integraal jeugdbeleid in vlissingen...7 eindverslag periode 2009-2012 met de nota integraal...

44
Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen Eindverslag periode 2009-2012

Upload: others

Post on 24-Jun-2020

10 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

Page 1: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen

Eindverslag periode 2009-2012

Page 2: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

Middelburg, maart 2013

Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen

Eindverslag periode 2009-2012

Page 3: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen

Colofon© SCOOP 2013

SamenstellingWim van GorselAdrie de Klerk (gemeente Vlissingen)Jolanda van OverbeekeEsther van Sprundelin opdracht van de Gemeente Vlissingen.

SCOOPZeeuws instituut voor socialeen culturele ontwikkelingKousteensedijk 7Postbus 407 MiddelburgTelefoon (0118) [email protected]

FotoRuben Oreel

Lay-outSCOOP

Ontwerp SCOOP

DrukwerkSCOOP

Deze uitgave is mede mogelijk gemaakt door de Provincie Zeeland. De Provincie Zeeland streeft naar een goede sociale en culturele infrastructuur in Zeeland, in samenwerking met anderen. Als sociaal-cultureel kennis- en ontwikkelingsinstituut ondersteunt SCOOP de Provincie bij haar taken in het sociaal-cultureel beleid.

Page 4: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

Eindverslag periode 2009-2012

Voorwoord ....................................................................5

Inleiding .........................................................................7

Thema Goed voorbereid zijn op de toekomst ...........9

Thema Gezond opgroeien ..........................................17

Thema Veilig opgroeien .............................................25

Thema Talenten ontwikkelen en plezier hebben .....33

Thema Steentje bijdragen aan de maatschappij ......37

Samenvatting resultaten ............................................41

BijlagenBijlage 1: Lijst met afkortingen .......................................47Bijlage 2: Gebruikte bronnen .........................................49

Inhoudsopgave

Page 5: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

5

Eindverslag periode 2009-2012

Voor u ligt het eindverslag van de nota Integraal Jeugdbeleid 2009-2012. Dit verslag kwam in samenwerking met SCOOP tot stand. In de jeugdnota zijn doelstellingen opgenomen over de volle breedte van het jeugdbeleid zoals onderwijs, werk, gezondheid, veiligheid en vrije tijd. De doelstellingen waren ambitieus, zo gaf de gemeenteraad in 2009 aan. Wanneer we terugblikken op deze periode, dan is deze stelling zeker waar gebleken. Ik ben dan ook verheugd te kunnen vast stellen dat de balans tussen zaken die volgens plan zijn gerealiseerd, dan wel doorlopen versus zaken die helemaal niet zijn gerealiseerd positief is. En er is hard gewerkt door veel betrokkenen, in en buiten het stadhuis.

Er gebeurde veel in de afgelopen periode. Zo maar een greep. Het aantal voortijdig schoolverlaters werd aanzienlijk teruggebracht, de voor- en vroegschoolse educatie is per-manent op de agenda gekomen, er is hard gewerkt aan de bewustwording over alcoholgebruik van jongeren, de over-last door groepen jongeren werd systematisch aangepakt en teruggedrongen, Antilliaanse risicojongeren werden voor het eerst sinds jaren bereikt en een perspectief gebo-den. Met de inzet van combinatiefunctionarissen kon de jeugd rondom scholen kennis maken met diverse sporten en tot meer bewegen worden gestimuleerd. Het speelruim-teactieplan werd geactualiseerd en het centrum voor jeugd en gezin kwam tot stand in het gedeelde CJG/Wmo-loket Porthos in open wijk school De Combinatie. Het is een reeks voorbeelden van geslaagde doelstellingen uit 2009. Maar er waren evenzeer beleidsdoelen die nog een langere adem vergen en enkele die slecht van de grond kwamen.

Gaandeweg kreeg een aantal ingrijpende ontwikkelingen vat op het brede sociale domein en, daarmee, ook op het jeugdbeleid. Het perspectief van afnemende budgetten in combinatie met een toenemende vraag om professio-nele zorg zetten de verzorgingsstaat onder druk. De Wmo moest gekanteld en Welzijn Nieuwe Stijl ingevoerd. De zorg voor de jeugd moest anders want de relatief jonge Wet op de Jeugdzorg en de net begonnen Centra voor Jeugd en Gezin bleken niet voldoende om de problemen op te lossen. In het laatste jaar van de jeugdnota heeft het kabinet knopen doorgehakt die voor een enorme omslag in de nabije toekomst gaan zorgen. We staan voor grote keuzes om de zorg, ondersteuning en het welzijn opnieuw te organiseren. Met betrekking tot de jeugd zijn hierin met name de toekomstige Jeugdwet en de Wet Passend Onderwijs van groot belang. Maar ook de overheveling van AWBZ-taken naar de Wmo en de Participatiewet zul-len op bepaalde punten samenlopen met het jeugdbeleid. Grote veranderingen die om nauwe afstemming en samen-werking vragen. In het Walcherse project decentralisaties gaat Vlissingen hierin dan ook samen optrekken met de gemeenten Middelburg en Veere.

De actualisatie van het integrale jeugdbeleid is tegen deze achtergrond dan ook een noodzakelijk gegeven. Tegelijkertijd is mijn overtuiging dat uit dit verslag naar voren komt dat er in Vlissingen al een stevig fundament ligt om het jeugdbeleid verder, werkendeweg, om te bouwen naar de uitdagingen die op ons afkomen. Ik wens een ieder die daarbij is betrokken succes en goede energie.

Marin de ZwarteWethouder jeugd

Voorwoord

Page 6: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

7

Eindverslag periode 2009-2012

Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het jeugdbeleid voor de periode tot en met 2012 vastge-legd. Als ambitie wordt hierin verwoord dat de jeugd in Vlissingen:- gezond kan opgroeien- veilig kan opgroeien- zijn talenten kan ontwikkelen en plezier kan maken- zijn steentje bij draagt- en goed voorbereid wordt op de toekomst

Deze vijf aandachtsgebieden gelden voor ieder kind, ongeacht (culturele) achtergrond, fysieke gesteldheid of inkomenspositie van het gezin. Preventief werken is een belangrijke focus van beleid en daarnaast wil de gemeente meer opereren vanuit kennis van wat leeft bij jongeren en hun ouders.

Aan de hand van de vijf aandachtsgebieden zijn 27 doel-stellingen geformuleerd die de gemeente in de periode tot 2012 wilde realiseren. De doelstellingen zijn niet allemaal van een zelfde orde. Soms zijn zij van instrumentele aard (‘realiseren van een CJG’), soms geven zij een gewenst maatschappelijk effect aan (‘halvering aantal voortijdig schoolverlaters’). Ook is er verschil tussen doelstellingen voor de korte termijn (‘borging JIT-methodiek’) en die voor langere termijn (‘bevorderen weerbaarheid’). Om het col-lege en de raad inzicht in de voortgang te laten houden, is ervoor gekozen tijdens de looptijd van de nota elk jaar een verslag van het vorige en een werkplan voor het daaropvol-gende jaar op te stellen. In dit kader zijn eerder de volgende documenten gemaakt:- jaarverslag 2009 en jaarplan 2010- jaarverslag 2010 en jaarplan 2011Er is geen jaarverslag 2011 en jaarplan 2012 gemaakt. Dit wordt meegenomen in dit eindverslag 2012 dat dient als samenvattend laatste verslag van de nota integraal jeugd-beleid 2009-2012.

De gemeente Vlissingen heeft SCOOP gevraagd om per doelstelling, daar waar mogelijk, de staat van de Vlissingse jeugd kwantitatief in beeld te brengen. In 2009 is door SCOOP een 0-meting gedaan. Eind 2012 heeft hierop een eindmeting plaats gevonden. Deze eindmeting is geïnte-greerd in dit verslag.

Gedurende de looptijd is voortgang in de nota integraal jeugdbeleid bewaakt vanuit het ambtelijke kernteam jeugd. In dit kernteam zijn verschillende gemeentelijk beleids- en werkterreinen vertegenwoordigd teneinde een integrale aanpak te borgen. Het kernteam jeugd kwam gemiddeld 5x per jaar bijeen. Vanuit het kernteam is bijgedragen aan de totstandkoming van dit verslag.

Hierna worden de resultaten per doelstelling omschreven. Bij sommige doelstellingen zijn zo mogelijk kwantitatieve gegevens toegevoegd. Het verslag wordt besloten met een samenvatting van alle resultaten.

Inleiding

Page 7: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

8

Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen

Overzicht doelstellingen Nota Integraal Jeugdbeleid 2009-2012

Goed voorbereid zijn op de toekomst

Gezond opgroeien Veilig opgroeien Talenten ontwik-kelen en plezier hebben

Steentje bijdragen aan de maatschappij

1. Uitwerking thema’s Lokaal Educatieve Agenda en Onderwijsachter-standenbeleid.2. Inzet schoolmaat-schappelijk werk en invulling Zorg Advies Teams (ZAT’s) voor alle onderwijstypen.3. Halvering aantal voortijdig schoolver-laters.4. Intensivering leer-plichtfunctie.5. Extra begeleidings-trajecten RMC voor Antilliaanse jongeren.6. Aanbod van baan- of scholingstraject aan jongeren onder de 27 die zich melden voor een uitkering.

7. Adequate uitvoe-ring integrale jeugd-gezondheidszorg 0-19 jaar.8. Het realiseren van een Centrum voor Jeugd en Gezin.9. Afstemming en gerichte inzet opvoe-dingsondersteuning.10. Invoering digitaal dossier jeugdgezond-heidszorg (DD JGZ) en Verwijs Index Risico Jongeren (VIR).11. Voorkomen en terugdringen alcohol- en middelengebruik.12. Afname aantal jongeren met overge-wicht.13. Voorkoming psy-chosociale problema-tiek en andere geeste-lijke gezondheidszorg-problemen.

14. Borging preventie-methodiek JIT en VET.15. Pilotproject Communities that Care.16. Bevorderen weer-baarheid jongeren.17. Terugdringen over-last jongeren.18. Opzet Veiligheidshuis.19. Opvang van zwerfjongeren en jongeren met huisves-tingsproblemen.20. Afname aantal gevallen van kinder-mishandeling.

21. Bevorderen sport-deelname van de jeugd.22. Realiseren combi-natiefuncties onder-wijs, sport en cultuur.23. Inventariseren van de vraag naar en het aanbod aan vrijetijds-voorzieningen voor de jeugd.

24. Bevorderen maat-schappelijke stages in het voortgezet onder-wijs.25. Bevorderen wijk-gebonden participatie van jongeren.26. Bevorderen maat-schappelijke deelname van kinderen uit arme gezinnen. 27. Opzet van gereed-schapskist met instru-menten jeugdpartici-patie.

Page 8: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

9

Eindverslag periode 2009-2012

Doelstelling 1:Enkele thema’s Lokaal Educatieve Agenda 2006-2010 en Onderwijsachterstandenbeleidsplan 2007

Uit de Lokaal Educatieve Agenda 2006-2010 en Onderwijsachterstandenbeleidsplan 2007 (OAB) is in de jeugdnota een aantal thema’s opgenomen om gedurende de looptijd jaarlijks te volgen. Deze betreffen: - de voor- en vroegschoolse educatie (VVE) - harmonisatie voorschoolse voorzieningen (kinderop-

vang en peuterspeelzaalwerk) - de voorschool, schakelklassen en de zomerschool - verlengde schoolklas - het brede schoolbeleid

- voor- en vroegschoolse educatie (VVE)Sinds augustus 2010 is de Wet Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie (OKE) van kracht. Met deze wet is de gemeente verantwoordelijk voor een dekkend aanbod van voor- en vroegschoolse educatie (VVE) in de voorschoolse periode. De VVE is bedoeld om taal- en ontwikkelachter-standen bij peuters te voorkomen dan wel te verkleinen voordat ze de stap naar de basisschool maken. Als gevolg van de Wet OKE is door een provinciale werkgroep een Zeeuwse samenwerkingsovereenkomst VVE opgesteld. Op Walcheren is de samenwerkingsovereenkomst in septem-ber 2012 ondertekend door de betrokken schoolbesturen, Kinderopvang Walcheren, GGD Zeeland en de wethouders van de drie gemeenten. Het doel van de overeenkomst is het doelgroepbereik te verhogen en het realiseren van een doorgaande lijn van de voorschool naar de vroegschool. Het onderdeel jeugdgezondheidszorg (JGZ) van de GGD speelt een belangrijke rol in het signaleren van doelgroep-kinderen. Deze activiteit kwam eind 2012 onder druk door taakstellingen waarmee de GGD Zeeland zich geconfron-teerd ziet (zie verder ook doelstelling 7).

In 2010 is gestart met het pilotproject Opstapje. Dit omvat een homebased programma waarin het kind niet alleen deelneemt aan VVE op de peuterspeelzaal of kinderdagver-blijf maar tevens thuis een gezinsgericht programma volgt. Opstapje verbindt de taalstimulans in het gezin met de peuterspeelzaal of het kinderdagverblijf. Na positieve evalu-atie van de pilotperiode is in 2012 besloten het programma voort te zetten voor maximaal 15 kinderen per jaar. In 2012 heeft de Onderwijsinspectie onderzocht in hoe-verre de gemeente Vlissingen voldoet aan de eisen van de Wet OKE. De inspectie heeft daartoe het gemeentelijk beleid vergeleken met de uitvoering daarvan op een aantal voor- en vroegscholen. De overall conclusie van de inspectie is dat in de gemeente Vlissingen een goede structuur is weggezet, maar dat deze een grondige evaluatie en mogelijke bijstelling behoeft. De bevindingen en aanbevelingen van de inspectie wor-den verwerkt in een activiteitenplan OAB voor de periode 2013- 2014. Dit plan wordt gezamenlijk met de gemeenten Middelburg en Veere opgesteld en met de betrokken part-ners besproken.

- harmonisatie voorschoolse voorzieningen (kinderop-vang en peuterspeelzaalwerk)

Na een pilotproject dat startte in 2009 zijn in 2011 alle peu-tergroepen geharmoniseerd. Dit betekent dat zij voldoen aan de eisen van de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen (Wkkp). In totaal zijn er 7 peutergroepen waar voorschoolse educatie wordt aangeboden aan peu-ters van 2 tot 4 jaar. Kinderopvang Walcheren is gestart met het scholen van pedagogisch medewerkers op kinder-dagverblijven, zodat ook daar voorschoolse educatie kan worden aangeboden.

Thema Goed voorbereid zijn op de toekomst

Page 9: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

10

Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen

- de voorschoolDe in 2009 gestarte voorschool van De Ravensteinschool voor kinderen vanaf 2 jaar is voortgezet. Op de voorschool wordt gewerkt met het erkende voorschoolprogramma Piramide. Hetzelfde programma wordt ook ingezet als vroegschoolse educatie op de kleutergroepen. De voor-school is geïntegreerd binnen De Ravensteinschool, waar-door afstemming en samenwerking zo optimaal mogelijk is en er een doorgaande lijn is gecreëerd. Onbedoeld gevolg van de voorschool is wel, dat ook op de school zelf steeds meer kinderen in een problematische situatie zijn ingeschreven, wat een zware werkdruk voor het personeel betekent.

- schakelklassenSchakelklassen vormen een instrument om de taalachter-stand bij een specifieke groep leerlingen te bestrijden. Het gaat om leerlingen die aantoonbaar onder hun eigenlijke cognitieve niveau presteren, omdat zij een grote taalach-terstand hebben. Zij volgen gedurende een jaar extra intensief taalonderwijs. Het aantal schakelklassen varieerde gedurende de looptijd van de jeugdnota elk jaar licht. In 2012 zijn op de verschillende basisscholen in totaal 6 scha-kelklassen ingericht.

- zomerschoolDe Zomerschool is een pilotproject van 4 jaar en mede mogelijk gemaakt door een subsidie van het ministerie van OCW. De basisscholen De Ravenstein (Archipel-scholen), Het Vlot (Perspectief-scholen), St. Jozef (Prisma-scholen), de voortgezet onderwijsscholen (VO) CSW, Scheldemond College en de gemeente Vlissingen zijn in de zomer van 2010 gestart met deze vorm van onderwijstijdverlenging. Het project beoogt onderpresteren tegen te gaan (uit onderzoek van de Onderwijsraad blijkt dat 10% van de leerlingen onder zijn/haar kunnen werkt) en richt zich op bovenbouwleerlingen die meer tijd nodig hebben om achterstanden in te halen. Door te leren beter te presteren kunnen zij toch een hogere vervolgopleiding gaan volgen. In 2012 was er binnen de Zomerschool voor het eerst ook een 13+ groep voor leerlingen uit het eerste leerjaar van het VO. Het succesvolle project won dat jaar de Zeeuwse onderwijsprijs. 2013 is het laatste jaar van het pilotproject. Er wordt gezocht naar mogelijkheden om de Zomerschool te continueren.

- Verlengde SchooldagDe Verlengde Schooldag was een initiatief van de wel-zijnsorganisatie Palladium en betrof diverse activiteiten op het terrein van sport, spel en cultuur. De uitvoering was in de wijken het Middengebied en Oost-Souburg, vaak in nauwe afstemming met de gemeentelijke afdeling Vlissingen in Beweging. Met het per 1 juli 2012 verdwijnen van Palladium vanwege het project Welzijn Nieuwe Stijl (WNS) is de Verlengde Schooldag als aparte activiteit in die zomer beëindigd en geïntegreerd in het programma voor naschools aanbod van Vlissingen in Beweging (zie ook beleidsdoelstellingen 21 en 22).

- brede schoolbeleid (open wijk scholen)In september 2011 is in Oost Souburg Noord de eerste open wijk school, Het Kroonjuweel, geopend. De open wijk school is de Vlissingse naam voor brede school. In het Kroonjuweel nemen 2 scholen, de Kinderopvang Walcheren en de bibliotheek Vlissingen deel. In 2012 is door de samenwerkingspartners de gezamenlijke visie uit-gewerkt naar gewenste resultaten en gezamenlijke acties in 2013, zoals bijvoorbeeld een behoefteonderzoek bij ouders en leerkrachten. Na een jaar zal geëvalueerd worden of de acties bijdragen aan het gewenste resultaat.In januari 2012 is in het Vlissingse Middengebied de tweede open wijk school, De Combinatie, van start gegaan. Hierin zijn 3 scholen, Kinderopvang Walcheren, een media-theek van bibliotheek Vlissingen, het consultatiebureau van de GGD, het Maatschappelijk Werk Walcheren (MWW) en het gecombineerde loket voor Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) en Wmo, Porthos, ondergebracht. Ook is er een sporthal. Het beheer en de exploitatie worden georga-niseerd door de gemeente Vlissingen.Op beide open wijk scholen, Het Kroonjuweel en De Combinatie, vindt iedere zes weken een overleg plaats met alle participanten over samenwerkingsaspecten. De gemeente trekt deze samenwerking.Het beheer van de beide open wijk scholen is nog wel een punt van aandacht, waaronder de vraag welke taken nu door de gemeente of de partners zelf worden uitgevoerd. In 2013 wordt het huidige beheerproces geëvalueerd. De optie om een beheerstichting in te stellen zal op grond van deze evaluatie worden beoordeeld.Het voorbereidingsproces voor een derde open wijk school in Souburg-Zuid is nog volop gaande. Het locatieon-derzoek heeft een duidelijk beeld opgeleverd van de beperkte mogelijkheden voor het realiseren van 1 gebouw. Uiteindelijk bleek er onvoldoende draagvlak bij betrokken partijen en omwonenden voor 1 locatie. Momenteel wordt onderzocht of en zo ja hoe de brede school vooralsnog gerealiseerd kan worden op twee locaties.

Page 10: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

11

Eindverslag periode 2009-2012

Staat van de Vlissingse jeugd

Figuur 1: Percentage 4 t/m 12 jarigen in het primair

onderwijs met een leerlinggewicht hoger dan 0

(Kinderen in Tel, Verwey Jonker Instituut)

Een kind in het primair onderwijs krijgt een leerlinggewicht hoger dan nul als zijn of haar ouders laag opgeleid zijn. Het percentage Vlissingse 4 t/m 12-jarigen in het primair onderwijs met een leerlinggewicht hoger dan 0 is sinds 2004 gedaald.

Doelstelling 2:Inzet schoolmaatschappelijk werk en invulling Zorg Advies Teams voor alle onderwijstypen

Schoolmaatschappelijk Werk Het Maatschappelijk Werk Walcheren voerde de hele loop-tijd van de nota schoolmaatschappelijk werk (SMW) uit in het primaire en het voortgezet onderwijs. Dit conform vaste afspraken in het jaarlijkse subsidiecontract. Alle jaren betrof de aard van de meeste hulpvragen in beide typen onderwijs met name psychosociale problematiek en op de tweede plaats opvoedingsproblemen.Om de keten af te maken heeft de gemeente met ingang van 2012 uitbreiding van het SMW mogelijk gemaakt in het voorschoolse domein, de kinderopvang. Dit was een afspraak uit de in 2011 vastgestelde CJG-nota “Outreachend werken in Vlissingen: de vraag vòòr de vraag”. Het jaar 2012 was vooral een jaar van kwartier-maken voor de nieuwe taak. In het kader van Walcherse samenwerking zal vanaf 2013 SMW in het voorschoolse domein beschikbaar komen op heel Walcheren.

Zorg Advies Teams (ZAT’s)Het ZAT is een multidisciplinair afstemmingsoverleg tussen de school en buitenschoolse zorgpartners, waaronder de partners die deelnemen in het CJG/Porthos. De imple-mentatie van de afspraken uit de Walcherse beleidsnotitie “ZAT’s op Walcheren” uit 2009 bleek gaandeweg niet in alle typen onderwijs geslaagd. Met name in het basison-derwijs zijn de ZAT’s matig van de grond gekomen. Uit de evaluatie van de RPCZ in 2011 blijken diverse factoren een rol te spelen, waaronder onbekendheid met de in 2009 gemaakte afspraken enerzijds en het kunnen regelen bin-nen de interne zorgstructuur op scholen zelf anderzijds. Hierbij speelt de aanwezigheid van SMW overigens een (positieve) preventieve rol. Resultaat is echter dat veel geplande ZAT’s niet doorgingen, omdat er te weinig leer-lingen werden aangemeld. Op een conferentie over de ZAT’s medio 2011 hebben gemeenten uit het oogpunt van efficiency daarom aangegeven de ZAT’s in het basisonder-wijs voortaan te koppelen aan het multidisciplinair overleg (MDO) van Porthos. Echter bleken in de loop van 2012 ook deze afspraken niet goed bekend in het basisonderwijs. Eind 2012 is daarom een folder voor beroepskrachten ont-wikkeld. Bedoeling is deze folder namens Porthos door het SWM actief te bespreken op elke school. Ook in het kader van de nieuw te ontwikkelen Regionale Educatie Agenda (REA) van de 3 Walcherse gemeenten zal de doorontwikke-ling van de ZAT’s in 2013 een thema worden.

0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

70%

80%

90%

100%

2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010

Page 11: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

12

Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen

De ZAT’s in het speciale en voortgezet onderwijs konden wel volgens het afsprakenkader worden uitgevoerd. Het ZAT Walcheren voor het middelbaar beroepsonderwijs (MBO) is na 2010 niet geëvalueerd. De leeftijd van de leerlingen maakt dat de zorgstructuren ingewikkelder zijn. Scalda heeft de begeleiding zelf georganiseerd in een eerste lijn (primair proces), tweede lijn en derde lijn. Deze zorgstructuur lijkt soms wat ondoorzichtig. De begeleiding in de eerste lijn is niet uniform georganiseerd; er zijn soms grote verschillen tussen opleidingen en clusters over de wijze waarop zij invulling geven aan de begeleiding. Wel is er een intentie om tot een meer uniforme aanpak te komen. Voor het MBO is dit een belangrijk aandachtspunt. Een ander punt van aandacht is de afstemming/samenwer-king met Porthos, het Veiligheidshuis en het Jongerenloket.

Doelstelling 3Halvering aantal voortijdig schoolverlaters

Het Regionaal Meld- en Coördinatiepunt Voortijdig Schoolverlaten (RMC) Walcheren begeleidt voor de Walcherse gemeenten jongeren tot 23 jaar die zonder startkwalificatie het onderwijs hebben verlaten terug naar school en/of opleiding. In het kader van het convenant uit de projectaanpak ‘Aanval op de Uitval’ van juni 2008 hebben de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OCW), de RMC-regio Walcheren en de schoolbesturen afgesproken het aantal voortijdig school-verlaters (VSV) in de regio met 40% te verminderen over een periode van 4 jaar. In 2009 en 2010 kon steeds een reductie van 10% op jaarbasis worden gerealiseerd. In 2011 lukte dit niet. Ondermeer werd dit veroorzaakt door een andere, verbeterde wijze van registreren door de lande-lijke IB-groep, waarmee vroegtijdig schoolverlaters in beeld kwamen die niet eerder bij het RMC bekend waren.

In 2012 is de dalende trend verder hersteld. Uit de voor-lopige VSV-cijfers 2011-2012 blijkt de regio Walcheren op landelijk niveau de 2e plaats in te nemen met een reductie van 42,5 % t.o.v. startjaar 2005-2006. Hiervoor zijn in januari 2013 felicitaties van het ministerie ontvangen. De goede resultaten worden o.a. bereikt door steeds betere samenwerking met de partners (scholen, CJG/Porthos etc.). Ook door een meer preventieve aanpak van de schooluitval wordt getracht de schooluitval terug te dringen. Sinds het in werking treden van het digitale verzuimloket (april 2009) worden verzuimmeldingen eerder gemeld door de scholen. De leerplichtambtenaar of de RMC trajectbegeleider kan hierdoor direct aan de slag, zodat erger wordt voorkomen. Ook de interne zorgstructuren van de scholen worden snel-ler op verzuim ingezet en er vindt een goede terugkoppe-ling naar leerplicht of RMC plaats.

Inmiddels zijn met het ministerie nieuwe convenanten 2012-2015 voor het tegengaan van voortijdige schooluitval afgesloten. Kabinet Rutte 2 streeft landelijk na om in 2016 maximaal 25.000 VSV-ers te hebben (thans nog 39.000). In Walcheren zal in het kader van het convenant vooral worden ingezet op: - vervolg van plusvoorzieningen (een combinatiepro-

gramma van zorg, hulpverlening en onderwijs); - versterking van loopbaanoriëntatie advies (voorkoming

verkeerde keuzes); - samenwerking tussen RMC en ROC in de aanpak ver-

zuim 18+.

Page 12: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

13

Eindverslag periode 2009-2012

Staat van de Vlissingse jeugd

Figuur 2: Percentage nieuwe voortijdig schoolverlaters

(www.vsvverkenner.nl)

In het schooljaar 2011\12 waren er in Vlissingen 104 nieuwe voortijdig schoolverlaters1, 3,2% van het totaal aantal onderwijsdeelnemers. Het percentage nieuwe voor-tijdig schoolverlaters is sinds het schooljaar 2005\06 (5,5%) gedaald.

Figuur 3: Aandelen Vlissingse leerlingen naar onderwijs-

soort in klas 3 voortgezet onderwijs

(Jeugdmonitor Zeeland, klas 3 VO)

In eerste instantie werd gedacht aan de officiële registra-tiecijfers van het CFI. Deze registreert echter de aandelen leerlingen naar onderwijssoort, die in dit geval in Vlissingen op school zitten. Deze leerlingen zijn niet altijd woonachtig in Vlissingen, daarnaast zit een gedeelte van de Vlissingse leerlingen bijvoorbeeld in Middelburg op school. Er is daarom voor gekozen om de gegevens uit de Jeugdmonitor Zeeland te gebruiken.

Steeds meer Vlissingse derdeklassers zitten op het vwo, minder zitten er op het vmbo. Wat betreft havo en vso zien we in 2011 geen verschil met 2004. 2007 valt op omdat toen, vergeleken met 2011, relatief veel derdeklassers op de havo zitten en relatief weinig op het vso.

Figuur 4: Aantal behaalde diploma’s vmbo, havo en vwo

als percentage van het aantal Vlissingse jongeren

in de leeftijd van 15-24 jaar (CBS)

Steeds meer Vlissingse 15-24-jarigen slagen voor hun mid-delbare schooldiploma. Wel valt op dat dit percentage de laatste 2 schooljaren licht is gedaald. Dit komt met name doordat er minder vmbo- en havo-diploma’s zijn gehaald. Het aandeel vwo-diploma’s is over de jaren stabiel geble-ven.

Figuur 5: Aantal behaalde diploma’s mbo en hbo als

percentage van het aantal jongeren in de leeftijd

van 15-24 jaar (CBS)

Voor het mbo zijn minder meetjaren beschikbaar. We zien een schommelend beeld als we naar het percentage behaalde mbo- en hbo-diploma’s kijken. Met uitzondering van het schooljaar 2009/10 lijkt het percentage Vlissingse jongvolwassenen, dat een mbo-diploma haalt, te dalen. We zien een lichte stijging van het aandeel Vlissingse jongeren dat een hbo diploma heeft gehaald.

0123456789

10

'05/'06 '06/'07 '07/'08 '08/'09 '09/'10 '10/'11 '11/'12

0

10

20

30

40

50

60

70

vmbo havo vwo vso

2004 2007 2011

0%

2%

4%

6%

8%

10%

vmbo havo vwo totaal

0%1%2%3%4%5%6%7%8%

mbo hbo

1. Onder voortijdig schoolverlaters wordt hier verstaan leerlingen die gedurende het lopende schooljaar een maand of langer afwezig of helemaal uitgeschre- ven waren.

Page 13: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

14

Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen

Doelstelling 4Intensivering leerplichtfunctie

In de jeugdnota was voorzien de leerplichtfunctie per 2009 formatief te versterken. In overleg in 2010 met de scholen en het bureau leerplicht/RMC in Middelburg (waar de Vlissingse leerplichtfunctie is ondergebracht) werden vraag-tekens geplaatst bij de noodzaak van formatie-uitbreiding en de kwantitatieve gegevens (van o.a. Kinderen in Tel) waarop deze Vlissingse wens gebaseerd was. Aangegeven werd dat door formatie-uitbreiding die net in 2008 had plaats gevonden de werkzaamheden goed konden worden uitgevoerd. Mede in het kader van de heroverwegingen 2011 is hierdoor afgezien van uitbreiding van de leerplicht-formatie.In 2010 is met de invoering van een nieuw registratiesy-steem de registratie verbeterd. Effect was dat de verzuim-cijfers in schooljaar 2009-2010 in eerste instantie stegen. Ook het aantal processen verbaal nam toe en het aantal vrijstellingen. Dit laatste vooral voor de groep kwalificatie-plichtigen van 16 en 17 jaar.In de periode schooljaar 2011/2012 lieten de verzuimcij-fers en processen verbaal weer een daling zien. Ook gold dit ten aanzien van het aantal Haltzaken en vrijstellingen. Hierdoor konden de leerplichtambtenaren meer inzetten op preventie, zodat nog tijdiger kan worden ingegrepen. In toenemende mate maakt de leerplichtambtenaar ook deel uit van verschillende netwerkoverleggen rond onderwijs en veiligheid (ZAT’s en Veiligheidshuis) en zijn zij fysiek aan-wezig op scholen. Tenslotte zijn afspraken gemaakt om in voorkomende gevallen ook bestuurlijke inzet te plegen. Dit instrument behoefde in de verslagperiode niet te worden ingezet. Conclusie is dat de leerplichtfunctie gedurende de verslagperiode sterk is verbeterd. Figuur 6: Spijbelen in het voortgezet onderwijs

(Jeugdmonitor Zeeland, Klas 3 VO)

In 2011 hadden, vergeleken met 2007, relatief weinig Vlissingse derdeklassers in de afgelopen maand wel eens gespijbeld.

Figuur 7: Aantal verzuimmeldingen (Jaarverslag 2010-2011

leerplicht Walcheren)

In 2010\11 zien we een daling van het aantal verzuim-meldingen t.o.v. 2009\10. In 2010\11 waren er 279 mel-dingen in Vlissingen.

0%

20%

40%

60%

80%

100%

2004 2007 2011

0 uur 1 uur 2 uur 3 uur 4 uur of meer

0

50

100

150

200

250

300

350

400

2007/2008 2008/2009 2009/2010 2010/2011

Page 14: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

15

Eindverslag periode 2009-2012

Doelstelling 5Extra begeleidingstrajecten RMC voor Antilliaanse jongeren

Sinds 2005 is de gemeente Vlissingen één van de ruim 20 zogenaamde Antillianengemeenten in Nederland. Om de 4 jaar moet voor het rijk een plan van aanpak wor-den opgesteld ten behoeve van het terugdringen van de oververtegenwoordiging van Antilliaanse risicojongeren in statistieken op het terrein van vroegtijdige schoolverlaters, jeugdwerkloosheid en criminaliteit. In de planperiode 2005-2008 is afgesproken vanuit het RMC extra aandacht te geven aan de Antilliaanse doelgroep in Vlissingen. In 2009 heeft het RMC deze aandacht kunnen integreren in de reguliere dienstverlening. Voor de planperiode 2010-2013 (2009 was een overgangsjaar) heeft Vlissingen voor de Antilliaanse doelgroep ingezet op een meersporenbeleid. Dit wordt beschreven in het Plan van aanpak “Meedoen in Vlissingen, naar een duurzame participatie van Antilliaanse risicojongeren 2010-2013”2. Door nauwe afstemming van het RMC met het Restartproject van de stichting ROAT (zie verder doelstelling 17) en vaste deelname aan de kern-groep Antillianenbeleid zijn tot en met 2012 nagenoeg alle Antilliaanse VSV-ers bereikt. Medio 2012 is vanuit de stichting ROAT ook een Sleutelwerkplaats gestart. Hier wordt aan Antilliaanse (maar ook andere) jongeren onder begeleiding kansen geboden een startkwalificatie te halen of trainingen te volgen in het kader van het straatcoachpro-ject (zie verder doelstelling 17).

Doelstelling 6Aanbod baan- of scholingstraject aan jongeren onder de 27 die een uitkering aanvragen

Convenant voorkomen en bestrijden jeugdwerkloosheid en het jongerenloketVanuit het landelijke Actieplan Jeugdwerkloosheid is in 2009 het Zeeuws convenant “Regionale aanpak voorko-men en bestrijden jeugdwerkloosheid 2009-2011” onder-tekend. In samenwerking tussen sociale dienst, RMC, UWV werkbedrijf, ROC, de kenniscentra voor beroepsonderwijs en bedrijfsleven en werkgevers zijn per Zeeuwse regio diverse activiteiten voorbereid en vanaf 2010 uitgevoerd, waaronder sectorale projecten bij Via Zorg, Werk en Vakmanschap, Schilderen, Bouw, Infra en Goflex. Uit de cijfers blijkt dat de extra aandacht voor jongeren meer uitstroom heeft opgeleverd. Bij de start van het Actieplan was er een jeugdwerkloosheid (< 27 jaar) van 1100 op Walcheren. Begin 2011 was dit teruggebracht naar ca. 875 jongeren (waarvan 150 uit Vlissingen). Eind 2011 bedroeg de Zeeuwse jeugdwerkloosheid 5,3 % tegen 9,7% voor heel Nederland3. Binnen Zeeland is Walcheren het meest succesvol. Overigens is de Zeeuwse jeugdwerkloosheid in 2012 licht toegenomen, met uitzondering van Zeeuws Vlaanderen. Elders is die groei hoger.In het kader van de Wet WIJ en Wajong werd in de loop van 2011 verder ingezet op kwetsbare jongeren, verbeterde de samenwerking met de ROC’s, kwamen er jobhunters en werden stage- en leerbanen gerealiseerd in sectorale projecten. Eveneens werd een fysiek Jongerenloket gestart op het Werkplein Walcheren in Middelburg. Dit was mede moge-lijk omdat van juli 2011 tot en met september 2012 het Actieplan Jeugdwerkloosheid Zeeland gebruik kon maken van een bedrag van € 700.000 in het kader van de tweede tranche ESF-J. Alle jongeren van 18 tot 27 jaar met een vraag over scholing, werk en inkomen worden naar het Jongerenloket geleid en na een goede analyse naar de juis-te plek verwezen, bijvoorbeeld RMC, UWV, een zorgpartner of Orionis (Walcherse gemeenschappelijke regeling voor de sociale dienst, gemeentelijke kredietbank en de soci-ale werkvoorziening). Met een duidelijk aanspreekpunt en doorgeleiding naar een juiste plek wordt getracht de jon-gere op het juiste pad, en in zicht te houden. Vanwege het aflopen van de ESF-subsidie is het Jongerenloket eind 2012 positief geëvalueerd. Naar aanleiding daarvan is besloten het loket voort te zetten tot 1 april 2013 en daarna te inte-greren in de werkprocessen van Orionis.

2. De rijksoverheid heeft het Antillianenbeleid (inclusief de rijksbijdrage) per 1/1/2013 beëindigd. De gemeente Vlissingen heeft de goede resultaten van het Antillianenbeleid geborgd in het integrale beleid (waaronder de aanpak risicojongeren).

3. Overigens steekt Nederland als geheel weer gunstig af in Europa. De relatief lage jeugdwerkloosheid(vergeleken binnen Europa) wordt vooral toegeschreven aan onze effectieve aanpak van het voortijdig schoolverlaten.

Page 15: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

16

Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen

Staat van de Vlissingse jeugd

Figuur 8: Aantal niet werkende Vlissingse werkzoekenden

jonger dan 25 jaar (www.werk.nl)

Gepresenteerd wordt het aantal niet werkende Vlissingse werkzoekenden jonger dan 25 jaar ingeschreven bij het CWI sinds januari 2005. Tussen januari 2005 en augustus 2008 is het aantal Vlissingse niet werkende werkzoekenden fors gedaald. Daarna zien we een wisselend beeld, met een piek in december 2011. Het aantal niet werkende Vlissingse werkzoekenden is door de crisis niet gestegen naar het niveau van 2005. Een reden hiervoor kan zijn dat jongeren besluiten langer door te leren. Ook is bekend dat niet alle werkzoekende jongeren zich inschrijven bij het CWI, omdat ze geen recht hebben op een uitkering.

Figuur 9: Het percentage Wajongers ten opzichte van het

totaal aantal 15-64 jarige inwoners (Regionale

informatie sociale verzekeringen)

De Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening voor jong-gehandicapten (Wajong) is voor jonggehandicapten en mensen die tijdens hun studie gehandicapt zijn geraakt.

Het percentage Vlissingers met een Wajong-uitkering is sinds 2004 gestegen. In 2011 waren er 453 Vlissingers met een Wajong-uitkering, in 2004 waren dit er nog 356.

Figuur 10: Het percentage 15-24-jarigen met een

WW-uitkering ten opzichte van het totaal aantal

15-64-jarige inwoners (Regionale informatie

sociale verzekeringen)

Het percentage 15-24-jarigen met een WW-uitkering is in periode 2004-2007 gedaald. In 2004 waren er in Vlissingen 71 15-24-jarigen met een WW-uitkering, in 2007 waren dit er 18. Sinds 2007 is het percentage jongeren met een WW-uitkering gestegen. In 2011 hadden 57 Vlissingse jon-geren een WW-uitkering.

0

50

100

150

200

250

300

350

400

jan

mei

sep

jan

mei

sep

jan

mei

sep

jan

mei

sep

jan

mei

sep

jan

mei

sep

jan

mei

sep

jan

mei

sep

2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012

0

1

2

3

4

5

2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011

0,00

0,20

0,40

0,60

0,80

1,00

2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011

Page 16: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

17

Eindverslag periode 2009-2012

Doelstelling 7:Adequate uitvoering integrale jeugdgezondheids-zorg 0-19

In 2010 is de integratie van de consultatiebureaus van Zorgstroom in de GGD Zeeland afgerond, zodat de voor-malige organisatorische knip in de jeugdgezondheidszorg (JGZ) tussen 0-4 en 4-19 is verdwenen. He t doel is hiermee bereikt, echter de uitkomst van het proces bleek niet zonder financiële fricties voor de GGD Zeeland (en gemeenten).Mede in dit licht is in 2010 onderzocht in hoeverre de huisvesting van de consultatiebureaus overgedragen zou kunnen worden naar de individuele gemeenten zodat de financiële last hiervan niet langer op de algemene GGD-begroting zou drukken. Daarnaast werd voorgenomen om de kosten van de JGZ-taken voor individuele gemeenten vanaf 2012 geleidelijk om te slaan naar rato van het aantal 0-19-jarigen. Van deze voornemens is door het bestuur van de GGD in 2011 afgezien omdat sommige gemeenten dan geconfron-teerd werden met grote financiële gevolgen. Wel had de discussie tot gevolg dat het aantal consultatiebureaus in de Zeeuwse gemeenten tot en met 2012 met 17 werd terug-gebracht. Naar verwachting zal deze ontwikkeling zich in 2013 voortzetten. In Vlissingen bleef het aantal op twee gehandhaafd. Eind 2011 verhuisde het consultatiebureau van de Rosenburglaan naar de nieuwe open wijk school De Combinatie. De dependance in Oost Souburg is gebleven in de Van Perestraat.De uitvoering van JGZ-taken (wettelijke contactmomenten en rijksvaccinatie) is in de verslagperiode regulier uitge-voerd. Alleen op het terrein van de prenatale voorlichting is in 2011 de zwangerschapsgymnastiek beëindigd. In 2012 is het totale aanbod voor aanstaande ouders op Walcheren herijkt.

Met betrekking tot ziekteverzuim van leerlingen in het voortgezet onderwijs is in 2011 met de GGD een project voor Walcheren voorbereid. Eerdere projecten op Zeeuws Vlaanderen (en elders in het land) bleken een groot pre-ventief effect te hebben. De aanpak bestaat eruit dat bij opvallend ziekteverzuim jeugdverpleegkundigen contact zoeken met de leerling en de ouders en op grond van de bevindingen vervolgstappen in gang zetten. Dit gaat in nauwe samenwerking met de school en de leerplicht. Het project is in 2012 aangehouden vanwege organisatorische problemen bij de GGD. Bedoeling is in de loop van 2013 tot uitwerking over te gaan. In de loop van 2011 en 2012 ontstonden nieuwe finan-ciële problemen bij de GGD als gevolg van de samenloop van diverse tariefstijgingen en extra taakstellingen. In samenwerking met bestuur en ambtenaren wordt hard gewerkt aan een toekomstbestendige koers van de GGD, waarvan de reeds langer lopende brede takendiscussie onderdeel is. Daarbinnen is ook de flexibilisering van het wettelijke basistakenpakket JGZ aan de orde. Ondermeer wordt nagedacht over een efficiëntere inzet van het aantal contactmomenten (en moet dat altijd voor de hele popu-latie) en een groter accent op risicogroepen. Eind 2012 is tevens gestart met de voorbereiding van de invoering van het extra pubermoment. Hiervoor heeft het Rijk met ingang van 2013 gemeenten in het Gemeentefonds een extra bij-drage gegeven. Medio 2012 raakte Vlissingen met de GGD in gesprek om de JGZ en andere taken van de GGD nog meer te gaan integreren met het gedeelde CJG/Wmo-loket Porthos (zie ook doelstelling 8). Bedoeling is dat de JGZ zich meer als vooruitgeschoven post van Porthos gaat positioneren in zowel het consultatiebureau als op andere vindplaatsen zoals scholen (vgl ook eerder beschreven rol van SMW).

Thema Gezond opgroeien

Page 17: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

18

Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen

Doelstelling 8Het realiseren van een Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG)

De voorbereiding van de realisatie van het CJG in Vlissingen is gestart vanaf 2008 en gebeurde in nauwe samenwerking met de GGD Zeeland, Maatschappelijk Werk Walcheren, bibliotheek Vlissingen, MEE Zeeland, Indigo Zeeland en Bureau Jeugdzorg Zeeland. In overleg met deze partners kwamen in de periode tot de opening in februari 2012 de volgende basisdocumenten tot stand: - 2010 intentieovereenkomst samenwerking in CJG - 2010 Visiedocument CJG Vlissingen - 2011 Plan van Aanpak Outreachend Werken - 2012 Samenwerkingsovereenkomst CJG Vlissingen

Gedurende het invoeringstraject is al medio 2011 beslo-ten om geen eigenstandig CJG op te richten maar dit deel uit te laten maken van een breed CJG/Wmo-loket. Over deze verbreding is nauwe samenwerking aangegaan met de gemeenten Middelburg en Veere, waarbij qua vorm en naamgeving is gekozen aan te sluiten bij het Porthosconcept van de gemeente Middelburg. Met de samenwerkende uitvoeringspartners werd naast de aparte projectgroep CJG Vlissingen een Walchers Management Overleg (MO Porthos) ingericht om de onderlinge samen-hang steeds af te stemmen.

Behalve een inhoudelijk traject is eveneens een intensief huisvestingstraject gelopen. Dit laatste omdat in de peri-ode voor 2008 was besloten dat het CJG onderdeel zou uitmaken van de nieuw te bouwen open wijk school De Combinatie in het Middengebied. De realisatie van deze school was een complexe opgave, waarbij de feitelijke bouw medio 2010 startte. Door de keuze om ook de totale kantoorfunctie van het Maatschappelijk Werk Walcheren aan de Lelienlaan te verhuizen naar De Combinatie moes-ten diverse wijzigingen plaats vinden in de inrichting van het gebouw tijdens de afbouwfase.

Door inspanning van alle partijen kon op 16 februari 2012 Porthos Vlissingen officieel feestelijk geopend worden. Niet alle Wmo-functies (zoals de Wmo-verstrekkingen en Welzijn) zijn van aanvang vertegenwoordigd in Porthos Vlissingen, ondermeer vanwege de gelijktijdige invoering van de kantelingsgesprekken bij het Wmo-loket in het stadhuis en het lopende project Welzijn Nieuwe Stijl. Eind 2012 is hierover afgesproken dat vanaf begin 2013 de functies vrijwilligersondersteuning, kantelingsgesprekken en welzijn nieuwe stijl fasegewijs bij Porthos Vlissingen worden ingevoerd.

De verdere doorontwikkeling van Porthos zal de komende jaren plaatsvinden tegen de achtergrond van de decentra-lisaties van de jeugdzorg en de AWBZ-functies begeleiding en persoonlijke verzorging, de komst van de Participatiewet en de Wet Passend Onderwijs. Omdat deze ingrijpende gevolgen hebben in het brede sociale domein en deze veelal een gemeentegrensoverstijgende aanpak vereisen, zijn de Walcherse gemeenten het samenwerkingsproject Sociaal Perspectief 2020 gestart. De toekomstige jeugd-zorgtaken worden hierin meegenomen en het is evident dat Porthos in de uitvoering een belangrijke spilfunctie krijgt. Voor de doorontwikkeling van Porthos is verder de positionering van werkzaamheden van alle samenwer-kingspartners als een onderdeel van Porthos een belangrijk aandachtspunt. Niet alleen in het fysieke loket maar juist op alle andere vindplaatsen waar deze partners cliëntcontac-ten hebben of signalen oppakken, dienen zij als verlengstuk van Porthos te werken.

Page 18: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

19

Eindverslag periode 2009-2012

Doelstelling 9Afstemming rond opvoedingsondersteuning, gerichte inzet op kwetsbare gezinnen, waaronder alleenstaan-de ouders en in het bijzonder jonge (tiener)moeders en allochtone ouders, voorlichting voorkoming tie-nerzwangerschappen

De inzet van de verschillende vormen van opvoedingsonder-steuning door GGD Zeeland (cursussen en opvoedbureau), MWW (cursussen, jonge moedergroepen en project Veilige Start), Indigo Zeeland (cursussen) en Homestart (vrijwil-ligersondersteuning bij gezinnen met jonge kinderen) heeft gedurende de jeugdnotaperiode regulier plaatsgevonden.

Het opvoedbureau kende in 2012 een zodanig stijgende vraag, dat hierin met de bestaande uren niet kon worden voorzien. In 2013 wordt bezien of deze trend zich doorzet en verschuiving van inzet mogelijk is.Veilige Start is een samenwerkingsproject van MWW en het ziekenhuis ADRZ en richt zich op risicozwangeren. Het project wordt sinds 2009 mogelijk gemaakt door onze gemeente en ontving daarnaast tot 2012 een bijdrage van de Provincie en het CZW. Bedoeling was om het hierna Zeeland breed in te zetten. In 2012 is Veilige Start ten aan-zien van de cliëntresultaten positief geëvalueerd. Probleem is dat de gemeenten buiten Walcheren niet bereid zijn een financiële bijdrage te leveren. Vanwege de hoge preven-tieve werking gaan de Walcherse gemeenten in 2013 ech-ter wel door met ondersteuning vanuit MWW. De bijdrage vanuit ziekenhuis ADRZ is daarnaast een aandachtspunt.

Staat van de Vlissingse jeugd

Figuur 11: Het aantal tienermoeders (15-19 jaar) (Verwey

Jonker Instituut, Kinderen in Tel)

Het aantal tienermoeders (15-19 jaar) is tussen 2004 en 2009 fors gedaald, van 29 naar 8. In 2010 waren er 10 tienermoeders.

Doelstelling 10Invoering digitale dossiervorming: elektronisch kind-dossier en verwijsindex risicojongeren

De invoering van het digitale dossier jeugdgezondheids-zorg (DD JGZ, voorheen elektronisch kinddossier) kende in de periode vòòr 2011 problemen vanwege slechte per-formance van de geleverde software. Nadat de GGD eind 2010 overging naar een nieuwe leverancier kon vanaf 2011 tot in 2012 het totale cliëntenbestand geleidelijk worden overgezet in digitale dossiers. Aldus kon de invoering suc-cesvol worden afgerond. Behoudens wat restproblemen (zoals de verbindingen met Internet op sommige externe locaties) is de eerste indruk dat het DD JGZ een grote voor-uitgang is voor de invoering en ontsluiting van informatie. Begin 2013 wordt het invoeringstraject geëvalueerd door de GGD.

De Verwijsindex Risicojongeren (VIR) is een signalerings-systeem waarin een hulpverlener melding kan maken van zijn zorg en is in 2010 ingevoerd. De implementatie en coördinatie van het systeem is in 2010 neergelegd bij de GGD. Hoewel gemeenten en instellingen een convenant hebben getekend en medewerkers van alle convenant-partners zijn getraind in het gebruik van de VIR blijken zij tot dusver er nauwelijks gebruik van te maken: behalve de GGD signaleert bijna niemand. Hierdoor vinden nauwelijks matches plaats en daar was het eigenlijk om begonnen. Uit de evaluatie in 2012 blijken hieraan uiteenlopende oorzaken ten grondslag te liggen. Ondermeer onduidelijk-heid over de criteria op grond waarvan je klanten in de VIR invoert, vragen rondom privacy, spanning in vertrouwens-relatie met ouders, het ontbreken van doorzettingsmacht GGD naar andere instellingen zijn hiervan voorbeelden. De VIR is echter door het Rijk verplicht. Na de evaluatie in 2012 is afgesproken de werking van de VIR nieuw leven in te blazen en de kring van convenantpartners verder uit te breiden. Onderdeel van de verbeteringslag is dat de lande-lijke criteria worden losgelaten en instellingen per definitie elke klant die in zorg is, gaan melden in de VIR. Ook geldt dit voor elke klant die in multidisciplinaire overleggen wordt besproken. Eveneens gaan gemeenten vanaf 2014 het verplichte gebruik opnemen in de subsidiebeschikkingen aan deze instellingen. Tenslotte zal in 2013 een aangepast convenant worden opgesteld en de kring van deelnemende instellingen worden uitgebreid.0

5

10

15

20

25

30

35

2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010

Page 19: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

20

Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen

Doelstelling 11Terugdringen alcohol- en middelengebruik

Mede op initiatief van de gemeente Vlissingen en de Provincie Zeeland is voor het thema Jeugd en Alcohol begin 2010 een Zeeuws project onder de naam “Laat ze niet (ver)zuipen” (LZNV) van de grond getild. Hiertoe is een bestuursovereenkomst getekend met de andere gemeenten, de Provincie en de Minister voor Veiligheid en Justitie en werd een Zeeuws projectleider aangesteld bij het stafbureau van het College van Zorg en Welzijn (CZW) in Goes. Looptijd van het project is 2010 t/m 2013. Centrale doelstellingen zijn: - uitbannen van het gebruik van alcohol door jongeren

onder de 16 - verantwoord alcoholgebruik door jongeren boven de

16 en uitbannen van openbare dronkenschap door jongeren

Het project kent een projectstructuur waarin Vlissingen bestuurlijk wordt vertegenwoordigd door de burgemeester. In de uitvoering wordt samengewerkt tussen gemeenten, GGD Zeeland, Indigo Zeeland, Halt Zeeland en de politie. Ook de Voedsel- en Warenautoriteit en de ziekenhuizen zijn betrokken. De activiteiten in het kader van LZNV zijn onderverdeeld naar de resultaatgebieden: bewustwording en voorlichting, regelgeving en handhaving. Deze zijn vervolgens met name per regio ingevuld, waarbij gebruik wordt gemaakt van de materialen en draaiboeken van het Zeeuws project. Voor Walcheren heeft Vlissingen nauw met Middelburg en Veere opgetrokken.Belangrijkste tussenresultaten sinds de start in 2010 zijn: - een website en publiekscampagne “Laat ze niet ver-

zuipen” - stapavonden voor ouders - boekenactie dr. Van der Lely - beleidsmodel Alcoholvrije School - aanpak sportkantines - oprichting alcoholpoli in ziekenhuis - beleidsmodel evenementenbeleid - invoering Halt-afdoening alcohol - aanpak openbare dronkenschap - voorbereiding invoering Drank- en Horecawet (DHW)

Het Zeeuwse project loopt eind 2013 af. Er zal een eind-meting over de resultaten plaatsvinden. Eind 2012 is de voorbereiding gestart om te komen tot een visie en stra-tegie voor de aanpak van het jeugd en alcohol vraagstuk na 2013.

Tot en met 2011 is het 4-jarige project Gezonde School en Genotmiddelen (GSG) uitgevoerd in het primair, voortgezet en speciaal onderwijs. Indigo en GGD zijn uitvoerder van deze voorlichtingsactiviteiten die plaatsvinden in het kader van het gezondheidsbeleid4.

Voor de voortzetting van GSG is vanaf 2012 gekozen voor een vorm van ‘onderhoudscontract’ voor deze voorlichting. Hierbij is de ondersteuning van de scholen iets meer op afstand gekomen. GSG vervult een belangrijk onderdeel binnen het beleidsmodel van de Alcohol Vrije School. In Vlissingen kreeg Scheldemond eind 2012 het predicaat Alcohol Vrije School.

Tenslotte zijn door Indigo Zeeland op basis van jaar-lijkse productieafspraken de reguliere activiteiten rond verslavingspreventie uitgevoerd. Dit betreft voorlichtingen, cursussen en straatcontacten door ambulante preven-tiewerkers. Vanwege bezuinigingen door het CZW op de financiële middelen van de centrumgemeente voor verslavingspreventie is eind 2012 besloten het volume van deze activiteiten in 2013 terug te brengen. Hierbij is voor Vlissingen afgesproken het ambulante preventiewerk zoveel mogelijk in stand te houden en meer flexibel om te gaan met de preventieactiviteiten in het uitgaansleven en het onderwijs.

Staat van de Vlissingse jeugd

Figuur 12: Rookgedrag onder jongeren (Jeugdmonitor

Zeeland, Klas 3 VO)

Hoewel steeds meer Vlissingse derdeklassers nog nooit hebben gerookt zien we dat het aandeel dat rookt niet sig-nificant is veranderd. Wel zien we dat minder derdeklassers inmiddels gestopt zijn met roken.

4. Voor een overzicht van alle activiteiten vanuit het gezondheidsbeleid wordt hier verder verwezen naar de gezondheidsnota 2013-2016.

0%

20%

40%

60%

80%

100%

2004 2007 2011

nooit gerookt rookt niet (meer)

rookt niet elke dag rookt elke dag

Page 20: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

21

Eindverslag periode 2009-2012

Figuur 13: Aandeel bingedrinken in de afgelopen 4 weken

(Jeugdmonitor Zeeland, Klas 3 VO)

De leerlingen uit klas 3 van het voorgezet onderwijs in Vlissingen zijn bij de enquêtes in 2007 en 2011 meerdere vragen voorgelegd over hun alcoholgebruik. Eén van de vragen die werden gesteld, is hoe vaak men in de afgelo-pen vier weken bij één gelegenheid vijf glazen alcohol of meer heeft gedronken. De antwoorden op deze vraag kun-nen gebruikt worden voor een schatting van de omvang van het bingedrinken onder middelbare scholieren.

Bingedrinken is het drinken van grote hoeveelheden alco-hol bij één gelegenheid. Het is een vorm van overmatig drankgebruik. Een veelgebruikte norm voor het onderschei-den van bingedrinkers onder volwassen vrouwen is wan-neer zij (wel eens) binnen een paar uur vier of meer glazen alcohol drinken. Voor volwassen mannen is de norm zes of meer glazen alcohol binnen een paar uur. Gegeven de nor-men die voor volwassenen gehanteerd worden, levert het vragen naar het drinken van vijf of meer glazen alcohol bij 14- en 15-jarigen een nog zeer conservatieve schatting op van het bingedrinken onder middelbare scholieren.

Vergeleken met 2007 drinken in 2011 meer derdeklassers geen alcohol. Ook hebben de derdeklassers die wel alcohol drinken minder vaak de afgelopen vier weken bij één gele-genheid vijf glazen alcohol gedronken.

Figuur 14: Drugsgebruik onder jongeren (Jeugdmonitor

Zeeland, Klas 3 VO)

Vergeleken met 2007 hebben minder Vlissingse derde-klassers wel eens softdrugs (hasj of wiet) of harddrugs (XTC, cocaïne, hallucinogene paddenstoeltjes, amfetamine, en heroïne) gebruikt. In 2011 had ruim één op de tien Vlissingse derdeklassers wel eens softdrugs gebruikt, in 2007 was dit nog twee op de tien.

05

10152025303540

drinkt niet 0 keer 1 keer 2 keer 3 of meerkeer

2007 2011

0

5

10

15

20

25

2007 2011

Page 21: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

22

Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen

Doelstelling 12Afname aantal jeugdigen met overgewicht

Overgewicht is van invloed op diverse chronische ziekten en verdient onze blijvende aandacht. Op grond van het onderzoek in Vlissingen van de dienst Integraal Toezicht Jeugdzaken in 2009 zou een actieplan Aanpak Overgewicht worden opgesteld, zo mogelijk met Middelburg en Veere in het kader van het gezamenlijke regionale gezondheidsbe-leid. Door het veranderende financiële perspectief en wisse-ling van personeel in alle drie gemeenten moesten de ambi-ties voor een dergelijk plan vanaf 2010 worden bijgesteld.Bedoeling was de afgelopen beleidsperiode accent te leg-gen op voeding en beweging. Met name op dit laatste ter-rein is veel vooruitgang geboekt. Alle Walcherse gemeenten hebben activiteiten ingezet die bewegen en sporten stimu-leren. Mede vanuit het sportbeleid, de Combinatieregeling voor brede scholen, sport en cultuur en het Nationaal Actieplan Sport en bewegen is in Vlissingen een gevarieerd bewegingsaanbod rond de scholen georganiseerd (zie ook doelstelling 21 en 22).Specifieke projecten gericht op (gezinnen met) kinderen met overgewicht waarbij inzet van meer disciplines de bedoeling was (diëtiek, fysiotherapie en psychologie) ble-ken lastig te realiseren. Uiteindelijk is in 2012 op 1 basis-school een project Fit and Food tot stand gekomen, maar de financiering na 1 jaar is niet geborgd. Overleg over cofi-nanciering door de zorgverzekeraar heeft tot dusver niet tot het gewenste resultaat geleid. Een in 2011 opgericht overleg in de Commissie Overgewicht om te komen tot een integrale aanpak van overgewicht in Zeeland door middel van drie regionale pilots is niet van de grond gekomen.Wat het onderdeel gezonde voeding betreft is het vanuit het gezondheidsbeleid de bedoeling in de periode 2013 -2016 hier meer aandacht aan te geven.

Staat van de Vlissingse jeugd

Figuur 15: Aandelen overgewicht / obesitas bij verschil-

lende leeftijden (GGD) (2005 - 2009)

Het percentage 4-jarigen met overgewicht (incl. obesitas) is behoorlijk lager dan bij de andere leeftijden. Het percen-tage jongeren met ernstig overgewicht (obesitas) is bij de 5-jarigen het hoogst.

Figuur 16: Over- en ondergewicht (BMI-klasse)

(Jeugdmonitor Zeeland, Klas 3 VO)

Het percentage tieners met overgewicht is nauwelijks ver-anderd.

Figuur 17: Nederlandse norm gezond bewegen

(Jeugdmonitor Zeeland, Klas 3 VO)

Vlissingse derdeklassers bewogen in 2011 minder dan de derdeklassers in 2007. De Nederlandse norm gezond bewegen (NNGB) stelt dat jongeren tot 18 jaar dagelijks minimaal een uur matig intensieve lichamelijke activiteit moeten verrichten. In 2011 voldeed bijna twee van de tien Vlissingse derdeklassers aan deze norm, in 2007 was dit nog bijna drie op de tien. Het aandeel derdeklassers dat inactief is is bijna verdubbeld. In 2007 was 22% inactief, in 2011 40%.

0

5

10

15

20

25

bijna 4 jarigen 5 jarigen 10 jarigen 13 jarigen

overgewicht (incl. obesitas) ernstig overgewicht (obesitas)

0%10%20%30%40%50%60%70%80%90%

100%

2004 2007 2011

ondergewicht normaal overgewicht obesitas

0%

20%

40%

60%

80%

100%

2007 2011

inactief semi-inactief semi-actief normactief

Page 22: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

23

Eindverslag periode 2009-2012

Figuur 18: Sporten op school (Jeugdmonitor Zeeland,

Primair Onderwijs groep 6) (2010)

Bijna twee derde van de leerlingen uit groep zes sportte in 2010 2 dagen per week op school, zoals schoolgym, schoolzwemmen. Een vergelijking tussen de meetjaren is niet mogelijk.

Doelstelling 13Voorkoming psychosociale problematiek en andere geestelijke gezondheidszorgproblemen

Preventie van psychosociale problematiek en ander geeste-lijke gezondheidszorgproblemen zoals depressie is onder-deel van de uitvoering van de jeugdgezondheidszorg van de GGD, het jeugdmaatschappelijk werk van Maatschappelijk Werk Walcheren en de preventieve geestelijke gezond-heidszorg door Indigo Zeeland. Dit in het kader van regulier lopende subsidies.Er zijn echter geen middelen om extra activiteiten op deze doelstelling te ondernemen. Met Indigo Zeeland zijn gedu-rende de looptijd van de jeugdnota gaandeweg afspraken gemaakt over een meer flexibele inzet van het bestaande volume aan collectieve preventie op het terrein van de geestelijk gezondheidszorg (middelen voor cp ggz). Waar voorheen per jaar een vaste verdeling over een bepaald aantal specifieke cursussen plaatsvond, worden de mid-delen vanaf 2011 steeds meer vraaggericht ingezet. In dit verband overleggen de Walcherse gemeenten met Indigo elk kwartaal over de voortgang en ontwikkelingen.

Staat van de Vlissingse jeugd

Om psychosociale problematiek bij kinderen in kaart te brengen wordt in de jeugdgezondheidszorg gebruik gemaakt van de Strength and Difficulties Questionnaire (SDQ). De vragenlijst bevat in totaal 25 vragen die betrek-king hebben op de onderdelen: hyperactiviteit/aandachts-tekort, emotionele problemen, problemen met leeftijdsge-noten, gedragsproblemen en pro-sociaal gedrag (gedrag dat anderen helpt). Met behulp van de SDQ kunnen kin-deren met een risico op psychosociale problemen worden gesignaleerd.

Figuur 19: SDQ-score 10-jarigen (GGD) (2005 - medio 2009)

Eén op de tien (11%) 10-jarigen heeft een verhoogde SDQ-score.

nooit of niet elke week 1 dag/week

2 dag/week 3 dag/week

4 dag/week 5 dag/week

normaal grensgebied verhoogd

Page 23: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

24

Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen

Figuur 20: SDQ-score 14/15 jarigen (Jeugdmonitor

Zeeland, klas 3 VO)

Eén op de tien Vlissingse derdeklassers heeft een ver-hoogde SDQ-score. Er is geen verschil tussen de meetjaren.

Figuur 21: Suïcide gedachten (Jeugdmonitor Zeeland,

klas 3 VO)

Ongeveer één op de vijf Vlissingse derdeklassers had in het jaar voor het onderzoek in 2011 wel eens serieus nage-dacht om een eind aan zijn/haar leven te maken. In 2004 waren dit er iets meer. Ongeveer 6% zegt hierover (heel) vaak serieus nagedacht te hebben.

0%

20%

40%

60%

80%

100%

2007 2011

normaal grensgebied verhoogd

0%5%

10%15%20%25%30%35%40%45%50%

2004 2007 2011

een enkele keer

af en toe

vaak

heel vaak

Page 24: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

25

Eindverslag periode 2009-2012

Doelstelling 14Borging preventiemethodiek JIT en VET

Het Jeugd Interventie Team (JIT) is in 2007 in Vlissingen gestart en richt zich op jongeren die betrokken zijn bij over-last. Onderdeel van het JIT is een gezamenlijk huisbezoek van politie en maatschappelijk werk. Dit werkt zeer preven-tief. Na een evaluatieonderzoek door bureau Beke naar de opbrengsten van de aanpak in 2009 is het JIT structureel geworden. Ook Middelburg nam de aanpak over. Het project heeft landelijk de derde plaats gewonnen tijdens de tweejaarlijkse Marieke Kamphuijsprijs voor innovatieve sociale projecten. Het Vroeg Erbij Team (VET) betreft korte intensieve hulp-verlening (maximaal 3 maanden) door het maatschappelijk werk aan een jongere en zijn gezin na het signaleren van problemen door de politie (vaak voortvloeiend uit een JIT-melding).Met de vaste inzet van 2x 0,5 fte per werksoort vanuit het Maatschappelijk Werk Walcheren is het JIT en VET sinds 2010 structureel geborgd en werd het JIT-maatschappelijk werk fysiek bij het Veiligheidshuis ondergebracht. Door de politie vindt voor het JIT vaste inzet van de jeugdagent plaats.

Doelstelling 15Pilotproject Communities that Care

Communities that Care (CtC) is een wetenschappelijk beproefd model waarin risico- en beschermende factoren in een wijk in verband worden gebracht met probleemgedrag en maatschappelijke uitval onder jongeren. Via de aange-toonde verbanden kan de aanpak meer gericht worden ingezet en is de kans groter dat de gewenste effecten wor-den bereikt. De inzet van bewezen effectieve programma’s levert daar een bijdrage aan. CtC richt zich niet alleen op de jongeren zelf, maar ook op de omgevingen waarin jongeren opgroeien. Op deze manier worden personen en instellingen die de directe omgeving van jongeren vormen, bij de aanpak betrokken. In Vlissingen is in 2008 gekozen CtC te koppelen aan de wijkaanpak in het Middengebied, omdat daar al jaren aan verbetering van de leefbaarheid werd gewerkt. Het project ging in 2009 van start met een grootschalig scho-lierenonderzoek. Over de uitkomsten daarvan is in 2010 nader overlegd met diverse betrokkenen. Hierbij is beslist de CtC-methodiek niet alleen voor jongeren toe te pas-sen maar voor de totale bevolking in het gebied. Er is een Preventieteam opgericht om prioriteiten voor de wijk te bepalen en daarvoor een CTC-uitvoeringsplan op te stellen. Nadeel van CtC is dat het arbeidsintensief is. Zeker in de beginperiode is frequent overleg nodig. Bij de introductie van CtC is ook een gecertificeerd CtC-coach betrokken die het preventieteam door de verschillende stappen van de methodiek leidt. Daarnaast vergt CtC in vergelijking met ‘gewoon’ jeugdbeleid ook aanzienlijk meer ambtelijke capaciteit. Het project raakte einde 2011 in een zekere impasse, omdat het ontbeerde aan een geactualiseerd welzijnsbeleid en een stevige uitvoeringsorganisatie. Dit nieuwe beleid moest worden ontwikkeld in het kader van het project Welzijn Nieuwe Stijl (WNS). Totdat het nieuwe welzijnsbeleid in december 2012 door de gemeenteraad kon worden vastgesteld is de uitvoering van CtC in 2012 min of meer aangehouden. Deze wordt begin 2013 opnieuw opgepakt.

Thema Veilig opgroeien

Page 25: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

26

Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen

Doelstelling 16Bevorderen weerbaarheid jongeren

Ten behoeve van meer weerbaarheid bij jongeren is in 2009 in het basisonderwijs gestart met weerbaarheidslessen in het kader van het erkende programma “Rots en Water”. Deze lessen konden vanaf 2010 structureel worden ingezet door een combinatiefunctionaris van afdeling Vlissingen in Beweging. Tot en met 2012 vond dit plaats voor alle boven-bouwleerlingen van 8 basisscholen. Naar de toekomst wordt gestreefd de lessen meer vraaggericht en meer even-redig voor alle Vlissingse scholen in te zetten. Inmiddels heeft 1 schoolbestuur besloten eigen middelen in te zetten voor inkoop van weerbaarheidslessen in alle klassen. Vanaf 2010 is met dekking uit het programma Integrale Sociale Veiligheid ook een weerbaarheidprogramma thai-boksen voor Marokkaanse risicojongeren geïnitieerd. Bij een eerste evaluatie in 2011 kwam naar voren dat een deel van de doelgroep wel werd bereikt maar dat het onderscheid met een gewone sportactiviteit niet erg groot leek. Hierop is met de initiatiefnemer afgesproken om de activiteit op termijn financieel te verzelfstandigen door contributie te gaan heffen. Als gevolg hiervan bleken in 2012 12 van de 32 jongeren af te haken. Naar verwachting wordt de financiële ondersteuning van de gemeente in 2013 volledig beëindigd.

Tenslotte was het de bedoeling om vanaf 2010 meer in te zetten op weerbaarheid van jonge meiden en in het bij-zonder ter preventie van loverboy-problematiek. Dit streven heeft nog geen invulling gekregen omdat dit onderwerp ook op de agenda van de Taskforce Jeugd Zeeland was ingebracht en we wilden wachten op de afronding daar-van. Vanuit de Werkgroep Zorgaanbieders (WZA) van de Taskforce zijn in de loop van deze periode verschillende voorstellen ontwikkeld die nog geen draagvlak kregen. Voorstellen voor een laagdrempelig inloopmeldpunt voor slachtoffers van loverboys en het verbeteren van de keten-samenwerking werden afgewezen omdat de overwegende mening was dat de zorg in Zeeland op dit punt goed was geregeld. Wel leek het vanuit preventieoogpunt goed een onderwijsmodule te ontwikkelen voor kwetsbare meiden in het speciaal onderwijs (oa groep licht verstandelijk gehan-dicapten). Hiertoe is door de GGD, BJZ en MEE Zeeland in 2011 een voorstel ontwikkeld. Vanwege de kosten, een aantal aanvullende vragen (oa met betrekking tot de reikwijdte van het probleem en de rol van het onderwijs zelf) èn omdat de Zedenpolitie met een nader onderzoek was gestart, heeft de Taskforce dit voorstel aangehouden. November 2012 zijn de aanbevelingen van het onderzoek van de Zedenpolitie besproken en is afgesproken dat er van de gezamenlijke zorgaanbieders een nieuw voorstel in 2013 komt.

Staat van de Vlissingse jeugd

Figuur 22: Vaak of heel vaak gepest worden

(Jeugdmonitor Zeeland, groep 6 PO)

Bijna één op de tien scholieren (9%) uit groep 6 van het primair onderwijs wordt naar eigen zeggen vaak of heel vaak gepest. Dit is gestegen sinds 2003, maar daarna gestagneerd.

Figuur 23: Eén of meer keren per week gepest worden op

school (Jeugdmonitor Zeeland, Klas 3 VO)

Het aandeel scholieren van het middelbaar onderwijs dat naar eigen zeggen 1 of meer keren per week gepest wordt, is tussen 2004 en 2007 gestegen van 2% naar 9%. We moeten hier wel een kanttekening bij plaatsen. In 2004 is namelijk aan de scholieren gevraagd: ‘hoe vaak ben je op school gepest of getreiterd, zodat je er bang of verdrietig van werd’. In 2007 is gevraagd: ‘Hoe vaak ben je op school gepest’. Tussen 2007 en 2011 is het percentage scholieren dat op school gepest wordt weer gedaald naar 5%.

0

10

20

30

40

50

60

70

80

90

100

2003 2006 2010

0

10

20

30

40

50

60

70

80

90

100

2004 2007 2011

Page 26: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

27

Eindverslag periode 2009-2012

Figuur 24: Was in het afgelopen jaar slachtoffer van

criminaliteit (Jeugdmonitor, Klas 3 VO)

Van de Vlissingse leerlingen uit klas 3 van het voortgezet onderwijs is naar eigen zeggen jaarlijks een kwart slachtof-fer van één of andere vorm van criminaliteit (27%). Bij de eerdere onderzoeken in 2004 en 2007 gaven meer leerlin-gen aan het afgelopen jaar slachtoffer te zijn geweest van criminaliteit. Hierbij gaat het onder meer om fiets gesto-len, geld gestolen, iets anders gestolen, spullen vernield, bedreigd worden, in elkaar geslagen.

Figuur 25: Veilig voelen in de eigen buurt (Jeugdmonitor

Zeeland, groep 6 PO, Klas 3 VO)

Ruim acht van de tien kinderen uit groep 6 en ruim negen van de tien derdeklassers voelen zich veilig in de eigen buurt. Het percentage Vlissingse kinderen dat zich veilig voelt in de eigen buurt is nauwelijks veranderd tussen 2003 en 2010. Het aandeel derdeklassers dat zich veilig voelt in de buurt is sinds 2004 gestegen.

Figuur 26: Veilig voelen thuis en op school (Jeugdmonitor

Zeeland, Klas 3 VO)

Ruim negen van de tien (96%) Vlissingse scholieren uit klas 3 van het voortgezet onderwijs voelen zich veilig thuis. Op school voelt 95% van de Vlissingse scholieren uit klas 3 zich veilig. De verschillen tussen de meetjaren zijn verwaarloos-baar klein.

0

10

20

30

40

50

60

70

80

90

100

2004 2007 2011

0102030405060708090

100

2003/2004 2006/2007 2010/2011

PO-6

VO-3

0102030405060708090

100

2004 2007 2011 2004 2007 2011

Thuis School

Page 27: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

28

Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen

Doelstelling 17Terugdringen overlast jongeren

Overlastproblemen met jongeren in vooral Bossenburg en het Middengebied stonden in 2009 veel op de agenda. Een deel van die jongeren is door het JIT bereikt. Gedwongen door incidenten moest in bepaalde straten wel een tijdelijk samenscholingsverbod worden ingevoerd. Daarnaast leidde een onhoudbare situatie voor omwonende bewoners in de Harlekijn in het Middengebied ertoe dat het jongeren-centrum De Walk Inn werd gesloten. In de zomer werd dit heropend onder een nieuwe naam De Paljas en startte Palladium met activiteiten voor meer groepen. Omdat het bestaande jongerenwerk alleen accommodatiegebonden opereerde is eind 2009 besloten met dekking uit het programma Integrale Sociale Veiligheid 1 fte ambulant jongerenwerk bij de stichting Palladium aan te stellen. Deze ambulante werker kon in 2010 meer contact leggen met jongeren op straat en op hangplekken. De jongeren werden aangesproken op hun gedrag en regelmatig door-verwezen naar de verschillende activiteiten van de stichting Palladium (thaiboksen, jamsessie, inloop, vakantieactivitei-ten etc.) en het Restartproject van de stichting ROAT (work-shops muziek, sport, dans, trajectbemiddeling Antilliaanse risicojongeren)5.

De oprichting van een Team Straattalent van vrijwillige straatcoaches door Palladium kwam aanvankelijk niet goed van de grond. Vanuit het Restartproject bleek het werven van vrijwillige straatcoaches veel beter te lopen. In toene-mende mate werden en worden zij succesvol ingezet op plekken waar bewoners overlast van groepen jongeren/jonge adolescenten hadden.Problemen met de scooterjeugd uit 2009 zijn vanaf 2010 gaandeweg verminderd door een strenge handha-ving door de politie, gekoppeld aan de inzet vanuit de Sleutelwerkplaats onder beheer van stichting ROAT.

Vanaf 2011 is een vast netwerkoverleg jongerenoverlast georganiseerd door Palladium, gemeente, politie, jonge-renwerk, Indigo Zeeland en stichting ROAT. Eind 2011 kon worden geconcludeerd dat de gezamenlijke inzet een gunstig effect heeft gehad op het bereik van risicojongeren en het verminderen van de overlast in het algemeen. Wel is besloten om accommodatie De Paljas definitief te sluiten omdat er te weinig effectief gebruik van werd gemaakt. De lastige groep jongeren in deze buurt hangt vanaf die tijd meer rond bij een particulier theehuis aan de Hogeweg. De ontwikkelingen daar worden nauwgezet gevolgd door politie en gemeente.

Door de positieve resultaten van het Restartproject is begin 2012 besloten dat de stichting ROAT deze aanpak tot 2016 verder gaat ontwikkelen en verbreden van (met name) Antillianen naar alle risicojongeren. Dit vindt plaats onder de naam Doorstart! Naast de sportieve en culturele activi-teiten voor pubers en adolescenten, de trajectsamenwer-king met RMC en ROC, de inzet van straatcoaches en de Sleutelwerkplaats wordt ook een programma ontwikkeld voor jongere kinderen met risicogedrag. Na het wegvallen van Palladium zal stichting ROAT in dit kader ook afstem-men en samenwerken met Vlissingen in Beweging (Welzijn Nieuwe Stijl) en Porthos.

Bij de start van de jeugdnota in 2009 kende Vlissingen 5 problematische jeugdgroepen die voor veel overlast zorg-den. Door strengere handhaving van politie en gemeente (ondermeer door een tijdelijke samenscholingsverbod) is de enige criminele groep vanaf 2010 verdwenen6. Volgens de laatste inventarisatie van de politie zijn er eind 2012 in Vlissingen 1 overlastgevende en 4 hinderlijke jeugdgroe-pen. Het verdwijnen van de criminele groep heeft deels te maken met de aanpak en inzet op die groep vanuit de politie en het Openbaar Ministerie en deels met het feit dat de jongeren volwassen zijn geworden en zich niet meer als groep manifesteren. Dat wil niet zeggen dat zij ook alle-maal gestopt zijn met hun criminele activiteiten. De politie en het Openbaar Ministerie blijven onverminderd inzetten op deze personen.

Voor een blijvende goede regie vanuit de gemeente op de aanpak van de jeugdgroepen is het vaste netwerkoverleg dat bij Palladium plaats vond in 2012 overgegaan naar stichting ROAT. Alle netwerkpartners die ambulante werk-zaamheden doen met betrekking tot de jeugdgroepen zitten aan tafel. Door de integrale aanpak zijn we beter in staat om de overlast van jeugdgroepen te bestrijden en jongeren sneller en beter in kaart te brengen en individuele trajecten te starten. In 2012 is met betrekking tot dit onderwerp ook aange-sloten bij het landelijk Actieprogramma Problematische Jeugdgroepen en de Persoons Gerichte Aanpak (PGA). Gemeente Vlissingen heeft hierin namens de Zeeuwse gemeenten een trekkende rol (zie Veiligheidshuis). In dit kader zijn verder afspraken voorbereid over het (binnen juridische kaders) uitwisselen van persoonsinformatie tus-sen de gemeente, politie, ROAT, Veiligheidshuis en Porthos.

5. Het Restartproject van de stichting ROAT was onderdeel van het Vlissingse Antillianenbeleid 2010-2013. Door toepassing van de zogenaamde Keerpuntmethodiek bleek het project in staat een goede ingang te vinden bij jongeren die leven vanuit de zogenaamde straatcultuur. Behalve Antilliaanse jongeren werden in toenemende mate ook risicojongeren met een andere achtergrond bereikt.

6. Volgens de landelijk gehanteerde Beke-typologie onderscheidt de politie 3 soorten problematische jeugdgroepen: hinderlijke, overlastgevende en criminele.

Page 28: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

29

Eindverslag periode 2009-2012

Figuur 27: Percentage 12- t/m 21-jarigen in Vlissingen dat

een delict heeft gepleegd waardoor ze voor de

rechter zijn verschenen (Kinderen in Tel)

Vanaf het jaar 2000 zien we een licht stijgende lijn in het percentage jongeren dat een strafbaar feit heeft gepleegd. In 2010 ligt dit percentage op 5,5%.

Doelstelling 18Opzet Veiligheidshuis

Het Veiligheidshuis is op 5 oktober 2009 gestart met de doelgroep jeugd. Vanaf 2010 heeft het zich doorontwik-keld en is zich naast jeugd ook gaan richten op veelplegers en huiselijk geweld. Ook de nazorg aan ex-gedetineerden is toegevoegd aan de taken van het Veiligheidshuis. De fei-telijke uitvoering van die nazorg vindt sinds oktober 2010 plaats door de Stichting Door. Na beëindiging van de pilot-fase is eind 2011 besloten per 15 mei 2012 een Stichting Veiligheidshuis op te richten.In het Veiligheidshuis vinden verschillende multidisciplinaire overleggen plaats, bijvoorbeeld het Justitieel Casus Overleg, Leerplichtcasusoverleg (LCO) en het Hulpverleners Casus Overleg (HCO). De afstemming met multidisciplinaire over-leggen in het zorgdomein (Porthos, ZAT’s) was gedurende de verslagperiode regelmatig aandachtspunt.Belangrijk speerpunt voor het Veiligheidshuis in 2012 was de voorbereiding van de Persoons Gerichte Aanpak (PGA), overigens in samenwerking met de andere Veiligheidshuizen in de (vanaf 2013) nieuwe politieregio Zeeland West Brabant. De PGA richt zich op zogenaamde High Impact Crime (braak, overval, roof en geweld) en veelplegers en ernstige overlastgevers in de leeftijd tussen 12-28 jaar. De gemeente Vlissingen heeft hierin een trekkende rol. Ook bij de PGA is efficiënte afstemming tussen justitie en zorg een belangrijk thema. In 2013 wordt de PGA verder uitgewerkt en geïmplementeerd. Er wordt onderzocht op welke wijze de gemeenten de regierol middels een gezamenlijke pro-cesregisseur PGA kunnen invullen.

0%

1%

2%

3%

4%

5%

6%

7%

2000 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010

Page 29: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

30

Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen

Doelstelling 19Opvang van zwerfjongeren en jongeren met huisvestingsproblemen

Het Zeeuwse beleid voor de Maatschappelijke Opvang en Verslavingszorg is neergelegd in het Zeeuws Kompas uit 2008. Als centrumgemeente voor de rijksmiddelen op dit terrein heeft Vlissingen de bestuurlijke verantwoordelijk-heid voor dit beleidskader overgedragen aan het bureau van het College van Zorg en Welzijn (CZW-bureau). Ten aanzien van de zwerfjongeren was een van de doelstellin-gen uit het Zeeuws Kompas om een beperkte opvangvoor-ziening voor deze doelgroep te realiseren door gemeenten, Provincie en betrokken partijen. In de afgelopen jaren kon hieraan geen uitvoering worden gegeven. Vanwege rijks-bezuinigingen op de middelen van de centrumgemeente moesten de ambities van het Zeeuws Kompas worden her-ijkt en dit proces is in 2010 gestart. Vanuit het CZW-bureau zijn diverse werkgroepen gestart, waarvan 1 voor zwerfjon-geren. In zijn voorlopig advies concludeert de werkgroep dat vooral een bepaalde benaderingsmethodiek het meest soelaas biedt. Deze wordt nog niet vanuit alle betrokken instellingen gehanteerd en daarnaast is de doelgroep bij die instellingen niet goed in beeld. In 2013 zal het advies worden afgerond. In de praktijk komen zwerfjongeren nog steeds tijdelijk terecht in de volwassenenopvang in Vlissingen. Ook komen zij bij de stichting Droom.In de Foyer de Jeunesse van stichting Juvent leren kwets-bare jongeren (vaak afkomstig uit jeugdzorg) zelfstandig te wonen. Het CZW heeft besloten de Foyer onderdeel te laten blijven van het Zeeuws Kompas. Door verhoging van de bijdrage in 2012 naar € 180.000,- ten laste van de centrumgemeentemiddelen kon de exploitatie van de Vlissingse foyer op dezelfde voet worden voortgezet.

Doelstelling 20Afname aantal gevallen van kindermishandeling

RAAK staat voor regionale aanpak kindermishandeling en is een landelijk project verdeeld over 37 regio’s. Zeeland is een van die regio’s. Doel van RAAK is om instellin-gen en beroepskrachten in een regio zo goed mogelijk te laten signaleren en samen te laten werken rond dit maatschappelijke probleem. De gemeente Vlissingen was voor Zeeland verantwoordelijk voor de implementatie van RAAK in Zeeland en heeft hiertoe in 2009 een projectlei-der aangesteld. Deze heeft eerst een startnotitie gemaakt en na consultatie van alle betrokken partijen in 2010 een werkplan voorbereid. De landelijke afsluiting van het pro-ject RAAK vond plaats in februari 2011 en werd in Zeeland afgerond met het document “Voortgang en borging van de aanpak kindermishandeling Zeeland; de afronding van het project RAAK per 2011.” Dit bevatte diverse actiepunten, waaronder - de Zeeuwsbrede invoering van de methodieken Signs

of Safety, Signs of Wellbeing en familienetwerkbera-den voor het opstellen van veiligheidsplannen

- informatie-uitwisseling jeugdzorg – geestelijke gezond-heidszorg (ggz)

- terugkoppeling binnen de keten over behandeling - voorbereiding Wet Meldcode huiselijk geweld en kin-

dermishandelingOm de sluitende aanpak rond kindermishandeling te verwezenlijken is voor dit onderwerp aangesloten bij de overlegstructuur rond de Taskforce Jeugd Zeeland. Centrale uitvoerende rol in de aanpak van kindermishandeling speelt het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK), onderdeel van Bureau Jeugdzorg Zeeland (BJZ). Het AMK voert onderzoeken uit naar (vermoedens van) kindermis-handeling en geeft aan beroepskrachten consult en advies. Vanuit BJZ en de CJG’s (Porthos in Vlissingen) is de laatste jaren in Zeeland met behulp van methode Signs of Safety sterk ingezet op vrijwillige hulpverlening met medewerking van de ouders en netwerken van families. De gang naar de kinderrechter wordt daarmee voorkomen. Meldingen namen ook toe als gevolg van het project Veilige Start gericht op risicozwangeren.

Ten behoeve van de invoering van de meldcode kinder-mishandeling (bij totstandkoming van dit verslag was de Wet overigens nog steeds in voorbereiding) is in 2012 in samenwerking tussen het AMK, het Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG) en het CZW-bureau een Zeeuws ondersteu-ningsprogramma voor beroepskrachten gestart. Dit bestaat uit de onderdelen: - Zeeuwse folder “Signaleren en doorbreken” - Informatiebijeenkomsten “Werken met de meldcode” - Trainingsaanbod voor professionals - Nieuwsbrief Huiselijk Geweld en Kindermishandeling

Page 30: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

31

Eindverslag periode 2009-2012

Met de totstandkoming van een nieuw landelijk Actieplan aanpak kindermishandeling 2012-2016 wordt de komende jaren de aanpak van seksueel misbruik en fysieke mishan-deling speerpunt van beleid. Dit naar aanleiding van het rapport van de Commissie Deetman over seksueel misbruik in de Rooms-Katholieke kerk. Landelijk is een Taskforce kindermishandeling en seksueel misbruik opgericht die gaat toezien op de uitvoering van het nieuwe actieplan. De urgentie van de problematiek werd nog eens onderstreept door het rapport van de Commissie Samson in het najaar van 2012 over seksueel misbruik van minderjarigen die op last van de overheid in jeugdinstellingen en de pleegzorg zijn geplaatst.

Overigens wordt de toekomstige uitvoering van de aanpak kindermishandeling naar verwachting vanaf 2015 onderge-bracht in één nieuwe organisatie, het Advies- en meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling (AMHK). De totale aanpak zal komen te vallen onder het regime van de Wmo. Een besluit hierover wordt genomen bij de vaststelling van de nieuwe Jeugdwet.

Staat van de Vlissingse jeugd

Figuur 28: Aantal meldingen van het AMK (Kinderen in

Tel, Verwey-Jonker instituut)

Het aantal meldingen kindermishandeling is in 2006 verge-leken met 2005 verdubbeld. Een verklaring voor deze stij-ging zou kunnen zijn de grotere bekendheid van het meld-punt bij het publiek. De stijging is na 2006 niet doorgezet. Het aantal meldingen voor Vlissingen ligt in 2010 op 112.

0

20

40

60

80

100

120

2005 2006 2007 2008 2009 2010

Page 31: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

33

Eindverslag periode 2009-2012

Doelstelling 21Bevordering deelname aan sport door de jeugd

Het belang van sport wordt door de gemeente Vlissingen al lang onderkend en de jeugd is een belangrijke doelgroep in dit verband. Naast de intrinsieke waarde van sportbe-oefening heeft sport belangrijke instrumentele waarde voor andere beleidsdoelen (bijv. gezondheid, leefbaarheid, welzijn, vrijwilligers). In 2001 is de eerste sportnota vastge-steld. Hierin zijn de kaders voor het sportbeleid voor een periode van 10 tot 15 jaar geschetst. De periode tot 2009 stond vooral in het teken van de Breedte Sport Impuls (BSI). Voor de jeugd is stevig ingezet op sportbuurtwerk en het versterken van bewegingsonderwijs op basisscholen. Ook vonden twee zogenaamde BOS-projecten plaats in de wij-ken Middengebied en Oost Souburg.In 2009 is een actualisatie vastgesteld voor de periode 2009-2012. In deze periode kon het sportbeleid mede worden uitgevoerd en verbreed door een aantal overheids-regelingen zoals: - de sportnota van VWS - de Impulsregeling brede scholen, sport en cultuur (zie

verder) - de NASB-regeling (Nationaal Actieplan Sport en

Bewegen) - de regeling Buurtsportcoaches

Onderdeel van deze regelingen is dat cofinanciering van de gemeente of derden (bijv. scholen) flankerend wordt ingezet.In de verslagperiode is veel ingezet op sportkennismakings-projecten voor basisscholen. Ondermeer de gemeentelijke ondersteuning van sportklassen in het voortgezet onderwijs werd hieraan gekoppeld. Daarnaast werd de samenwer-king met en ondersteuning van sportvereniging verder ontwikkeld.

In het kader van sportbevordering is Vlissingen ook sinds 2009 deelnemer aan het Jeugdsportfonds voor kinderen uit gezinnen met lage inkomens (zie ook doelstelling 26).

Spel en bewegen liggen in het verlengde van georgani-seerde sport. Voor het ruimtelijke aspect van spelen kent de gemeente Vlissingen een speelruimtebeleid dat wordt beschreven in het Speelruimteactieplan. In 2011 is na eva-luatie van de periode 2006-2010 het Speelruimteactieplan 2012-2016 vastgesteld. Hierbij kon het bestaande beleid inhoudelijk en planmatig geactualiseerd worden binnen bestaande budgettaire kaders. In het plan is een aantal inhoudelijke uitgangspunten beschreven zoals streven naar meer multifunctionele plekken, voorrang voor wijken met grotere jeugdpopulatie, meer natuurspelelementen, meer oog voor het potentieel van speelruimte van derden (speeltuinen, scholen) en informele ruimte (groen). Met de 3 speeltuinbesturen kon begin 2012 overeenstemming worden bereikt over een gelijke verdeling van het totale speeltuinenbudget en hun aanvullende functie in relatie tot het speelruimtebeleid. Bij de open wijk scholen het Kroonjuweel en De Combinatie zijn in 2012 openbare schoolpleinen met speelelementen gerealiseerd. Na het openen van een Cruijffcourt in 2009 in Bossenburg kwam eind 2012 in het Middengebied ook een Krajicekcourt tot stand. De stichting ROAT zal door ondersteunende scholar-ships van de Krajicek Foundation de invulling van activitei-ten voor de jongeren en de buurt ter hand nemen.

Eind 2012 startte de voorbereiding van een geactualiseerde sportnota voor de periode 2013-2016.

Thema Talenten ontwikkelen en plezier hebben

Page 32: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

34

Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen

Staat van de Vlissingse jeugd

Figuur 29: Jonge kinderen, die afgelopen week veel (3 of

meer keren) of juist niet buiten speelden op

straat of speelplaats (Jeugdmonitor Zeeland,

Ouders Jonge Kinderen)

Het percentage ouders dat aangeeft dat hun kind in de afgelopen week in het geheel niet heeft buiten gespeeld (met of zonder toezicht) is in 2009 toegenomen ten opzichte van het meetjaar 2005. Het percentage ouders dat aangeeft dat hun kind (van drie of vier jaar oud) drie of meer keren heeft buiten gespeeld in de week voorafgaand aan het onderzoek is juist afgenomen.

Figuur 30: Is lid van een sportvereniging of sportclub

(Jeugdmonitor Zeeland, Groep 6 PO, Klas 3 VO)

In 2010 zijn naar eigen zeggen ruim acht van de tien kin-deren (81%) in groep 6 van het primair onderwijs lid van een sportvereniging of sportclub. Dat is meer dan in 2006. Bij leerlingen in het middelbaar onderwijs komt het minder voor dat ze lid zijn van een sportvereniging dan bij leerlin-gen in het primair onderwijs. Ruim zes van de tien leerlin-gen (64%) uit klas 3 van het voortgezet onderwijs - vooral 14- en 15-jarigen - zijn in 2011 lid van een sportvereniging. Er is geen verschil tussen de meetjaren.

Doelstelling 22Realiseren combinatiefuncties voor onderwijs, sport en cultuur

De gemeente Vlissingen neemt deel aan de Combinatieregeling voor onderwijs, sport en cultuur sinds 2009. Deze regeling is bedoeld om meer aandacht te kun-nen geven aan sport en cultuur in het onderwijs. Vroeger waren vakleerkrachten heel gewoon in het onderwijs, maar in de loop der tijd konden scholen hiervoor nauwelijks nog formatie vrij maken. Met de regeling kunnen docenten en trainers van buiten het onderwijs worden ingezet om het sport- en cultuuronderwijs weer te versterken. In 2009 is besloten om gedurende de periode tot 2012 6,0 fte van deze combinatiefuncties voor onderwijs, sport en cultuur in te richten. In 2010 is hiermee gestart en waren er aan het eind van het jaar 3,9 fte aangesteld bij het uitvoerings-team Vlissingen in Beweging. Eind 2012 waren alle fte’s ingevuld. De medewerkers worden ingezet voor een breed scala aan schoolse en naschoolse activiteiten op het gebied van sport en cultuur, het sportbuurtwerk en ondersteuning van het inhoudelijk brede schoolbeleid. In de Nota Welzijn Nieuwe Stijl (WNS) eind 2012 is ook een koppeling gelegd tussen de combinatiefuncties, het jeugd- en jongerenwerk, de aanpak risicojongeren en het brede gedachtegoed van WNS. Ondermeer kon ook bij stichting ROAT een combi-natiefunctionaris worden aangesteld. Tenslotte heeft de gemeente begin april 2012 besloten om ook deel te nemen aan de nieuwe landelijke Regeling Buurtsportcoaches, een aanvullende regeling op de Combinatieregeling. Hiermee wordt de inzet van 2 extra fte mogelijk. Deze zullen bij andere partijen in dienst komen. Bedoeling is dat in 2013 in totaal 8 combinatiefuncionarissen/buurtsportcoaches actief zijn in Vlissingen.Conclusie is dat de gemeente, gebruikmakend van eigen middelen en landelijke regelingen, een groot deel van de jeugd in het onderwijs en de Vlissingse buurten in staat heeft gesteld kennis te nemen van en mee te doen aan een breed palet aan activiteiten op het terrein van sport en cultuur.

01020304050607080

2001 2005 2009

0 keer 3 of meer keren

0

10

20

30

40

50

60

70

80

90

PO-62003

PO-62006

PO-62010

VO-32004

VO-32007

VO-32011

Page 33: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

35

Eindverslag periode 2009-2012

Doelstelling 23Inventariseren van vraag en aanbod van vrijetijds-voorzieningen voor de jeugd

Deze doelstelling is in 2009 al aangehouden vanwege een aantal onderzoeken dat ook plaats vond in het kader van de Jeugdmonitor, de Sociale Staat van Zeeland en het project Communities that Care en waarin vragen over dit onderwerp waren opgenomen. Nadat medio 2010 de ontwikkeling van WNS zich aankondigde, samen met de herijking van het gemeentelijk accommodatiebeleid, is helemaal afgezien van een aparte inventarisatie over vrijetijdsvoorzieningen voor de jeugd. Wel is in het kader van het speelruimteactieplan 2012-2016 een enquête over speelruimte onder ouders en kinderen gehouden.

Met het vaststellen van WNS zal in 2013 door het jonge-renwerk in ieder geval de programmering van de bestaande jongerenaccommodaties aan beide zijde van het kanaal (De Paraplu en Multi Culti) nader worden bekeken en herijkt. Hierbij worden de jongeren betrokken. De accommodatie van poppodium De Piek, onderdeel van de Cultuurwerf, kan gelet op de geschiedenis en de gemiddelde bezoeker niet echt worden beschouwd als een jongerenvoorziening. Niettemin is er wel degelijk een jongerendoelgroep voor dit podium. De nadere uitwerking van de fysieke locatie en toekomstige programmering van De Piek zal met name vanuit het cultuurbeleid gestalte krijgen.

Staat van de Vlissingse jeugd

Figuur 31: Jong kind is lid van een vereniging of club

(Jeugdmonitor Zeeland, Ouders Jonge Kinderen)

Bij jonge kinderen komt het nog maar weinig voor dat ze lid zijn van een club of vereniging (zoals bijvoorbeeld peu-tergym). In 2009 was iets meer dan één op de vier (28%) jonge kinderen lid van een vereniging of club. Vergeleken met de voorgaande meetjaren zien we een stijging van het percentage jonge kinderen dat lid is van een vereniging of club.

Figuur 32: Muziek beoefenen in vereniging en/of op

muziekschool (Jeugdmonitor, Groep 6 PO)

Bij de Vlissingse kinderen uit het primair onderwijs is muziek beoefenen gekozen als indicator voor een actieve cultuurparticipatie. In enquêtes onder leerlingen uit groep 6 van het primair onderwijs is gevraagd of zij lid zijn van een muziekvereniging en/of zij op muziekles zitten. Ongeveer één op de acht is muzikaal actief. Bijna al deze kinderen zitten op muziekles. Het aandeel kinderen dat alleen lid is van een muziekvereniging, is zeer gering. Muziekles lijkt een voorwaarde om lid te zijn van een muziekvereniging. We zien bijna geen verschil tussen de meetjaren.

Figuur 33: Aantal verschillende kunstzinnige activiteiten

dat men doet (Jeugdmonitor Zeeland, Klas 3 VO)

Bij de Vlissingse scholieren uit klas 3 van het voortgezet onderwijs zijn meer enquêtegegevens beschikbaar over de actieve cultuurparticipatie. Als indicatoren voor een actieve cultuurparticipatie is hier gekozen voor (elf) vragen naar het zelf in de vrije tijd kunstzinnige activiteiten beoefenen zoals tekenen, schilderen, beeldhouwen, zingen, toneel, muziek beoefenen, etc....

0

5

10

15

20

25

30

2001 2005 2009

0

5

10

15

20

25

2003 2006 2010Muziekles en MuziekverenigingMuzieklesLid muziekvereniging

0102030405060708090

100

2004 2007 2011een activiteit twee activiteiten drie t/m elf activiteiten

Page 34: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

36

Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen

Gekeken is naar het aantal verschillende kunstzinnige acti-viteiten dat men beoefent (maximaal elf) en niet naar het aandeel jongeren dat (wel eens) een kunstzinnige activiteit beoefent. Tussen 2004 en 2007 is het beoefenen van meer-dere verschillende activiteiten (twee of meer) toegenomen, maar tussen 2007 en 2011 is het weer gedaald.

Figuur 34: Leerlingen die geen culturele voorstellingen of

instellingen bezoeken (Jeugdmonitor Zeeland,

Klas 3 VO)

De Vlissingse scholieren kregen een lijst van dertien verschil-lende voorstellingen voorgelegd met telkens de vraag hoe vaak zij er in de afgelopen 12 maanden waren geweest. Het gaat hierbij onder meer om concerten, filmbezoek, musical, toneel, houseparty etc… Het kan hier zowel gaan om voorstellingen die men alleen bezoekt, met anderen, of met school. Het aantal Vlissingse 14/15-jarigen dat de afge-lopen 12 maanden niet naar een voorstelling is gegaan, lijkt sinds 2007 te stijgen en lag in 2011 op 17%. Deze scholie-ren gaan dus ook niet met de school naar een voorstelling en zij gaan dus ook niet naar de film.

In de Jeugdmonitor Zeeland wordt een onderscheid gemaakt tussen 4 soorten culturele instellingen: museum, galerie/atelier, archief, bezienswaardige gebouwen. Bijna de helft van de Vlissingse scholieren (48%) uit de derde klas van het voortgezet onderwijs heeft het afgelopen jaar geen van de vier genoemde soorten culturele instellingen bezocht. Het bezoek aan culturele instellingen is sinds 2007 gedaald.

0

10

20

30

40

50

60

2004 2007 2011

geen bezoek culturele voorstelling

geen bezoek culturele instelling

Page 35: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

37

Eindverslag periode 2009-2012

Doelstelling 24Bevorderen maatschappelijke stages voor leerlingen uit het voortgezet onderwijs

Het kabinet heeft in 2008 besloten dat leerlingen uit het voortgezet onderwijs een maatschappelijke stage moeten gaan volgen. Tijdens deze stage doen zij vrijwilligerswerk, bijvoorbeeld in een buurthuis of op een zorgboerde-rij. Bedoeling is jongeren, door het aanbieden van een maatschappelijke stage, kennis te laten maken met de samenleving om hen heen en maatschappelijke betrokken-heid aan te leren. In 2011 had 32% van de jongeren een maatschappelijke stage gevolgd (recentere cijfers waren niet beschikbaar).

Om de maatschappelijke stage efficiënt te organiseren dient een makelaarsfunctie te worden ingevuld en voor de gemeente Vlissingen is deze functie gedurende de ver-slagperiode door wisselende partners ingevuld. Tot 2009 werd samengewerkt met het project Move your credits, maar de schooljaren 2009/2010 en 2010/2011 is de make-laarsfunctie overgegaan naar het voortgezet onderwijs zelf. In 2010 is tevens een samenwerkingsovereenkomst afgesloten voor deelname aan een website van Stichting Welzijn Middelburg (SWM). Via de website (www.vrijwil-ligerswerkvoorjou.nl) konden scholieren vacatures vinden voor het vrijwilligerswerk en/of een maatschappelijke stage. In het schooljaar 2011/2012 ging ook de makelaarsfunctie over naar SWM, maar per 1 september 2012 is de samen-werking met SWM voor de makelaarsfunctie en de website voor jongeren weer beëindigd.Het toekomstig beleid voor de maatschappelijke stage is opgenomen in de nota Onbetaalbare Kracht. De Vlissingse makelaarsfunctie komt in 2013 bij het vrijwilligersteunpunt dat wordt ondergebracht bij Porthos Vlissingen. Overigens zal het kabinet Rutte de maatschappelijke stages niet meer bij wet regelen.

Staat van de Vlissingse jeugd

In 2011 gaf 32% van de Vlissingse derdeklassers (Jeugdmonitor Zeeland, klas 3 VO) aan een maatschap-pelijke stage te doen.

Figuur 35: Het aandeel derdeklassers dat vrijwilligerswerk

doet (Jeugdmonitor Zeeland, klas 3 VO)

In 2011 doet naar eigen zeggen bijna twee van tien leer-lingen uit klas 3 van het voortgezet onderwijs in Vlissingen vrijwilligerswerk voor een sportvereniging. Het aandeel derdeklasser dat dit doet is sinds 2004 gestegen. Vergeleken met het aandeel derdeklassers dat vrijwilligers-werk doet voor een sportvereniging verrichten minder der-deklassers vrijwilligerswerk voor een andere vereniging of club, een instelling (bijv. peuterspeelzaal, verzorgingshuis) of voor organisaties (bijv. Unicef, politieke partijen of het Rode Kruis).

Thema Steentje bijdragen aan de maatschappij

0

10

20

30

40

50

sport anderevereniging of club

(geensportvereniging)

instelling organisaties

2004 2007 2011

Page 36: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

38

Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen

Doelstelling 25Bevorderen (wijkgebonden) participatie van jongeren

In het kader van deze doelstelling draaiden vanaf 2009 onder begeleiding van welzijnsorganisatie Palladium in het Middengebied en Oost Souburg twee jeugdwijkteams. De begeleiding bleek zeer arbeidsintensief. Vanwege het aflo-pen van het landelijk Buurt Onderwijs Sport-project en het ontbreken van gemeentelijke middelen zijn deze jeugdwijk-teams in 2011 beëindigd.

Vlissingen kent sinds 2007 een website Jong als onderdeel van de gemeentelijke website. Bij de start van de jeugdnota was het idee dat deze zou kunnen worden ontwikkeld naar een medium om meer actief de participatie met jongeren vorm te geven. Dit idee is aangehouden bij de voorberei-ding van het CJG. Hierbij was de gedachte dat een contact-medium met jongeren ook bij de CJG/Porthoswebsite zou kunnen passen. Achteraf gezien is het bij ideeën gebleven omdat andere vraagstukken meer prioriteit vroegen. Eind 2012 is de voorbereiding gestart om de hele gemeente-lijk website te gaan restylen. In dit kader zal begin 2013 worden bekeken of de website Jong zal blijven en een toekomstige rol kan spelen in de participatie van Vlissingse jongeren.

In 2011 deed Vlissingen mee aan het project “Iedereen telt Mee” van het Instituut voor Publiek en Politiek. In dit kader hadden kinderen van twee basisscholen in de leeftijd van 10-12 jaar een film gemaakt over een door hun zelf geko-zen probleem. Deze films werden aan de wethouder jeugd gepresenteerd waarna de kinderen daarover met hem in gesprek gingen.

Bij de voorbereiding van de definitieve nota Welzijn Nieuwe Stijl (WNS) is in 2012 een geanimeerde en goed door jongeren bezochte bijeenkomst voor het jongerenwerk georganiseerd. De jongeren waren ook actief betrokken bij de voorbereiding. De opbrengst van de bijeenkomst is zo goed mogelijk meegenomen in de nota WNS. In deze nota is vastgelegd dat het jongerenwerk minder aanbodgericht moet opereren vanuit de accommodaties en meer contact met jongeren op straat moet leggen om een band op te bouwen. Vanuit die band moeten de jongeren worden gestimuleerd zelf stappen te ondernemen en medever-antwoordelijkheid te nemen voor het organiseren van activiteiten (evt. in de twee accommodaties, maar ook op andere plekken).

Tenslotte zijn in 2012 de jongerenwerkers getraind voor het instrument “Debat in de buurt”. Doel hiervan is:- kansarme jongeren te leren debatteren- debatbijeenkomsten in de buurt te organiserenBeoogd maatschappelijk effect is het verminderen van spanningen tussen groepen in de buurt en vergroting van de betrokkenheid van jongeren bij de (lokale) samenleving. De jongerenwerkers (die per juli 2012 zijn overgekomen van Palladium naar Vlissingen in Beweging) zijn eind 2012 een traject gestart om jongeren te werven en te trainen en in de loop van 2013 een debat te organiseren.

Figuur 36: Vlissingse jongvolwassenen die geïnteresseerd

zijn in politieke onderwerpen (Jeugdmonitor

Zeeland, jongvolwassenen)

Bijna drie van de tien Vlissingse jongvolwassenen zijn rede-lijk tot zeker geïnteresseerd in politieke onderwerpen. Dit is nauwelijks veranderd. Vergeleken met 2004 waren in 2012 iets meer Vlissingse jongvolwassenen helemaal niet geïnteresseerd in politieke onderwerpen.

0%

20%

40%

60%

80%

100%

2004 2012

ja, zeker geïnteresseerd

redelijk geïnteresseerd

een beetje geïnteresseerd

nee, helemaal niet geïnteresseerd

Page 37: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

39

Eindverslag periode 2009-2012

Doelstelling 26Bevorderen maatschappelijk deelname van kinderen uit arme gezinnen

Gedurende de hele periode van de jeugdnota stond de Sociaal Culturele Bijdrageregeling open voor deelname aan sociale en culturele activiteiten door kinderen uit gezinnen met lage inkomens. Het gebruik van deze regeling is met alle voorgaande jaren gestegen. In 2011 is de sociaal cultu-rele bijdrageregelingen voor kinderen tot 18 jaar 791 keer verstrekt. De trend zet in 2012 ook door:

Sociaal culturele bijdrageregeling

2012 t/m juni 2011 2010 2009

Kinderen tot 12 420 559 423 444

Kinderen 12-18 196 232 249 218

Vanaf 2009 neemt Vlissingen deel aan het Jeugdsportfonds voor kinderen uit gezinnen met lage inkomens. Hiervan is de afgelopen jaren steeds meer gebruik gemaakt. In 2012 hebben 188 jongeren deelgenomen aan het Jeugdsportfonds.2009: 152 kinderen 2010: 165 kinderen 2011: 188 kinderen 2012: 189 kinderen Beide regelingen worden in 2013 voortgezet. In het kader van het minimabeleid is eind 2012 besloten de sociaal cul-turele bijdrage voor kinderen 12 tot 18 jaar van € 200 naar € 260 per jaar te verhogen.

Staat van de Vlissingse jeugd

Figuur 37: Vlissingse scholieren die geen lid zijn van

een sportvereniging omdat het te duur is

(Jeugdmonitor Zeeland, Klas 3 VO)

Van de scholieren die geen lid zijn van een sportvereniging, gaf in 2011 8% aan geen lid te zijn omdat het te duur is. Dit aandeel is gedaald sinds 2007.

Doelstelling 27Opzet gereedschapskist met instrumenten voor jeugdparticipatie

Naast de initiatieven die zijn vermeld bij doelstelling 25 is de opzet van een overkoepelende ‘gereedschapskist voor jeugdparticipatie’ niet uit de verf gekomen. Andere pri-oriteiten en gebrek aan tijd en middelen speelden hierbij parten. Met de vaststelling van Welzijn Nieuwe Stijl dient vanaf 2013 het betrekken van de jeugd bij aangelegenhe-den die hen aangaan vaste norm te worden. Het nieuwe jeugd- en jongerenwerk zal hierin samen met jongeren naar de geschikte vormgeving moeten zoeken. Daarnaast zal nagedacht moeten worden over het gebruik van eigen-tijdse middelen ten behoeve van jeugdparticipatie (zoals sociale media).

0

10

20

30

40

50

60

70

80

90

100

2004 2007 2011

Page 38: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

41

Eindverslag periode 2009-2012

Hieronder volgt een samenvatting van de resultaten per beleidsdoelstelling aan de hand van 3 symbolen:

De symbolen hebben de volgende betekenis:Groen: De doelstelling is volledig gerealiseerd/ligt op schema.Geel: De doelstelling is niet volledig gerealiseerd/heeft nog aandachtspuntenRood: De doelstelling is niet gerealiseerd.

Samenvatting

Doelstelling Status Toelichting (wordt nog verder ingevuld)

1. Uitwerking thema’s Lokaal Educatieve Agenda en Onderwijsachterstandenbeleid

Op de gevolgde thema’s is blijvend ingezet. Het doorzetten op VVE blijft belangrijk aandachtspunt voor het nieuwe OAB 2013-2014.

2. Inzet schoolmaatschappelijk werk en invulling Zorg Advies Teams (ZAT’s) voor alle onderwijstypen

De invoering van de ZAT’s in het primaire onderwijs vereist verdere aandacht. De hele zorgstructuur in en om het onderwijs blijft belangrijk aan-dachtspunt in de relatie met CJG/Porthos, de Wet Passend Onderwijs en de decentralisatie jeugdzorg.

3. Halvering aantal voortijdig schoolverlaters

4. Intensivering leerplichtfunctie

5. Extra begeleidingstrajecten RMC voor Antilliaanse jongeren.

6. Aanbod van baan- of scholingstraject aan jongeren onder de 27 die zich melden voor een uitkering

Met de sectorale projecten en het Jongerenloket zijn positieve resultaten geboekt. Door de econo-mische situatie en bezuinigingen wordt het lastiger een goed aanbod neer te zetten en dreigt een groeiende jeugdwerkloosheid.

7. Adequate uitvoering integrale jeugdgezond-heidszorg 0-19 jaar

De integrale JGZ is goed neergezet. De uitvoering van taken komt onder druk door de noodzaak tot bezuinigingen.

Samenvatting resultaten

Page 39: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

42

Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen

8. Het realiseren van een Centrum voor Jeugd en Gezin

9. Afstemming en gerichte inzet opvoedingson-dersteuning

Er is toenemende vraag aan opvoedondersteuning en de toekomstige borging van Veilige Start blijft een aandachtspunt.

10. Invoering digitaal dossier jeugdgezondheids-zorg (DD JGZ) en Verwijs Index Risico Jongeren (VIR)

Waar het DD JGZ uiteindelijk goed is ingevoerd, is de VIR slecht van de grond gekomen. Hierop is actie gezet die in 2013 wordt uitgerold.

11. Voorkomen en terug dringen alcohol- en mid-delengebruik

12. Afname aantal jongeren met overgewicht Gerichte projecten kwamen lastig van de grond, wel is een gevarieerd beweegaanbod op en rond scholen gerealiseerd. In de gezondheidsnota 2013 -2016 zal meer worden ingezet op gezonde voe-ding.

13. Voorkoming psychosociale problematiek en andere GGZ-problemen

Blijvende doelstelling in de gezondheidsnota en de preventieve jeugdzorg.

14. Borging JIT en VET

15. Pilotproject Communities that Care Na scholierenonderzoek en opstellen CtC-uitvoeringsplan aangehouden. Doorstart in 2013.

16. Bevorderen weerbaarheid jongeren. Ingezet is op basisonderwijs en risicojongeren. Belangrijk thema ook in relatie tot pesten als maat-schappelijk probleem.

17. Terugdringen overlast jongeren.

18. Opzet Veiligheidshuis

19. Opvang van zwerfjongeren en jongeren met huisvestingsproblemen

Niet gerealiseerd. In 2013 wordt een advies aan het CZW uitgebracht.

20. Afname aantal gevallen van kindermishande-ling

De RAAK-aanpak en de voorbereiding van de Meldcode Kindermishandeling is uitgezet onder instellingen en beroepskrachten. Het aantal mel-dingen blijft sinds 2006 stabiel.

21. Bevorderen sportdeelname van de jeugd

22 Realiseren combinatiefuncties onderwijs, sport en cultuur

23. Inventariseren van de vraag naar en het aan-bod aan vrijetijdsvoorzieningen voor de jeugd

De doelstelling bleek achteraf minder relevant.

Page 40: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

43

Eindverslag periode 2009-2012

24. Bevorderen maatschappelijke stages in het voortgezet onderwijs

25. Bevorderen (wijkgebonden) participatie van jongeren

De participatie kwam vooral op incidentele basis tot stand en is blijvend aandachtspunt.

26. Bevorderen maatschappelijke deelname van kinderen uit arme gezinnen

27. Opzet van gereedschapskist met instrumenten jeugdparticipatie

Als zodanig niet tot stand gekomen.

Page 41: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

45

Eindverslag periode 2009-2012

Bijlagen

Page 42: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

47

Eindverslag periode 2009-2012

Bijlage 1: Lijst met afkortingen

AMK Advies en Meldpunt KindermishandelingBJZ Bureau Jeugdzorg ZeelandCJG Centrum voor Jeugd en GezinCP GGZ Collectieve preventie geestelijke gezondheidszorgCtC Communities that CareDD JGZ Digitaal dossier jeugdgezondheidszorgGGD Gemeenschappelijke Gezondheids DienstCZW College voor Zorg en WelzijnGGZ Geestelijke GezondheidszorgGSG Gezonde School en GenotmiddelenJGZ jeugdgezondheidszorgJIT jeugd interventie teamLZNV Laat ze niet (ver)zuipenMBO middelbaar beroeps onderwijsMDO multidisciplinair overlegMWW Maatschappelijk Werk WalcherenNASB Nationaal Actieplan Sport en BewegenOAB Onderwijs Achterstanden BeleidOCW Ministerie van Onderwijs, Cultuur en WetenschappenREA Regionaal Educatieve AgendaRMC Regionaal Meld- en Coördinatiepunt Voortijdig SchoolverlatenSMW schoolmaatschappelijk werkVIR Verwijs Index RisicojongerenVET vroeg erbij teamVVE voor- en vroegschoolse educatieVSV voortijdig school verlaterWkkp Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalenWet OKE Wet Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en EducatieWNS Welzijn Nieuwe StijlWmo Wet maatschappelijke ondersteuningZAT Zorg Advies Team

Page 43: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

49

Eindverslag periode 2009-2012

Bijlage 2: Gebruikte bronnen

Om de staat van de Vlissingse jeugd in kaart te brengen hebben we gebruik gemaakt van de volgende bronnen;

- Jeugdmonitor Zeeland (JM) o Ouders Jonge Kinderen (OJK) Er is gebruik gemaakt van gegevens uit 2001, 2005 en 2009. Het volgend onderzoek is in 2013. o Primair Onderwijs Groep 6 (PO6) Er is gebruik gemaakt van gegevens uit 2003, 2006 en 2010. o Voortgezet Onderwijs Klas 3 (VO3) Er is gebruik gemaakt van gegevens uit 2004, 2007 en 2011. o Jongvolwassenen (JV) Er is gebruik gemaakt van gegevens uit 2004, 2008 en 2012

- Kinderen in Tel (Verwey Jonker Instituut) o In het databoek 2012 van Kinderen in Tel zijn gegevens van 2010 gepresenteerd. Het databoek wordt tweejaarlijks uitgegeven.

- www.vsvverkenner.nl

- CBS o Er is gebruik gemaakt van verschillende gegevens van het CBS. De frequentie van het publiceren van de gegevens verschilt per indicator.

- www.werk.nl o Maandelijks worden cijfers over het aantal niet werkende werkzoekenden gepubliceerd.

- Regionale Informatie Sociale Verzekeringen o Er zijn gegevens beschikbaar t/m 2011. In het 2de kwartaal van 2013 worden de gegevens van 2012 verwacht.

- GGD

Page 44: Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen...7 Eindverslag periode 2009-2012 Met de nota integraal jeugdbeleid 2009-2012 heeft de gemeente Vlissingen een samenhangend beleidskader voor het

Integraal Jeugdbeleid in Vlissingen

Eindverslag periode 2009-2012