webquest ‘droogte in de hoorn van afrika’ · 2016-01-20 · in de taxonomie van bloom (zie 3.3)...
TRANSCRIPT
2
Inhoud 1. Algemene introductie ......................................................................................................................... 3
2. Didactische verantwoording .............................................................................................................. 5
3. Verdiepingsmateriaal ......................................................................................................................... 6
3.1 Honger in de Hoorn van Afrika: een drama in kaarten en grafieken. ........................................... 6
3.2 Opnieuw een voedselcrisis in de Hoorn van Afrika?! .................................................................. 10
3.3 Taxonomie van Bloom ................................................................................................................. 11
3.4 Vijf dimensies van Marzano ........................................................................................................ 12
3.5 Bibliografie................................................................................................................................... 15
4. Antwoorden op deelopdracht .......................................................................................................... 16
Deeltoets ........................................................................................................................................... 16
5. Praktische en organisatorische tips en instructie ............................................................................ 19
6. Evaluatie ............................................................................................................................................ 22
3
1. Algemene introductie
1.1 De webquest
Dit is de docentenhandleiding voor de webquest “Droogte in de Hoorn van Afrika”. De Hoorn
van Afrika is een regio in Oost-Afrika waar vier landen deel van uitmaken: Ethiopië, Somalië,
Djibouti en Eritrea. In 2011 kwam in de Hoorn van Afrika onder andere als gevolg van
droogte een grote hongersnood voor. Naar schatting zijn meer dan tienduizend mensen
hierdoor omgekomen. De Hoorn van Afrika is een (semi)aride gebied. Door de droogte en de
hongersnood ontstaat politieke onrust. Echter, er zijn andere gebieden in Afrika tevens
(semi) aride en daar is het politieke klimaat stabieler. Dit maakt de Hoorn van Afrika een
interessante regio voor leerlingen waar fysische en sociale geografie elkaar raken. De
webquest is te vinden op onderstaande link:
https://geowebquest.wordpress.com/droogte-in-de-hoorn-van-afrika/
1.2 Link met ak-methode(n) en doelgroep
In de Aardrijkskunde methode Wereldwijs wordt het onderwerp “conflicten” behandeld in
hoofdstuk 11 van het boek voor de tweede klas havo/vwo. Paragraaf 5 gaat over de strijd
om het water. Deze strijd om het water vindt ook plaats in de Hoorn van Afrika. In de
Aardrijkskunde methode BuitenLand wordt het onderwerp conflicten behandeld in
hoofdstuk 4 van het boek voor de tweede klas havo/vwo. In dit hoofdstuk gaan paragraaf 3
en 4 over de oorzaken en gevolgen van gewapende conflicten en paragraaf 9 over conflicten
over water. De doelgroep is hiermee vanzelfsprekend; tweede klas havo/vwo.
1.3 Kerndoelen
Deze webquest raakt de volgende kerndoelen:
38: geografische basiskennis.
De leerling leert een eigentijds beeld van de eigen omgeving, Nederland, Europa en de
wereld te gebruiken om verschijnselen en ontwikkelingen in hun eigen omgeving te
plaatsen.
39: onderzoek leren doen
De leerling leert een eenvoudig onderzoek uit te voeren naar een actueel maatschappelijk
verschijnsel en de uitkomsten daarvan te presenteren.
41: omgaan met atlas en kaarten
De leerling leert de atlas als informatiebron te gebruiken en kaarten te lezen en te
analyseren om zich te oriënteren, zich een beeld van een gebied te vormen of antwoorden
op vragen te vinden.
4
47: oorlog, vrede en mensenrechten
De leerling leert actuele spanningen, conflicten en oorlogen in de wereld te plaatsen tegen
hun achtergrond, en leert daarbij de doorwerking ervan op individuen en samenleving
(nationaal, Europees en internationaal), de grote onderlinge afhankelijkheid in de wereld,
het belang van mensenrechten en de betekenis van internationale samenwerking te zien.
1.4 Geografische kennis en vaardigheden
Leerlingen doen kennis en vaardigheden op over Google Earth,
Leerlingen leren diverse geografische bronnen analyseren en met elkaar vergelijken
Leerlingen leren topografische basiskennis over de Hoorn van Afrika.
Leerlingen leren de betekenis van geografische begrippen: separatisme,
vluchtelingen, zuigelingensterfte, waterbalans, neerslag, klimaatgrafieken, droogte.
5
2. Didactische verantwoording
2.1 Waarom een webquest
In de taxonomie van Bloom (zie 3.3) valt de traditionele manier van lesgeven (frontaal,
klassikaal e.d.) doorgaans op de laagste treden. Leerlingen nemen hier uiteindelijk
onvoldoende kennis van op en het vergaren van kennis verloopt traag. Een goede webquest
stimuleert leerlingen op een cognitief hoger niveau kennis op te doen. Dit raakt de bovenste
treden van de taxonomie van Bloom: analyseren, evalueren en creëren.
2.2 Welk type webquest
De webquest “Droogte in de Hoorn van Afrika” is een korte webquest. Leerlingen werken
twee lessen van 50 minuten aan de quest. Zie het lesplan voor een gedetailleerde planning
per les.
2.3 Doel van de webquest
Het hoofddoel van de webquest is dat leerlingen op een cognitief hoger niveau (zie 3.4
Bloom & Marzano) werken en kennis op doen over de oorzaken en gevolgen van de droogte
in de Hoorn van Afrika. Verder doen leerlingen geografische kennis en vaardigheden op zoals
beschreven in punt 1.4. Dit doel is bereikt wanneer leerlingen deze kennis en vaardigheden
opgedaan hebben. De kennis van topografische basiskennis van de Hoorn van Afrika en de
gebruikte begrippen wordt getest met een deeltoets. Het kennis en vaardigheden opdoen
over Google Earth en geografische bronnen met elkaar leren vergelijken en analyseren is een
proces waarin leerlingen steeds beter moeten worden. Het doel van de webquest is niet
bereikt wanneer leerlingen niet op een cognitief hoger niveau werken en leren.
2.4 Meerwaarde voor leerlingen
De meerwaarde van een webquest voor de leerling is dat deze wordt gestuurd in de
informatie die gebruikt wordt voor het vergaderen van de kennis. In plaats van alle
informatie die de leerling via Google of Wikipedia tot zich kan nemen, wordt er door de
docent informatie beschikbaar gesteld waaruit gewerkt moet worden. Bovendien leert de
leerling op een hoger denkniveau. Tevens kan een webquest eenvoudig actueel gehouden
en actuele kennis is beter dan kennis dat inmiddels verouderd is.
2.5 Meerwaarde voor docenten
Een webquest heeft voor een docent ook meerwaarde. Zo kan een webquest voor een
afwisseling zorgen in de normale lessen, is een webquest goed te beoordelen en kan het
eenvoudig hergebruikt worden of aangepast worden aan de actualiteit. Verder is het voor
een docent minder intensief werken. Een webquest kan ontworpen worden volgens het
principe van volledige instructie. Leerlingen kunnen dan zelfstandig aan de slag en hebben
de docent weinig nodig.
6
3. Verdiepingsmateriaal
3.1 Honger in de Hoorn van Afrika: een drama in kaarten en grafieken.
Diets, T. (2011). Honger in de Hoorn van Afrika: een drama in kaarten en grafieken. Leiden:
Universiteit Leiden. Opgehaald op 18 april 2014, van:
https://openaccess.leidenuniv.nl/bitstream/handle/1887/17952/ASC-075287668-3019-
01.pdf?sequence=2
10
3.2 Opnieuw een voedselcrisis in de Hoorn van Afrika?!
Hermans, L. (2012). Opnieuw een voedselcrisis in de Hoorn van Afrika?! Gent: Universiteit
Gent. Opgehaald op 18 april 2014, van:
http://lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/895/281/RUG01-001895281_2012_0001_AC.pdf
12
3.4 Vijf dimensies van Marzano
Krachtig leren; Vijf dimensies van Marzano
Geplaatst op donderdag, 17 september 2009 | door Onderwijs Maak Je Samen
Marzano onderscheidt in zijn instructiestrategie vijf dimensies van leren: een positieve
houding over het eigen leren, het verwerven en integreren van nieuwe kennis, het verfijnen
en bijstellen van de geleerde kennis, het creatief toepassen van het geleerde, en het
ontwikkelen/leren van productieve leergewoontes.
Wat is het?
Marzano’s instructiestrategie is ontwikkeld op basis van een grote verscheidenheid aan
onderzoeksresultaten. Marzano beschrijft in zijn instructiestrategie vijf dimensies van
leren/denken. Hij heeft deze strategie ontwikkeld op basis van een grote hoeveelheid
onderzoek over leren en beschouwt de vijf dimensies als de noodzakelijke ingrediënten voor
actief en authentiek leren van leerlingen. De vijf dimensies zijn: het ontwikkelen van een
positieve houding en opvatting over het eigen leren (dimensie 1), het leren/denken
noodzakelijk voor het verwerven en integreren van nieuwe kennis (dimensie 2), het
leren/denken noodzakelijk voor het uitbreiden en verfijnen van kennis van vaardigheden
(dimensie 3), leren/denken nodig voor het betekenisvol gebruiken van kennis (dimensie 4)
en productieve leer- en denkgewoontes (dimensie 5). De vijf dimensies hangen nauw met
elkaar samen: dimensie 2 gaat vooraf aan dimensie 3; de dimensies 2 en 3 gaan vooraf aan
dimensie 4; de dimensies 1 en 5 omvatten de dimensies 2 t/m 4.
De dimensies kunnen als volgt (kort) omschreven worden:
Dimensie 1: Een positieve houding en opvatting over het (eigen) leren
In deze dimensie staan die aspecten centraal die voorwaarde zijn voor het leren van de
leerlingen. Te denken valt aan het zich veilig voelen in de klas, zich geaccepteerd voelen door
medeleerlingen en vertrouwen hebben in eigen kunnen.
Dimensie 2 Het verwerven en integreren van nieuwe kennis
In deze dimensie staat het aanleren van twee vormen van kennis namelijk declaratieve
kennis en procedurele kennis. Declaratieve kennis betreft informatie die leerlingen moeten
kennen: woorden, regels, principes, … Procedurele kennis is kennis over wat leerlingen
moeten doen: handelingen. Dat betreft bijvoorbeeld kennis van het doen van een
staartdeling, het lezen van een kaart of het gebruik maken van grammaticaregels. Marzano
beschrijft hoe beide vormen van kennis een andere didactiek vragen.
Dimensie 3: Het uitbreiden en verfijnen van kennis van vaardigheden.
In deze dimensie worden een achttal vaardigheden aangeboden waarmee leerlingen hun
kennis kunnen uitbreiden en verfijnen. Dat zijn de vaardigheden vergelijken, classificeren,
13
induceren, deduceren, analyseren, construeren van ondersteuning, abstraheren, en
analyseren van perspectieven. Wanneer leerlingen deze vaardigheden actief inzetten bij de
in de tweede dimensie geleerde kennis, verfijnen ze die kennis en breiden ze die uit.
Dimensie 4: Betekenisvol gebruik van kennis
In deze dimensie gaat het om betekenisvol gebruik van kennis. Het gaat om het ontwikkelen
van kennis die in te zetten is in realistische contexten. Marzano onderscheidt vijf soorten
betekenisvolle leertaken: besluitvormingstaken, onderzoek, experimenteel onderzoek,
probleemoplossen en uitvinden/ontwerpen.
Dimensie 5: Productieve leer- en denkgewoontes
Leren is vooral effectief wanneer leerlingen in staat zijn hun eigen leergedrag vorm te geven.
In deze dimensie beschrijft Marzano hoe leerlingen dat zouden kunnen doen. Hij besteedt
daarbij aandacht aan zelfregulerend denken/leren, aan kritisch denken/leren en aan creatief
denken/leren.
Hoe ermee om te gaan?
De vijf dimensies vormen een raamwerk, dat gebruikt kan worden om een curriculum, een
instructie of een beoordeling te organiseren. Elk van de vijf dimensies reikt de docent
daarvoor een groot aantal ingrediënten aan. De vijf dimensies zijn door docenten in te
zetten om bijvoorbeeld de vraag te beantwoorden die bij elke dimensie hoort. Bij dimensie 2
zou dat kunnen zijn: ‘Wat zijn de onderwerpen die ik de leerlingen wil aanleren?’ of ‘Welke
vaardigheden wil ik de leerlingen aanleren?’. Bij dimensie 3 zou dat kunnen zijn: ‘Welke
kennis wil ik verfijnen en welke activiteiten van leerlingen zet ik daarbij in?’. Bij dimensie 4:
‘Wat zijn de grote onderwerpen waarbij betekenisvol gebruik zinvol is en hoe zal ik die taak
structureren?’. Wanneer deze vragen beantwoord zijn, is het mogelijk om de vragen bij
dimensie 1 en 5 te beantwoorden. Bij dimensie 1 zou dat kunnen zijn: ‘Wat kan ik eraan
doen om bij leerlingen een meer positieve houding ten aanzien van het leren te
ontwikkelen?’. En bij dimensie 5: ‘Welke productieve leer/denkgewoonten moeten
beklemtoond worden?’. Het zal duidelijk zijn dat de klemtoon in deze serie vragen meer kan
liggen op bijvoorbeeld dimensie 2. Dan staat beheersing van kennis centraal. Of meer kan
liggen op dimensie 4. Dan staat betekenisvol gebruik van kennis, onderzoek centraal.
Marzano pleit ervoor om aan alle dimensies aandacht te besteden en er niet één achterwege
te laten. Hij pleit daarbij voor een afwisseling van zowel docentgestuurde activiteiten
(presentaties) als meer leerlinggestuurde activiteiten (workshops). Bij dat laatste pleit hij
voor hogere orde leren.
Relevantie voor de onderwijspraktijk
Het denken van Marzano in de vijf dimensies heeft drie sterke kanten. De eerste is dat zijn
instructiestrategie gebaseerd is op een grote verscheidenheid aan onderzoek. De tweede
sterke kant is dat hij een volledig uitgewerkte instructiestrategie heeft ontwikkeld waarin de
14
belangrijkste (uit onderzoek) bekende leeractiviteiten van leerlingen verwerkt zijn. De derde
is dat hij naast een algemene beschrijving een trainingsmap voor docenten en een map voor
trainers van docenten heeft ontwikkeld, met een groot aantal voorbeelden en uitwerkingen.
De mappen zijn bijzonder goed door docenten “door te werken”. Al met al levert zijn aanpak
bijzonder veel variatie in voorbeelden, uitwerkingen, ideeën en adviezen. Het is materiaal
om altijd achter de hand te hebben en uit te putten. Wel dient gesteld dat ik vind dat de
kracht van Marzano in de dimensies 1, 2 en 4 zit. Daarin zijn bijzonder aardige dingen te
vinden. Ik vind dimensie 3 matig in de keuze van de vaardigheden (dat komt omdat Marzano
oorspronkelijk alleen denkvaardigheden centraal stelde) en ik vind zijn denken in dimensie 5
achterhaald. De nieuwere opvattingen over metacognitie en transfer en/of breinvriendelijk
leren hebben daar aanzienlijk meer te bieden.
15
3.5 Bibliografie
Bosschaart, A. M. W. (2009). Handboek vakdidactiek aardrijkskunde. Centrum voor
Educatieve Geografie.
Christopherson, R. (2012). Geosystems. Upper Saddle River, New Jersey: Pearson.
Diets, T. (2011). Honger in de Hoorn van Afrika: een drama in kaarten en grafieken. Leiden:
Universiteit Leiden. Opgehaald op 18 april 2014, van:
https://openaccess.leidenuniv.nl/bitstream/handle/1887/17952/ASC-075287668-3019-
01.pdf?sequence=2
Hermans, L. (2012). Opnieuw een voedselcrisis in de Hoorn van Afrika?! Gent: Universiteit
Gent. Opgehaald op 18 april 2014, van:
http://lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/895/281/RUG01-001895281_2012_0001_AC.pdf
Knox, P. M. (2010). Human Geography. New Jersey: Pearson Education, Inc.
Marzano, R. J. (1992). A different kind of classroom: Teaching with dimensions of learning.
Association for Supervision and Curriculum Development.
Noordhoff Uitgevers. (2012). De Grote Bosatlas. Groningen: Noordhoff Uitgevers.
de Pater, B., Groote, P., Terlouw, K., Atzema, O., Boschma, R., Druijven, P., & Mamadouh, V.
D. (2011). Denken over regio's: Geografische perspectieven. Bussum: Uitgeverij Coutinho
19
5. Praktische en organisatorische tips en instructie
De opbouw van de lessen is te vinden in het lesplan op de volgende bladzijde. Het is van
belang dat alles van tevoren klaar staat voor een snelle start.
Materialen
Benodigde materialen voor les 1:
Atlassen
1 computer of laptop per 2 leerlingen. Hier moet Google Earth op geïnstalleerd zijn.
Het .kmz bestand en alle documenten moeten te downloaden zijn voor de leerlingen,
controleer van tevoren of alle links werken.
Benodigde materialen voor les 2:
Atlassen
1 computer of laptop per 2 leerlingen. Hier moet Google Earth op geïnstalleerd zijn.
Wit A2 papier, eventueel ook leuk voor leerlingen om in andere kleuren beschikbaar
te stellen.
Gekleurd papier.
Printer waar de leerlingen op kunnen printen.
Kleurpotloden, stiften, markers, linialen.
Groepsindeling
De Google Earth Tour en deeltoets zijn bedoeld voor tweetallen en de poster voor een
viertal. In het geval van een oneven aantal leerlingen is het verstandig voor de Google Earth
Tour en deeltoets een drietal te maken, en dit drietal ook samen te laten werken met de
poster. Geef hierbij ook aan dat ze bij de poster wat minder streng worden beoordeeld dan
een viertal.
Maak van tevoren een indeling van de tweetallen en groepjes. Let hierbij op dat er een
goede balans is tussen de groepsleden.
20
LESPLAN
LESONDERWERP: Droogte in de Hoorn van Afrika
Naam leerkracht / student (LK):
Klas/dag /uur:
Datum:
Lesnummer: 1
Nodig:
- Atlassen
- 1 computer/laptop per 2 leerlingen (met
Google Earth)
Algemeen lesdoel/doelen (voor de ll):
Leerlingen doen kennis en inzicht op over door
oorzaken en gevolgen van de Droogte in de Hoorn
van Afrika.
Beginsituatie:
Leerlingen zijn op de hoogte van
voedselproblematiek. Dit is aan bod gekomen in
eerdere thema’s. Daarnaast weten leerlingen van
verschillende klimaten af.
Tijd Concrete leerdoelen +
beheersingsvorm
Leerstof / Activiteit Didactische aanpak
Start van de les
0-10 min Introductie opdracht
(korte uitleg)
Indeling van groepen
in tweetallen
Verdeling van ruimte /
computers
Frontaal Klassikaal
Kern van de les
10-40 min
Leerlingen doen kennis en
vaardigheden op over Google Earth
Leerlingen leren diverse geografische
bronnen analyseren en met elkaar
vergelijken
Leerlingen leren topografische
basiskennis over de Hoorn van Afrika
Leerlingen leren de betekenis van
geografische begrippen:
separatisme, vluchtelingen,
zuigelingensterfte, waterbalans,
neerslag, klimaatgrafieken, droogte.
Leerlingen gaan aan
het werk met het .kmz
bestand van Google
Earth.
Leerlingen verwerken
de informatie in een
korte samenvatting of
mindmap.
Leerlingen maken de
deeltoets
Samenwerken in
tweetallen
Docent loopt rond en
begeleidt.
Afsluiting van de les
40-50 min Feedback op
werkhouding
Vooruitblik op
volgende les.
Frontaal klassikaal
21
LESPLAN
LESONDERWERP: Droogte in de Hoorn van Afrika
Naam leerkracht / student (LK):
Klas/dag /uur:
Datum:
Lesnummer: 2
Nodig:
- Atlassen
- 1 computer of laptop per 2 leerlingen. Hier
moet Google Earth op geïnstalleerd zijn
- Wit A2 papier, eventueel ook leuk voor
leerlingen om in andere kleuren
beschikbaar te stellen.
- Gekleurd papier.
- Printer waar de leerlingen op kunnen
printen.
- Kleurpotloden, stiften, markers, linialen.
Algemeen lesdoel/doelen (voor de ll):
Leerlingen doen kennis en inzicht op over door
oorzaken en gevolgen van de Droogte in de Hoorn
van Afrika.
Beginsituatie:
Leerlingen zijn op de hoogte van
voedselproblematiek. Dit is aan bod gekomen in
eerdere thema’s. Daarnaast weten leerlingen van
verschillende klimaten af. Verder hebben de
leerlingen in deel één van dit tweeluik kennis
opgedaan over het hoe en wat van de Hoorn van
Afrika
Tijd (in
minuten)
Concrete leerdoelen +
beheersingsvorm
Leerstof / activiteit Didactische aanpak
Start van de les
0-5 Docent voegt
tweetallen samen tot
kwartetten
Docent licht de
verwachtingen toe van
de les.
Frontaal Klassikaal
Kern van de les
5-45 Leerlingen leren diverse geografische
bronnen analyseren en met elkaar
vergelijken
Leerlingen leren topografische
basiskennis over de Hoorn van Afrika
Leerlingen leren de betekenis van
geografische begrippen: separatisme,
vluchtelingen, zuigelingensterfte,
waterbalans, neerslag,
klimaatgrafieken, droogte.
Leerlingen gaan aan
het werk met de
eindopdracht, zoals
deze staat beschreven
in de Webquest.
Samenwerken in
kwartetten
Afsluiting van de les
45-50 Opruimen en feedback
op werkhouding geven
22
6. Evaluatie
Leerlingen worden voor de eindopdracht beoordeeld met onderstaande beoordelingstabel.
Deze beoordelingstabel kunnen zij zelf ook zien onder het tabblad “beoordeling” in de
webquest. In totaal zijn 19 punten te behalen. Het cijfer wordt berekend met de volgende
berekening: behaalde punten / 19 * 10 = cijfer
Naar eigen inzicht kan besloten worden om leerlingen extra punten toe te kennen voor een
goede werkhouding of juist punten af te trekken voor een slechte werkhouding.