkoord

De kledij verkocht door mijn hoofdwinkel is van goeie

kwaliteit 1 2 3 4 5 6 7

De kledij verkocht door mijn hoofdwinkel is duurzaam

(gaat lang mee) 1 2 3 4 5 6 7

De kledij verkocht door mijn hoofdwinkel is

betrouwbaar 1 2 3 4 5 6 7

De merken die mijn hoofdwinkel verkoopt hebben een

hoogstaand imago 1 2 3 4 5 6 7

Mijn hoofdwinkel is een prestigieuze, hoog

aangeschreven winkel 1 2 3 4 5 6 7

Mijn hoofdwinkel is een hoge kwaliteit - winkel 1 2 3 4 5 6 7

Het personeel van mijn hoofdwinkel is goed opgeleid en

gekwalificeerd 1 2 3 4 5 6 7

Het personeel van mijn hoofdwinkel heeft een goede

kennis van het productassortiment 1 2 3 4 5 6 7

De wachttijden (bediening, passen, afrekenen) in mijn

hoofdwinkel zijn over het algemeen beperkt tot een

minimum

1 2 3 4 5 6 7

De afrekening/betaling in mijn hoofdwinkel gebeurt

altijd op een correcte, foutloze manier 1 2 3 4 5 6 7

Gelieve uw hoofdwinkel nogmaals te noteren: _____________________

Page 66: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

X

5. Aandeel van de klantenportefeuille

Indien uw al uw kledingsaankopen voor uzelf in overweging neemt (deze omvatten: individuele

aankopen + aankopen met ouders) kunt u dan aangeven welk aandeel van al uw kledingsaankopen

(uitgedrukt in een % op 100) u bij uw hoofdwinkel doet (exclusief schoenen)? (Mag ruwe schatting

zijn)

0-10%

11-20%

21-30%

31-40%

41-50%

51-60%

61-70%

71-80%

81-90%

91-100%

6. Hoe lang bent u al klant bij uw hoofdwinkel? Dit mag een ruwe schatting zijn: ________ jaar

7. In welke mate vond u het makkelijk om op bovenstaande vragen (4.1 tot 4.7) te antwoorden?

Zeer Moeilijk Zeer

Makkelijk

1 2 3 4 5 6 7

Page 67: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

XI

8. Volgende vragen peilen naar uw tevredenheid en algemene waarnemingen t.o.v. uw TWEEDE

WINKEL

Helemaal

ontevreden

Helemaal

tevreden

8.1. In het algemeen, hoe tevreden bent u over uw tweede

winkel?

1 2 3 4 5 6 7

Voldoet veel

minder

Voldoet

veel meer

8.2 In welke mate voldoet uw tweede winkel aan uw

voorafgaande verwachtingen? 1 2 3 4 5 6 7

Ver

verwijderd Vrij dicht

8.3 In welke mate benadert uw tweede winkel uw ideale,

perfecte winkel? 1 2 3 4 5 6 7

8.4. In het algemeen, hoe tevreden ben u over … ?

Helemaal

ontevreden

Helemaal

tevreden

de ligging van de filialen van mijn tweede winkel ten

opzichte van mijn woonplaats (thuisadres) 1 2 3 4 5 6 7

de ligging van de filialen van mijn tweede winkel ten

opzichte van mijn kot (indien van toepassing) 1 2 3 4 5 6 7

de bereikbaarheid van de filialen van mijn tweede

winkel 1 2 3 4 5 6 7

de prijzen van de kledij in mijn tweede winkel 1 2 3 4 5 6 7

de speciale aanbiedingen (solden, eenmalige kortingen,

acties) in mijn tweede winkel 1 2 3 4 5 6 7

het aantal kassa’s in mijn tweede winkel 1 2 3 4 5 6 7

de openingsuren van mijn tweede winkel 1 2 3 4 5 6 7

8.5 In welke mate bent u akkoord met volgende stellingen?

Helemaal

niet akkoord

Helemaal

akkoord

De dienstverlening in mijn tweede winkel is uitstekend 1 2 3 4 5 6 7

De dienstverlening in mijn tweede winkel is uitgebreid 1 2 3 4 5 6 7

De dienstverlening van mijn tweede winkel is van hoge

kwaliteit 1 2 3 4 5 6 7

Ik ben van mening dat de winkelruimte (rekken,

pashokjes, bewegingsruimte, etc.) van mijn tweede

winkel uitstekend is

1 2 3 4 5 6 7

Ik ben onder de indruk van de kwaliteit van de

winkelruimte (rekken, pashokjes, bewegingsruimte,

etc.) van mijn tweede winkel

1 2 3 4 5 6 7

De winkelruimte (rekken, pashokjes, bewegingsruimte,

etc.) van mijn tweede winkel zijn van hoge kwaliteit 1 2 3 4 5 6 7

Het is aangenaam winkelen in mijn tweede winkel 1 2 3 4 5 6 7

Mijn tweede winkel geeft me een gevoel van

vertrouwen 1 2 3 4 5 6 7

Ik heb vertrouwen in mijn tweede winkel 1 2 3 4 5 6 7

Mijn tweede winkel geeft me een betrouwbare indruk 1 2 3 4 5 6 7

Gelieve uw tweede winkel nogmaals te noteren: _____________________

Page 68: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

XII

Helemaal

niet akkoord

Helemaal

akkoord

Mijn tweede winkel heeft een grote persoonlijke

betekenis voor mij 1 2 3 4 5 6 7

Ik zou heel blij zijn om de rest van mijn leven klant te

zijn bij mijn tweede winkel 1 2 3 4 5 6 7

Ik voel een sterke band met mijn tweede winkel 1 2 3 4 5 6 7

Het is financieel gezien interessant om klant te zijn bij

mijn tweede winkel 1 2 3 4 5 6 7

Ik zou een financieel nadeel ondervinden als de relatie

met mijn tweede winkel zou eindigen 1 2 3 4 5 6 7

In het algemeen heeft mijn tweede winkel een goede

reputatie 1 2 3 4 5 6 7

Mijn tweede winkel komt goed over in de media (tv,

krant, online sociale media, etc.) 1 2 3 4 5 6 7

Mijn tweede winkel is een sterke speler in de markt van

kledijwinkels 1 2 3 4 5 6 7

8.6 In welke mate bent u akkoord met volgende stellingen?

Helemaal

niet akkoord

Helemaal

akkoord

Mijn band met mijn tweede winkel is voornamelijk

gebaseerd op onze gelijkheid van waarden (bv. hip en

trendy, milieubewust)

1 2 3 4 5 6 7

Waar mijn tweede winkel voor staat (bv. hip en trendy,

milieubewust), is belangrijk voor mij 1 2 3 4 5 6 7

De reden waarom ik mijn tweede winkel verkies t.o.v.

anderen, is hetgeen waarvoor de winkel staat 1 2 3 4 5 6 7

De kwaliteit van de interactie met het personeel (hulp

bij het passen, vriendelijkheid, etc.) van mijn tweede

winkel is van een hoog niveau

1 2 3 4 5 6 7

De interactie die ik heb met het personeel van mijn

tweede winkel is uitstekend 1 2 3 4 5 6 7

Ik voel me goed over de interactie die ik heb met het

personeel van mijn tweede winkel 1 2 3 4 5 6 7

De kledij verkocht door mijn tweede winkel is van goeie

kwaliteit 1 2 3 4 5 6 7

De kledij verkocht door mijn tweede winkel is duurzaam

(gaat lang mee) 1 2 3 4 5 6 7

De kledij verkocht door mijn tweede winkel is

betrouwbaar 1 2 3 4 5 6 7

8.7 In welke mate bent u akkoord met volgende stellingen?

Helemaal

niet akkoord

Helemaal

akkoord

De merken die mijn tweede winkel verkoopt hebben

een hoogstaand imago 1 2 3 4 5 6 7

Mijn tweede winkel is een prestigieuze, hoog

aangeschreven winkel 1 2 3 4 5 6 7

Mijn tweede winkel is een hoge kwaliteit-winkel 1 2 3 4 5 6 7

Het personeel van mijn tweede winkel is goed opgeleid

en gekwalificeerd 1 2 3 4 5 6 7

Het personeel van mijn tweede winkel heeft een goede

kennis van het productassortiment 1 2 3 4 5 6 7

De wachttijden (bediening, passen, afrekenen) in mijn

tweede winkel zijn over het algemeen beperkt tot een

minimum

1 2 3 4 5 6 7

De afrekening/betaling in mijn tweede winkel gebeurt

altijd op een correcte, foutloze manier 1 2 3 4 5 6 7

Gelieve uw tweede winkel nogmaals te noteren: _____________________

Page 69: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

XIII

9. Aandeel van de klantenportefeuille

Indien uw al uw kledingsaankopen voor uzelf in overweging neemt (deze omvatten: individuele

aankopen + aankopen met ouders) kunt u dan aangeven welk aandeel van al uw kledingsaankopen

(uitgedrukt in een % op 100) u bij uw tweede winkel doet (exclusief schoenen)? (Mag ruwe schatting

zijn)

0-10%

11-20%

21-30%

31-40%

41-50%

51-60%

61-70%

71-80%

81-90%

91-100%

10. Hoe lang bent u al klant bij uw tweede winkel? Dit mag een zeer ruwe schatting zijn:

________ jaar

11. In welke mate vond u het makkelijk om op bovenstaande vragen (vraag 8.1 tot 8.8) te

antwoorden?

Zeer Moeilijk Zeer

Makkelijk

1 2 3 4 5 6 7

Gelieve uw tweede winkel nogmaals te noteren: _____________________

Page 70: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

XIV

12. Volgende vragen peilen naar uw tevredenheid en algemene waarnemingen van uw hoofdwinkel

TEN OPZICHTE VAN uw tweede winkel.

HOOFDWINKEL is BETER dan tweede winkel: score : +1, +2 of +3

Hoofdwinkel en tweede winkel EVENWAARDIG: score : 0

Hoofdwinkel SLECHTER dan tweede winkel: score : -1, -2 of -3

Helemaal

ontevreden

Helemaal

tevreden

12.1. In het algemeen, hoe tevreden bent u over uw

hoofdwinkel in vergelijking met uw tweede winkel ?

-3 -2 -1 0 +1 +2 +3

Voldoet veel

minder

Voldoet

veel meer

12.2 In welke mate voldoet uw hoofwinkel veel minder/veel

meer aan uw voorafgaande verwachtingen in vergelijking

met uw tweede winkel?

-3 -2 -1 0 +1 +2 +3

Veel minder Veel beter

12.3 In welke mate benadert uw hoofdwinkel veel

minder/veel beter uw ideale, perfecte winkel in vergelijking

met uw tweede winkel?

-3 -2 -1 0 +1 +2 +3

12.4. In het algemeen, als u uw hoofdwinkel VERGELIJKT met uw tweede winkel, in welke

mate bent u VEEL MINDER/VEEL MEER tevreden over… ?

Veel

Slechter Veel Beter

de ligging van de filialen van mijn hoofdwinkel ten

opzichte van mijn woonplaats (thuisadres) -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

de ligging van de filialen van mijn hoofdwinkel ten

opzichte van mijn kot (indien van toepassing) -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

de bereikbaarheid van de filialen van mijn hoofdwinkel -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

de prijzen van de kledij in mijn hoofdwinkel -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

de speciale aanbiedingen (solden, eenmalige kortingen,

acties) in mijn hoofdwinkel -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

het aantal kassa’s in mijn hoofdwinkel -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

de openingsuren van mijn hoofdwinkel -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

12.5 In welke mate voldoet uw hoofwinkel MINDER/MEER aan deze stellingen ten

opzichte van uw tweede winkel? Bv.: +3 = hoofdwinkel voldoet meer aan de stelling

Voldoet veel

minder

Voldoet

veel meer

De dienstverlening van de winkel is uitstekend -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

De dienstverlening van de winkel is uitgebreid -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

De dienstverlening van de winkel is van hoge kwaliteit -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

Ik ben van mening dat de winkelruimte (rekken,

pashokjes, bewegingsruimte, etc.) uitstekend is -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

Ik ben onder de indruk van de kwaliteit van de

winkelruimte (rekken, pashokjes, bewegingsruimte,

etc.)

-3 -2 -1 0 +1 +2 +3

De winkelruimte (rekken, pashokjes, bewegingsruimte,

etc) is van hoge kwaliteit -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

Het is aangenaam winkelen in de winkel -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

De winkel geeft me een gevoel van vertrouwen -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

Ik heb vertrouwen in de winkel -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

Gelieve in te vullen: HOOFDWINKEL: _______________ TWEEDE WINKEL: _________________

Page 71: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

XV

Mijn winkel geeft me een betrouwbare indruk -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

12.6 In welke mate voldoet uw hoofwinkel MINDER/MEER aan deze stellingen ten

opzichte van uw tweede winkel? Bv.: +3 = hoofdwinkel voldoet meer aan de stelling

Voldoet veel

minder

Voldoet

veel meer

De winkel heeft een grote persoonlijke betekenis voor

mij -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

Ik zou heel blij zijn om de rest van mijn leven klant te

zijn bij de winkel -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

Ik voel een sterke band met de winkel -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

Het is financieel gezien interessant om klant te zijn bij

de winkel -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

Ik zou een financieel nadeel ondervinden als de relatie

met de winkel zou eindigen -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

In het algemeen heeft de winkel een goede reputatie -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

Mijn winkel komt goed over in de media (tv, krant,

online sociale media, etc.) -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

De tweede winkel is een sterke speler in de

winkelwereld -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

12.7 In welke mate voldoet uw hoofwinkel MINDER/MEER aan deze stellingen ten

opzichte van uw tweede winkel? Bv.: +3 = hoofdwinkel voldoet meer aan de stelling

Voldoet veel

minder

Voldoet

veel meer

Mijn band met de winkel is voornamelijk gebaseerd op

onze gelijkheid van waarden (bv. hip en trendy,

milieubewust)

-3 -2 -1 0 +1 +2 +3

Waar de winkel voor staat (bv. hip en trendy,

milieubewust), is belangrijk voor mij -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

De reden waarom ik de winkel verkies t.o.v. anderen, is

hetgeen waarvoor de winkel staat -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

De kwaliteit van de interactie met het personeel (hulp

bij het passen, vriendelijkheid, etc.) van de winkel is van

een hoog niveau

-3 -2 -1 0 +1 +2 +3

De interactie die ik heb met het personeel van de

winkel is uitstekend -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

Ik voel me goed over de interactie die ik heb met het

personeel van de winkel -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

De kledij verkocht door de winkel is van goeie kwaliteit -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

De kledij verkocht door de winkel is duurzaam (gaat

lang mee) -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

De kledij verkocht door de winkel is betrouwbaar -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

12.8 In welke mate voldoet uw hoofwinkel MINDER/MEER aan deze stellingen ten

opzichte van uw tweede winkel? Bv.: +3 = hoofdwinkel voldoet meer aan de stelling

Voldoet veel

minder

Voldoet

veel meer

De merken die de winkel verkoopt hebben een

hoogstaand imago -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

De winkel is een prestigieuze, hoog aangeschreven

winkel -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

De winkel is een hoge kwaliteit-winkel -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

Het personeel van de winkel is goed opgeleid en

gekwalificeerd -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

Het personeel van de winkel heeft een goede kennis

van het productassortiment -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

De wachttijden (bediening, passen, afrekenen) in de

winkel zijn over het algemeen beperkt tot een -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

Gelieve in te vullen: HOOFDWINKEL: _______________ TWEEDE WINKEL: _________________

Page 72: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

XVI

minimum

De afrekening/betaling in de winkel gebeurt altijd op

een correcte, foutloze manier -3 -2 -1 0 +1 +2 +3

13. In welke mate vond u het makkelijk om op bovenstaande vragen (10.1 tot 10.8) te

antwoorden?

Heel Moeilijk Heel

Makkelijk

1 2 3 4 5 6 7

14. Ken een cijfer toe aan ieder van de volgende dimensies naar mate van belangrijkheid

voor uzelf bij het selecteren van en shoppen in kledingwinkels.

1 = meest belangrijke dimensie ; 12 = minst belangrijke dimensie

Prijs en Promoties

Kwaliteit van de kledij

Locatie winkels

Winkelruimte (inrichting, pashokjes)

Relatie met personeel (vriendelijkheid, etc.)

Kennis personeel

Winkelimago/reputatie

Waarden van de winkel

Imago/reputatie van verkochte merken

Kwaliteit dienstverlening

Snelheid en correctheid van de winkel (korte

wachttijd aan kassa, correct afrekenen)

Verkochte merken

15. Hoeveel waarde/belang hecht u aan het kopen van kledij?

Heel Weinig Heel Veel

1 2 3 4 5 6 7

Page 73: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

XVII

16. Demografische vragen

16.1. Wat is uw geslacht?

o Man

o Vrouw

16.2. Hoeveel geeft u gemiddeld genomen maandelijks uit aan het kopen van kledij voor

uzelf (exclusief schoenen aangekocht in winkels uit bovenstaande winkellijst + aankopen

samen met ouders inbegrepen)

o <100 EUR

o 100-200 EUR

o 201-300 EUR

o > 300 EUR

Page 74: HET METEN VAN KRITISCHE PERFORMANTIE ......1 1. Inleiding Customer loyalty wordt wereldwijd aanzien als een kritieke factor voor financiële performantie en lange-termijn succes. De

XVIII