waarderingsonderzoek pilot bewonersinvloed op welzijnswerk

11
verbinden van mens en buurt Waarderingsonderzoek pilot bewonersinvloed op het welzijnspakket 2012

Upload: edwin-broekman

Post on 08-Jan-2017

122 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

Page 1: waarderingsonderzoek pilot bewonersinvloed op welzijnswerk

verbinden van mens en buurt

Waarderingsonderzoek pilot bewonersinvloed op het welzijnspakket 2012

Page 2: waarderingsonderzoek pilot bewonersinvloed op welzijnswerk

verbinden van mens en buurt

INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 2 1.1 Onderzoeksvragen 2 1.2 Onderzoeksopzet 2 2. Belangrijkste bevindingen 3 3. Aanbevelingen 6 4. Bevindingen en aanbevelingen van de onderzoeker 9

Page 3: waarderingsonderzoek pilot bewonersinvloed op welzijnswerk

verbinden van mens en buurt

-2-

1. Inleiding De gemeente Schiedam heeft een geschiedenis als het gaat om wijkgericht werken en bewonersparticipatie en het blijft zoeken naar nieuwe manieren de wijkaanpak door te ontwikkelen. De leidende gedachte daarbij is te streven naar meer gelijkwaardigheid tussen gemeente en wijkbewoners, een gemeente die werkt vanuit het perspectief van de wijkbewoners en hen zo veel mogelijk in hun kracht wil zetten en faciliteert. De huidige tijd daagt gemeentes verder uit een andere rol en houding te kiezen naar de samenleving. Recente ontwikkelingen die dit onderstrepen zijn in elk geval de Visienota Schiedams maatwerk in het sociale domein, de pilot ‘bewonersinvloed op de inzet van welzijnsbeleid’ en het werkatelier wijkaanpak waarin een werkwijze is gestart bewoners invloed te geven op de beoordeling van aanvragen voor het faciliteren van vrijwilligers. Dit vraagt een omslag in denken en doen bij professionals en bewoners. Deze evaluatie betreft de pilot bewoners meer invloed op het welzijnspakket.

1.1 Onderzoeksvragen

De onderzoeksvragen naar de waardering van de pilot bewonersinvloed op het welzijnspakket luiden als volgt:

1. Wat vindt u van de visie van de gemeente dat bewoners meer invloed krijgen op het welzijnspakket?

2. Hoe heeft u de pilot bewonersinvloed (werkwijze) op het welzijnspakket ervaren? 3. Hoe heeft u uw eigen inbreng ervaren? 4. Wat zijn verbeterpunten? 5. Wat zijn uw wensen of verwachtingen?

1.2 Onderzoeksopzet

Voor het onderzoek zijn in maart en april 2013 in totaal 39 gesprekken gevoerd onder professionals, bewoners en twee vakwethouders. Deze gesprekken vonden plaats in 6 groepsgesprekken, 8 individuele gesprekken en 23 telefonische interviews. In totaal hebben 2 wethouders, 19 professionals (11 ambtenaren, 8 externe professionals) en 35 bewoners meegewerkt. Bij de bewoners is onderscheid gemaakt tussen vertegenwoordigers van bewonersverengingen (7 bewoners van 4 verenigingen) en ongeorganiseerde bewoners (28). De laatste groep is a-select gekozen. De gesprekken zijn semi-gestructureerd verlopen, waarbij de 5 onderzoeksvragen de kapstok vormden. Om commitment en betrokkenheid verder te stimuleren is de respondenten ook naar verbeterpunten gevraagd. De aanbevelingen in hoofdstuk 3 komen hieruit voort.

Page 4: waarderingsonderzoek pilot bewonersinvloed op welzijnswerk

verbinden van mens en buurt

-3-

2. Belangrijkste bevindingen Engagement of commitment Op basis van de onderzoeksvraag wat de respondenten vinden van de visie van de gemeente bewoners meer invloed of zeggenschap te geven op de inzet van de welzijnsactiviteiten antwoordt 91,7 % positief tot zeer positief. Vooral ‘ongeorganiseerde’ bewoners zijn zeer positief over de visie. Waardering van de pilot Algemeen Een ruime meerderheid van de respondenten is positief over de gehanteerde werkwijze. Die werkwijze bestond uit het aan de orde stellen in het wijkoverleg en het werken in groepjes. In een enkele wijk is er gekozen voor een plenaire sessie, maar ook hier lijkt er een voorkeur te bestaan voor het werken in groepjes. Onder de respondenten waarderen de bewoners de pilot hoger dan de professionals, met name de ongeorganiseerde bewoners. De vertegenwoordigers van de bewonersverenigingen ervaren de pilot in meerderheid neutraal. Hierbij wordt opgemerkt dat weinig bewonersverenigingen hebben meegewerkt aan het onderzoek, hun bevindingen zijn daarom uitsluitend indicatief Opvallend is dat het team Zorg & Welzijn zich negatief heeft uitgesproken over de werkwijze. Dit heeft te maken met de wijze waarop het interne proces in de voorbereiding is verlopen. Het team Zorg & Welzijn was ontevreden over de samenwerking, afstemming en communicatie met Wijkontwikkeling. Intern is over de aanpak gesproken. De tijd om goed af te stemmen was kort. Het team heeft vanuit collegialiteit zo veel en goed mogelijk meegewerkt. Van de 7 externe (welzijns)organisaties heeft de helft de werkwijze als positief ervaren, de andere helft is neutraal tot negatief. Doorlooptijd In zijn algemeenheid is het proces als kortademig ervaren. Enkele bewoners en professionals gaven aan dat hun aandachts- of verbeterpunten ook in dat perspectief geplaatst moet worden: “het was de 1e keer en het moest allemaal in erg korte tijd” Een ruime meerderheid van de ongeorganiseerde bewoners vonden de inhoudelijke behandeltijd om hun inbreng te leveren veel te kort. Deze ervaring wordt ook herkend door de georganiseerde bewoners en professionals. Nazorg De georganiseerde bewoners hebben de nazorg of terugkoppeling over de resultaten als onvoldoende ervaren. Zij hadden vooral niet scherp in hoeverre de professionals ook daadwerkelijk hebben gedaan wat met de wijk was afgesproken (“zeggen wat je doet en doen wat je zegt”).

Page 5: waarderingsonderzoek pilot bewonersinvloed op welzijnswerk

verbinden van mens en buurt

-4-

Hierbij dient wel te worden opgemerkt dat bij ruim de helft van deze bewoners de ervaringen met de pilot opgefrist dienden te worden tijdens het groepsgesprek. NB: de resultaten zijn verwerkt in de werkplannen 2013, die momenteel in uitvoering zijn. Representativiteit Enkele “ongeorganiseerde” bewoners hebben een opmerking gemaakt over de representativiteit van de deelnemers aan de pilot. Onder de professionals zijn ook opmerkingen gemaakt over de representativiteit. Hun indruk was dat het vooral de ‘usual suspects’ zijn die op de wijkoverleggen deelnamen. Ook hier vinden de meeste professionals het vooral een aandachtspunt en geen reden te stoppen met het geven van bewonersinvloed. Om de representativiteit te verhogen is gebruik gemaakt van het internetpanel van onderzoek en statistiek. Top-down of bottom-up Bij enkele professionals bestond de indruk dat de gemeente de bijeenkomsten teveel heeft gestuurd, teveel ‘top-down’ en te weinig bottom-up’. Ook werd door enkele geïnterviewden de gemeente gewantrouwd om de motieven voor de pilot, met name in relatie tot andere ontwikkelingen als de bezuinigingen. Opvallende scores uit enkele wijken Algemeen In de groepsgesprekken met de georganiseerde bewoners is de wens uitgesproken dat de basis op orde moet zijn. De dagelijkse leefbaarheid moet op peil blijven en er dient sprake te zijn van betrouwbare professionals (‘zeggen wat je doet en doen wat je zegt’). Als die basis niet op orde is, verwacht dan ook geen of een afnemend commitment of animo bij bewoners hun rol of verantwoordelijkheid te pakken. Centrum Twee van de drie geïnterviewde ‘ongeorganiseerde’ bewoners hebben de werkwijze negatief ervaren. Hun negatieve ervaring is vooral te verklaren uit het feit dat in het Centrum weinig welzijnsuren te vergeven zijn en dat de pilot dan als een circus wordt ervaren. Citaat: “de ene professional die zegt dat hij 50 minuten per week heeft en de andere die zegt dat zij 1 uur en 20 minuten per week heeft, waar hebben we het over met elkaar”. Ook vond men dat de welzijnsprofessionals bij de laatste behoeftepeiling weinig energie en betrokkenheid uitstraalden. Groenoord Een andere wijk die er qua score uitspringt is Groenoord. Hier geven de ongeorganiseerde bewoners hoge scores voor representativiteit en is het de enige wijk geweest waar geen kritische opmerkingen kwamen over de korte behandeltijd tijdens de pilot. Opvallend is daarnaast dat enkele bewoners die wel aanwezig zijn geweest bij de wijkoverleggen niet wilde meewerken aan het onderzoek. Wat verder opviel in Groenoord is dat de geïnterviewde bewoners het huidige opbouwwerk als te afwachtend en te inactief ervaren.

Page 6: waarderingsonderzoek pilot bewonersinvloed op welzijnswerk

verbinden van mens en buurt

-5-

Zij vonden dat dit geen goed antwoord gaf op wat de wijk nodig heeft. Bewoners die iets willen of kunnen maar de weg niet weten blijven nu teveel ‘onder de radar’. Een van de bewoners legde een relatie met de rol van de gemeente die mogelijk vooral faciliterende opbouwwerkers vraagt. Woudhoek en Spaland/Sveaparken De ongeorganiseerde bewoners uit deze wijken waren positief tot zeer positief over de pilot. Wel hebben alle bewoners de professionals teveel ervaren als een ‘verkoper’ tijdens de 1e bijeenkomst, alsof zij elkaar beconcurreerden. Het leek bijna niet meer te gaan over de vraag of behoefte vanuit de bewoners. Ook vroegen bewoners aandacht voor een goede fysieke ruimte voor overleg. Dit komt terug in de aanbevelingen. Kethel In Kethel is voor een andere aanpak gekozen gezien het beperkte aantal uren wat voor welzijnswerk beschikbaar is. Resultaten Meest genoemde resultaat door de bewoners en professionals is dat dankzij de pilot het proces van kennen en gekend worden, vinden en verbinden is versneld of anders niet of veel later tot stand zou zijn gekomen. Hier kennen de respondenten veel waarde en betekenis aan toe, omdat het de onderlinge interactie en de betrokkenheid versterkt. Ook hebben bewoners meer zicht gekregen op het werk van de welzijnsorganisaties en/of de prioriteiten Waardering over de eigen inbreng Deze vraag diende vooral om te onderzoeken in hoeverre bewoners of professionals zich comfortabel voelden bij het enerzijds aangeven van de vraag of behoefte op het sociale domein en anderzijds het doorbreken van een patroon waarbij de inzet op de welzijnsactiviteiten van bovenaf worden bepaald. Een ruime meerderheid van de respondenten heeft de eigen persoonlijke inbreng als voldoende tot goed ervaren. De bewoners zijn iets positiever over hun eigen inbreng dan de externe professionals. De gemeentelijke professionals (wijkprocesmanagers en O&S) scoren het hoogst van de respondenten. Meerdere professionals stelden de vraag of bewoners zich misschien niet overvallen of overdonderd voelden door de pilot. Deze zorg was ingegeven vanuit de vraag of bewoners wel voldoende zicht hadden op het welzijnsdomein, de kortademigheid van het proces en dat enkele professionals teveel sturing vanuit de gemeente ervoeren. Nagenoeg alle bewoners die hebben meegewerkt aan het onderzoek herkenden dit niet, zij gaven aan prima uit de voeten te kunnen met het leveren van inbreng. Voor zover bewoners zich wel beperkt voelden in hun inbreng had het vooral weer te maken met het eerder genoemde tijdsaspect.

Page 7: waarderingsonderzoek pilot bewonersinvloed op welzijnswerk

verbinden van mens en buurt

-6-

3. Aanbevelingen Uit het vorige hoofdstuk blijkt dat de respondenten in ruime meederheid positief zijn over de benadering bewoners meer invloed te geven op het welzijnswerk. Ook bleken zij positief over de werkwijze. Het aansluiting zoeken bij het wijkoverleg vinden zij logisch. Vanuit hun betrokkenheid hebben zij daarnaast verbeterpunten voorgesteld. Alleen de meest genoemde punten zijn hieronder benoemd en ingedeeld per fase. De aanbevelingen van de bewoners richten zich vooral op het verbeteren van de werkwijze van de bijeenkomsten zelf en op de nazorg. De aanbevelingen van de professionals richten zich op het proces en dan vooral de voorbereiding.

De voorbereiding en logistiek van de werkwijze Aanbevelingen van de bewoners en professionals

Veel respondenten stellen voor de behoeftepeiling eerder te doen, bijvoorbeeld kort voor de zomervakantie. Er is dan voldoende tijd de bewonersinbreng op te nemen in de werkplannen van de welzijnsprofessionals en voor een goede terugkoppeling te zorgen. Nu volgde het moment van peilen, het verwerken in de werkplannen, de verantwoording van het werkplan en de daadwerkelijke inzet elkaar in een te korte tijd op. Neem de bewoners(organisaties) en professionals veel meer mee vanaf de voorkant van het proces, betrek hen actief bij de voorbereiding als adviseur (bewoners en professionals) of als ambassadeur (actieve bewoners die andere bewoners activeren of mobiliseren). Een van de wijkprofessionals refereert in dit geval aan de goede samenwerking van de wijkprocesmanager, het opbouwwerk (Buurtprojecten) en de bewoners in Woudhoek, Spaland en Sveapark bij het nadenken over het ‘ophalen’.

Maak het speelveld, de kaders, context en randvoorwaarden vooraf transparant. Wees nog duidelijker en concreter over waar bewoners wel of geen invloed op hebben.

Aanbeveling van het team Zorg & Welzijn

Alle neuzen dezelfde kant op bij het vervolg van de werkwijze bewonersinvloed Het maken van duidelijke keuzes en beslissingen op ambtelijk- en bestuurlijk niveau over deze of vergelijkbare pilots in het sociale domein

Aanbevelingen van de bewoners

Maak van de inzet van welzijnswerkers een vast agendapunt op het wijkoverleg, speel daarmee flexibeler in op de vraag of behoefte. Het bleef nu beperkt tot 1 moment van behoeftepeiling en bewoners zeggen dat de actuele ontwikkelingen aanleiding kunnen zijn de inzet bij te stellen. Deze aanbeveling kan er verder toe bijdragen dat de terugkoppeling frequenter kan zijn over de daadwerkelijke inzet van de professionals.

Page 8: waarderingsonderzoek pilot bewonersinvloed op welzijnswerk

verbinden van mens en buurt

-7-

Een meerderheid van de georganiseerde bewoners geeft aan dat de basis op orde moet zijn. De dagelijkse leefbaarheid moet op peil blijven en er dient sprake te zijn van betrouwbare professionals (‘zeggen wat je doet en doen wat je zegt’). Als die basis niet op orde is, verwacht dan ook geen of een gering commitment of animo bij bewoners.

Twee respondenten uit Groenoord beveelt aan dat het opbouwwerk zich meer als ‘flexibele’ participatieprofessional opstelt. Niet alleen faciliteren, maar ook stimuleren en enthousiasmeren. Op de handen blijven zitten waar het kan, en ondersteunen waar het moet.

Uitvoering tijdens de behoeftepeiling Aanbevelingen van de bewoners en de professionals

Presenteer het sociale domein of het welzijnswerk zo concreet mogelijk, haak aan op de leefwereld en herkenning van de bewoners, grijp terug op concrete voorbeelden vanuit de behoeftepeiling. Een jongerenwerker gaf daarbij als voorbeeld de inzet op een overlastsituatie bij de Pastorietuin in het Centrum en de positieve resultaten of het laten zien van een film zoals die is gemaakt bij de Frans Halsstraat. Een bewoner uit Woudhoek noemde de cultuurkoffers en de inzet en zichtbaarheid van de Cultuurscout als mooi resultaat. Deze voorbeelden maken heel sprekend voor bewoners wat de resultaten en effecten van de bewonersinvloed kunnen zijn. Vrij vertaald: geen werkplannen doorakkeren of spreken in algemeenheden. Een van de professionals vroeg zich hardop af of je bewoners wel goed bereikt met het inhoudelijk bespreken van een concept-werkplan. Het staat toch vaak vol met jargon of beleidstaal of misschien te abstract.

Aanbevelingen van de bewoners

Neem meer tijd voor de inhoudelijke bespreking van de bewonersinvloed. Bewoners gaven aan dat relatief veel tijd verloren ging aan het wederzijds voorstellen en de professionals die uitlegden wat zij deden in de wijk en daardoor te weinig tijd overbleef voor de inhoudelijke behoeftepeiling. Een citaat van een bewoner: “de behoeftepeiling ging in een moordend tempo”.

Hou rekening met niveauverschillen bij de bewoners, speel in op hun taal en kennis. Vooral de georganiseerde bewoners gaven aan het belangrijk te vinden dat ook de bewoners aangehaakt moeten blijven die niet tot de ‘overlegcultuur’ behoren (kennis- en informatieachterstand) of een lagere uitdrukkingsvaardigheid hebben. Ook deze groep moet zich uitgenodigd voelen inbreng te leveren.

Laat professionals zich aan het begin plenair voorstellen, niet elke keer in de groepjes, er is dan meer tijd en ruimte voor de vraag

Draai de volgorde in de groepjes om en versterk daarmee de vraaggerichtheid: eerst bewoners hun vraag en behoefte laten inbrengen, de professionals reageren met een (gezamenlijk) aanbod

Page 9: waarderingsonderzoek pilot bewonersinvloed op welzijnswerk

verbinden van mens en buurt

-8-

Gebruik een geschikte ruimte (niet teveel groepen in dezelfde ruimte, dit maakt het erg onrustig, werkt verstorend op de concentratie- en spanningsboog van bewoners)

Nazorg

Aanbevelingen van de bewoners en de wijkprocesmanagers

Koppel de inzet van de professionals frequenter en sneller terug aan de bewoners. Het gaat dan vooral om de terugkoppeling van de daadwerkelijke inzet. De terugkoppeling van de werkplannen heeft wel vrij snel plaatsgevonden, maar voor veel bewoners is het diffuus of de professionals ook daadwerkelijk doen wat is afgesproken. Bewoners willen niet alleen zicht hebben op “zeggen wat je doet” maar ook op “doen wat je zegt”.

Aanbevelingen van de bewoners

Koppel de inzet van de professionals niet per definitie terug in het wijkoverleg, maar gebruik ook andere momenten waarop je als professional bewoners tegenkomt in de wijk, bijvoorbeeld in een buurthuis, tijdens een activiteit, een wijkschouw of –bezoek of dat je even aanbelt als je toch in al in de buurt bent.

Organiseer een aparte bijeenkomst voor de feedback/terugkoppeling van deze evaluatie (Woudhoek en Spaland/Sveaparken)

Geef duidelijk aan waar bewoners tussentijds met vragen terecht kunnen tussen de momenten van behoeftepeilingen in

Representativiteit of bereik

Aanbevelingen van bewoners en professionals

Verbreed of versterk de representativiteit, probeer meer en andere groepen te bereiken, verhoog de heterogeniteit van de deelnemers. Voorbeelden die bewoners en professionals noemden waren: beperk je niet alleen tot het wijkoverleg maar zoek ook hotspots in de wijk op, maak de werkwijze visueel zoals de zuilen die Wijkontwikkeling tijdens een Brandersfeerst heeft gebruikt, werk met een ‘deur-tot-deur-enquête zoals in Schiedam-West ooit is gedaan over fietsenstallingen in de wijk, stimuleer in een kwetsbare wijk als Groenoord dat bewoners meer in de gelegenheid worden gesteld ‘boven de wijk te hangen’ en ‘laat elke organisatie al vooraf de behoefte peilen bij de eigen vrijwilligers of bewonersnetwerken’. Een professional noemde als goed voorbeeld van ‘representativiteit’ een interculturele groep in Schiedam Oost die is bereikt.

Page 10: waarderingsonderzoek pilot bewonersinvloed op welzijnswerk

verbinden van mens en buurt

-9-

4. Bevindingen en aanbevelingen van de onderzoeker De werkwijze van de onderzoeker heeft zich in belangrijke mate gericht op het meten en het benutten van de betrokkenheid en draagvlak onder de respondenten van dit onderzoek. De betrokkenheid en het draagvlak van de bewoners en professionals blijkt duidelijk uit de voorgaande hoofdstukken. Constructief waar dat gerechtvaardigd is en positief kritisch wanneer het moet. Er is een groot draagvlak voor de bewoners meer invloed te geven en ook de gekozen werkwijze ervaart een ruime meerderheid als positief. Het is voor een vervolg van deze pilot goed dat zij veel praktische aanbevelingen hebben gedaan om deze werkwijze verder te ontwikkelen.

Bevindingen De gemeente Schiedam geeft met de pilot bewonersinvloed op het welzijnspakket

blijk van bestuurlijke moed en leiderschap. Het delen van invloed of macht met bewoners in de stad gaat niet zonder slag of stoot. Niet in de laatste plaats binnen een gemeentelijke organisatie zelf, waar bestuurders vaak weerstanden ontmoetten. Het spreekwoordelijk teruggeven van de stad aan de Schiedammers brengt risico’s met zich mee. De gemeente Schiedam is bereid gebleken deze risico’s te nemen, voor zover ze aanvaardbaar en calculeerbaar zijn. De onderzoeker kent heel weinig voorbeelden in het land waar een stad zo ver durft te gaan. Het meest vergelijkbare experiment heeft in 2011 in Amersfoort plaatsgevonden.

De pilot bewonersinvloed op het welzijnspakket is een kortademig en intensief proces gebleken. Een jaarlijkse cyclus bij een proces als deze heeft per definitie iets kortademigs. Ook als de gemeente eerder in het jaar begint, blijft het een intensief traject.

De zichtbare en/of duurzame effecten van de inzet op het sociale domein zijn vaker later zichtbaar of langer nodig dan een jaar. De kans is daarmee redelijk groot dat een behoeftepeiling in jaar X + 1 geen wezenlijk andere inzet vraagt dan in jaar X. De noodzaak en meerwaarde van een jaarlijkse cyclus lijkt er daarmee minder te zijn. De ‘lichte’ nieuwe ronde die nu is gestart, lijkt dit te bevestigen. Het risico is ook dat er daarmee energie en enthousiasme weglekt bij zowel de professional als bewoner

De bezuinigingen op het professionele welzijnswerk kunnen een grotere druk leggen op de noodzaak en meerwaarde van een jaarlijkse cyclus. Er zijn immers minder uren beschikbaar voor de vraag of behoefte van bewoners.

De behoeftepeiling bij bewoners afgezet tegen de (afnemende) beschikbaarheid van de professionele inzet van het welzijnswerk zal er in enkele wijken toe kunnen leiden dat de werkwijze te weinig betekenis of substantie heeft voor bewoners. In Kethel is dit al zo, de reacties uit het Centrum wijzen ook in die richting. Dit kan een negatief effect hebben op de animo en energie voor de huidige werkwijze.

Page 11: waarderingsonderzoek pilot bewonersinvloed op welzijnswerk

verbinden van mens en buurt

-10-

Aanbevelingen

Verander de jaarlijkse cyclus van de werkwijze bewonersinvloed op het sociale domein in een tweejaarlijkse cyclus. De ‘hijgerigheid’ van de jaarlijkse cyclus wordt daarmee ondervangen. Bevraag bewoners in een tweejaarlijkse cyclus dan niet langer op een concrete behoefte, maar daag bewoners en professionals uit gezamenlijk afspraken te maken op het niveau van doelstellingen voor een periode van 2 jaar; wat vinden wij met elkaar de belangrijkste opgaven voor onze wijk. Hierbij zou de verbinding gelegd kunnen worden met de Visienota Schiedams maatwerk. Met deze aanbeveling blijft de visie van de gemeente, namelijk meer bewonersinvloed, gehandhaafd en wordt het nu opgebouwde inzicht bij de deelnemers in de opgaven voor het sociale domein verder versterkt.

Maak de concrete uitwerking van de gezamenlijke doelstellingen tot regelmatig terugkerend agendapunt in het wijkoverleg. Elke keer staat dan een pijler uit de Visienota centraal of een welzijnsorganisatie, ook afhankelijk van hoe zwaar elke pijler of thema onderdeel is van de gezamenlijke doelstellingen. Het voordeel hiervan is dat recht wordt gedaan aan twee belangrijke aanbevelingen van bewoners, namelijk de behoeftepeiling vaker te agenderen en meer tijd te nemen. Ook kan dan de concrete inzet vaker worden teruggekoppeld. Voor alle deelnemers zijn de doelstellingen dan steeds de kapstok.

Bouw met deze werkwijze een verdere vertrouwensrelatie op met de stad en werk op termijn toe naar meer wederkerigheid bij bewoners. Wat kunnen bewoners zelf doen in het sociale domein.