update 16; onverwachte wendingen ii
TRANSCRIPT
De complete stamboom van familie de Bof en hun gerelateerden ^
De stamboom vanaf Joey en Cathelijns tak;
- Bleek dat Emine goed met Yara kan opschieten
- Vertelde Nienke Iris en Veerle een verhaal over haar studententijd en die van
hun ouders terwijl ze samen alle peuters naar bed deden
- Groeiden Emma, Pepijn en Kay op naar tieners en was Emma nogal in de ban
van Pepijn als tiener zijnde
- Besloot Sander tijdens het gezamenlijk avondeten dat hij Tim niet mocht en
werd de situatie ongemakkelijk door iets dat hij heeft gezegd
- Ging Sander naar buiten om een sigaretje te roken en zag hij Iris en Tim vanaf
een afstandje zoenen, waarna hij nog een tijdje met Tim heeft staan roken
- Telefoneerden Emma en Kay tot ‘s avonds laat en bleek dat Pepijn en Emma
nog steeds een bepaald plannetje hadden samen waarvan niemand wat wist
- Las Kay Kelson een slaapverhaaltje voor terwijl Serena en Nienke een gezel-
lige avond hadden; ze hadden het ook over een tweede kindje van hun tweetjes
- Vroeg Esmée Emma mee naar de stad om te gaan shoppen nu ze tiener was
- Stelde Alex aan Evi voor met een familiegroep wat te eten in zijn restaurant
- Regelde Auke voor Lise-May pianolessen bij zijn tante Isolde en pikte hij haar
op zodat ze samen naar de muziekschool konden gaan voor een kennismaking
Een bekend liedje klonk door Ambers kamer. Op tv verscheen er zo’n typische
Amerikaanse laan met huizen die beschikten over een groot gazon en die in een
lekker warm zonnetje werden gezet.
Samen hadden ze het zich gemakkelijk gemaakt. Vooral Amber en Kay zaten vol
verwachting te kijken wanneer het moment zou komen dat de hoofdpersonen in beeld
kwamen.
Rechts van hen zaten echter Emma en Pepijn continu te flikflooien. Kay wierp een
paar waarschuwende blikken richting hun en dan hielden ze zich weer even gedeisd.
Amber deed wat meer alsof ze het niet doorhad. Zoiets moesten ze zelf maar uit-
zoeken, vond ze. Daar hadden ze haar niet bij nodig en echt last had ze er niet van.
Op het moment dat het spannend werd tussen het koppel in de film slaakte Pepijn
een zucht omdat Emma haar handen in zijn nek liet glijden. Emma grinnikte, omdat ze
wist dat hij dat tien keer beter vond dan die saaie film – net als zijzelf trouwens.
‘Jezus,’ kermde Pepijn. ‘Masseuse. Dat moet je worden.’ Hij had nog steeds spier-
pijn van gisteren. Ze hadden voor het eerst weer buiten gebasketbald aangezien het
nu eindelijk weer eens fatsoenlijk weer was daarvoor. Hij had het gevoeld ook. Pfoeh!
Kay schraapte zijn keel. Het begon hem nu echt een beetje te ergeren dat die twee
telkens door de film heen praatten. Emma keek Kay uitdagend aan en grijnsde.
‘Ook een massage nodig?’ Vroeg ze plagerig. Al zei hij ja – ze zou hem ‘t niet geven.
Pepijn schudde toch zijn Emma’s handen van zijn schouders. ‘Zo is het wel weer ge-
noeg.’ Hij kreeg een blik van Emma waarbij ze haar ogen samenkneep tot spleetjes.
‘Overloper,’ mompelde ze. Met Emma’s lach die daarop volgde was het afgedaan en
lachte Kay ook. Een kort moment liet hij zijn blik op neef en beste vriend rusten. Hij
vroeg zich af of Pepijn zich net zo had geërgerd als hij. Kennelijk was Pepijn toch nog
niet zo klef als hij had gedacht. Tsja, wat zou het? Met Pepijn wist je het immers nooit.
‘Jongens!’ Klonk Leslies stem vanaf beneden. Er werd luid gezucht door het
viertal. ‘Eten!’ Leken ze eindelijk rustig… ‘Of eten jullie thuis?!’ Vroeg Ambers moeder.
Amber keek haar vrienden veelbetekenend aan. ‘Wie wil er even naar huis bellen?’
‘Ik hoef het niet te proberen,’ gromde Pepijn. ‘Oppasdienst op de kleuterbrigade…’
Amber en Kay wisselden een blik. Gelach barstte los. Pepijn deed altijd alsof hij zijn
ouders het kwalijk nam. Iedereen daarentegen wist dat hij de drieling helemaal te gek
vond. Emma was de enige die dat echt erg vond. Ze klaagde steen en been wanneer
Pepijn weer eens moest oppassen op de drieling.
De weg terug naar huis waren ze dan ook allebei chagrijnig. Emma mocht Amber
en Kay, maar het liefst wilde ze Pepijn erbij. Kay was als enige blijven eten bij Amber.
‘Je moet er echt eens wat van zeggen, Pepijn. Het gaat zo niet langer,’ vond Emma.
‘Ma en pa betalen me ervoor en dat is ook echt de enige reden dat ik het doe,’ mom-
pelde Pepijn. ‘Het is heus niet zo dat ze Veerle nooit vragen, of Stan. Maar die zijn
meestal weg of druk met school. Ik kan niet wachten tot ik op het middelbaar zit.’
‘Nog een maandje, Pepijn. Dan is de cito.’ Emma lachte en knuffelde hem ten
afscheid. ‘Dan zijn we brugpiepers en gaan we daar de boel op zijn kop zetten.’
Auke en Lise-May stonden met hun jassen al aan in Isoldes gang. Ook al
waren ze klaar om te gaan: ze bleven toch nog even plakken.
Lise had haar handen voor haar buik gevouwen en stond kaarsrecht naast
Auke. Isolde, die voor hen stond, voelde zich even erg op haar gemak als altijd.
Joviaal en tevreden met zichzelf stak ze haar hand uit naar Lise-May.
‘Meid, ik vind het te gek dat jullie hierheen zijn gekomen. Voor het geval Auke het
vergeet te geven: mijn telefoonnummer.’ Isolde knikte naar haar hand. Tussen haar
wijs- en middelvinger had ze een briefje gestopt waarop een 06-nummer stond
gekrabbeld.
‘Dank je,’ prevelde Lise-May. Haar wangen kleurden rood en ze wist even niet waar
ze moest kijken. ‘Ook voor de rest van vandaag. Ik bel je nog wel voor een volgende
afspraak,’ vervolgde ze tegen haar voeten.
‘Nou, je moet me geloven als ik tegen je zeg dat ik er ook weer een uitdaging bij
heb. Dat is alweer even geleden. Ik kan nu al niet wachten om aan de slag te gaan.’
Isolde grijnsde oprecht en richtte zich vervolgens op haar neefje. ‘Auke – hamer nog
even op het snelle stuk, hè? Dan weet ik zeker dat het goed met komen wanneer ik je
van de week weer zie.’
Auke voelde zich enigszins betrapt. Hij voelde zich ook betrapt omdat hij
zich betrapt voelde. Waarom nou eigenlijk? Ik bedoel… Het gesprek ging over Lise-
May en niet over hem. Hij had niets geks gedaan… Toch? Hij was toch niet echt af-
gedwaald terwijl het gesprek over Lise-May ging en… nee. Hij was niet afgedwaald.
Want hij had aan haar zitten denken, aan Lise-May. Hij had gelet op alles wat ze
deed. Behalve op wat ze zei. Het drong gewoonweg niet tot hem door. Wat zijn tante
zei evenmin.
‘Auke,’ herhaalde Isolde zichzelf. ‘Contact?’ Een hand met eeltige vingers sneed
door Aukes blikveld, liet hem het staren naar Lise-May’s handen onderbreken. – Wat
heeft zij trouwens ranke vingers. Auke moest de neiging onderdrukken zijn gedachten
niet weer af te laten dwalen. Hij wilde zichzelf niet voor schut zetten bij Isolde en Lise-
May – vooral niet bij Lise-May.
‘Wat is er?’ Vroeg hij onbenullig.
Zijn tante kon het niet laten te grinniken. ‘Dat je nog even moet hameren op het
snelle stuk voordat je weer hier komt.’ Haar woorden kracht bijzettend knikte ze.
‘Het lied – ja, inderdaad,’ mompelde Auke. ‘Het lukt wel denk ik, komt goed.’
In het voorbijgaan naar de voordeur gaf Isolde hem een klopje op zijn schouder. ‘Ja,’
zei ze langzaam met haar blik op Lise-May. ‘Kun jij niet een oogje op hem houden? Ik
bedoel… Ik zie hem elke week, maar soms…’ Isolde trok een grimas.
Zelfs Lise moest nu even lachen. De ernst verdween uit haar gezicht. Door de lach
vormden zich er kleine streepjes naast haar ogen, wat Auke deed denken aan
kraaienpootjes. Al waren het kraaienpootjes geweest: het had haar nog niet misstaan.
Met een frons op zijn eigen gezicht overdacht Auke die gedachte. Hij moest
en zou een conclusie trekken. Zij het niet dat hij het vergat toen de glimlach op Lises
gezicht verdween. Alsof het een betovering was die verbroken werd. Daar was haar
ernst weer, die geslotenheid. Hij vroeg zich af wat maakte dat ze zich zo slecht op
haar gemak leek te voelen. Kwam het doordat ze bij zijn tante waren? Nee, dat kon
het niet zijn. Ze was altijd zo wanneer hij haar zag. Plotseling voelde hij een steek in
zijn maag. Hij wilde het niet eens denken, maar… stel je voor. Zou het soms door
hem komen? Hij moest het weten. Waarom klapte dit meisje van het ene op het
andere moment zomaar dicht? Waar dacht ze dan aan?
‘Ik merk het al. Hoog tijd voor koffie,’ gaapte Isolde. Ze lachte naar Lise.
‘God – sorry. Ik heb een beetje weinig slaap gehad.’ Daar was niets van gelogen.
Vanochtend was Lise veel te vroeg wakker geworden. Dat had ze nu eenmaal gauw
als ze de zenuwen had voor iets. Of het nu iets positief spannends was of negatief.
Maar dat zei ze natuurlijk niet.
‘Dan houd ik jullie maar niet langer op met mijn geklets. Jullie zullen nog wel druk
hebben met het sectorwerkstuk. Vast zijn er ook nog genoeg andere dingen te doen.’
‘Goed,’ zei Lise. ‘Nogmaals bedankt en tot ziens,’ vervolgde ze met een beleefde
glimlach.
Sectorwerkstuk? Wanneer had hij zijn tante daar dan over vertelt? Hij had zich juist
voorgenomen dat nog even te vermijden om anekdotes te voorkomen. Lise moest het
vertelt hebben. Hadden die twee gekletst zonder hem? Was hij werkelijk zo afwezig
geweest vandaag? Dat kon bijna niet. Bij Isolde zei hij vaak teveel dan te weinig. Dit
was hem nog nooit overkomen. Meewarrig nam hij afscheid van zijn tante,
vastbesloten er later nog eens naar te vragen.
Op zijn tenen sloop Dennis de slaapkamer binnen. Keisha lag zo rustig en vredig
op haar zij met haar rug naar hem toe. Hij voelde zich helemaal week worden
vanbinnen, slap en sterk tegelijk. Want daar lag ze. Zijn vrouw. Zijn zwangere vrouw.
Zelfs van achteren was er te zien dat haar buik zo rond was als een tonnetje. Een
trotse glimlach zoals alleen een aanstaande vader die kon hebben sierde Dennis’
gezicht. Hij kon hier wel uren naar kijken.
‘Dennis, ben jij dat?’ Keisha kwam langzaam overeind.
Haast geschrokken ging Dennis rechts staan. ‘O, oeps – heb ik je wakker gemaakt?’
Bezorgd liep Dennis naar Keisha toe om te checken of het wel ging. Hij wilde haar het
weinige beetje rust niet ontnemen dat de baby haar al leek te gunnen.
‘Dennis,’ lachte Keisha. ‘Het is niets. Ik was allang wakker. Bovendien maakt het
toch niet uit. De baby hield me wakker. Hij schopt weer.’
Dennis glimlachte onzeker. Nu het zo lang had geduurd voor hen om zwanger te
raken wilde hij des te meer dat alles perfect was. Hij wilde dat alles feilloos verliep.
‘Echt waar,’ verzekerde Keisha Dennis zacht. Haar hand gleed over zijn wang en ze
klopte naast zich op de lege plek op het bed. ‘Kom ook even liggen.’
Dennis fronste maar ging uiteindelijk dan toch glimlachend naast haar liggen.
‘Ga jij ook maar eens even rustig liggen, hmm?’ Keisha sloeg haar arm om Dennis
heen en woelde hem door zijn haar. Haar andere hand rustte op haar buik. ‘Hoe was
het bij voetbal? Hebben ze goed naar je geluisterd?’
Dennis knikte met een glimlach en vertelde hoe hij de ukkies had getraind. ‘Dat
lastige kind van vorige week was alweer vervelend, dus heb ik hem wat extra rondjes
laten rennen. Hij heeft het geweten.’ Zachtjes lachte hij als hij eraan dacht dat hij dat
jochie zelf had kunnen zijn. Zelf was hij zo rebels geweest als wat.
Gelukkig was de tijd op het voetbalveld vrij snel om gegaan. Eindelijk was hij thuis
en hij was bij Keisha. Eerst had hij niet eens weg willen gaan. Het idee om haar alleen
te laten was haast beangstigend. Telkens spookte het door zijn hoofd dat er weleens
iets mis kon gaan. Hij wilde dan ook echt niet te vroeg juichen. Dat Keisha nu eindelijk
zwanger was, wilde niet zeggen dat de zwangerschap van begin tot eind goed zou
verlopen. Durven hopen was dan ook een tegenstrijdig iets. In elk geval voor Dennis.
Nu was besefte Dennis zich pas weer dat het best vermoeiend was. De hele dag
strak staan van de spanning was een zwaar iets. Niets hielp beter dan turen naar het
plafond terwijl hij in Keisha’s armen lag, haar hartslag te horen en te voelen.
Vanuit haar ooghoeken keek Keisha naar haar man. Zo losbollig als hij vroeger was
geweest, zo bezorgd was hij nu. Wie had dat gedacht? Hij leek zichzelf nog minder
rust te gunnen dan de baby dat bij haar deed. Gelukkig leek hij steeds verder weg te
doezelen. Langzaam maakte ze zich los uit hun half-om-halve omhelzing en kwam ze
overeind. Net toen ze op wilde staan kwam ook Dennis overeind.
‘Nu heb ik je wakker gemaakt,’ wist Keisha. ‘Blijf toch even liggen.’
Dennis schudde zijn hoofd. ‘Ik ben niet moe. Niet meer.’ Toch bleef hij even zo zitten.
‘Dennis, je moet wel genoeg slapen. Volgens mij gun je jezelf amper rust. Ik red me
heus wel. Als er wat is, roep ik je zo. Dat doe ik heus wel als het echt moet.’
Dennis knikte en streelde Keisha over haar haar. Afwezig en aanwezig tegelijkertijd
keek hij in haar ogen. Keisha had het gevoel alsof ze dwars door hem heen keek.
Opeens voelde ze een gek gevoel in haar buik. Het was iets waarover ze weleens
had gedroomd. Echter had ze er toen haar vinger niet op kunnen leggen. Nu wel.
‘Hé! Dennis, moet je voelen,’ riep ze opgewekt. ‘De baby trapt!’
Verrukt gleed Dennis’ hand naar Keisha’s buik. Zijn blik schoot van haar buik naar
haar ogen en terug. Glunderend voelde hij hoe er het kleintje van zich liet ‘horen’. Zijn
hand gleed heel Keisha’s buik over. Gevoel van intimiteit en glorie overspoelde hen.
‘Hij is net zo rebels als jij vroeger was,’ giechelde Keisha. ‘Wat een schoppertje.’
Ineens voelde Dennis wat tegen zijn bovenbeen aan trillen. Het duurde even voor hij
zich besefte dat zijn mobieltje ging. Hij was nog helemaal in extase vanwege de baby.
‘Met Dennis.’ Het was duidelijk dat hij het vervelend vond juist nu gebeld te worden.
Keisha’s onderste hand gleed langzaam naar beneden over Dennis’ zij. Haar andere
hand stond op het punt Dennis’ telefoon weg te pakken. Wie het ook was die hun in-
tieme moment van daarnet verstoorde. Het kon vast wel even wachten.
Wat Keisha echter niet zag was dat Dennis’ gezichtsuitdrukking ineens veranderde.
‘Wat?’ Dennis was meteen één en al bezorgdheid. ‘Ja, is goed. Kom maar hierheen.’
Kay deed de rits van zijn jack een eindje open. Een jas was niet echt nodig
bij het ophalen van zijn pleegbroertje. De lente kwam eraan, maar dat betekende
kennelijk nog niet dat je teveel hoop mocht hebben op goed weer. Het waaide ietsje.
Toch was het goed te doen om lopend Kelson van de crèche te halen.
Kelson wees geluidloos en Kay volgde zijn blik. Er zat een jongentje in de zandbak.
‘Jij wilt daar zeker spelen, hmm? Dat kan niet, Kelson. Ander keertje. Vandaag…’
Midden in zijn zin stopte Kay met praten. Het was hem opgevallen dat Kenzo ineens
pleite was. Shit, alweer. Kay stopte met lopen en floot op zijn vingers. ‘Kom voor!’
Kay bleef maar roepen, maar er kwam geen gehoor. Het zwartharige meisje
op het bankje maakte haar blik los van het jochie dat in de zandbak zat te spelen. Er
verscheen een klein zwartbruin gevlekt hondje in haar blikveld. Dat was grappig. Zo’n
hond kwam haar ergens bekend van voor. Ze wist alleen niet waarvan. Hoofdschud-
dend keek ze toe hoe het hondje langs de zandbak terug naar zijn eigenaar ging. Ze
had wel iemand horen roepen, maar nam de moeite niet om te kijken. De hond was
terecht en ging, zo te merken, terug naar waar ‘ie hoorde.
‘Kenzo, foei! Je moet wel bij ons blijven. Anders dan doe ik je aan de lijn, hoor,’
hoorde ze een jongensstem foeteren.
Het meisje staarde naar het ventje met de sproetjes zonder hem echt te zien. Ze
wilde omkijken, maar wilde niet te stom overkomen. Waar kende ze die naam van?
Die hond, die stem? Was ze weer spoken aan het zien of kende ze die hond en zijn
eigenaar echt?
Het kleine ventje met de groene oogjes keek op. Alsof hij doorhad dat hij niet goed in
de gaten werd gehouden sloeg hij zijn toezichthouder gade.
‘Het is goed, Lenny. Ga maar lekker spelen,’ zei ze zacht. Het ventje glimlachte,
waardoor er kuiltjes in zijn wangen ontstonden. Vervolgens pakte hij een blokje en
ging hij weer verder waar hij gebleven was.
Het was toch moeilijk om te negeren dat de hond, Kenzo dus, terug liep naar zijn
baasje. Ze kon toch wel gewoon even omkijken? Wie weet schoot haar dan wel weer
wat te binnen… Zo onopvallend mogelijk draaide ze haar hoofd bij en volgde zo-
genaamd de hond. Eigenlijk keek ze vanuit haar ooghoeken naar de jongen. Dat
blonde haar, die blauwe ogen… Jezus. Dat leek de wel die ene jongen die… nee. Dat
kon toch niet? Die had geen broertje. Dat kon toch zeker niet? Vlug keek ze weg.
Met ingehouden adem wachtte het meisje tot de jongen gepasseerd was. Daar
kwam het buggytje, waar de hond alweer op vooruit liep. Maar in plaats van dat het
geluid passeerde, leek het juist dichterbij te komen.
Shit. Zeg me alsjeblieft dat het niet waar is… Voorzichtig draaide ze haar hoofd bij.
En jawel hoor, daar stond de jongen. Met het buggytje. Met het jochie erin. Beiden
blond haar, beiden blauwe ogen. Hun gezichten leken totaal niet op elkaar. Toch wist
ze dat ze er niet naast zat. Het was onvermijdelijk.
‘Hoi,’ zei Kay voorzichtig. ‘Sorry, maar ik… Centre Parks, Zuid-Holland?’
Onderzoekend keek Kay neer op het meisje. Hij kon ernaast zitten, maar ze leek
verdacht veel op het meisje dat ze een tijd terug had ontmoet. ‘Victoria?’
Het meisje fronste en glimlachte een beetje. ‘Ik…’ Ze schudde haar hoofd voordat ze
doorhad dat ze dat deed. ‘Kay?!’ Dus toch! Maar hoe kon dat? Dat kleine ventje…
‘Ik dacht al zoiets,’ lachte ze. ‘Alleen die kleine jongen daar bracht me aan het
twijfelen. Ik wist niet dat je een broertje had. Stom eigenlijk. – Het is al zo lang
geleden dat we elkaar hebben ontmoet.’
‘Dat kun je wel zeggen, ja! Zo te zien heb jij er ook een broertje bij? Het is echt een
schatje.’ Kay grijnsde en het jochie staarde met grote, groene ogen terug. Hij drukte
zich tegen het been van Victoria en gluurde er voorzichtig langsheen, nam Kay
taxerend op. ‘Dat ik jou nou hier moet tegenkomen, had ik echt nooit verwacht!’
‘Nou, eigenlijk…’ Victoria lachte en keek van Lenny naar Kay en terug. ‘Kom zitten! –
Of… heb je geen tijd?’ De vraag was overbodig – ze wist het antwoord al. ‘Kom.’
Ongedurig zaten Veerle en Jordy te wachten tot Kira naar haar werk was
vertrokken. Buiten regende het zachtjes.
‘Ben ik blij dat ik morgen pas naar de zaak hoef en niet vandaag.’ Jordy grimaste.
‘Jij met je zaak…’ Veerle giechelde. Haar vriendje was uitermate trots op zijn
bijbaantje in een platenzaak in de binnenstad. Ze was erg blij voor hem. Desalniette-
min was ze nog blijer dat hij niet hoefde te werken vandaag.
Jordy draaide zich naar Veerle toe en sloeg een arm achter de leuning. ‘Anders was
ik trouwens ook niet hier, bij jou, met jou.’ Hij wiebelde met zijn wenkbrauwen en ging
wat dichterbij Veerle zitten. ‘Ben ik blij dat we eindelijk met z’n tweeën zijn,’ voegde hij
er fluisterend aan toe.
Veerle giechelde opnieuw en boog zich langzaam naar hem toe. Het moment
waarop ze hield met giechelen en Jordy ophield met grijnzen, raakten hun lippen
elkaar. Muisstil zaten ze op de bank, totaal ontspannen en op het punt zich aan me-
kaar over te geven. Echter was er iemand die hen op dat laatste moment stoorde.
‘Jongens, ik ga nog even naar de FIT. Ik wil Idde per se vandaag nog een abon-
nement aansmeren.’ Cooper vertelde ongestoord zijn verhaal en sloeg zijn broer
ongegeneerd gade. Hij wist heus wel wat die twee van plan waren te doen.
Veerle schoof gelijk een eindje op en lachte zachtjes. ‘Oeps…’ Jordy leek er meer
mee te zitten dan zij. Hij kreeg een zachte stomp van Veerle. Zij was degene die het
initiatief nam afscheid te nemen van Jordy’s broertje.
‘Doei, Coop. Ik zie je misschien vanavond wel weer. Als je niet te lang in de FIT blijft.’
Ze gaf hem een ferme handdruk. Hij mocht dan wel Jordy’s broertje wezen, zij
deinsde er niet voor terug hem te begroeten. Ze kon opschieten met iedereen.
‘Hangen waar je een beetje op die fitnessmachines loopt te prutsen,’ plaagde Jordy.
‘Wacht jij maar!’ Cooper nam een vechthouding aan. ‘Door die krachttraining heb ik
straks spierballen en dan praten we wel verder. Of wacht, ik bedoel eigenlijk vechten.’
‘Jaja, jaja.’ Jordy duwde Cooper lachend de voordeur uit. Hij wilde net omdraaien
naar Veerle toen zijn mobiel ging. ‘O, hoi Idde. – Hmm? Micks coachende deel van de
kleintjes overnemen? Hangt er vanaf. Hoe laat begint hun wedstrijd?’
Veerle glimlachte naar een fotolijstje. Daarop waren een kleine Jordy en Cooper te
zien. De twee broers waren even impulsief en wispelturig als zijzelf soms kon zijn.
Gelukkig maar. Beter dan dat hij liever voor de buis hing of een boek las dan dat hij
erop uitging. Niet dat zij dat nooit deed, maar altijd is iets anders. Eigenlijk had ze
Jordy willen vragen morgen bij haar volleybalwedstrijd te komen kijken. Aan zijn in-
stemmende geknik te merken kon ze dat nu wel op haar buik schrijven.
De jongens zijn nu een stuk ouder dan op de foto. Toch is er verder niet veel
veranderd, op hun kapsels na dan misschien. Ze hebben een hechte band onderling,
dat ziet Veerle zo. Dat was haar al opgevallen toen ze Cooper en Jordy voor het eerst
samen zag. Ze waren zo hecht zoals je van een tweeling weleens hoorde. Zijzelf was
erg flexibel en vond het niet erg als Jordy ineens wat afsprak met Idde of als Cooper
ineens mee wilde kijken naar een film. Voor Veerle was het niet moeilijk goed met
iemand overeen te kunnen komen. Iets wat absoluut noodzakelijk was bij een stel
broers als dit. Dan was er nog Idde. Idde waarvan Veerle wist dat hij ooit kort iets met
Iris had.* Nooit had ze het er met Idde over gehad en ze had niet het idee dat Cooper
*zie update 3: twijfels I
of Jordy ervan wist. Sommige dingen kon je ook maar beter zo laten, vond ze.
Jordy kwam de keuken weer uit. Veerle wilde hem vragen hoe laat de wedstrijd
morgen was, zodat ze misschien na elkaars wedstrijden nog wat konden regelen. Ze
opende haar mond om het te vragen. Jordy’s blik zei echter genoeg. Hoofdschuddend
kwam hij op haar af gelopen. ‘Telefoon staat uit. De deur doe ik niet open. Coop is
voorlopig nog wel even weg…’ Zijn woorden waren zacht en vol terwijl hij achter haar
kwam staan. ‘We hebben het huis voor onszelf, zeker zo’n drie uur lang. Buiten
regent het en er is niet één excuus om nog langer gestoord te worden.’ Zijn handen
gleden om haar buik en hij kuste haar nek. ‘Zullen we naar boven gaan?’
Sander gromde toen zijn mobiel voor de zoveelste keer afging. De
afgelopen dagen werd hij continu gebeld door slechts één persoon. Tot zijn grote op-
luchting zag hij dat het ditmaal eens Lizzy niet was. Hij plofte eens neer op de bank
en liet zich achterover vallen.
‘Ha, neefje,’ groette Sander Dennis door de telefoon. ‘Ja, goed, goed. Hoe is het
daar? – Oh, natuurlijk mag je langskomen. Neuh joh, ik heb toch niets te doen.’ Het
was waar. Eigenlijk had hij genoeg te doen. Er wachtten nog zat onafgeronde
Excelbestanden op zijn werklaptop. Hij zou naar zijn pa kunnen gaan. Hij zou wat dan
ook kunnen doen, maar eigenlijk had in geen van alles echt zin.
‘Dus ik kom niet ongelegen?’ Vroeg Dennis een kwartier later.
‘Nee, ik heb je hierheen laten komen maar eigenlijk komt het niet uit – ga maar weer.
Loop nou maar gewoon door.’ Sander schudde lachend zijn hoofd. ‘Jij komt nooit on-
gelegen. Je bent toch m’n beste mattie,’ voegde hij er grinnikend aan toe.
Dennis deed iets beamends met zijn hoofd. ‘Yup, dat is waar, dude.’ Even keek hij
rond door de hal. ‘Het blijft een groot huis. Het is echt huge.’
Sander liep langs Dennis mee naar de woonkamer. Zo af en toe kwam
Dennis hier langs. Meestal was het andersom. Eigenlijk kwamen er vrij weinig andere
Sims bij hem over de vloer. Op zijn one night stands na dan. Een moment voelde hij
zich schuldig. Misschien was hij wel niet zo’n goede vriend geweest als hij zou moet-
en zijn. Hij was blij voor Dennis en Keisha vanwege het aanstaande ouderschap.
Zelf kon hij het zich maar amper voorstellen hoe het zou kunnen voelen. Hij kon zich
niet eens herinneren dat hij er ooit over na had gedacht zelf vader te worden. Het had
hem ook nooit wat voor Dennis geleken. Tot Keisha ten tonele was verschenen dan.
‘Wijntje, biertje?’ Sander wees over zijn schouder richting keuken. ‘Of wat anders?’
‘Ach, waarom ook niet? Eén wijntje kan er wel in.’ Dennis volgde Sander de keuken
in. Op het aanrecht zag hij spullen ingrediënten staan. ‘Je ging net bezig met ‘t eten.’
Sander wuifde het weg. ‘Boeien. Eerst jij. Aan je toon te horen kom je niet zomaar
om bij te praten?’ Hij pakte twee wijnglazen. De ene zette hij aan zijn eigen mond, de
ander gaf hij aan Dennis. Geduldig keek hij zijn vriend aan, wachtte op wat kwam.
‘Dat klopt.’ Dennis schraapte zijn keel. ‘Er is niets ernstigs, hoor,’ ging hij verder. ‘Het
is gewoon dat… Eergisteren kreeg ik een telefoontje van Serena en Nienke... Pff. Ik
weet gewoon hoe ik het moet vertellen.’ Dennis haalde een hand over zijn gezicht.
‘Zoals ze zeggen: begin bij het begin.’ Lachend sprong Sander het aanrecht op.
Dennis sloeg zijn armen over elkaar en staarde uit het raam. Keisha had hem
opnieuw vastgepakt. Ze leek zo in gedachten verzonken dat de vertederde toestand
van daarnet was vergeten
‘Wat is er nou aan de hand? Wie was dat?’ Bezorgdheid klonk door in haar stem. Ze
wilde weten wat er aan de hand was. ‘Lieverd, was dat Nienke?’
Zo gauw als de bezorgde frons was verschenen, gleed deze weer van Dennis’
gezicht. ‘Ja, dat was inderdaad m’n zus. Wat er gaande is zullen we zo wel horen. Ze
komt hierheen met Serena. Heel ernstig zal het niet wezen.’
‘Hoe kun je dat nou zeggen? Ze komen toch zeker niet zomaar hierheen!’ Keisha’s
stem sloeg over. Onthutst keek ze haar man aan. Soms kon hij zo overdreven nuchter
over zou kunnen komen.
‘Kalm aan, Keisha. Je kent Nienke toch? Ze mag dan wel pot zijn, maar is van
hetzelfde geslacht als jij. Ze kan af en toe van die vrouwelijke uitbarstingen hebben.
Dan komt ze gewoon even langs terwijl er niets aan de hand is.’ Dennis trok een
gezicht waarom Keisha normaal gesproken gelachen zou hebben.
Nu was ze echter niet in de stemming. ‘Wat als er nu wel wat is? Dan… - Trouwens,
wat wil je daarmee zeggen?’ Keisha plantte haar handen in haar zij.
Dennis staakte zijn wandeling naar de trap en draaide zich op zijn hakken om.
Leunend tegen de muur zoals hij dat graag mocht doen keek hij haar geamuseerd
aan. Wat kregen we nou? Het was hem gelukt haar uit haar tent te lokken. Dat kwam
slechts zelden voor. Schijnbaar speelden haar hormonen weer op vanwege de
zwangerschap. Met een grijns van oor tot oor snelde hij de trap af: de bel ging.
‘Wat ben je toch ook een puber,’ mopperde Keisha hem achterna lopende, zo goed
en kwaad als het ging. Desalniettemin was er weer iets van een lach op haar gezicht
verschenen.
‘Hé - kom erin.’ Dennis hield de deur open voor zijn zus en diens vrouw. ‘Let
niet op Keisha. Ze is weer eens emotioneel bezig.’ Grijnzend wierp hij een blik op
haar en blies een luchtkusje. ‘Maar dat geeft niet – daarom houd ik van haar.’
Tegenstrijdig prikte Keisha Dennis in zijn zij. ‘Jij kunt ook overdrijven.’ Het kwam er
gespannener uit dan bedoelt.
Dat werd algauw afgedaan vanwege de begroetingen. Van beiden kreeg
Keisha een zoen op haar wang. Nienke en Serena liepen tezamen de woonkamer
binnen. Ze wisselden een korte blik. Nienke stak ongemakkelijk haar handen in de
zakken van haar jeans. Rollend met haar schouders ging ze naar buiten staan kijken,
net zoals haar broer zonet nog had gedaan.
Geduld was Dennis’ sterkste kant niet. Hij moest zich erg inhouden. Alles aan hem
verried dat hij razend nieuwsgierig was. ‘Zeg het eens, wat is er loos?’
‘Dennis, dat vraag je toch niet zo recht op de man af! – Ga zitten Nienke en Serena,
ik zet eerst wel wat thee.’ Keisha stevende op de keuken af zonder een ’nee’ te willen
horen. Ze moest gewoon iets om handen hebben. Zo’n gesprek kon je toch niet
staand voeren. Er was niet zomaar iets – ze voelde het gewoon.
Nienke kon het niet laten Keisha de retorische vraag na te roepen: ‘Ehrm, ik heb
liever koffie als het geen probleem is?’ Waarop ze zich in de fauteuil liet vallen. ‘Laten
we maar meteen met de deur in huis vallen,’ vervolgde ze.
Serena ging bij Nienke op de stoelleuning zitten. Die trok haar op haar schoot en liet
een hand over Serena’s rug glijden. ‘Eerst moeten jullie weten dat er niets aan de
hand is. Om preciezer te zijn: ik weet zeker dat niet alleen voor mezelf spreek als ik
zeg dat het meer dan prima gaat.’
Vanuit de keuken klonk er een opgeluchte zucht. Niet theatraal maar toch duidelijk
hoorbaar. ‘Ik was al bang dat er wat met Kelson was,’ murmelde Keisha. ‘Of met Kay.
En dat jullie daarom…’
‘Nee joh, helemaal niet.’ Nienke glimlachte van oor tot oor naar Serena. Hun handen
vonden elkaar. ‘Misschien dat we jullie een beetje overvallen, maar…’
Dennis had niet altijd een engelengeduld, maar voor zijn lievelingszus deed hij zijn
best. Bemoedigend maakte hij een onwillekeurig handgebaar.
‘Het zit namelijk zo… We komen je om een gunst vragen. Wij eh…’
‘We willen graag nog een kind,’ vulde Serena haar echtgenote aan. ‘Daarom
vroegen we af of je ons nog eens een gunst wilt verlenen.’
Er viel een moment een doodse stilte waarin alleen de lepeltjes spraken. Luid
kletterden ze in de mokken die Keisha klaarzette op een dienblad. Vrijwel direct erna
begon Dennis te lachen.
‘Als dat alles is,’ grijnsde hij.
‘Is dat een ja?’ Hoopvolle ogen keken hem schitterend aan. Serena’s hand kneep in
die van Nienke.
‘Hé,’ deed Dennis met een joviaal gebaar. ‘Als ik jullie daarmee blij maken kan… Dan
zou ik zo honderdduizend keer mijn kwakje voor jullie afstaan.’ Dennis’ armen waren
geopend. Tegelijkertijd omhelsde hij de twee dames in de zetel. ‘Is het niet geweldig,
Keisha?!’
Keisha kwam de keuken uit met het dienblad om vast te houden. ‘Jullie zijn
absoluut het type voor meerdere kinderen. Al hebben jullie nu natuurlijk ook al
Kelson...’ Ze viel even stil en keek in gedachten verzonken voor zich uit.
‘Dat zal vast leuk zijn voor Kelson. Dan heeft hij er een speelmaatje bij,’ bedacht
Dennis zich opeens. Hij keek van zijn zus naar zijn schoonzus en terug. Het was
deels net alsof hij weer te horen had gekregen dat hij vader zou worden. In principe
was dat natuurlijk ook zo. ‘O jongens, wat geweldig.’
‘Nou, nou, dat stoere altijd.’ Dennis veegde een traantje weg van Serena’s gezicht.
‘Heb je toch ergens een klein hartje?’
Er viel weer een stilte. Ook Nienke knipperde heftig met haar ogen. ‘We waren al
heel gelukkig, maar met nog een kindje erbij…’
‘Zouden jullie nog gelukkiger zijn? – Dan doen we dat toch. Geen probleem,
natuurlijk niet.’ Dennis kuste zijn zus op haar wang. ‘Ik snap het toch. Ik weet dat jullie
beiden graag een groot gezin willen. Kay kan goed met kleintjes, voor Kelson is het
ook gezelliger…’
Nienke en Serena knikten synchroon. ‘Al hebben we al een poos overwogen er nog
een tweede bij te nemen toen Kelson nog niet in beeld was. Daarom twijfelden we
eerst, maar… uiteindelijk toch. We willen het nog even voor onszelf houden, maar we
weten het al wel zeker.’
Keisha opende haar mond om iets te zeggen toen de deurbel ging. Iedereen draaide
zich om naar de voordeur. Abel en Emine stonden enthousiast te zwaaien. Achter hen
stonden Justin en Jim.
‘Shit – glad vergeten dat we moeten oppassen vanavond! Al dat zwangerschaps-
gedoe ook…’ Sprak Keisha meer tegen zichzelf dan de rest toen ze de voordeur
opendeed. ‘Hai jongens, kom erin!’
‘… En dan had je moeten zien hoe Justin en Jim daar stonden! Het was gewoonweg
geweldig. Justin had het natuurlijk meteen weer door, het manwijf!’ Dennis zette
lachend zijn wijnglas aan zijn mond en nam nog een flinke slok. ‘Dat gezicht van
Keisha toen ik het verteld had! Zij nam het me kwalijk, maar Nienke en Serena niet.
Achteraf gezien is liegen gewoon iets…’ Dennis schudde zijn hoofd. ‘Ik geloof dat je
de keren dat ik heb gelogen tegen mijn tweelingbroertje op één hand kunt tellen.’
‘Gast, wat een verhaal! – Gefeliciteerd,’ wist Sander ertussen te persen.
Dennis stond te grijnzen als een jongen die voor het eerst de tieten van zijn
buurmeisje heeft gezien door het kiertje van de gordijnen. Dat was misschien wat er
door zijn beste vriend heen ging op het moment, bedacht Sander zich. Een mengeling
van gelukzaligheid en baldadigheid. ‘Jij kleine zwemmertjes zijn wel gewild, hè?’
Grapte Sander. ‘Hopelijk verloopt het allemaal weer net zo goed.’
‘Thanks! Ook al zijn we allemaal wat ouder… We gaan zien hoe het loopt.’
‘Wie had dat ooit gedacht dat jij drie keer in je leven vader zou worden?’ Achteraf
gezien hoopte Sander niet dat het bot over zou komen. Het had immers een hele tijd
geduurd voor Keisha zwanger was geraakt van hem. Bij Serena daarentegen was het
zo gebeurd. Misschien twijfelde Dennis wel aan het feit dat het aan hem lag. Kay was
alweer een tijd geleden geboren. In de tussentijd was hijzelf ook ouder geworden. Je
wist niet of het er wat mee te maken zou hebben. Er zouden vast manieren zijn om
erachter te komen of het met de leeftijd te maken had of dat er iets mis was met zijn
zaad. Iets waardoor het moeizamer ging. Dat was alleen geen gespreksstof voor
Sander dus liet hij dat fijn achterwege. In plaats van ernaar te vragen, vroeg hij wat
anders. ‘Wanneer gaan jullie het de rest van de familie eigenlijk vertellen?’
Dennis haalde zijn schouders op. ‘Dat laat ik aan Nien en Serena over. Het is hun
kindje. Ja, oké, ook die van mij, maar… tsja. Ik weet niet. Ik denk niet dat ze het weer
zo lang verborgen gaan houden als destijds op de universiteit. Lijkt me onmogelijk.’
Dennis streelde even over foto op Sanders koelkast. Zelf had hij die in het groot aan
de muur hangen bij de eettafel. Aangezien ze hadden besloten die foto aan Cathelijn
en Joey te geven als verjaardagscadeau hadden ze voor zichzelf ook allemaal een
versie laten maken. ‘Het blijft een mooie foto,’ zei hij dromerig. ‘Lijkt me echt vet als
we daar ooit nog eens terug heen kunnen gaan. Het was een vette tijd. Druk maar
vet. Met een boel feesten. Herinner je je nog die keer dat Kay werd geboren?’
Sander knikte. Hij had nog een stickie zitten roken met Iris buiten. Het was de dag
waarop alles finaal in het water was gelopen. De dag waardoor hij bij zinnen was ge-
komen en de dag waardoor hij het uiteindelijk uit had gemaakt met ‘r. ‘Nog wat wijn?’
Sander hield de fles omhoog en schonk Dennis bij. Tegelijk zuchtend namen ze een
slok. Dennis liet zijn blik door de kamer dwalen en trok een gezicht.
‘Hoe is het eigenlijk bij jou?’ Zijlings keek hij zijn beste vriend aan. ‘Je weet wel, in de
liefde.’
Oh. De liefde. Dat was nog wel een vraag waarop Sander antwoord kon geven. Als
het ging om alles èn om de liefde… Dan zou het gesprek weleens een heel wat
minder vrolijk gesprek kunnen worden. Daarin had hij nu geen zin. ‘Ach, ja,’ antwoord-
de hij vaagjes. ‘Je weet toch hoe ik ben. Ze komt en ze gaat.’ In zichzelf grinnikte hij.
‘Soms zit ik weleens te denken… Wat ik zelf heb, gun ik jou ook.’ Dennis zette zijn
wijnglas op het aanrecht zodat hij Sander zonder omweg aan kon kijken. ‘De lol die
we hadden… Het was te gek en ik zou het zo weer doen. Dat we ouder worden,
betekend niet dat we er minder goede vrienden op zijn geworden.’ Dennis trok met
zijn mond, leek zijn woorden zorgvuldig te kiezen. ‘Ik heb me weleens afgevraagd of
jij niet… Nou ja, je weet wel man. Of je niet wilde settellen met een chick ofzo. Maar ik
weet gewoon dat jij zo bent en… als dat is wat voor jou werkt, dan… Dan ben ik toch
blij voor je, weet je. Zolang jij blij bent, ben ik dat ook. Want je bent en blijft een soort
van broer voor me.’ Dennis legde zijn hand tegen Sanders gezicht en gaf er een
klapje op. ‘Je bent een toffe, toffe gozer, Sander.’
Sander glimlachte mistroostig en ontroerd tegelijk. Dennis mocht dan nogal aange-
schoten en sentimenteel van de vele wijn zijn, Sander geloofde hem. Hoe had hij er
ooit aan kunnen twijfelen dat hun vriendschap er minder om was geworden? Dennis
mocht hem nog steeds erg graag en dat was zeker andersom ook het geval. Dat zijn
beste vriend over hem had gedacht dat hij gelukkig was door op deze manier te
leven… Het was met niet zoveel woorden gezegd. Toch wist Sander dondersgoed wat
Dennis bedoelde. Ergens stak het hem een beetje. Dennis dacht dat hij gelukkig was
op deze manier. Hij dacht dat hij tevreden was met het komen en gaan van de
chickies. Maar als je ging vergelijken met Dennis’ aanstaande vaderschap en zijn
single leven… Natuurlijk was het chil om nooit met iemand rekening te hoeven houd-
en. Toch was het enige levende met wie hij zijn huis altijd deelde zijn vissen. Alleen
zijn verdomde vissen. Sander steunde met zijn handpalm tegen zijn voorhoofd en
zette ook zijn eigen wijnglas aan de kant.
‘Kom is hier man, Casanova. Aanstaande papa, met je klote goede zwemmertjes.’
De twee vrienden bleven in een omhelzing staan. Plots schoot het door Sanders
hoofd dat dit waarschijnlijk de langste omhelzing was waarin hij ooit had gestaan met
een kerel. Zelfs met zijn pa had hij dat vroeger niet gedaan. Verbazingwekkend
genoeg voelde het fantastisch. Het boeide hem niet dat hij ineens begon te janken.
Dennis maakte het ook niet uit. Hij deed rustig mee. Zo stonden ze daar in de keuken.
Toen ze elkaar eindelijk loslieten, sloeg hij Dennis zachtjes en bemoedigend
tegen zijn schouder. ‘Kijk ons nou, man.’
‘We staan gewoon te janken als twee wijven.’ Dennis lachte met nog waterige ogen.
‘Ja.’ Sander lachte ook en greep zijn aansteker. ‘Hèhè,’ verzuchtte hij. ‘Ik zou jou er
ook bijna één aanbieden. Soms vergeet ik prompt dat je niet meer rookt. Al lang…’
Dennis keek hoe Sander een peuk uit het pakje schudde. Een moment twijfelde hij.
Juist op dat moment trilde zijn mobiel in zijn broekzak, gevolgd door een melodietje.
‘Oh, het is Keisha. – Fuck, is het al kwart voor zeven?! Ik zou koken!’ Gauw nam hij
de telefoon op. ‘Hai lieverd, toch niet al lang wakker? Sorry, ik ben de tijd vergeten!
Kom meteen naar huis. Maak je geen zorgen. De boodschappen zijn al gedaan.’
‘Dennis, gaat alles wel goed daar?’ Keisha’s stem klonk bezorgd. ‘Je klinkt een
beetje… Tsja. – Wacht… Ben je bij Sander?’
Dennis knikte. God. Hoe kon hij nou vergeten dat het vandaag zijn beurt was om te
koken. ‘Ja,’ antwoordde hij toen Keisha zichzelf had herhaald. ‘Ik heb het verteld.’
‘O,’ klonk het. ‘Ik snap het.’ Toen een zucht. ‘Weet je, Dennis. Het maakt niet uit.’
‘Ik weet niet. Ergens voel ik me wel schuldig. Ik laat het Nien wel weten. Maar ik…’
‘Je moest het gewoon even kwijt,’ onderbrak Keisha hem. Er klonk iets van een lach
in haar stem. God – die lach. Die prachtige lach. ‘Ik snap het wel, lieverd. Weet je
wat? Wil je anders liever bij Sander blijven, hmm? Ik kan best zelf koken vandaag.’
‘Wat zeg je nou? Nee, lieverd! Jij kookt al zoveel dagen wanneer ik voetbaltrainingen
geef! Je moet je rust hebben. Er komt nog wel een andere keer.’ Dennis keek even
naar Sander. Die knikte hem bemoedigend toe. Ja, het was klote. Maar zijn maat
snapte wel dat je je vrouw niet alleen thuis kon laten zitten. Al had hij er zelf geen.
‘Liefje, hoor je me niet? Ga maar gewoon. Ik red me wel. Jij en Sander hebben zo
lang al niet echt meer iets samen gedaan. Maak je geen zorgen, ventje. Ik zie je wel.’
‘Je moet zeker gaan, hè?’ Sander legde zijn sigaret op de rand van de asbak.
‘Ik stond erop, maar… Ik mocht gewoon niet naar huis komen. Keisha kookt zelf
vanavond. Voor zichzelf, alleen. Keisha stond er bij mij op dat ik wat meer tijd met jou
doorbracht. Wat heb ik ook een topwijf. – Oh! Ik weet niet of je nog plannen hebt?’
Sander grijnsde. ‘Yup, ik heb het plan om samen met jou te gaan koken en er een
ouderwetse avond van te maken. Zonder chickies. Gewoon met z’n tweeën.’
‘Ouderwetse avond, hmm?’ Dennis gaf Sander een boks. ‘Te gek! – Zoek jij eens
muziek uit, waar je zo goed in bent. Dan ga ik eens kijken in die das die daar staat…’
Met zijn vrije hand duwde Melvin de voordeur achter hem en Greke dicht. Met zijn
andere hand duwde hij in haar onderrug. Heftig zoenend schuifelden ze de trap op; dit
was hun dag, hun moment. Vandaag hadden ze hun jubileumdag en deze dag zou-
den ze samen uitbundig vieren.
Op school waren ze al amper van elkaar afgebleven. Dat had hen af en toe wat ge-
joel opgeleverd van hun vrienden of een kuchje van de leraar. Nu ze bij Melvin thuis
waren hadden ze echter niet één persoon om nog rekening mee te moeten houden.
Het was donderdag en dan was de rest van de vierling nog niet uit.
Melvin duwde de deur van zijn slaapkamer open en trok Greke mee naar binnen.
Kort keek hij in haar ogen. De ogen die hem deden denken aan ijskristallen of ijskoud
water in de zomer lieten hem nagenoeg smelten. Hij glimlachte om de ironie en zag
dat zij ook grijnsde. Nog nooit had hij zo verlangd naar haar. Het leek wel alsof ze
elkaar al heel erg lang niet meer gezien hadden. Vurig drukte hij zijn lippen op de
hare. Wetende dat ze alleen thuis waren, wetende dat dit het moment was, ging zijn
hart alleen nog maar meer tekeer.
wGreke merkte aan Melvin dat hij zich helemaal liet gaan. Haar vriendje liet zich nooit
hinderen door iets of iemand. Toch was het niet zo dat hij geen rekening hield met
haar gevoelens. In tegendeel. Hij was juist altijd heel erg peilend. En dat zonder enig
spoortje van onzekerheid. Dat bewonderde ze aan hem, daarom hield ze van hem.
..Het was voor het eerst dat hij wilder was dan normaal, dat zij wilder was dan
normaal. Geen van beiden hadden het idee dit te overhaasten. Het was het gevoel
dat er niet overhaast kon worden. Ze hadden een tijd samen en dat was het hem nu
juist. Niets leek te snel of te langzaam.
Alles leek precies perfect. Het was een zeldzaam gebeuren te zijn om hier
alleen in huis te zijn, alleen met z’n tweeën. Ze konden altijd naar Grekes huis gaan.
Toch vond Greke het fijner hier, voelde zich meer op haar gemak.
‘Ik lig nergens liever dan in jouw bed, met jou tegen me aan,’ fluisterde ze hem toe.
Die woorden maakten dat Melvin zo mogelijk nog wilder werd. Hij sloeg zijn andere
arm ook om Grekes middel. Bij elke stap dat ze achteruit schuifelden drukte hij een
kleine kus in haar nek. Toen hij bij haar mond was, voelde hij het bed tegen zijn
benen. Met een lach liet hij zich erop vallen. Greke, om wie hij zijn armen nog altijd
heen had geslagen, slaakte een klein gilletje en moest lachen.
‘Wat ben je ook een wildebras.’
‘Wildebras? Daarvoor moet je bij mijn broer zijn, hoor. Ik ben de luiste van ons twee.’
‘Mooi niet. – Ik hou van jou. De rest van de wereld kan me gestolen worden.’
Thuisgekomen uit school mikte Kay zijn jas en tas op de bank en liep direct
door naar de keuken om wat te drinken in te doen. Onderwijl bleef hij rustig
telefoneren.
‘Nee,’ beantwoordde hij de telefoon. ‘Ik moet nog wat dingen afhandelen voor
geschiedenis, dus ik kan vanavond niet. Die toets van morgen, weet je wel…’
‘Ach man,’ verzuchtte Pepijn. ‘Laat dat geschiedenis toch lekker verrekken. We
zouden veel kans maken met de wedstrijd als we nu al extra gaan oefenen.’
Kay voelde hoe Pepijn langzaam maar zeker opgefokt begon te raken. Het was altijd
lastig om hem duidelijk te maken dat er belangrijkere dingen waren dan wat hij op de
eerste plaats zette. Dat niet iedereen dezelfde waarden had als hij. ‘Ik weet dat het
nog maar even is tot de Cito-toets, maar ik wil de zooi niet gaan verwaarlozen. Als je
slim bent doe jij dat ook niet. Het kan veel verschil maken voor je middelbare school.’
Kay duwde de koelkastdeur dicht met zijn elleboog.
Het bleef even stil aan de andere kant van de telefoon. Pepijn zuchtte hoorbaar: hij
was er nog. ‘Doe maar lekker wat jij wilt. Ik probeer Emma wel,’ mompelde Pepijn
nukkig. Hij deed alsof hij zich niets aantrok van Kay’s advies. Kay kende hem echter
langer dan vandaag. Zo te horen deed hij dat juist wel.
‘Oké,’ speelde Kay het spelletje mee. ‘Doe Em de groeten van me. Ik ga aan ge-
schiedenis. Misschien tot vanavond. Ik spreek je wel op msn,’ vervolgde hij en drukte
het gesprek weg. Tegen die tijd was Pepijn vast wel weer bij gedraaid.
Kay vond dat er ergere vakken bestonden als geschiedenis. Hij interesseerde zich
wel voor culturele dingen. Zo lang het niet over vechten ging vond hij het best. Hij
haatte het als er dingen waren die met ruzies te maken hadden. ‘Misschien ben ik al
klaar voor Kelson van de crèche gehaald moest worden. Gaan we lekker samen, hè?
Als je dan weer wegloopt omdat er een meisje op een bankje zit, vind ik het goed.’
Als antwoord likte Kenzo Kay in zijn gezicht. Kay lachte en beschouwde het als ‘ja’.
Kay zette Kenzo op de grond en liep zijn kamer in. De hond maakte het zich
gemakkelijk op Kay’s bed terwijl Kay zijn papieren tevoorschijn haalde.
‘Hoofdstuk 8 – de prehistorie,’ mompelde Kay in zichzelf. Half in gedachten en half
bij geschiedenis bleef hij voor de spiegel staan. Vluchtig las hij het stuk door over de
wapens die er toen gebruikt werden, gemaakt van takken en stenen en de manier
waarop ze werden toegepast. Hij herhaalde het voor zijn spiegelbeeld. Je wist maar
nooit waar het goed voor kon weten. De meester had gezegd dat ze nog eens een
spreekbeurt moesten doen voor de Cito.
Een kwartier later gooide Kay zijn papieren op het overvolle bureau. Kenzo kwam
direct hoopvol overeind en keek zijn baasje afwachtend aan. ‘Wat vindt jij, Ken? Nog
even door leren of zal ik de mams eens verassen en Kelson ophalen?’
Kenzo hield zijn kop schuin. Hij begreep er toch geen hol van wat zijn baasje allemaal
tegen hem zei. Niet dat het één van tweeën kon schelen. Elk teken van Kenzo
betekende meestal dat er iets leuks ging gebeuren. Bonk-bonk-bonk. Kenzo’s staart
knalde tegen de muur van vreugde.
‘Inmiddels is het al wel half vier…’ Kay wiebelde met zijn wenkbrauwen. ‘Kom, kerel.
We gaan Kelson ophalen.’ Hij hoefde zich maar om te draaien of Kenzo was er al.
Zo, dat was dat! Eindelijk, na zo’n
drieënhalve maand! Van het
weekend begon ik met zo’n 15 dia’s.
Nu zit ik op 70 in vier dagen tijd!
Het is allemaal ineens super snel
gegaan. Een hoop van mijn lang
geleden al bedachte plannen zijn nu
in werking gezet. Het is lastig, wat
op sommige vlakken weet ik al wat
er komen gaat. Hmm… Ik moet ook
maar niet echt zo gemeen zijn en
jullie tè nieuwsgierig maken. In elk
geval wilde ik gewoon graag de
update af hebben vanwege
Mariekes verjaardag die vandaag is.
Een extra cadeautje bovenop het
andere! Heb een fijne dag allemaal
en tot de volgende keer!
Xx Ilse