rondreis door de bijbel nt - de groot leen …...uitloopt op een kerngedachte van de brief: het...
TRANSCRIPT
ROMEINENn Auteur en tijd van ontstaanDe apostel Paulus is de auteur van deze brief, die
gericht is aan de christenen in Rome (1:1,7). Paulus
heeft de brief gedicteerd aan Tertius, die de gemeente te
Rome in 16:22 persoonlijk groet. Deze gemeente was
niet gesticht door Paulus, en Paulus had de gemeente
ook nog nooit bezocht (1:13). Toch denkt hij erg positief
over de christenen in Rome (1:8, 15:14). De brief dateert
uit het jaar 56 of 57 na Christus. Paulus heeft op dat
moment het plan om naar Jeruzalem te reizen, waar hij
ingezameld geld dat bestemd is voor de armen van de
kerk in Jeruzalem, wil overdragen (15:25). Daarna hoopt
hij via Rome naar Spanje te reizen (15:23,24, vergelijk
Handelingen 19:21).
n Historische achtergrondVermoedelijk is de brief aan de Romeinen vanuit
Corinthe verstuurd. Een indirecte aanwijzing hiervoor is
dat Febe, die door Paulus aanbevolen wordt (16:1,2), uit
Kenchreeën kwam, de haven van Corinthe. Mogelijk
heeft zij de brief van Paulus naar Rome gebracht. Een
andere aanwijzing is het noemen van de naam van
Gajus, de gastheer van Paulus (16:23), die tot de
gemeente van Corinthe behoorde (1 Corinthiërs 1:14).
Ook is de naam van Erastus, de stadsrentmeester
(16:23), bij opgravingen in Corinthe teruggevonden (een
inscriptie bevat de tekst: “Erastus, de commissaris van
openbare werken, heeft op eigen kosten deze weg
aangelegd”). Samen maken deze aanwijzingen het
waarschijnlijk, dat Paulus vanuit Corinthe schreef. Dit
gebeurde dan tijdens zijn verblijf van drie maanden in
Griekenland tegen het einde van de derde zendingsreis
(Handelingen 20:2,3).
Paulus heeft zijn reisplan om via Rome naar Spanje te
gaan niet kunnen uitvoeren. Hij werd in Jeruzalem
gevangen genomen en kwam uiteindelijk na enkele
jaren wel in Rome, maar nog steeds als gevangene
(Handelingen 21-28). Er bestaan aanwijzingen dat
Paulus uiteindelijk uit de gevangenis te Rome is
vrijgelaten en dat hij daarna alsnog naar Spanje is
geweest. Helemaal zeker is dit echter niet.
De brief aan de Romeinen is van alle ons bekende
brieven van Paulus de langste. Hoewel de brief gericht
is aan een plaatselijke gemeente, bevat hij een
algemene, systematische uiteenzetting van het geloof in
Jezus Christus. Hiermee heeft deze brief ook een
universeel karakter. Anders dan sommige andere
brieven van Paulus staat de brief aan de Romeinen niet
in het teken van het bestrijden van een bepaalde
dwaalleer.
n Onderverdeling en inhoudDe meest logische onderverdeling van de brief aan de
Romeinen is in drieën.
Deel Verzen Inhoud1 1:1-8:39 Uitleg van het Evangelie van Christus2 9:1-11:36 De plaats van het Joodse volk3 12:1-16:27 Toepassing van het Evangelie van Christus
Romeinen 1 begint met een persoonlijke inleiding, die
uitloopt op een kerngedachte van de brief: het evangelie
is een kracht van God voor iedereen die gelooft (1:1-17).
Ieder mens valt onder de gerechtvaardigde toorn van
God over de zonde: heidenen (niet-Joden), die God niet
erkennen, hoewel Hij kenbaar is in de schepping (1:18-
32), maar ook Joden, die God niet erkennen, hoewel Hij
zich geopenbaard heeft (2:1-3:20). Een goede relatie
met God is zowel voor Joden als heidenen alleen
mogelijk door de verlossing in Jezus Christus, door
geloof (3:21-30). Ook Abraham, de stamvader van het
volk Israël, werd alleen om zijn geloof door God
aanvaard (4). De dood van Christus betekent voor wie in
Hem gelooft vrede met God; zoals door de eerste mens
de zonde in de wereld kwam, zo kwam door Christus de
genade van God bij de mensen (5). De vernieuwing, die
met de doop geschonken wordt, leidt ertoe, dat
christenen niet meer als slaven aan het doen van zonde
onderworpen zijn (6). De wet van God laat zien, hoe
onderworpen aan de zonde een mens is; alleen Christus
kan mensen van de zonde redden (7). Wie bij Hem
horen, hebben de inwoning van de Heilige Geest
ontvangen, onderpand van de toekomstige totale
verlossing (8:1-30). Er is niets, dat gelovigen kan
scheiden van de liefde van God (8:31-39).
In de hoofdstukken 9, 10 en 11 wordt ingegaan op het
probleem dat een groot deel van het volk van God, de
Joden, Jezus niet erkent. Men is geen kind van
Abraham door afstamming, maar door geloof (9:8). Wie
door goed te leven bij God wil horen, redt dat niet (9:32).
Toch is de liefde van God voor Israël niet voorbij: er is
een restant dat God dient (11:2-5), en eens zal de
verharding verdwijnen (11:25).
Vanaf hoofdstuk 12 staat de praktische uitwerking van
het geloof in het dagelijkse leven centraal. De
hoofdstukken 12 en 13 bevatten een groot aantal
aanwijzingen op velerlei gebied om naar de wil van God
te leven. Opvallend binnen dit gedeelte zijn de
opmerkingen over de relatie van christenen tot de
overheid (die in Rome haar zetel had; 13:1-7).
Vervolgens wordt gesproken over sterken en zwakken in
het geloof, en over elkaar aanvaarden (14:1-15:13). In
het vervolg van hoofdstuk 15 (15:14-33) vertelt Paulus
over zijn persoonlijke omstandigheden. Het laatste
hoofdstuk van de brief sluit af met groeten, een
waarschuwing en lofprijzing (16:1-27).
n Praktische betekenisDe brief aan de Romeinen bevat veel praktische
aanwijzingen voor het leven als christen, vooral vanaf
hoofdstuk 12.
BoodschapTerwijl de Evangeliën vertellen over de woorden
en daden van Jezus, bevat de brief aan de
Romeinen een systematische uiteenzetting over
de betekenis van zijn dood en opstanding voor
allen, die in Hem geloven.
Door de zonde schieten alle mensen tegenover
God tekort en verdienen zijn oordeel. God heeft
echter zijn liefde bewezen, doordat Christus voor
alle mensen gestorven is (5:8). Door genade
mogen zij die in Hem geloven eeuwig leven
ontvangen (6:23). Een christen sterft met Christus
en is daarom dood voor de zonde (6:6).
ROMEINENWie liefheeft, vervult de wet (13:8-10).
Romeinen 14:1-15:13 geeft belangrijke aanwijzingen
over hoe om te gaan met onderlinge verschillen. Het is
goed om zichzelf iets te ontzeggen, als dat een andere
gelovige helpt (14:21). De ander veroordelen of
minachten doet tekort aan het gegeven, dat de ander
rekenschap aan God moet afleggen, maar degene die
veroordeelt of minacht zelf ook (14:10).
n Plaats binnen de BijbelDe brief aan de Romeinen haalt veel teksten en
voorbeelden uit het Oude Testament aan; Paulus
gebruikt die om zijn onderwijs te ondersteunen.
In geen enkele brief van Paulus wordt de inhoud van het
christelijk geloof systematischer uiteengezet dan in de
brief aan de Romeinen.
n Bijzondere kenmerkenVoor de reformator Luther was de brief aan de
Romeinen het belangrijkste bijbelboek. De
rechtvaardiging door het geloof is op de brief aan de
Romeinen gebaseerd. Luther beleefde een
geloofsdoorbraak door de tekst: “De rechtvaardige zal
uit geloof leven” (1:17, geciteerd vanuit het bijbelboek
Habakuk 2:4).
“Want ik schaam mij het evangelie niet; want het is een kracht van God tot behoud voor een ieder die
gelooft, eerst voor de Jood, maar ook voor de Griek. Want gerechtigheid van God wordt daarin
geopenbaard uit geloof tot geloof, gelijk geschreven staat: De rechtvaardige zal uit geloof leven” (1:16,17).
RECHTVAARDIGING DOOR GELOOF
21 Gods gerechtigheid, waarvan de Wet en de Profeten al 22 getuigen, wordt nu ook buiten de wet zichtbaar: God schenkt
vrijspraak aan allen die in Jezus Christus geloven. En er is geen onderscheid. 23 Iedereen heeft gezondigd en ontbeert de nabijheid van God; 24 en iedereen wordt uit genade, die niets kost, door God als een rechtvaardige aangenomen omdat hij ons door Christus Jezus heeft verlost (3:21-24 NBV).